FEUILLETON. 1> I A JM A. gemeente een proclamati 3 uitgevaardigd, waarin hij zijn burgers op het hart drukte tegenover de Duitsche soldaten een strikte onzijdigheid te betrachten. Dinsdag versche nen ide Duitsche voorposten in het dorp. Officiciren meldden zich bij den burgemees ter en vier hunner bleven bij hem en zijn gezin logeeren. Men sprak natuurlijk over den oorlog en de Duitschers vroegen den bejaarden burgervader naar do sterkte van het Belgische Maas-leger. De burgemeester antwoordde, dat hij er niets van af wist, tmaar dat hij, zoo hij iets wist, dat toch niet zeggen zou, waarop een der Duitsche officieren hem lachend op den schouder klopte. Den volgenden dag kwamen er we derom twee Duitsohe officieren bij "den bur gemeester. Zij kwamen per auto en konden het met den burgemeester heel goed vinden, dio van zijn kant ook best met de vreemde lingen opschoot. De burgemeester liet uit overmaat van voorzorg do leden zijner ge meente nogmaals samenkomen en nogmaals drukte hij hun op hot hart niets tegen den vijand to ondernemen. „Herinnert men zich, hoe ik in het Duit sohe kamp bezuiden Meseh een troep ge vangen Belgen zag wegvoeren? Welnu, dc burgemeester van Warsage behoorde tot. hen. Toen ik hem zoocven ontmoette, herkende ik dadelijk zijn gelaat en herinnerde ik mij hoe ik zijn gebogen gestalte voor een Duitsohe troe. penafdeeling had zien uitgaan. „Maar laat ik m'et mijn relaas doorgaan. De gevangen genomen bewoners van Warsage .werden dus in het kamp gebracht en daar Werden dadelijk vijf hunner gefusileerd. Ik tnoet het schot hebben hooren vallen. De rug dcT slachtoffers werd ontbloot en de bur gemeester moest ooggetuige van de terecht stelling zijn. Een geestelijke uit dc streek trachtte nog op het laatste oogenblik tus- sc hen beiden te komten voor een man uit [Warsage, dio krankzinnig is. Vergeefs echter, ook deze mdn werd neergeschoten. Hoewel het den gevangenen streng verboden was te «pieken, klampte de burgemeester een offi cier aan, wien hij ook zijn kwaliteit van Belgisch Kamerlid bekend maakte en bij wien hij voor zijn, onschuld pleitte. Gelukkig kwamen juist de twee officieren automobilis ten langs den ongelukkige, die bij hem gast vrijheid genoten hadden, en ook dezen be- zwoer hij niets tegen de Duitschers onder nomen te hebben. Zij poogden hem eenigs- zins gerust to stellen en zeiden, dat hij mo gelijk niet doodgeschoten, maar als krijgs gevangene meegenomen zou worden. Gister morgen om vier uur, na een nacht van doods- angsten, is de burgemeester vrijgelaten en met hem een licel oude timmerman, van wien «.Ho gevangenen uit Warsage getuigen kon 'den, dat deze man nog nimmer een vuur wapen gehanteerd had. Van twee gevan genen wist de burgemeester met zekerheid, dat zij zijn opgehangen en van de overigen vreesde hij wel, dat zij doodgeschoten zijn „Toen men den burgemeester het leven Het, schreef men op zijn pas, dat hij vrij was. In den vroegen morgen heeft hij toen Ba oen tocht van angstige spanning de Ne der 1 an dsehe grens bereikt en even voorbij Eysden is hij opgenomen in het rijtuig van twee Nederlandsche journalisten, die hem Baar Maastricht gebracht hebben. Wij ver lieten den zoo ternauwernood aan den dood ontkomene, toen hij zich, doodop van de èmoties, voor eenige rust in zijn slaapkamer terug ging trekken. Zijn vrouw en kinderen zitten nog in het geteisterd© Warsage; maar in welken toestand? Telegrafisch kan hij hen Biet bereiken." Vernielde Tunnels. Door de Belgen werden de tunnels bij Nasproue en Dolhain, de laatste gelegen bij het plaatsje Limburg, door dynamiet vernield en de herstelling nog bemoeilijkt door eon aantal locomotieven met volle vaart af te zenden tegen de vernielde tun nels, waar zij met geweld tegen de rotsen aanbeukten. De overblijfselen der locomo tieven vormen een hindernis, waarvan de opruiming geruimen tijd zal vorderen. Men is voornemens op alle uit Duitsch- land komende spoorweglijnen op gelijke wijze te werk te gaan bij de vernieling van tunnels. De Franschc en Engelsehe Troepen. Fr a as che troepen zouden reeds in België zijn aangekomen. De „Nieuwe Gazet" deelt moe, dat zo to Leuven staan. Koning Albert ie ook benoemd tot chef van het Fransch© legerkorps in België. Dc „Nieuwe Gazet" schrijft ook, dat Woensdag op verschillende plaatsen Engelscho troepen in België zijn geland. Generaal French, van het Engelscho leger, is, na zich op do bureelcn van den staf begeven to hebben, van het station du Luxembourg te Brussel naar een onbekende bestemming vertrok ken. Generaal French werd hartstochtelijk toege juicht. Er werd „Leve Engeland" geroepen. De burgerwacht, die wegen en bruggen be waakt, heeft de militaire eer bewezen. Als een voorbeeld van de spontane aanbiedin gen die door de. Engelsehe koloniën aan het moederland worden gedaan inzake materiëele hulp, kan worden gewezen op hot feit, dat Canada een troepen-contingent van 20,000 man voor don dienst buitenslands organiseert. De „Daily Tel." verneemt, dat men in do hoog ste kringen een 6poodige militaire inmenging van Engeland voorstaat. Aan het dopartement van oorlog worden met den grootsten spoed alle toe bereidselen getroffen voor den nieuwen 6taat van zaken, door den moedigen tegenstand van het Belgisch leger in het leven geroepen. Men is vol vertrouwen, dat een zoo groot mogelijk deel van het expeditie-corps als gereed is, spoedig zal scheep gaan. In en om Antwerpen. Hoe liet er in Antwerpen uitziet blijkt uit een telegram in de ,,N. R. Öt." d.d. 7 Aug. Op bevel -der overheid zijn gisteravond te 10 uur alle koffiehuizen gesloten. Daardoor kreeg de stad een ongewoon, ietwat geheim zinnig voorkomen. Te middernacht zag men haast geen memsch moer, alleen af en toe het onrustige geloei der booten op de Schelde, of een auto die in dolle vaart voorbijst-oof. Na de drukte van daar straks is dit nachttooneel aangrijpend als contrast. Men zeide me nog, dat de bladen last ge kregen hebben niet meer de burgerij met speciale bladen van streek te brengen. Vannacht zijn 104 Duitsche krijgsgevange nen te Berchem bij Antwerpen in de ka zerne der*genie opgesloten. Zij waren in een hinderlaag rond Luik gevat en zij zullen naar Brugge overgebacht worden, daar wij onze kazernen niet mogen overkroppen. De gevangenen behooren tot het 73ste regiment voetvolk en hooren te Hannover thuis. Zij zien er deerlijk uitze genieten van de rust en de voeding en worden goed behandeld. Onze gemoedelijke Vlamingen beuren ze op, maar zij schijnen er niet gerust in. Een jong officier heeft een gesprek gehad met een collega van de „Matte". „Wij verlieten zeide de officier Hannover Zondag avond, zonder te weten waarheen en hadden geen vermoeden, dat we tegen do Belgen zouden te vechten hebben". Dit schijnt een onwaarheid te zijn blijkens op hen gevon den papieren waren ze van hun garnizoen te Hannover gestuurd naar Malmédy. Een eersten keer konden zij 't Belgisch vuur ontwijken. Zij legden 70 K.M. te voet af. Zij meen en alleen over te blijven van een 2000 man sterk detachement. Uit het ge sprek blijkt dat de Duitschers waanden geen tegenstand in België te zullen ontmoeten, ook dat hun geestdrift gering is. Er is nog een later telegram uit Antwer pen van don volgenden inhoud Heel Antwerpen wandelt in rustige, op getogen stemming over Meir en Keyserlei en geen automobielen, geen dolle jacht meer. Te 7 uur heeft de trein onze dappe ren van het 9de aangebracht. Zij hadden Duitsche pinhelmen op hun bajonet steken en iereneen zong, juichte en jubelde. Zoo even had ik een gesprek met een dokter, die van Luik komt. De le en de 32e Belgi sche divisies zijn het meest getroffen, ae zijn van Luik 'zelf. De meeste wonden zijn aan de beenendo Duitschers schieten zeer slecht, wat aan hun bijziendheid te wijten zou zijn. Treffend, zegt hij, is de slapheid, de wezenloosheid dor Duitschers, Zij moe nen tegen Franschen te vechten en zijn de kluts kwijt. Te Libramont hebben naar een bericht in de Scheldestad wil de Franschen 15,000 Duitschers verslagen. Men verwacht dat dit een geweldigen terugslag te België zal heb ben. Velen keuren af dat de wapenstilstand is toegestaan, anderen zien er een gelegen heid in om onze jongens te laten rusten en de Franschen te laten aanrukken. Een woord van de „Eioile Beige". De „Etoile Beige" waarschuwt de open bare meening in België tegen valsche ge ruchten, uitgestrooid door Duitsche agen ten, die er zelfs geen been in zien leugen achtige telegrammen, onderteekend met na men van Belgische officieren, aan het mi nisterie van oorlog te zenden.. He-t is 't zelfde gedoe als in 1870, zegt het blad. De Duitschers willen het volk moede loos maken on het prikkelen tot hetgeen zij in 1870 om Parijs hebben bereikt: de revo lutie. Maar de Belgen zullen zich niet laten vangen. Gevechten ter Zee. De Londenscho correspondent, van de „Tel" seinde aan zijn blad een en ander over de gevechten ter zee. Te Harwich werden gewonden binnenge bracht, afkomstig va Ti ©en gezonken Duit- sch'on mijnen legger, wiens bemanning dapper gpvochten had. Dc kapitein Van het schip, dio niet gewond was, werd gevangengenomen. Eenigo Duitschers vielen eveneens in han den dor Bngolschon. Er waren onder de gewc-nden verscheid enen, die zeer ernstig ge kwetst waren. Vier hunner hadden beide beenen verloren, terwijl van twee anderen de beide armen waren afgeschoten. Weer een ander had een schot in den rug ge kregen. Later worden weer 52 gevangenen te Har. wich binnengebracht, die bij een tweede ge vecht in handen der Engelschen waren ga vallen. Gisternamiddag werd ©en draadloos tele gram uit Aberdeen ontvangen, waar schepen met gewonden van de Noordzee waren aan gekomen. Het is dus duidelijk, dat ook in de - buurt van deze havenstad tusschen de En gel schen en Duitschers gevochten was. Daarentegen vernam1 die correspondent, dat de kapitein van het Rotterdamsche stoom schip „Beyerland", hetwelk te Newcastle was aangekomen,- gedurende zijn reis geen enkel oorlogsschip ontmoet had. Men had hem in het geheel niet lastig gevallen en hij is Van plan met kolen aan boord morgen terug te këeron. De kapitein was van mëening, dat hij niets te Vreezen had, daar volgens hem' de Duitschers in hun eigen wateren, waar zij zich het veiligst gevoelen, zouden blijven. Weer later werd uit Harwich geseind, dat daar 300 gewonden Werden "binnenge bracht-. Het mèerendeel had ernstige kwetsu ren opgéloopen. Naar men zegt, werden zij gevangengenomen hij een treffen tusschen de Engelsehe en de Duitsche vloot, dat Don derdagochtend zou hebben plaats gehad en waarover alle verdere bijzonderheden ont breken. In de havenstad Grimsby is de staat van beleg afgekondigd en de haven zelf is ge sloten. Toch .geven al die berichten weinig zekers. Zoo is het ook mat de volgende. De Engelsehe vloot, die het eerste zee heeft gekozen, heeft, zoo seint meergenoemde correspondent, naar het schijnt, een overwin ning behaald, ofschoon alles nog in geheinr- zinnigheid gehuld is. Ondertusschen is ook de Engelsehe Noordzee.vloot vertrokken en volgens te Londen verspreide geruchten, zou zij in een ernstig gevecht gewikkeld geweest zijn met. de Duitsche Hoch.See-vloot, dié naar dc Noord .Nederlandsche kust teruggedreven werd, waar de zeeslag wellicht voortgezet zal worden. Dit bericht stemt dus overeen mët de aan de 'Feeders gedane mededeling. De vjjand is verdreven van de Oost-Engel- echë kust, waar dein visschers medegedeeld werd, dat zij tegen het aanbreken van den dag hun arbeid konden voortzetten. Gemeld Wordt, dat de bemanning van een trawler uit Grimsby getuige was van den slag, toen het schip zich bevond 25 mijlen ten N. O. van bet lichtschip van Knole. Uit 1 Jmuiden wordt gemeld, dat de kust- post aan de Zuidwest-pier gisterochtend om de Noord aanhoudend geschutvuur heeft ge hoord op zeer verren afstand. Een daar ontvangen draadloos telegram meldde, dat 19 bodems van de Duitsche hoogzee.vloot zijn aangevallen door de Etogelsche home. en Ka naal-eskaders. D© Duitsche vloot zou ver slagen zijn. Eenige sohepen zonden buitge maakt, andere gezonken zijn. Strijdend zou de Duitsche admiraal probeeren een eigen of een onzer havens op te zoeken. Dg Engelsehe vloot vervolgde de Duitsche oorlogsbodems. A te IJmuiden binnenkomende trawlers melden, dat de Engelsehe vloot van Aberdeen tot aan dc Nederlandsche territoriale wa teren als het ware écn keten van slagschepen en torpodobooten heeft gelegd. Do oorlogs bodems liggen een schotwijdte van elkaar. Ook liet Kanaal is door de Engelsehe vloot geheel afgeslotee- In den namiddag wi?rd te IJmuiden een draadloos telegram ODtvangen meldende, dat wellicht nog hedennacht een Duitsche krui ser een groot aantal gewonden naar hier zou brengen. Van dit bericht werd dokter Van der Horst, leider van het Roode en Witte Kruis mededeeling gedaan, die terstond alles voor de ontvangst in orde liet brengen. De bedoeling is de zwaargewonden in liet vaste gebouw van het Witte Kruis onder te bren gen, de lichtgewonden in de tijdelijke.ba rakken. Tot 12 uur 's nachts is geen Duitsch oor logsschip te IJmuiden binnengeloopen. Men vermoedde, dat het schip met de gewonden naar de Duitsche wateren kon terugkeeren. Al deze berichten kunnen dus als bevesti ging of aanvulling van ons telegram van gisteren, hiervoor ook nog genoemd, worden beschouwd. Van andere zijde meldde men uit IJmui den: Naai- aanleiding van dc berichten, dat een zeeslag nabij Doggersbank heeft plaats gehad en Duitsche oorlogsschepen koers hou den naar de Hollandsche kust, is te IJmui den met groote spoed door de af deeling van het Witte Kruis en de reddingsbrigade „Prins Hendrik", welke zich thans in dienst van het Roode Kruis heeft gesteld, een groote zaal in gereedheid gebracht voor het onder brengen van zieken en gewonden. De hoogst- geplaatste ingezetenen en hun huisgenooten verleen en daarbij hun medewerking, terwijl hulp in allerlei opzichten door een groot aantel inwoners is toegezegd. Alle toebereidselen zijn gereed. De Londensche bladen van Donderdag avond zijn van meening, dat ten oosten der Oiknoy-eilanden (Noordwestelijk van Schot land) een zeeslag aan den gang is. Een Protest van Churchill. Minister Churchill verklaarde in het La gerhuis, betreffende het zinken van de „Amphion", dat het hier en daar leggen van contact-mijnen in zee, waarop neutrale koopvaardijschepen zouden kunnen vergaan, een gebruik in den oorlog was (Toejuichin gen) 'hetgeen door alle naties ter wereld wel overwogen moest worden. (Toejuichingen). De admiraliteit was volstrekt niet veront rust of ontsteld door zulke incidenten, te meer, waar zij maatregelen getroffen had den om zulke gebeurtenissen tot een mini mum te beperken. Dc Geestdrift der Franschen. De Parijsche oorrespondent van do „Daily News" meldt, dat 250 afgevaardigden, dc helft van de Kamorledon. dus, Zondag naar het front vertrekken. Onder hen is de vioe-president der radic. partij. Allen zijn to Parijs vol moed. Men ver wacht dat Rusland binnen veertien dagen een groot leger over dc oostelijke grenzen van Duitsehland zal hebben gezonden en dat de En gelscho en Fransch© strijdkrachten de volgende week in België met do Belgisch© troepen zullen samenwerken. Do afgevaardigde naar den Rijksdag voor Mctz zal in de rijen van het Fransche leger meevech ten. Sedert de revolutie is over Frankrijk niet zóó'n 6torm van eendrachtige geestdrift gegaan. De Italiaansche Pers. Uit Milaan wordt gemeld, dat de „Popoio Roruanohet eenige belangrijke Italiaansche blad, dat de regeering verweet, haar hond- genooten niet ter zijde te hebben geetaan, nu Italie's neutraliteit ten volle rechtvaar digt met hot oog op de jongste gebeurtenissen. Het blad zegt, dat Italië onmogelijk zijn kust met haar vele bloeiende streken kan blootstellen aan een bombardement der Fran sch© en Engelsehe vloten, alleen om Oosten- rijles ©n Duitsch lands streven naar de he- gemonie op het vasteland van Europa te eteunon. De vroegere premier Giolitti, die juist van leen .uitstapje naar Parijs en Londen terug keerde, verklaarde, met de resultaten zeer tevreden te zijn. Uit Rome wordt bericht, dat de Duitsche gtoomboot Bayern" Napels binnenliep. De kapitein deelde den autoriteiten mede, dat hij handelde op instructies, die hij per draadloo- ze telographie van zijn maatschappij ontving D© lading bestond uit dynamiet en project ticion en was voor Oostonrijkschc havens bej Êftemd. Do autoriteiten te Napels verzochten dea kapiteiu, om in het meest afgelegen punt! van do haven te blijven, terwijl zij overweg gen, om te verbieden, dat zulke gevaarlijk» ladingen hun toevlucht te Napels zoeken. Een Russische Overwinning. Te Berlijn heeft algemcene verslagenheid ge wekt het bericht dat de Russen Eydtkuhnen hebben bczot, want tot dusverre waren de Duit schers beduchter voor de Franschen dan voor de Russen. Oostenrijkers en Serviërs. Een telegram uit Milaan meldt, dat vol gens de „Secoio" de Serviërs na een ernstig gevecht bij een dorp op 25 mijlen afstand van Belgrado de Oostenrijkers terugwier pen, die op do vlucht sloegen, een groot aantal dooden en gewonden op het slagveld achterlatend. Een officieel telegram uit Nisj deelt mede dat de Serviërs zeven malen de Oostenrij kers beletten den Donau over te trekken. Geen enkel Oostennjksch soldaat bevindt zich thans op Servisch grondgebied. Het Servisch ^leger zal thans tot het offensief overgaan. Bij Brodojo hebben de Serviers twee Oostenrijksche compagnieën teruggeslagen. Uit Rome ontvangen berichten beweren dat. er talrijke exocuties plaats hebben van Serviërs in Oostenrijk. Montenegro verklaart Oostenrijk— Hongarije den Oorlog. Naar het Weensche Corre&pondentiebu- reau bericht, heeft de Montenegrijnsche re geering aan den Oostenrijksch-Hongoar- schen gezant Otto meegedeeld, dat Monte negro zich in oorlogstoestand met Oosten rijk-Hongarije beschouwt De gezant heeft Cettinje verlaten. Aan de DuitschDcensche Grens. De Kopenhaagsehe correspondent van .do „Tcmps" seint d.d. 5 AugustusEen half Duitsch! legercorps is op d© oostkust van Noord-Slceswijk gelegerd. Een divisie heeft haar tenten opgesla gen bij hot dorp Taps cn 8000 man bij Iladers- leben D© geheel© oostkust is door Pruisisch© infanterie bezet. In de Noordzee, onder de kust van Slccswijk cn Jutland kruisen een aantal Duitsch© oorlogs schepen. noc Vreemden in Duitsehlard verblijven cn reizen. Dagelijks verschijnen in de Engelsehe bltw den verhal-en over de ervaringen van vlueln telingen uit Duitsch land, in welke verhalen d© gruwelen van den oorlog levendig wor-, cl-en geschetst. Zoo heeft de „Wcstm. Gaz." van oen dame,- di© Maandagmorgen uit Berlijn was vertrok-! ken, hot volgende vernomen: Voor zij Berlijn verliet was daar hot beu richt ontvangen, dat Eydtkuhnen aan do Duitsch-Russische grens, in Oost-Pruisen, den Russen in handen was gevallen, die de stad in hun macht hielden met 20 kanonnen. Dat wekte verbittering, want de Duitscherd waren niet voorbereid op cenig offensief op treden van de Russen. Zij hadden pas den 2den Augustus gemobiliseerd in het geloof, dat zij dan Rusland tooh vóór zouden wezen, terwijl nu achteraf bleek, dat de Ruseen al veel verder waren. In Berlijn wemelde heb alras van aanplakbiljetten, waarop t© lezen stond, dat de Ruksen in Duitschland waren. Een algemcene vlucht van alle buitenlan ders begon. Er waren in Berlijn op Maandag-- avond 15,000 Russen in de hotels. Zij warert bijna alle® zonder geld. Zij werden door de hotelbedienden afgezet, die zich zwaar lieten fooien otn spoorwegbiljetten voor hen te ne>. men, voor treinen die niet meer liepen. In de straten van Berlijn ziet men geen auto. bussen of taxis meer, dio zijn a.lle door d© militaire overheid in beslag genomen. D© derd© legerreserve was reeds onder de wapenen geroepenvan de meeste Duitsch© gezinnen is geen man meer thuis. De prijzen begonnen te stijgen. Meel, dat verleden woek op 20 pf. het pond geprijsd stond, wordt nu togen 65 pf. verkocht. Een meelhandelaar van wien men wist, dat. hij groote voorraden; had ingeslagen en di© door liet achterhouden 8) Bertram zag er zeer neerslachtig uit. ,,0, het is niet daarom!" zeide hij, ge drukt. „Wij zijn niet meer zoo pas ge trouwd. Maar ik moet je eerlijk bekennen, dat ik, vóórdat Gertrude vertrok, hevi ge ruzie met haar heb gehad". „Wat gij zegt!" antwoordde Steiner met schijnheilige verbazing, alsof hij van niets afwist. „Zooals gij weet, zijn wij reeds meer dan twee jaren getrouwd en hebben in dien tijd nooit ernstig met elkaar getwist en nu deze scèneIk ben nog geheel uit mijn evenwicht; ik zou niet gaarne dik- wij.te zoo iets beleven". „Ja, jcLf ik weet het; gij leeft anders «eer vreedzaam"; zeide Steiner vriende lijk; „gij zijt tot dusver nog nooit in opstand gekomen". Bertram werd boos. „Bë^Oëar mij je malle jongezellengrappenWat weet jij van een geregeld huwelijksleven afMen moet zich naar elkaar schikken. Ik ben trouwens volstrekt niet tot schertsen ge stemd en het is niet mooi van je, goedkoo- pe grappen te verkoopen als het levens geluk van een vriend op het spel staat. Want ditmaal geef ik niet toe, kan ik niet toegeven, ofschoon ik wel begrijp, dat het geval van hedenmorgen het begin van vele oneenigheden zal worden". Dokter Steiner zette een bedenkelijk ge zicht, terwijl hij zich moest inhouden om niet te lachen. Die goede, dikke jongen, dat gelukskind, dat tot dusver slechts de vroolijke zijde van het leven had leeren kennen, zag er toch zoo komiek uit in zijn tragische smart over de een of andere beuzeling. Want het kon toch slechts zoo iets zijn. Hij kende zijn vriend en hij ken de diens vrouw. Zij zouden zich morgen wel weer bedacht hebben en waren dan weer koek-en-ei. „Nu, zoo erg zal het wel niet wezen. Vertel eens, BertramMis schien kan ik je raden en helpen. Ik zal dan beslissen, wie gelijk heeft, jij of je vrouw". Bertram scheen zioh te bedenken en sloeg zijn vriend wantrouwend gade. „Gij zult mij ten slotte uitlachen", merkte hij aarzelend op. Steiner speelde den beleedigde. „Hebt gij mij van dien kant leeren kennen 1 Be houd dan maar alles voor jezelven. Ik zal je mijn raad niet opdringen". „Het betreft eigenlijk een herinnering van de hoogeschool", begon Bertram, steeds nog aarzetend. Steiner scheen zeer verbaasd. „Ei, ei, dat heb ik in 't geheel niet geweten Hebt gij een vlam gehad en haar portret in je studentenalbum én heeft Gertrude ontdekt? Nu, dan is alles gemakkelijk te raa^Q- Gij hebt verkeerd gedaangij moet dat portret dadelijk in de kachel werpen Als meiT getrouwd is „Wat praat gij voCV* onzin, dokter I" antwoordde Bertram wrevei^i „Het be treft Diana. Gij weet, dat GertrvT^e onbe grijpelijkerwijze van het begin van ons huwelijk een afkeer van dat dier heeft gehad". „Dat weet ik. En ik \and dien afkeer volstrekt niet onbegrijpelijk. Dat trouwe dier bezat reeds aan de hoogeschool, waar toch zeer vele honden waren, een slechten naam. Weet gij nog, dat het eenmaal werd opgepakt en vanwege de politie zou ge dood worden, wijl het iedereen aanvloog? En hoe ik zijn leven heb gered door het touw door te snijden, toen het gebonden aan de deur van het politiebureau zijn lot afwachtte? Dit is de eenige handelwij ze, waarover ik nu nog gewetenswroeging heb. Er was indertijd geen leelijker hond I Nu is de goede Diana niet meer in den bloei harer jaren en er natuurlijk niet mooier op geworden. Beminnelijker zeker nietl Als ik bij je kom, breng ik altijd mijn beenen in veiligheid". „Zijt gij ook van die meening V' voer Bertram heftig uit. „Ik ben nu eenmaal aan Diana gehecht. Ik heb haar nu reeds acht jaren en ik doe haar niet meer weg; ik doe het niet. Ieder, die zelf een hond heeft bezeten, zal mij gelijk geven". Steiner knikte. „Maar ik begrijp nog al tijd niet, waar het heen moet. Is het tot dusver gegaan, dan moet het, dunkt me, ook verder gaan. Ga door, kerel 1" Bertram werd vriendelijker. „Kijk, gij moet mij toch gelijk geven! Vanmorgen ligt Diana achter het huis in de zon. Die domme, onbehouwen meid, die haar ge dachten altijd ergens anders heeft dan waar zij ze moot hebben, trapt den hond op zijn poot; hij hapt toe en bijt haar. Dat is alles. Ik zou evenzoo gedaan heb ben, als ik eon hond was. Maar die onnoo- zele deerne maakt een vreeselijk kabaal en Joopt dadelijk naar mijn vrouw. Steiner werd opmerkzaam. „Waar beeft bet beest haar gebeten?" Bertram maakt een misnoegde beweging met zijn hand. „Er is geen sprake van bijtenhet heeft niet eens gebloed. Maar de meid maakt 'n vreeselijke scène en ver langt, dat de hond weg moet of anjers vertrekt zij onmiddellijk. Zij is als de dood zoo bang voor het beest en zij blijft niet in een huis, waar men er dolle honden op nahoudt. Zulk een malligheid! Ik worj driftig en verzeker, dat ik er niet aan denk Diana ter wille van haar weg te doen. Het boosaardige vrouwspersoon brengt haar bedreiging ten uitvoer en loopt eenvoudig weg. Zij is dat natuurlijk reeds van plan gew est. Maar dat mensch heeft zich een vreescüjk recht aangematigd, want zij is reeds van af dat wij getrouw 1 zijn, bij ons. Gertiude begint nu te schreien en verlangt, dat de hond het huis uit moet. Gij weet, dat ik al haar wen- schen vervuldoch ditmaal kan ik niet toegeven. Ik geef 't trouwe dier niet meer in vreemde handen. Er zijn dus vanmor gen harde woorden gevallen en Gertrude is vertrokken zonder dat er een verzoe ning tusschen ons heeft plaats gehad". Toen hij zijn verhaal uit had, keek lo goede apotheker zóó bedroefd voor zteh uit, dat Steiner zijn lachlust onderdrukte Hij schudde zijn hoofd. „Je vrouw heeft ditmaal weer gelijk. Bedenk, wat gij nog met het beest beleven kunt, als het reeds de huisgenooten bijt. Wanneer het dier werkelijk eens dol ware geweest!" voegde hij er ietwat spottend bij. „Maar in ernst, BertramDiana is eenvoudig en was al tijd kwaadaardig en met den ouderdom wordt zoo iets er niet beter op. Gij zoudt je wel eens een onaangenaam proces op den hals kunnen halen. Beetwonden zijn steeds gevaarlijker komt licht bloe Iver- giftiging bij. Ik zou den hond echter ook niet aan vreemde toevertrouwen... „Kijk nu eens aan, dokter", zeide Ber tram triomfeerend. „Gij moet mij dua toch gelijk geven. Gij zijt een uitsteken1 rechterMijn vrouw heeft gelijk, maar ik heb ook gelijk". „Wie zegt dan. dat ik je gelijk geef?" „Ja, wat moet ik dan doen?" „Mijn waarde", zeide Steiner koelbloe dig, „als ik jou was, dan zou ik Diana naar de andere wereld helpen". Bertram sprong ontsteld op. „Gij zijt een barbaar! Moet ik het dier ombrengen? Neen, dat gebeurt nooit! Als gij niets be ters weet, houd je dan liever stilGij, geneesheeren, zijt toch allen even bar- baarsch en hard „Wel bedankt voor dat fraaie compli ment", antwoordde de ander, „ook na mens mijn collega's. Behou 1 Diana dan! Verschil van opvatting. Ik hoop maar, dat gij niet gedwongen wordt, mij gelijk te geven. Diana maakt het toch niet lang "meer. Zij is ook reeds een beetje schurf tig. Als ik getrouwd was, dan zou ik ter wille van mijn vrouw den hond afschaf fen". Bertram scheen smartelijk getroffen. Zij bewaarden beiden het stilzwijgen cn blie zen den blauwachtigen rook hunner siga ren voor zich uit. Plotseling echter richtte Steiner zich op en zeide levendig: „Raad eens, waarom ik vandaag bij je ben ge komen Bertram keek hem verbijsterd aan. „Ik

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1914 | | pagina 6