N». 17048
Trijdag 2 1 Septemlber,
Tweede Blad. A° 1915.
De „Koningin Emma" door
een mijn vernietigd.
Gemeenteraad van Lelden.
Rechtzaken.
Tweede Kamer.
LEIDSCH
x
Aan „Dg Maasbod©" wordt uit Amsterdam
gemeld:
Het bericht in de bladen, dat do „Maas
stroom" van de Hollandsehe Stoomboot-Maafc-
soha^pij, welke gistermorgen te Amsterdam
verwacht werd, een aantal leden der be
manning aan boord had van de „Koningin
Emma", had tal van familieleden en belang
stellenden naar de emplacementen der Hol
landsehe Stoomboot-Maatschappij aan de
Handelskade doen stroomen, ten einde de
geredde bemanning met haar behouden thuis-,
keer geluk te wenschen.
Aan de Hollandsehe Stoomboot-Maatschap^
-pij moest men allen echter teleurstellen,
daar geen der geredden daar van boord zou
komen. Hierop begaf men zich natuurlijk
onmiddellijk naar de IJkade, waar de kaden
zijn dec Stoomvaart-Maatschappij „Neder
land". De vertegenwoordigers der pers had
men echter bij de Hol'. Stoomboot-Maat
schappij aan de kade toegelaten. Hier lag
de „Gedeh", een motorboot vam de „Neder
land" r-eeds gereed om de bemanning
63 in getal van boord der, „Maasstroom"
over te nemen en naar de „Nederland**
over te brengen.
Aankomst van de „Maasstroom".
Toen de „Maasstroom" tegen kwart ovetf
blf in zicht kwam, stak de „Gedeh" met de
verslaggevers van wal om op hpt IJ lig-
f-laats te kiezen. De directie-motorboot van
de „Nederland" lag ter hoogte vam het Tol
huis reeds langs zjj van de „Maasstroom"
en de directeuren der „Nederland" klom
men aan boord. De „Maasstroom", die een
ipcode vlag in top van den eersten mast
Voerde, ten teeken dat kruit aan boord was,
zwaaide omstreeks half twaalf om aan de
kade te meren. Op het achterdek stonden de
Javaantjes van de „Koningin Emma", allen
'do hruine reddingsgordels nog om het bo
venlijf dragend. De officieren en overige
bemanning van den verongelukten stoomer,
stonden op de brug «en wuifden van hier,
faur. collega's en bekenden op de IJkade
vroolijk toe.
De „Gedeh" lag spoedig langszij der
^Maasstroom" en behulpzaam werden handen
rreikt om den mannen het_ overspringen
vergemakkelijken. De stemming onder hen
liet niets to wenschen over. De hofmeester
van de „Koningin Emma" zette zich bereid
willig neer om zijn «ervaringen te
vertellen en gedurende den overtocht naar
de IJkade toekenden we het volgende uit
zijn mond op#
Het verhaal van den
hof meest1© r.
Gisterenmorgen bij helder weer en kalme
zee, terwijl het gewone leven aan boord
weer beersclite na het ontbijt en de loods
,vijf minuten liet schip had verlaten, deed
'een ontzaglijke slag het schip dreunen. De
kep werd omhoog geworpen en eenige mi
nuten lang deinde het schip geweldig.
Het was juist 10 minuten vóór 10 uur.
Be eerste ontsteltenis aan boord laat zich
gemakkelijk begrijpen. Vooral de kinderen
'en vrouwelijke passagiers liepen dooreen of
werden door de woeste bewegingen van het
schip dooreen geworpen en trachtten in al
lerijl aan dek te komen. Ook enkele vrou
wen, die nog in haar hutten waren, vlucht
ten slechts gedeeltelijk gekleed naar boven.
Be bemanning onder voorbeeldige leiding
.van kapitein en officieren was echter aan
stonds den toestand volkomen meester. De
roededeeling, dat het schip weliswaar op een
ïnijn geloopen was, doch dat direct gevaar
ten eenenmale buitengesloten was, bracht
Spoedig de noodige kalmte, zoodat van een
paniek aan boord geen sprake is geweest,
floch 6chrik en ontsteltenis laten zich ge
makkelijk verklaren.
Teen alle passagiers aan dek waren, wa
ren de reddingsbooten bereids klaar gebracht
OTn uitgelei te worden. Kinderen en vrou
wen deed men er allereerst in plaats nemen,
hetgeen in do grootste orde geschiedde. Do
booten werden gestreken en zetten koers
'naar de „Batavier IV", die inmiddels ter.,
piaalse was gekomen. Ook de mannelijke
reizigers en bemanning verlieten nu in de
booten het schip, dat zonder eenigen twij
fel op een mijn gestooten was. De knal,
door de ontploffing veroorzaakt, was ont
zettend, terwijl het geheele voordek ln een
scüerpen kruitdamp was gehuld.
De „Koningin Emma" bleek onder de wa
terlijn lek to zijn geslagen; de eerste rui
men liepen dan ook aanstonds vol. Als be
wijs hoe snol de passagiers en bemanning
vau boord gebracht waren, moge dienen,
dat om 10 uur hiemand meer op heb ge
troffen 3chip was.
Pogingen tot behoud
van het schip.
Nadat de bemanning op de „Batavier IV"
teven toegezien had wat het schip deed, vroeg
de kapitein, wie bereid was om weer aan
boord terug te gaan, ten einde te trachten
do „Koningin Emma" weg te sleepen en op
een bank to zetten. Allen traden vooruit en
de booten keerden bemand weer terug. Het
schip heldu toen reeds meer en meer voor
over.
De „Batavier IV" had een tros uitge
bracht-, die aan do „Koningin Emma" werd
vastgemaakt, doch tot twee, ja zelfs drie
maal toe brak. Be laatete maal werden van
de „Batavier IV- door de hevig gespan
nen staaldraden een gedeelte van de com
mandobrug en n tweetal sloepen ver
nield, hetgeen aan boord weer even groote
opgewondenheid veroorzaakte, wijl de toch
reeds verschrikte pa-seagiers het krakend
geluid toeschreven aan een torpedo, die op
het schip zou gelanceerd zijn en het getrof
fen hebben. De bemanning der „Batavier
IV" wist echter allen spoedig te kalmee-
ren.
Hulp van Engel sche
oorlogsschepen.
Eenige Engelsche torpedobooten waren
inmiddels op de plaats van het onheil ver
schenen, die assistentio verleenden bij het
eleepen. Ook de „Kambangan'1 kwam in
zicht. Nadat met het tie epen van de „Kó
ningin Emma"- gedeeltelijk resultaat was
verkregen verliet men. het schip. Om half
twee keerden allen echter weer aan boord
(terug oin de mail te redden*
Wel een 10- 15-tal schepen waren in
middels in de nabijheid en do „Maas
stroom" nam een aantal mail zakken aan
boord, die op het middendek opgestapeld
lagen. Toen de „Kanlbangam" in de nabij
heid wae had men de passagiers reeds in
de gelegenheid gesteld cl aarop over te
gaan of aan boord van do „Batavier IV"
te blijven: De laatste stoom er ging name
lijk dooi! naar L.ndoh, terwijl de „Kam-
bangan" op do thuiereia was.
Een aantal passagiers verkozen over te
gaan op de „Kambangan", waarna do En-
gelsche torpedobooton de sloepen orheen
sleepten. Ruim twee uur Had de bemanning
de „Koningin Emma" weer verlaten. Des
avonds te omstreeks halfzeven gingen al
len echter weer terug om de mail verder in
veiligheid te brengen. Het lossingswerk was
nu echter ongekend moeilijk door den hel
lenden stand van het sohip. Loopen aan
boord wae bijna onmogelijk, de machines
werkten niet meer, doordat dei machineka
mer vol water stond.
Het schip verloren.
Te kwart over acht begon de. „Koningin
Emma" vreeselijk te werken en over te
hellen. Langer aan boord blijven was on
mogelijk en zou de bemanning in levens
gevaar hebben gebracht. Reeds moest men
overhaast vluchten, daar het schip dreigde
geheel om te slaan. Een sloep van een der
Engelsohe torpedojagers haalde de laatste
mannen van boord. Tegen negen uur sloeg
de „Koningin Emma" geheel over.
Aan boord van de „Maasstroom" werd de
bemanning van de „Koningin Emma" op
buitengewoon hartelijke wijze verzorgd. De
hofmeester deed hen door een uitstekend
maal veel van den doorgesta-nen angst ver
geten en een goed© ligging versohafte hun
een welverdiende rust. Op verzoek der be
manning zelf brengen we daarom gaarne
hulde aan de opvarenden der „Maas
stroom"- voor hun liefderijke zorgen.
De „Gedeh" had inmiddels aan de IJka
de gemeerd en de geredden werden met
hoera'a ontvangen. Buiten stonden honder
den familieleden, die hun vreugdetranen
over het behouden weerzien hunner ver
wanten slechts moeilijk konden bedwingen.
Nader vernemen we nog:
Op het oogen'blik, dat de ontploffing
plaats vond, stond de derde officier de Boer
voor op het schip, kapitein Baut op cle com
mandobrug, terwijl de 3de machinist, Haak,
op dat oogenblik het bevel voerde in de
machinekamer.
Do kapitein is aan boord van do „Kam
bangan" gekomen.
Ook bevinden zich nog enkele passagiers
aan boord van de Engelsche torpedoboo
ten.
Do eigendommen dor passagiers en be
manning zijn om zoo te zeggen alle verlo
ren gegaan, dooh niet alleen behoeft men bij
deze scheepsramp geen mnschenlevons te
betreuren, maar zelfs werd geen enkel
passagier noch lid der* bemanning gewond.
Nog een ooggetuige.
Een der magazijnmeesters van het schip
verteld© aan een verslaggever vam de
„Tel.", dat hij zidh juist in 't magazijn
bevond, toen de ramp plaats greep. De
knal van de ontploffing, drie tusschen ruim
I en III plaats vond, klonik daar benedien
als dof aanhoudend- gebrul en geloei. Alles
kraakte, de zolder, de vloe-ren en de schot
ten. Do deuren rinkelden en sommago
sprongen open. De eleotrische lampjes gin
gen uit en do corridors langs de hutten
werclon slechts flauw verlicht door do licht
stralen, die door de ruitjes naar binnen
vielen.
Een groot aantal passagiers bevond zich
nog in do hutton en badkamers. En «nauwe
lijks had de schok het beele schip over al
zijn voegen doen kraken of do deuren wer
den opengeworpen en een stroom passa
giers wrong zich door de gangen. Mannen,
vrouwen, kinderen, allen trachten zoo spoe
dig mogelijk do breedo trappen, dio naar
heb dek ledden, te bereiken.
Men zag de zonderlingste kleederdrach-
ten. Hoeren in ondergoed met een hoed of
pet op 't hoofd dames ddo zich in do bad
kamer in een laken hadden gehuld. Maar
het flinke optreden van oenigo passagiers
en schepelingen, deed do paniek spoediig
bedaren. De meestea keerden weer terug
om zidh verder te kleedcn en spoedden
zicli daarna naar boven.
Spoedig waren de 130 eerste-, tweedie- en
derde klasse-passagiers op 't dek. Dc
stand van het sohip, dat nog vrij re-öhb lag,
het helders weer en het kordate optreden
van officieren en bemanning droegen er
niet weinig toe bij, een kalmeerenden in
vloed op de mensohen uit to oefenen. Zon
der 't minste gedrang begaf men zich in de
booten, die gestreken werden, en van het
schip èif roeiden. Binnen een half uur dob
berde een vloot van reddingsloepen om het
6chip, dat toen meer naar bakboord over
helde. Geen der passagiers had gelegen
heid gehad bagage mede te nemen.
De mannen der bemanning, die nog be
neden waren, bemerkten hoo heb water
van het voorschip naar 't achterschip liep.
Op de trappen vormden zich kleine water
valletjes en de gangen stonden blank. De
sloepen hadden eerst do passagiers naar
de „Batavier" gebracht en de equipage
roeide weer naar het 6<hip toe. Aan boord
te komen, was onmogelijk, daar de boot
vooruit stoomde. De mannen bleven dus in
de sloepen. Aan boord waren nog 60 70
man «equipage. Zij trachtten nog het schip
te redden. Maar helaas, 's avonds om 8
uur kreeg het schip een helling van 42 gra
den oveT bakboord en werd de situatie nog
hachelijker. Toen werden ook de laatsten
van boord gehaald. Zij moesten van 't hel
lende schip in de sloepbn springen. Men
sprong dikwijls op elkaar.Maar dit moei
lijke reddingwerk werd schitterend vol-
bnacht en toen de gezagvoerder eindelijk als
laatste de brug verliet enin de reclding-
sloep was opgenomen, was 't lot der trot-
sohe „Koningin Emma" beslist. Ze sloeg
om en bleef op haar bakboordizijde drijven.
Aankomst „K a m b r n' g a n" te
IJ m u i d e n.
Het stoomschip „Kambangan", een groot
vrachtschip van de Stoomvaart Maatschap
pij „Nederland", arrivoerdo gisteravond te
half zes te IJmuiden met het meerendeel
der geredde passagiers van de „Koningin
Emma" asa boord.
V ele familieleden van de passagiers, ver
tegenwoordigers der direotio van de Stoom
vaart-Maatschappij „Nederland", de kapi
tein van afmonstering, G. P. Wijnmalen, had
den zich naar IJmuiden begeven, om daar
de opvarenden van de „Kambangan" te ont
moeten.
Het nieuwtje, dat de „Kambangan" met
de geredden tegen 5 uur zoi arriveeren,
was als een loopend vuurtje door IJmuiden
gegaan. De geheele Umuider bevolking be
gaf zich dan ook naar de pieren, om de ge
redden een welkom in het vaderland te bren
gen. Het zag er zwart van hei volk. En te
midden der nieuwsgierigen reikhalsden de
familieleden, uitkijkend naar hun verwan
ten.
Te half zes kwam de „Kambangan" lang
zaam tusschen de pieren. De geredden ston
den allen op het tusschendek in een dichte
rij bijeen: de passagiers, de Javaantjes, de
vijftien fuseliers, die per „Koningin Emma"
naar liet vaderland kwamen, alen dooreen.
Een luid „hoera" weerklonk van de zijde
der *aamgiestroomde menigte, zakdoeken
werden gewuifd en men. riep om den gezag
voerder Braak, aan wiens beleid het groo-
tendeels te danken Ts, dat alle opvarenden
gered zijn en niemand eeiug ongeval over
kwam.
En van het dek der „Kambangan" werd
teruggowuifd, men herkende elkaar, riep
welkomstgroeten... Eindelijk werd de plank
uitgelegd on de passagiers stormden naar
den uitgang, om het eerst ran wal te zijn.
O, dat wederzien na het uur van 't gevaar I
Menigeen was te aangedaan om te spreken,
zoodat de welkomstgroeten zich uitten in een
hartelijke omhelzing....
Het meerendeel der passagiers ging van
boord, om met de „Koningin Wilhelmina",
van Gebroeders Goedkoop, de reis naar Am
sterdam t© vervolgen.
(Yervolg.)
De heer HEERES meent dat de verdediging
van dit voorstel, zooals het daar ligt, aan
B. en W. kan worden overgelaten. Hij had
echter geen pogenblik aan bestrijding ge
dacht. Eerst een paar dagen geleden ver
nam. hij dat deze waarschijnlijk was,
Spr. memoreert de bezwaren van den heer
Vergouwen. Dat de tijden er niet naar zijn
om meer salaris te ^even, acht spr. thans
een onjuist argument. Hg oordeelt hier het
standpunt van den heer Sytsma het juist.
De tijdsomstandigheden mogen niet naar vo
ren gebracht voor een gedeelte van het per
soneel by het middelbaar onderwijs. Het
heeft spr. verbaasd, dat de heeren yer
gouwen, Pera en Briët dit gevoel voor bil
lijkheid hebben verloren.
Spr. wijst er verder op, dat in andere ge
meenten ook een andere salarisregeling voor
personeel aan H. B. S. voor meisjes wordt
overwogen. Laten we zorgen, zegt spr., dat
we hier thans niet achteraankomen.
De heer Heeres wijst or op, dat deze
school wel degelijk een tekort aan sollici
tanten heeft géhad om oen keuze t© kunnen
doen. Het is bovendien nog niet zoo lang ge
leden, dat dit instituut een verlies van twee
leerkrachten dreigde.
Spr. gaat hierop na of de tegenwoordige
leerkrachten zouden kunnen heengaan. Het
argument dat de salarissen eigenlijk maar
precies zoo moeten zijn, dat de leerkrachten
niet heengaan, acht spr. te laag staand.
De heer Heeres verdedigt hierop het goed
recht hier ter plaatse van de aanwezigheid
van een H. B. S. voor meisjes. Heengaan
van die school zou een ramp zijn. Spr. be
veelt aanneming van het voorste1 aan.
Do heer VAN HAMEL sluit zich bij den
heer Heeres aan. Spr. wijst er op, dat dezo
salarisregeling al lang hangende is. Hij ook
acht wijziging, nadat de oude 35 jaar heeft
dienst gedaan, billijk. De heer Van Hamel
wijst er op, dat cl© H. B. S. voor meisjes
'n onmisbare keten i3 in den schakel van 't
onderwijs. Besturen is vooruitzien en daarom,
moet er verbetering komen in de salarisre
geling.
De heer VERGOUWEN vraagt den heei;
Van Hamel, wie van de drie tegenstanders
gewaagd heeft de H. B. S. voor meisjes in
een ongunstig daglicht te stellen. Er is geen
sprake van een aanval op de school. Spr.
heeft de argumenten voor salarisregeling te
licht bevonden. Hij bestrijdt den heer Syt-
sma, die uit billijkheid oen verhooging wil
geven. Wanneer straks een verhooging wordt
voorgesteld voor de leeraren in gymnastiek
en teekenen aan de H. B. S. voor jongens,
dan gaat spr. mee. Die verhoogingen be-
ti effen dezelfde onderwijs-inrichting. Hier
heeft men alleen een instelling, die den naam
gemeen heeft. Er is wei degelijk onder
scheid. Recht en billijkheid brengen straks
ook verhooodng voor andere categorieën
mee. Bovendien betreft het hier d^mes, d,ie
op zichzelf leven.
Er bestaat de mogelijkheid, dat er voor een
enkel vak wel eenige moeilijkheid ingeval
van vacatures is. Maar voor zoo'n vak kan
men toch geen geheel nieuwe salarisregeling
maken. In principe is spr. tegen de re
geling. Hij zal ovenwei meegaan met een
voorstel van den heer Briët, om invoering
op te schorten.
Spr. wijst er op, dat de meerdere kosten
«nu f 2700 per jaar zullen zijn, maar er
komt nog iets bij. Vroeger was voor elko
leorarea het maximum aantal uren 24.
Dit is nu verminderd tot 18, zoodat er eer
der een leerkracht bij moet komen.
De heer PERA vordedigt ook nogmaals
zijn standpunt en bestrijdt den heer Van
Hamel. Bovendien wil spr met uit het oog
verliezen, dat de beteekenis van gymna
sium en H. B. S. voor jongens veel gToo-
ter is.
De meisjes-H. B.-S. heeft voor de samen
leving een veel geringer beteekenis. Spr.
zal ook meegaan met een voorstel-Briét. De
tijdsomstandigheden zijn voor hem hoofd
zaak. Wanneer ook andere plaatsen een
herziening voorbereiden, dan oordeelt spr.
dat Leiden ook nog wel kan wachten. Dat
dit instituut zoo'n trekpleister ïs om naar
Leiden te komen, bestrijdt spr. Hij heeft
iudertijd dit punt eens nagegaan en vond
toen, dat er misschien één gezin was, dat
om die school hier kwam.
D© heer BRIET oordeelt, dat het niet
aangaat den tegenstanders gemis aan ge
voel van billijkheid en recht te verwijten. Bij
vorige voorstellen aanvaardde spr. deze hou
ding en hij zal het ook een volgende maal
doen.
De heer SIJTSMA bepleit nog eens zgn
standpunt. Hij wijst er op, dat deze leer
krachten dezelfde bevoegdheden hebben.
Verder WQsfc spr. op het resultaat van dit
onderwerp, zooals dit indertijd door een
enquête is uitgemaakt
De VOORZITTER wijst er op, dat in de
ruim vijf jaar, dat hij hier is, voor vele
categorieën een of meermalen de salarissen
"verhoogd zijn. De leeraren zijn toen gepas
seerd. Dat is b.v. voor de onderwijzers
geheel iets anders. Die kregen reeds eerder
verhooging. De voorzitter bespreekt daarop
het heengaan van leerkrachten, wanneer
geen verhooging wordt toegekend. Met den
heer Sijtsma wijst spr. er op, dat het hier
betreft leerkrachten met dezelfde bevoegd
heid. Het is moeilijk na te gaan of zich
hier personen vestigen toet het oog op deze
onderwijsinrichting. Heeft men deze even-
vel, dan moot die goed zijn.
Brj art. 1 zegt de heer VERGOUWEN,
dat hij. zich 'daartegen verklaart, wijl daarop
de geheele algemeene beschouwing slaat.
De heer Pera acht stemming moeilijk,
want hij is er tegen, wanneer het amende-
ment-Briët wordt verworpen.
De VOORZITTER oordeelt, dat men dan
nog tegen de verordening kan stemmen.
H" t artikel wordt aangenomen met 24
tegen 2 stemmen. Tegen de heeren Van
Tol en Vergouwen.
Bij art. 3 stolt de heer VERGOUWEN
voor hetzelfde maximum voor de lesuren te
houden en 24 niet te verminderen tot 16.
Onderwijzeressen geven toch ook meer dan
24 uur lee.
De dames geven toch ook privaat-onder
richt en ze zijn dus wel capabel om 24 uur
les te geven.
De VOORZITTER zegt, dat dit aantal
uren in verband met de salarisregeling moet
worden beschouwd. In de oude verordening
hinderde dit niet, want het maximum werd
niet bereikt. Men krijgt anders te veel
uren voor een te laag traktement.
De heer VERGOUWEN is niet geheel
overtuigd, waarna de VOORZITTER nog
even op dit punt ingaat.
De heer VERGOUWEN trekt zijn voor
stel in.
Bjj art. 13 stelt de heer BRIËT voor. te
lezeoi in plaats van 1 October 191-5: op
een nader te betalen datum.
De heer AALBERSE kam hier niet voor
zijn. Wanneer de billijkheid is toegegeven,
dan gaat het niet op te zeggen: voorloopig
betalen we niet uit.
Do heer PERA gaat hierin niet mee.
Men geeft alleen te kennen in een abnor
male n tijd te leven.
De heer VAN HAMEL sluit zich bij dett
heer Aalberse aan.
De heer BRIËT deelt deze opinie niet.
De reden voor salarisverbetering is vooral,;
dat de vooruitzichten niet voldoende zijn.
Welnu, dat is door de nieuwe regeling
verbeterd. Alleen wil men met de uitvoe
ring wachten. -
De heer VAN DER LIP acht 't ook niet
gewenscht om te moeten zeggen, dat er wel
verbetering komt, maar dat men niet weef
wanneer.
De heer BRIËT verdedigt nader zijn amen
dement, dat verworpen wordt met 19 tegen,
17 stemmen. Vóór stemden de heeren Ver*
gouwen, Van Tol, Bosch, Huurman, Pera,-
Briët en Mulder.
De verordening wordt daarop aangenomem
met 19 tegen 7 stemmen. Tegen stemdeoj
de heeren Vergouwen, Van Tol, Bosch',-
Huurman. Pera, Briët en Mulder.
De verordening, houdende wrjziging van
de verordening van 7 Mei 1896 (Gem. Blad!
No. 6), voor de Hoogere Burgerschool voor
Meisjes wordt hierop aangenomen.
De vergadering wordt hierop gesloten. V
IIAAGSCHE RECIITBANK.
Poging tot Vergiftiging in de Schiestraaï
in Dcii flaag>
Voor «de Haagsche rechtbank stond te
recht de 27-jarige dienstbode J. C G.f-
beschuldigd van poging tot vergiftiging) j-
van J. V., echtgenoot© van H. D L., wo-
nende in de Schiestiaat in Den Haag.
De dagvaarding legde haar ten laste,j
dat zij op 24 Juni opzettelijk na- kalm over
leg, met het doel de vrouw te dooden,-
haar heeft 'aten drinken uit een gla-s watefl -
met een hoeveelheid bioxales kaücus, z.g.;
zuringzout van minstens 5 gram, waardoor.
na het gebruik de dood kon intreden.
Bekl., die een guostigen indruk maakt,
antwoordde- eenigszins zenuwachtig op de
gebruikelijke vragen van den president.
Zij bekende, dat zij juffrouw J. op 24
Juni heeft- bezocht en haar heeft laten
drinken. Zij ontkent echter, dat. zij de
bedoeling had haar te dooden.
Nader ondervraagd, zegt bekl dat zij
het fleschje met zuringzout reeds 2 jaar,
in haar bezit had, en dit gebruikte om
vlekken weg te maken.
Reeds dagenlang va-s zij hoogst zenuw,-
achtig en op dien avond was zij zoo over-
spannen, dat. zij, zonder er eigenlijk bij te'
denken, het fleschje in haar taschje ha<di
gedaan en daarna, is uitgegaan. Zij had'
een vreeselijk gevoel bij haar cn hnd de
gedachte, dat er iets vreeselijks moest ge*
beuren Zelfs dncht zij aan zelfmoord.
Daarna doet zij mededeeling hoe zij bij
de juffrouw aanbelde, met haar sprafc en
den inhoud van het fleschje in een beker,
stortte en de juffrouw liet drinken. Waf
er later gebeurd is, weet zij niet meer.,
Toen zij thuis kwam, was zij kalm.
Omtrent de verhouding tot L. deelt zij
mede, dat zij -langen tijd dacht, dat hij
ongehuwd was. Meermalen ging zij wanj
delen met hem. Gedurende hun omgang-
is er niets onbehoorlijks tusschen hen voor*
gevallen. Later vernam zij, dat hij gehuwd1
was en wilde zij het uitmaken, maar hij1, j
liet haar niet los Zij erkent nu, dat het'
heel verkeerd was omgang te houden met)
een gehuwd man.
Na het getuigen verhoor nam de officier
van justitie, mr. de' Ca-mpo, requisitoir.,
Spreker betoogde, dat alle feiten in ver
band met den aanslag vast staan. Hij kan
niets tot verontschuldiging van beklaagde"
aanvoeren en vraagt, haar veroordeeling
tot 2 jaar gevangenisstraf.
De verdediger, mr. Rclandus Hagedoorn,
weos op het groot aantal lichtpunten in'
deze zaak, die de meest mogelijke- clemen
tie wettigen. PI concludeerde tot vrij
spraak, subsidiair dementie.
Uitspraak 30 dezer.
V er.adering
v a d gisternam.idclag.
Voorzitters en Onder-Voorzitters der
nfdeclingcn.
Na heropening der vergadering deelt de
VOORZITTER mede, dat de afdeelingen
benoemd hebben tot voorzitters do heeren
De Beaufort, Bos, De Meester, Van der
Velde en Van Sasso van Ytssolt en tot on
der-voorzitters <lo heeren Spiekman, Van
Hamel, Jansen (Den. Hoagb Van Vuuren en
De Visser,
Regeling van Werkzaamheden.
Dc VOORZITTER stelt voor Woensdag
20 September en volgende dagen in de
afdeelingen te onderzoeken de Indische
Begrootiug voor 1916 en v« schillende an
dere kleiner© wetsontwerpon en verder op
Dinsdag 5 October en volgende dagen het
ntwerjpRedswefc en 'de Sftaatsbeg rooting
voor 1916 met bijbe-hooron^^ wetsontwer
pen.
Aldus wordt besloten.
De vergadering gaaf Bot nadere bijeen
roeping uiteen..