N»g 168Z2 XRnsdag; Uecember. Tweede Blad. A0. 1914.
FEUILLETON.
Sterke Banden.
Haagsche Rechtbank.
fogezentien,
Yerceiiigiiig
tot Bevordering der Bouwkunst.
'Aan de 136ste vergadering, gehouden in
heb Nutsgebouv, ging vooraf een kunst
beschouwing van een serio platen uib „The
Studio", welwillend afgestaan door den
heer J. van Dam.
Voor deze vergadering hadden wij in ons
midden do heer 0. H. Eckhart, meubelfa
brikant te Kottei dam, die zijn voordracht
getituleerd had: „Praatjes over heclon-
daagsclio Woninginrichting". In tegenstel
ling met do gewoonte van bijv. gedurende
do vertooning van lichtbeelden steeds stoel
vast te moeten zijn, was deze vergadering
oens leuk amicaal, zoo eens echt onderons.
Daartoe vooral droog bij het feit, dat de
spreekbeurt, van dezen avond eigenlijk min
of meer een causerie met oen persoonlijke
toelichting was, over datgene, wat in Eck-
harts bekendo fabriek geproduceerd wordt.
En dit is nogal wat; althans een groote
collectie fato's en teekeningen van vervaar
digde en nog in bewerking zijndo meube
len bewees dit. Van dezen blonken vooral
uit" de meubileering van het gobouw der
Provinciale Staten in Den Bosoh. Het
eigenaardige was, dat ieder in de gelegen
heid was bij do bespreking der werkstuk
ken de meening van don fabrikant te ra
gen, en ook, om zijn oordeel uit tc spreken,
't Ging op die manier aardig in dc richting
van een debat op heb gebied der huidige
meubelfabricagc.
Wij vernamen van den hoor Eckhart,
dat de meubelfabrikant niet zoo vrij staat
in zijn ontwerpen als een architect. Nog
vóór dc richting van Berlago te bekennen
was, werd er door de meubelfabrikanten en
meubelontwerpers reeds voel eenvoudiger
on in meer strakke lijnvormen ontworpen.
Do fabrikant moet echter rekening houden
niet alleen met hetgeen de nieuwere rich
ting met mooi woet tc best-em pelen, doch
ook met den smaak van het koopkrachtig
publick. Daarom zijn er juist in do laatste
jaren tal van meubelen vervaardigd, dio
niet direct de bijna armoedige vormen heb
ben van het allernieuwste der moderne
idee, doch die oen overgang vormen tus-
sohen do rijke meubel vers ie ringen van vroe
ger, en de vormen, die men thans als-fraai
qualificeert. Al is heb niet redegevend,
toch wordt het plakken van fineer in do
-fijnere houtsoortc.n nog steeds bevestigd,
omdat er hoogst fraaio nuances door ont
staan, en immc-rshet oog vraagt niet om
iets mooi te praten, zooals vele modernen
zulks noodig hebben, doch om ict3 mooi to
zien.
Nu, om iets moois te zien, daarvoor wa
ren de hoeren in deze vergadering wel in
de gelegenheid. De heer Eokhafb heeft
blijkbaar over oc-n keurcorps werklieden tc
beschikken, althans het houtsnijwerk en de
constructievo arbeid dien wij te zien kre
gen,, was superbe. Vanaf de vroegste stijlen
tob ijl het nieuwste genre waren wij in de
gelegenheid kennis te nerncn van wat er
alzoo vervaardigd is en wordt. Wat betreft
de woninginrichting staat do heer Eckhart
de idee voor, dat dc architect van een ge
bouw, die zoowel den buiten- als den bin
nenbouw verzorgt, ook belast wordt met het
ontwerpen van het inwendige decors. Er
wordt thans door het publiek te veel ge
kocht-, om zoo to zeggeu „te hooi cn to
gras". Hier koopt men een zilverkast, daar
weer een vloerkleedginds zoekt men liet
behang weer uit, enz. Op die manier krijgt
men een huis vol fraais, dat toch ook vaak
wordt, smakeloos. Is deze gchcele inwendi
ge versiering in één hand cn dan van een
alleszins bekwaam architect, dio liet mooi
er niet aan behoeft tc praten, doch die
werkelijk smaak bezit, dan is cr zeer zeker
een ideaalwoning te verkrijgen. Enfin,
16)
Mijn voorstel werd aangenomen, en ik
begon haar geregeld les te geven. Het
was een allerliefst meisje. U hadt- eens
moeten zien, hoe haar oogen schitterden
als ik kwamZij was nooit zoo gelukkig
als wanneer zij mocht zingen. En dan zoo
muzikaalZoodra ik iets maar even aan
stipte, begreep zij mij dadelijk. En een
stemZulk een lieflijke, frissche, metaal-
rijke en buigzame stem heb ik nooit meer
gehoord. Zij kon iemand tot in de ziel
ontroeren. Soms ging die mij zóó tor
harte, dat ik mij moest omkeeren, om
haar niet te laten bemerken hoe aange
daan ik was
Hij stond op en begon langzaam, met
voorovergebogen hoofd, door de kamer to
stappen. Het duur-do vrij Jang eer hij het
tafeltje, dat bij het raam stond, weder
naderde.
„En, luister nu goed", hernam hij;
„die stem, die gouden stem, die engelen-
stem zeggen zij, dat ik bedorven heb".
,,0, dat is niet waar!" riep Martha on
willekeurig uit. Zij had zich zoo levend 4'
in zijn toestand verplaatst, dat zij zonder
de minste aarzeling zijn partij koos.
„Ik geloof hot ook niet", zetcfe hij. „Ik
kon.on wilde liet niet gelooven. Ik be
greep volstrekt niet hoe dat zou hebben
kunnen gebeuren, 't Begon met een lichte
graad van hceschlieid, die bleef aanhou
den, en toen kreeg zij een keelziekte. Deze
ging over, maar de lieescliheid bleef. Zjj
ieder heeft zoo zijn mcening op dit gebied,
cn toch, voorgelicht door z.ulk een bekwaam
ontwerper als do heer Eckhart bleek te
zijn, was het avondje in liet Nutsgebouw
zoo juist voor de sombere Kerstdagen van
dit. jaar, nog waarlijk zoo ongezellig niet,
cn was het een waardig slot aan het einde
des jaars.
De voorzitter was den heer Eckhart bij
zonder erkentelijk voor zijn mededcelin-
gen.
De begrooting voor 1915 door den pen
ningmeester, den heer N. A. Zekveld, me
degedeeld, werd goedgekeurd. De tijd
schriften, die in portefeuilles de stacl door
kruisen, werden geregeld. Tot- kasnazic-
ners over 1914 werden benoemd de heeren
J. van der Voet en J. C. van Hcolwerff. En
nu zat de dienst 1914 cr weer op, en sloot
de voorzitter met een passend woord dezo
laatste vergadering des jaars.
FRED. A. WEMPE.
Desertie on yisscliersvaar( uïgen te
Scheven in gen.
Voor deze rechtbank kwamen eenige za-
lcon vaq desertie voor van Scheveoingsche
visachers, die liaclden geweigerd zee te kie-
zon, uit vrees voor het- gevaar van mijnen.
De schippers deelden mede, dat een loods-
schipper hun m het begin van Augustus, tor-
wijl zij op zee waren, voor het gevaar vai>
den oorlog had gewaarschuwd, waarop alle
vissohersvaartuigen naar huis gingen. Een
veertien dagen later was er bericht van
wege do Regeering ingekomen, dat alleen de
punt van do Doggersbank gevaarlijk was,
doch dat er overigons gevischt kon worden.
Toen zijn clo visschers weder gereqmrecrd,
doch deze mannen waren niet opgekomen.
Do officier merkte op, dat omtrent het be
doelde looclssehip, dat in het begin vau
Augustus had gewaarschuwd, iets geheim
zinnigs bestond, en dat liet Steuncomité
geen steun wilde verleeiicn zoolang men
niet uit vissollen ging. Hij oordeelde, dat
de visschers .volgens contract hadden moe
ten meevaren en eischit? tegen elk der man
nen tien dagen gevangenisstraf.
Mishandeling van een Jachtopziener
onder Noord wijkerli ou
Daarvoor stond terecht een jongmcnsch
uit- H i 11 o g o m Tman I. Deze had, volgens
het proces-verbaal op 31 October den jacht
opziener C. Duivenvoorde, uit Noordv. ijker
hout, toen deze hem, terwijl hij met een
jachtgeweer in de Zilk onder Noord wij ker-
hout in het veld was, over den groncl gewor
pen, een knie op dc borst gezet en hem
verschillende verwondingen toegebracht.
Beklaagde ontkende. Zijn kameraad, dien
liij echter niet noemde, zou dit kunnen ge
tuigen.
De verbalisant, een reeds bejaard man,
vertelde de toedracht anders. Hij surveil
leerde dien avond in de Zilk en zag do
twee stroopers. Toen hij zich aan hen ver
toonde, nam beklaagde fluks hot ge
weer uit elkaar-cn stopte het onder zijn
jas. Do jachtopziener maakte zich bekend
on eisclite hot vuurwapen op. in plaats
daarvan werd hij door den robusten I. aan
gegrepen, met het bovengenoemd gevolg.
Onder eedc bevestigde de grijze jachtopzie
ner zijn proces-verbaal, nog wijzend op de
libt ©ekens aan het hoofd.
Desondanks hield beklaagde zijn on
schuld vol. Hij weid echter nog to minder
gqloofd, omdat beklaagd© reeds eerder een
gevangenisstraf van vier maanden had on
dergaan wegens mishandeling.
Voor dit feit eischte liet O. M. drie maan-
moest uitrusten en wij namen slechts nu
en dan de proef hoe het er mede ging.
Maar het bleef bij liet oude: de stem was
„gesluierd" en werd dit hoe langer hoe
meer. Ik was zeer bezorgd: maar alleen
over haar stem. Middelerwijl bemerkte ik
echter hier eu daar zonderlinge toespe
lingen op haar keel, die aan mijn adres
werden gericht. In de school, waar z:.j on
derwijs ontvangen had, veroorloofde men
zioli mij allerhande vingerwijzingen om
trent. de zanglessen te geven. Ten slotte
klaagdo men mij ronduit aan. Neen, niet
dc keelziekte had haar stem bedorven ik
had het gedaan, met niiju ellendige nieuwe
methode.
Ik moest mijn ontslag van die school
nemen. Ik begreep, dab ik er niet. langer
op mocht hopen voor de zoozeer door mij
gewenschte betrekking van organist in
aanmerking te komen. Maar dit was toch
het ergste niet. Het ergstehet vrce-
selijkstehet was wanhopig!"
Hij zag haar uitvorschend aan en ver
volgde
„Begrijpt ii, wat. heb ergste was?"
Ja, zij begreep het maar al te goed. Zij
had het reeds geraden nog eer hij het
liaar had gevraagd.
„Het lag waarschijnlijk in uw eigen ge
dachten", zeido zij.
„Ja, het ergste was, dat. ik zelf begon
te twijfelen. Ik was er niet langer gerust
op, dat mijn methode voor de stem volko
men onschadelijk was. Ik had hiermede
nog geen andero proef genomen dan op
mijn eigen, weinig beteekencncle stem. En
dat was een spelletje geweest. Daaraan*
viel nauwelijks iets tc bederven en zij was
uit liaar aard lang niet zoo gevoelig als
don, wat beklaagde die zijn onschuld bleef
volhouden, veel te veel vond.
Terzet tegen dc Politic te
Katwijk-aau-Zcc.
Een zevental jonge visschers, van 13 tot
2-1 jaar: Gerrit v. D., Corn. v. 1)., Klaas v.
D., Leenderb R., Jacob v. d. P., Leendert
v. d. 1*. en Dirk van D., allen van Katwijk-
aan-Zee, kwamen eindelijk voor en vulden
bijna twee» banken. Zij hadden reeds eerder
terecht moeten staan, waarbij toen slechts
één hunner was verschenen, voor vernieling,
huisvredebreuk én verzet tegeu do politie.
Van de eerste twee feiten werden zij toen
bij gebrek aan wettig cn overtuigend bewijs
vrijgesproken, doch voor het laatste feit
veroordeeld tot- één maand gevangenisstraf.
Tegen dit vonnis waren zij in verzet geko
men, omdat, zooals zij éénparig verklaar
den, deze straf hun te zwaar was, wijl zij zoo
goed als onschuldig waren.
Uit hetgeen we op dc eerste terechtzit
ting en ook nu weer door het verhoor van
boklaagden en het getuigen-verhoor verna
men, hadden de jongelui een dag vóór dat-
zij naar Zee zouden gaan, dat- was op 2
Juni den boel eon3 opgeschept, wat wel
meer het geval pleegt te zijn bij zulke gele
genheden. Bij don phot-ograaf Van Egmond
vernielden zij een en ander op liet atelier,
in het bierhuis van Rietketic gÏDgen zij een
dor huisgenooten te lijf, cn eindelijk, toen
de buitengewone veldwachter G. A. Schaap,
op dien middag belast met' den dienst in do
Voorstraat, op heb tumult aankwam en
Gerrit van D., die hem de.i grootsten bel
hamel toescheen, wilde arrecteeren, verzet
te deze zich en werd daarin bijgestaan door
Je andere jongelui, die aan Gerrit en aan
den veldwachter trokken, hern sloegen en
trapten. Het werd een worsteling van be
lang en de politieman zou het. onderspit
hebben gedolven, indien niet do veldwach
ter Pieter Klaronbe-rg, die in uniform was,
mot den inspeetour vaü politie H. Vooys met
de tram uit KatwijJk-aam-Zce waren voorbij
gekomen. Klarcnberg stapte direct af, de
inspecteur reed nog eenïgen tijd door, doch
kwam eV later ook mj, zooals hii zeide, hoe
wel geen der beklaagden hem had gezien.
Klanenberg trok do sabel cn dat boezemde
ontzag in. Zijn collega kreeg lucht en Ger
rit van D. werd gearresteerd.
Evenals Schaap zelf verklaarde getuigde
Klarcnberg, dat. allo jongelui gerukt cn go-
trapt haddon, vrat- de inspecteur nader be
vestigde.
Doch als na dit verhoor do president de
bcldaagdou één voor één vroeg was weer
heb stereotiepe antwoord: „Niet gerukt en
getrokken".
Do verdediger, mr. Weyl, uib Den Haag,
vroeg hoe het mogelijk was-, dat alle zeven
hadden kunnen rukken?
Mr. Jellinghaus kon jich dit best voor
stellen en getuige Schaap gaf daarvan ook
een aannemelijke verklaring.
Do verdediger had drie getuigen de
charge gedagvaard.
Willem Vooys, zooman, zag een volksop
loop, slog cr naar toe en constateerde toon,
dat de twoo veldwachters Gerrit gearres
teerd hadden. Van het rukken en trekken
had hij niets gezien en den inspecteur niet
bemerkt.
Do president vermoedde, dat het verzot
toen al voorbij was.
De voerman Marinus de Lange, die ook
eens was gaan kijken, zei, dat Gerrit niet
„gesloegon" had en de anderen ook niet.
Hetzelfde verklaarde Jacob Kuyt, die zelf
van do partij was geweest, maar zicli moer
koest had gehouden. Bij de vorigo behan
deling der zaak had dc herbergier Rietkerk
zelfs verklaard, dat deze Kuyt hem voor
zijn kameraad had gewaarschuwd, wat
Kuyt nu echter ontkende.
die van het jonge meisje. En als het waar
was, dat- ik die praclit-stcm bedorven had,
dan moest het uit zijn met al mijn fiere
droombeelden; dan wasmifu toekomst be
dorven en dit was heb vrecsclijke \an
het. geval daarmede te gelijk de toe
komst eener andere/ die veel meer waar
de had dan de mijne. Het was voor mij
alsof ik een rnisda-ad gepleegd had".
Martha boog zich over do tafel tot hem.
„Maar die keelziekte?"* vroeg zij met
levendige belangstelling. „Die was mis
schien nog niet geheel over? Keelziekten
kunnen ontzettend lang duren".
,,Hct is wel mogelijk, dat die nog was
blijven hangen en dat zij haar stom na
een langen tijd terug zou krijgen. Dat
was mijn ecnigo hoop en van die hoop
leefde ik verscheidene maanden. Als zij
haar stem terugkreeg, zou ik ook weder
opleven, waut dan werd ik gerechtvaar
digd en ik zou dan nimmer weder twijfelen
aan mijn methode. Dan zou ik haar en
mijzelf tot de overwinning leiden. En zij,
het arme kind, was mijn troost in die
dagen. Zij was de oenige, die vast ver
trouwen bleef stellon in mijn methodo;
neen, ik had haar geen kwaad gedaan.
Als ik wanhopig was, deed zij haar best
om mij te. bemoedigen. Die ziekte van de
keelslijmvliezen zou stellig overgaan,
dacht zij.
Wij mochten elkander nu niet meer bij
haar aan huis ontmoeten, v/anfc haar
ouders wilden niets meer van mij weten.
Maar zij schreef mij zulke lieve, hartelij
ke briéven en verzocht mij bij haar oud
sten broeder, die niet meer in huis woon
de, te.willen komen op een bepaalden clag
on tijd, dan zou zij daar ook heengaan.
De officier stond in zijn oordeel over deze
zaak nog op hetzelfde standpunt als vroe
ger. Er zat aan deze zaak nog meer vast
dan het verzet alleen. Wat er bij don foto
graaf en den herbergier is afgespeeld, geldt
voor hen ook nog mee en daarom eischte hij
bevestiging van het vonnis, zijnde één maand
gevangenisstraf.
Mr. Weyl wraakte het in den officier, dat
hij de feiten, waarvan de "beklaagden wa
ren vrijgesproken, weder in het geding
bracht. Dat mag volgens hem, niet. Wat hc-t
feit zelf betreft, pleiter vond dat niet zoo
verschrikkelijk voor jongelui van dien leef
tijd, dio overigens nooit met do politie in
aanraking zijn geweest. Voor hem hebben
de verklaringen van dc getuigen a déchar
ge wel degelijk beteekenis en hij vindt het
minstens zeer opmerkelijk, dat nooh be
klaagden, noch do getuigen a decharge den
inspecteur hebben gezien.
Deze jongens lioorcn niet in de gevange
nis en vooral niet voor zulk een feit, waar
om hij op een geldboete aandrong.
De president merkte op, dat dit niet ging
voor verzet, in veroeniging geploegd.
Verdediger vond in verband niet een fout
in het opschrift der dagvaarding, waar in
plaats van trappen, trekken, stond, dat heb
als eenvoudig verzet moest worden. L»e-
schouwd.
In verband met de opstandigheid, dat de
jongelui clo volgende week weer naar zee
moesten, drong hij ten slotte op onmiddel
lijke uitspraak aan.
De rechtbank ging hierop niet io, cn na
repliek van clcn officier, dio de grauwe
theorie van den raadsman, dat een straf
baar feit niet mag beschouwd worden in
verband met. andere handelingen, van een
beklaagde, niot deelde, cn dupliek van cïen
verdediger werd de uitspraak met die van
clo andere zaken, bepaald op Maandag 4
/anuari.
HAARLEMSC HE RECHTBANK.
Deze rechtbank veroordeelde:
J. V., zonder beroep, to H i 1 1 c g o m.
wegens mishandeling, tot drie gld. boete of
een week hechtenis.
S. K., arbeider te Lei mui den, we
gens uitlokken tot diefstal, tob een week
ge v angeniss traf
Roovcrijen in de Haarlemmermeer.
Voor deze rechtbank werden zware straf
fen geëischt' tegen do familieleden K., uit
de Haarlemmermeer. Zij hadden bij den
veehouder A., tv co schapen gestolen on bij
een ander ingezetene», een H. L. aardappe
len ontvreemd.
Mr. Hoyer, de substituut-officier, wees
op clo verdorven toestanden in do Haar
lemmermeer. Een aautai mensehen hebben
v&n deze roovcrijen partij getrokken cn
vinden dit heel gewoon.
Hij eisehfc nu tegen den oudsten beklaag
de 1 jaar en 3 maanden gevangenisstraf cn
tégen den jongste twee jaren.
Diefstal mei Braak.
Op 23 November is ingebroken bij den 60-
jarigen arbeider aan den IJweg in de
Haarlemmermeer. Gestolen werd
een Staatsschuldboekje, een Rijkspost-
spaarbankboekje on f 70 in contantken.
De dader bleek te zijn de arbeider T. B„
uit Haarlemmermeer, dio den diefstal ont
kende. Het gold had hij in zijn woning ver
stopt cn de waardevolle boekjes verbrand.
Gelukkig konden van de laatste duplicaten
gegeven worden.
De beklaagde hacl nog heel wat meer
diefstallen op zijn geweten*.
De ambtenaar eischte een jaar gevange
nisstraf.
Zij trachtte mij te doen gelooven, dat het
beter met haar ging, cn toen ik dit niet
kon toestemmen, gaf zij toch de hoop
nog niet op. En weldra ontving ik weder
zulk een lief, bemoedigend briefje, waarin
zij een nieuwe samenkomst voor hetzelfde
cloel onderzoeken van haar stem
voorstelde. Zoo bleven wij ons aan een
stroohalm vasthouden, tot een paar we
ken geleden. Toen werd zij ziek
Hij hijgde zwaar cn boog zijn hoofd tot
na^ir de handen, die hij over een stoelleu
ning liad saamgevouwen.
Het stilzwijgen duurde lang cn werd
drukkend.
„En toen?" vroeg Martha, langzaam cn
zacht.
„En nu is zij dood. Zij stierf io den
nacht vóór dien, waarin ik had gehoopt
ook te zullen sterven. Ik had nu immers
niets meer, waarvoor ik leven kon
Ik zocht den doodmaar
Terwijl Martha voor zich uit zat te
staren, hoorde zij buiten de kerkklokken
luiden. Waarschijnlijk hadden zij reeds
een poos geluid, zonder dat zij er op had
gelet; en nu troffen alleen nog maar de
laatste, wegstervende slagen van het lui
den haar oor. Met die klanken vermengde
zicb zijn uitspraak, dat. hij den dool ge
zocht had, waarvoor hij behoefde tc leven,
en zij herhaalden hun roepstem telkens cn
telkens weder in liaar, hftcwel steeds
flauwer en meer als uit de verte, gelijk
aan de tonen van liet wegstervend klok
kenluiden over een afgestorvene.
Zij had da-ar hu immers juist de geschie
denis gehooid van een afgesloten levens
loop; van schoone verwachtingen en fiere
droombeelden; van strijd voor de verwe-
Uitvocr uit de Stelling Amsterdam.
De firma Albert IJcijn, Zaandam', ver
zendt .van Zaandam uit. aan de filialen in
andere plaatsen d Lcnoodigde artikelen. Daar
Zaandam in de stelling Aja.:terdani ligt, i&
.do uitvoer van verschillend;' artikelen ver
boden, maar, na-ar dc heer Albert Heijn ver
klaarde. geeft de steil in gcomiuajidniit steeds
consent van uitvoer, indien hein dat gevraagd
wordt. Toen echter op 7 October o.m. drio
zakken haver naar het filiaal to Feijcnoord-
Rotterdam moesten' gezonden worden, schijnt
do expediteur verzuimd te hebben het con
sent van uitvoer aan tc vragen., en om nu
geen vertraging te verkrijgen, nonnde hij do
haver on dc enveloppe van h i geleibiljet. j
hennep. Een veldwachter liield dv. partij haver
evenwel op de boot aan cn dj Haarlemsehc»
substituut-officier eischic f 50 boeic of 5.
dagen {hechtenis, ccliter met teruggave vau»
de in. beslag genomen haver.
Een knecht van de firma Yerduyn. to
Lisse, hoorde f25 boete of 5 dogen hech
tenis tegen zich eischcn wegens poging tot
uitvoer uit het gebied van dc stelling Am
sterdam. liet g-old hier liet vervoer van 2
zakken tarwebloem cn 50 Iv.G. zout in do
richting van Rijnzaterwoutlé. Ilct consent,
aldus verdedigde zich dc knecht, was wel
aangevraagd, maar nog niet afgekomen.
De uitvoer der waren z.ou niet plaats ge
had hebben, als de poli tij bezwaar maakte,
zcid.c de vervoerder. D j politic maakte echter
niet alleen bezwaar, maar verbaliseerde ïeedsj
wogen-s poging tot uitvoer.
In dit geval weid door het parket gc-
roquireerd tot verbeurdverklaring der in be-'
slag genomen goederen.
I)e Eers lc-lvl as.se-J ongensse li o o 1
Mijnheer de Redacteur.
De groote oorlog liceft buitengewone ma-
terioele gevolgen, ook voor Leiden, maar
ook groot© moroelc nadoelen. Doordat do
scholen door cl'e» militairen voor een groo-t
doel in gebruik zijn genomen, kan het zoo
belangrijk onderwijs slechts ten declo
plaats kobben. Zoo ook is de lste-klas-jon-
gonsschool op do Aalmarkt in gebruik ge
nomen cn zouden de lessen ergens elders
gegeven worden, van 1 tot 5 uur. Mij dunkt-,
als do onderwijzers den gehcolcn morgen
vrij hebben, dab voor hen 4 uren les geven
per dag mot gedeeltelijk vrijen Zaterdag
middag niet bepaald overwerk kan liceten.
ïs het dan niet meer dan treurig, dat ten
1ste de. school in plaats van to 5 uren to
half vijf eindigt, terwijl bij goed weer bo
vendien nog een halfuur gewandeld wordt
Ten 2doDo Kcrstvacantie aanvangt 19
December tot 5 Januari, zegge 17 volle da
gen, terwijl toch inrichtingen van middel
baar en hooger onderwijs eerst 23 of 24 De
cember vacantie kregen.
Het lijkt er op liet oogenblik veel op,
alsof de school er is voor cie onderwijzers,
maar niet omgekeerd. Ik laat nog in heb
midden of allo onderwijzers hun plicht
doen. Plicht acht ik liet, te letten op heb
belang der kinderen, en brengt dit belang
soms mee, dat or zooveel huiswerk wordt
meegegeven (dat niet altijd wordt nage
zien), dab meer op eigen studie dan op lei
ding wordt aangestuurd? Genoeg, ik acht
het gewenseht-, dat door den heer wethou
der van onderwijs eens een ernstig onder
zoek wordt ingesteld, of deze wantoestand
onveranderd moet blijven, opdat naast do
materieele nadeden, die dc ouders onder-
linden, zich in do naaste toekomst geen
grooterc moreel© nadcelen zullen gaan ver-
toonen.
U, Mijnheer de Redacteur, dank zeggend
voor dc verleende plaatsruimte, teeken ik
Uw abonnó X.
zenlijkïng er lan, en dan van een dwaas,
brutaal cn onherstelbaar vernietigen de
zer illusies, cn met dit vernietigen te ge
lijk van een mislukt leven. "Neen, hij be
hoefde zijn wanhoop niet v.»or haar met
woorden te beschrijven»; zij kon er zoo
geheel in komen, dat zijn rechtvaardiging
cn dc vervulling van zijn liefstcn wenscb
had afgehangen vau dc herstelling der
stom van dit meisje; dat deze met haar
waren gestorven en dat zijn geweten cr
tegen opkwam om het offer eeuer nieuwe
stem, de toekomst van een tweeden per
soon, in de waagschaal tc stellen, door de
proefneming van zijn idee, waarop hij
zoolang met vol vertrouwen had gezien.
Hoe zou zij een troostwoord voor hem
in zijn diepe smart kunnen vinden? Hoe
zou zij hem kunnen bemoedigen, om het
leven opnieuw onder de oogen te zien cn
dapper van voren af aan te beginnen?
Zij vond niets, dat zij hem kon cn wilde
zeggen. Hij was het - dan ook, die het
langdurig stilzwijgen het eerst, verbrak.
„Ik heb toch volkomen het recht om
een eindt* te maken aan mijn leven", dus
vervolgde hij den loop zijner eigen ge
dachten. „Ik ben voor niemand van eenig
nut hoegenaamd. Er is niemand, die mij
noodig heeft; niemand, dien ik verdriet
zou do'en met heen te gaanJa toch,
mijn moeder misschienmaar die smart
zal ook spoedig geleden zijn, want zij
heeft mij ook niet noodig
(Wordt vervolgd).