N»g 168Z2 XRnsdag; Uecember. Tweede Blad. A0. 1914. FEUILLETON. Sterke Banden. Haagsche Rechtbank. fogezentien, Yerceiiigiiig tot Bevordering der Bouwkunst. 'Aan de 136ste vergadering, gehouden in heb Nutsgebouv, ging vooraf een kunst beschouwing van een serio platen uib „The Studio", welwillend afgestaan door den heer J. van Dam. Voor deze vergadering hadden wij in ons midden do heer 0. H. Eckhart, meubelfa brikant te Kottei dam, die zijn voordracht getituleerd had: „Praatjes over heclon- daagsclio Woninginrichting". In tegenstel ling met do gewoonte van bijv. gedurende do vertooning van lichtbeelden steeds stoel vast te moeten zijn, was deze vergadering oens leuk amicaal, zoo eens echt onderons. Daartoe vooral droog bij het feit, dat de spreekbeurt, van dezen avond eigenlijk min of meer een causerie met oen persoonlijke toelichting was, over datgene, wat in Eck- harts bekendo fabriek geproduceerd wordt. En dit is nogal wat; althans een groote collectie fato's en teekeningen van vervaar digde en nog in bewerking zijndo meube len bewees dit. Van dezen blonken vooral uit" de meubileering van het gobouw der Provinciale Staten in Den Bosoh. Het eigenaardige was, dat ieder in de gelegen heid was bij do bespreking der werkstuk ken de meening van don fabrikant te ra gen, en ook, om zijn oordeel uit tc spreken, 't Ging op die manier aardig in dc richting van een debat op heb gebied der huidige meubelfabricagc. Wij vernamen van den hoor Eckhart, dat de meubelfabrikant niet zoo vrij staat in zijn ontwerpen als een architect. Nog vóór dc richting van Berlago te bekennen was, werd er door de meubelfabrikanten en meubelontwerpers reeds voel eenvoudiger on in meer strakke lijnvormen ontworpen. Do fabrikant moet echter rekening houden niet alleen met hetgeen de nieuwere rich ting met mooi woet tc best-em pelen, doch ook met den smaak van het koopkrachtig publick. Daarom zijn er juist in do laatste jaren tal van meubelen vervaardigd, dio niet direct de bijna armoedige vormen heb ben van het allernieuwste der moderne idee, doch die oen overgang vormen tus- sohen do rijke meubel vers ie ringen van vroe ger, en de vormen, die men thans als-fraai qualificeert. Al is heb niet redegevend, toch wordt het plakken van fineer in do -fijnere houtsoortc.n nog steeds bevestigd, omdat er hoogst fraaio nuances door ont staan, en immc-rshet oog vraagt niet om iets mooi te praten, zooals vele modernen zulks noodig hebben, doch om ict3 mooi to zien. Nu, om iets moois te zien, daarvoor wa ren de hoeren in deze vergadering wel in de gelegenheid. De heer Eokhafb heeft blijkbaar over oc-n keurcorps werklieden tc beschikken, althans het houtsnijwerk en de constructievo arbeid dien wij te zien kre gen,, was superbe. Vanaf de vroegste stijlen tob ijl het nieuwste genre waren wij in de gelegenheid kennis te nerncn van wat er alzoo vervaardigd is en wordt. Wat betreft de woninginrichting staat do heer Eckhart de idee voor, dat dc architect van een ge bouw, die zoowel den buiten- als den bin nenbouw verzorgt, ook belast wordt met het ontwerpen van het inwendige decors. Er wordt thans door het publiek te veel ge kocht-, om zoo to zeggeu „te hooi cn to gras". Hier koopt men een zilverkast, daar weer een vloerkleedginds zoekt men liet behang weer uit, enz. Op die manier krijgt men een huis vol fraais, dat toch ook vaak wordt, smakeloos. Is deze gchcele inwendi ge versiering in één hand cn dan van een alleszins bekwaam architect, dio liet mooi er niet aan behoeft tc praten, doch die werkelijk smaak bezit, dan is cr zeer zeker een ideaalwoning te verkrijgen. Enfin, 16) Mijn voorstel werd aangenomen, en ik begon haar geregeld les te geven. Het was een allerliefst meisje. U hadt- eens moeten zien, hoe haar oogen schitterden als ik kwamZij was nooit zoo gelukkig als wanneer zij mocht zingen. En dan zoo muzikaalZoodra ik iets maar even aan stipte, begreep zij mij dadelijk. En een stemZulk een lieflijke, frissche, metaal- rijke en buigzame stem heb ik nooit meer gehoord. Zij kon iemand tot in de ziel ontroeren. Soms ging die mij zóó tor harte, dat ik mij moest omkeeren, om haar niet te laten bemerken hoe aange daan ik was Hij stond op en begon langzaam, met voorovergebogen hoofd, door de kamer to stappen. Het duur-do vrij Jang eer hij het tafeltje, dat bij het raam stond, weder naderde. „En, luister nu goed", hernam hij; „die stem, die gouden stem, die engelen- stem zeggen zij, dat ik bedorven heb". ,,0, dat is niet waar!" riep Martha on willekeurig uit. Zij had zich zoo levend 4' in zijn toestand verplaatst, dat zij zonder de minste aarzeling zijn partij koos. „Ik geloof hot ook niet", zetcfe hij. „Ik kon.on wilde liet niet gelooven. Ik be greep volstrekt niet hoe dat zou hebben kunnen gebeuren, 't Begon met een lichte graad van hceschlieid, die bleef aanhou den, en toen kreeg zij een keelziekte. Deze ging over, maar de lieescliheid bleef. Zjj ieder heeft zoo zijn mcening op dit gebied, cn toch, voorgelicht door z.ulk een bekwaam ontwerper als do heer Eckhart bleek te zijn, was het avondje in liet Nutsgebouw zoo juist voor de sombere Kerstdagen van dit. jaar, nog waarlijk zoo ongezellig niet, cn was het een waardig slot aan het einde des jaars. De voorzitter was den heer Eckhart bij zonder erkentelijk voor zijn mededcelin- gen. De begrooting voor 1915 door den pen ningmeester, den heer N. A. Zekveld, me degedeeld, werd goedgekeurd. De tijd schriften, die in portefeuilles de stacl door kruisen, werden geregeld. Tot- kasnazic- ners over 1914 werden benoemd de heeren J. van der Voet en J. C. van Hcolwerff. En nu zat de dienst 1914 cr weer op, en sloot de voorzitter met een passend woord dezo laatste vergadering des jaars. FRED. A. WEMPE. Desertie on yisscliersvaar( uïgen te Scheven in gen. Voor deze rechtbank kwamen eenige za- lcon vaq desertie voor van Scheveoingsche visachers, die liaclden geweigerd zee te kie- zon, uit vrees voor het- gevaar van mijnen. De schippers deelden mede, dat een loods- schipper hun m het begin van Augustus, tor- wijl zij op zee waren, voor het gevaar vai> den oorlog had gewaarschuwd, waarop alle vissohersvaartuigen naar huis gingen. Een veertien dagen later was er bericht van wege do Regeering ingekomen, dat alleen de punt van do Doggersbank gevaarlijk was, doch dat er overigons gevischt kon worden. Toen zijn clo visschers weder gereqmrecrd, doch deze mannen waren niet opgekomen. Do officier merkte op, dat omtrent het be doelde looclssehip, dat in het begin vau Augustus had gewaarschuwd, iets geheim zinnigs bestond, en dat liet Steuncomité geen steun wilde verleeiicn zoolang men niet uit vissollen ging. Hij oordeelde, dat de visschers .volgens contract hadden moe ten meevaren en eischit? tegen elk der man nen tien dagen gevangenisstraf. Mishandeling van een Jachtopziener onder Noord wijkerli ou Daarvoor stond terecht een jongmcnsch uit- H i 11 o g o m Tman I. Deze had, volgens het proces-verbaal op 31 October den jacht opziener C. Duivenvoorde, uit Noordv. ijker hout, toen deze hem, terwijl hij met een jachtgeweer in de Zilk onder Noord wij ker- hout in het veld was, over den groncl gewor pen, een knie op dc borst gezet en hem verschillende verwondingen toegebracht. Beklaagde ontkende. Zijn kameraad, dien liij echter niet noemde, zou dit kunnen ge tuigen. De verbalisant, een reeds bejaard man, vertelde de toedracht anders. Hij surveil leerde dien avond in de Zilk en zag do twee stroopers. Toen hij zich aan hen ver toonde, nam beklaagde fluks hot ge weer uit elkaar-cn stopte het onder zijn jas. Do jachtopziener maakte zich bekend on eisclite hot vuurwapen op. in plaats daarvan werd hij door den robusten I. aan gegrepen, met het bovengenoemd gevolg. Onder eedc bevestigde de grijze jachtopzie ner zijn proces-verbaal, nog wijzend op de libt ©ekens aan het hoofd. Desondanks hield beklaagde zijn on schuld vol. Hij weid echter nog to minder gqloofd, omdat beklaagd© reeds eerder een gevangenisstraf van vier maanden had on dergaan wegens mishandeling. Voor dit feit eischte liet O. M. drie maan- moest uitrusten en wij namen slechts nu en dan de proef hoe het er mede ging. Maar het bleef bij liet oude: de stem was „gesluierd" en werd dit hoe langer hoe meer. Ik was zeer bezorgd: maar alleen over haar stem. Middelerwijl bemerkte ik echter hier eu daar zonderlinge toespe lingen op haar keel, die aan mijn adres werden gericht. In de school, waar z:.j on derwijs ontvangen had, veroorloofde men zioli mij allerhande vingerwijzingen om trent. de zanglessen te geven. Ten slotte klaagdo men mij ronduit aan. Neen, niet dc keelziekte had haar stem bedorven ik had het gedaan, met niiju ellendige nieuwe methode. Ik moest mijn ontslag van die school nemen. Ik begreep, dab ik er niet. langer op mocht hopen voor de zoozeer door mij gewenschte betrekking van organist in aanmerking te komen. Maar dit was toch het ergste niet. Het ergstehet vrce- selijkstehet was wanhopig!" Hij zag haar uitvorschend aan en ver volgde „Begrijpt ii, wat. heb ergste was?" Ja, zij begreep het maar al te goed. Zij had het reeds geraden nog eer hij het liaar had gevraagd. „Het lag waarschijnlijk in uw eigen ge dachten", zeido zij. „Ja, het ergste was, dat. ik zelf begon te twijfelen. Ik was er niet langer gerust op, dat mijn methode voor de stem volko men onschadelijk was. Ik had hiermede nog geen andero proef genomen dan op mijn eigen, weinig beteekencncle stem. En dat was een spelletje geweest. Daaraan* viel nauwelijks iets tc bederven en zij was uit liaar aard lang niet zoo gevoelig als don, wat beklaagde die zijn onschuld bleef volhouden, veel te veel vond. Terzet tegen dc Politic te Katwijk-aau-Zcc. Een zevental jonge visschers, van 13 tot 2-1 jaar: Gerrit v. D., Corn. v. 1)., Klaas v. D., Leenderb R., Jacob v. d. P., Leendert v. d. 1*. en Dirk van D., allen van Katwijk- aan-Zee, kwamen eindelijk voor en vulden bijna twee» banken. Zij hadden reeds eerder terecht moeten staan, waarbij toen slechts één hunner was verschenen, voor vernieling, huisvredebreuk én verzet tegeu do politie. Van de eerste twee feiten werden zij toen bij gebrek aan wettig cn overtuigend bewijs vrijgesproken, doch voor het laatste feit veroordeeld tot- één maand gevangenisstraf. Tegen dit vonnis waren zij in verzet geko men, omdat, zooals zij éénparig verklaar den, deze straf hun te zwaar was, wijl zij zoo goed als onschuldig waren. Uit hetgeen we op dc eerste terechtzit ting en ook nu weer door het verhoor van boklaagden en het getuigen-verhoor verna men, hadden de jongelui een dag vóór dat- zij naar Zee zouden gaan, dat- was op 2 Juni den boel eon3 opgeschept, wat wel meer het geval pleegt te zijn bij zulke gele genheden. Bij don phot-ograaf Van Egmond vernielden zij een en ander op liet atelier, in het bierhuis van Rietketic gÏDgen zij een dor huisgenooten te lijf, cn eindelijk, toen de buitengewone veldwachter G. A. Schaap, op dien middag belast met' den dienst in do Voorstraat, op heb tumult aankwam en Gerrit van D., die hem de.i grootsten bel hamel toescheen, wilde arrecteeren, verzet te deze zich en werd daarin bijgestaan door Je andere jongelui, die aan Gerrit en aan den veldwachter trokken, hern sloegen en trapten. Het werd een worsteling van be lang en de politieman zou het. onderspit hebben gedolven, indien niet do veldwach ter Pieter Klaronbe-rg, die in uniform was, mot den inspeetour vaü politie H. Vooys met de tram uit KatwijJk-aam-Zce waren voorbij gekomen. Klarcnberg stapte direct af, de inspecteur reed nog eenïgen tijd door, doch kwam eV later ook mj, zooals hii zeide, hoe wel geen der beklaagden hem had gezien. Klanenberg trok do sabel cn dat boezemde ontzag in. Zijn collega kreeg lucht en Ger rit van D. werd gearresteerd. Evenals Schaap zelf verklaarde getuigde Klarcnberg, dat. allo jongelui gerukt cn go- trapt haddon, vrat- de inspecteur nader be vestigde. Doch als na dit verhoor do president de bcldaagdou één voor één vroeg was weer heb stereotiepe antwoord: „Niet gerukt en getrokken". Do verdediger, mr. Weyl, uib Den Haag, vroeg hoe het mogelijk was-, dat alle zeven hadden kunnen rukken? Mr. Jellinghaus kon jich dit best voor stellen en getuige Schaap gaf daarvan ook een aannemelijke verklaring. Do verdediger had drie getuigen de charge gedagvaard. Willem Vooys, zooman, zag een volksop loop, slog cr naar toe en constateerde toon, dat de twoo veldwachters Gerrit gearres teerd hadden. Van het rukken en trekken had hij niets gezien en den inspecteur niet bemerkt. Do president vermoedde, dat het verzot toen al voorbij was. De voerman Marinus de Lange, die ook eens was gaan kijken, zei, dat Gerrit niet „gesloegon" had en de anderen ook niet. Hetzelfde verklaarde Jacob Kuyt, die zelf van do partij was geweest, maar zicli moer koest had gehouden. Bij de vorigo behan deling der zaak had dc herbergier Rietkerk zelfs verklaard, dat deze Kuyt hem voor zijn kameraad had gewaarschuwd, wat Kuyt nu echter ontkende. die van het jonge meisje. En als het waar was, dat- ik die praclit-stcm bedorven had, dan moest het uit zijn met al mijn fiere droombeelden; dan wasmifu toekomst be dorven en dit was heb vrecsclijke \an het. geval daarmede te gelijk de toe komst eener andere/ die veel meer waar de had dan de mijne. Het was voor mij alsof ik een rnisda-ad gepleegd had". Martha boog zich over do tafel tot hem. „Maar die keelziekte?"* vroeg zij met levendige belangstelling. „Die was mis schien nog niet geheel over? Keelziekten kunnen ontzettend lang duren". ,,Hct is wel mogelijk, dat die nog was blijven hangen en dat zij haar stom na een langen tijd terug zou krijgen. Dat was mijn ecnigo hoop en van die hoop leefde ik verscheidene maanden. Als zij haar stem terugkreeg, zou ik ook weder opleven, waut dan werd ik gerechtvaar digd en ik zou dan nimmer weder twijfelen aan mijn methode. Dan zou ik haar en mijzelf tot de overwinning leiden. En zij, het arme kind, was mijn troost in die dagen. Zij was de oenige, die vast ver trouwen bleef stellon in mijn methodo; neen, ik had haar geen kwaad gedaan. Als ik wanhopig was, deed zij haar best om mij te. bemoedigen. Die ziekte van de keelslijmvliezen zou stellig overgaan, dacht zij. Wij mochten elkander nu niet meer bij haar aan huis ontmoeten, v/anfc haar ouders wilden niets meer van mij weten. Maar zij schreef mij zulke lieve, hartelij ke briéven en verzocht mij bij haar oud sten broeder, die niet meer in huis woon de, te.willen komen op een bepaalden clag on tijd, dan zou zij daar ook heengaan. De officier stond in zijn oordeel over deze zaak nog op hetzelfde standpunt als vroe ger. Er zat aan deze zaak nog meer vast dan het verzet alleen. Wat er bij don foto graaf en den herbergier is afgespeeld, geldt voor hen ook nog mee en daarom eischte hij bevestiging van het vonnis, zijnde één maand gevangenisstraf. Mr. Weyl wraakte het in den officier, dat hij de feiten, waarvan de "beklaagden wa ren vrijgesproken, weder in het geding bracht. Dat mag volgens hem, niet. Wat hc-t feit zelf betreft, pleiter vond dat niet zoo verschrikkelijk voor jongelui van dien leef tijd, dio overigens nooit met do politie in aanraking zijn geweest. Voor hem hebben de verklaringen van dc getuigen a déchar ge wel degelijk beteekenis en hij vindt het minstens zeer opmerkelijk, dat nooh be klaagden, noch do getuigen a decharge den inspecteur hebben gezien. Deze jongens lioorcn niet in de gevange nis en vooral niet voor zulk een feit, waar om hij op een geldboete aandrong. De president merkte op, dat dit niet ging voor verzet, in veroeniging geploegd. Verdediger vond in verband niet een fout in het opschrift der dagvaarding, waar in plaats van trappen, trekken, stond, dat heb als eenvoudig verzet moest worden. L»e- schouwd. In verband met de opstandigheid, dat de jongelui clo volgende week weer naar zee moesten, drong hij ten slotte op onmiddel lijke uitspraak aan. De rechtbank ging hierop niet io, cn na repliek van clcn officier, dio de grauwe theorie van den raadsman, dat een straf baar feit niet mag beschouwd worden in verband met. andere handelingen, van een beklaagde, niot deelde, cn dupliek van cïen verdediger werd de uitspraak met die van clo andere zaken, bepaald op Maandag 4 /anuari. HAARLEMSC HE RECHTBANK. Deze rechtbank veroordeelde: J. V., zonder beroep, to H i 1 1 c g o m. wegens mishandeling, tot drie gld. boete of een week hechtenis. S. K., arbeider te Lei mui den, we gens uitlokken tot diefstal, tob een week ge v angeniss traf Roovcrijen in de Haarlemmermeer. Voor deze rechtbank werden zware straf fen geëischt' tegen do familieleden K., uit de Haarlemmermeer. Zij hadden bij den veehouder A., tv co schapen gestolen on bij een ander ingezetene», een H. L. aardappe len ontvreemd. Mr. Hoyer, de substituut-officier, wees op clo verdorven toestanden in do Haar lemmermeer. Een aautai mensehen hebben v&n deze roovcrijen partij getrokken cn vinden dit heel gewoon. Hij eisehfc nu tegen den oudsten beklaag de 1 jaar en 3 maanden gevangenisstraf cn tégen den jongste twee jaren. Diefstal mei Braak. Op 23 November is ingebroken bij den 60- jarigen arbeider aan den IJweg in de Haarlemmermeer. Gestolen werd een Staatsschuldboekje, een Rijkspost- spaarbankboekje on f 70 in contantken. De dader bleek te zijn de arbeider T. B„ uit Haarlemmermeer, dio den diefstal ont kende. Het gold had hij in zijn woning ver stopt cn de waardevolle boekjes verbrand. Gelukkig konden van de laatste duplicaten gegeven worden. De beklaagde hacl nog heel wat meer diefstallen op zijn geweten*. De ambtenaar eischte een jaar gevange nisstraf. Zij trachtte mij te doen gelooven, dat het beter met haar ging, cn toen ik dit niet kon toestemmen, gaf zij toch de hoop nog niet op. En weldra ontving ik weder zulk een lief, bemoedigend briefje, waarin zij een nieuwe samenkomst voor hetzelfde cloel onderzoeken van haar stem voorstelde. Zoo bleven wij ons aan een stroohalm vasthouden, tot een paar we ken geleden. Toen werd zij ziek Hij hijgde zwaar cn boog zijn hoofd tot na^ir de handen, die hij over een stoelleu ning liad saamgevouwen. Het stilzwijgen duurde lang cn werd drukkend. „En toen?" vroeg Martha, langzaam cn zacht. „En nu is zij dood. Zij stierf io den nacht vóór dien, waarin ik had gehoopt ook te zullen sterven. Ik had nu immers niets meer, waarvoor ik leven kon Ik zocht den doodmaar Terwijl Martha voor zich uit zat te staren, hoorde zij buiten de kerkklokken luiden. Waarschijnlijk hadden zij reeds een poos geluid, zonder dat zij er op had gelet; en nu troffen alleen nog maar de laatste, wegstervende slagen van het lui den haar oor. Met die klanken vermengde zicb zijn uitspraak, dat. hij den dool ge zocht had, waarvoor hij behoefde tc leven, en zij herhaalden hun roepstem telkens cn telkens weder in liaar, hftcwel steeds flauwer en meer als uit de verte, gelijk aan de tonen van liet wegstervend klok kenluiden over een afgestorvene. Zij had da-ar hu immers juist de geschie denis gehooid van een afgesloten levens loop; van schoone verwachtingen en fiere droombeelden; van strijd voor de verwe- Uitvocr uit de Stelling Amsterdam. De firma Albert IJcijn, Zaandam', ver zendt .van Zaandam uit. aan de filialen in andere plaatsen d Lcnoodigde artikelen. Daar Zaandam in de stelling Aja.:terdani ligt, i& .do uitvoer van verschillend;' artikelen ver boden, maar, na-ar dc heer Albert Heijn ver klaarde. geeft de steil in gcomiuajidniit steeds consent van uitvoer, indien hein dat gevraagd wordt. Toen echter op 7 October o.m. drio zakken haver naar het filiaal to Feijcnoord- Rotterdam moesten' gezonden worden, schijnt do expediteur verzuimd te hebben het con sent van uitvoer aan tc vragen., en om nu geen vertraging te verkrijgen, nonnde hij do haver on dc enveloppe van h i geleibiljet. j hennep. Een veldwachter liield dv. partij haver evenwel op de boot aan cn dj Haarlemsehc» substituut-officier eischic f 50 boeic of 5. dagen {hechtenis, ccliter met teruggave vau» de in. beslag genomen haver. Een knecht van de firma Yerduyn. to Lisse, hoorde f25 boete of 5 dogen hech tenis tegen zich eischcn wegens poging tot uitvoer uit het gebied van dc stelling Am sterdam. liet g-old hier liet vervoer van 2 zakken tarwebloem cn 50 Iv.G. zout in do richting van Rijnzaterwoutlé. Ilct consent, aldus verdedigde zich dc knecht, was wel aangevraagd, maar nog niet afgekomen. De uitvoer der waren z.ou niet plaats ge had hebben, als de poli tij bezwaar maakte, zcid.c de vervoerder. D j politic maakte echter niet alleen bezwaar, maar verbaliseerde ïeedsj wogen-s poging tot uitvoer. In dit geval weid door het parket gc- roquireerd tot verbeurdverklaring der in be-' slag genomen goederen. I)e Eers lc-lvl as.se-J ongensse li o o 1 Mijnheer de Redacteur. De groote oorlog liceft buitengewone ma- terioele gevolgen, ook voor Leiden, maar ook groot© moroelc nadoelen. Doordat do scholen door cl'e» militairen voor een groo-t doel in gebruik zijn genomen, kan het zoo belangrijk onderwijs slechts ten declo plaats kobben. Zoo ook is de lste-klas-jon- gonsschool op do Aalmarkt in gebruik ge nomen cn zouden de lessen ergens elders gegeven worden, van 1 tot 5 uur. Mij dunkt-, als do onderwijzers den gehcolcn morgen vrij hebben, dab voor hen 4 uren les geven per dag mot gedeeltelijk vrijen Zaterdag middag niet bepaald overwerk kan liceten. ïs het dan niet meer dan treurig, dat ten 1ste de. school in plaats van to 5 uren to half vijf eindigt, terwijl bij goed weer bo vendien nog een halfuur gewandeld wordt Ten 2doDo Kcrstvacantie aanvangt 19 December tot 5 Januari, zegge 17 volle da gen, terwijl toch inrichtingen van middel baar en hooger onderwijs eerst 23 of 24 De cember vacantie kregen. Het lijkt er op liet oogenblik veel op, alsof de school er is voor cie onderwijzers, maar niet omgekeerd. Ik laat nog in heb midden of allo onderwijzers hun plicht doen. Plicht acht ik liet, te letten op heb belang der kinderen, en brengt dit belang soms mee, dat or zooveel huiswerk wordt meegegeven (dat niet altijd wordt nage zien), dab meer op eigen studie dan op lei ding wordt aangestuurd? Genoeg, ik acht het gewenseht-, dat door den heer wethou der van onderwijs eens een ernstig onder zoek wordt ingesteld, of deze wantoestand onveranderd moet blijven, opdat naast do materieele nadeden, die dc ouders onder- linden, zich in do naaste toekomst geen grooterc moreel© nadcelen zullen gaan ver- toonen. U, Mijnheer de Redacteur, dank zeggend voor dc verleende plaatsruimte, teeken ik Uw abonnó X. zenlijkïng er lan, en dan van een dwaas, brutaal cn onherstelbaar vernietigen de zer illusies, cn met dit vernietigen te ge lijk van een mislukt leven. "Neen, hij be hoefde zijn wanhoop niet v.»or haar met woorden te beschrijven»; zij kon er zoo geheel in komen, dat zijn rechtvaardiging cn dc vervulling van zijn liefstcn wenscb had afgehangen vau dc herstelling der stom van dit meisje; dat deze met haar waren gestorven en dat zijn geweten cr tegen opkwam om het offer eeuer nieuwe stem, de toekomst van een tweeden per soon, in de waagschaal tc stellen, door de proefneming van zijn idee, waarop hij zoolang met vol vertrouwen had gezien. Hoe zou zij een troostwoord voor hem in zijn diepe smart kunnen vinden? Hoe zou zij hem kunnen bemoedigen, om het leven opnieuw onder de oogen te zien cn dapper van voren af aan te beginnen? Zij vond niets, dat zij hem kon cn wilde zeggen. Hij was het - dan ook, die het langdurig stilzwijgen het eerst, verbrak. „Ik heb toch volkomen het recht om een eindt* te maken aan mijn leven", dus vervolgde hij den loop zijner eigen ge dachten. „Ik ben voor niemand van eenig nut hoegenaamd. Er is niemand, die mij noodig heeft; niemand, dien ik verdriet zou do'en met heen te gaanJa toch, mijn moeder misschienmaar die smart zal ook spoedig geleden zijn, want zij heeft mij ook niet noodig (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1914 | | pagina 5