ven wordt die roep op het geheel© schip
vernomen.
Allen gevoelen den wiekslag des doods
in de lucht. Allen 6t-ermen aan dek, passa
gier», matrozen, bedienden. Honderden
®ogen peilen de duistere diepte, alsof zij
den rampzalig© kondon ontdekken, die in
dit oogenblik wellicht reeds niet meer tot
de levenden behoorde. Do commandant
•ok ijlt naar bovenhij had reeds bevel ge
geven de machine te stoppen en do boot
•uit te zetten. Met een snelheid, die alleen
in de bekendheid met het dreigende gevaar
en 3D den geest van solidariteit der zeelui
onderling haar verklaring vond, dobberde
de sloep op de golven en verwijderde óch
ijliDgs van boord, zoekende op het onme
telijk watervlak in het eindelooze duister,
Wt stipje, dat het hoofd moest zijn van den
drenkeling.
De angst aan boord was groot, de hoop
hegon reeds te vervliegen.
Wie is 'tt" vroeg de commandant.
„Yvon", antwoordde de oude matroos.
..Ach, die arme jongen!" Kmisterden of
dachten do passagiers. De dame in den
rouw aeide nietszij stond daar sprakeloos,
bevend, waggelend, de ceno hand kramp
achtig knijpend om de leuning van haar
stoelKen ongedacht en toeder nieedoo-
gen met het lot van den knaap, die nu mis
schien reeds stervende was, bekroop haar
gemoed en overweldigde haar geheel.
Doch de sloep komt naar de boot terug.
Die 6poe-digo terugkomst doet. de hoop
herlevendc poging tot redden is met goe
den uitslag bekroond; anders keerde ze im
mers niet zoo snel terug
„Cered! We hebben hem 1" klonk dc stom
van een der roeiers, toen ze dioht genoeg
bij de boot waren om het geruisch der ba
ren cn het zachte plonzen van de langzaam
wentelende schroef to overschreeuwen.
Een zucht van verlichting, een bijna ge
fluisterd Goddankging op onder de me
nigte, bijna onmiddellijk gevolgd door een
luid hoera Nog ecnige krachtige riemsla
gen en do sloep ligt weer langs boord en
is weldra opgcheschen. De knaap leeft nog,
maar hij Ls bewusteloos zijn bleek gelaat is
als bet boeld dos doods, wien6 vale vleugel
hem blijkbaar heeft beroerd.
Een forscbe matroos draagt hem in de
armen aan dek en legt hem behoedzaam
neder op een rustbank. De kleine, blonde
krullebol hangt krachteloos achteroever,
dc linkerarm valt slap neer.
Als door een plotseling ingeving bezield
is de dame in den rouw tocgeijld en heeft
zij den bezwijmen den knaap in haar armen
genomen, op haar schoot neergelegd en
terwijl de scheepsdokter do noodige midde
len ter opwekking gaat halen, tracht zij
met haar fijne, blanke hand zijn gelaat te
verwarmen, cn zjj buigt zich tot hem voor
over, zoover, dat haar lippen zijn voorhoofd
aanraken. 13ij die aanraking opent de
knaap de oogea even cn met nauw hoorbare
stem fluistert hij als instinctmatig het
woord
Moeder
Diep in het hart getroffen richt de jon
ge vrouw plotseling het hoofd op. En in
haar binnenste werd een plotseling, een
heerlijk besluit gevat, bij de gedachte, dat
de woeste golven dozen ongelukkigen knaap
aan het leven hadden teruggegeven en haar
geschonken voor haar Kerstfeest
Met vriendelijken drang deed zij de om
standers uilocdgaan en ncderkniclend bij
den armen scheepsjongen, kuste zij hem en
drukte hem aan haar boezem.
En zij, die zwijgende van dit roerend too-
neel getuigen varen, wisten toen, dat van
dit oogenblik af de knaap geen wees meer
zou zijn.
AANSCHOUWELIJK ONDERWIJS
IN SPOORWAGENS.
De Vereenigde Staten, die, zooals men
weet, er zich op toe leggen, den ooftbouw
op alle mogelijke wijzen te bevorderen,
dragen nu ook zorg voor dc opleiding der
fruittelers. Het directorium der landbouw
kundige hoogeschool der Cornell-Univer-
siteil te Ithaca, in den staat New-York,
heeft thans reizende tentoonstellingen op
ooft- en tuinbouwgebied georganiseerd.
In de spoorwegcoupés, waai in het uitge
stalde wordt vervoerd, houdt men tevens
voordrachten, die door de farmers der
boerderijen, die nier. onderweg passeert,
kunnen worden bijgewoond. Het plan is,
ieder jaar zoo'n rondreis te houden, zoo
dat de kweekers steeds op de hoogte blij
ven van het nieuwste, dat op hun gebied
to weten is. Uelijklijdig is de rondreizende
fruïttentoonstellingstrein dienstbaar ge
maakt aan het onderwijs in huishoudkun
de en gezondheidsleer aan de vrouwen
der farmers.
ben geweest, dan moet ge zulks daaraan
toeschrijven. Goeden nacht!"
Hij wendde zich om en wilde gaan. Zij
'zag hem na en riep vastberaden:
..Mag ik u nog even spreken? Ik heb u
beleedigd. Daartoe heb ik geen recht. Ik
wil openhartig met u sperken. U zal mij
wel vergiffenis schenken."
De jonge man kwam weer naderbij en zag
haar verbaasd aan. Zij ging voort:
„Toen ik onlangs door den tuin kwam,
zag ik u in het prieel zitten en ziende, dat
ge ijverig aan het schrijven waart, wilde ik
li niet storen. Plotseling hoorde ik u roe
pen: „O Julia! Gij zijt mij allesI" En thans
voegt ge rnij complimentjes toe, die voor
teen andere bestemd zijn 1 Dat had ik nooit
Van u kunnen denkenI NooitI Nooit!"
Haar kracht was ten einde. Zij begon
hevig te schreien en drukte de handen voor
het gelaat.
De gouverneur liep door het vertrek met
zulke wilde -schreden, dat, had hij een
ha feil aken omgebonden als toga, hij waar
diglijk keizer Augustus had kunnen voor
stellen, toen deze met het hoofd tegen den
muur liep, uitroepende: Varus, Varus, geef
mij mijn legioenen terug. Wel is waar, zou
de deze klassieke illusie oogenblikkeljjk ge
stoord worden, want hij riep:
„Dat weet ik niet! Ik ken geen Julia en
heb er nooit een gekend. Gij moet dat
verkeerd verstaan hebben, 'tle onmogelijk."
Het Kerstfeest in het Noorden.
In Denemarken is htt Kerstfeest het
groottt© feest van het geheele jaar het
vroolijke, blijde, vreedzame feest van de
kinderen en de huisgezinnen. Dit feest wekt-
alle goede eigenschappen in den mensch op
eoi meer dan in eemgen anderen tiijd van
het jaar tracht men op alle manieren smart,
ellende, cn armoede zijner modernen schen
t-o lenigen, want ieder moet immers de
vreugde en den vrede van het Kerstfeest»
gevoelen.
Op K- i.slavond zijn de families zooveel
mogelijk bijeen, en de ééuhng voelt zich
nimmer zoo ccDz<oam en droefgeestig als
thans, nu al die zoete jeugdherinneringen
hem bestormen.
In den Kerstnacht gaat men naar de
kerk, om de plechtige, indrukwekkende
diensten, Missen cn koorgezangen bij te wo
nen. Is men weder thuis teruggekeerd, dan
wordt liet feestmaal aangericht, dat naar
oud Deensch gebruik, bestaat) uit rijstebrij,
ganzen braad en ,,Ablcskiver leen nationaal
gebak), In de bnj is een amandel verbor
gen en wie hein op zijn bord vindt, krijgt
een extfa geschenk. Daarna komt het ge-
wiohtiige oogenblik het Kerstboomfeest.
De oogen dor kinderen schitteren en de
groot-en voelen zich als kinderen opnieuw.
Men vormt een kring en danst om den
boom, onder het zingen vau Kerstliederen.
Men geefu elkaar die geschenken, die de
leukste verrassingen veroorzaken. De avond
wordt verder doorgebracht met spelen,
voorlezingen, enz.
De eerste en tweede Kerstdagen zijn uit
sluitend kerkelijke feestdagen, die god
vruchtig worden gevierd.
In Zweden is de Ke-rstgcwoo'nhe oDgcveer
dezelfde. Het feest begint met den "VVeih-
naehtsabend, 2-1 December, op welken dag
vooral dc inkoopon worden gedaan,
's Avonds heeft (evenals in Denemarken)
het brij-maal plaats, waarna do uibdeeling
der geschenken, óók in de armste wonin
gen, geschiedt.
In den Kerstmorgen is men reeds vroeg
uit de veexen. De kerkdiensb begint om 6 of
7 uur. op het platteland nog vroeger. In
sleden rijdt men naar de kerk, terwijl men
in de handen toortsen houdt, die echitteren
alg sterren in den vroegen, heiligen Kerst
morgen.
Na den kerkdienst, die gewoonlijk zeer
plechtig is, keeren allen huiswaarts en het
plechtagste deel van Kerstmis is geëindgd.
Het Kerstfeest wordt echter beschouwd
voort te duren tot den 20en dag na Christus'
geboortedag, dus tot 13 Januari. Dan is het
tijd om den Kerstboom te „plukken",
waarmede de laatste sporen van oxersttnifl
verdwijnen.
Kort vóór Kerstmis worden in de steden
markten gehouden, die vooral druk bezocht
worden door de dorpelingen, die er koopen
of verkoopen wat er voor het feest noodig
is.
Hot Kerstfeest begint in Noorwegen in
don vooravond om 4 uur met een kerkdijken
dienst, vooral voor de kinderen. Tot zes uur
hoort men heb kleppen der kerkklokken
het feest wordt, zooals men 't ginds noemt,
ingeluid. Heb land, welks bevolking voor
namelijk Drotestiantsch geloof is toegedaan,
viert de beide Kerstdagen met een plech
tiger) kerkdienst. De teksten en preeken
rijn door de regeenng vastgesteldvoor den
eersten dag, het eerste vers van het tweed©
hoofdstuk van Lucas, voor don tweeden
dag, het 3-io vers van het 23e hoofdstuk
van Mattheus. Den oorsten dag draagt de
predikant over zijn zwart© predikantsklee-
ding een langen, witten mantel. Zoo mo
gelijk begeleidt een klein orkest te zamen
met het orgel het ringen der psalmen. Tij
dens het zingen van een psalm, die voor het
geheele land is vastgesteld, blijven alle ge-
loovigen staan.
Alle handelszaken moeten op den voor
avond van Kerstmia om 6 uur sluiten. Den
eersten Kerstdag wordt er ook geen post
bezorgd.
Het Kerstfeest is in Noorwegen het fa
miliefeest, meer nog het feest der kinderen.
Do Kerstmis-vooravond is door alle Noor-
sche kinderen reeds lang met vreugde en
verlangen tegemoet gezien Dan is het 't feest
van den Kerstboom. Hand in hand danst
men om den boom, onder het zingen van
Kerstliederen.
Na een eenvoudigen maaltijd verzamelt
zich hot geheele gezin wederom, om zich
aan noten, vruchten, koekjes, suikerwer
ken, confituren cn wijn te goed te doen.
De andere dagen worden er meest fami
liefeesten gevierd, particuliere en publie
ke bals worden gegeven en amor speelt
dan een groote rol. In die dagen worden
„Dio laffe huichelaar, dacht. Elise en
doordat zij boos werd, kwam zij ook geheel
en al tot bezinnen en zeide:
„Ik geloof het hee.1 duidelijk gehoord te
hebben, maar ik kan mij ook vergissen;
daarenboven is het ook hetzelfde. Wilt ge
als-je-blieft de deur openzetten, zoodat we
zien kunnen, als ik de laatste kaarsjes uit
blaas?"
Do jonge man hoorde ternauwernood wat
zij zeide en riep driftig: „Ik dwaas, waar
om houd ik alleenspraken; mijn mond
spreekt, zonder dat mijn hart er iets van
weet. Zoo iets gebeurt anders alleen in
treurspelen."
„Wilt ge nu als-je-blieft de deur open
doen herhaalde Elise, om een eind te
maken aan het onaangename gesprek. „Ik
doe zoo de kaarsen uit!"
Plotseling schoot er een lichtstraal door
de ziel van don jongen man. Hij trad op
Elise too, greep haar hand en hield die
vast niettegenstaande haar tegenstreven.
„Nu weet ik hetl" riep hij vroolijk
lachende als iemand, die een gevat bezwaar
heeft overwonnen. „Hoe is er nu toch bij
u een zoo groote argwaan ontstaan tegen
een onschadelijk schrijven Ik zat te lezen
in de Roraco en Julia en heb toen zeker
met den dichter dien uitroep geslaakt. Doch
daarbij stond mij een andere naam voor den
geost. Kunt gij hem (raden?"- .vroeg hij
schalks spottend. j (_j_j c_.
zeer veel verlovingen gesloten.
- Vroeger waren nog eenige zonderlinge
volksgebruiken in /wang, die langzamer
hand verdwijnen of reeds zijn verdwenen.
De jongelieden verkleedden zich, verbor
gen hun gelaat achter fantastische mas
kers hoe vreemder hoe beter veran
derden hun stom en gingen dnn hun be
kenden bezoeken. Overal moesten zij ge-
tracteerd worden 1 Een ander gebruik be
staat nu nog onder de jongens. Zij maken
een groote papieren sber, die zij kunnen
ronddraaien en waarin zij op het midden
een brandende kaars zetten. Dan verklee-
den en maskeren zij zich en zetten zeer
hooge kartonnen hoeden op, met veelkleu
rige glinsterende figuren versierd. Zij
stellen „de Wijzen uit het Oosten" voor.
Zóó gekleed, gaan ze gedrieën bijna alle
huizen in de stad af en zingen liedjes over
dc Drie Koningen. Dan houden ze een bak
je gereed om een geldstuk te ontvangen
en nimmer vragen zij vergeefs.
Aan een brief uit Noorwegen, Na-msos
(bij Drontheim), zij nog het volgende ont
leend
Als allen hun geschenken in ontvangst
hebben genomen, neemt men elkaar bij
de hand en vormt een kring om den Kerst
boom cn zingt het „Stille Nacht, Heilige
Nacht".
Dan is de tijd voor het avondmaal aan
gebroken. Aan de tafel zitten alle leden
van het gezin, alsmede de dienstboden, en
dikwijls ook eenige gasten, opdat niemand
dien avond alleen zou behoeven te eten.
Zij, die alleen wonen, de ongehuwden bij
voorbeeld, worden door de familie geïn
viteerd. Het feestmaal bestaat uit liet tra-
ditioneele varkensgebraad met zuurkool
en rijstebrij. Vroeger at men ook, vooral
op 't platteland, gezouten visch. Een
oud gebruik is 'book, dat men, vóórdat
men van tafel opstaat, gezamenlijk een
lied zingt.
Bij de Polen wekt Kerstmis gevoelens
op van hoop en verlangen. Het versterkt
de hoop en de droomen naar een betere
toekomsteen beter leven.In de
zen heiligen nacht gevoelen allen zich
broeders allen zijn verheugdDan
voelt men, dat Christus werd geboren om
vrede te brengen onder de meuschen, en
dan ontsnappen aan de borst deze ver
zuchtingen Odat de duistrc wolken,
die zich boven ons hebben samengelioopt
en waaruit de donderslagen ons treffen,
verdwijnen Dat bet wreed geweld ophou-
de en de eenc broeder niet langer een vij
and zij voor den andere, dat het eene volk
niet meer den vloek werpe over een an
der volk, dat allen elkaar de hand geven,
om samen te werken voor gemeenschap
pelijk welzijn
Dit zijn do wenschen, die uit het hart
der Polen komen, als zij aan tafel, waar
alle familieleden zijD vereenigd, naar de
traditie het sneeuwwitte brood verdeelen.
Niemand ontbreekt dan. Men komt r
zelfs voor uit het buitenland over, om
deel te nemen aan het gezamenlijk feest
van den Heiligen Nacht. Én door een op
rechten handdruk wenschen de familie
leden elkander geluk.
Voor de kinderen wordt, een Kerstboom
opgericht, terwijl dien avond aan allo le
den van het gezin geschenken wordeD
uitgedeeld.
Een Plum-pudding-Gesehiedcnis.
Koning Lodewijk XVIII van Frankrijk,
die eens op Kerstdag den Engelschen ge
zant ten eten had gevraagd, wenschte, te
zijner eer, een plum-pudding op tafel te
zetten en gaf den chef-kok last daarvoor
te zorgen.
De chef-kok, die van z'n leven zoo'n
„Engelschen koek" niet had bereid, vroeg
en kreeg uit Londen een recept. Zooveel
van dit, zooveel van dat, zooveel rozijnen
en krenten, enz. Het was een allerduMe-
lijkst recept.
Toen 't gedurende het ditner het ge^
sehiktste oogenblik was, werd 'de plum;
pudding binnengebracht.
Zie, mon ami, zei Zijne Majesteit,
ik heb iets voor u laten klaarmaken, uw
nationaal gebak, bereid op uw nationale
manier l
I Maar de gezant, in plaats van te eten,
wreef zijn oogen uit. Want de pl urn-pud
ding werd in een soepterrien opgedragen
en hij moest met een soeplepel opge
schept en van een diep bord gelepeld
worden.
De chef-kok had n.l. inderdaad een uit
stekend recept ontvangen, maar hij had niet
geweten, dat plum-pudding in een doek
wordt gekookt en gedroogd
Elise erkende haar dwaling en zag hoe
verheugd hij was. Haar oogen straalden
ook schalks, toen zij antwoordde:
„Neen, zoo ver ben ik nog niet gevor
derd in het gedachten-ontcijferen."
„Dan zal ik het u zeggen: Elise luidde
dien naam."
„Vergeef mij maar alles, wat ik gezegd
heb en vergeet het maar; het was heel lee-
lijk van mij."
Daar de anders zoo voorzichtige en ver
standige gouverneur in dit oogenblik een
buitengewone opgewondenheid aan den dag
legde en een zeer verdachte beweging naar
juffrouw Elise's mond maalde, werd het ze
ker voor het oenigo kaarsje, daar boven in
den boom, een bleek verlegen ding, dat
door het walmende sterfgeval van zijn laat-
sten makker, hevige stuiptrekkingen scheen
gekregen te hebben te naargeestig om
■een zoo aandoenlijke scène te beschijnen, en
ons tweetal stond eensklaps in hot donker.
Beiden schrikten. Daar glom nog een vonkje,
dat nog eens tegen de j>it opkroop en
eensklaps knetterend opflikkerde en zoo
zijn bestaan eindigde. Dc gouverneur vatte
Elise bij de hand en zeide zacht on met)
aandoening:
„Lieve Elise, nu weet je hoe het- met mij
staat. Mijn hartewond moet altijd ongenees
lijk blijven, al9 uw lieve hand ze niet heelt.
Wilt ge de mijne zijn?"
In plaats van antwoord te geven, viel het
Mistletoe.
Mistletoe, dat is Ide Engelsche naam
voor. een plant, 'die wij noemen: Vogel
lijm, Maretak of Mistel.
Deze plani komt niet algemeen in ons
land voor. Men kan haar vinden in Lim
burg en ook in enkele andere streken
van ons land, ofschoon zij overal in de
laatste jaren zeldzamer schijnt te worclen.
Wij weten, dat de meeste planten in den
grond wortelen en daaruit een gedeelte
van haar voedsel halen. Met de Mistletoe
is dit net het geval. Zij leeft op allerlei'
boomen, meest op appel- en pereboomen,
op populieren, naaldboomen enz. Zij is
oen woekerplant, d. \v. z. een, die leeft ten
koste van een andere plant; een die zich
het voedsel door een andere plant laat
klaarmaken. Ze is duk, wat men in de
menschen wereld een klaploopster, of nog
baast karakteristieker, een -„.uitzuigster"
zou noemen. Maar laat ons er dit direct
bijvoegen: Zij is een fatsoenlijke klaploop-
ster, die ook zelfs nog voedsel bereidt en
die baar gastheer zoo weinig mogelijk last
veroorzaakt.
Bewerken andere woekerplanten soms
den dood van haar gastheer, met de vogel
lijm is dat nu juist niet het geval.
In Frankrijk, waar dc plant nogal veel
voorkomt, de planten, die men bij ons
verkoopt, zijn meestal van daar afkom
stig vooral in de omstreken van Parijs,-
geven de eigenaars van ooftboomen zich
slechts zelden dc moeite ze uit te roeien,
een bewijs, dat ze weinig schade toebren
gen, want het uitroeien zou volstrekt niet
veel moeite kosten, daar de plantjes slechts
langzaam groeien. In die streken waar
'de Maretak veel voorkomt, levert de
plant, talrijk op de takken der boomen
gezeten, een eigenaardig gezicht op. Men
zou op ]$-t eerste gezicht meenen, voor
loofboom.n te staan, die hoewel het mid
den in den winter is, toch nog getooid,
zijn met een flinken bladertooi.
Zoo verhaalt professor Hugo de Vries
'bijv., hoe hij eens in het late jaar, toen
de bladeren reeds lang afgevallen waren,
het koninklijk lustslot Veitshocliheim, in
Beieren, bezocht, dat bekend is om zijn
fraaie allee van groote oude linden. Daar
zag hij tot zijn verbazing, dat de geheele
laan groen was, ten minste uit de verte
scheen dit 7.00. Eerst meende professor
De Vries, dat door bijzonder gunstige
ligging of een andere omstandigheid de
bladeren van dzze boomen nog niet waren
nog niet waic.i afgevallen, maar al spoe
dig bemerkte hij, dichterbij komende, dat
het iets anders was. Aan de groene, met
smalle, lederachtige geelgroene blaadjes
bezetten twijgjes, die hij op den grond,
vond, zag hij, dat het de vogellijm was.
„Het was dus de vogellijm, die hier woe
kerde en zóó talrijk was, dat rij den win
ter in een zomer scheen te herscheppen,"
schrijft professor De Vries.
Juist met Kerstfeest ziet men doze
plant uitgestald; een gebruik, dat eigene
lijk meer van Engelschen oorsprong is,-
maar dat ook in ons land meer en meer
toeneemt. De planten worden dan name
lijk verkocht om voor versieringen ge-
'bruikt Ce worden. Daar, in Engeland,
wordt van deze planten een zeer ruim ge
bruik gemaakt. Ieder Engelschman draagt
zoowel vóór als tijdens en na het Kerst
feest een takje Mistletoe op zijn borst.
In ieder huis hangt een takje boven dö
deur of aan de lamp.
In Frankrijk wordt de plant in de hand
gehouden bij het Nieuwjaarwenschen, de
kinderen loopen met bosjes mistels van
huis tot huis, om onder bescherming van
'den mistel aan allen veel zegen te wen-»
schen. Zeker zijn beide gebruiken nog een
overblijfsel ,van vroeger, toen de mistel
voor heilig gehouden werd. Allerlei sagen
zijn aan Üeze eigenaardige plant ver-)
bonden.
De Kerstboom.
Wie onzer heeft niet als kind met be-»
Wonderende blikken opgezien naar den
Kerstboom, wanneer die met talrijke licht
jes stond te prijken, versierd met aller
hande snuisterijen en behangen met de
geschenken, die liefhebbende ouders of
vrienden ons hadden toegedacht? Wie
heeft niet medegezongen de talrijke fraaie
Kerstliederen en dan ides nachts gedroomd
van al het goede en het mooie, dat ons
weder was geschonken? Met weemoedige
blikken aanschouwden wij dan vaak den
volgenden dag den geplunderden boom
ien e^n pijnlijke indruk maakte het, wan
neer wij enkele dagen later de dienstbode
'den boom, ldie zoo'n diepen indruk op
meisje in zijn armen. Een zalig g©voel door
tintelde hein; hij had wel kunnen juichen;
maar id'e gedachte aan het grafelijk gezin
"bracht hem tot zijn verstand. De familie
bevond zich in d© vertrekken vlak boven
d© zaal.
Hij had nooit h'eel Veel het zijne kunnen
noemenürotech en gelukkig gevoeldo hij zich
thans in het bezit van het dierbar© meisje.
„Meneer de gouverneur," zeide Elise nu
op zachten toon, uu zeg me eens,
vergeeft u mij mijn dwaasheid
„Wel duizendmaal. Uw jaloezie bewijst
mij immers, dat je mij liefhebt. Hoe prettig
is nu het vertrouwelijk spreken."
,3 et is mij, alsof we reeds lang zoo ver
trouwelijk met elkaar geweest zijn. Maar
moeten we nu niet...."
„Liefste Elise. Kijk, daar begint reeds de
eerste moeilijkheid, die wij samen moeten
bestrijden, namelijk om door do duisternis
tot het licht te komen."
„Wij hebben zoo lang in het duister rond-
geloopen, dat het ons nu ook niet moeilijk
zal vallen."
Nu gingen zij naar de zaaldeur toe. Met
de meeste voorzichtigheid geleidde de gou
verneur Elise. Daar hij echter meer op
haar dan'op de richting aoht sloeg, liepen
zij nu hier, dan daar tegen aan, zoodat hij
haar steeds steviger meende te moeien
steunen.
Eindelijk hadden zij de deur gevonden
ons maakte, zagen stukhakkën,- om hem
te verbranden.
Dit laatste nu is geenszins noodig en
van zoo'n gebruikten Kerstboom kan men
heel wïit pleizier hebben. Nadat hij van'
al zijn fraais is ontdaan, bergt men den
boom op zolder of in den kelder tot het
voorjaar op. Haalt men hem dan voor den
dag, dan zullen cle naalden geel gewor
den zijn. doch die kan men er gemakkelijk
afschudden, zoodat <1? naakte boom over
blijft Tegen het einde van April laat men
een hoekje van den tuin omspitten en be
mesten. Midden hierin zet men den Kerst
boom en onder zijn takken zaait men
Oost-Indische kers, welriekende Lathyrus
of ook wel dc mooie bontbladige Japan-
sclie TI op. Bij het opkomen zal men wel
licht enkele jonge plantjes aan dc takken
van den boom moeten vastbinden, doch
'eenmaal aan het doorgroeien, zullen deze
klimplanten zich er van zelf aan vas*-»
hechten, zij zullen de takken en twijgen'
omwinden en midden in den zomer zat
als het ware nieuw leven aan den dor
ren Kerstboom gegeven zijn, 'de bloem
festoenen zullen van de takken afhangen,
en de kinderen zullen opnieuw met be;
wondering tot den Kerstboom opzien en
hem wellicht nog mooier vinden 'dan tij-»
'dens het Kerstfeest. Zoo kan een Kerst-»
boom twee keer diens? doen.
Zwanen als Kcrstmislckkcrnjj.
Onder de genietingen van extra fijne
keuken spijzen, die men niet Kerstmis op
tafel brengt, behooren in Engeland de
gebraden jonge zwanen; zij gelden voor
een bizonder fijn cn exquis gerecht. In
het bizondcr aan de tafel van den koning
mag deze delicatesse niet ontbreken, maar
ook staan andere rijke, menschen zich deze
luxe toe.
Dc smaak van een gebraden zwaan lijkt
op dien van een gans. In vorige eeuwen
kon men dit gerecht meermalen op de
schotels van voorname personen aantreffen,-
doch in latere tijden is de zwanenfokker#
wat in verval gekomen en daar de zwa
nen zich slechts langzaam vermeerderen,-
behoort heden ten dage een gebraden,
zwaan tot de tamelijk kostbare schotels.
Zoo wordt met Kerstmis wel f 24 per
zwaan betaald, daar uit dc zwanenfokke-
rijen Van (den koning slechts weinige
exemplaren in den handel komen; de zwa-
nenfokkcrij op de openbare wateren, even
als die, behoorende aan sommige steden,-
staan onder strenge beschermende wetten;
zoodat slechts uit particuliere zwanenfok*
kerijen dieren op de markt kunnen komen.
De koning smult van een gebraden
zwaan alleen met Kerstmis. Zijn lievelings-»
gevogelte is de watersnip; en de kwartel
maakt hem de andere dagen van het jaar,
zyn tafel aangenaam.
Kerstfeest in do Talen.
De „stille, heilige nacht," waarin Chris»
tus geboren werd, heeft in het DuitscK
aan het Kerstfeest den naam gegeven. Niet
echter bij alle Duitscliers, want de men»
schen aan den waterkant, vooral deFrie»
zen, hebben den naam van het vroeger
omstreeks Nieuwjaar gevierde heidenschc
feest behouden, nl. Jul „Julin," heet een.
nacht in zwelgerij doorbrengen. Het woord
„weihen" was den Friezen slechts bekend
in de beteekenis trouwen (aan het altaar).
Van He Friezen namen de Denen het
woord „jul" over, het heeft met het Deen-»
sche woord „hjul" (rad) niets te maker;
zooals men vroeger veel aannam. In r'e
oudste tijden ran Engeland gebruikte men
hetzelfde woord, schreef het echter tame
lijk willekeurig gehul, g-eol, ook yull. Thans
spreekt men van Cristmas, en erancens
spreken wij, Nederlanders,- van Kerstmis.
Zeer merkwaardig is, dat alleen de Gear-
maansche volken, ook de Zweden, met1
hun „jul" op de plechtigheid en wijding
van den dag wijzen, de Romaanscheech-»
ter zich vergenoegen met den enkelen;
naam „geboortedag."
De Franschen spreken van „noël, dat
uit het Latijnschc „natalis" verbasterd is;
de Italianen „natale"; de Spanjaarden van
„navidad" en de Bretons van „deiz ncde-
lec," d. i. dies natalis.
fietsen kunnen niet in onze
vestibule worden toecelaten, maar men
vindt buiten ons gebouw fietsrekkew
met kettinc en slot bij het
binnenkomen waarschuw men den
portier en bij het weccaan vraact
men het slot te willen openen
oTi openden haar Helder straalde hun toen
het ganglicht te gemoct en de jonge man
fluisterde zijn verloofde in het oor:
„Zoo, nu is heb eerst© bezwaar gelukkig
overwonnen en tot dank voor mijn geleid©,
vorder ik mijn iood."
Elis© gaf het loon, onbeltrompen genoeg
©n heb fooitje, dat hij daarna zelf nog nam,
was ook zoo min niet.
„Wel to rusten, lieveling," zeide de geluk
kige jongo man eindelijk, „vergeot niet, eena
van mij te droomon,"
„Neen," antwoordde zij op plagenden
toon. „Ik zal van Shakespeare droomen en
hom een ernstig bewijs geven, dat hij door
zijn Julia twee elkander genegen harten bijna
gescheiden had." j
„Zoudb go hem niet liever bedanken,"
fluisterde hij haar met den afscbridskuö
toe, ,,dat hij uw aanstaanden echtgenoot tot
professor heeft gemaakt en beider geluk
heeft bevorderd?"
„Daar gaat de bel. Mevrouw hoeft mij
zeker noodig," zei Eliso» zonder op het gej
vraagde antwoord te geven, en sneldo hoen.
Zoo eindigde de verloving onder den
kerstboom, dio het gevolg had. dat ©en half!
jaar later mijnheer de professor juffrouw
Elise als zijn beminde vrouw in z^jn hpifj
bracht.
x