Dg Eüropesschs Oorlog.
Be „Ancona" getorpedeerd.
FEUILLETON.
Violette of de Schoonzuster.
«H
Thans komen meerdere bijzonderheden
over de torpedeering- van de „AnconaEen
geregeld verhaal kreeg de Keuter-bericht-
gever op Malta.
.Woensdag viel daar een Engelsch stoom
schip binnen met eenige overlevenden van
de „Ancona". Een Engelsch onderdaan ver
telde jiet volgende:
„Aan boord waren zoowel Grieksche als
ItaJiaansche emigranten. De meeste opva
renden waren kinderen, terwijl er ook vele
vrouwen aan boord waren. De kapitein,
die gewaarschuwd was voor de aanwezigheid
van vijandelijke duikbooten, nam alle mo
gelijke voorzorgen. Maandagmiddag kregen
we een duikboot op grooten afstand in zicht.
Het vaartuig kwam aan de oppervlakte en
naderde met grooten spoed in onze richting,
terwijl het een schot voor den boeg zond. Wij
beschouwden dit als een bevel om onmid
dellijk bij te draaien. Er ontstond een ge
weldige paniek aan boord. De zegsman
wist) niet te vertellen of het schip stopte na
het eerste schot. Intusschen bleef de duik
boot ons beschieten, voortdurend snel op ons
winnende. De duikboot, die wij nu duide
lijk konden waarnemen, was een Oosten-
rijksch vaartuig. De onderzeeër kwam
langszij en toen hoorden wij den comman
dant spreken met onzen gezagvoerder.
Men deelde ons mede, dat de Oostenrij
ker vijf minuten tijd had gegeven aan passa
giers en bemanning om het schip te verla
ten. Geen oogenblik werd verloren om de
noodige toebereidselen te treffen. Maar het
bleek, dat alle passagiers het hoofd kwpfc
waren. De duikboot bleef rondom* het schip
vuur afgeven. Iedereen snelde naar dé sloe-'
pen, welke werden gestreken. De' paösagiers
gingen in de booten, maar in de verwarring
waren deze nog niet alle van de davids los
gemaakt; zij sloegen door den zwaren last om
en de inzittenden vielen te water. Wij zagen
hoe velen worstelden in de golven, tot zij in
dö diepte verdwenen. Het gegil van vrou
wen én kinderen vervulde de lucht, maar,
er bleek geen hulp mogelrjk te zijn gedu
rende dit onbeschrijfelijke en hartroerende
tooneel. De duikboot gaf schot na schot af.
Het optreden van 3en Oostenrijker, was
daarom zoo onbegrijpelijk, omdat geen enkel
projectiel op de „Ancona" werd afgevuurd;
de vijand plaatste zijn schoten alle rondom
het schip, alsof hij zoo veel mogelijk vrees
wilde verwekken. Eenigen tijd, nadat wij
waren weggerosid, vertelde de Éngelschman
ten slotte, hadden wij vier achtereenvolgen
de schoten gehoord. De „Ancona' was in
de lucht gevlogen. Wij bleven den gelieelen
nacht in de sloep, totdat wij door het Engel-
sche stoomschip werden opgepikt.
De kapitein van de „Ancona" meldt, dat'
de duikboot, die het schip torpedeerde, de
booten beschoot, die gereed waren om te
worden neergelaten, waardoor vele mensehen
werden gedood.
Gewonden, die in de nabijheid van de duik
boot zwommen, werden met hoongelach te-
ruggest-ooten. De duikboot gaf geen stop
signaal, het eerste signaal was een granaat,
waarop de „Ancona" terstond stilhield.
Een officieel Fransch eomrssüqué aegt
van de torpedeering van de „Ancona* het
volgende: „Telegrammen uit Tunis ontvan
gen over de torpedeering van de „Ancona"
toonen opnieuw, dat de Duitschers de oor-
logs- en menschelijkheidswetten hebben ge
schonden. Na het stoomschip te hebben doen
zinken, schoot de onderzeeër op de redding-
boeten, waardoor een man, een vrouw en
twee kinderen gelood werden, wier lijken
naar Bizerta werden gebracht. Vele over
levenden zijn gewond. Het aantal siachtoffer3
bedraagt 300, onder wie vele vrouwen en
kinderen."
De ochtendbladen te New-York geven in
hun beschouwingen omtrent het torpedee-
ren van de „Ancona' uiting aan hun af
schuw over dezen moord op os schuldigen.
Do „Herald" zegt, dat de laagheid in zake
de „Ancona" begaan, slechts een onder
deel van een uitgebreid stelsel van Duitsch
land uitmaakt. Het blad zegt, dat het gemak
kelijk is de regeering in slaap te wiegen,
maar dat de „Lusitania" nog niseis verge
ten en de toorn van het Amerika^scne volk
bij iedere wandaad, die den Teutonischen
bondgenoolen ten Jaste gelegd moet worden,
steeds heviger wordt. Beiden zijn even schul
dig en er zijn zekere grenzen, die de open
bare meening, zooal niet de regeering, niet
kan dulden dat overschreden worden.
De „Tribune" verwijst eveneens naar het
„Lusitania'-misdrijf, waarbij de Duitsclie
regecring nooit den duikbootkapitein des
avoueerde. Onder welke omstandighiden de
„Ancona" ook getorpedeerd is, zegt het blad,
heeft het voorval toch ten duidelijkste
de onjuistheid bewezen van de verzekering,
dat president Wilson op Duitschland een
grocte diplomatieke overwinning heeft be
haald, die Amerika tot eer en allen neutralen
tot nut strekt. Wilson heeft niets van dien
aard gedaan, maar heeft in het geval der.
„Arabic" slechts munt geslagen uit het suc
ces der Engelsche maatregelen tegen Duit
sche onderzeeërs en heeft de „Lusitania"-
zaak nooit met kracht tot oplossing durven
brengen, omdat hij bevreesd was, dat
Duitschland ronduit zou weigeren de hande
lingen zijner duikbootkapiteiné te deravouee-
ren en zijn edele diplomatieke overwinning
daardoor tot een onbeduidend gevalletje zou
maken.
Sommige bladen veronderstellen, dat de
duikboot, die de „Ancona" tot zinken bracht,
een Duitsche was, die de Oostenrijksche vlag
voerde, daar er geen oor'og is verklaard tus-
schen Italië en Duitschland.
De Washingtonsche pers onthoudt zich
van een oordeel bij gebrek aan nadere bij
zonderheden.
DE BALKAN.
De Serviërs kunnen de vijanden, die
over hun land zijn uitgestort niet op alle
punten tegen houden. Slechts op een paar
plaatsen zijn zo hierin geslaagd. Daar heb
ben ze dan ook gelegenheid even op a-dem
te komen.
De Grieksche bladen zijn van oordeel, dat
sedert dé nederlaag (der Bulgaren voor
den Babunapas, de toestand der Serviërs
voor Monastir verbeterd is. De stad wordt
niet meer onmiddellijk bedreigd. Zoo wor
den ook do Katsjamk-passen ten Noorden
van Uskub krachtig door de Serviërs bezet
gehouden, waardoor den Bulgaren de toe
gang tot de vlakte van Kossovo onmoge
lijk wordt gemaakt.
Hier hebben de Serviërs hulp der gealli
eerden. Doch groot schijnt dezo nog niet
te zijn.
Naar de „Südslavische Korrespondenz"
uib vertrouwbare bron beweert te weten,
waren er tot 7 dezer te Saloniki ongeveer
80,000 man geland, waarvan slechts een
deel, grootendeels Franschen, het noorden
in zijn gezonden. In Griekenland laat de
entente intusschen weten, dat er een leger
van honderdduizenden zal worden ont
scheept.
Of Yeles door de Franschen hernomen is
of niet is niet recht duidelijk.
De berichtgever van do „Daily Mail"
seint uit Saloniki: De werkelijk© toedracht
van de zaak is dat Fransch© ruiterij in de
richting van Yele-a aan 't verkennen, was.
Toen de Bulgaarsche bezetting ze in het
oog kreeg, vluchtte ze iu paniek. De Fran
schen reden daarop Yeles 'binnen, staken
de munitie- en provianddepots in brand en
reden toen weer weg.
Van herneming van Veles zou dus geen
sprake zijn.
Volgens berichten in de „Temps" heeft
Italië thans besloten deel te nemen aan den
veldtocht op den Balkan. Het zal pan de
kust van Montenegro troepen ontschepen,
daar verondersteld wordt, dat Saloniki geen
groote troepenmassa's meer bergen kaai. De
Italianen willen in de eerste plaats de Mon-
tenegrijnen in den strijd tegen de Oosten
rijkers steunen en daarna trachten tegen de
flank van Von Ma-iken&en's leger te operee-
rern
Naar de „Echo de Paris" uit Athene ver
neemt, heeft minister Dragoemis aan eenige
journalisten gezegd, dat de Grieksche re
geering met bezorgdheid d? mogelijkheid ziet
naderen, dat de Bu'garen, Duilschers en Oos
tenrijkers de Serviërs en hun bondgenoolen
op Griekseh gebied terugdringen. Grieken
land zou dan de Serviërs en hun bondge-
nooten moeten ontwapenen. Met de Serviërs
zou dat wel gaan, maar met hun bondgenoo-
ten? Ook de Grieksche bladen houden zich
met die vraag bezig.
Of de Serviërs zich zullen laten ontwape
nen kon ook wel eens dé vraag zjjn.
De ontevredenheid over Griekenland is
nog gebleven en neemt eer toe dan af. In
Italië zelfs1 zijai al stemmen gehoord, die Griö-
kenland als vijandig land willen beschouwen.
Zoover zal 't nog wel niet direct komen, wat
wel blijkt uit de leening van Frankrijk, Enge
land en Rusland aan Griekenland. Het kabi
net moet het danig ontgelden.
Op bijzonder hevige wijze hebben de Fran-
sche socialistische bladen uitgevaren over
het Grieksche kabinet. Een dezer schrijft:
Griekenland heeft geen ministerie, maar een
dekmantel voor koning Cons tan tijn. De „Hu-
manité" verklaart: Scouloudis i3 slechts de
uitvoerder van den wil des konings. Allen
geven als hun wensch te kennen, dat de
toestand op den Balkan weldra zoo verande
ren zal, dat koning Constantrjh van zjjn hou
ding berouw zal hebben.
De berichten van Kamerontbinding in
Griekenland houden aan. Ec wordt nu zelfs
al gemeld, dat 19 December verkiezingen
zullen plaats hebben.
Yenizelos heeft, naar de „Times" uit
Arthene verneemt, medegedeeld, dat eenige
van zijn volgelingen van de liberale partij
niet in staat zjjn, hun houding ten opzichte
van de nieuwe vorming van het kabinet te
bepalen, voordat zij weten of de regeering
van plan is zich aan de Kamer voor te
stellen of het parlement te ontbinden. De
meeste volgelingen van Venizelos zijn van
meening, dat hun waardigheid hun verbiedt
samen te werken met de regeering, zoolang
genoraal Yanakitras minister van Oorlog ïs.
Het Parijsche „Journal" verneemt uit
Athene, dat de" Venizelistische afgevaardig
den een conferentie hebben gehouden ten
huize van hun leider.
Naai* verluidt, zou Venizelos den strijd te
gen koning Constantijn en zijn politiek moede
zijn en £Ïjn vrienden den raad hebben gege
ven, niet aan de eerstvolgende verkiezing
deel te nemen, terwijl hij zelf zgn Kamer
mandaat wil neerleggen.
Een Toespraak van Generaal Russky.
„Het Russische leger doet zijn plicht. Het
leger vertrouwt op de overwinning. Dat
verzoek ik mijn volk, steeds in de gedachte
te houden." Dat was de mededeeling, wel
ke generaal Russky, naar de correspondent
van de „Daily Mail" te Petrograd meldt,
aan leden van den Petrogradschen gemeen
teraad gaf, toen zij een bezoek brachten
aan do Noordelijke legergroep, die onder
zijn bevel staat. „De geest onder de man
schappen is uitstekend", ging hij voort. „Ik
weet, dat ons veel moeilijkheden in den weg
zullen staan, maar het is zeker, dat wij ze
te boven zullen komen. Wat legeraanvoer
betreft, deze laat thans weinig te wenschen
over. Wij hebben in don laatsten tijd ge
noeg munitie gekregen en onze artillerie,
vooral onze veldkanonnen, werken zeer
goed."
Hoe zeer do toestand verschilt van dien
van een paar maanden geleden, kan men af
leiden uit het feit, dat bij een zending muni
tie, die de vorige week te Dwinsk werd ont
vangen, iedere kist het opschrift droeg
„Spaar geen patronen 1"
„Wat den vijand aangaat," zpido de gene
raal, „wij weten dat Rij goed voorzien is
van materiaal. Op het oogenblik heeft hij
niet genoeg manschappen voor do berei
king van zijn doel, maar hij tracht dit goed
te maken door 't aantal machinegeweren te
vermeerderen en door de laatste methode
van veldversterkingen toe te passen. De
Duitsche soldaten, tusschen tw"ëo haakjes,
zijn thans bewapend met geweren van ver
schillend model. Wij hebben zelfs Mexicaan-
sche geweren onder de onlangs buitgemaak
te gevonden."
Gebrek aan Kleingeld in Duitschland.
Er is een ontzettend gebrek aan kleingeld
in Duitschland, vooral aan 5 pf. on 10 pf-
stukjes. In Berlijn, zoo zegt het „Tage-
blatt", ziet men dag aan dag en uur aan
uur dezelfde zonderlinge toestand, dat aan
het eindpunt van tramlijnen menschen
staan, die bij de conducteurs en conductri-
ces biljetten en zilver willen wisselen tegen
nikkel.
In groote warenhuizen worden postze
gels in betaling gegeven; en in den klein
handel wordt reeds een „opgeld" betaald
voor wisselen van zilver voor nikkel. De
oorzaak van hot gebrek, zegt het „Tage-
blatt", is de behoefte van den soldaat te
velde, on 't vergroote oorlogsgebied; reeds
moet soldij worden uitbetaald in Servië,
Polen, Koerland, Wolkynië, Galicië, Bel
gië en Frankrijk, en vandaar komt het klei
ne geld niet zoo snel naar Berlijn terug.
De regeering heeft gepoogd in do behoefte
to voorzien door hefc doen aanmunten van
ijzeren geld maar de munt kan zoo veel
or van niet slaan, of het verdwijnt in de
handen van verzamelaars, die voor de ourio-
siteit die stukjes willen bewaren. Daarvan
zullen 100 millioen stuks worden geslagen,
maar de regeering zal verstandig zijn, zegt
het „Tageblatt", om dit aantal uit to brei
den, wil zij aan het gebrek aan pasmunt
kunnen voorzien.
Dc Critick der Duitsche Soe.-Democrntcn
en de Regeering.
Hot bestuur der sociaal-democratische
partij in Duitschland is verre van tevre
den over do maatregelen, die de regeering
genomen heeft om in de volksvoeding te
voorzien.
Wij ontleenen het een en ander aan hun
critiek: Om het vleeschvorbruik te beperken
heeft de regeering twee vastendagen per
week ingevoerd en verder bepaald, 'dat op
twee andere dagen in do restaurants niets
met vet mag worden gebraden. De regee
ring begreep zelf wel, dat deze maatrege
len onvoldoende zijn en stelde daarom ook
nog maximumprijzen vast voor varkens,
vleesch en spek. Maar deze prijzen zijn veel
te hoog, wel tweemaal zoo hoog als in Oc
tober van 1 et vorig jaar. In de allereerste
plaats moet echter gezorgd worden, dat het
vleesch in gelijke porties verdeeld wordt,
dan alleen kunnen de minderbedeelden hun
deel krijgen.
Do melkregeling heeft alleen betrekking j
op moeders en zieken. Deze moet naar het i
voorbeeld van de broodregeling tob allëp j
worden uitgebreid.
Men moet met den regel, dat door hoogo
prijzen do voorraad heb langst kan dienen,
breken. Het geheele volk moet even goed
als het leger verzorgd worden. Het bestuur
wenscht de volgende bepalingen vastge
steld te zien.
Voor alle belangrijke levensmiddelen
inoeten zulke maximumprijzen worden vast
gesteld, dat alle oorlogswinst buitengeslo
ten is en dat ook do armsten zicK van het
noodige kunnen voorzien.
Door inbeslagneming en regelen voor den
verkoop, moet men speculeeren voorkomen.
Om bevoorrechting der rijken te beletten,
moet de voorraad voorhanden levensmidde
len, evenals dat met het brood geschiedt,
in gelijke doelen over alle inwoners ver
deeld worden.
Aan de behoeftige families van soldaten
moet) gedurende de wintermaanden koste
loos aardappelen en brandstoffen verstrekt
worden zonder daarom eohter de vergoe
ding, die ziji krijgen, te verminderen, inte
gendeel, deze moet noodzakelijk verhoogd
worden.
Naar aanleiding van deze critiek merkt
heb „Berliner Tageblatt"' op, dat de laat
ste maatregelen den regeering reeds zeer
diep ingrijpen, maar mochten deze taog niet
voldoende bliiken, dan aal men den weg,
door de sociaal-democraten aangewezéii,
moeten opgaan.
Do Pruisische VerDezen.
Eep correspondleiit vam; dé „New-York
Evening Post" heeft een jaatf geleden
Duitsohlajid bezocht. Thans vertoeft hij er
•sveer en' vindt 'dien geest, die in het land
heerscht, geheel veranderd. Hij schrijft de
ze Verandering toé aan de groote verlie
zen-, die dbor de Duiitschera geleden' zijn.
De Pruisische verldeslijsten no.'s 360 tot
en met 369 (22 October2 November) be
vatten de natalen van' niet minder dan
78,376 gesneuvelden, gewonden en vertaife-
ten. In; do lijsten kotaren aanmerkelijke
reeksen „vermasten" voor. Dit, gevoegd
bij het groote aantal verliezen (ruim 20,000
meer, dan in de lijsten 350 tot en met 359
zijn vermeld) wettigt herb vermoeden, dat
doze lijsten betrekking hebben op de ver
liezen, geleden bij het groote Fransohe of
fensief in Oha/mrpagne.
Het gezamenlijk aantal op de Pruisische
lijsten vermelde verliezen bedraagt
£0,99,454.
Behalve de Pruisische verlieslijstén
heeft het Duitsche legerbestuur nog 230
Boiersdic, 228 Saiksische, 293 Wurternberg-
selio verlieslijsten uitgegeven, benevens 55
van do marine, en eenigo van de kolocntalo
troepen en van dé in Tunksehen dienst
zijnde DuJitsche officieren en onderofficieren.
Overzicht van dé Pruisische verliezen so-
dert half Juli
280 t/m. 289 45,304 na-men
200 299 49,565
300 300 49.705
310 319 53,396
320 329 r k v 58,445
330 339 v 63,468
340 349 47,507
350 359 57,42*
360 369 s w 78,376
Munitie-Aanvoer voor Turkije.
Do „Times" verneemt uit Boekarest
In de haven Roe sjoelt zijn drdo sleep booten
aangekomen, geëscorteerd door Oostenrijk-
sobe monitors. De plaatselijke autoriteiten'
en do bevolking hebben hierover haar uit
bundige vreugde te kennen gegeven. Troe
pen, een groot voörraad munitie en auto's
voor het leger van Von der Goltz pasja'
werden aan land gebracht. Volgens tele
grammen uit Turnu Severin zijn nog meer
transportschepen door Duitsche en Oos-
tenrijksoho schepen geconvoyeèrd den Do-
na-u opgevaren voor Bulgaarsche- havens.
Een Oorlogsman tregël van groote
Economische Beteekenis.
Naar uit Kopenhagen wordt bericht,
hóeft de Russische minister van handel aan
den ministerraad een wetsontwerp voorge
legd, waarbij alle openbare electrisehe
bedrijven, behalve telefoon en telegraaf,
en alle particuliere electrisehe bodrijven
in het -vervolg een door heb handelsma piste-
rie te verlee-nen ootasessio moeten hejibeh.
In tegenstelling tot vroeger, toen do ,f>oh-
sessdes doér dé gemeenten werden gege
ven, zullen het nu dus staatsconcessies
worden. In elk gouvernement zal een raad
worden ingesteld, die, onder voorzitter
schap vaar den gouverneur, aan den minis
ter med-edeelüJig zal doen omtrent de elec
trisehe bedrijven. De wet zou terugwerken
de kracht hebbenalle bestaande eleetri-
sohe bedrijven zullen binnen drie maanden
na do afkondiging der wet hun gemeente
lijke concessie tegen dé ebaatseoncesrie
moeten verruilen.
Het wetsontwerp, dat ongetwijfeld een
financieel belang heeft voor den' staat,
krijgt een nationale kleur en het karakter
Van een oorlogsmaatregel, doordat met de
ze nieuwe Russische wet den overheer-
söhendeai Duitsohen invloed in het Russi
sche elcctricdteitdbedrijf zal worden gebro
ken.
Een Borstbeeld van Miss Cnvell.
De „Matin" deelt in een bericht met vette
letters mede, dat het blad aan een der be
kendste beeldhouwers opdracht zal geven
tot het maken vata een borstbeeld van Miss
GavelT, om 'dit ten geschenke te geven aan
Ge efacf Parjjs teneinde het op een openbare
plaats op te stellen^ zoodat „allen: mannen,
Vrouwen en kinderen en ook onze Sol
daten, waïmeèr Zij met roem beladen tot ons
zullen teruggekeerd zqn het beeld kunnen
Aanschouwen. Het zal een nuttig „memento"
Van haat en verachting zjjn."
De Yleeschlooze Dagen üi Duitschland.
Maandagavond kon men voor de slagers
winkels in het westen van Berlijn heel a
volks'oploopeta aanschouwen. Men wilde zich
namelijk vootl den vastendag ran Dinsdag,
waarop geen Vleecch mocht verkocht wor
den, b^tijds' voorzien. De „Voss. Ztg^' .vraagt
of huisvrouwen die aldu9 handelen, dan niet
bedenkenv dat zij een verstandige verorde
ning van 'do regeering in het algemeen be
lang nutteloos maken en _de _prijzen helpen
opjagen. En moeten zij van de schoolkinderen
loeren, die in verschillende scholen te Ber
lin besloten hebben, om Dinsdags en yrij-
dags niets op hun boterham te eten? Er zal'
taiets anders opzitten dan dat, ook een
vleeöchkaart wordt ingevoerd.
Men moet zich trouwens afvragen, wat
de verordening kan uitwerken, a's! de men
schen op den dag voor een vastendag, in
plaats van de gewone bestelling, bij hun
slager een 'dubbele hoeveelheid inslaan.
Uit het Engelsch van Miss Y0NGE.
(Nadruk Vorboden).
6)
Arthur zelf was des avonüs in een veel
verstandiger stemming dan 's morgens. Hij
had eerst zijn verlegenheid onder een soort
van grootspraak trachten te verbergen, doch
nu was hij geheel van toon veranderd, en
zoodra Yiolette na den maaltijd de kamer
verlaten ha-d, begon hij, zonder vooraf
spraak: „Wat zoud't- gij mij raden, dat ik
deed?"
„Wat anders dan aan papa te schrijven
Arthur schoof onrustig heen en weer.
„Ik denk wel, dat ik er toe zal moeten ko
nen", zeide hij„maar vertel mij eerst
eens hoe de zaken 6taan".
„Gij kunt wel begrijpen, dat men zeer
over uw gedrag verstoord is".
„Zoo, zoo! Hoe kwam het u ter oorenP
Heeft Theodora het u verteld?''
„Neen, wij ontvingen een brief van ko
lonel Harrington, en thuis wiet men do bij
zonderheden vrij nauwkeurig door een neef
van Wingfield, dio in den omtrek van
Yrangerton predikant is".
„Zoo, op die vijzo kwam Theodora het
dus te weten Ik wcnschtc, dat men zich de
moeite gespaard had het haar te vertellen;
als ik alleen met haar geweest was. zou
ik haar wel tot reden hebben gebracht;
maar het- zij zooHet was ook niet bestaan
baar met de menschel i jk© natuur, om zulk
een historietje voor zich te houden, en heb
kon mij ook zoo veel niet schelen of men het
te weten kwam. Tante is zeker woedend,
doch met haar en met Mylady zal ik 't wel,
schikken. Ik wilde voornamelijk weten, hoe
papa het opneemt."
„Hij kan het denkbeeld van familietwist
niet verdragendoch de eerste stap tot ver
zoening moet van u komen."
„Zeer wel, en zijt gij dus gekomen, om het
weer in het gelijk te brengen? Dat is recub
hartelijk van u, John. Ik bouwde op of op
Theodora, om mij er door to helpen maar ik
dacht niet, dat gij hier zoudt gekomen zijn,
ofschoon ik oprecht blijde ben, dat gij het
gedaan hebt, want nu gij haar gezien hebt,
kunt gij niets te-gen mij inbrengen."
„Gij meent tegen haar niet. ik neb dezen
morgen kennis met haar gemaakt, en zij
heeft iets zeer innemends", en toen Arthur,
buiten zichzelven van verrukking, weder aan
het doorslaan wilde gaan, voegde John er
ernstig bij„Yooral behaagt mij haar een
voudigheid, eh als gij schrijft-, moogt gij wel
duidelijk te verstaan geven, dat zij er vol
strekt onkundig van was, dat gij zonder do
toestemming uwer ouders getrouwd zijt. Ik
kan mij niet- voorstellen, hoe gij haar zoo
onwetend hebt kunnen laten."
„Och, zij weet in het geheel niet, hoe het
in do wereld toegaat," zeide Arthur. „Zij
wist, dat de geheele familie buitenslands
was, en haar eigen familie maakte haar wijs,
dat alles in orde was. Haar vader is een
soort van huistiran, en ik verbeeld j ij, dat
hij haar moeder den mond stopte, als die
goede vrouw eenige bezwaren moge gehad
hebben. Wat Violette aangaat, ik vond het
veel te aardig haar zoo gelukkig te zien, om
haar angstig te maken. Zij deed niet anders
dan wat men haar zeide, als een gehoorzaam
bind."
„O, Arthur, gij hebt een zware verant
woordelijkheid op u geladen.'7
Doch Arthur scheen dat niet te hooren, en
vervolgde;
„Dus ziet gij, dat zij volkomen onschuldig
ismaar ik zal schrijven en dan moet gij
eens zien of er kans op is, dat vader weer
zoodanig in zijn humeur komt, dat hij ons
een fatsoonlijk inkomen geeft."
„Daarvoor durf ik niet instaan."
„Hij zal toch wel iets voor mij doen?" zei
Arthur, „want mijn traktement is niet eens
voldoende, om er een kat op na te houden,
en wat het negende deel aangaat van al het
geld, dat dc oude Moss bijeengeschraapt en
gestolen heeft, behalve dat ik met zulk geld
mijn handen niet- vuil zou willon maken, zou
het mij zelfs niet eens ten deel vallen voor
dat men hem goed en wel onder de aarde
heeft, en dat zal nog wel binnen de eerste
dertig jaar niet gebeuren."
„En heeft hij haar dan aan u ten huwelijk
gegeven, zonder eenige zekerheid, dat gij iets
voor haar hadt vastgesteld
„Hij was blijde genoeg, dat hij van haar
af was, op welke voorwaarden dan ook.
Maar om u de waarheid te zeggen, John, ik
ben overtuigd, dat hij er óp rekende, dat gij
nooit terug zoudt komen. Hij zag, dat ik hem
in de kaarten keek, en was bang, dat ik
hem zou ontglippe-n. Ons beider belang
bracht dus mede, dat wij er maar spoedig
een oind aan maakten."
„Ik hoop nu maar, dat- gij haar gelukkig
zult. maken," zei John zeer ernstig.
.Gelukkig!" riep Arthur in de grootste
verbazing uit, „daar kan wol geen vrees
voor begaan. Waarom zou ik dit niet?"
„ïk bedoel" als het eens noodig was, dat gij
eenige opofferingen deeeft."
„Dat zal voornamelijk van vader afhan
gen," antwoordde Arthur een weinig scherp,
terwijl hij zijn schrijfcassertte van een ander
tafeltje kreeg en aan hot schrijven ging.
Hij was zoo tevreden met hetgeen hij op
gesteld had, dat hij, zoodra hij met Violette
alleen was, zeide „Ddar, nu is het gedaan 1
John zeide, het kon niet beter, en na den
goeden indruk, dien. gij op hem gemaakt
hebt, vrees ik niet, of hij zal de oudelui wel
tevreden stellen."
Zij wa/j geheel uit het veld geslagen.
„Wie?" vroeg zij; „gij bedoelt toch Lord
en Lady Martindale daar niet mede? O, ik
heb immers niets gedaan, dat hun kan mis-
Tiagen V
„Dan zoudt gij al heel vernuftig hebben
moeten wezen."
„Och kom, zeg het mij toch eens, waarom
moet men hen tevreden stellen Wat is er
gebeurd? Denken zij, dat zij niet van mij
houden zullen Kan ik ook iets doen
„Mijn klein vogeltje, ge slaat maar door,
en hebt al een dozijn vragen in één adem ge
daan."
„Ik zou zoo gaarne willen, dat ge mij zei-
det, waar gij eigenlijk op doelt," zeide ifj
smeekend.
„Nu dan, gij moot het toch vroeg of laat
weten. Ik meen, dat ons huwelijk hen ver
rast heelt."
Violette staarde hem geheel ter neer ge
slagen aan toen sclieen hot, alsof het lang
zamerhand licht voor haar werd. „Gij wilt
immers niet zeggen, dat zij hun toestemming
niet hebtfen gegeven
„Niemand heeft dio gevraagd," gaf Ar
thur ten antwoord en daarop ging hij voort,
terwijl zij zich omkeerde en haar gelaat met
do handen bedekte: „Maar gij,b'ehoeft u dat
zoo niet aan te trekken; ik ben mijn eigen
meester, onnoozol kind, en yj van uw kant
badt al do toestemming, die noodig was om
uw hart gerust te stellen; gij zijt erdus ge
heel buiten."
Zij scheen hem nauwelijks te verstaan.
„Kom, kom, Violette, wees zoo clwaas
niet," ging hij voort, zijn arm om haar mid
del slaand© en haar naar zich toetrekkende,
terwijl hij haar handen van voor haar aan
gezicht wegtrok. Zoo iets gebeurt zoo dik
wijls; en er is nu toch niet aan te verhel
pen, al wildot gij nog zoo gaarne".
„O, Arthur
„Och, gij weet niet, waarvoor ik u be
waard heb; ik bedankte er voor, om dat
lievo roode kleurtje van uw wangen te zien
verdwijnen en uw en mijn leven te verspil
len in vruchteloos wachten naar hun toe
stemming. Ik heb daar genoeg van gezien.
Daar bebt gij den armon John bijvoor
beeld".
„Hoe? Wat?" vroog Yiolette, met leven
dige belangstelling.
„Zijn meisje is dood", zeide Arthur.
„Hoe lang is dat geleden? Hoe hecl-te.
zij?"
„Helena Fót-heringha-inzij was de doch
ter van onzen vroegeren predikant".
Violette werd bleek en sprak fluisterend:
„Hoe treurigHelenaDat was dan de re
den, waarom hij mij zoo aanzag, toen ik
.dien naam noemde. Dio arme Mr. Johnl
Ik zag wel, dat hij een rouwband om zijn
hoed had. Ts hij dóór van zoo ziek geweest?"-
„Haar dood heeft hem verleden jaar bij
na het leven.gekost, maar hij heeft toch'
altijd een zwakke borst gehad. Eerst zefcto
mijn tante mijn vader tegen dat huwelijk
op, en toen va-der zijn toestemming gaf,
Was er van haar kant we-er een kribbige
gfcokoudo grootvader, dio de zijne niet wil
de geven; met hun beiden hebben zij haar
dood en bijna dien van John op hun gewer