Uit de Omstreken. jDaalit <6e3tcliuti. Vragen en Antwoorden. van do heeren Heemskerk, De Waal Male- ftt, Talma, Van der Voort van Zjjp, Van der Molen, Rutgers, Smeenk, Vonkenberg, en Kofijrberg. De vraag wordt gesteld-of zulk een be handeling Christelijk is, gelgk die onder broe deren past? Sluit het anti-rev. leiderschap het recht en de bevoegdheid in om leden der partij, die op de meest bescheiden wijze in een zaak, welke zelfs geheel buiten de politiek ligt, hun bedenkingen inbrengen, op zulk een onheusche' en smadelijke wjjze te bejenen? Maar voorts worden bedenkingen geop perd, aan de behandeling van zaken ontleend. Gewezen wordt op de wijze, waarop „De Standaard" na de verkiezingen zonder raadpleging van het Centraal-comité het denkbeeld uitte om zich van het „puur ma terieel© vraagstuk", van het ^protectionisme los te maken, moe wel dr. Kuyper in de rede over „fl'e Heilige Orde" het protectionisme had verdedigd, en deze zaak formeel op het program van actie was geplaatst, waarover met do R.-K. partij accoord was getroffen. Een uiteenzetting van de eedskwestie leidt voorts de schrijvers tot de vraag: of dr. Kuyper de leden der partij niet alleen aan Het Program, maar ook aan Ons program gebonden acht? De politieke malaise der anti-rev. .partij schuilt niet in de eerste plaats in de orga nisatie, maar hangt saam met het eigenaar dig historisch verloop van het partij-leven. Ten slotte zeggen de schrijvers, dat de eerbiediging van het recht der persoonlijk heid en vrijheid van consciëntie, maar zoo, dat de eenheid toch zoo min mogelijk scha de lijdt-, alleen kan geschieden door een re organisatie, die aan de volgende regelen Beantwoordt: Instelling van een Raad van Advies, waar in de verschillende elementen telken jare over de hangende vraagstukken en opko mende geschilpunten van gedachten kun nen wisselen. De deputaten-vergaderingen mogen aiet nooger geschat worden dan ze werkelijk waarü zijn. Als regel behoort te gelden, dat de voor zitter van het Centraal-Cbmité ook zij lid der Tweede Kamer en voorzitter der Club. Wanneer de voorzitter der Club met de formatie van een nieuw kabinet belast wordt, doe hij terstond afstand van het voorzitter schap van het Centraal Comité en late hjj volle zelfstandigheid en vrijheid aan de anti- rev. jiers, ook tegenover het bevriende ka binet. Tusschen Kamerclub en partij (Centraal- Ccmité) kan geen formeele band beslaan. Deze handhaving van de zelfstandigheid der Kamerleden kan leiden tot „Eicspanne- rei"; maar grooter gevaar dan de zelfstandig heid der Kamerleden, is hun toenemende af hankelijkheid. Overweging verdient' om ook tusschen par tij en pers een zeker verband te leggen. „De Standaard" staat en valt thans met dr. Kuy- per. Van een dergelijke organisatie zou de verwachting van haar goeae werking toch niet al te hoog gespannen moeten zijn. Maar dan zou niet iedere eerlijke overtuiging niet geweld onderdrukt of verdacht gemaakt be hoeven te worden. De achteruitgang van het aantal theoSogcsche studenten. De heeren Fabius en l)e Vries hadden bij het begrootingsdebat in den Amsterdam- schen Raad gewezen op het „verloopen" van de Amsterdamsche theologisc'no faculteit. Dit geeft prof. Van Bakel aanleiding om door een statistisch overzicht een vergelij king te maken tusschen de verschillende uni versiteiten hier te lande en stelt daarbij tegenover elkaar het aantal voor het eerst ingeschrevenen en het geheele aantal theolo gische studenten. Dit overzicht loopt over de jaren 1906—1915 en is opgenomen in „De Hervorming" van 27 November j.l. Prof. Van Bakel komt dan tot de volgen de conclusies Ten eerstedat over 't geheel genomen het aantal der theologische studenten ach teruitgang vertoont maar ten tweede dat ovor achteruitgang tot heden niet hebben te klagen dc Theologische School te Kampen cd de beide theologische faculteiten te Am sterdam. Kampen ging zonder reserve vooruit. De Vrije Universiteit ging dit jaar terug, maar telde den vorigen cursus één student meer dan in 1906^'07. De faculteit aan de Ge meentelijke Universiteit te Amsterdam stond voor 10 jaar op 19, staat nu op 20, telt één eerste-jaars meer dan de Vrije Universiteit en een gelijk aantal theologische studenten als de Rijksuniversiteit te Groningen. Daarentegen is er aan elke der drie Rijks universiteiten een aanmerkelijke daling. Lei den daalde van 74 op 47, waaronder resp. 5 ei- 7 Remonstranten. Ernstiger is de daling te Groningen en te Utrecht, bij beiden tot beneden de helftGroningen viel van 41 op 20; Utrecht van 200 op 78, waaronder thans nog 4 Hersteld-Evangelisch-Luthersphen. Ging Groningen nog gedurende de jaren 1911'13 een weinig vooruit, Utrecht daalde constant. En al toont de tabel der voor 't eerst ingeschrevenen, dat een onverwachte stijging hier en ginds de kansen telkens een weinig doen kecren, zoo er ergens bezorgd heid kan bestaan voor de toekomst, dan is dit het geval bij de Ned.-Herv. Kerk. De kleinere kerkgenootschappen: Remonstran ten, Doopsgezinden en de gezamenlijke Lu- therschen hebben voorloopig geen tekort. Dat bij dezen stand van zaken het curato rium van liet Hersteld-Evang.-Luthersch Se minarium het misplaatste van zijn argument, dat. trouwens door prof. dr. J. W. Pont in zijn inaugureele oratie te Utrecht niet werd overgenomen, zal inzien, ligt voor de hand. Ook de beide Geref. Amsterdamsche Raadsleden zullen hun sombere beschouwin gen over de theologische faculteit aan de Gemeentelijke Universiteit van Amsterdam moeten wijzigen, vooral nu het aantal der daar ingeschreven novitii dat van de Vrije Universiteit overtreft. Ziet men in het aantal studenten een mo tief tot opheffing van de Amaterdamsche theologische faculteit, dan ware er een ge lijke grond tot opheffing van de theologi sche faculteit t,e Groningen, waaraan nog wel twee kerkelijke hoogleeraren der Ned.- Hcrv. Kerk zijn verbonden. En wil men spreken van een „verloopen" van het aantal theologische studenten, dan bestaat er vooralsnog meer reden om den blik te richten naar de Rijksuniversiteiten dan naar de theologische faculteit aan de Gemeentelijke Universiteit van Amsterdam. HAZERSWOUDE. In de vergadering van het Steuncomité is besloten een inzamelnig van gelden te houden. De kas is dermate geslonken, dat een tweede winter niet kan worden inge gaan. In onderzoek is of niet voor enkele gezinnen van .gemobiliseerden een toeslag onmisbaar worm; op> de Rijksvergoeding. Dinsdagmorgen werd met groote plech tigheid op de R.-K. begraafplaats ter aarde besteld het stoffelijk overschot van wijlen den heer A. W. Straathof. Tegenwoordig waren o.m. de burgemeester met de Raads leden, het bestuur der „Groote Hazerswoud- 6che Droogmakerij" en het R.-K. Kerk- en Armbestuur. De belangstelling in deze plech tigheid, die voorafgegaan werd door het op dragen van de H. Mis, was zeer groot. Ook de onlangs vertrokken pastoor, cle heer G. A. de Groot, was met andere geestelijken tegenwoordig. KATWIJK. De Raad komt Vrijdagmorgen om half- elf bijeen. LEIDERDORP. De Raad vergadert Donderdagavond te halfa-cht. Onder het vee van den landbouwer J. do Gr. komt mond- en klauwzeer voor. Meer dan 210 runderen worden afgemaakt. LISSE. Gisteravond gaf de Chr. zangvereem- ging „Looft den Heer," onder de bekwame leiding van haar directeur, den heer H. J. van Leeuwen, organist der Oosterkerk te Lei den, haar 12de uitvoering in het Kerkge bouw van de Ned.-Herv. Gem. SASSENHEIM Door den heer Kamerling, nit Haar lem. is alhier voor de R.-K. Middenstandsver- eeniging „De Hanze" een lezing gehouden over: Middenstands-actie. Hoewel de vergar RECLAMES, h 40 cents per regel. 3502 60 dering toegankelijk -was voor alle middenstan ders, waren maar enkele niet-leden tegen woordig. Spr. schetste in vurige taal den treurigen toestand, waarin de middenstanders verkee- ren. Als oorzaken noemde hij het groot kapitaal en de arbeiders-coöperaties. Ditzjjn de grootste vijanden. Daarna wees spr. pp de groote filialen, vijftig en zestig van één zaak, die door enorme kapitaalcombinatiesl de middenstanders in den grond boren. Daar om moet er onder de middenstanders eensge zindheid komen, om hun stand op te heffen. Niet langer op zichzelf blijven staan, ver eenigen moet het parool zijn. Gezamenlijk inkoopen, dan kan men het hoofd bieden aan de groote filialen. Dat gezamenlijk in koopen doen ook de groote bedrijven, waar door zij reuzenvoordeelen kunnen bedingen. De middenstanders moeten meegaan met hun tfd, het zakensyst-eem der groote filialen overnemen. De leus moet zijn: één voor allen, nllen voor één. Na de pauze pprak inlei der nog over vakorganisaties tegenover grootkapitaal en arbeiderscoöperaties. BURGERLIJKE STAND-OMSTREKEN. ALKEMADB. Geboren: Theodor Nicolaas Jaoobus, Z. van J. Th. Cudlage en K. van Wierin- gren. Elisabeth Johanna, D. Tan B. Ouwerkerk en W. Hossel. Johannes Petms. Z. van J. H. Slijsdonk on W. Th. van Beek. Anna Wilhel- mina, D. van O. Valentijn en J. Hoogenboom. Wilhelmus Johannes, Z. van H. Vesseur en L. O. van Wieringen. Johannes Cornells, Z. van A. A. Bisschop en A. van der Meer. Maria Johanna, D. van O. van der Meer en J. Heems kerk. Ednardus, Z. van J: Eodendaal en P. Wolvers. Helena Cornelia, D. van H. Deters en 21. Kraaykamp. Ondertrouwd» D. Klees, 29 en H. N. van Nieuwkoop, 21 j. W. Spaargaren, 23 j., en A. M. Meijer, 23 j. Getrouwds A. O. Borxo, 22 en O. van der Zwet. 20 j. Overleden.- N. Borst. 61 j.. weduwn. van Kraakman. A. van der Ylugt. 76 j. LISSE. Geboront Johanna Elisabeth, D. van D. vail der Tang en A. O. van Westering. Jacob Leendert, Z. van L. Tol en E. A. de Jong. Nicolaas Hijacinthno, Z. van H. Korten- kaas en a van den Burg. Ondertrouwd» O. Dolieslager en B. van Marsbergen. Overleden: Johanna Helena Soholtcn. 4 j.. Adriana Vrijburg, wed. van B. van Dril, 63 j. Stephania Herfst, wed. van O. Costerus, 79 j. NOORD WIJKEBHOUT. Geboren: Maria, D. van P. Duivenvoorde en J. v. d. Bnrg. Cornelia, Z. van O. Leeflang en A. Schaap. Cornelia, D. van J. W. v. d. Klugt en A. Duiven voorde. Cornelia, D. van J. v. d. Worf en A. B. v. d. Mey. Overleden: Theodoras Mooyekind. 6 mnd. P. Warmerdam, 32 j. NOORD WIJK. Geboren: Theodora Corne lia D. van O. Zuidhoek en M. Duivenvoorde. Johanna, D. van O. v. d. Niet en J. van Beelen. Gotronwd: M. Ping, 29 j., en M. v. d. Hoorn, 31 j. M. J. Groenewoud, 23 J., en J. Plug, 24 j. A. v. d. Niet. 27 j.. en J. van Os, 23 j. J. Vink, 26 J., on A. v. d. Bent, 23 j. O. v. Katwijk, 21 j., en M. M. Mink, 21 j. Overleden: Johanna Maria van Houten, 1 j., D. van L. J. van Houten en S. G. van Dam. RIJNSBURG. Geboren: Cornelia Johannes, Z ven C. Kromhout, en A. Oudwater. Hein tje. D. van D. v. d. Valk on N. Schuitenmaker. Daniël. Z. van D. Kromhout on A. Zandbergen. VALKENBURG. Geboren: Bernardns Willebrordue, Z. van G. Dongelmans en 0. van dor Ploec. Maria Anthonia Carolina Geertrui- da, D van Coendert Peet en Huib. de Jong. VOORHOUT. Oeboron: Nicolaas Wilhel mus, Z. van Petrus Bernardus Zeestraten en Adriana Wilhelmina van der Post. Petrus Jo hannes, Z. van Theodoras Kortekaas on Catharina Maria den Hollander. Johannes, Z. van Henri- ous van der Voet en Margaretha den Hollander. Overleden: Levenloos aangegeven kind van bot vtpnwel. gesl. van C'ornelis Boere en Cornelia van der Lans. VOORSCHOTEN. Geboren: Jannetje, D. van K. I. Waasdorp on A. H. Rijnvis. -- Johan na, D. van Th. H. van der Klauw en J. H. Yeekmr- WARMOND. Geboren: Willem. Z. van W. Haneveld en O. Kuijper. Theodoras Wilhel mus, Z. van G. Groen in 't Woud on J. M. van Es. Jaoobus, Z. van J. O. van der Voet en B. v. d. Wilk. - Ondertrouwd: Jan Corneli9 de Boer. 39 j.. en Cornelia Elisabeth Gijsberti Hodonpije, 30 .1--- ZOETERWOUDE. Geboren: Theodoras, Z. van L. J. van der Zon en G. P. Vordegaal. Johannes Oornolis, Z. van L. van den Akker en J. A. Ammerlaan. Getrouwd: Eduard Verboog, 25 j., en Maria de Graaf, 21 j. Johan Conrad Banneier, 27 j., en Wijnanda Johanna Lokkerkerker, 30 j. V r a a gi: Wat 5s de prijs van Leiden naar Amersfoort, 3de klasse retour, als ook naar Hilversum? Reis ik vlugger en goedkooper. over Utrecht of Amsterdam? Antwoord: 8de kL enkele reis Amers foort f 1.45; 3de ki enkele reis Hilversum fl.25. Het goedkoopst is per K.M.-boekje. Afstand-in K.M.: Amersfoort 88 K.M., Hil versum 76 K.M. Vraag: Ik ben 30 jaar en vrij van alle diensten; nu zou ik naar Duitschland voor den landbouw willen; zijn er hier kan toren, waar ik mij vervoegen kan om zeker te zijn, dat ik werk krijg? A n t wo o r d; Wij zouden u raden maar stilletjes hier te blijven; ge kunt hier ook een goed weekgeld verdienen. Vraag: Zoudt u mg s.v.p.het adres kunnen zeggen van den voorzitter van de Zahnengeitenvereeniging te Haarlemmer meer? Antwoord: Het juiste adres, door U bedoeld, is ons niet bekend, daar er meer Vereenigingen met dat doel in de Haar- j le-mmermeer zijn. Schrijft u bijv. secretar i ris van de Geitenfokvereen. Nieuw-Vennep of Hoofddorp, dan zal de post het wel be zorgen. Mogelijk krijgen wij nog wel een adres, want in de Haarlemmermeer wordt ons blad ook veelvuldig gelezen. Misschien kunt u ook te Warmond wel te weten komen wat u wenscht Dat is bo vendien in eigen provincie, want die Ver eenigingen worden weer in Provinciale Bon den bijeengebracht Vraag: Welk evengoed HolJandsch woord zou gebezigd kunnen worden voor: „on werkbaar"? Antwoord: Zoohyig U niet nader om schrift de beteekenis, die U aan dit woord hecht, kunnen wij er geen ander voor in de plaats geven. Vraag: Kunt U mij ook zeggen of ©en huisbewaarster, tevens huishoudster, oojj recht heeft bij ziekte op verzorging of ver- pleegkosten? Antwoord: In haar kwaliteit van huig- houdster heeft zg recht'op ziekengeld. Vraag: Als mevrouw mij met Februari den dienst opzegt, heb ik dan recht en mijn Nieuwjaarsgeld? Antwoord: In gevallen als het Uwe is het gebruikelijk, dat mevrouw U do Nieuw jaarsfooi laat houden. Vraag: Bijna 3 jaar geleden heeft eer Rijksadvocaat de nalatenschap van een tante in beslag genomen. Kan ik nu op het suc cessiekantoor te weten komen of er nogi iets van terecht komt, of moet ik naar dei Minister van Financiën schrijven <yp geze geld of, ongezegeld papier? Antwoord: Het beste is, dat gij even bij den- ontvanger (Rapenburg, gebouw Kantongerecht) informeert omtrent deze zaak. Vraag: Kunt U mij ook zoggen, wan;-, neer de miliciens van do Telegraaf-Afde ling der Reg. Genietroepen, militie!ichting 1906 worden overgeplaatst naar de land weer en wordien ingedeeld bij hun betref fend L. W.-Bat. Antwoord: Neen, dat) kunnen wjj u niet Vraag: Ik ben met 1 November in betrekking gegaan als dienstbode en heb' den vierden mijn dienst met 6 weken op gezegd. Heb ik nu recht op zes weken loon en godspenning Antwoord: Geen recht op den godspenning. Vraag: Ik ben van do lichting 1917 e- in bezit van diploma A M. U. L. O. (zonder wiskunde). Ik wil bij eventueel© inlijving bij den dienst bij de militie gaarne opgeleid worden voor hot reservekader. Zou u mij willen mededeclen hoe ik dat' nu aan moet leggen Antwoord: Indien -e u bij het Reservekader wilt verbinden, dan moet ge dit doen vóór 21 Maart. Na dien datum kunt ge als ingeschrevene bij de militie niet meer komen. Het beste is ieeds nu daartoe stappen te doen en een verzoek te richten tot den Hoofd-Officier voor het Reservekader.' Bureefl Willemstraat 4, te Den Haag. V raag: Als ik drie maanden mijn diensten aangeboden heb, ben ik dan ver plicht mijn godspenning terug tc geven'? Mevrouw wilde mij met preen 3 maanden aannemen, wel voor een heel jaar. Antwoord: Ja, gij hebt goen recht op den godspen ning. Vraag: Ik ben van de lichting 1910 en ingedeeld bij de lo afd. 2 Reg. VekF artillerie. Wanneer komt deze onder de wapenen 1. Antwoord: Vermoedelijk tusschen 1 en 5 Ootober 1916. Vraag: In Juli 1904 heb ik mij aJar aspirant-vaandrig vrijwillig verbonden voor den tijd van 12 jaar, n.l. voor 8 jaar bij het. reserve-personeel der landmacht en 4 jaar bij de landweer. Overeenkomstig die- ze verbintenis ben ik in d©D zomer van 1912 als „reserve-sergeant" (als zoodanig sta ik gequalificeerd op den omslag van mijn landweer-zakboekje) ingedee'd bij de landweer-infanterie. Hoewel ik dus be schouwd kan worden als te behooren tot de landweerlichting 1912, sta ik, wat mijn datum van overgang naar den landstorm betreft, gelijk met de landweerlichting 1909, wier diensttijd bij de landweer immers, evenals de mijne, eindigt in den zomer van 1916. Op grond hiervan meen ik te mogen verwachten tegelijk mot de land weerlichting 1909 met verlof te worden ge zonden. Kunt mij ook mededeelen of ik daar in lerdaad op kan rekenen Antwoord: U moet vter jaren bij de landweer dienen, waartoe ge u vrijwil lig hebt verbonden. Ge gaat dus niet te gelijk met de lichting 1909, doch eorst na dien tijd te hebben uitgediend met verlof of ontslag; dit laatste alleen na do mo-1 biilisatie. vrouw Martin dale ver te boren gingen, kwam, zooals de keukenprinses aanmerkte, slechts daar vandaan, dat men bij het op- zettcp van een huishouden zoo velerlei din gen moest aanschaffen. Toen zij voor het eerst eenige gasten ten maaltijd had, was Violette in' grooten angstdooh alles liep tot algemeen genoegen af totdat de rekenin gen des Maandags inkwamen. Do kosten van dat diner waren ver boven haar bere kening en bedroegen meer dan zij voor een geheele week bestemd had. Er waren reeds gasten genoodigd voor een tweede partij, en nu wilde Violette het zuiniger aangelegd hebben, doch dc keukenprinses beduidde haar met zeer veel beleefdheid, dat het niet minder kon. „Zoo deed men het altijd in aanzionlijkc huizen, ten minste waar zij gediend had maar als mevrouw het anders verkoos, dan" Wel wetende, dat Arthur geen in het oog loo- pendo vermindering zou goedkeuren, meest zij er zich toe bepalen, den prijs van ver schillende dingen te vragen en een paar al te dure fijne schotels weg te laten, meenen- de, dat zij wel de geheele week zou kuirncn leven van hetgeen er van de partij over schoot, maar ziedat was nauwelijks ge noeg vc r één morgen, en des Maancla-gs waren de rekeningen w^der op een onbe grijpelijke manier opgeloopen, en om r.u niet meer achteruit te geraken, vulde zij het te kort. uit haar eigen zakgeld aan. Een derde partij hing haa- boven het- hoofd, en nu besloot zij haar eigen zin te volgen en eenvoudiger to laten opdb'sschen, ofschoon de keukenmeid met ha ar gewoon „Nu, als mevrouw het zoo wil, moet het gebeuren, maar bij de voornn.me families, waar ik gecli-end heb, deed men het anders", het haar moeilijk genoeg maakte. Dooh Violette hield vol, waarover de keukenmeid zich wreekte door haar den ge heel en dag allerlei moeilijkheden in den weg te leggen. Het voortdurend laat naar- bed-gaan en de Londensöho lucht hadden reeds zoo veel invloed op haar gestel ge had, dat zij over haar zorgen en bezwaren niet meer zoo luchtig kon heenstappen. Zij voorzag, dat alles verkeerd zou uitkomen, kwelde ziohzelvo, kreeg zware hoofdpijn en zag er des middags bleek en ongesteld uit. Do keukenmeid had de gerechten met zoo weinig zorg klaargemaakt, dat Violette als op hectc kolen zat, wanneer er werd voor- gediend, en nauwelijks in staat was om aan het gesprek deel te nemen. „Het ds u vandaag niet zoo goed gelukt als de vorige keeren", zedde Arthur, toen de gasten vertrokken waren„die soep on der anderen leek wel gootwater", en Vio lette had ach zoo overspannen, dat zij da delijk in tranen uitbarstte. „Kcö! Wat is dat nu? Ik zeg, dunkt mij, niets om te schreien!" Zij poogde te spreken, doch do tranen be letten het haar. „Wel, als gij niet kunt velen, dat men u de geringste aanmerking maakt, weet ik niet hoe het gaan moet." Dit zeggende nam hij zeer misnoegd een kaars op en ging naar beneden naar zijn eigen kamertje om een sigaar to rooken Zij was zoo verschrikt, dat haar tranen eensklaps ophielden bo vloeden, en vol verlangen orn zijn vergiffenis te ver krijgen, volgde ze hem. Toen hij zich daarop driftig omkeerde, zeide zij met ee.n bevende en smeekende stem: „Lieve Arbhur, ik schrei nu niet meer, en deed het ook niet, omdat ik boos was over uw aanmerking." „Nu, nu, al genoeg daarvan denk er maar niet meer over," sprak hij, wel niet onvriendelijk, maar toch met zeker onge duld, want hij verlangd)© zeer om van dat onderwerp af te komen en op zijn gemak een sigaar te gaan rooken.^ „En vergeeft gij het mij?" „Vergeven? Mallepraat 1 Maar gij moet u niet aanwennei. om over iede kleinig heid te gaan schreien. Er is niets onver draaglijker dan een vrouw, die altijd haar tranen gereed heeft zoodra men haar een aanmerking maakt". „Daarom was het ook niet", zei Violette zeer zachtzinnig. „Ik was bedroefd, om dat het diner zoo rieoht geweest was, en omdat men geen redelijk goeden maaltijd kan geven zonder een schat van geld e besteden". „Schatten! Wat noemt gij schatten?" Zij noemde de kosten van het vorige di ner en hij spotte met haar vrees, en toen zij daarop hem wilde gaan u:'leggen, dat zulk- uitgaven niet in verhouding stonden tot hun inkomen, bracht hij h:,j.r tot zwij gen met de woorden: „Kom, kom, wees maar nie\ bezorgd, wij beho iven nu in langen tijd geen diners weer te geven maar als wij het moeten doen, doe het dan niet meer zoo kruimelig en armoe dig Wel foei, gij riet er akelig uit van al uw getob". „Ik ben slechts wr.fc vermoeid". „Ga da-n maar gauw naar bed _en ver slaap al uw bezwaren 1" Voor het oogenblik was zij getroost, doch de moeilijkheden bleven daarom niet uit. Zij deed haar best om do dagelijksche uitgaven te verminderen, doch Arthur had de gewoon te, om, zonder het haar vooraf te waarschu wen, nu den eenen, clan den anderen vriend mede tc brengenen het verdriet, dat zij dan uitstond als zij dacht aan het ééne hoen of dc vijf lamscoteletten, die zij slechts op scho tel had, was onbeschrijfelijk. De keukenmeid wist dan wel het een of ander schoteltje ge reed te maken, doch de slotsom was, dat die onverwachte gasten haar evenveel kqstten als een partij. Op zokeren dag verstoutte zij ziclr om Arthur te verzoeken, het haar voor uit te willen zeggen, wanneer hij iemand wilde uitnoodigon doch hij werd er boos om on zeide, dat hij er juist van hield om de menschen op slag te vragen, dat zij er niets bijzonders voor behoefde te doen, en dat een diner voor twee personen altijd genoeg was voor drie. „Ach, hij is hier geheel anders dan te Winchester," dacht de arme Violette. „Het is zeker mijn schuldhij heeft zoo wei nig aan mijn gezelschap." Het begon haar te vervelen, alle avonden naar partijen te gaanhet laafc opblijven vermoeide haar; zij gevoelde zicli lusteloos en ongesteld, en haar financiën konden de kosten van haar toilet met meer bestrijden doen zij wist, dat Arthur er op gesteld was, dat zij uitging, ofschoon hij er zich vroeger over beklaagd had, zeggende dat hij slechts ging om harentwille. Wanneer zij er bleek en kwijnend uitzag, schei, hij zoozeer uit zijn humeur, dat zij weldra begon te vreezen, dat hij niets dan haar schoonheid had liÖf gehad. Zij meende, dat hij zich thuis ver veelde en dat hij in haar niet had gevonden wat hij zich voorgesteld had. De grootste oorzaak van haar kwellingen bestond misschien wel daarin, dat zij uit haar aard niet sterk van zenuwen was en daardoor weinig berekend voor de zorgen, die haar drukten; daarbij miste zij het gezel schap van haar moeder en zusters, en de ge ringste ongesteldheid of onaangenaamheid was voldoende om haar angstig en treurig te maken, en bovenal haar de vrees te doen op vatten,dat haar echtegenoot niet v&n haar hield. Ofschoon zij in de stellige meening ver keeido. dat zij zich aan den regel, om alles uit de hand te betalen, gehouden had, ont ving zij evenwel tot haar grooten ffhrik op het c-:fjde des jaars een menigte rekeningen van z-'ken, die zonder haar voorkennis door dc keukenmeid besteld waren, waaronder sommige voor goederen, die zij nooit ontvan gen hadvan verscheidene kon zij volgens haar geheugen en haar kasboek getuigen, dat zij betaald waren ofschoon de winkeliers en de keukenmeid, met wie zij het geld ge zonden had, dit stijf en sterk ontkenden. Zij werd bevreesd gemaakt, betaalde de reke ningen, en aldus verdween het laatste over schot van Lord Martindalc's geschenk. Zij was overtuigd, dat de keukonmeid on eerlijk was, doch kon het niet bewijzen. Zij durfde Arthur over haar huiselijke aangele genheden niet raadplegen, daar hij haar ge zegd had, dat hij nergens meer hekel aan bad, en zij had zelve een groote vtgcs voor onaangenaamheden, dat zij ook liever stil- zw eeg. Zij zorgde nu wel om de keukenprin ses gcon betalingen meer le laten doen, en voor het overige, dacht zij, moet het dan maar gaan zooals het wil tot op het einde van de maand Mei, het tijdstip, waarop zij haar moeder bij zich hoopte te hebben. Die goede moedor zou haar wel ton beste raden, al wat zij verkeerd gedaan had horstellen, haar leercn meesteres in haar eigen huis te zijn en haar in ulles onderrichten, zonder dat men bevreesd behoefde t© wezen, dat men het te Wrangerton aan de klok zou hangen. Dio hoop versterkte en bemoedigde haar in al haar bezwaren, on ol als Annette dan mede- kwam! (W.ordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1915 | | pagina 6