fsedertand en k Oorlog. IN ERNSTIG/-/ TIJDEN. Met de Redactie vau „FItt Volk'1 van meening zrjna-e/ dat dergelijke „ergerlijke zwrjnertj", indien inderdaad bedreven, niet krachtig genoeg gelaakt kan worden en dat jn het algemeen belang op strenge bestraf fing dient aangedrongen te worden, zijn we op onderzoek uitgegaan, schrijft liet „Alg. Hbld.": "VVe spraken met officieren, kader en sol daten (van diverse pluimage), met nota belen, met een veldwacht:r. En we hebben den indruk gekregen, dat bier venijn gezogen "is;" dat. hier. „van een vonk een brand" gemaakt is, om met den veldwachter te spreken; dat „merakel over dreven" is, zooals een der soldaten na lesing van het artikeltje zeide. Er is „iets" gebeurd in het kamp in do „Spees"; er is, tussclien S en 9 uur, een ommegang gehouden door het kamp, óver den het kamp (van een bataljon) in- sluitenden dijk. Daaraan heeft een kapitein met enkele (drié of vier) andere officieren meegedaan, ja zelfs het initiatief er toe genomen, na vergunning gekregen te hebben van den bataljonscommandant (die niet in het kamp, doch in zijn bureel in een in de onmiddel lijke nabijheid gelegc-n boerderij vertoefde). Van een „in optocht gaan naar den „su perieur" van dien kapitein (Schotman) is geen sprake geweest, evenmin als van een „den kapitein op de schouders nemen en een deken omslaan"; verder is er geen „anderen kapitein, eveneens dronken, uit zrn bed gehaald onder dé woorden: „Kom, ouwe Judas, jij d'er ook bjf V' Hierbij zij op gemerkt, dat een der soldaten bij het lezen van het artikeltje zeide, dat dit laatste be paald niet waar was; die kapitein (Krijff) heet van zijn voornaam Lucas en wordt in den troep altijd als „Lucas" aangeduid van een bedoeling als in het „ouwe Ju das" ligt opgesloten, is geen sprake ge weest. Bedoelde kapitein lag niet op zijn bed (krib bedoelde schr. waarschijnlijk), doch was model gekleed zoo juist op het avond appèl bij den bataljonscommandant geweest „Een „in zijn hemd meedansende" officier heeft niemand der door ons ondervraagde officieren en minderen gezien. De sergeant-tamboer heeft, met drie hoornblazers, op verzoek van kapitein Schot man de taptoe bij den ommegang geblazen. De „menigte burgers" bestond volgens één soldaat uit twee burgers met fietsen, volgens den veldwachter van Opheusden, die vlak bij het kamp woont, uit hoog stens tien burgers. Volgens de pertinente en zeer besliste verklaring van twee kapiteins waren geen der officieren „half of geheel" beschonken. De bataljonscommandant had zijn officie ren dien laatsten middag in zijn kwartier (een boerderij vlak bij het kamp) den mid dagborrel aangeboden. De officieren, aldus de bataljonscommandant, zijn „op gewone, kalme wijze" na afloop, pl.m. 6 uur, naar hun tenten gegaan, waar door h'en com- j-agniesgewrjze het middagmaal werd genut tigd (dus niet aan een gemeenschappelijke tafel). Op liet avondappèl had hij niets bij zonders aan de officieren bemerkt. Kapitein Schotman heeft met zijn officie ren in zijn tent gegeten met-een fleschje bier, daarna met hen thee gedronken. Bij de compagnie-Schotman zijn drie grap penmakers, de „artistieke leiders", zooals de compagniescommandant hen noemde. Na het middagmaal waren de artistieke leiders met de z.g. zangsc-etie van de com pagnie-Schotman weer aan het z'ng^n (in de onmiddellijke nabijheid van de officiersten ten), waarbij o.a. ook het lied: „Dronkaard, er is ook redding voor u" werd aangeheven, hetgeen ook op andere dagen reeds vaak was gezongen. Toen kapitein Schotman, zittende voor zijn tent, hen zoo aan den gang zag (er had den zich geleidelijk meer manschappen om het groepje verzameld), kwam hij op de gedachte den ommegang te houden, die daar na plaats had en waarvan de kern gevormd werd door de „zangsectie" en overige man schappen en enkele kaderleden van de com pagnie-Schotman. i Dé ommegang nu schijnt, ten gevolge van de donkerte, ten slotte (het geheel duurde ongeveer een halfuur) een eenigs- zins ordeloos verloop ie hebben gehad, toen bij het passeeren van de Dampgedeelten der andere compagnieën steeds meer menschen zich aansloten. Het feestbetoon werd besloten met het zingen van het „Wilhelmus" en het „Wien Neerland's Bloed", gevolgd door drie hoe ra's, waarop kapitein Krnlf, die JÖcli aan den staart der kolonne bevond, de men- scben aanspoorde zich te verspreiden en naar (te tenten te gaan. Bij het avondappèl- (9 uur) werd door de sectiecommandanten niets bijzonders .opge merkt. De ovc-rste-r.egiment-commandant, (ie om •kwart voor tienen met zijn adjudant per autolangs het kamp reed, vond alles in ruot. De order, dat het kamp niet moöht wor den verlaten, was gegeven, omdat de ba taljonscommandant beducht was, dat in ver band met de betrekkelijke nabijheid van het garnizoen, Ede, menschen daarheen /ouden gaan en niet bijtijds terugkeer en. Wij willen ten slotte hieraan toevoegen, dat wij bij onze gesprekken met verschil lende officieren, den indruk kregen te doen te hebben met ernstige, zich van hun plicht ten volle bewuste mannen, die uiterst pijn lijk getroffen waren door de wijze, waarop hun handelingen wdren verdacht gemaakt. Het artikel in „Het Volk" was hun als een klap in heb gezicht geweest. De batal jonscommandant heeft Wee es dagochtend on middellijk den uitrukkenden dienst afge last en een streng onderzoek geopend. IJET INTERNEERINGSKAMP VOOR DE PUITSCBERS TE BERGEN. - Men schrijft aan de „Tel.": Bt halve het honderdtal Mecklenburgers, dat reeds van den aanvang van den oorlog, uit de dagen van Visé en Luik, alhier geïn terneerd werd (dit getal was aanvankelijk 150, doch voor eenige maanden terug kre gen e,en 46 van hen vrijheid om naar Duitsch- Jand te gaan, aangezien zij volgens hun be weringen, door het Ned. Roode Kruis, zon der hun wil, op Nederlandsok gebied wa ren gebracht; van 26. van hen kwam reeds bericht, dat zij gesneuveld waren, binnen), zjjn er in het kamp nog een 36 anderen ondergebracht, die van het cultuurwerk ge noeg hadden gekregen en z:odra zij de kans schoon zagen, op Nederlandsch gebied waren gekomen. Deze 36, waaronder- een viertal" marine soldaten uit den Elzas, zijn evenwel in een afzonderlijk gebouw ondergebracht en le ven met de Mecklenburgers niet op .al te besten voet. Reeds driemaal kwam het tot een klop partij en wel eenmaal na liet zingen van eeo FraOsch lied; door de Eizassers. Met groot verlangen zien de deserteurs- geïnterneerden den dag tegemoet, waarop zij hun vrijheid "kunnen herkrijgen om in Nederland hun brood te verdienen. Het vertrouwen hierop is nog zooveel grooter geworden, nu Duiischland van 15 Augustus -af voor hen ook niet meer aan Nederland betaalt. Ook aan hun gezinnen, die aehiergeble- ven zijn, wordt thans a'le steun in Duitseh- land onthouden, In Den Haag schijnt men echter nog maar steeds niet te welen, hoe men met deze mannen zal moeten handelen. In de werken over het oorlogsrecht wordt over de geïnterneerden al heel weinig ge zegd en zelfs de interneerings-commandant weet niet anders te antwoorden, dan dat hij óp goede gronden meent, dat ze niet aan Duitschland bij het sluiten van den vrede zullen woeden uitgeleverd. Zekerh.il schijnt er echter niet verkregen te kunnen worden. Dat deze zekerheid" voor die mannen, die allen als deserteurs niet meer naar Duitsch- land terug willen, van veel beteekenis -is, bewijst de uitdrukking van een hunner, va der van zes kinderen: „Als ik' naar Duitsch- land terug moei, dan gaat voor dat ik op Duitsch gebied ben, het mes door de keel." Het komt ons dan ook voor, dat het mis dadig van Nederland zou zijn om deze men schen als het ware aan den beul over te leveren. Dat men in Den Haag in dezen niet weet, waar zicli aan te houden, kan blijken uit het feit, dat nicn den onderofficier Schnoide- vvind, die tegelijkertijd met zijn kameraad, den soldaat Karl Mühler, over de grens trok, in vrijheid stelde, terwijl men Karl Mühler, die n.b. nog wel het rapport over hun vlucht opstelde, en indiende, als geïn terneerde in het kamp houdt. De eerste negen maanden dacht niemand van de geïnterneerden aari vluchten, behal ve de twee Duilsche officieren, die, in na volging van hun regeering, hun eerewoord ais vodjes papier beschouwden, doch dit later-op hoog bevel weer kwamen inleveren en daarna zoo goed bewaakt werden, dat zij zonder verbreking van hun eerewoord wederom konden vluchten. De laatste vier maanden is er echter een deel, dat weigert een verklaring 'te teeke nen van nfei te zullen vluchten. Dit had ten gevolge, dat deze mannen, die anders vrij in het rayon konden wan delen, en dan alle mogelijke vriendelijkhe den ondervonden van de dames, die zich ook hier, evenals elders, tot de vreemde uni form aangetrokken gevoelen, thans binnen een dubbele punld'.aad afscheiding, waartus- schen een wacht met ge'aden geweer, moe ten verblijven. De drie officieren, die hun eerewoord niet wfnschen te geven, verblijven ook bin nen een dergelijke afscheiding* echter zoo lang zij dit zelve verkiezen. Deze heeren toch geven, wanneer zij dit verkiezen, hun eere woord voor een dag, een paar Jagen, een avond, ja soms voor een paar uur, en bewe gen zich dan ook gedurende het seizoen op het strand of bij uitvoeringen, zooa's zjj dit verkiezen. De heeren Duitsche officieren ondervin den dan ook van het weigeren van hun eerewoord slechts zooveel nadeel als zij zei ven verkiezen, voeren een correspondentie zooals zij dat wenschen, aangezien niet te controleeren valt wat zij verzenden en ont vangen. In Duitschland gaat men zelfs zoover om aan de hotels te Berden voor hen pakjes te zenden, met verzoek ze hun ter hand te stellen. Het eere woord van de lieer en is op deze wijs een paskwil en het wordt hun aldus gemakkelijk gemaakt maatregelen te nemen tot ontvluchting. Wel is men van de zijde der bewaking steeds op zijn qui vive en heeft men hun den toegang tot de tegenover het kamp s'aande villa ontzegd, doch voor een 14 dagen te rug was hun de vlucht toch bijna gelukt. Feldwebel Holst en de onderofficier Ha- nernan, die niet uit het kamp kwamen, wa ren n.l. reeds een paar dagen bezig, geweest om van uit den ke'der van een in het kamp gelegen oud leegstaand huisje een onder- grondsche gang te maken, om zoo onder de puntdraadafscheidiag door in het vrije bosch te komen. Reeds was deze gang een 9 M. lang, toen men dit ontdekte, en was hrj 3 M. langer geweest-, dan had men de vogels gevlogen gevonden. Nu kunnen beide, zeer ten genoe- ge van de 36 desertturs-geïn(erneei den. die nu wat meer door de Mecklenburgers met rust worden gelalen, in Alkmaar 14 dagen provoost opknappen. Een paar weken te voren waren een ander officier en twee manschappen ge lukkiger; die wisten te ontkomen, en tot nog toe heeft men van hen niets meer ge hoord. De vorige week, den dag voordat het Duitsche luchtschip des morgens om 5 uur boven het kamp werd waargenomen, wat vele geïnterneerden barrevoets naar buiten deed snellen (later vond een jachtopziener, een lichtbom van het luchtschip in de duinen\ wist een drietal eveneens te ontsnappen en in een paar dagen het wandelende tot Soest te brengen, Waar een onbezoldigd rijksveld wachter in burger, wien zij den weg vroe gen, hen naar dè politie bracht, waardoor ze nog juist geknipt werden. Wij begrijpen echter niet waarom men den officieren, die hun eere woord weigeren, zoo veel vrijheden laat, terwijl men de manschap pen, die onder hun invloed hetzelfde doen, belet ook maar een enkele maal het kamp te verlaten. Het is ons en velen een ergernis, dat men een der deserteurs-geïnterneerden met acht dagen straft, omdat hij een der Du:tsche of ficieren weigerde te ealueoren, aangezien hij eiken band met het leger der kultur-draigers &fjherz£ds verbroken beschouwde. Nadat voornoemd blad dit artikel bevat te, lazen we daarin het volgende bericht uit Bergen Dat wij niet teil onrechte beweerden met lo begrijpen, waarom men de Duitsche offi cieren, die hun eerewoord weigeren, zoo veel vrijheden laat, blijkt wel uil het feit, dat Maandag twee van de drie, die om 9 uur present moesten zijn niet terugkeerden. Tot nog too is het niet gelukt om hen op te sporen, zoodat ook déze vermoedelijk al reeds in hun vadorland terug zullen zijn. Van de vijf geïnterneerde Duitsche officie ren is cr thans nog maar één over. ENGELSCHE VROUWEN EN KINDEREN. Met den trein van 3 uur 59 zijn Dond'er- dagnamiddag uit Brussel over Esschen- Roè sen daal 32 F- -lsche vr uwen en kin deren, onder wie drie geestelijke zusters, aan het station Dclftsche Poort te Rotter dam aangekomen. Zij werden daar ontvan gen door de dames van het Stationswerk. Per extra-tram werden do vróuwen en kin deren naar het Engelse tie consulaat ge bracht en gisteravond zijn zó met de „Ba tavier" naar Londen vertrekken. S ALA lil ft OOM 1 TE VAN RIJKS AMBTENAREN. Naar aanleiding van de ingediende Staat s- begrooting, kwam te Rotterdam het comité, oorspronkelijk samengesteld tot 't bekomen van een duurtetoeslag, bijeen. Het eonrité vertegenwoordigde" ongeveer 10,000 rijks ambtenaren, meende allereerst zijn diepe te leurstelling te moeten uitspreken over de weinig vérgaande maatregelen der regee ring, die naar zijn overtuiging niet in over eenstemming zijn met den economisöhen toe stand in liet land. Besloten werd, dat het comité zich ztil richten.tot".de' verschillende Organisaties van rijksambtenaren met de uitnoodiging voor een gecombineerde vergadering om het voor stel te overwegen, zich tot regeering en volks- vertegenwoordigers te wenden, mot het ver zoek, die groepen ambtenaren, welke op dj begrooting'T915 voorkwamen, het toen voor gestelde bedrag toe te kennen, terwijl daar naast zal worden verzocht die groepen, wel ke in 1915. niet voor verhooging in aanmer king werden genomen, met een tijdelijke ver hooging van het salaris te gemoe-t te komen. ARRESTATIES TE WEERT. Uit Buclei wordt aan do „Tel." gemeld: Heel Weert spreekt van talrijke arresta ties die er hebben plaats gehad. Woensdagavond was een schildwacht van de landweer, aldaar op post bij do tunnel van den weg naar het Belgische plaatsje Molenbeevsel. Hij zag twee als heeren ge kleed© personen die een groot en handkoffer droegen, naderen en riep hun een „Halt, werda" toe. Zij naderden érï moesten den koffer laten visiteeren. Daar do schildwacht op eenigen afstand nog vier personen zag, die blijkbaar bij het tweetal behoorden, gaf hij een.teeke-n aan de nabijzijndo wacht, zoodat er onmiddel lijk een sergeant en nog meer militairen verschenen. Het grooio valies bleek verschillende kleine busjes te bevatten, elk voorzien van een tinnen buis van 5 m.M. omvang en waaraan lonten waren l.evestigd van 2Ü -M. lengte voor iedere bus. Dan waren er bussen, gevuld met kleine pakjes, ter grootte van een lucifersdoosje, gevuld met een substantie dat op zeeppoe der geleek. Het tweetal werd onmiddellijk in arrest gesteld. Bij nader onderzoek bleek, dat de inhoud bestond uit melinietpoeder. Op de poederdoozen die, volgens de daar op voorkomende etiquetten 100 gram poe der bevatte, stond ook het adres van de fabriek, n.l. die van de firma Cop al Co. een kruitfabriek in Cauli.-, dicht bij Ha- mont in België gelegen. D doozen waren van de fabricage van 1909. Het) Donderdag in deze zaak' voortgezet te onderzoek leidde tot de arrestatie van nog een aantal Belgen, die hun intrek had den genomen in een Huis in de Station- straat, tegenover het tramstation. Een onderzoek in'den tuin van dat huis en tusechen in de nabijheid ervan geplaat ste boompjes, heeft nog een zestal groote bussen doen vinden, allo gevuld met pak jes kruit. In ieder pakje was door machi nale bewerking een klein rond gaatje aan gebracht waarin de lont paste. Later op den dag moeten in den tuin nog een zestal groote mussen gevonden zijn, al leen met lonten gevinu. Het gevondene moest op last van den luitenant der landweer zeer voorzichtig worden behandeld, daar de inhoud gevaar voor omgeving en omstanders opleverde. Bij het verhoor,, dat do Belgische heeren, in t geheel een achttal, moest ondergaan, bleek, dat zij nog maar kort in Weert ver toefden en van Yxissingcn waren gekomen. Op het tweetal cerstgearresteerden na, be vinden zij zich allen weer op vrije voeten, daar niets to hunnen nadecle moet zijn ge bleken. Door den territorialen bevelhebber zal hun hoogstwaarschijnlijk het verblijf binnen deze militaire afdeeling worden ont zegd. De militaire» overheid meent uit het ver hoor te kunnen afleiden, dat het de voorbe reiding gold van een poging om in den omtrek van Luik Duitsche militaire werken op to blazen. MELK EN MELKPRODUCTEN. Bij Koninklijk besluit van 22 September is verboden de uitvoer van melk en alle producten van melk, voor zoover niet reeds verboden. BOTER. Het Rijks Centraal Burea-u voor den uit voer van boter maakt bekend, dat voor de weck van 26 September tot 3 October voor 70 pCt. d'er productie certificaat van uit voer kan wordten verleend, tem ijl 30 pCt. voor binnenlandsoh verbruik moet worden beschikbaar gesteld of afgeleverd. MARKTBERICHTEN. LEIDEN. 25 Sept. 1915. Graanmarkt. Handel heden niet vlug. Tarwe prijshoudend. Gerst en Haver, door afwijkende kwaliteit, gemakkelijk koopbaar. Erwten in iets betere stemming To uoteeren zijn: Tarwe 7 9.40 a 11.50 ]*r 80 Kilo; Gorst 8.40 a 10.— per 65 Kilo- Haver /II 50 a 12.40 per 100 Kilo: Erwten fills a 17 75 per H.L. KATWIJK-AAN-DEN-KMN. 24 Sent. Veiling- ch-r lu>nb.-yor. K. en O. Eigenheimers per halve 11 L. t 1.25 a 1.30; Bloemkool I 10.50 a 13, dito II 4 a 6.50; Roode Kool f 9 a 13; Savoye Kool 7 a 9.50Peen per 100 bos 3.50 a 3.75Uien por H.L. 5.10 a 5.30. Aanvoer 20000 Bloemkool. 80 H.L- Uien, Handel vlug. ZWOLLE. 24 Sept. Huiden. Koe- 39 a 41 ct." pinkvellen 36 a 38 ct.stierouvellen 33 a 35 ot! per pondpaardenvellen (met haar) 14 a 14 50 Stemming zeer stil. fAAmW0LljE' 24 Sept- B°ter. 11240 K.G., waarvan A)0/8o vaten, 8O/I60 vaten en 880 stukken van één Pond Prijs 1.45 a 1.60 per K.G. Per 1/8 vat an 20 K.G. prima 31 a 31.50. afwijkende J 30 a 30.50. 2e soort 7 29.50 a 30: Per V\6- vat van 10 KG 14 50 a 15.25. Ilandel willig. ZWOLLE. 24 Sept. Veemarkt. Hen besteedde voor neurende en verseh eokalfdo koeien f 190 370/ dito vaarzen en schotten 7 185 a 290: gus'n koeien voor de vetwside of et-nl f 160 a 240. dito vaarzen f 155 a 210; voorjaars kalvende koeien 7 160 a 240: ossen voor de votweidc 170 a 250; 1 '4-jarige springst-ieron f 90 a 170: 1'4-jorige pinken 7 90 a 150; jonge fokkalveron f 30 a 90: "nuchtere kalveren f 7 a 22; vetto koeien en ossen aan bou ten 85 a 100 ct.stieren 70 a 84 ct dito kalveren 85 a 100 .ct., per K.G.6-weekache biggen 12 a 18: lO-weeksoho id. 16 a 30; drachtige varkens 7 65 a 95; magere id. 50 a 70 per stuk: vetto varkens f 0.80 a 0.82 per K G. LELLWARDEN, 24 Sept. Vee. Op de markt alhier waren heden aangevoerd: 114 stieren 100 a 380; 65 ossen 250 a 300 230 vetto koioen f 230 a 340, 0.44 a 0.48 per pond872 melk- en kalf- koeien 190 a 330 50 pinken f 70 a 120 30 vetto kalveren f 45 a 60, 7 0.40 a 0.45 per pond; 1691 g ra-s kal veren 7 70 a 85; 43 nuchtere id 7 7 a 13; 87 vetto schapen f— 460 weide id. 7 20 a 26; 44 lammeren 7 125 vette varkens 7 85 a 98, 7 0.40 a 0 42 oer pond; 75 magere varkens 7 42 a 45; 643 vette biggen f 65 a SO. 7 0.36 a 0.37 per pond; 251 speenvarkens 9 a 12. Aanvoer behoorjijk. uitroervee tamelijk vlug. vette koeien prijshoudend, stieren kalm. kalveren alecbt, varkens vlugger minder aangevoerd, fok schapen tamelijk. LEEUWARDEN, 24 Sept. Kaas. 28219 K.G. fa4 briekskaas f 32.50 a 99 HAASTRIOHT, 24 Rept. Aan den Botermijn aD hier zijn aangevoerd 57790 K.G. Hoogste prijs buitenland 7 2.19; middeuprija buitenland 7 2 16; laagste prijs buitenland 7 2.091 hoogste prijs binnenland 7 1.45; middenprijs bin nenland 7 1.44; laagste prijs binnenland 7 1.38, ALKMAAR, 24 Sept Ter kaasmarkt beden aangevoerd: 320 stupeD. wegende 222.000 KjG.- Prijzen kleine fabriekskaai 7 57; kleine boeren kaas 56; commissie fabrieksbaas 7 22 50; com-' misaio boerenkaas 7 55; middelbare boerenkaas 7 54. meuschon, ten. minste, dat waren ze in vroeger dagen geweest maar .New-York was nu zoo veranderd. Zij ging er nu zelden meer heen, de reis was zoo lang, maar als zij er nog eens toe kwam, dan was ze geheel perplex. Haar eigen familie placht zoo conservatief te zijn, hield zich slechts aan een kleinen kring van bloedverwanten en vrienden, die zelden noordelijker dan Bos ton of zuidelijker dan Philadelphia kwa men maar als zij hen nu eens opzocht, dan vond zij zo omringd door een menigte menschen, van wie zij vroeger nooit had ge hoord. Zij vond het jammer, dat in een la-nd, waar zoo weinig verschil van stand be stond, wat er nog was, niet werd in aclit genomen. Strange vond het een opluchting, toen dc zachtematte alleenspraak, die van tijd tot tijd door een amtwoord van hem of een opmerking van een der anderen werd afge broken, tót.een eind kwam en zij zich naar de patio begaven voor de koffie. Die werd gepresenteerd inleen hoek*door bloedenden wingerd -beschaduwd, waarbij ce-n groote, grijsgroene papegaai in een kooi presideerde. De gastheer en gast vrouw, wien dit genot middel was ontze-gd, namen de gelegenheid waar om arm in a-rm de ruimte rónd te wandelen en lieten al dus miss Jarrott in een tête-a-tcte met Strange. Hij merkte op, toen deze dame hem voorging, dat haar figuur lenig was als van een jong meisje en haar gang bijzonder bevallig. „Niemand is ooit oud met een houding als de uwe", had merï tegen miss Jarrott gezegd en zij geloofde het. Zij kleedde zich en sprak in overeenstemming met haar fi guur en als haar trekken om neus en kin niet té scherp waren geweest, dan zou zij misschien eon indruk van eeuwige jeugd hebben gegeven. Nu zouden do humoristi sche blad-en, was. zij een staatsman geweest, wreedaardig gemakkelijk .een carricatuur van haar hebben kunnen maken. De pape gaai schreeuwde bij haar naxlering een kras sende melodie. Voor de verzoeking bezwijkend, om in proza te vervallen, ging hij voort met te schreeuwen „We-el, Polly, hoe voel jij je vandaag? We-el tamelijk goed voor een oude juffer", waarna voor een oogenblik een onverstaan baar gebrom volgde. Toen de koffie was ingeschonken en de sigaret van den jongen men ontgestoken, nam miss Jarrott de ge legenheid te baat, die haar aan tafel, door het zacht gemurmel van haar schoonzus ter was benomen. Het is werkelijk grappig, dat u ec-n mr. Strange is, want ik heb een jonge dame van denzejfden naam gekend. Dat wril zeg gen, ik heb haar niet persoonlijk gekond, maar van haar-gehoord." Om zijn agitatie niet te toonen, nu dit on derwerp weer te berde kwam, uitte Stran ge het .vermoeden, dat zij een van de Strang es van Virginia was en alle recht had zoo genoemd te worden. „Zij is het en zij is het niet", antwoordde miss Jarrott. „Ik weet, 'dlat u het gek zult vinden mij zoo te hooren spreken, maar ik kan het niet uitleggen. Ik be-ri nu eenmaal zoo. Ik kan 't niet altijd uitleggen. Ik zeg een massa- dingen, die de menschen zelf maar moeten begrijpen. Het is ma-1, dat ik zoo ben, nietwaar? Ik zou wel eens willen weten, hoe dat komt. Kan u mij dat ook zeggen En die miss Strange ik heb haar nooit ontmoet- niet in werkelijkheid ont moet en toch heb ik een gevoel alsof cfat wel gebeurd is. Ik heb altijd dat gevoel met vrienden van nnjn vrienden. Ik zou door het vuur en water voor ze vliegen. Dat is natuurlijk maa-r zoo'n uitdrukking; maar u begrijpt wat ik bedoel, nietwaar?" Op dat punt gerustgesteld, ging zij voort „Ik ben wel bang, dat u het hier een heel kalme huishouding zult vinden, mr. Stran ge, maa-r wij zijn in den rouw, weet u. Dat wil zeggen mrs. Jarrott is i-n den rouw en als zij, die mij dierbaar zijn, in den rouw zijn, heb ik altijd een gevoel alsof ik ook in den rouw ben. Ik ben nu een-maal zoo. Ik kan heelemaal niet zeggen, hoe dat komt maar ik ben nu eenmaal zoo. Mijn schoonzuster heeft juist haar schoonzuster verloren. Natuurlijk - is dat geen familie van mij, is 't wél? En toch, ik voel me alsof dat wel het geval is. Ik heb mrs. Colfax altijd mijn schoonzuster genoemd en haar klein meisje geleerd mij tante Queenie te noemen. Zij hebben hier gewoond. Mr. Colfax was de broeder van mrs. Jarrott en compagnon van mr. Jarrott. Het kleine meisje werd hier géboren. Het wa<s 'n groot verlies voor mijn broeder, toen mr. C-olfax stierf. Mrs. Colfax is naar New-York te ruggegaan en hertrouwd. Dat was ook een slag, waaróm wij dan ook de laatste ja ren op geen bijzonder vriendschap pe^lijken voet met elkaar zijn geweest. Maar nu hoop ik, dat het anders zal worden. Ik ben nu eenmaal zoo. Ik hoop altijd. Dwaas, niet? Wat er ook gebeurt, ik denk altijd, dat er een; zilveren rand aan de wolk is. Waarom zou ik zoo zijn? Waarom zou ik na-et wanhopen als andere menschen Strange waagde op te merken, dat zij ze ker met een Wijmoedig temperament was geboren. „We-el, tamelijk góed voor een oude juf fer", krijschte de papefaa-i, eindigend met een krassend gelach. „Ik moot zeggen, dat ik het niet weet", zei miss Jarrott peinzend. „Iedereen is weer ande-r9, gelooft u ook niet? En toch schijnt het soms, dat niemand zoo anders is alp ik. Ik hoop en hoop altijden weet u, in dit geval heb ik gelijk gehad. Wij krij gen ons klein meisje terug. Zij komt een heclen tijd bij ons logeeren. Zij heet Evelyn en als wij haar eens hier hebben, hopen we, dat zij hier zal blijven. Wie weet? Er kan wel eens iets zijn, dat haar hier houdt. Dat kun je nooit weten. Zij is een wees, met niemand in de wereld dan een stiefvader, en d-ie is blind. Wie zou dus meer recht op haa-r hebben? Ik vind altijd, dat menschen, die een recht op andere menschen hebben, ze ook moeten hebben, vindt u ook niet? Bovendien is hij naar Wiesbaden gegaan, naar een beroemd oogarst, zoodat Evelyn bij ons als bij haar natuurlijke beschermers komt. Zij is nu bijna achttien jaar en was nog geen acht, toon zij ons verliet. O, ja, natuurlijk, wij hebben haar in dien tijd wel eens gezien, als wij in New-York kwamen maar dit is niet dikwijls ge beurd. Zij zal veranderd zijnzij zal het haar nu Qpgestoken hebben en lange rok ken dragenmaar ik zal haar wel kennen. O, men kan mij niet bedriegen! Ik vergeet nooit een gezicht. Ik ben nu eenmaal zoo. En e.venmin namen. Ik zou mij u herinne ren, mr. Strange, al ontmoette ik u ook in geeri vijftig jaar. Ik heb u opgemerkt., toen u voor het eerst voor Stephens en Jarrott begon te werken. En mijn schoonzuster ook, maar ik toch het eerst. Wij hebhen dikwijls over u gesproken, vooral toen wij wisten, dat u Strange heette. Wij beiden vonden, clafe 11 veel van Henry had van den oudsten zoon van mr. Jarrott zooals hij er zeker uitgezien zou hebben, indien hij voor ons gespaard ware gebleven. Wij hebben veel verdriet gehad o, heel veelEn dat heeft mijn schoonzuster heele maal van de wereld vervreemd. Zij is nu eenmaal zoo. Mijn broeder ook. Hij is de zelfde rna.n niet meer. Dus, mr. Strange, als Evelyn komt., hopen wij u dikwijls té zien. U moet dit huis als uw tweede tehuis loeren beschouwenWerkelijk, dat moet' u. 'Mijn broeder zal dat prettig vinden. Ik heb hem nooit over een jongen man hooren spreken, zooals hij over 11 speekt. Ik houd liet er voor, dat hij ook cle gelijkenis met Henry ziiet. Het zal wel het volgende jaar worden voordat Evelyn komt. Het spijt me, dat zij van 't jaar niet komt maar zij kan haar stiefvader niet verlaten vóórdat hij na-ar Wiesbaden ga-a-t. Dan is zij vrij. Iemand anders gaat met hem naar Wiesba den. En is het niet grappig, dat is dezelfde miss Strange, de dame, over wie wij zoo juist spraken." Heli was reeds eenigo maanden geleden sinds die woorden werden gesproken, zoo- dab hij er nieb langer aan dacht; maar in het eersti hadden zij hem vervolgd als een melodie, die ons door het hoofd speelt cn die wij toch niet genoegzaam kunnen vol gen, orri haar over de lippen tr> brengen. (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1915 | | pagina 10