uropeesGlis Oorlog. De Verzekeringsontwefpen. Ingezonden. N®, 17083 H>oii<iei*dag 4 November. "XNveede Blad. A0. 1915. Bij de Tweede Kamer zijn ingekomen: lo. de Memorie van Antwoord (met gewij zigd wetsontwerp) van het voorstel tot het yerleenen van ouderdomsrenten aan ba boe ftigen 2o. wetsontwerp tot vervanging van de Radenwet door een Organisatiewet, tot wij ziging der Invaliditeitswet cn tot wijziging van de Ziektewet. Aan deze stukken is het volgende onir ieend: De Ouderdomswet. Memorie van Antwoord. De Regeering wijst er op. dat de indie ning van dit wetsontwerp niet op zichzelf #fcond, maar ten nauwste samenhiDg met de herziening van de Invaliditeitswet en de Ziektewet en mot heb voorstel tot ver vervanging van de Radenwet door een an dere Organisatiewet. Uitvoerig worden dati door do Reg. de beschouwingen in liet Voorloopig Verslag nopens de beteekenis van de artikelen 369 en 4,11 der Invaliditeitswet beantwoord. In antwoord op de vragen betreffende het bedrag der ouderdomsrente en den leeft ij d waarop zij wordt verkregen, lezen wij: .Hoewel de Regeering volmondig erkent, dat 2 per week 'n luttel bedrag ia 'en dat de leeftijd waarop do rente wordt verkregen, zeer hoog i6 gesteld, is de last, dien een ouderdomsrente van 2 per week, toe to kennen aan behoeftigen *bij het bereiken van den 70-jaiïgen leeftijd, op de schatkist Jogt, reeds zóó zwaar, dat in verband met den toestand van 's Rijks financiën aan een yerhooging van het bedrag der rente even min valt te denken als aan een verlaging van den leeftijd, waarop zij zal worden verkregen". Wat de uitsluiting der bedeel den aangaat, de Regeering kan gereedelijk toegeven, dat thans tusschen 65 en 70 jaar betrekkelijk velen verplicht zijn hun toe vlucht tot de weldadigheid te nemen, om dat zij wegens gebreken van den ouden dag niet meer in staat zijn in hun onder houd te voorzien. Men zag echter over bet hoofd, dat de in het ontwerp voorgestelde regeling niet op zichzelf zal staan maar een aanvulling zijn zai van de Invaliditeitsver zekering. Wanneer deze zal zijn in werking getreden, zal het aangevoerde bezwaar spoedig een groot deel van zijn kracht ver liezen. Intusschen is de Regeering, nu zij de Ka mer van de juistheid van haar standpunt niet heeft kunnen overtuigen en zij niet kan en wil ontkennen, dat aan de uitsluiting der bedeelden ook niet gering te schatten bezwaren verbonden zijn, tot overleg op dit punt bereid. Zij zal, als dit overleg tot stand komt, hoewel noode over bot financieel© bezwaar heenstappen. Daar bij de Memorie van Toelichting uit gegaan werd van een aantal rentetrekkers ox art. 369, dat gebleken is te laag gesteld 13 zijn geweest is een nieuwe bere kening van kosten gegeven, met iri-acht-neming van het aantal rentetrek kers krachtens artt. 369 en 370 der Invali diteitswet, waarop, uitgaande van de thans bekende gegevens, gerekend moet worden. (Blijkens deze berekening zullen de uitga yen van het Rijk, gedurende de jaren 1917 tot 1943 wisselen tusscVn f 14,819,000 en f 16,346,000. In -het gewijzigd wetsontwerp wordt •voorgesteld artikel 1 thans aldus te lezen* ,,(1) Ieder, die üe>n leeftijd van '0 jaar heeft bereikt of overschreden en aannemelijk maakt, dat hij a. behoeftig is, en b. niet na het bereiken van den leef tijd van 65 jaar of, heeft hij bij het in werking treden van dit artikel den leeftijd van 70 jaar reeds overschre den, niet in de vijf jaren aan dat in-wer- king-tredon onmiddellijk voorafgaande, onderstand heeft genoten van ©en ge meente of van een instelling van wel dadigheid, voorkomende op de lijst, in artikel 3 der Armenwet bedoeld, heeft recht op een ouderdomsrente, voorzoover hij niet op grond van arti kel 2, 3 of 54 of krachtens artikel 11 dezer wet is uitgesloten. (2) De cisch van bet aannemelijk ma ken der behoeftigheid geldt niet voor hem. die tot a~ het bereiken van den leeftijd van 70 jaar ingevolge de Inva liditeitswet verzekeringsplichtig en ver zekerd was. Aan -/< odanigen persoon wordt echter geen rente toegekend, indien hij naar het oordeel van het be slissende gezag niet behoeftig is". De Nieuwe Wotsvoorsk Hen. Memorie van Toelichting. De Regeering merkt allereerst op, dat de die thans aangeboden wordende wetsont werpen zóó nauw samenhangen, dat het ge- wen8oht is aan de toelichting van de arti kelen van elk dier ontwerp:u een algemee- ne uiteenzetting t_ doou voorafgaan van de hoofdlijnen van den herzieningsarbeid, welke in die web. ntwerpen is belichaamd. Het zal wel geen tegenspraak ontmoeten, dat de indiening i hot Ontwerp-Ouder- domswet een voorstel tot wijzi- ging van de Invaliditeitswet onvermijdelijk maakt. Het zou toch niet aangaan den 70-jarigen, dio bin nen de grenzen 0.: Invaliditeitswet vallen, naast do ouderdomsrente, welke het ont- werp-Ouderdomswefc hun, als zij behoeftig zijd, indirect ten laste van liet Rijk bedoelt te geven, nog een tweede ouderdomsrente krachtens de Invaliditeitswet toe te kennen, welke gedurende jaren grootendeels ook ten laste van hefc Rijk zou komen. Zulk oen cumulatie van ouderdomsrenten wil nie mand. Herziening \an de Invaliditeitswet, ten einde daaruit alles te liohten, wat op de ouderdomsverzekering betrekking heeft, is de onafwijsbare consequentie van de indie- niug van het ontwerp-Ouderdomswet. Intusschen moet worden erkend, dat in het boren aangevoerde wel een grond kan gelegen zijn voor het wegnemen van den nood stand, dien de afzonderlijke invoe ring van de artikelen 369 en 370 heeft ge bracht, maar niet voor de verder reikende herziening, welke werd ondernomen. De noodzakelijkheid dezer verder reikende her ziening vindt, haar grond in den druk, dien de onveranderde invoerig van de onder de vorige Regeering tot stand gebrachte Ver zekeringswetten op heb economisch leven der natie leggen zou. Verzekeringswetten, die ten doel hebben de arbeidende klasse zooveel mogelijk te beveiligen tegen ver schillende edonömische gevaren cn haai' bij heb optreden van die gevaren voor ar moede te bewaren, moeten haar hoogere rechtvaardiging vinden in liet gegrond ver trouwen, dat door haar werking de volles- kracht zal worden verhoogd. Waar nu een nieuw optredend Kabinet een samenstel van wetten vindt, waarvan het overtuigd is, dat welke ook de goede bedoelingen bij hot ontwerpen daarvan mo gen zijn geweest - het bij veranderde uit- vooring de Volkskracht niet zal verhoogen, maar veeleer op de energie zoowel van werkgevers als van arbeiders en daarmede op de productieve kracht der natie verlam mend zal inwerken, dóór is heb niet alleon het goed recht, maar de plicht van 't. nieuw optredende kabinet, de gevaron* die het voor de volkskracht ducht, bijtijds te koe ren Aanvankelijk bestond liet voornemen ook ten aanzien van de Radenwet niet meer dan een herziening te ondernemen. Dat voor nemen moest echter worden opgegeven. Toen men zich aan den herzieningsarbeid had ge zet, bleek alras, dat wijziging hier niet kon baten en alleen van intrekking en opbouw eener nieuwe organisatie een goed resultaat kon worden verwacht. De Radenwet schept Oen organisatie, die voor liet doel, waarvoor deze noodig is de uitvoering der Ver zekeringswetten veel te grootsch i? opge zet en wier weidsche bouw alleen hieruit is te verklaren, dat de Raden van Arbeid volgens de denkbeelden van den ontwerper dezer wet een veel meer omvattende tank- zouden hebben, dan het medewerken bij de uitvoering der Verzekeringswetten alleen. (Wordt vervolgd). Mijnheer cle Redacteur Gaarne zag ondergetcekendo onderstaan de in Uw veelgelezen blad geplaatst. By vooi'baat zijn dank. Straatschenderijen te Katwijk-aun-Zce. De tijd breekt aan, dat onze visschers we- ders „bohouden teelt" hebben, cn dab zij, niettegenstaande de groote en vele gevaren, aan welke zij hebben blootgestaan, ge- spaard mochten blijven, en bijna allen op een bijzonder rijk gezegend jaar kunnen te rugzien. Ook voor degenen, die nog niefc thuis ziju, of nog een reis moeten maken, hopen wij, dat ook zij zonder eenig letsel in welstand bij hun dierbaren mogen tcrugkeereu. Toch is het voor velen (gelukkig niet al len) en ik bedoel dan ook inzonderheid de ongehuwden, een te rijk gezegend jaar geweest. Want de verkwistingen cn brasserijen ne men nu reeds een aanvang. De Voorstraat is 's avonas voor een fat soenlijk mensch bijna niet om te gaan. 't is of men op de kermis komt. Ook 's Zondagsavonds, als om halfacht de kerken uitgaan, is hefc om halfnegen of de duivel zelf zijn entrée doet, cn hoogtij viert. Do taal, welke er uitgebraakt wordt, is verregaand, ook van ,,de meiden" en zou dikwerf een huzaar doen blozen. Op hoeken van straten, en meestal voor verschillende winkels, wordt dan dor.' een troep van. die slungels" post gevat, en staan zij de voorbijgangers uit te jouwen en na to schreeuwen, dit dikwijls met de liederlijkste taal gepaard g nde. Geen wonder, dat het fatsoenlijk publiek, zoo'n winkel niet kan of durft binnengaan, uit vrees door 'deze personen te worden lastig gevallen. Voorts schijnt men weer een nieuw num mer van straatschenderij op het program ma geplaatst te hebben Avond aan avond noort men, soms met nog geen minuut tussclienpoos, hevige knallen, veroorzaakt door donderbussen of iets dergelijks, waardoor i.:i omwonenden de schrik om het hart slaat. Men is op zee voor het mijnengevaar ge spaard gebleven, en zal er nu te land den spot moe drijven! Is het niet versohrikkelijk 11 Hoeveel duizenden en nog eens duizenden hebben, bij het hcoren van zulk een ge luid, in haast de vlucht moeten nemen, met achterlating van alles, wat hun lief en dierbaar was, en op het Christelijke Katwijk wordt er avond aaD avond den draak meo gestoken. Is het niet Gode tergend? Dat men toch bedenke, dat ook over ons Christelijke Katwijk de toorn Gods kan ontbrandon, daar de oordeelen voorzeker nog niet van de luoht zijn 1 Men vraagt niet als zoo'n projectiel met ontzettenden knal uit elkaar barst, of er soms ernstige zieken in de omgeving kun nen zijn of wel anderen, ouden van dagen of kleine kinderen, er door verschrikb wor den. Neen! daar vraagt men niet naar I En dit alles vindt plaats zonder dat de politie wil of durft ingrijpen. Onze burgemeester heeft in de laatste Gemeenteraadsvergadering een veer op den hoed van onzen inspecteur gestoken, aan gaande zijn actief cptreden. Vandaar zijn salari&verhooging. Ook ik wil het heel niet in twijfel trekken, maar in zulke ge vallen ia ook zijn optreden niet alleen go- is cnscht, maar strikt noodig. Een flinke gevangenisstraf tot voorbeeld zou voor de grootste belhamels het eenig© middel zijn. Ik plaats dit ingezonden stuk, omdat ook van de winkeliers reeds herhaaldelijk klach ten bij de bevoegde autoriteiten zijn ge daan maar steeds zonder eenig resultaat. U, mijnheer de Redacteair nogmaals mijn hartelijke dank voor de opname. Hoogachtend, Uw abonnó- X. Het Nieuwe Frausche Ministerie in het Parlement. In liet parlement werd gisteren de mi- nlis terieolo verklaring voorgelezen. Deze begint met de opmerking, dat al het stroven van de regeering gericht moet zijn op actie, op besluiten zonder nubtclooze formaliteiten, vrij van alle aarzeling en on zekerheid. De hoofdzaak van de regeering Ls met het oog op den oorlog alle levende krachten van de natie, die gehoor geven aan den krach tige n aandrang van de regeertng, in een geest van strenge discipline te groepeeren. Die regeering, het beeld der natie, die tusschen alle burgers de volkomensbe ver- eeniging tegenover den vija-nd tot stand bracht en óén taak, n.l. de nationale ver dediging en één doel, n.l. de over winning. Frankrijk hoeft nóóit een leger gehad, dat waardiger was te overwinnen. De regee ring moot met de hulp van de Kamers de middelen daarvoor versohaffen aan de hol don, soldaten en aanvoerders, verbonden door wederzijdsoh vort rouwen, wedijverend dn moed en zelfverloochening in den dienst, van hot land en in do loopgraven en op de slagvelden de hoogste hoedanigheden van het Fratnsoho ras aaai don dag leggen. Mot zulk een leger en zulk een bevedheb- ber eoi met een marine, die hen zoo kracht dadig steunt, zijn alle verwachtingen ge wettigd. Het laad, overtuigd van den gun- stigen afloop, volgt dus ook de verschillen de wendingen van den oorlog met onver stoorbare kalmte en koelbloedigheid. Deze schitterende moreele houding, aan genomen 6edert 15 maanden, noopt de re geering de kwestie der oensuur onder do oog en te zien. Zij zal de oplossing weten te vinden, mot medewerking van de pei-3, die steeds de na/tfioniale belangen zoo zorgzaam voor oogen houdt, door de verzoening en het democratisch stelsel van vrijheid en gezag. ,,Boor eendracht", zeide Briand, „zullen wij den oorlog voeren tot het einde, d. w. z. tot een overwinning, waardoor de vijand verdreven wordt uit alle gebieden, waar hij is binnengedrongen, zoowel uit dae, welke seder f maanden van den inval lijden, als van dt-e, die hem zooveel jaren hebben moeten verdragen Frankrijk heeft den vrede niet verstoord. Het heeft, alle provocaties weerstaan en al het mogelijke gedaan om den vrede te hand haven. Door een vooraf beraamden aanval, die doo- ge on sop his me goedgepraat kan worden, werd het tot den oorlóg genood zaakt. Het heeft dfien zonder vrees aanvaard en zal den strijd eerst staken, wanneer de vijand tot. machteloosheid is gebracht. Frankrijk zal den vrede eerst teekonen, wanneer het rooht hersteld is door de over winning en het alle waarborgen voor een diuurzamon vrede heeft verkregen. Dit doel zullen de geallieerden bereiken door inacht neming van oen strikte solidariteit. Eiken dag wordt de band tusschen hen nauwer toegehaald en hij is thans weder versterkt door het toetreden van Japan tot de overeenkomst va«n 5 Sept. 1914, bij welke de regeering zich plechtig verbond geen af zonder lijken vrede te sluiten. De gelijktijdige samenwerking tussohen de geallieerden moet nog vollediger en snel ler worden. Hoe moeilijk het ook is op zoo verschillende en ver uiteengelegen oorloga- tooneelen die samenwerking tot stand te brongen, wij zijn vast besloten het te doe>n door vaker met elkander in betrekking te treden en door nauwer verbinding De rcc'zen van genera ad Joffro naar Ita lië on Engeland, de on'vangst, die hem daar te beurt is gevallen on de besluitendoor de generale staven genomen, hebben de geal lieerde mogendheden in staat gesteld hun huidige en toekomstige actie beter in over eenstemming te brengen. Gehoor gevend aan de roepstem van Ser vië is Frankrijk zoo spoedig mogelijk ddt land te hulp gesneld. Er ia tussohen ons en Engeland volkomen overeenstemming bereikt over de wijze, waarop de militaire operaties in den Bal kan geleid moeben worden en Frankrijk en zijn bondgenooten zullen het heldhaftige Servië dat een tegenstand biedt, d'ie de be wondering wekt van de geheele wereld, niet in den steek laten. Briand verklaarde ton slotte, dat uit de hiiiddge actie van Dnitschland in den Bal kan blijkt, dat zijn actie ap de voornaams/te oorlogstoon eel en 9ohipbreuk heeft, geleden. Omdat zijn offensief op het Fransohe en Russrisohe front mislukt is, probeert, het het met deze diversie. Het. tracht daardoor de openbare meeaaing in de wereld, die, nu er zooveel maanden zijn verloopen, zonder dat de resultaten door een matelooze propagan da aangekondigd, de teekenen van zwakheid onder #den schijn van kracht opmerkt, 'in spanning te houden. De centrale rijken kunnen hun neder laag vertragen, maar niet verhinderen. Wij echter zijn vast beeloten vol te 'hou den en onze vijanden behoeven er niet op te rekenen, dat wij vermoeidhcdd of zwakheid zullen betoonen. Wij willen overwinnen en wij zullen overwinnen." Na de voorlezing van de ministerieel© ver klaring heeft de Kamer verscheidene inter pellaties over de regeeringspolitiek behan deld. Briand zeide in antwoord daarop, zon der omhaal van woorden te zullen spreken. Frankrijk, dat met fier geheven hoofd de wreedste ure heeft doorgebracht, vreest niet dat zijn grootste belangen in 't- openbaar zul len worden besproken. Er kon tusschen ons geen bespreking over de kwestie van vrede worden gehouden. Alleen een volkomen overwinning kan on3 bevredigen. Frankrijk zal zijn degen niet opsteken voor de provin ciën, die hot. zijn afgenomen, zullen zijn te ruggegeven en voor België on Servië in het bezit van hun grondgebied zijn hersteld. Frankrijk is in dezen oorlog cle kampioen van de geheele wereld. Het strijdt voor cle vrijheid. De vrede, door Frankrijk te slui ten, zal het recht herstellen, niet alleen voor Frankrijk, maar voor de geheele be schaafde wereld. De Kamer heeft besloten, dc redevoering van Briand in alle gemeenten te doen aan plakken en vervolgens met 515—1 stem een motie van vertrouwen in de regeering aan genomen. Op dc Slagvelden. Hel Servische leger heeft in plaats van. generaal Putuik, die om gezondheidsrede nen is heengegaan, een nieuwen opperbe velhebber n.l. generaal Stepanovfc. De berichten uit Servië zijn zeer verschil lend. Zoo verluidt, dat Monastir niet door de Serviërs ontruimd is en dat Pirot nog niet in handen dor Bulgaren is gevaillen. Er komen steede nieer Engelsche en Fran sohe troepen aan. Volgens een communiqué uit Parijs maken ze vorderingen in de buurt van Stroeiriifcza. De opnia-rsdh der Bulgaren, die leidde tot de verovering van den befa-amden Kachanitz-pas, is op het front bij Tetovo tot staan gebracht, welk punt de Serviërs zoo krachtig bezet houden, dat zij gisteren in staat waren, in de riohtAng van Vranja tot het offensief over te gaan. Duiteche berichten meldden nog iets over successen. In Kragujevatz werden 6 kanonnen, 20 kanonloopen, 12 mijnwerpers, meer dan 1000 geweren en veel munitie en materiaal buitgemaakt.. De Duitsche troepen van het leger van Kóvess maakten Dinsdag 350 gevangenen en veroverden vier kanonnen. Het leger van Von Gallwitz nam in de laatste drie dagen 1100 Serviërs gevangen. Het leger van Bo- jadjef wierp den vijand ten westen van Planinica terug, aan weerszijden van den straatweg Zajecar—Paraoin. Er werden 230 gevangenen gemaakt en 4 kanonnen ver overd. Ten zuid-westen van Kniasjevatz zetten de Bulgaa-sche troepen dte achtervolging voort-, veroverden het bruggehoofd van Svrljig en dringen voort over den Ples- berg (132T M.) cn den Gulijanaka (1369 M.) naar liet Nisava-dal 300 gevangenen en 2 maehine-gewaren vielen in onze han- don. De in het Nisava-dal oprukkende troepen trokken zich terug voor een overmaohtigen aanval. De Bogov-berg (115-1 M.), ten wes ten van Bel a Palamka, is bezet. Keizer Wilhelm heeft zijn vreugde over het tot stand komen van de verbinding met de Bulgaren geuit in telegrammen aan den Bulgaarschen koning en den sultan. De „Echo de Paris" zegt, dat de vereeni- ging van do Duitschers en cle Bulgaren geen groot gevaar beteekent. De toestand van de Serviërs is verre van wanhopig. Zij kunnen weerstand bieden aan het gros van de Duitsche troepen en hun voorwaarts- dringen in Zuidelijke richting beletten, in afwachting van hefc oogonblik, waarop de geallieerden over voldoende krachten zul len beschikken. Het blad zegt nadrukkelijk, dab, indien de versterkingen spoedig aan komen, de toestand uitstekend zou kunneD worden In Albanië zijn Oostenrijksche en Duit sche agenten bezig, geholpen door Turken, oui benden te wapenen eu die tegen Ser vië op te zetten. Ze moeten ook tegen Ea- sad pasja optreden om de Bulgareu in de gelegenheid te stellen zich te Durazzo te vestigen. Aan heb Fransche front hebben de Duit schers volgens hun eigen verklaring een verlies geleden. Bij de beek van Souchez heo'oen ze een stuk loopgraaf moeten ont ruimen. Ook in hot Oosten gaat het hun niet voor den wind. Heb laatste Russische communi qué zegt o.m.: In de streek van Dwinsk hebben wij ons door een ontstunmgen aanval meestor ge maakt van twee krachtig versterkte hoog ten en het dorp ITatonovka, ten zuiden van het S wen ten-meer Talrijke gevangenen en machinegeweren zijn ons in handen geval len. Tot dusver hebben wij 4 officieren en 500 soldaten geteld. In den loop van den dag van gisteren heli- bon wij de aanvallen van den vijand op de dorpen Goutalissowskoja, Kamenoukha, Boudka en Kómarovo afgeslagen en 100 krijgsgevangenen gemaakt. De Oostenrijkers, die er in geslaagd wa ren om de rivier Poutilowka, ten zuiden van het dorp Aschlyki, ten westen van De- ranjo, over te trekken, weder teruggesla gen en hun bruggen vernietigd. Onze troe pen naderden ongehinderd de prikkeldraad versperringen in den sector ten westen van Novo Alexinetz, drongen de vijandelijke loopgraven binnen en verdreven den vijand, waarbij wij twee officieren en 42 soldaten gevangen namen". De mededeeling van de operaties bij Dwinsk vindt bevestiging in het Duitsche communiqué van gisteren, waarin erkend wordt dat de stollingen tusschen Swenten- oa Ilsen-meer achteruit moesb worden ge bracht en dat de Russen heb dorp Mikri- lischki hebben bezet. In andere woorden ia dus hetzelfde gezegd. Nog ieto uil Asqui. iV Rede. Op Asquith's reda moeten we nog even terugkomen. De minister heeft ook gesproken over hot vraagstuk der dienstneming. Asquith zeide ook van meening te zyn, dat het recruteeringsplan van lord Derby over het algemeen z^er bevredigend werkte en hij niet de minste vrees had, dat het nocdig zou zgn, tot andere maa'regelen over te gaan; deze grootsch opgez?lte nat'ona!© poging werd door alle partyen en met mode- werking van de arbeiders-leiders met harte- lijken en goeden wil gesteund. Maar, zride spr., ik zal niets ontzien en ben vast- be- besloten, dat wg dezen oorlog zullen winnen! (luide toej.). Liever dan af te zien van de overwinning zou ik tot al mijn vrienden, die, als ik, voorstanders van het vrijwillige stel sel zyn, zeggen, dat wij doen moeten, wat noodig blijkt, (toej.). Het slot van Asquith's rele maakte vooral diepen indruk en werd horhaaldelyk door toejuichingen onderbroken. De minister ein digde: Ik heb mijn best gedaan om het huis de geheele waarheid bloot te leggen. Ik heb niet getracht mislukkingen en tekortkomin gen te verbergen, maar wil nog iofcs omtrent myn persoonlijke positie z?ggen. Niemand hoeft meer deel aan de verantwoordel^kheid voor de door dit land op het oogenblik, dat de oorlog uitbrak, gevolgde politiek, dan ik. Wg hadden ons bij dit treffendst^ treurspel der menschheid afzijdig kunnen houden, maar is er zelfs onder degenen, die de onuitsprekelijkste ellende dragen, „kin- derlooze ouders, weduwen, bedroefde ka meraden of vrienden", iemand, die wenseht of zelfs maar denkt, dat Engeland anders had kunnen handelen? Dab geloof ik nietl De diepste diepten van njijn hart en ge weten peilende, zou ik dat groote besluit niet ongezegd of ongedaan willen maken. Ik ben nu uog eyenz^er als vyftien maan den geleden overtuigd, dat wij deze recht vaardige zaak tot een overwinnend einde zullen brengen, (toej.), en ik zil den last, dien ik te dragen heb, niet van mg afwen telen vóór ik de overtuiging heb gekregen, dat ik hem niet dragen kan, of dat hg door. anderen beter gedragen zou kunnen wor den. (Toej.). Zoo er oogenblikken zijn, waarop wij er. bijna toe komen den moed te verliezen, laat ons onszelf dan afvragen, welk jaar in onze geschiedenis ons meer dan dit hefc recht heeft gegeven om te gelooven in de mannen en vrouwen van ons volk. (Toej.). Het heeft ons de onsterfelijke goschiedenis der laatst© uren van Eiith Gaveli doen ken nen, die den dappersten man onder ons geleerd heeft, wat moed is. In het ver- eenigde koninkrijk en in al de overzeesriie gewesten zijn er duizenden vnn zulke vrou wen. Maar een jaar gededen wisten wij dat niet. Gode zrj dank, dat wij nog de levend© voorbeelden hebben van al die eigenschappen, die ons rijk hebben opgebouwd en in stand gehouden. Later, wij ons hunner waardig betoonen en tot het einde toe volharden. (Luide toej.). GEMEENTELIJKE ARBEIDSBEURS. 6TADSTIMMEEWKRF. TELEPH. 127. Geopend: van 'a morgens 9—12 uur en des middag) van 2—5 uur. AANVRAAG VAN WERKZOEKLNDEN. 1 Timmerman, 6 Opperlieden, 3 Stoenhouwora, 4 Metselaars. 1 Yoeger, 16 Stucadoors. 22 Schil ders, 1 Behanger, 1 Wagenmaker, 1 Meubelma ker. 1 Loodgieter. 1 Smidsjongon. 5 Typografen, 2 Broodbakkers, 2 Tuinlieden, 1 Bloemist. 8 Grond werkers, 10 Loopknechten, 16 losse Werklieden, 1 l>aff- moisje, 2 Wasohvrouvfen, 4 Werksters, 6 Breisters, 1 Naaister, 2 Jongste Kantoorbedienden iMoisjes).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1915 | | pagina 5