ven wordt die roep op het geheel© schip vernomen. Allen gevoelen den wiekslag des doods in de lucht. Allen 6t-ermen aan dek, passa gier», matrozen, bedienden. Honderden ®ogen peilen de duistere diepte, alsof zij den rampzalig© kondon ontdekken, die in dit oogenblik wellicht reeds niet meer tot de levenden behoorde. Do commandant •ok ijlt naar bovenhij had reeds bevel ge geven de machine te stoppen en do boot •uit te zetten. Met een snelheid, die alleen in de bekendheid met het dreigende gevaar en 3D den geest van solidariteit der zeelui onderling haar verklaring vond, dobberde de sloep op de golven en verwijderde óch ijliDgs van boord, zoekende op het onme telijk watervlak in het eindelooze duister, Wt stipje, dat het hoofd moest zijn van den drenkeling. De angst aan boord was groot, de hoop hegon reeds te vervliegen. Wie is 'tt" vroeg de commandant. „Yvon", antwoordde de oude matroos. ..Ach, die arme jongen!" Kmisterden of dachten do passagiers. De dame in den rouw aeide nietszij stond daar sprakeloos, bevend, waggelend, de ceno hand kramp achtig knijpend om de leuning van haar stoelKen ongedacht en toeder nieedoo- gen met het lot van den knaap, die nu mis schien reeds stervende was, bekroop haar gemoed en overweldigde haar geheel. Doch de sloep komt naar de boot terug. Die 6poe-digo terugkomst doet. de hoop herlevendc poging tot redden is met goe den uitslag bekroond; anders keerde ze im mers niet zoo snel terug „Cered! We hebben hem 1" klonk dc stom van een der roeiers, toen ze dioht genoeg bij de boot waren om het geruisch der ba ren cn het zachte plonzen van de langzaam wentelende schroef to overschreeuwen. Een zucht van verlichting, een bijna ge fluisterd Goddankging op onder de me nigte, bijna onmiddellijk gevolgd door een luid hoera Nog ecnige krachtige riemsla gen en do sloep ligt weer langs boord en is weldra opgcheschen. De knaap leeft nog, maar hij Ls bewusteloos zijn bleek gelaat is als bet boeld dos doods, wien6 vale vleugel hem blijkbaar heeft beroerd. Een forscbe matroos draagt hem in de armen aan dek en legt hem behoedzaam neder op een rustbank. De kleine, blonde krullebol hangt krachteloos achteroever, dc linkerarm valt slap neer. Als door een plotseling ingeving bezield is de dame in den rouw tocgeijld en heeft zij den bezwijmen den knaap in haar armen genomen, op haar schoot neergelegd en terwijl de scheepsdokter do noodige midde len ter opwekking gaat halen, tracht zij met haar fijne, blanke hand zijn gelaat te verwarmen, cn zjj buigt zich tot hem voor over, zoover, dat haar lippen zijn voorhoofd aanraken. 13ij die aanraking opent de knaap de oogea even cn met nauw hoorbare stem fluistert hij als instinctmatig het woord Moeder Diep in het hart getroffen richt de jon ge vrouw plotseling het hoofd op. En in haar binnenste werd een plotseling, een heerlijk besluit gevat, bij de gedachte, dat de woeste golven dozen ongelukkigen knaap aan het leven hadden teruggegeven en haar geschonken voor haar Kerstfeest Met vriendelijken drang deed zij de om standers uilocdgaan en ncderkniclend bij den armen scheepsjongen, kuste zij hem en drukte hem aan haar boezem. En zij, die zwijgende van dit roerend too- neel getuigen varen, wisten toen, dat van dit oogenblik af de knaap geen wees meer zou zijn. AANSCHOUWELIJK ONDERWIJS IN SPOORWAGENS. De Vereenigde Staten, die, zooals men weet, er zich op toe leggen, den ooftbouw op alle mogelijke wijzen te bevorderen, dragen nu ook zorg voor dc opleiding der fruittelers. Het directorium der landbouw kundige hoogeschool der Cornell-Univer- siteil te Ithaca, in den staat New-York, heeft thans reizende tentoonstellingen op ooft- en tuinbouwgebied georganiseerd. In de spoorwegcoupés, waai in het uitge stalde wordt vervoerd, houdt men tevens voordrachten, die door de farmers der boerderijen, die nier. onderweg passeert, kunnen worden bijgewoond. Het plan is, ieder jaar zoo'n rondreis te houden, zoo dat de kweekers steeds op de hoogte blij ven van het nieuwste, dat op hun gebied to weten is. Uelijklijdig is de rondreizende fruïttentoonstellingstrein dienstbaar ge maakt aan het onderwijs in huishoudkun de en gezondheidsleer aan de vrouwen der farmers. ben geweest, dan moet ge zulks daaraan toeschrijven. Goeden nacht!" Hij wendde zich om en wilde gaan. Zij 'zag hem na en riep vastberaden: ..Mag ik u nog even spreken? Ik heb u beleedigd. Daartoe heb ik geen recht. Ik wil openhartig met u sperken. U zal mij wel vergiffenis schenken." De jonge man kwam weer naderbij en zag haar verbaasd aan. Zij ging voort: „Toen ik onlangs door den tuin kwam, zag ik u in het prieel zitten en ziende, dat ge ijverig aan het schrijven waart, wilde ik li niet storen. Plotseling hoorde ik u roe pen: „O Julia! Gij zijt mij allesI" En thans voegt ge rnij complimentjes toe, die voor teen andere bestemd zijn 1 Dat had ik nooit Van u kunnen denkenI NooitI Nooit!" Haar kracht was ten einde. Zij begon hevig te schreien en drukte de handen voor het gelaat. De gouverneur liep door het vertrek met zulke wilde -schreden, dat, had hij een ha feil aken omgebonden als toga, hij waar diglijk keizer Augustus had kunnen voor stellen, toen deze met het hoofd tegen den muur liep, uitroepende: Varus, Varus, geef mij mijn legioenen terug. Wel is waar, zou de deze klassieke illusie oogenblikkeljjk ge stoord worden, want hij riep: „Dat weet ik niet! Ik ken geen Julia en heb er nooit een gekend. Gij moet dat verkeerd verstaan hebben, 'tle onmogelijk." Het Kerstfeest in het Noorden. In Denemarken is htt Kerstfeest het groottt© feest van het geheele jaar het vroolijke, blijde, vreedzame feest van de kinderen en de huisgezinnen. Dit feest wekt- alle goede eigenschappen in den mensch op eoi meer dan in eemgen anderen tiijd van het jaar tracht men op alle manieren smart, ellende, cn armoede zijner modernen schen t-o lenigen, want ieder moet immers de vreugde en den vrede van het Kerstfeest» gevoelen. Op K- i.slavond zijn de families zooveel mogelijk bijeen, en de ééuhng voelt zich nimmer zoo ccDz<oam en droefgeestig als thans, nu al die zoete jeugdherinneringen hem bestormen. In den Kerstnacht gaat men naar de kerk, om de plechtige, indrukwekkende diensten, Missen cn koorgezangen bij te wo nen. Is men weder thuis teruggekeerd, dan wordt liet feestmaal aangericht, dat naar oud Deensch gebruik, bestaat) uit rijstebrij, ganzen braad en ,,Ablcskiver leen nationaal gebak), In de bnj is een amandel verbor gen en wie hein op zijn bord vindt, krijgt een extfa geschenk. Daarna komt het ge- wiohtiige oogenblik het Kerstboomfeest. De oogen dor kinderen schitteren en de groot-en voelen zich als kinderen opnieuw. Men vormt een kring en danst om den boom, onder het zingen vau Kerstliederen. Men geefu elkaar die geschenken, die de leukste verrassingen veroorzaken. De avond wordt verder doorgebracht met spelen, voorlezingen, enz. De eerste en tweede Kerstdagen zijn uit sluitend kerkelijke feestdagen, die god vruchtig worden gevierd. In Zweden is de Ke-rstgcwoo'nhe oDgcveer dezelfde. Het feest begint met den "VVeih- naehtsabend, 2-1 December, op welken dag vooral dc inkoopon worden gedaan, 's Avonds heeft (evenals in Denemarken) het brij-maal plaats, waarna do uibdeeling der geschenken, óók in de armste wonin gen, geschiedt. In den Kerstmorgen is men reeds vroeg uit de veexen. De kerkdiensb begint om 6 of 7 uur. op het platteland nog vroeger. In sleden rijdt men naar de kerk, terwijl men in de handen toortsen houdt, die echitteren alg sterren in den vroegen, heiligen Kerst morgen. Na den kerkdienst, die gewoonlijk zeer plechtig is, keeren allen huiswaarts en het plechtagste deel van Kerstmis is geëindgd. Het Kerstfeest wordt echter beschouwd voort te duren tot den 20en dag na Christus' geboortedag, dus tot 13 Januari. Dan is het tijd om den Kerstboom te „plukken", waarmede de laatste sporen van oxersttnifl verdwijnen. Kort vóór Kerstmis worden in de steden markten gehouden, die vooral druk bezocht worden door de dorpelingen, die er koopen of verkoopen wat er voor het feest noodig is. Hot Kerstfeest begint in Noorwegen in don vooravond om 4 uur met een kerkdijken dienst, vooral voor de kinderen. Tot zes uur hoort men heb kleppen der kerkklokken het feest wordt, zooals men 't ginds noemt, ingeluid. Heb land, welks bevolking voor namelijk Drotestiantsch geloof is toegedaan, viert de beide Kerstdagen met een plech tiger) kerkdienst. De teksten en preeken rijn door de regeenng vastgesteldvoor den eersten dag, het eerste vers van het tweed© hoofdstuk van Lucas, voor don tweeden dag, het 3-io vers van het 23e hoofdstuk van Mattheus. Den oorsten dag draagt de predikant over zijn zwart© predikantsklee- ding een langen, witten mantel. Zoo mo gelijk begeleidt een klein orkest te zamen met het orgel het ringen der psalmen. Tij dens het zingen van een psalm, die voor het geheele land is vastgesteld, blijven alle ge- loovigen staan. Alle handelszaken moeten op den voor avond van Kerstmia om 6 uur sluiten. Den eersten Kerstdag wordt er ook geen post bezorgd. Het Kerstfeest is in Noorwegen het fa miliefeest, meer nog het feest der kinderen. Do Kerstmis-vooravond is door alle Noor- sche kinderen reeds lang met vreugde en verlangen tegemoet gezien Dan is het 't feest van den Kerstboom. Hand in hand danst men om den boom, onder het zingen van Kerstliederen. Na een eenvoudigen maaltijd verzamelt zich hot geheele gezin wederom, om zich aan noten, vruchten, koekjes, suikerwer ken, confituren cn wijn te goed te doen. De andere dagen worden er meest fami liefeesten gevierd, particuliere en publie ke bals worden gegeven en amor speelt dan een groote rol. In die dagen worden „Dio laffe huichelaar, dacht. Elise en doordat zij boos werd, kwam zij ook geheel en al tot bezinnen en zeide: „Ik geloof het hee.1 duidelijk gehoord te hebben, maar ik kan mij ook vergissen; daarenboven is het ook hetzelfde. Wilt ge als-je-blieft de deur openzetten, zoodat we zien kunnen, als ik de laatste kaarsjes uit blaas?" Do jonge man hoorde ternauwernood wat zij zeide en riep driftig: „Ik dwaas, waar om houd ik alleenspraken; mijn mond spreekt, zonder dat mijn hart er iets van weet. Zoo iets gebeurt anders alleen in treurspelen." „Wilt ge nu als-je-blieft de deur open doen herhaalde Elise, om een eind te maken aan het onaangename gesprek. „Ik doe zoo de kaarsen uit!" Plotseling schoot er een lichtstraal door de ziel van don jongen man. Hij trad op Elise too, greep haar hand en hield die vast niettegenstaande haar tegenstreven. „Nu weet ik hetl" riep hij vroolijk lachende als iemand, die een gevat bezwaar heeft overwonnen. „Hoe is er nu toch bij u een zoo groote argwaan ontstaan tegen een onschadelijk schrijven Ik zat te lezen in de Roraco en Julia en heb toen zeker met den dichter dien uitroep geslaakt. Doch daarbij stond mij een andere naam voor den geost. Kunt gij hem (raden?"- .vroeg hij schalks spottend. j (_j_j c_. zeer veel verlovingen gesloten. - Vroeger waren nog eenige zonderlinge volksgebruiken in /wang, die langzamer hand verdwijnen of reeds zijn verdwenen. De jongelieden verkleedden zich, verbor gen hun gelaat achter fantastische mas kers hoe vreemder hoe beter veran derden hun stom en gingen dnn hun be kenden bezoeken. Overal moesten zij ge- tracteerd worden 1 Een ander gebruik be staat nu nog onder de jongens. Zij maken een groote papieren sber, die zij kunnen ronddraaien en waarin zij op het midden een brandende kaars zetten. Dan verklee- den en maskeren zij zich en zetten zeer hooge kartonnen hoeden op, met veelkleu rige glinsterende figuren versierd. Zij stellen „de Wijzen uit het Oosten" voor. Zóó gekleed, gaan ze gedrieën bijna alle huizen in de stad af en zingen liedjes over dc Drie Koningen. Dan houden ze een bak je gereed om een geldstuk te ontvangen en nimmer vragen zij vergeefs. Aan een brief uit Noorwegen, Na-msos (bij Drontheim), zij nog het volgende ont leend Als allen hun geschenken in ontvangst hebben genomen, neemt men elkaar bij de hand en vormt een kring om den Kerst boom cn zingt het „Stille Nacht, Heilige Nacht". Dan is de tijd voor het avondmaal aan gebroken. Aan de tafel zitten alle leden van het gezin, alsmede de dienstboden, en dikwijls ook eenige gasten, opdat niemand dien avond alleen zou behoeven te eten. Zij, die alleen wonen, de ongehuwden bij voorbeeld, worden door de familie geïn viteerd. Het feestmaal bestaat uit liet tra- ditioneele varkensgebraad met zuurkool en rijstebrij. Vroeger at men ook, vooral op 't platteland, gezouten visch. Een oud gebruik is 'book, dat men, vóórdat men van tafel opstaat, gezamenlijk een lied zingt. Bij de Polen wekt Kerstmis gevoelens op van hoop en verlangen. Het versterkt de hoop en de droomen naar een betere toekomsteen beter leven.In de zen heiligen nacht gevoelen allen zich broeders allen zijn verheugdDan voelt men, dat Christus werd geboren om vrede te brengen onder de meuschen, en dan ontsnappen aan de borst deze ver zuchtingen Odat de duistrc wolken, die zich boven ons hebben samengelioopt en waaruit de donderslagen ons treffen, verdwijnen Dat bet wreed geweld ophou- de en de eenc broeder niet langer een vij and zij voor den andere, dat het eene volk niet meer den vloek werpe over een an der volk, dat allen elkaar de hand geven, om samen te werken voor gemeenschap pelijk welzijn Dit zijn do wenschen, die uit het hart der Polen komen, als zij aan tafel, waar alle familieleden zijD vereenigd, naar de traditie het sneeuwwitte brood verdeelen. Niemand ontbreekt dan. Men komt r zelfs voor uit het buitenland over, om deel te nemen aan het gezamenlijk feest van den Heiligen Nacht. Én door een op rechten handdruk wenschen de familie leden elkander geluk. Voor de kinderen wordt, een Kerstboom opgericht, terwijl dien avond aan allo le den van het gezin geschenken wordeD uitgedeeld. Een Plum-pudding-Gesehiedcnis. Koning Lodewijk XVIII van Frankrijk, die eens op Kerstdag den Engelschen ge zant ten eten had gevraagd, wenschte, te zijner eer, een plum-pudding op tafel te zetten en gaf den chef-kok last daarvoor te zorgen. De chef-kok, die van z'n leven zoo'n „Engelschen koek" niet had bereid, vroeg en kreeg uit Londen een recept. Zooveel van dit, zooveel van dat, zooveel rozijnen en krenten, enz. Het was een allerduMe- lijkst recept. Toen 't gedurende het ditner het ge^ sehiktste oogenblik was, werd 'de plum; pudding binnengebracht. Zie, mon ami, zei Zijne Majesteit, ik heb iets voor u laten klaarmaken, uw nationaal gebak, bereid op uw nationale manier l I Maar de gezant, in plaats van te eten, wreef zijn oogen uit. Want de pl urn-pud ding werd in een soepterrien opgedragen en hij moest met een soeplepel opge schept en van een diep bord gelepeld worden. De chef-kok had n.l. inderdaad een uit stekend recept ontvangen, maar hij had niet geweten, dat plum-pudding in een doek wordt gekookt en gedroogd Elise erkende haar dwaling en zag hoe verheugd hij was. Haar oogen straalden ook schalks, toen zij antwoordde: „Neen, zoo ver ben ik nog niet gevor derd in het gedachten-ontcijferen." „Dan zal ik het u zeggen: Elise luidde dien naam." „Vergeef mij maar alles, wat ik gezegd heb en vergeet het maar; het was heel lee- lijk van mij." Daar de anders zoo voorzichtige en ver standige gouverneur in dit oogenblik een buitengewone opgewondenheid aan den dag legde en een zeer verdachte beweging naar juffrouw Elise's mond maalde, werd het ze ker voor het oenigo kaarsje, daar boven in den boom, een bleek verlegen ding, dat door het walmende sterfgeval van zijn laat- sten makker, hevige stuiptrekkingen scheen gekregen te hebben te naargeestig om ■een zoo aandoenlijke scène te beschijnen, en ons tweetal stond eensklaps in hot donker. Beiden schrikten. Daar glom nog een vonkje, dat nog eens tegen de j>it opkroop en eensklaps knetterend opflikkerde en zoo zijn bestaan eindigde. Dc gouverneur vatte Elise bij de hand en zeide zacht on met) aandoening: „Lieve Elise, nu weet je hoe het- met mij staat. Mijn hartewond moet altijd ongenees lijk blijven, al9 uw lieve hand ze niet heelt. Wilt ge de mijne zijn?" In plaats van antwoord te geven, viel het Mistletoe. Mistletoe, dat is Ide Engelsche naam voor. een plant, 'die wij noemen: Vogel lijm, Maretak of Mistel. Deze plani komt niet algemeen in ons land voor. Men kan haar vinden in Lim burg en ook in enkele andere streken van ons land, ofschoon zij overal in de laatste jaren zeldzamer schijnt te worclen. Wij weten, dat de meeste planten in den grond wortelen en daaruit een gedeelte van haar voedsel halen. Met de Mistletoe is dit net het geval. Zij leeft op allerlei' boomen, meest op appel- en pereboomen, op populieren, naaldboomen enz. Zij is oen woekerplant, d. \v. z. een, die leeft ten koste van een andere plant; een die zich het voedsel door een andere plant laat klaarmaken. Ze is duk, wat men in de menschen wereld een klaploopster, of nog baast karakteristieker, een -„.uitzuigster" zou noemen. Maar laat ons er dit direct bijvoegen: Zij is een fatsoenlijke klaploop- ster, die ook zelfs nog voedsel bereidt en die baar gastheer zoo weinig mogelijk last veroorzaakt. Bewerken andere woekerplanten soms den dood van haar gastheer, met de vogel lijm is dat nu juist niet het geval. In Frankrijk, waar dc plant nogal veel voorkomt, de planten, die men bij ons verkoopt, zijn meestal van daar afkom stig vooral in de omstreken van Parijs,- geven de eigenaars van ooftboomen zich slechts zelden dc moeite ze uit te roeien, een bewijs, dat ze weinig schade toebren gen, want het uitroeien zou volstrekt niet veel moeite kosten, daar de plantjes slechts langzaam groeien. In die streken waar 'de Maretak veel voorkomt, levert de plant, talrijk op de takken der boomen gezeten, een eigenaardig gezicht op. Men zou op ]$-t eerste gezicht meenen, voor loofboom.n te staan, die hoewel het mid den in den winter is, toch nog getooid, zijn met een flinken bladertooi. Zoo verhaalt professor Hugo de Vries 'bijv., hoe hij eens in het late jaar, toen de bladeren reeds lang afgevallen waren, het koninklijk lustslot Veitshocliheim, in Beieren, bezocht, dat bekend is om zijn fraaie allee van groote oude linden. Daar zag hij tot zijn verbazing, dat de geheele laan groen was, ten minste uit de verte scheen dit 7.00. Eerst meende professor De Vries, dat door bijzonder gunstige ligging of een andere omstandigheid de bladeren van dzze boomen nog niet waren nog niet waic.i afgevallen, maar al spoe dig bemerkte hij, dichterbij komende, dat het iets anders was. Aan de groene, met smalle, lederachtige geelgroene blaadjes bezetten twijgjes, die hij op den grond, vond, zag hij, dat het de vogellijm was. „Het was dus de vogellijm, die hier woe kerde en zóó talrijk was, dat rij den win ter in een zomer scheen te herscheppen," schrijft professor De Vries. Juist met Kerstfeest ziet men doze plant uitgestald; een gebruik, dat eigene lijk meer van Engelschen oorsprong is,- maar dat ook in ons land meer en meer toeneemt. De planten worden dan name lijk verkocht om voor versieringen ge- 'bruikt Ce worden. Daar, in Engeland, wordt van deze planten een zeer ruim ge bruik gemaakt. Ieder Engelschman draagt zoowel vóór als tijdens en na het Kerst feest een takje Mistletoe op zijn borst. In ieder huis hangt een takje boven dö deur of aan de lamp. In Frankrijk wordt de plant in de hand gehouden bij het Nieuwjaarwenschen, de kinderen loopen met bosjes mistels van huis tot huis, om onder bescherming van 'den mistel aan allen veel zegen te wen-» schen. Zeker zijn beide gebruiken nog een overblijfsel ,van vroeger, toen de mistel voor heilig gehouden werd. Allerlei sagen zijn aan Üeze eigenaardige plant ver-) bonden. De Kerstboom. Wie onzer heeft niet als kind met be-» Wonderende blikken opgezien naar den Kerstboom, wanneer die met talrijke licht jes stond te prijken, versierd met aller hande snuisterijen en behangen met de geschenken, die liefhebbende ouders of vrienden ons hadden toegedacht? Wie heeft niet medegezongen de talrijke fraaie Kerstliederen en dan ides nachts gedroomd van al het goede en het mooie, dat ons weder was geschonken? Met weemoedige blikken aanschouwden wij dan vaak den volgenden dag den geplunderden boom ien e^n pijnlijke indruk maakte het, wan neer wij enkele dagen later de dienstbode 'den boom, ldie zoo'n diepen indruk op meisje in zijn armen. Een zalig g©voel door tintelde hein; hij had wel kunnen juichen; maar id'e gedachte aan het grafelijk gezin "bracht hem tot zijn verstand. De familie bevond zich in d© vertrekken vlak boven d© zaal. Hij had nooit h'eel Veel het zijne kunnen noemenürotech en gelukkig gevoeldo hij zich thans in het bezit van het dierbar© meisje. „Meneer de gouverneur," zeide Elise nu op zachten toon, uu zeg me eens, vergeeft u mij mijn dwaasheid „Wel duizendmaal. Uw jaloezie bewijst mij immers, dat je mij liefhebt. Hoe prettig is nu het vertrouwelijk spreken." ,3 et is mij, alsof we reeds lang zoo ver trouwelijk met elkaar geweest zijn. Maar moeten we nu niet...." „Liefste Elise. Kijk, daar begint reeds de eerste moeilijkheid, die wij samen moeten bestrijden, namelijk om door do duisternis tot het licht te komen." „Wij hebben zoo lang in het duister rond- geloopen, dat het ons nu ook niet moeilijk zal vallen." Nu gingen zij naar de zaaldeur toe. Met de meeste voorzichtigheid geleidde de gou verneur Elise. Daar hij echter meer op haar dan'op de richting aoht sloeg, liepen zij nu hier, dan daar tegen aan, zoodat hij haar steeds steviger meende te moeien steunen. Eindelijk hadden zij de deur gevonden ons maakte, zagen stukhakkën,- om hem te verbranden. Dit laatste nu is geenszins noodig en van zoo'n gebruikten Kerstboom kan men heel wïit pleizier hebben. Nadat hij van' al zijn fraais is ontdaan, bergt men den boom op zolder of in den kelder tot het voorjaar op. Haalt men hem dan voor den dag, dan zullen cle naalden geel gewor den zijn. doch die kan men er gemakkelijk afschudden, zoodat <1? naakte boom over blijft Tegen het einde van April laat men een hoekje van den tuin omspitten en be mesten. Midden hierin zet men den Kerst boom en onder zijn takken zaait men Oost-Indische kers, welriekende Lathyrus of ook wel dc mooie bontbladige Japan- sclie TI op. Bij het opkomen zal men wel licht enkele jonge plantjes aan dc takken van den boom moeten vastbinden, doch 'eenmaal aan het doorgroeien, zullen deze klimplanten zich er van zelf aan vas*-» hechten, zij zullen de takken en twijgen' omwinden en midden in den zomer zat als het ware nieuw leven aan den dor ren Kerstboom gegeven zijn, 'de bloem festoenen zullen van de takken afhangen, en de kinderen zullen opnieuw met be; wondering tot den Kerstboom opzien en hem wellicht nog mooier vinden 'dan tij-» 'dens het Kerstfeest. Zoo kan een Kerst-» boom twee keer diens? doen. Zwanen als Kcrstmislckkcrnjj. Onder de genietingen van extra fijne keuken spijzen, die men niet Kerstmis op tafel brengt, behooren in Engeland de gebraden jonge zwanen; zij gelden voor een bizonder fijn cn exquis gerecht. In het bizondcr aan de tafel van den koning mag deze delicatesse niet ontbreken, maar ook staan andere rijke, menschen zich deze luxe toe. Dc smaak van een gebraden zwaan lijkt op dien van een gans. In vorige eeuwen kon men dit gerecht meermalen op de schotels van voorname personen aantreffen,- doch in latere tijden is de zwanenfokker# wat in verval gekomen en daar de zwa nen zich slechts langzaam vermeerderen,- behoort heden ten dage een gebraden, zwaan tot de tamelijk kostbare schotels. Zoo wordt met Kerstmis wel f 24 per zwaan betaald, daar uit dc zwanenfokke- rijen Van (den koning slechts weinige exemplaren in den handel komen; de zwa- nenfokkcrij op de openbare wateren, even als die, behoorende aan sommige steden,- staan onder strenge beschermende wetten; zoodat slechts uit particuliere zwanenfok* kerijen dieren op de markt kunnen komen. De koning smult van een gebraden zwaan alleen met Kerstmis. Zijn lievelings-» gevogelte is de watersnip; en de kwartel maakt hem de andere dagen van het jaar, zyn tafel aangenaam. Kerstfeest in do Talen. De „stille, heilige nacht," waarin Chris» tus geboren werd, heeft in het DuitscK aan het Kerstfeest den naam gegeven. Niet echter bij alle Duitscliers, want de men» schen aan den waterkant, vooral deFrie» zen, hebben den naam van het vroeger omstreeks Nieuwjaar gevierde heidenschc feest behouden, nl. Jul „Julin," heet een. nacht in zwelgerij doorbrengen. Het woord „weihen" was den Friezen slechts bekend in de beteekenis trouwen (aan het altaar). Van He Friezen namen de Denen het woord „jul" over, het heeft met het Deen-» sche woord „hjul" (rad) niets te maker; zooals men vroeger veel aannam. In r'e oudste tijden ran Engeland gebruikte men hetzelfde woord, schreef het echter tame lijk willekeurig gehul, g-eol, ook yull. Thans spreekt men van Cristmas, en erancens spreken wij, Nederlanders,- van Kerstmis. Zeer merkwaardig is, dat alleen de Gear- maansche volken, ook de Zweden, met1 hun „jul" op de plechtigheid en wijding van den dag wijzen, de Romaanscheech-» ter zich vergenoegen met den enkelen; naam „geboortedag." De Franschen spreken van „noël, dat uit het Latijnschc „natalis" verbasterd is; de Italianen „natale"; de Spanjaarden van „navidad" en de Bretons van „deiz ncde- lec," d. i. dies natalis. fietsen kunnen niet in onze vestibule worden toecelaten, maar men vindt buiten ons gebouw fietsrekkew met kettinc en slot bij het binnenkomen waarschuw men den portier en bij het weccaan vraact men het slot te willen openen oTi openden haar Helder straalde hun toen het ganglicht te gemoct en de jonge man fluisterde zijn verloofde in het oor: „Zoo, nu is heb eerst© bezwaar gelukkig overwonnen en tot dank voor mijn geleid©, vorder ik mijn iood." Elis© gaf het loon, onbeltrompen genoeg ©n heb fooitje, dat hij daarna zelf nog nam, was ook zoo min niet. „Wel to rusten, lieveling," zeide de geluk kige jongo man eindelijk, „vergeot niet, eena van mij te droomon," „Neen," antwoordde zij op plagenden toon. „Ik zal van Shakespeare droomen en hom een ernstig bewijs geven, dat hij door zijn Julia twee elkander genegen harten bijna gescheiden had." j „Zoudb go hem niet liever bedanken," fluisterde hij haar met den afscbridskuö toe, ,,dat hij uw aanstaanden echtgenoot tot professor heeft gemaakt en beider geluk heeft bevorderd?" „Daar gaat de bel. Mevrouw hoeft mij zeker noodig," zei Eliso» zonder op het gej vraagde antwoord te geven, en sneldo hoen. Zoo eindigde de verloving onder den kerstboom, dio het gevolg had. dat ©en half! jaar later mijnheer de professor juffrouw Elise als zijn beminde vrouw in z^jn hpifj bracht. x

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1914 | | pagina 6