Uit de Omstreken.
jDaalit <6e3tcliuti.
Vragen en Antwoorden.
van do heeren Heemskerk, De Waal Male-
ftt, Talma, Van der Voort van Zjjp, Van der
Molen, Rutgers, Smeenk, Vonkenberg, en
Kofijrberg.
De vraag wordt gesteld-of zulk een be
handeling Christelijk is, gelgk die onder broe
deren past? Sluit het anti-rev. leiderschap
het recht en de bevoegdheid in om leden
der partij, die op de meest bescheiden wijze
in een zaak, welke zelfs geheel buiten de
politiek ligt, hun bedenkingen inbrengen,
op zulk een onheusche' en smadelijke wjjze
te bejenen?
Maar voorts worden bedenkingen geop
perd, aan de behandeling van zaken ontleend.
Gewezen wordt op de wijze, waarop
„De Standaard" na de verkiezingen zonder
raadpleging van het Centraal-comité het
denkbeeld uitte om zich van het „puur ma
terieel© vraagstuk", van het ^protectionisme
los te maken, moe wel dr. Kuyper in de rede
over „fl'e Heilige Orde" het protectionisme
had verdedigd, en deze zaak formeel op het
program van actie was geplaatst, waarover
met do R.-K. partij accoord was getroffen.
Een uiteenzetting van de eedskwestie leidt
voorts de schrijvers tot de vraag: of dr.
Kuyper de leden der partij niet alleen aan
Het Program, maar ook aan Ons program
gebonden acht?
De politieke malaise der anti-rev. .partij
schuilt niet in de eerste plaats in de orga
nisatie, maar hangt saam met het eigenaar
dig historisch verloop van het partij-leven.
Ten slotte zeggen de schrijvers, dat de
eerbiediging van het recht der persoonlijk
heid en vrijheid van consciëntie, maar zoo,
dat de eenheid toch zoo min mogelijk scha
de lijdt-, alleen kan geschieden door een re
organisatie, die aan de volgende regelen
Beantwoordt:
Instelling van een Raad van Advies, waar
in de verschillende elementen telken jare
over de hangende vraagstukken en opko
mende geschilpunten van gedachten kun
nen wisselen.
De deputaten-vergaderingen mogen aiet
nooger geschat worden dan ze werkelijk
waarü zijn.
Als regel behoort te gelden, dat de voor
zitter van het Centraal-Cbmité ook zij lid der
Tweede Kamer en voorzitter der Club.
Wanneer de voorzitter der Club met de
formatie van een nieuw kabinet belast wordt,
doe hij terstond afstand van het voorzitter
schap van het Centraal Comité en late hjj
volle zelfstandigheid en vrijheid aan de anti-
rev. jiers, ook tegenover het bevriende ka
binet.
Tusschen Kamerclub en partij (Centraal-
Ccmité) kan geen formeele band beslaan.
Deze handhaving van de zelfstandigheid
der Kamerleden kan leiden tot „Eicspanne-
rei"; maar grooter gevaar dan de zelfstandig
heid der Kamerleden, is hun toenemende af
hankelijkheid.
Overweging verdient' om ook tusschen par
tij en pers een zeker verband te leggen. „De
Standaard" staat en valt thans met dr. Kuy-
per.
Van een dergelijke organisatie zou de
verwachting van haar goeae werking toch
niet al te hoog gespannen moeten zijn. Maar
dan zou niet iedere eerlijke overtuiging niet
geweld onderdrukt of verdacht gemaakt be
hoeven te worden.
De achteruitgang van het aantal
theoSogcsche studenten.
De heeren Fabius en l)e Vries hadden bij
het begrootingsdebat in den Amsterdam-
schen Raad gewezen op het „verloopen" van
de Amsterdamsche theologisc'no faculteit.
Dit geeft prof. Van Bakel aanleiding om
door een statistisch overzicht een vergelij
king te maken tusschen de verschillende uni
versiteiten hier te lande en stelt daarbij
tegenover elkaar het aantal voor het eerst
ingeschrevenen en het geheele aantal theolo
gische studenten. Dit overzicht loopt over de
jaren 1906—1915 en is opgenomen in „De
Hervorming" van 27 November j.l.
Prof. Van Bakel komt dan tot de volgen
de conclusies
Ten eerstedat over 't geheel genomen
het aantal der theologische studenten ach
teruitgang vertoont maar ten tweede dat
ovor achteruitgang tot heden niet hebben te
klagen dc Theologische School te Kampen
cd de beide theologische faculteiten te Am
sterdam.
Kampen ging zonder reserve vooruit. De
Vrije Universiteit ging dit jaar terug, maar
telde den vorigen cursus één student meer
dan in 1906^'07. De faculteit aan de Ge
meentelijke Universiteit te Amsterdam stond
voor 10 jaar op 19, staat nu op 20, telt één
eerste-jaars meer dan de Vrije Universiteit
en een gelijk aantal theologische studenten
als de Rijksuniversiteit te Groningen.
Daarentegen is er aan elke der drie Rijks
universiteiten een aanmerkelijke daling. Lei
den daalde van 74 op 47, waaronder resp. 5
ei- 7 Remonstranten. Ernstiger is de daling
te Groningen en te Utrecht, bij beiden tot
beneden de helftGroningen viel van 41 op
20; Utrecht van 200 op 78, waaronder thans
nog 4 Hersteld-Evangelisch-Luthersphen.
Ging Groningen nog gedurende de jaren
1911'13 een weinig vooruit, Utrecht daalde
constant. En al toont de tabel der voor 't
eerst ingeschrevenen, dat een onverwachte
stijging hier en ginds de kansen telkens een
weinig doen kecren, zoo er ergens bezorgd
heid kan bestaan voor de toekomst, dan is
dit het geval bij de Ned.-Herv. Kerk. De
kleinere kerkgenootschappen: Remonstran
ten, Doopsgezinden en de gezamenlijke Lu-
therschen hebben voorloopig geen tekort.
Dat bij dezen stand van zaken het curato
rium van liet Hersteld-Evang.-Luthersch Se
minarium het misplaatste van zijn argument,
dat. trouwens door prof. dr. J. W. Pont in
zijn inaugureele oratie te Utrecht niet werd
overgenomen, zal inzien, ligt voor de hand.
Ook de beide Geref. Amsterdamsche
Raadsleden zullen hun sombere beschouwin
gen over de theologische faculteit aan de
Gemeentelijke Universiteit van Amsterdam
moeten wijzigen, vooral nu het aantal der
daar ingeschreven novitii dat van de Vrije
Universiteit overtreft.
Ziet men in het aantal studenten een mo
tief tot opheffing van de Amaterdamsche
theologische faculteit, dan ware er een ge
lijke grond tot opheffing van de theologi
sche faculteit t,e Groningen, waaraan nog
wel twee kerkelijke hoogleeraren der Ned.-
Hcrv. Kerk zijn verbonden.
En wil men spreken van een „verloopen"
van het aantal theologische studenten, dan
bestaat er vooralsnog meer reden om den
blik te richten naar de Rijksuniversiteiten
dan naar de theologische faculteit aan de
Gemeentelijke Universiteit van Amsterdam.
HAZERSWOUDE.
In de vergadering van het Steuncomité
is besloten een inzamelnig van gelden te
houden. De kas is dermate geslonken, dat
een tweede winter niet kan worden inge
gaan. In onderzoek is of niet voor enkele
gezinnen van .gemobiliseerden een toeslag
onmisbaar worm; op> de Rijksvergoeding.
Dinsdagmorgen werd met groote plech
tigheid op de R.-K. begraafplaats ter aarde
besteld het stoffelijk overschot van wijlen
den heer A. W. Straathof. Tegenwoordig
waren o.m. de burgemeester met de Raads
leden, het bestuur der „Groote Hazerswoud-
6che Droogmakerij" en het R.-K. Kerk- en
Armbestuur. De belangstelling in deze plech
tigheid, die voorafgegaan werd door het op
dragen van de H. Mis, was zeer groot.
Ook de onlangs vertrokken pastoor, cle heer
G. A. de Groot, was met andere geestelijken
tegenwoordig.
KATWIJK.
De Raad komt Vrijdagmorgen om half-
elf bijeen.
LEIDERDORP.
De Raad vergadert Donderdagavond
te halfa-cht.
Onder het vee van den landbouwer J.
do Gr. komt mond- en klauwzeer voor.
Meer dan 210 runderen worden afgemaakt.
LISSE.
Gisteravond gaf de Chr. zangvereem-
ging „Looft den Heer," onder de bekwame
leiding van haar directeur, den heer H. J.
van Leeuwen, organist der Oosterkerk te Lei
den, haar 12de uitvoering in het Kerkge
bouw van de Ned.-Herv. Gem.
SASSENHEIM
Door den heer Kamerling, nit Haar
lem. is alhier voor de R.-K. Middenstandsver-
eeniging „De Hanze" een lezing gehouden
over: Middenstands-actie. Hoewel de vergar
RECLAMES, h 40 cents per regel.
3502 60
dering toegankelijk -was voor alle middenstan
ders, waren maar enkele niet-leden tegen
woordig.
Spr. schetste in vurige taal den treurigen
toestand, waarin de middenstanders verkee-
ren. Als oorzaken noemde hij het groot
kapitaal en de arbeiders-coöperaties. Ditzjjn
de grootste vijanden. Daarna wees spr. pp
de groote filialen, vijftig en zestig van één
zaak, die door enorme kapitaalcombinatiesl
de middenstanders in den grond boren. Daar
om moet er onder de middenstanders eensge
zindheid komen, om hun stand op te heffen.
Niet langer op zichzelf blijven staan, ver
eenigen moet het parool zijn. Gezamenlijk
inkoopen, dan kan men het hoofd bieden
aan de groote filialen. Dat gezamenlijk in
koopen doen ook de groote bedrijven, waar
door zij reuzenvoordeelen kunnen bedingen.
De middenstanders moeten meegaan met hun
tfd, het zakensyst-eem der groote filialen
overnemen. De leus moet zijn: één voor allen,
nllen voor één. Na de pauze pprak inlei
der nog over vakorganisaties tegenover
grootkapitaal en arbeiderscoöperaties.
BURGERLIJKE STAND-OMSTREKEN.
ALKEMADB. Geboren: Theodor Nicolaas
Jaoobus, Z. van J. Th. Cudlage en K. van Wierin-
gren. Elisabeth Johanna, D. Tan B. Ouwerkerk
en W. Hossel. Johannes Petms. Z. van J. H.
Slijsdonk on W. Th. van Beek. Anna Wilhel-
mina, D. van O. Valentijn en J. Hoogenboom.
Wilhelmus Johannes, Z. van H. Vesseur en L.
O. van Wieringen. Johannes Cornells, Z. van
A. A. Bisschop en A. van der Meer. Maria
Johanna, D. van O. van der Meer en J. Heems
kerk. Ednardus, Z. van J: Eodendaal en P.
Wolvers. Helena Cornelia, D. van H. Deters
en 21. Kraaykamp.
Ondertrouwd» D. Klees, 29 en H. N.
van Nieuwkoop, 21 j. W. Spaargaren, 23 j., en
A. M. Meijer, 23 j.
Getrouwds A. O. Borxo, 22 en O. van
der Zwet. 20 j.
Overleden.- N. Borst. 61 j.. weduwn. van
Kraakman. A. van der Ylugt. 76 j.
LISSE. Geboront Johanna Elisabeth, D.
van D. vail der Tang en A. O. van Westering.
Jacob Leendert, Z. van L. Tol en E. A. de
Jong. Nicolaas Hijacinthno, Z. van H. Korten-
kaas en a van den Burg.
Ondertrouwd» O. Dolieslager en B. van
Marsbergen.
Overleden: Johanna Helena Soholtcn.
4 j.. Adriana Vrijburg, wed. van B. van Dril,
63 j. Stephania Herfst, wed. van O. Costerus,
79 j.
NOORD WIJKEBHOUT. Geboren: Maria,
D. van P. Duivenvoorde en J. v. d. Bnrg.
Cornelia, Z. van O. Leeflang en A. Schaap.
Cornelia, D. van J. W. v. d. Klugt en A. Duiven
voorde. Cornelia, D. van J. v. d. Worf en A.
B. v. d. Mey.
Overleden: Theodoras Mooyekind. 6 mnd.
P. Warmerdam, 32 j.
NOORD WIJK. Geboren: Theodora Corne
lia D. van O. Zuidhoek en M. Duivenvoorde.
Johanna, D. van O. v. d. Niet en J. van Beelen.
Gotronwd: M. Ping, 29 j., en M. v. d.
Hoorn, 31 j. M. J. Groenewoud, 23 J., en J.
Plug, 24 j. A. v. d. Niet. 27 j.. en J. van Os,
23 j. J. Vink, 26 J., on A. v. d. Bent, 23 j.
O. v. Katwijk, 21 j., en M. M. Mink, 21 j.
Overleden: Johanna Maria van Houten,
1 j., D. van L. J. van Houten en S. G. van Dam.
RIJNSBURG. Geboren: Cornelia Johannes,
Z ven C. Kromhout, en A. Oudwater. Hein
tje. D. van D. v. d. Valk on N. Schuitenmaker.
Daniël. Z. van D. Kromhout on A. Zandbergen.
VALKENBURG. Geboren: Bernardns
Willebrordue, Z. van G. Dongelmans en 0. van
dor Ploec. Maria Anthonia Carolina Geertrui-
da, D van Coendert Peet en Huib. de Jong.
VOORHOUT. Oeboron: Nicolaas Wilhel
mus, Z. van Petrus Bernardus Zeestraten en
Adriana Wilhelmina van der Post. Petrus Jo
hannes, Z. van Theodoras Kortekaas on Catharina
Maria den Hollander. Johannes, Z. van Henri-
ous van der Voet en Margaretha den Hollander.
Overleden: Levenloos aangegeven kind
van bot vtpnwel. gesl. van C'ornelis Boere en
Cornelia van der Lans.
VOORSCHOTEN. Geboren: Jannetje, D.
van K. I. Waasdorp on A. H. Rijnvis. -- Johan
na, D. van Th. H. van der Klauw en J. H.
Yeekmr-
WARMOND. Geboren: Willem. Z. van
W. Haneveld en O. Kuijper. Theodoras Wilhel
mus, Z. van G. Groen in 't Woud on J. M. van
Es. Jaoobus, Z. van J. O. van der Voet en
B. v. d. Wilk. -
Ondertrouwd: Jan Corneli9 de Boer.
39 j.. en Cornelia Elisabeth Gijsberti Hodonpije,
30 .1---
ZOETERWOUDE. Geboren: Theodoras,
Z. van L. J. van der Zon en G. P. Vordegaal.
Johannes Oornolis, Z. van L. van den Akker en
J. A. Ammerlaan.
Getrouwd: Eduard Verboog, 25 j., en
Maria de Graaf, 21 j. Johan Conrad Banneier,
27 j., en Wijnanda Johanna Lokkerkerker, 30 j.
V r a a gi: Wat 5s de prijs van Leiden naar
Amersfoort, 3de klasse retour, als ook naar
Hilversum? Reis ik vlugger en goedkooper.
over Utrecht of Amsterdam?
Antwoord: 8de kL enkele reis Amers
foort f 1.45; 3de ki enkele reis Hilversum
fl.25. Het goedkoopst is per K.M.-boekje.
Afstand-in K.M.: Amersfoort 88 K.M., Hil
versum 76 K.M.
Vraag: Ik ben 30 jaar en vrij van
alle diensten; nu zou ik naar Duitschland
voor den landbouw willen; zijn er hier kan
toren, waar ik mij vervoegen kan om zeker
te zijn, dat ik werk krijg?
A n t wo o r d; Wij zouden u raden maar
stilletjes hier te blijven; ge kunt hier ook
een goed weekgeld verdienen.
Vraag: Zoudt u mg s.v.p.het adres
kunnen zeggen van den voorzitter van de
Zahnengeitenvereeniging te Haarlemmer
meer?
Antwoord: Het juiste adres, door U
bedoeld, is ons niet bekend, daar er meer
Vereenigingen met dat doel in de Haar- j
le-mmermeer zijn. Schrijft u bijv. secretar i
ris van de Geitenfokvereen. Nieuw-Vennep
of Hoofddorp, dan zal de post het wel be
zorgen. Mogelijk krijgen wij nog wel een
adres, want in de Haarlemmermeer wordt
ons blad ook veelvuldig gelezen.
Misschien kunt u ook te Warmond wel
te weten komen wat u wenscht Dat is bo
vendien in eigen provincie, want die Ver
eenigingen worden weer in Provinciale Bon
den bijeengebracht
Vraag: Welk evengoed HolJandsch woord
zou gebezigd kunnen worden voor: „on
werkbaar"?
Antwoord: Zoohyig U niet nader om
schrift de beteekenis, die U aan dit woord
hecht, kunnen wij er geen ander voor in
de plaats geven.
Vraag: Kunt U mij ook zeggen of ©en
huisbewaarster, tevens huishoudster, oojj
recht heeft bij ziekte op verzorging of ver-
pleegkosten?
Antwoord: In haar kwaliteit van huig-
houdster heeft zg recht'op ziekengeld.
Vraag: Als mevrouw mij met Februari
den dienst opzegt, heb ik dan recht en
mijn Nieuwjaarsgeld?
Antwoord: In gevallen als het Uwe
is het gebruikelijk, dat mevrouw U do Nieuw
jaarsfooi laat houden.
Vraag: Bijna 3 jaar geleden heeft eer
Rijksadvocaat de nalatenschap van een tante
in beslag genomen. Kan ik nu op het suc
cessiekantoor te weten komen of er nogi
iets van terecht komt, of moet ik naar dei
Minister van Financiën schrijven <yp geze
geld of, ongezegeld papier?
Antwoord: Het beste is, dat gij even
bij den- ontvanger (Rapenburg, gebouw
Kantongerecht) informeert omtrent deze
zaak.
Vraag: Kunt U mij ook zoggen, wan;-,
neer de miliciens van do Telegraaf-Afde
ling der Reg. Genietroepen, militie!ichting
1906 worden overgeplaatst naar de land
weer en wordien ingedeeld bij hun betref
fend L. W.-Bat.
Antwoord: Neen, dat) kunnen wjj u
niet
Vraag: Ik ben met 1 November in
betrekking gegaan als dienstbode en heb'
den vierden mijn dienst met 6 weken op
gezegd. Heb ik nu recht op zes weken
loon en godspenning
Antwoord: Geen recht op den
godspenning.
Vraag: Ik ben van do lichting 1917
e- in bezit van diploma A M. U. L. O.
(zonder wiskunde). Ik wil bij eventueel©
inlijving bij den dienst bij de militie gaarne
opgeleid worden voor hot reservekader.
Zou u mij willen mededeclen hoe ik dat'
nu aan moet leggen
Antwoord: Indien -e u bij het
Reservekader wilt verbinden, dan moet ge
dit doen vóór 21 Maart. Na dien datum
kunt ge als ingeschrevene bij de militie
niet meer komen.
Het beste is ieeds nu daartoe stappen
te doen en een verzoek te richten tot den
Hoofd-Officier voor het Reservekader.'
Bureefl Willemstraat 4, te Den Haag.
V raag: Als ik drie maanden mijn
diensten aangeboden heb, ben ik dan ver
plicht mijn godspenning terug tc geven'?
Mevrouw wilde mij met preen 3 maanden
aannemen, wel voor een heel jaar.
Antwoord: Ja, gij hebt goen recht
op den godspen ning.
Vraag: Ik ben van de lichting 1910
en ingedeeld bij de lo afd. 2 Reg. VekF
artillerie. Wanneer komt deze onder de
wapenen 1.
Antwoord: Vermoedelijk tusschen
1 en 5 Ootober 1916.
Vraag: In Juli 1904 heb ik mij aJar
aspirant-vaandrig vrijwillig verbonden voor
den tijd van 12 jaar, n.l. voor 8 jaar bij
het. reserve-personeel der landmacht en 4
jaar bij de landweer. Overeenkomstig die-
ze verbintenis ben ik in d©D zomer van
1912 als „reserve-sergeant" (als zoodanig
sta ik gequalificeerd op den omslag van
mijn landweer-zakboekje) ingedee'd bij de
landweer-infanterie. Hoewel ik dus be
schouwd kan worden als te behooren tot
de landweerlichting 1912, sta ik, wat mijn
datum van overgang naar den landstorm
betreft, gelijk met de landweerlichting 1909,
wier diensttijd bij de landweer immers,
evenals de mijne, eindigt in den zomer
van 1916. Op grond hiervan meen ik te
mogen verwachten tegelijk mot de land
weerlichting 1909 met verlof te worden ge
zonden. Kunt mij ook mededeelen of
ik daar in lerdaad op kan rekenen
Antwoord: U moet vter jaren bij
de landweer dienen, waartoe ge u vrijwil
lig hebt verbonden. Ge gaat dus niet te
gelijk met de lichting 1909, doch eorst na
dien tijd te hebben uitgediend met verlof
of ontslag; dit laatste alleen na do mo-1
biilisatie.
vrouw Martin dale ver te boren gingen,
kwam, zooals de keukenprinses aanmerkte,
slechts daar vandaan, dat men bij het op-
zettcp van een huishouden zoo velerlei din
gen moest aanschaffen. Toen zij voor het
eerst eenige gasten ten maaltijd had, was
Violette in' grooten angstdooh alles liep
tot algemeen genoegen af totdat de rekenin
gen des Maandags inkwamen. Do kosten
van dat diner waren ver boven haar bere
kening en bedroegen meer dan zij voor een
geheele week bestemd had.
Er waren reeds gasten genoodigd voor
een tweede partij, en nu wilde Violette
het zuiniger aangelegd hebben, doch dc
keukenprinses beduidde haar met zeer veel
beleefdheid, dat het niet minder kon. „Zoo
deed men het altijd in aanzionlijkc huizen,
ten minste waar zij gediend had maar als
mevrouw het anders verkoos, dan" Wel
wetende, dat Arthur geen in het oog loo-
pendo vermindering zou goedkeuren, meest
zij er zich toe bepalen, den prijs van ver
schillende dingen te vragen en een paar al
te dure fijne schotels weg te laten, meenen-
de, dat zij wel de geheele week zou kuirncn
leven van hetgeen er van de partij over
schoot, maar ziedat was nauwelijks ge
noeg vc r één morgen, en des Maancla-gs
waren de rekeningen w^der op een onbe
grijpelijke manier opgeloopen, en om r.u
niet meer achteruit te geraken, vulde zij het
te kort. uit haar eigen zakgeld aan.
Een derde partij hing haa- boven het-
hoofd, en nu besloot zij haar eigen zin te
volgen en eenvoudiger to laten opdb'sschen,
ofschoon de keukenmeid met ha ar gewoon
„Nu, als mevrouw het zoo wil, moet het
gebeuren, maar bij de voornn.me families,
waar ik gecli-end heb, deed men het anders",
het haar moeilijk genoeg maakte.
Dooh Violette hield vol, waarover de
keukenmeid zich wreekte door haar den ge
heel en dag allerlei moeilijkheden in den
weg te leggen. Het voortdurend laat naar-
bed-gaan en de Londensöho lucht hadden
reeds zoo veel invloed op haar gestel ge
had, dat zij over haar zorgen en bezwaren
niet meer zoo luchtig kon heenstappen. Zij
voorzag, dat alles verkeerd zou uitkomen,
kwelde ziohzelvo, kreeg zware hoofdpijn en
zag er des middags bleek en ongesteld uit.
Do keukenmeid had de gerechten met zoo
weinig zorg klaargemaakt, dat Violette als
op hectc kolen zat, wanneer er werd voor-
gediend, en nauwelijks in staat was om aan
het gesprek deel te nemen.
„Het ds u vandaag niet zoo goed gelukt
als de vorige keeren", zedde Arthur, toen
de gasten vertrokken waren„die soep on
der anderen leek wel gootwater", en Vio
lette had ach zoo overspannen, dat zij da
delijk in tranen uitbarstte.
„Kcö! Wat is dat nu? Ik zeg, dunkt mij,
niets om te schreien!"
Zij poogde te spreken, doch do tranen be
letten het haar.
„Wel, als gij niet kunt velen, dat men u
de geringste aanmerking maakt, weet ik
niet hoe het gaan moet." Dit zeggende nam
hij zeer misnoegd een kaars op en ging naar
beneden naar zijn eigen kamertje om een
sigaar to rooken Zij was zoo verschrikt, dat
haar tranen eensklaps ophielden bo vloeden,
en vol verlangen orn zijn vergiffenis te ver
krijgen, volgde ze hem. Toen hij zich daarop
driftig omkeerde, zeide zij met ee.n bevende
en smeekende stem: „Lieve Arbhur, ik
schrei nu niet meer, en deed het ook niet,
omdat ik boos was over uw aanmerking."
„Nu, nu, al genoeg daarvan denk er
maar niet meer over," sprak hij, wel niet
onvriendelijk, maar toch met zeker onge
duld, want hij verlangd)© zeer om van dat
onderwerp af te komen en op zijn gemak
een sigaar te gaan rooken.^
„En vergeeft gij het mij?"
„Vergeven? Mallepraat 1 Maar gij moet
u niet aanwennei. om over iede kleinig
heid te gaan schreien. Er is niets onver
draaglijker dan een vrouw, die altijd haar
tranen gereed heeft zoodra men haar een
aanmerking maakt".
„Daarom was het ook niet", zei Violette
zeer zachtzinnig. „Ik was bedroefd, om
dat het diner zoo rieoht geweest was, en
omdat men geen redelijk goeden maaltijd
kan geven zonder een schat van geld e
besteden".
„Schatten! Wat noemt gij schatten?"
Zij noemde de kosten van het vorige di
ner en hij spotte met haar vrees, en toen
zij daarop hem wilde gaan u:'leggen, dat
zulk- uitgaven niet in verhouding stonden
tot hun inkomen, bracht hij h:,j.r tot zwij
gen met de woorden: „Kom, kom, wees
maar nie\ bezorgd, wij beho iven nu in
langen tijd geen diners weer te geven
maar als wij het moeten doen, doe het
dan niet meer zoo kruimelig en armoe
dig Wel foei, gij riet er akelig uit van
al uw getob".
„Ik ben slechts wr.fc vermoeid".
„Ga da-n maar gauw naar bed _en ver
slaap al uw bezwaren 1"
Voor het oogenblik was zij getroost, doch
de moeilijkheden bleven daarom niet uit. Zij
deed haar best om do dagelijksche uitgaven
te verminderen, doch Arthur had de gewoon
te, om, zonder het haar vooraf te waarschu
wen, nu den eenen, clan den anderen vriend
mede tc brengenen het verdriet, dat zij dan
uitstond als zij dacht aan het ééne hoen of
dc vijf lamscoteletten, die zij slechts op scho
tel had, was onbeschrijfelijk. De keukenmeid
wist dan wel het een of ander schoteltje ge
reed te maken, doch de slotsom was, dat die
onverwachte gasten haar evenveel kqstten
als een partij. Op zokeren dag verstoutte zij
ziclr om Arthur te verzoeken, het haar voor
uit te willen zeggen, wanneer hij iemand
wilde uitnoodigon doch hij werd er boos om
on zeide, dat hij er juist van hield om de
menschen op slag te vragen, dat zij er niets
bijzonders voor behoefde te doen, en dat een
diner voor twee personen altijd genoeg was
voor drie. „Ach, hij is hier geheel anders
dan te Winchester," dacht de arme Violette.
„Het is zeker mijn schuldhij heeft zoo wei
nig aan mijn gezelschap."
Het begon haar te vervelen, alle avonden
naar partijen te gaanhet laafc opblijven
vermoeide haar; zij gevoelde zicli lusteloos
en ongesteld, en haar financiën konden de
kosten van haar toilet met meer bestrijden
doen zij wist, dat Arthur er op gesteld was,
dat zij uitging, ofschoon hij er zich vroeger
over beklaagd had, zeggende dat hij slechts
ging om harentwille. Wanneer zij er bleek en
kwijnend uitzag, schei, hij zoozeer uit zijn
humeur, dat zij weldra begon te vreezen,
dat hij niets dan haar schoonheid had liÖf
gehad. Zij meende, dat hij zich thuis ver
veelde en dat hij in haar niet had gevonden
wat hij zich voorgesteld had.
De grootste oorzaak van haar kwellingen
bestond misschien wel daarin, dat zij uit
haar aard niet sterk van zenuwen was en
daardoor weinig berekend voor de zorgen,
die haar drukten; daarbij miste zij het gezel
schap van haar moeder en zusters, en de ge
ringste ongesteldheid of onaangenaamheid
was voldoende om haar angstig en treurig te
maken, en bovenal haar de vrees te doen op
vatten,dat haar echtegenoot niet v&n haar
hield.
Ofschoon zij in de stellige meening ver
keeido. dat zij zich aan den regel, om alles
uit de hand te betalen, gehouden had, ont
ving zij evenwel tot haar grooten ffhrik op
het c-:fjde des jaars een menigte rekeningen
van z-'ken, die zonder haar voorkennis door
dc keukenmeid besteld waren, waaronder
sommige voor goederen, die zij nooit ontvan
gen hadvan verscheidene kon zij volgens
haar geheugen en haar kasboek getuigen,
dat zij betaald waren ofschoon de winkeliers
en de keukenmeid, met wie zij het geld ge
zonden had, dit stijf en sterk ontkenden. Zij
werd bevreesd gemaakt, betaalde de reke
ningen, en aldus verdween het laatste over
schot van Lord Martindalc's geschenk.
Zij was overtuigd, dat de keukonmeid on
eerlijk was, doch kon het niet bewijzen. Zij
durfde Arthur over haar huiselijke aangele
genheden niet raadplegen, daar hij haar ge
zegd had, dat hij nergens meer hekel aan
bad, en zij had zelve een groote vtgcs voor
onaangenaamheden, dat zij ook liever stil-
zw eeg. Zij zorgde nu wel om de keukenprin
ses gcon betalingen meer le laten doen, en
voor het overige, dacht zij, moet het dan
maar gaan zooals het wil tot op het einde
van de maand Mei, het tijdstip, waarop zij
haar moeder bij zich hoopte te hebben. Die
goede moedor zou haar wel ton beste raden,
al wat zij verkeerd gedaan had horstellen,
haar leercn meesteres in haar eigen huis te
zijn en haar in ulles onderrichten, zonder dat
men bevreesd behoefde t© wezen, dat men het
te Wrangerton aan de klok zou hangen. Dio
hoop versterkte en bemoedigde haar in al
haar bezwaren, on ol als Annette dan mede-
kwam!
(W.ordt vervolgd).