Heyst op don Berg, Westmeerbdeck, Nor- der wij ck on Morekhovcn bezet. Waarschijnlijk zijn het dezelfde troepen, die door Belgisch. Limburg gekomen zijn, Beverloo en Leopoldsbrug- beschoten hebben en slag hebben geleverd met onze voor posten tusschcn Moll en GfKeel. Overal hebben zij de dorpelingen opge jaagd maar Antwerpen, waar Zondag don heelen dag weer vluchtelingen bij duizenden toestroomden, strompelend onder den droe ven last van alios wat zo nog hebben kun nen redden. De gevechten hij Aalst. Betreffende het gebeurde bij Aalst wordt nog medegedeeld, dat de stad Vrijdag door- 8000 Duitschcrs werd aangevallen. Deze hadden Zaterdag deelgenomen aan een ge vecht, waarbij zij verslagen waren en door de Belgen tot in de stad achter volgd werden. Hierop lichtten zij hun batterijen op de Hekelghem, van waar zij bommen wierpen op de nieuwe wijken. Het station, de Nieuwe Kerk, en het College werden door verscheidene pro jectielen geraakt. Verscheidene gebou,\ven vlogen in brand. Achter den rechteroever van de Dender verschanst, poogden de Duitschers den opmarsch^ der Belgen te stuiten. Zelfs trachtten zij den linkeroever te passeeren, daar zij meester waren over de drie bruggen over de Dender. Zij werden echter door mitrailleurs gedwongen over Aalst terug te trekken. Gedurende deze actie hebben de Belgen vier kanonnen buitgemaakt en 800 gevan genen. Maandag kwamen de Duitschers opnieuw opdagen. De stad was nog niet geheel door de inwoners verlaten, hoewel Zondag een groot deel gevlucht was en het gevaar zeer dreigend was. Maandag morgen evenwel vernamen de Belgische troepen, dat Duitschers kwamen opzetten uit de richting van Hekelghem en het ge hucht Melbecke. De inwoners ontvingen om zes uur 's morgens den dringenden raad de stad zoo spoedig mogelijk te ver laten. Deze werd hierop door alle inwo ners ontruimd^ Sommigen begaven zich te voet tct Quadrecht en vervolgens per trein naar Gent, anderen legden den weg geheel te voet af of maakten gebruik van voertuigen, waarin zij zooveel mogelijk hun have en goed meenamen. De stad was thans geheel verlaten en de Duitschers rukten er binnen. Dc Duitschers in Frankrijk. De officieel© Fransche kennisgeving van gistermiddag drie uur zegt, dat op den Franschen imkeivleugel, ten noorden van de Sommo en tussehen Somme en Oise d© Duitschevs verscheidene aanvallen onder nomen hebben, die afgeslagen zijn. Ten noorden van de Aisne is geen verandering ingetreden. In het centrum, in Champagne en ten oosten van Argonne, hebben de Duitschers zich bepaald tot hevige kauocnades. Tussehen Argonne en de Maas zijn onze troepen, die zeer sterke stellingen tegen over zich hebben, eenigszius opgeschoten. Op de heuvels aan de Maas iu Woevre en op den rechtervleugel (Lotharingen en de Vogezen) is de toestand niet merkbaar ge wijzigd. Wij hebben nog tal van krijgsge vangenen gemaakt. Zij behoorden voorna melijk tot het zevende actieve legercorps, het zevende reservecorps, het 10e, 12e 15e en 19de Duitsche legercorps eindigt dit com muniqué. Het Duitsebe groole hoofdkwartier meld de gisteravond over den strijd in Frankrijk: Up den rechtervleugel van ons leger in Frankrijk zijn verscheidene tot nog toe onbeslist gebleven gevechten geleverd. Op het front tussehen Oise en Maas is het over het agemeen nis tig geweest. Het leger dat de Maasforten aanvalt heeft opnieuw uitvallen uit Verdun en Toul afgeslagen. Het Engclscbe officieele persbureau maakt een beschrijving openbaar van een ooggetuige uit het groote hoofdkwartier over de bewegingen van de Engelsche en Fransche legers. Deze maakt melding van de verwonding bij een tweegevecht in de lucht van een Engelsch vlieger, die de Duitschers voortdurend had bestookt door hot. werpen van bommen in hun stellingen. De vlieger was opgestege in een vliegtuig voor een persoon en werd getroffen door de waarnemer van een Duitsch vliegtuig met twee personen, li ij is er gelukkigerwijze in geslaagd nog binnen de Engelsche linie, na bij een ambulance, te landen. Bij het mooie weer op den 23en en 24en hebben tal van Fransche, Engelsche en Duitsche vliegers vluchten gedaan. Het rapport herhaalt dat de strijd in Frankrijk meer en meer op een belegerings oorlog gaat gelijken en zegt dat de Duitsche staf na den terugtoent van het leger de stel lingen aan de Aisne niet dan na nauw gezet onderzoek kan hebben gekozen. Het is duidelijk dat de Duitschers de mogelijk heid van een defensieve houding niet over het hoofd hebben gezien, toen het strate gische plan van den offensieven veldtocht in bijzonderheden werd vastgesteld. De „Vorwarts" verboden. De uitg. van de „Vorwart-s" is, gelijk men weet, voor onbepaalden tijd verboden. Het laatst verschenen nummer, van Zondag, be vat het volgende artikel: Groote organisaties zijn gevormd en ver rtrekkende maatregelen zijn genomen om „dc waarheid naar het buitenland te bren gen", d. w. z. om naast de Engelsche, Fransche en Russische berichten over den oorlog en den algemeenen toestand de Duit sche voorstelling ingang te doen vinden. Ö>f het overal en in volle mate gelukt, kan hier niet beslist wTorden. In elk geval too- Den de kosten, die men hiervoor maakt, hoe moeilijk het is om voor de Duitsche berich ten vertrouwen te wekken. Men mag wel aannemen, dat het veel ge makkelijker zou gaan, Indien niet dadelijk na het uitbreken van den oorlog, eenige weken lang het verkeer met het buitenland bijna geheel afgebroken was geweeet niet zonder medewerking van de Duitscba mili taire autoriteiten, die daaïvoor ongetwijfeld militaire redenen hadden. Maar dat alleen kan de feitelijk bestaan de moeilijkheden niet verklaren. Men moet teruggaan tot den vredestijd om ze geheel te begrijpen. Er is tegen de Duitschers in het buitenland ook in het neutrale bui tenland sedert langen tijd veel wantrou wen, argwaan en vijandschap opgestapeld, en thans zien wij daarvan de gevolgen. Duitsehland beleefde in de laatste decen nia een economischen opbloei als geen an der land. Dat beteekende in de kapitalis tische maatschappij het opkomen van sterk imperialistische neigingen, waaraan de woordvoerders der belanghebbenden vaak genoeg maar al tc duidelijk uiting ga ven. Dat deed buiten verdenking opkomen en ontstemming, een gevoel van bedreigd zijn althans in- de kapitalistisch-belang- hebbendo kringen, die het hunne deden om het ook breederen kringen in te boezemen. De chauvinisten over de grenzen echter zouden nauwelijks zoo groot succes met hun propaganda hebben gehad, indien hierbij r>og niet iets ander-s was gekomen: Het land dat zoo schitterend opbloeide, was tevens het land dat zijn arbeiders de socialisten wet schonk, dat ook na afschaffing van de ze wet, een chicaneerende politie-regeering had en de gelijke rechten van zijn burgers alleen op het papier der constitutie had staan. Wel stond naast dit Duitsehland het zeer veel ergere Rusland. Maar Rusland was ver verwijderd, behar tigde zijn belangen meer in het verre en naburige Oosten, was met de Westersche mogendheden politiek nauw verbonden en de revolutie van 1905 had getoond, dat de heerschende kringen in Rusland niet heel vast in het zadel zaten. Zoo leek aan het overige buitenland, ook aan de arbeidende klassen in het buiten land, Duitsehland steeds een mogendheid welker heerschappij militarisme en politieke onderdrukking beteekende. Zoo kon dat wantrouwen, die verbittering ontstaan, die onze t>orlogszuchtige tegenstanders in de heerschende klassen bij dezen strijd zoo tegemoet kwamen en die ons bij de neutra le staten slechts met de grootste moeite sympathieën doet verwerven. Zoo is het te verklaren, dat ook uit de kringen der ar beiders in het buitenland uitlatingen kwa men, die zeer te betreuren zijn. Te betreu ren vooral, omdat zij het Duitsche volk als geheel verantwoordelijk stellen voor het geen slechts het drijven van een kleine klasse was, omdat ze generaiiseeren en overdrijven. Zoo kon men bijv. in het Itar liaansch vakvereenigingsblad met droefenis lezen, dat de Duitschers in het algemeen als roovers bestempeld werden, dat men de onzinnige legende verspreidde, dat de Duitsche troepen grijsaards en kinderen in den strijd als levende schilden voor zich uitdreven. De partijgenooten in het buitenland kun nen er zeker van zijn, dat de Duitsche arbeidersstand elke roofzuchtig© politiek ook nu nog evenzeer afkeurt als steeds te vo ren en dat hij voornemens is, de op buit be luste onderdrukking van vreemde volken zoo krachtig te bestrijden als de omstandig heden maar zullen veroorloven. De partij genooten in het buitenland kunnen er ze ker van zijn, dat als de Duitsche arbeiders mede hun vaderland verdedigen, zij daar om toch nooit zullen vergeten, dat hun be langen dezelfde zijn als die der proletariërs in de andere landen, die evenals zij zelf zon der hun wil, ja tegen hun herhaaldë na drukkelijke vredesbe-toogingen in, tot den oorlog werden gedwongen en daar thans hun plicht doen. De partijgenooten in het bui tenland kunnen er zeker van zijn dat het Duitsche volk niet minder humaan is dan eenig ander, waartoe de opvoeding door de arbeidersorganisaties zooveel mogelijk trachtte bij te dragen. Al mogen Duitsche soldaten in de opwinding van den oorlog wandaden hebben gepleegd, onder ons zal er niemand zijn die ze billijkt zoo min als de gruwelen van anderen gebillijkt worden. In het kader der Duitsche persberichten en artikelen past dergelijk geschrijf niet. Evenmin dat wat elders in het blad is opge nomen over Russische gruwelen. De mededeeling, dat de „Vorwarts" niet meer mag verschijnen wordt erg kort ge daan. Het blad schrijft: De militaire over heid in de provincie Brandenburg beeft ons Zondagavond om 9 uur de volgende be schikking doen toekomen: ,,Het verschij nen van de „Vorwarts" wordt hierbij tot nader order verheden. De opperbevelheb ber (w. g.) Von Kessel, veldmaarschalk." Sedert de laat-s'te weken was de „Vor- warts' het eenige Duitsche dagblad, dat nog naar objectiviteit streefde. Reeds werd het door de militaire autoriteiten voor drie da gen geschorst, maar blijkbaar heeft de so ciaal-democratische orgaan zich door deze waarschuwing niet laten intimideeren. De wapenstilstand, waarbij zelfs stationsver koop was toegestaan, die bij het begin van den oorlog tussehen de Duitsche regeering en de „Vorwarts" gesloten was, is dus van korten duur geweest. Op de groote meerder heid der Duitsche socialisten zal de schor sing van hun lijf-orgaan zeer ontstemmend werken. De Keizer ziek? De correspondent van de Times", te Genève meldt, dat het aldaar verschij nende en doorgaans goedingelichte blad ,,La Suisse" een telegram uit Bazel publi ceerde, volgens hetwelk de keizer onge steld is en aan longontsteking lijdt, ver oorzaakt door zijn val in een loopgraaf vol water» De Ex-Mbret wéér Duitsch Officier. Prins Wilhelm von Wied, dio voor .zijn vertrek naar Albanië ritmeester was bij de garde uhlanen te Potsdam, liet in Wcencn polsen, of men daar zijn wensch om weder in het Duitsche leger dienst te nemen zou goedkeuren. Yan toonaangevende zijde is medegedeeld dat de prins weder in Duit se hen krijgsdienst kan treden.. Een belangrijke beslissing. Het marinebestuur te Grimsby maakt be kend, dat van Donderdag a.s. af geen trei ters van neutrale staten moer de havens op de Oostkust van Engeland mogen binnen komen of vandaar uit visschen, doch dat zo wel van de westkust uit mogen visschen. Dit betreft een groot aantal Nederlandsche en Deensche treilers. De Fransche Alpenjagers. In een Duitschen veld postbrief over de berggevechten in de Vogezen wordt ver haald van de Alpen-jagers, de elitegroepen van Frankrijk. De Alpen-jagers zijn prach tige groote en sterke gestalten, goed ge kleed. Zij hebben stevige beslagen schoe nen, slobkousen en wollen dekens. In hun donkerblauw uniform, met hun eigenaar dige mutsen zijn zij in de bosschen haast onzichtbaar. Hun wijze van vechten is eigenaardigzij zitten in de boomen, vast gebonden achter een dekking van loof, zoo dat zelfs het vallen der gesneuvelden hun stelling niet zou kunnen verraden. Zij schie ten nog wanneer de troepen reeds onder hen door zijn getrokken. Wij moesten een boom omhakken, om de schutters te kunnen ontdekken. Onder het marcheeren krijgen wij steeds van alle zijden geweervuur, zon der de vijandelijke soldaten te zien. Daarbij kennen de Alpenjagers den weg zeer goed en hebben zij zich overal genesteld. Alle wegen zijn versperd en ook de gevaarlijke voetpaden zijn onbegaanbaar. Daar de Al penjagers over muildieren beschikken, kun nen zij hun berg-artillerie en mitrailleurs gemakkelijk bewegen. Verschillende hutten en holen verschaf fen de Alpenjagers beschutting; ook de le vensmiddelen zijn daar. Daarentegen liggen de Duitsche landweermannen dag en nacht op den natten grond, zonder beschutting, want tenten kunnen in de nabijheid van den vijand niet opgeslagen worden. Wij hebben een vreeselijk onweder gehad de bliksem sloeg in een compagnie en ver wondde twee officieren. Er volgde een storm op, die zoo hevig was, dat wij niet op de boenen konden blijven staan. Het dragen i van kleeren of verkleeden is onmogelijk. Daarbij komt nog, dat men Roode-Kruis-wa- gens of veldkeukens moeilijk 1200 M. hoog kan trekken. Onze bataljons vechten in de Vogezen voortdurend afzonderlijk. Nu eens is een berg door do Beieren, dan weer door de Franschen bezet. liet déeoreeren van een Vaandel. Gisteren hebben de telegrammen melding gemaakt van het décoreeren van het vaan del van het 29Sste Fransche regiment Deze onderscheiding was om de volgende redenen gegevon. Den 7den September zouden het 22ste en het 23sto Tegiment benevens compagnieën van het 298ste regiment tirailleursgewijs verspreid worden tegen vijandelijke afdee- lingen, die rich op een afstand van 700 tot 800 meter bevonden. Toen de afstand klei ner werd, staken de Duitschers de handen op en riepen: „France, England, amis". De Franschen naderden zonder wantrouwen te koesteren, totdat zij opeens de volle laag kregen. Zij lieten rich echter niet uit het veld slaan en antwoordden met een bajo- netaanval. Daarbij zagen zij het half ont plooide vaandel, waarop zich twee Duit schers gelegd hadden. De fuselier Guille- mard doorstak den vaandeldrager met zijn bajonet, terwijl korporaal Michalet zich op den anderen man wierp, om Guillemard en sergeant Antoine in staat te stellen zich van het vaandel meester te maken. De Engelsche Vaandels. Sedert dertig jaren ontplooien de Engel- schen hun vaandels niet meer in veldsla»- gen, maar bewaren rij ze voor de manoeu vres of voor feestelijke gelegenheden. Dit gebruik dateert van 1882, toen de hertog van Cambridge, na den Egypt.ischen oor log, niet meer wou toelaten, dat om een vaandel, waarop het scherpste vuur der vijanden gericht werd, de beste troepen neergeschoten werden, zoodat de verdedi ging van een vaandel, dikwijls evenveel ■offers kostte als de inname van een vesting. Reeds in vroegere oorlogen hadden de En- gelschen het vaandel al wel in het kamp achtergelaten, voof het eerst gebeurde dat in den strijd om Delhi (Britsch ludië), die Lord Roberts in 1857 leidde. Een gevolg is, dat de Engelsche troepen het vaandel geringschatten en het als ballast beschou wen. Menig veldteeken, waaraan schitte rende herinneringen verbonden zijn, heeft dan ook een oneervol einde gevonden. Zoo moet een Londensch koopman een divan hebben, bedekt met een vaandel, dat ge durende de driejarige vergeefsche belege ring van Gibraltar door do Spanjaarden (17791782) op het hoogste punt der ves ting wapperde en door tal van kogels door boord werd. Een ander vaandel, dat in de veldslagen van Wellington in Spanje en bij Waterloo woei, werd niet lang geleden door een Engelsch verzamelaar bij een vod denkoopman i» het oosten van Londen ge- yonden. Van het Oostelijke Oorlogslcrrcin. De militaire medewerker van de „Ti mes" schrijft: De berichten melden overeenstemmend, dat de Oosrenrijksch Duitsche legers zich concentrceren op c'e linie KrakauCzen, stochowWieiiniKalisch, en dat zij de linie van de Warta hebben bezet. Op dit front, dat een 200 K. M. lang is, schijnen de Duitschers te verwachten, dat de eerst volgende groote slag op het Oostelijk oor- logslerrein zal plaats hebben; op verschil lende punten van dit front zijn reeds ge. vechten van troepen van alle wapenen ge meld. Dc linie Kralcau Ivdisch is niet het front, waarop de Duitschers hadden ge hoopt en gev/cnsch: tc strijden, maar zij zijn gedwongen op dat front te strijden, omdat zij er niet in gc-dingd zijn het Üus, temijksche J< :,cr, toen het in no M v. a.s, voldoend kuip te ver"..- mu i en cioc den het hun evenmin is gelukt orn ju het Wcs., .teil in.dfe .e.er_ste laaandcn vnn ,dc.p obrlog een beslissende overwinning te be halen, gedurende welken tijd zij echter hun bondgenoot hebben laten verplette- ten. De Russen staan te Rzeszow 150 K.M. van Krakau af en het zal dus nog eenige dagen duren voor de vereenigde Russische strijdkrachten de Oostenrijkers en Duit- schers opnieuw zullen aanvallen. Het Duitsche groote hoofdkwartier meld de gisteravond dat op het oostelijke oor logsterrein Russische aanvallen van over de Njemen in het gouvernement Soewaki ondernomen, verijdeld zijn. Op de vesting Osowiec Reeft het zware geschut de be schieting begonnen. Het Oostenrijksehe oorlogspersbureau meldde gistermiddag officieel, dat in ver band met de nieuwe krijgsverrichtingen, begonnen door de verbonden Duitsche en Oostenrijksch-HongaarsChe strijdkrachten; de Russchen aan beide kanten van Idesn Weichsel aan het terugtrekken zün. Een sterke troep Russische ruiterij is door de Oostenrijksehe tr°ePen bij Biecz f30 K.M. ten Z.O. van .Tarnow) uiteenge slagen. Ten noorden van den Weichsel zijn weer verscheidene divisies Russische ruiterij door de verbondenen teruggedreven. liet Moblllseercn ln Rusland. Een galoppeerende Kozak met een rood vaantje aan zijn lans waa onze eerste ken nisgeving, dat Rusland oorlog voerde. Van de brug een er boot op de Irtisj-rivier kon den we hem waarnemen. Zijn pittige kleine pony hield gemakkelijk onze boot bij en we konden duidelijk zien hoe hij te werk ging. Hij sprak telkens groepen kameraden aan, die bezig waren met 't inhalen van hun oogst we zijn hier in het Kozakken- land dan werd er wat gegesticuleerd, er werden paarden gehaald, beetegen, en bin nen vijf minuten waren de oogstvelden der groote Siberisohe steppen beroofd van hun mannen. Dit herhaalde zich met bijna ver velende nauwkeurigheid dien heelen lan gen zomerdag, en 't is aan deze organisatie te danken, dat wij bij onze aankomst te Semipolatinsk, een steppe-stad op 600 mij len van den spoorweg, niet minder dan 30,000 volledig gewapende en uitgeruste Kozakken aantroffen, binnen 4 dagen na 't uitbreken van de vijandelijkheden.... Ziehier een fragment uit een brief van Alan Lethbridge aan de „Daily Tel.", waarin hij de mobilisatie in Siberië be- eohrijft. De Krijgsbedrijven der Serviërs. De „Times" heeft een bericht uit Walië- wo over de krijgsbedrijven der Serviërs aan de Drin. Na de nederlaag der Oostenrijkers Wj Ja- dar, ontruimden de Oostenrijkers hot Ser vische gebied en, met het oog op de succes sen der Rlïssen, brachten zij hun vierde legerkorps, een deel van het zevende en een divisie van het negende over naar Qac Hcië. Eohter besloot de vijand toen, naar het schijnt, dat zijn prestige als Groote Mo gendheid eischte, dat het althans eenig suo- oes al was het maar weinig tegen Ser vië zou behalen. Daarom werd een nieuw offensief begonnen, nadat eerst voorzorgen waren genomen om een bevredigenden af loop van die onderneming te verzekeren. De divisies, die in Noord-Bosnië waren ge bleven, maar door vroegere Servische over winningen tot op de halve sterkte waren gereduceerd, werden met nieuwe divkdee tot het gewone effectief aangevuld. Het plan der Oostenrijkers was blijkbaar een krachtige concentratie uit te voeren bij de samenvloeiing van de Save en de Drin en een overweldigende macht over de grens te brengen tussehen Losnitza en Ljoebofje. Op 7 September stond het 8ste legerkorps van de Oostenrijkers bij Bjelina, het 9de bij Mitrovitza en Jarak, het 13de bij Les- nitza en Losnitza, het 16de en een deel van het 15de bij Strebenitza en Zwonrik. Ver der nog divisie bij Semlin en Wcisbir- chen. Het totaal van de strijdmacht der Oostenrijkers bedroeg 250,(XX) man. Zoo vast was hun besluit, tot welken prijs ook, Waliëwo te bereiken, dat de Oosten rijkers zich niet voldoende rekenschap ga ven van de groote Aerreinmoeilijfcheden, die in dit bergachtige land moeten worden overwonnen. Daar de Servische etei die moeilijkheden kende, verwachtte hij, dat de hoofdaanval verder noordelijk zou plaats vindenen daarom was een betrekkelijk kleine macht voldoende geacht om het aan vallende optreden der Oost-en rijkers te et-uiten. Terwijl de pogingen van vier Oostenrijk sehe legerkorpsen, om Servië binnen te val len tussehen Bjelina en Bossoet, waren ver ijdeld, terwijl een andere Servische macht het binnendringen van do Oostenrijkers tus sehen Lesnitza en Losnitza met zware ver liezen voor de invallers afsloeg, slaagden de Oostenrijkers erin op den 7den met 1 ft divisie in Servië te komen en een sterke po sitie te bezetten ten noorden van Iioobofje. De Serviërs, niet bij machte een zoo uit gebreide linie te houden, trokken terug naar de stellingen. Goutsjewo, Kostajnik en Kroepanje. Deze beweging maakte het den Serviërs, die thans wisten, dat het voor naamste doel van den aanval der Oosten rijkers Waliëwo was, mogelijk versterkin gen te laten aanrukken. Gedurende 12, 13 en 14 September tracht ten de Oostenrijkers eerst het centrum in te drukken en daarna de vleugels achter uit to drijven. Slechts op één punt had den zij succes, n.l. door Goetejewo ten dee- le te bezetten. Hierop gingesj de Serviërs over tot het ontwikkelen van den aanval en na drie dagen van onafgebroken vech ten, begonnen op 15 September, werd de Oostenrijksehe rechtervleugel verslagen en in wanorde op cle vlucht gedreven. De Ser viërs hebben belangrijke posities vermees- terd, waarin zij zich hebben weten te hand haven, in wecrwri van d© verwoede pogin gen der Onst-enujkciS om die positie te her overen. Bloedig-; gevechten hebben plaats gevonden om de hoogten van Goetejewo, Jïoranjc en Jargpdina; en beide partijen '.-..Men zich voor op verdere gevechten, liet barre weer draagt zeer veel bij tot het lijden der troepen _t© velde. Dc jjiEmdcn". D© onvindbare „Einden", die volgens de laatste berichten bij Pondioherry zou zijn gezien heeft naar we meedeeldeu Madras met enkele projectielen beschoten, die geen ander resultaat h,adden dan de vernieling vn eenige olietanks en van de teiegraaf- inrichtdng. Het optreden van die „Emden'*" merkt de maritieme medewerker van dal „Times" op, heeft zeker geen ander doeït dan een gevoel van angst levendig te hou den in de kringen van den Indischen hank del en scheepvaart. Niet zoozeer het ver meesteren van enkele schepen zal het voor naamste doel zijn van den bevelhebber der. „Emdon", maar zijn doel zal vooral zijA oon door zijn optreden het uitvaren d©£ Indische schepen tegen te gaan. De „Times" waarschuwt dat men zicti over zulke ondernemingen van een enkelen kruiser niet bezorgd moet laten maken. Op den voortgang en het resultaat van den oorlog kunnen ze geen invloed hebben, zij toonen alleen hoe onbeteekenend eigenlijk het optreden is van zulke afzonderlijke kruisers, die een operatiebasis missen eh 1 ook over geen bevriende haven beschikken om do voorraden te vernieuwen. De „Fm- den" kan zoolang de voorraad kolen, die ze onlangs heeft ver meest ar d strekt en zoo lang ze nog over munitie beschikt nog voorbgaan met haar actie, zooals nu tegen Madras gevoerd, maar indien zij voor. eenige weken kan verdwijnen en op geheel) ander terrein haar werkzaamheid overbren-| gen, moet ze zeker biDnen korten tijd vermeesterd of in den grond geboord wor-j den. Alleen omdat de zee zoo uitgestrekt ij I en het doel zoo klein, was het mogelijk aan, do „Emden"' om tot dusver aan de talrijk# Briteche kruisers, die jacht op haar maken, te ontkomen. Om den Buit. Blijkens een telegram uit Sofia aan <fc-' „Köln. Ztg." zegt het officieus© blad ,,N£^ rodni Prawa" in ©en hoofdartikel, dat bij^ de edndregeling van dezen wereldoorlog ooïd aan Bulgarijo moet gedacht worden. Zijö neutraliteitspolitiek heeft een verderstrek* kond doel dan alleen de integriteit v&a$ zijn tegenwoordig bezit te waarborgen. „Wita moesten" zegt het artikol „eenmaal* voorbereid zijn bij het begin van den huRi digen oorlog, driemaal voorbereid moetcf wij zijn bij het einde." De stemming in Zuid-Afrika. f Botha hield voor zijn kiezers in Tran^l) vaal een indrukw ekkende redevoering»' waarin hij do houding der regeering meS. betrekking tot den oorlog verklaarde. verklaarde, onder toejuichingen, dat, daa£, Zuid-Afrika een deel is van het Britsch$' rijk, het ook tot de oorlogvoerende parv tijen behoort. Het was dwaasheid, ovejf' neutraliteit van Zuid-Afrika te sprekeür Botha spoorde, in het vervolg van zijlï1 rede, de Zuid-Afrikanen aan, de regeerinflb' te steunen. Hetgeen hij gehoord had ovejf. Duitsche plannen, Betreffende Zuid-AfrL ka, was in staat, de grootste verontwaar^ diging te wekken. De -Duitsche keizer wil* de voor het nageslacht een tweede Napo'4? leon zijn en hij dacht, dat Zuid-^frikQ. een goed kolonisatie-gebied was voof1 Duitschland's overbevolking. Nadat Botha verklaard had, dat djgj\ Zuid-Afrikoanscke Unie mede moest spré"«7 ken als een definitieve regeling, betreffen#^ de Duitsch-Zuid-West-Afrika, getroffety'i werd, wees hij onder groot© toejuiching] der aanwezigen op hetgeen Nederland^} België en Frankrijk voor de Boeren dö-~| d©d gedurende den Zuid-Afrikaanschenj oorlog en stelde dit tegenover de beslistD vijandige houding van Duitsehland, toeni het zag, dat do kans keerde. Er kon geeü'l sprake zijn van vrijheid onder het bo») stuur van den D.uitschen keizer. Bothal hield vol, dat Duitsehland het eerst hefi) grondgebied der Unie schond, maar dit was een punt van on lergescliikt belangd Hoofdzaak was, dat Zuid-Afrika zich oorlog bevond en zijn plicht moest doen'./' De president van de Kamer voor het - Mijnwezen te Johannesburg heeft kenniijp gegeven van een schenking van de zijd#\ der Kamer van 30.000 voor de inrichting van een hospitaalschip. Hij drukte daar«1 bij hot vertrouwen uit, dat de goudmift"] nen goud zouden blijven produceeren, heW welk een belangrijk wapen zou kunnen; worden bij de beslissing der overwinning van de geallieerden. Er wordt nog steedg^ van groote geestdrift blijk gegeven iA Zuid-Afrika voor de toewijding van Bo* tba, die zich aan het hoofd heeft gestel^ der strijdmachten, die tegen Duitschlantjf gericht zijn. 'j Het werpen van Bommen uit Vliegtnigenj In een sarcastische beschouwing over hotf werpen van bommen door do Duitschers bert ven Parijs, zegt de N6w-Yorksehe editie] van de „New-York Herald" „Men znoeffi niet vergeten dat Parijs niet in staat vaa$ beleg is en er geen spoor is van een bom& bard-era ent, behalve dan uit de lucht. Dal menschen die door de bommen gedood woz$ den zijn noncombattantcn. 7 „Zouden wij twijfelen aan den roem vad zulk een overwinning? Wij denken er nie? aan! Wat een triomf voor do Duitsche heg Beharing, om met behulp van Krupp dej wereld te verheffen 1" ,7 Wonden en Dum-duius. Bij de gedachtewisseling over dum duntf«) kogels kan van belang zijn wat dr. Rcehar<f) rGzer dagen in dc Parijsche ,,New York, Herald" heeft geschreven, n.l. dat meffi onmogelijk ui den aard van de wond we'J tenschappelijk kan vaststellen, dat zW d«..or ten dmn-dum is veroorzaakt. HoJ) projectiel kan toch, voor hot in hof lichaam dringt, een hard voorwerp hob* ben geraakt een geweer, een sabel, eelïs uniform knoop en daarbij aan do spitijf plat zijn gpetrukt, zoodat het in hep lichaam als een dum-dum-kogel werktó* Alleen uit niet afgeschoten patronen, fcj*

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1914 | | pagina 2