N°t 16879 Zaterdag Maart. A°. 1915. (Deze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering van {§pn- en feestdagen, uitgegeven. Dit nommer bestaat uit DRIE Bladen. Eerste Blad. Officieels Kennisgeving. 1 innnln ^ennet Co. Engelscbo fijnste Heeren Fantasishoeden. Allesnver koop Nieuwe Rü'd 46. H. A. TIMMERMAN, Hofl. Ingezonden. Neilerland en k öorioc UIT OriS LAND. PKIJS DKR ADVERTENTIES: Ven 16 regels f 1.05. Iedere regel meer f 0.17£. Kleine advertentiên tan 30 woorden 40 Oent-s contant; elk tiental woordon meer 10 Oonta. Voor het incasseeren wordt 0.05 berekend.. Bewijsnnmmer 5 Cents. PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per 3 maanden 1.30; per weekf 0.09. Buiten Leiden en waar agenten gevestigd zijn per week. B 0.10. Franco per post1.85. AFLOSSING GELD LEENING. Burgemeester en Wethouders van Lei den brengen ter algemeene kennis, dat op Jlaandag 22 Maart 1915, des namiddags te twee uren, in een der vertrekken van het Raadhuis zal worden overgegaan tot de uitloting van 16 obligatiën ad 1000, be hoorende tot de 3 pCt. obligatic-leening, aangegaan krachtens Raadsbesluit vaoi Februari 1896, van 10 obligatiën ad 1000, behoorende tot de 3Vh pCt. obliga tie-leening, aangegaan krachtens Raads besluit van 10 December 1903, van 23 obligatiën ad 1000, behoorende tot de 3V2 pCt. obligatie-leening, aangegaan krachtens Raadsbesluit van 21 Juni 1906, van 50 obligatiën ad 1000, behoorende tot de 4 pCt. obligatie-leening, aangegaan krachtens Raadsbesluit van 16 Maart 1911 en van 55 obligatiën ad 1000, behooren de tot de 4?/2 pCt. obligatie-leening, aan gegaan kraehtens Raadsbesluit van 2 April 1914. Burgemeester en Wethouders voornoemd, N. O. De GIJSELAAR, Burgemeester. VAN STRIJEN, Secretaris. Leiden, 6 Maart 1915. VIJFTIGJARIG BESTAAN van de LEIDSCIIE YRIJW. BRANDWEER. De Leidsche Vrijwillige Brandweer heeft dezer dagen een halve eeuw bestaan. .Wanneer deze gebeurtenis niet had plaats gehad onder ongunstige tijdsomstan digheden, zooals wij deze thans beleven, dan zou het feit ongetwijfeld met bijzon deren luister zijn gevierd. liet College van Opperbran 1- en Ad junct-Brandmeester, meende echter, na voeling te hebben gehouden met het Corps, 'dezen dag niet geheel ongemerkt voorbij te mogen laten gaan en dat te minder, omdat hun van de zijde van vertegenwoor digers van Brandverzekerings-Maatschap- pijen en andere belangstellenden bijdra gen voor zoodanige feestviering waren ter hand gesteld. Er vormde zich een feestcommissie, be gaande uit de heeren J. J. de Cler, B. van Kleef en D. van Lith, die een feest pond organiseerden in „De Gra-an- bsurs". En zoo kwamen daar gisteravond zoo goed als al de leden van de Brandweer bijeea saet enkele genoodigden, waaronder de Commandant, de heer J. O. Stam, de Adjunct-Commandant de heer N. de Zwart. Het College van B. en W. had gemeend Toor de uitnoodiging te moeten bedanken met het oog op de tijdsomstandigheden. t Er waren naar schatting ongeveer 250 300 mannen en de mooi versierde en goed verwarmde „Graanbeurs" bijeen, wien al len als een herinnering aan 7eze feeste lijke gelegenheid een aardige sigarenko ker met eenige lekkere sigaren bfj het binnenkomen als souvenir werd aangebo den. Een pianist en een violist speelden op Verdienstelijke wijze en brachten stem ming in de zaal. Het rogramma was verder wel zoo af wisselend, dat ieder er zijn gading vond. Een Delftsch bioscoophouder (Hommer en efc Fils) vertoonde een lange reeks filmsnatuuropnamen, historische en draruatisc-he of komische voorstellingen, ^usschen de bedrijven door werd ook de burgemeester levensgroot vertoond, ter- ïï|jl de aanwezigen staande een: ,,Lang hij leven!" aanhieven. Eveneens ver sohenen de portretten van den voorzitter vun het College van Brandmeesters, den mer J. J. p. cje Graaf, en den adjunct- oocninandant Zwart op het doek, wien me- warme toejuichingen ten deel vielen. Onze stadgenooton, de heeren Hellman eQ Van Leeuwen wisselden met hun ko- jjsch© voordrachten de bioscoopbeelden Zij hadden, zooals "een hunner het zei, b°k een speciaal Liedje op de Leidsche randweer ,,in elkaar gedraaid". Van onze brandweer niets dan goed na- *^Urhjk, maar er werd ook van brand- testers gezongen ,,als van helden in J Sevaar, Als de brand wat in de buurt zaten zij bij Hillenaar". Bovendien, de brandweer, hoe flink ook, snapt het belang der burgers niet altijd, want 't Heil van sommige ondernemers Zit juist in een flinken brand Dat vooral wanneer de humor als hier gelukkig om den hoek kwam, er hartelijk werd gelachen, is te begrijpen. Het mooiste moment kwam echter, toen de voorzitter, de heer De Graaf, op het podium versoheen en in een eenvoudige, gemoedelijke, doch frissche speech de ge schiedenis van de Vrijwillige Brandweer gedurende de verloopen halve eeuw schet ste. Hij bracht een eerbiedige hulde aan de nagedachtenis der oprichters, van wie, voor zoover hij heeft kunnen nagaan, niet één meer in leven is, en aan de geslachten, die hun waren gevolgd. Veel is er veranderd in de toestanden en wat betreft de hulpmiddelen. De brandklok roept de burgers niet meer op, de torenwachter schalt ons het alles rustig" niet meer toe; we missen de jeugd stralende gezichten van onze weesjongens, de vlag in top, omdat zij weer het eerst bij den brand waren. Al deze dingen zijn verdwenen. De her innering er aan blijft alleen bewaard in het oud-Archief. Maar wat niet verdwenen is, dat is het plichtgevoel en de liefde voor het werk, gegrondvest op de sympathie der burger lijke autoriteiten met onzen eminenten burgemeester voorop, en van de burgerij. Die sympathie vindt weder voor een deel haar bodem in het financieel voor deel der vrijwillige brandweer boven een beroepsbrandweer, waarvan de kosten zich ongeveer verhouden als 1 tot 10. Ook de assurantie-maatschappijen heb ben sympathie voor de Loidsc-he Brand weer voorzeker het beste bewijs, dat. zij haar plicht doet. Spr. dankte ten slotte den commandant en den adj.-commandant voor hun aanwezigheid, een bewijs ook van sympathie, dat door de Brandweer op prijs zal worden gesteld, en een spoorslag zal zijn om onder do correcte leiding van de commandanten bij voortduring haar plicht te blijven doen. En hierna wenschte hij allen een pret- tigen avond toe. Deze wensch is in vervulling gegaan, al len hebben genoten. Bc Belgische Bouwmoiiunienten. In de maandclijksohe vergadering van de Maatschappij der Ned. Letterkunde, heeft prof. dr. Leo van Puyvelde, hoogleeraar in de Kunstgeschiedenis aan do Universiteit te Gent, nu te Haarlem, gisteravond 'n belang- meenten en het Bourgondisch tijdperk. Het lag in de bedoeling van den spr. aan te toon en hoe de oude Belgische bouw kunst in de eerste plaats te beschouwen is als een welsprekende uiting van het maatschappelijk en ethisch leven in de Zui delijke Nederlanden. Onder alle kunsten beschikt de bouw kunst over het minst middelen, voor een groot deel is zij afhankelijk van de mate rialen, en zij moet daarenboven in de eerste plaats voorzien in de stoffelijke noodwen digheden van liet volk. Doch juist daarom, is zij een kind van den grond en de lucht, en kan zij best, wanneer zij uitgaat van kundige, doch naïeve kunstenaars, een zui ver uitbloeisel van dc volksziel zijn. Dit is het geval met de Belgische bouw kunst uit de twee groote tijdperken van. België's geschiedenis: het tijdperk der ge- Romaanschen trant; naderhand volgde men In opzicht van kerkelijke kuust kwam er in dit land weinig eigenaardigs tot stand. Aanvankelijk bouwde men er in den Rijnseh- Romaansche trant; naderhand volgde men de Fransclie kathedralen en de Fraiische kloosterkerken 11a, om ten 6lotte den barok stijl met een ware drift in te voeren. Slechts .in dc sierlijke opsmukking van de laatgothische kerken en den zwiervollen rijk dom van de renaissance-gebouwen kan men nog een invloed zien van den eigen aar di gen geest van de Vlamingen. In de burgerlijke gebouwen hebben echter do Belgen hun streven, hun kunnen en hun blij leven volledig uitgesproken. Voor eerst gedurende het groot gemeen Ie tijdperk van de 13de en 14de eeuw, toen Vlaanderen een benijdenswaardige hoogte bereikte op het gebied van de staatkunde, van de nij verheid en den handel. België is niet alleen do streek, waar oprukkende legerbenden zoo dikwijls elkaar moesten ontmoeten, het is ook een middelpunt van handelsverkeer ge weest. In de 11de en 12do eeuw ontstonden er, naast oude steden, een aantal nieuwe steden, draagsters van een nieuw volks leven. Dc voornaamste hebben zich door de werkzaamheid der handwerkslieden en het doorzicht der kooplieden en „geslachten" ontwikkeld tot vrije en bijlna volstrekt on afhankelijke gemeenten. Het streven van die gemeenten heeft zich uitgebeeld in een complex van gebouwen, die in hun ver schenen volstrekt eigen zijn: do hallo en het belfort. De halle en Ket belfort van Yperen kon den gelden als het architectuur beeld van deze soort van gebouwen. Zij werden opge richt van 1200 tot 1304. De halle vormt een groote overdekte koop- en verkoopruimte, rondom een langwerpig vierkant plein. Op de verdieping waren opslag- en vergader zalen. De inwendige verdceliug spreekt dui delijk naar buiten in de 48 deuren van den hoofdgevel en de groote spitshoogvensters van de verdieping. Het zware belfort, dat zich langzaam uit het midden van'den gevel ontwikkelt, is de bewaarder van het vrij heids-charter en de stormklok. Met de halle en het belfort van Yperen hebben die van Brugge veel gelijkenis en ook die van Mechelen, welke in den loop der tijden veel van hun oorspronkelijken vorm verloren. Met behulp van lichtbeelden werden deze ge bouwen uitvoerig in esthetisch opzicht be schouwd, benevens <Ie overige ïmllen en belforten van België, waaronder ook die, door den oorlog verwoest, uit Nieuwpoort, Leuven en Dendermonde. Niet van een geheel andoren aard zijn dc stadhuizen uit het tweede groote tijdperk. Toch sx>reckt er een andere geest uit. De geheel e bevolking heeft intusschen mede zeggingschap verworven in do gemeente, en arm en rijk kiest nu de volksvertegen woordigers. Voor de afgevaardigden, die in naam van allen voor de aigemeene wel vaart te zorgen hebben, was nu een raad huis nooit te schoon. Het raadhuis moest liet stedehuis zijn, het huis, dat de eer van de stad zou hoog houden. En de toen malige bouwmeesters slaagden er in om den geestelijken inhoud van de nieuwe gemeen schap in duidelijke schoonheid om te zetten: zij werkten meer de hoogte in met op- strevende lijnen, en verrijken de versiering; het was de uitbloei van de groote volks gemeenschap. Dit wordt alweer, aan de hand van een reeks lichtbeelden aangetoond, en wij zien beurtelings het sierlijk stadhuis van Brugge, het paleisachtig stadhuis van Brussel, „wiens toren met speelsehe lijnen de hoogte in wervelt", het stadhuis van Leuven met zijn overrompeling van rijke beeldhouwkunst, maar statig van maat en verhouding, het stadhuis van Gent en Oudenaarde. Verder wees prof. Leo van Puyvelde op het stadsbeeld van de Vlaamsche steden, waarin het karakter der oude tijden nog bewaard bleef, omdat die steden niet met passer en lineaal eerst op papier „gezet waren, doch. groeiden uit de noodwendig heden. Hij sprak ook van het individueel uitzicht der Vlaamsche woonhuizen, die .zich aan het volkskarakter aanpasten; uit zicht, dat verschillend is in de onderschei dene steden, wa-t blijken kon uit den uitleg bij talrijke lichtbeelden. En ten slotte beschouwde hij de rijke versiering van de Vlaamsche huizen naar buiten too als een gevolg van den specialen aanleg der Vlamingen voor luidruchtigheid en samenleven. De Vlaamsche stad is voor hem een levende schoonheid. Mocht ze niet verder meer ge- sohonden worden, aldus besloot spr. Twee jongens, die gisteravond uit een schuit, liggende in het Levendaal alhier, een zak steenkolen ontvreemdden, zijn door een agent van politie daarbij op hes terdaad betrapt. Dc zak met steenkolen werd in beslag genomen en teg^en de daders is proces verbaal opgemaakt. Men deelt ons mede, dat de wagen, welke in de Doelengracht terecht kwam, er geen was van Van Gend. cn Loos. AGENDA VAN DE MEEK: Zaterdag: Den Burcht. Uitvoering: Eerste Leidsche Har- monica-Vereeniging „Onderling Kunstgenot". 8 uur. Zondag Leidsche Sohouwburg. Specialiteiten-Voorstel ling. 8 uur. Zomerzorg. Voorstelling Ned. Bcv. en Opperot- t« Gezelschap. Dir. Boelens. 8 uur. Maandag Leidsche Schouwburg. „Pygmalion", Komedie. 8 uur. Leidsche Volkshuis. Voordracht met Licht beelden. 8 uur. Woensdag Leidsoho Sohouwburg. „Pastoor Constantijn, Blijspel. 8 uur. Zomerzorg. Vergadering Aandeelhouders N. V. „Bembrandt". 8 uur. NoordwIJk-Binnen. Herv. Kerk. Chr. Jongel.- Vor. O. K. is Chr.". Spreker: Weleerw. Heer Ds. A. C. G. den Hertog (Alblasserdam). 7 uur. Donderdag Nutszaol. Openbare Vergadering Vcreenig. Vrouwenkiesrecht. Spreeksters: Me\r. Th, Thiol Wehrbein (Haarlem) en Mevr. G. Kapt-eyn— Muysken (Den Haag). 8 uur. Vrijdag: Academiegebouw. Lezing Plato's IdieGuleor, door Mei. W. Kuenen (Deventer). 8 uur. Dagelijks: Bioscope Variété Théatcr, Stationsweg 19. 7 uur. (Zaterdag, Zondag 8 uur). Familie Bioscoop, Haarlemmerstraat 52. 7 uur. (Zaterdag, Zondag 8 uur. Woensdag en Zaterdag 2 uur). Bc Kamer van Koophandel Mijnheer de Redacteur I U zult, naar wij verwachten, zoo vrien delijk willen zijn, het volgende tc plaatsen, naar aanleiding van het stuk, een paar dagen geleden in Uw geacht Dagblad we reldkundig gemaakt, van de zeven afge treden en herkozen leder der Kamer van Koophandel, en gericht aan het adres van ondergeteekenden. Wij stellen ons voor, dat de schrijver van dat stuk, zoo onge veer bezield is geweest met den geest, dien wij ons hebben te denken, bij SANBALLAT, (Nehemia, 4:2), toen hij vroeg: ,,Wat doen deze aamechtige Joden V' Dat stuk is gespeend aan de gewono vormen van wellevendheid. Of dit een ge volg is van hooghartigheid, van onbe schoftheid ofwel van onkunde bij den schrijver, weten wij niet te beantwoorden. Ook weten wij niet, sedert wanneer wij een dienstbetrekking bij de Heeren heb ben aangegaan, waardoor zij gerechtigd zijn ons te sommeeren tot antwoorden, en dat wel, door gemis aan opgave van een gemeenschappelijk adres, door het schrijven van zeven brieven. Men moet maar durven. Verder blijkt uit het stuk, dat de Hee ren zich over de toedracht der Verkie zing een oordeel gevormd hebben, en nu aan iedereen dc verplichting opleggen, er ook zoo over te denken. En zoo voort gaande, deelen de Heeren hun orders uit, en eischen gehoorzaamheid. De Heeren zeggen dat ondergeteeken den gekozen zijn op een geheimzinnige en h. i. weinig correcte wijze. Ter toelichting van deze wijze" staat in onze circulaire aan de kiezers voor de laatste stemming het volgende: ,,Deze tegencandidaten zijn door eenige „personen voorgesteld, en hetzij monde ling, hetzij per briefje, aanbevolen bij „gelijkdenkenden, zonder dat er ooit ern- ,,stig werk van gemaakt is, om deze can didaten een meerderheid van stemmen „te bezorgen. Een fonds om te maken „kosten te dekken, bestond ook niet. „Met zulke tegencandidaten is in 't bij zonder ook opgetreden geworden bij de „aftreding in 1912, waarbij deze een zes tigtal stemmen op zich vereenigden. „En er wa-s geen enkele re'en om te „verwachten dat in 1914 niet op dezelfde „wijze zou gehandeld worden, waar toch „een Ka-mer van Koophandel en Fabrie- „ken geheel 9taat buiten de gewone be ginsel-politiek' Wij voegen daar thans aan toe, dat nim mer eenige aanmerking over de onrecht matigheid dezer behandeling gehoord is, dan alleen thans, nu bleek, dat er op de tegencandidaten meer stemmen waren uit gebracht dan op de aftredende leden. Nu moet U weten, mijnheer de Redacteur, dat wij uit kunnen brengen, de twijfelachti ge er buiten gelaten, 180 stemmen. Wa- ro het nu geweest, dat ondergeteekenden meer stemmen gehad hadden, dan in wer kelijkheid van do partij to verwachten was, dat had men recht te spreken van „geheimzinnig". Thans kan alleen gecon stateerd worden, dat de onverschilligheid aan onze zijde over do samenstelling der Kamer tob hiertoe verbazend groot is ge weest. Zich gekrenkt gevoelende door do ver kiezing van ondergeteekenden, hebben de Heeren er het bijltje bii neergelegd, en werd een verkiezing noodig, waardoor de kiezers in de gelegenheid kwamen, om hun medegevoel te toonen met de beleediging, of wat dan ook, den kamerleden aange daan. Yan onze zijde is aan deze verkie zing niet meegedaan, omdat onze strijd niet gericht was tegen dc afgetreden Hoe ren. Hun vrienden hebben bij die verkie zing blijk gegeven, niets te gevoelen van den smaad, die den Heeren heette aange daan te zijn. Men heeft hun de zetels te ruggegeven, doch dit is geschied met slechts 13 tot 15 stemmen van de ruim 400 kiezers. Heb was wel verdrietig voor de Heeren, doch dit veranderde aan de zaak niets, en zij gingen wederom bedanken. Nu begon het er voor het bestaan der Kamer ongunstig uit te zien, en daarvoor hebben wij gezocht, en na veel moeite man nen gevonden, die bereid waren een plaats in de Kamer in te nemen. Wij hebben dit gedaan omdat wij niets wisten, of men aan de overzijde handelend op zou treden, en omdat wij vreesden, dat men het. niet zou doen. Toen wij gereed waren, kwamen wij to weten, dat aan de andere zijde weer opgetreden werd met. dc afgetreden leden. Wij konden toen niet meer terug, en moes- tcD tot- op zekere hoogte voor onze can didaten ijveren. In onzo circulaire voor clo stemming, en in die voor de herstem ming, is nadrukkelijk geconstateerd, dat onze strijd niet gericht was tegen de afgetreden leden, doch alleen er op ge richt, om de zetels weer bezet tc krijgen, een daad, waardoor wij onze positie, als het. gaan moest om het aantal stemmen, niet weinig gingen verzwakke Wij heb ben echter aan zulk een strijd niet ge slacht, en wanneer het do bedoeling ge weest- was aan de overzijde, om in dien geest den strijd aan te binden, dan had .dab waarlijk wel eens gezegd mogen wor den, want, dan hadden wij een geheel an dere houding aan moeten nemen, dan nii gedaan is. Er is echter niets gezegd, en ook de weer op heb schild verhoven afge treden leden hebben niets van zioh laten hooren omtrent een voorn aarde voor het aanvaarden van een nieuw mandaat. Al gemeen leefde men dan ook in de ver wachting, dat cle Heeren teruggekomen waren van de dwaling huns weg, en een herbenoeming nu zouden aannemen. Waa het vooruit bekend geweest, dat men do vroeger gestelde voorwaarde nog hand haafde, clan zou hun dit zeker verscheide ne stemmen gekost hebben, en waren zij niet verkozen geworden. De meerderheid: waarmede de Heeren gekozen zijn be draagt van 3 tot 9 stemmen, en het wekt verbazing, hoe men zioh bij zulk een ver schil, en dat onder de beschreven omstan- digheden, durft beroepen op een uitspraak- van de kiezers. De herkozen leden zeggen nu wel, dat het dc bedoeling van ,,dio groep kiezers" geweest is, om op de door hen gewilde wijze den strijd aan te binden, doch, als reeds gezegd, deze bedoeling ia uit niets gebleken, en dc candidaten zelf hebben al evenmin licht verspreid, wat, als men eerlijk had willen handelen, ala noodzakelijk had moeten gevoelen, omdat men wist, dat wij den strijd geheel an ders opnamen. Onze houding is zoo geweest, dat menig kiezer gedacht heeft: Nu, ja, Gij beveelt Uw canclidaten aan, doch gij keurt de an deren tooh ook niet af, en dan stem ik in dit geval de oud-leden. Do houding van do herkozen leden, eri als het waar is, wat zij toesohrijven aan „een groep kiezers", ook van deze, is zoo geweest, dat met reden gevraagd moet worden, oE deze herkozen leden hun zotcl niet te danken hebben aan do geheimzinni ge, weinig correcte wijze van optreden. Hoe weinig er bij ons aan gedacht is, dat deze verkiezing de door de Heeren thans aan gegeven bet-eekenis zou hebben, kan blij ken uit heb feit, dat in ons midden de vraag, of wij aan cle herstemming wel deel zouden nemen, nog ter sprake is gebracht. Wij hebben ons alleen ten doel gesteld, de open zetels te bezetten, door wie dan ook er niet aan denkende, dat de candidaten aan de overzijde een geheel andere ge dachte koesterden. En als de Heeren zioh nu durven beroemen op een meerderheid van 3 tob 9 stemmen, dan stellen zij zioh al met heel weinig tevreden. Met dank voor de plaatsing, Mijnheer de Redacteur. Hoogacht-end, Uw clw. W. PERA. ARNOLD SMITS. UIT ONZE STAD. MOBILISATIECLUB. Gisteravond sprak dr. N. J. Beversen voor do Mobilisatieclub, alhier, over: „William Morris en zijn invloed op de decoratieve kunst". De zeer leerzame en onderhoudende rede werd door de aan wezigen met groote belangstelling gevolgd., VOGR KET STEUNCOMITÉ. De zesde afdracht van een deel van het onderwijzend personeel der openbare scho len aan de kas van het Steuncomité' „Oorlogstoestand 1914" bedroeg 105.10s., NED. AMTI-00RLC3-RAAD. Ook hier is in vorming een plaatselijk comité van den „Nederlandscke Anli- Oorlograad". Reeds nu kunnen wij mededeelen, dat het in de bedoeling ligt in de derde week van April een openbare vergadering te houden, indien de voorbereidingen dan ver genoeg gevorderd zijn. Dc LEIDINC VAN HET ALC. MED. VERBOND. - Mr. A. Loosjes, die ook in „Neerlan- dia" en elders reeds critiek oefende op het beleid van het hoofdbestuur van het Algemeen Nederlandsch Verbond, heeft thans eenbrochure geschreven (voor le den van het Verbond op aanvrage bij don scli rij ver kosteloos verkrijgbaar) waar in hij de houding van dat bestuur onder werpt aan een zeer uitvoerige critiek. In 't bijzonder wil deze brochure doen uit komen, dat door het antwoord, dat heb Alg. Ned. Verbond op zijn critiek gaf, dief critiek niet is ontzenuwd.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1915 | | pagina 1