16745
Maandag 38 September.
Tweede Blad. A0. 1814.
Officieeie Kennisgeving.
FEUILLETON.
LEirsci
DAGBLAD
IN K 0 M STEN 11 ELA STIN G
Burgemeester en Wethouders van Lei
den, brengen in herinnering dat den
30stcn September c.k., de 3de termijn
vervalt van de Plaatselijke Inkomstenbe
lasting, dienst 1014, en dat alzoo op den
lsten October minstens de helft van den
aanslag moet zijn voldaan.
Zij noodigen mitsdien belanghebbenden
uit om, ter voorkoming van vervolgings
kosten, tot de betaling van het ver
schuldigde ten kun lore van den Gemeente-
Ontvanger over te gaan."
Voorts zij er. op gewezen, dal nu in deze
ernstige tijdsomstandigheden vele uitgaven
van de gemeente gevorderd worden, het
een dure plicht is, dat de belastingschuldi
gen er zorg voor dragen dat, evenals hun
huishuur en andere schulden, ook hun
belastingpenningen stipt op tijd worden
voldaan, liet verdient bovendien aanbeve
ling om, zoo mogelijk, den gehceJen aan
slag te voldoen.
Burgemeester en Wethouders voornoemd.
N. C. DE GIJSELAAR,
Burgemeester.
VAN STRIJEN,
Secretaris
Leiden, 26 September 1914.
VERGADERING VAN
DEN GEMEENTERAAD VAN LEIDEN,
op DONDERDAG, 1 October 1914,
des namiddags te twee uur.
Te behandelen onderwerpen
Voorstel tot boatendiging van J. M. N. Kapteyn
in de betrekking: van leeraar aan de Jïoogere
Burgerschool voor Jongens. (205)
Verzoek van J. A. Schreuder om bestendiging
ln do betrekking van Stadsgeneesheer. (212)
Verzoek van B. M. Noaoh om toestemming tot
het geven van onderwijs aan do bijzondere Hoo-
gere Burgerschool met 5 Jarigen cursus te Voor
schoten. (207)
Voorstel tot bestendiging van de huur van heb-
winkelhuis Brec-3traat No. 94 aan de dames Th.
Bayer en 21. Ooddljn. (208)
Voorstel tot beschikbaarstelling van gelden
voor het slaan von oen nieuwe pijpwel op hot
terrein, van het Opoubaar 'Slaohthuiu. (209)
Verzoek van A. D. Vijgh e. a. in zake de ge
regelde spuiing der stadsgrachten. (210)
Verzoek van P. B. V. Quartero e a. om over te
gaan tot het maken van een trapbrug over den
overweg d r Boll. IJz. Spoorweg-Maataohappij aan
den Rijnsburgerweg:. (211)
Vaststelling van het lsto suppletoir kohier dor
plaatselijke direoto belasting dienst 1914. (213)
Vaststelling van hot forensenkohier der plaat
selijke directe belasting, dienst 1914. (214)
Gemeentezaken.
Benoeming Leeraar II. B.-S.
Onder verwijzing naar het voorstel van de
Commissie van Toezicht op het M. O. en het
advies van den Inspecteur geven B. en W.
den Raad in overweging, om den heer J.
M. N. Kapteyn, leeraar in de Hoogduitsche
taal aan het gymnasium alhier, bij Raads
besluit van 2 Sept. 1913 voor één jaar be
noemd, tot leeraar in bet Duitsch aan de
H. B. S. voor Jongens woder voor den tijd
van één jaar in die betrekking te bestendi
gen en om de bezoldiging van dezen tijde-
lijken 'leeraar, aan wien 4 lesuren per week
zijn opgedragen, vast te stellen op f400
's jaars.
Vergunning tot les geven.
Naar aanleiding van een desbetreffend
verzoek van den heer E'. M. Noach, leeraar
aan de H. 13. E. voor Jongens alhier, ge
ven B. en W. den Raad in overweging dezen
toestemming te verleenen les te^geveu aan
do bijzondere H. B. S. te Voorschoten, mits
hij zoo noodig op de gewone schooluren
steeds beschikbaar zij voor de H. B. S. al
hier.
Bestendiging van huur.
Op 14 October a. s. eindigt de htiur vau
het winkelhuis aan de Breestraat no. 94,
voor den tijd van twee jaren verhuurd aan
de dames Th. Bayer en M. Goddijn voor de
som van f 675 per jaar. Overeenkomstig den
wensch der huursters geven 13. en W. den
Raad in overweging tegen denzelfden huur
prijs en onder dezelfde voorwaarden dezen
huur voor den tijd van één jaar te bestendi
gen met de bepaling, dat de huur wordt ge
acht telkens voor één jaar te zijn verlengd,
indien zij niet vier maanden vóór het ein
digen van het huurjaar is opgezegd.
Een nieuwe Watervoorziening op hel
Terrein van het Openbaar Slachthuis.
Naar de Commissie voor het Openbaar
Slachthuis mededeelt, is er, ten gevolge
van het steeds toenemend gebruik van het
koelhuis, alsmede in verband met den gróo-
ten omzet van ijs in den afgeloopen zomer,
een belangrijk tekort aan koelwater ont
staan. Het gevolg hiervan is geweest, dat
in ruime mate gebruik moest worden ge
maakt van singelwater, hetgeen echter met
het oog op zijn hooge temperatuur in do
zomermaanden voor het beoogde doel min
der geschikt is. En aangezien nu de op het
slachthuisterrein aanwezige bron slechts een
capaciteit heeft van 20 M\ per uur, terwijl
ongeveer 40 M\ koelwater per 'uur noodig
is, verdient het, naar het oordeel der Com
missie,- aanbeveling, tot het slaan van een
nieuwe pijpwel met een capaciteit van
50 M\ koelwater per uur over te gaan. De
daarmede gepaard gaande kosten, die over
4 jaren zouden kunnen worden verdeeld,
worden door haar geraamd op 1000, tegen
welke uitgave 'het minder steenkolenver-
bruik ruimschoots opweegt.
B. en W. kunnen zich met het voorstel
der Commissie zeer goed vereenigen. Slechts
komt het hun voor, dat de kosten niet.over
4 jaar moeten worden verdeeld, doch defi
nitief uit geldleening kunnen warden ge
vonden, aangezien hier sprake is van een
werk, dat voor een reeks van jaren wordt
gemaakt.
Spulïng ten behoeve van het Rapenburg.
Dóór den heer A. D. Vijgh en 70 anderen
is in een adres bij den Gemeenteraad aange
drongen om voor de# verversching van het
water in het Rapenburg meerdere malen
te spuïejj. Zij zeggen daarin o.m.
In 1907 werd op verzoek van de gemeente
zes maal gespuid, in 1908 zes maal, in 1909
vijf maal, in 1910 drie maal, in 1911 twee
maal, in 1912 één maal, en in 1913 eveneens
één maal.
Wederom zijn wij den zomer genaderd en
de stadsgrachten zien er uit als inkt en het
water verspreidt den meest walglijken
stank.
Mag men in deze niet spreken van mis
plaatste zuinigheid en toonen vorenstaan
de getallen niet ten duidelijkste aan, dat
met de proef „spuiing" niet ernstig is
voortgegaan
Redenen waarom adressanten de vrij
heid nemen, in afwachting van afdoende
maatregelen, die een oplossing geven aan
het vraagstuk „de voorziening van de
Leidsche grachten van verseh water", met
aandrang te verzoeken inmiddels voort te
gaan met geregelde spuiing, zulks op oor
deelkundige wijze en voor zoover het Hoog
heemraadschap Rijnland in staat zal zijn
water in te laten, en vóórts onder nauw
lettend toezicht, opdat aan geregelde
spuiing werkelijk de hand worde gehouden.
B. en W. merken o. a. in hun afwijzend
praeadvies op, dat de jaarlijks op de be
grooting uitgetrokken post van ƒ2000 moet
worden beschouwd als een crediet, waar
uit zoo noodig kan worden geput, doch
geenszins moet het h. i. de bedoeling zijn,
om dat bedrag ieder jaar voor spuiing uit
te geven, ook al is deze niet dringend nood
zakelijk.
Bovendien moet men ook niet vergeten, dat
de beslissing, of zal worden gespuid, niet
uitsluitend van B. en W. afhangt, doch in
I laatste instantie van Rijnland, zoodat de
mogelijkheid niet is uitgesloten, dat, ook
al is h i. spuiing met het oog op den toe
stond van het water gewenscht, deze toch
achterwege blijft. Zoo wérd in de laatste
2 maanden tweemalen jtot Rijnland het
verzoek gericht om de spuiinrichtingen te
Katwijk in werking te stellen, terwijl er
slechts éénmaal is gespuid, aangezien aan
onze aanvrage van 10 September j.l. door
Rijnland niet kon worden voldaan.
Op grond van oen en ander en in aan-
merkig nemende, dat met het oog op de
tegenwoordige tijdsomstandigheden door do
gemeente de zuinigheid moet worden be
tracht, geven B. en W. derhalve in over
weging hen te machtigen aa-n adressanten
te antwoorden, dat alleen wanneer naar
het oordeel van het College van B. en W.
de toestand van het water der stadsgrach
ten dit dringend noodzakelijk maakt en
niet to verwachten is, dat ook zonder
spuiing verbetering in dien toestand zal
komen, een verzoek orn te spuien tot Rijn
land zal worden gericht.
Geen Trapbrug over den
Spoorweg-overgang a. d. Rijusburgerweg.
Verschillende bewoners van den Rijusbur
gerweg- en omgevmg richtten, evenals een
een jaar of zeven geleden, een adres aan
den Raad om het daarheen te leiden, dat de
bovengenoemde verbinding tusschen Lca-
tionsweg en den "Rijnsburgerweg tot stand
kwam.
Naar aanleiding daarvan wendden B. en
W. zich tot de Directi-o der Holl. IJzeren-
Spoorwegmij met de vraag of haar Maat
schappij ook thans nog bereid was evenals
in ÏÖOS de helft der kosten .van een derge
lijke trapjesbrug voor haar rekening te ne
men.
In antwoord op deze vraag, deelde de
Directie mede, dat zij de uitbreiding van het
stotionsempiacement Leiden binnenkort in
studie dacht te nemen. Met het oog op de
wijziging en uitbreiding, die de 6poren in
den overweg Rijnsburgerweg dan zouden on
dergaan, oordeelde zij het oogenblik niet
gunstig, om uitgaven te doen voor een voet
brug, die vermoedelijk binnenkort toch we
der vervangen zou moeten worden. Zij gaf
derhalve in overweging thans niet tot het
makeft van een voetbrug over te gaan.
Het was haar voornemen, zoo schreef zij,
om met de verbreeding van het emplace
ment een verhoogd middenperron tot stand
te brengen. De overweg in den Rijnsburger
weg zou daarbij blijven bestaan, doch moe
ten worden verbreed, aangezien er sporen
zouden bijkomen en de bestaande sporen
zouden worden verschoven. Dientengevolge
zou een bij do tegenwoordige ligging der
sporen passende voetbrug dan niet meer
dienstig zijn, weshalve de Directie het be
ter vond, dat met hot maken van een zoo
danige brug werd gewacht, totdat de nieuwe
liggiog der sporen was vastgesteld.
De kennisneming van een en ander gaf
B. en W. een eenigszins anderen kijk op de
zaak. Nu toch bij de Maatschappij Let plan
bestond, om tot het maken van een verhoogd
middonperron over te gaan, welk perron
vermoedelijk door middel van een aan te
leggen tunnel zou moeten worden bereikt,
rees bij hen de vraag, of het geen aanbeve
ling zou verdienen, gelijktijdig ook een tim
nel ten dienste van voetgangers en fietsrij
ders m den Rijnsburgerweg te maken, in
plaats van de aanvankelijk overwogen trap
jesbrug.
Het aantal traptreden van een tunnel is
uit den aard der zaak veel geringer dan van
een voetbrug, terwijl de doorgang door een
tunnel, vooral voor personen van meer ge
vorderden leeftijd, veel gemakkelijker is
dan de overgang over een trapjesbrug.
Zij wendden zich daarom tot de Directie
der Maatschappij met de vraag, of zij reeds
bij het ontwerpen van haar plannen voor de
de uitbreiding van het emplacement reke
ning zou villen houden met het eventueel
maken van een tunnel voor voetgangers en
fietsrijders van den Stationsweg naar den
Rijnsburgerweg, en zoo ja, of zij dan opgave
zou willen doen van de daaraan verbonden
kosten, welke dan, evenals met betrekking
tot de trapjesbrug, gedeeltelijk zouden kun
nen worden gedragen door de Maatschap
pij en, behoudens goedkeuring vaa den
Raad, gedeeltelijk door de gemeente.
De Directie verklaarde zich hierop blijkens
haar schrijven van 23 Juli j.l. bereid bij het
ontwerpen harcr plannen de mogelijkheid
van het maken van een dergelijken tunnel
te overwegenover de mogelijkheid van
uitvoering en het bedrag der kosten van dit
werk kon zij echter eerst uitspreken, zoodra
haar plannen oen meer vasten vorm zouden
hebben aangenomen.
Alhoewel het aan B'. en W. derhalve nog
niet mogelijk is met bepaalde voorstellen
te. komen, hebben zij toch gemeend den
Ra^id van den stand der zaak op de hoogte
te moeten stellen, terwijl zij tevens verzoe
ken hen te machtigen adressanten te berich
ten, in welk stadium de aangelegenhei;l, in
hun adres ter 3p,rake gebracht, "eckccrt.
Verlenging van den Werktijd aan
de Gasfabriek.
Door Commissarissen der Stedelijke Fa
brieken van Gas en Electriciteit werd in
dertijd sanctie gehecht aan het besluit der
Directie dezer fabrieken, om den normalen
werktijd voor do werklieden, in verband
met de mobilisatie, van 10 tot 13 uur te ver
lengen voor zooverre dat noodig bleek en
ten opzichte van werklieden, die niet kon
den worden vervangen. Nu deze regeling
bestemd is om voor langer dan een maand
te werken en B. en W. daartegen geen be
zwaar hebben, brengen zij deze bestendiging
ter kennis aan den Raad.
Bestendiging van een Stads-genecsheer.
Door B. en W. wofdt den Raad in over
weging gegeven dr. J. A. Schreuder weder
om voor den.tijd van drie jaren te besten
digen in zijn betrekking van stadsgenees
heer.
Suppletoir en Forensenkohier der
Pi. Directe Belasting.
Door B. en W. wordt voorgesteld het lsto
suppletoir kohier der pi. dir. bel. over 1914
vast te stellen met een belastbaar inkomen
van f 207,340 en het forenzen kohier met een
belastbaar inkomen van 207,340.
KUNST, LETTEREN. ENZ.,
Wat ons In Holland geslen 't.
De Vereeniging Zuid-Afrikaansche Voor-
schotkas fee Amsterdam heeft een uitge
breid, fraai geïllustreerd verslag uitgege-
ven van het bezoek der 50 Zuid-Afnkaansche
boeren, aan Nederland gebracht in Juli.
van dit jaar.
Het boek is bestemd om op groobe
schaal te worden verspreid in Zuid-Afrika
en het zal er ongetwijfeld met belangstel
ling weiden begroet. Maar ook menige
Nederlander, die graag over het landbouw
bedrijf wat ziet en leest, die de prachtige
boerenhoeven in de verschillende provin
ciën van ons land kent, voor wien een wei
de met Hollandsch vee een verrukking voor
het oog is, zal het boek met genoegen door
bladeren en de uitnemende keuze der karak
teristieke foto's bewonderen. Amusant is
bovendien het Afrikaansch, waarin de tekst,
naast een Engelsche, is geschreven.
Zoolang de voorraad strekt, zal, tegen
vergoeding van kosten van verzending, een
ex. worden toegezonden op aanvrage bij
den secretaris, dr. N. Mansvelt, Keizers
gracht 389, Amsterdam.
AGENDA VAN DE WEEK.
Maandag
Lejdacho -Sohouwburg. ,.Die Kino-KöDigin'*
Operette. lalf acht.
Woensdag:
Voor3ohoten. Horv. Kerk Bidstond, halfaoht.
Zaterdag:
Leidsoke Schouwburg. „Dc Spaanscbe Vlieg",
Klucht. en% „De Armband", Tooneelspel. 8 uur.
Dagelijks:
Bioscope Variété Théater. Stationsweg. 7 uur.
(Zaterdag- en Woensdagmiddag. Matinée 2 u u r.)
BURGERLIJKE STAND -OMSTREKEN.
AARLANDERYEEN. Bevallen: J. NiemeUèc
geb. Kempen, D.
Overleden: Barend Snel, 31 j., echtgen. van
31. van Eijk.
LEIDERDORP. Geboren: Antoniu3 Johannee
Petrus, Z. van. J. n. Henaing en M. A. de Graaf.
NOORDW1.JKERHOUTQ-e boren: Johmia, D.
van G. Moogekind en A. v. cL Berg. Martinu3,
Z. van Corn. Broekhof en O. Bierman. Jacoba
Johanna, D. van A. de Groot en O. Yeniugs.
Adriana, D. van A. v. d. Raadt en M. Ovor-
pclt. Theodora, D. van" P. Moijer en J. do
Hollander. Theodorus, Z. van IT. A. v. d. Borg
en C. Bakker.
NOORDWIJK. Geboren: Adriana" Maria, D.
van H. van den Raad en M. van Nobelen.
Anna Maria Bertha, D. van J. A. Engelsman en
A. J. van der Post. Simon, Z. van Jao. van
der Bent en J. van Ilemabergen.
Ondertrouwd: Cornelia van B-hijn, 23 j.,.
te Noordwijk. en Jansje Pluer, 18 j., te Leiden.
Gotrouwd: Hendricus Albertus Vink. 23 J„
en Jacoba Groes, 18 j.
Overleden- Willem Schellingerhout. 7 mnd.,
Z. van P. Schellingerhout en G. Jansen. Lovenl.
aangog. kind van het maun. g03l. van A. do Haas
en H. Wijuands.
RIJNSBURG. Geboren: Cornelia en DaniëL
D. en Z. van J. de Mooij en L. de Moo.j.
Gorrit, Z. van C. Noort en M. v. Egmond.
Adriana. D. van J. N. Haasnoot en A. v. Duijn.
Hendrik, Z. van H. v. d. Gugten en J. M.
Zandbergen.
Ondortrouwd: J. J. Dikkebooxn. jm. 23 j.,
te Haarlemmermeer, en J. v. Egmond, jd. 21 J.,
te Rijnsburg.
ZOETERWOUDE. Geboren- Gijsbertua. Z. van
G. van der Hoeven en M. van Velzen. Johanna,
D. van W G. van ïïaastorecht en E. Hillenaar.
Overlcdon: Wilhelmina Petronella Chria-
tiaanse, 74 j.. echtgen. van Johannes Gerwidu*
Hakkenberg.
Kunstenaarstrots.
Slot)
Gedurende meer dan een uur zwierf de
graaf van Brémont door het atelier, blijk
baar levendig geinteresseerd voor wat hij
zag, toen hij plotseling, verrast, stilstond
voor twee stillevens, het eene een mand
met appelen, het tweede een weitasch, mot
wild overvuld. Hij riep uit:
,,Dat is prachtig 1 Dat is verrukkelijk 1
Dat zijn twee meesterwerken!"
Zonder met zijn werk op te houden,
keek de schilder ter zijde naar de doeken,
die men hem had aangewezen, en zeide
onverschillig
„Denkt u dat?"
„Ik denk het zóó, dat ik deze schilde
rijen wil koopen".
Chabrier lachte in zijn baard.
,,Ik moest het wel weten", overpeinsde
hij. „Zijn bankje van duizend gulden
kwelt hem".
Luid echter zeide hij
„Dat hangt er van af".
„Waarvan
„Van den prijs, dien u besteden wilt".
Welnu, duizend gulden voor de twee".
„Zie je welpeinsde 'e schilder.
„Vin It u het goed? Wilt u meer?"
„Neen, mijnheer, ik verkoop mijn schil-
'derijen voor wat ze waard zijn, en deze
zijn niets waardMijn hazen hebben te
korte pooten en mijn appels zijn te plat.
Van twee dingen éénóf u bent een
slechte kunstkenner en mijn geweten ver
biedt me dan om u te bedriegen, óf het
)3 niets dan een voorwendsel van u om me
dat bankje van duizend te laten slikken,
en dat moet ik tot mijn spijt heelemaal
weigeren".
De graaf voelde zich een weinig gekrenkt
on ging zwijgend naast den schilder zitten.
Nu deze zijn nieuwe schilderij gereed
had, zette hij er zijn handteekening onder.
„En voor dat schilderij?" vroeg graaf
De Brémont, die koppig werd. „Kan men
hierover niet tot overeenstemming gera
ken?"
„Niet meer. Het is besteld en beloof I;
vanavond wordt het afgeleverd".
Er viel niets meer te vragen. De graaf
stond op en gaf. Chabrier de hand.
„Ik verlaat uzeide hij. „Maar het
spijt me meer dan ik u zeggen kan".
„Jammer voor u, mijnheer", zeide de
schilder, terwijl hij hem uitliet, „maar ik
wil niet hebben, dat u van me denkt: die
kerel heeft me, omdat ik hem een aalmoes
wou geven, duizend gulden voor een paar
prullen laten betalen. Houd u uw geld, ik
houd mijn prullen".
Toen de graaf weer op straat ston
hield hij don slag. nog niet verloren. Geze
ten in zijn rijtuig, overdacht hij nieuwe
listen en lagen.
Hij vond.
In zijn huis keek hij het adresboek na,
en hij vond al heel gauw de woning van
den kunstkooper, die Chabrier zoo royaal
betaalde. Hij sprak tot zichzelf
„Morgen komt het in orde".
Den volgenden morgen» voerde hij "zijn
plan uit. Al vroeg was hij ter plaatse.
„Wat wenscht mijnheer?" vroeg hem de
winkelier.
„Men heeft me veel verteld", zeide Je
graaf, „van een schilder der nieuwe
school. Hij heet, hij heet Jules Chabrier,
die in het landschap moet uitmunten.
Heeft u een schilderij van dezea grooten
kunstenaar?"
De kunstkooper dacht na, als een waar
handelsman.
„Op het oogenblik", dacht hij, „dat er
naar schilderijen van Jules Chabrier ge
vraagd wordt, gaat die zeker de hoogte
in. Laten wij er van profiteered".
Hij antwoordde dus
„Op het oogenblik heb ik maar één
schilderij van den meestermaar ik mag
er u zeker mee feliciteeren, want het is
een van zijn beste".
Op hetzelfde oogenblik wees de koopman
op een klein dingetje-van-een-schil 'erij-
tje, dat de graaf dadelijk als dat van don
vorigen dag herkende.
Eenige minuten bleef hij er voor staan,
als in gedachten verzonken voor het doek,
dat nogal banaal was, maar goed afge
werkt.
De kunstkooper zong er den lof van
„Hoe goed is de zorg, die er aan be
steed is. Ziet u de kleuren Let u op het
perspectief? Welk een heerlijke overeen
stemming tusschen licht en schaduw".
„Hm, hm, het is niet kwaad", keur le
de graaf.
„Men ziet, dat mijnheer een kenner is".
„Ik wit het koopen. Is het voor hondeH
gulden, honderd vijftig gulden? Ik hou J
er niet van te pingelen".
„Geeft u tweehonderd gulden, en het
schilderij is van u".
„Goed. Ik betaal. Breng het naar mija
villa. Dat is mijn adres".
De koopman boog heel diep, toen hij
den naam las.
„Binnen een uur zal ik het mijnheer
den graaf zelf komen brengen".
„Goed, maar dat is niet alles. Ik wil
veel, verstaat u, vóél werken van dezen
meester in mijn verzameling. Als hij beter
werk levert, betaal ik graag meer. Schrijf
me, als u ieto van hem heeft. Ik koop al
tijd van dien man".
Mijnheer De Brémont redeneerde aldus:
„Zekér zal mijn eerlijke artist van deze
tweehonderd gulden geen stuiver zien.
Maar dit zal gebeurende kunstkooper
zal het werk met alle geweld willen hebben,
en daardoor zal het duurder worden. Wan
neer hij er nu een prijs voor krijgt, za!
de jonge man met de eerzucht, die hR
heeft, zeker beter werk willen leveren,
en dat zal zijn talent ten goede komen"-
Het geschiedde, zooals hij gedacht had.
Nauwelijks had hij den winkel van den
kunstkoopman verlaten, of deze was al naar
Chabrier. Hij vond den artist gereed om
uit te gaan.
„Wat is er nu, mijnheer Chabrier?! Wilt
u niet werken?"
„Neen, vandaag niet meer, om de zon
,,U zult werken."
„Waarom
„Omdat ik uw schulderij al verkocht heb,
en ik moet er dadelijk weer een hebben,
een, dat beter is, verstaat u?! Ik weet, dat
u dat kunt, als u wilt!"
„En voor welken prijs?"
„Voor den dubbelen."
Chabrier liep naar het venster en wees
naar de blauwe lucht.
„Maar kijk u eens, wat voor heerlijk
weer het is."
„Ik bied u dertig gulden."
„Geen wolkje te bekennen."
„Veertig gulden, is 't dan goed?"
„Kijk eens a-:in, mijnheer, als u er vijftig
van maakt, zal ik mijn jas uittrekken."
„Goed, maar u vilt me."
„Heeft u er spijt van
„Ik heb maar één woord. Fn wanneer
levert u af?"
„Overmorgen."
„U verdient goud."
„En u dan?"
De koopman glimlachte nu de koopprijs
de hoogte iDging, moest dit met den ver
koopprijs evenzoo geschieden.
„Ik verkoop mijn schilderijen voor wat
ze waard zijn", had Chabrier gezegd.
Onnoodig to zeggen, dat de graaf er vele
kocht.
Maar dc artist werkte steeds beter en"
nauwkeuriger. Men begon hem te kennen.
Hij zond een wérk naar de Tentoonstelling
het werd aangenomen het verwierf zelfs
den derden prijs. Men roemde hem als een
der eerste landschapsschilders.
Het was het Succes, dat do Fortuin voor
afging. Nooit waren beide machten zoo
goed besteed geweest.
Doch dikwijls geschiedde het, dat Jules
Chabrier aan de oude zorgen terugdacht,
toen hij nog zoo kladde, en een kunstkoop
man een tientje voor zijn schilderijen gaf,
die plotseling „de hoogte" waren inge
gaan. Dat was een raadsel, hetwelk hij nog
moest oplossen. Eens, terwijl hij met hem
praatte, vroeg hij het geheim aan den
koopman.
„Mijnheer Chabrier", zeide deze, „het is
een geheim voor mij, zoowel als voor u. De
waarheid is, dat uw kleine schilderijen een
rijk liefhebber bekoorden."
„Mag ik zijn naam weten?"
„Mijnheer De Brémont."
„Ik had het kunnen raden", dacht do
schilder.
Hij liep naar do villa van den graaf.
„O mijnheer, wat ben ik u niet schuldig",
weende hij, „zonder u, zonder uw hulp, dio
mijn trots heeft teruggesootenzou ik
vergaan zijnen vergeten.. in do el
lende. Ik dan u duizend-, millioen-maal.
De graaf reikte hein de hand.
„Stijfkop", schertste hij. „Mijn bclooning
is uw succes, dat u eerlijk heeft behaald.
Ik ben de eerste, die er gelukkig om mag
zijn.'