FEUILLETON.
1> I A JM A.
gemeente een proclamati 3 uitgevaardigd,
waarin hij zijn burgers op het hart drukte
tegenover de Duitsche soldaten een strikte
onzijdigheid te betrachten. Dinsdag versche
nen ide Duitsche voorposten in het dorp.
Officiciren meldden zich bij den burgemees
ter en vier hunner bleven bij hem en zijn
gezin logeeren. Men sprak natuurlijk over
den oorlog en de Duitschers vroegen den
bejaarden burgervader naar do sterkte van
het Belgische Maas-leger. De burgemeester
antwoordde, dat hij er niets van af wist,
tmaar dat hij, zoo hij iets wist, dat toch
niet zeggen zou, waarop een der Duitsche
officieren hem lachend op den schouder
klopte. Den volgenden dag kwamen er we
derom twee Duitsohe officieren bij "den bur
gemeester. Zij kwamen per auto en konden
het met den burgemeester heel goed vinden,
dio van zijn kant ook best met de vreemde
lingen opschoot. De burgemeester liet uit
overmaat van voorzorg do leden zijner ge
meente nogmaals samenkomen en nogmaals
drukte hij hun op hot hart niets tegen den
vijand to ondernemen.
„Herinnert men zich, hoe ik in het Duit
sohe kamp bezuiden Meseh een troep ge
vangen Belgen zag wegvoeren? Welnu, dc
burgemeester van Warsage behoorde tot. hen.
Toen ik hem zoocven ontmoette, herkende ik
dadelijk zijn gelaat en herinnerde ik mij hoe ik
zijn gebogen gestalte voor een Duitsohe troe.
penafdeeling had zien uitgaan.
„Maar laat ik m'et mijn relaas doorgaan.
De gevangen genomen bewoners van Warsage
.werden dus in het kamp gebracht en daar
Werden dadelijk vijf hunner gefusileerd. Ik
tnoet het schot hebben hooren vallen. De rug
dcT slachtoffers werd ontbloot en de bur
gemeester moest ooggetuige van de terecht
stelling zijn. Een geestelijke uit dc streek
trachtte nog op het laatste oogenblik tus-
sc hen beiden te komten voor een man uit
[Warsage, dio krankzinnig is. Vergeefs echter,
ook deze mdn werd neergeschoten. Hoewel
het den gevangenen streng verboden was te
«pieken, klampte de burgemeester een offi
cier aan, wien hij ook zijn kwaliteit van
Belgisch Kamerlid bekend maakte en bij
wien hij voor zijn, onschuld pleitte. Gelukkig
kwamen juist de twee officieren automobilis
ten langs den ongelukkige, die bij hem gast
vrijheid genoten hadden, en ook dezen be-
zwoer hij niets tegen de Duitschers onder
nomen te hebben. Zij poogden hem eenigs-
zins gerust to stellen en zeiden, dat hij mo
gelijk niet doodgeschoten, maar als krijgs
gevangene meegenomen zou worden. Gister
morgen om vier uur, na een nacht van doods-
angsten, is de burgemeester vrijgelaten en
met hem een licel oude timmerman, van wien
«.Ho gevangenen uit Warsage getuigen kon
'den, dat deze man nog nimmer een vuur
wapen gehanteerd had. Van twee gevan
genen wist de burgemeester met zekerheid,
dat zij zijn opgehangen en van de overigen
vreesde hij wel, dat zij doodgeschoten zijn
„Toen men den burgemeester het leven
Het, schreef men op zijn pas, dat hij vrij
was. In den vroegen morgen heeft hij toen
Ba oen tocht van angstige spanning de Ne
der 1 an dsehe grens bereikt en even voorbij
Eysden is hij opgenomen in het rijtuig van
twee Nederlandsche journalisten, die hem
Baar Maastricht gebracht hebben. Wij ver
lieten den zoo ternauwernood aan den dood
ontkomene, toen hij zich, doodop van de
èmoties, voor eenige rust in zijn slaapkamer
terug ging trekken. Zijn vrouw en kinderen
zitten nog in het geteisterd© Warsage; maar
in welken toestand? Telegrafisch kan hij hen
Biet bereiken."
Vernielde Tunnels.
Door de Belgen werden de tunnels bij
Nasproue en Dolhain, de laatste gelegen
bij het plaatsje Limburg, door dynamiet
vernield en de herstelling nog bemoeilijkt
door eon aantal locomotieven met volle
vaart af te zenden tegen de vernielde tun
nels, waar zij met geweld tegen de rotsen
aanbeukten. De overblijfselen der locomo
tieven vormen een hindernis, waarvan de
opruiming geruimen tijd zal vorderen.
Men is voornemens op alle uit Duitsch-
land komende spoorweglijnen op gelijke
wijze te werk te gaan bij de vernieling van
tunnels.
De Franschc en Engelsehe
Troepen.
Fr a as che troepen zouden reeds in België zijn
aangekomen. De „Nieuwe Gazet" deelt moe, dat
zo to Leuven staan.
Koning Albert ie ook benoemd tot chef van het
Fransch© legerkorps in België.
Dc „Nieuwe Gazet" schrijft ook, dat Woensdag
op verschillende plaatsen Engelscho troepen in
België zijn geland.
Generaal French, van het Engelscho leger,
is, na zich op do bureelcn van den staf begeven
to hebben, van het station du Luxembourg te
Brussel naar een onbekende bestemming vertrok
ken.
Generaal French werd hartstochtelijk toege
juicht. Er werd „Leve Engeland" geroepen.
De burgerwacht, die wegen en bruggen be
waakt, heeft de militaire eer bewezen.
Als een voorbeeld van de spontane aanbiedin
gen die door de. Engelsehe koloniën aan het
moederland worden gedaan inzake materiëele hulp,
kan worden gewezen op hot feit, dat Canada een
troepen-contingent van 20,000 man voor don dienst
buitenslands organiseert.
De „Daily Tel." verneemt, dat men in do hoog
ste kringen een 6poodige militaire inmenging van
Engeland voorstaat. Aan het dopartement van
oorlog worden met den grootsten spoed alle toe
bereidselen getroffen voor den nieuwen 6taat van
zaken, door den moedigen tegenstand van het
Belgisch leger in het leven geroepen. Men is vol
vertrouwen, dat een zoo groot mogelijk deel van
het expeditie-corps als gereed is, spoedig zal
scheep gaan.
In en om Antwerpen.
Hoe liet er in Antwerpen uitziet blijkt
uit een telegram in de ,,N. R. Öt." d.d.
7 Aug.
Op bevel -der overheid zijn gisteravond te
10 uur alle koffiehuizen gesloten. Daardoor
kreeg de stad een ongewoon, ietwat geheim
zinnig voorkomen. Te middernacht zag men
haast geen memsch moer, alleen af en toe
het onrustige geloei der booten op de
Schelde, of een auto die in dolle vaart
voorbijst-oof. Na de drukte van daar straks
is dit nachttooneel aangrijpend als contrast.
Men zeide me nog, dat de bladen last ge
kregen hebben niet meer de burgerij met
speciale bladen van streek te brengen.
Vannacht zijn 104 Duitsche krijgsgevange
nen te Berchem bij Antwerpen in de ka
zerne der*genie opgesloten. Zij waren in een
hinderlaag rond Luik gevat en zij zullen
naar Brugge overgebacht worden, daar wij
onze kazernen niet mogen overkroppen. De
gevangenen behooren tot het 73ste regiment
voetvolk en hooren te Hannover thuis. Zij
zien er deerlijk uitze genieten van de rust
en de voeding en worden goed behandeld.
Onze gemoedelijke Vlamingen beuren ze
op, maar zij schijnen er niet gerust in. Een
jong officier heeft een gesprek gehad met
een collega van de „Matte". „Wij verlieten
zeide de officier Hannover Zondag
avond, zonder te weten waarheen en hadden
geen vermoeden, dat we tegen do Belgen
zouden te vechten hebben". Dit schijnt een
onwaarheid te zijn blijkens op hen gevon
den papieren waren ze van hun garnizoen
te Hannover gestuurd naar Malmédy. Een
eersten keer konden zij 't Belgisch vuur
ontwijken. Zij legden 70 K.M. te voet af.
Zij meen en alleen over te blijven van een
2000 man sterk detachement. Uit het ge
sprek blijkt dat de Duitschers waanden geen
tegenstand in België te zullen ontmoeten,
ook dat hun geestdrift gering is.
Er is nog een later telegram uit Antwer
pen van don volgenden inhoud
Heel Antwerpen wandelt in rustige, op
getogen stemming over Meir en Keyserlei
en geen automobielen, geen dolle jacht
meer. Te 7 uur heeft de trein onze dappe
ren van het 9de aangebracht. Zij hadden
Duitsche pinhelmen op hun bajonet steken
en iereneen zong, juichte en jubelde. Zoo
even had ik een gesprek met een dokter,
die van Luik komt. De le en de 32e Belgi
sche divisies zijn het meest getroffen, ae zijn
van Luik 'zelf. De meeste wonden zijn aan
de beenendo Duitschers schieten zeer
slecht, wat aan hun bijziendheid te wijten
zou zijn. Treffend, zegt hij, is de slapheid,
de wezenloosheid dor Duitschers, Zij moe
nen tegen Franschen te vechten en zijn de
kluts kwijt.
Te Libramont hebben naar een bericht
in de Scheldestad wil de Franschen 15,000
Duitschers verslagen. Men verwacht dat dit
een geweldigen terugslag te België zal heb
ben. Velen keuren af dat de wapenstilstand
is toegestaan, anderen zien er een gelegen
heid in om onze jongens te laten rusten en
de Franschen te laten aanrukken.
Een woord van de „Eioile Beige".
De „Etoile Beige" waarschuwt de open
bare meening in België tegen valsche ge
ruchten, uitgestrooid door Duitsche agen
ten, die er zelfs geen been in zien leugen
achtige telegrammen, onderteekend met na
men van Belgische officieren, aan het mi
nisterie van oorlog te zenden..
He-t is 't zelfde gedoe als in 1870, zegt het
blad. De Duitschers willen het volk moede
loos maken on het prikkelen tot hetgeen zij
in 1870 om Parijs hebben bereikt: de revo
lutie.
Maar de Belgen zullen zich niet laten
vangen.
Gevechten ter Zee.
De Londenscho correspondent, van de „Tel"
seinde aan zijn blad een en ander over de
gevechten ter zee.
Te Harwich werden gewonden binnenge
bracht, afkomstig va Ti ©en gezonken Duit-
sch'on mijnen legger, wiens bemanning dapper
gpvochten had. Dc kapitein Van het schip,
dio niet gewond was, werd gevangengenomen.
Eenigo Duitschers vielen eveneens in han
den dor Bngolschon. Er waren onder de
gewc-nden verscheid enen, die zeer ernstig ge
kwetst waren. Vier hunner hadden beide
beenen verloren, terwijl van twee anderen
de beide armen waren afgeschoten. Weer
een ander had een schot in den rug ge
kregen.
Later worden weer 52 gevangenen te Har.
wich binnengebracht, die bij een tweede ge
vecht in handen der Engelschen waren ga
vallen.
Gisternamiddag werd ©en draadloos tele
gram uit Aberdeen ontvangen, waar schepen
met gewonden van de Noordzee waren aan
gekomen. Het is dus duidelijk, dat ook in
de - buurt van deze havenstad tusschen de
En gel schen en Duitschers gevochten was.
Daarentegen vernam1 die correspondent, dat
de kapitein van het Rotterdamsche stoom
schip „Beyerland", hetwelk te Newcastle was
aangekomen,- gedurende zijn reis geen enkel
oorlogsschip ontmoet had. Men had hem in
het geheel niet lastig gevallen en hij is Van
plan met kolen aan boord morgen terug te
këeron. De kapitein was van mëening, dat
hij niets te Vreezen had, daar volgens hem' de
Duitschers in hun eigen wateren, waar zij
zich het veiligst gevoelen, zouden blijven.
Weer later werd uit Harwich geseind,
dat daar 300 gewonden Werden "binnenge
bracht-. Het mèerendeel had ernstige kwetsu
ren opgéloopen. Naar men zegt, werden zij
gevangengenomen hij een treffen tusschen
de Engelsehe en de Duitsche vloot, dat Don
derdagochtend zou hebben plaats gehad en
waarover alle verdere bijzonderheden ont
breken.
In de havenstad Grimsby is de staat van
beleg afgekondigd en de haven zelf is ge
sloten.
Toch .geven al die berichten weinig zekers.
Zoo is het ook mat de volgende.
De Engelsehe vloot, die het eerste zee
heeft gekozen, heeft, zoo seint meergenoemde
correspondent, naar het schijnt, een overwin
ning behaald, ofschoon alles nog in geheinr-
zinnigheid gehuld is. Ondertusschen is ook
de Engelsehe Noordzee.vloot vertrokken en
volgens te Londen verspreide geruchten, zou
zij in een ernstig gevecht gewikkeld geweest
zijn met. de Duitsche Hoch.See-vloot, dié naar
dc Noord .Nederlandsche kust teruggedreven
werd, waar de zeeslag wellicht voortgezet
zal worden. Dit bericht stemt dus overeen
mët de aan de 'Feeders gedane mededeling.
De vjjand is verdreven van de Oost-Engel-
echë kust, waar dein visschers medegedeeld
werd, dat zij tegen het aanbreken van den dag
hun arbeid konden voortzetten. Gemeld
Wordt, dat de bemanning van een trawler
uit Grimsby getuige was van den slag, toen
het schip zich bevond 25 mijlen ten N. O. van
bet lichtschip van Knole.
Uit 1 Jmuiden wordt gemeld, dat de kust-
post aan de Zuidwest-pier gisterochtend om
de Noord aanhoudend geschutvuur heeft ge
hoord op zeer verren afstand. Een daar
ontvangen draadloos telegram meldde, dat 19
bodems van de Duitsche hoogzee.vloot zijn
aangevallen door de Etogelsche home. en Ka
naal-eskaders. D© Duitsche vloot zou ver
slagen zijn. Eenige sohepen zonden buitge
maakt, andere gezonken zijn. Strijdend zou
de Duitsche admiraal probeeren een eigen of
een onzer havens op te zoeken.
Dg Engelsehe vloot vervolgde de Duitsche
oorlogsbodems.
A te IJmuiden binnenkomende trawlers
melden, dat de Engelsehe vloot van Aberdeen
tot aan dc Nederlandsche territoriale wa
teren als het ware écn keten van slagschepen
en torpodobooten heeft gelegd. Do oorlogs
bodems liggen een schotwijdte van elkaar.
Ook liet Kanaal is door de Engelsehe vloot
geheel afgeslotee-
In den namiddag wi?rd te IJmuiden een
draadloos telegram ODtvangen meldende, dat
wellicht nog hedennacht een Duitsche krui
ser een groot aantal gewonden naar hier zou
brengen. Van dit bericht werd dokter Van
der Horst, leider van het Roode en Witte
Kruis mededeeling gedaan, die terstond alles
voor de ontvangst in orde liet brengen. De
bedoeling is de zwaargewonden in liet vaste
gebouw van het Witte Kruis onder te bren
gen, de lichtgewonden in de tijdelijke.ba
rakken.
Tot 12 uur 's nachts is geen Duitsch oor
logsschip te IJmuiden binnengeloopen. Men
vermoedde, dat het schip met de gewonden
naar de Duitsche wateren kon terugkeeren.
Al deze berichten kunnen dus als bevesti
ging of aanvulling van ons telegram van
gisteren, hiervoor ook nog genoemd, worden
beschouwd.
Van andere zijde meldde men uit IJmui
den: Naai- aanleiding van dc berichten, dat
een zeeslag nabij Doggersbank heeft plaats
gehad en Duitsche oorlogsschepen koers hou
den naar de Hollandsche kust, is te IJmui
den met groote spoed door de af deeling van
het Witte Kruis en de reddingsbrigade „Prins
Hendrik", welke zich thans in dienst van
het Roode Kruis heeft gesteld, een groote
zaal in gereedheid gebracht voor het onder
brengen van zieken en gewonden. De hoogst-
geplaatste ingezetenen en hun huisgenooten
verleen en daarbij hun medewerking, terwijl
hulp in allerlei opzichten door een groot
aantel inwoners is toegezegd.
Alle toebereidselen zijn gereed.
De Londensche bladen van Donderdag
avond zijn van meening, dat ten oosten der
Oiknoy-eilanden (Noordwestelijk van Schot
land) een zeeslag aan den gang is.
Een Protest van Churchill.
Minister Churchill verklaarde in het La
gerhuis, betreffende het zinken van de
„Amphion", dat het hier en daar leggen
van contact-mijnen in zee, waarop neutrale
koopvaardijschepen zouden kunnen vergaan,
een gebruik in den oorlog was (Toejuichin
gen) 'hetgeen door alle naties ter wereld
wel overwogen moest worden. (Toejuichingen).
De admiraliteit was volstrekt niet veront
rust of ontsteld door zulke incidenten, te
meer, waar zij maatregelen getroffen had
den om zulke gebeurtenissen tot een mini
mum te beperken.
Dc Geestdrift der Franschen.
De Parijsche oorrespondent van do „Daily
News" meldt, dat 250 afgevaardigden, dc helft
van de Kamorledon. dus, Zondag naar het front
vertrekken. Onder hen is de vioe-president der
radic. partij. Allen zijn to Parijs vol moed. Men ver
wacht dat Rusland binnen veertien dagen een
groot leger over dc oostelijke grenzen van
Duitsehland zal hebben gezonden en dat de En
gelscho en Fransch© strijdkrachten de volgende
week in België met do Belgisch© troepen zullen
samenwerken.
Do afgevaardigde naar den Rijksdag voor Mctz
zal in de rijen van het Fransche leger meevech
ten. Sedert de revolutie is over Frankrijk niet
zóó'n 6torm van eendrachtige geestdrift gegaan.
De Italiaansche Pers.
Uit Milaan wordt gemeld, dat de „Popoio
Roruanohet eenige belangrijke Italiaansche
blad, dat de regeering verweet, haar hond-
genooten niet ter zijde te hebben geetaan,
nu Italie's neutraliteit ten volle rechtvaar
digt met hot oog op de jongste gebeurtenissen.
Het blad zegt, dat Italië onmogelijk zijn
kust met haar vele bloeiende streken kan
blootstellen aan een bombardement der Fran
sch© en Engelsehe vloten, alleen om Oosten-
rijles ©n Duitsch lands streven naar de he-
gemonie op het vasteland van Europa te
eteunon.
De vroegere premier Giolitti, die juist van
leen .uitstapje naar Parijs en Londen terug
keerde, verklaarde, met de resultaten zeer
tevreden te zijn.
Uit Rome wordt bericht, dat de Duitsche
gtoomboot Bayern" Napels binnenliep. De
kapitein deelde den autoriteiten mede, dat hij
handelde op instructies, die hij per draadloo-
ze telographie van zijn maatschappij ontving
D© lading bestond uit dynamiet en project
ticion en was voor Oostonrijkschc havens bej
Êftemd.
Do autoriteiten te Napels verzochten dea
kapiteiu, om in het meest afgelegen punt!
van do haven te blijven, terwijl zij overweg
gen, om te verbieden, dat zulke gevaarlijk»
ladingen hun toevlucht te Napels zoeken.
Een Russische Overwinning.
Te Berlijn heeft algemcene verslagenheid ge
wekt het bericht dat de Russen Eydtkuhnen
hebben bczot, want tot dusverre waren de Duit
schers beduchter voor de Franschen dan voor de
Russen.
Oostenrijkers en Serviërs.
Een telegram uit Milaan meldt, dat vol
gens de „Secoio" de Serviërs na een ernstig
gevecht bij een dorp op 25 mijlen afstand
van Belgrado de Oostenrijkers terugwier
pen, die op do vlucht sloegen, een groot
aantal dooden en gewonden op het slagveld
achterlatend.
Een officieel telegram uit Nisj deelt mede
dat de Serviërs zeven malen de Oostenrij
kers beletten den Donau over te trekken.
Geen enkel Oostennjksch soldaat bevindt
zich thans op Servisch grondgebied. Het
Servisch ^leger zal thans tot het offensief
overgaan.
Bij Brodojo hebben de Serviers twee
Oostenrijksche compagnieën teruggeslagen.
Uit Rome ontvangen berichten beweren
dat. er talrijke exocuties plaats hebben van
Serviërs in Oostenrijk.
Montenegro verklaart Oostenrijk—
Hongarije den Oorlog.
Naar het Weensche Corre&pondentiebu-
reau bericht, heeft de Montenegrijnsche re
geering aan den Oostenrijksch-Hongoar-
schen gezant Otto meegedeeld, dat Monte
negro zich in oorlogstoestand met Oosten
rijk-Hongarije beschouwt
De gezant heeft Cettinje verlaten.
Aan de DuitschDcensche Grens.
De Kopenhaagsehe correspondent van .do
„Tcmps" seint d.d. 5 AugustusEen half Duitsch!
legercorps is op d© oostkust van Noord-Slceswijk
gelegerd. Een divisie heeft haar tenten opgesla
gen bij hot dorp Taps cn 8000 man bij Iladers-
leben D© geheel© oostkust is door Pruisisch©
infanterie bezet.
In de Noordzee, onder de kust van Slccswijk
cn Jutland kruisen een aantal Duitsch© oorlogs
schepen.
noc Vreemden in Duitsehlard
verblijven cn reizen.
Dagelijks verschijnen in de Engelsehe bltw
den verhal-en over de ervaringen van vlueln
telingen uit Duitsch land, in welke verhalen
d© gruwelen van den oorlog levendig wor-,
cl-en geschetst.
Zoo heeft de „Wcstm. Gaz." van oen dame,-
di© Maandagmorgen uit Berlijn was vertrok-!
ken, hot volgende vernomen:
Voor zij Berlijn verliet was daar hot beu
richt ontvangen, dat Eydtkuhnen aan do
Duitsch-Russische grens, in Oost-Pruisen, den
Russen in handen was gevallen, die de stad
in hun macht hielden met 20 kanonnen.
Dat wekte verbittering, want de Duitscherd
waren niet voorbereid op cenig offensief op
treden van de Russen. Zij hadden pas den
2den Augustus gemobiliseerd in het geloof,
dat zij dan Rusland tooh vóór zouden wezen,
terwijl nu achteraf bleek, dat de Ruseen al
veel verder waren. In Berlijn wemelde heb
alras van aanplakbiljetten, waarop t© lezen
stond, dat de Ruksen in Duitschland waren.
Een algemcene vlucht van alle buitenlan
ders begon. Er waren in Berlijn op Maandag--
avond 15,000 Russen in de hotels. Zij warert
bijna alle® zonder geld. Zij werden door de
hotelbedienden afgezet, die zich zwaar lieten
fooien otn spoorwegbiljetten voor hen te ne>.
men, voor treinen die niet meer liepen.
In de straten van Berlijn ziet men geen auto.
bussen of taxis meer, dio zijn a.lle door d©
militaire overheid in beslag genomen.
D© derd© legerreserve was reeds onder de
wapenen geroepenvan de meeste Duitsch©
gezinnen is geen man meer thuis. De prijzen
begonnen te stijgen. Meel, dat verleden woek
op 20 pf. het pond geprijsd stond, wordt nu
togen 65 pf. verkocht. Een meelhandelaar van
wien men wist, dat. hij groote voorraden;
had ingeslagen en di© door liet achterhouden
8)
Bertram zag er zeer neerslachtig uit.
,,0, het is niet daarom!" zeide hij, ge
drukt. „Wij zijn niet meer zoo pas ge
trouwd. Maar ik moet je eerlijk bekennen,
dat ik, vóórdat Gertrude vertrok, hevi
ge ruzie met haar heb gehad".
„Wat gij zegt!" antwoordde Steiner
met schijnheilige verbazing, alsof hij van
niets afwist.
„Zooals gij weet, zijn wij reeds meer
dan twee jaren getrouwd en hebben in
dien tijd nooit ernstig met elkaar getwist
en nu deze scèneIk ben nog geheel uit
mijn evenwicht; ik zou niet gaarne dik-
wij.te zoo iets beleven".
„Ja, jcLf ik weet het; gij leeft anders
«eer vreedzaam"; zeide Steiner vriende
lijk; „gij zijt tot dusver nog nooit in
opstand gekomen".
Bertram werd boos. „Bë^Oëar mij je
malle jongezellengrappenWat weet jij
van een geregeld huwelijksleven afMen
moet zich naar elkaar schikken. Ik ben
trouwens volstrekt niet tot schertsen ge
stemd en het is niet mooi van je, goedkoo-
pe grappen te verkoopen als het levens
geluk van een vriend op het spel staat.
Want ditmaal geef ik niet toe, kan ik niet
toegeven, ofschoon ik wel begrijp, dat het
geval van hedenmorgen het begin van vele
oneenigheden zal worden".
Dokter Steiner zette een bedenkelijk ge
zicht, terwijl hij zich moest inhouden om
niet te lachen. Die goede, dikke jongen,
dat gelukskind, dat tot dusver slechts de
vroolijke zijde van het leven had leeren
kennen, zag er toch zoo komiek uit in zijn
tragische smart over de een of andere
beuzeling. Want het kon toch slechts zoo
iets zijn. Hij kende zijn vriend en hij ken
de diens vrouw. Zij zouden zich morgen
wel weer bedacht hebben en waren dan
weer koek-en-ei. „Nu, zoo erg zal het wel
niet wezen. Vertel eens, BertramMis
schien kan ik je raden en helpen. Ik zal
dan beslissen, wie gelijk heeft, jij of je
vrouw".
Bertram scheen zioh te bedenken en
sloeg zijn vriend wantrouwend gade. „Gij
zult mij ten slotte uitlachen", merkte hij
aarzelend op.
Steiner speelde den beleedigde. „Hebt
gij mij van dien kant leeren kennen 1 Be
houd dan maar alles voor jezelven. Ik
zal je mijn raad niet opdringen".
„Het betreft eigenlijk een herinnering
van de hoogeschool", begon Bertram,
steeds nog aarzetend.
Steiner scheen zeer verbaasd. „Ei, ei,
dat heb ik in 't geheel niet geweten
Hebt gij een vlam gehad en haar portret
in je studentenalbum én heeft Gertrude
ontdekt? Nu, dan is alles gemakkelijk
te raa^Q- Gij hebt verkeerd gedaangij
moet dat portret dadelijk in de kachel
werpen Als meiT getrouwd is
„Wat praat gij voCV* onzin, dokter I"
antwoordde Bertram wrevei^i „Het be
treft Diana. Gij weet, dat GertrvT^e onbe
grijpelijkerwijze van het begin van ons
huwelijk een afkeer van dat dier heeft
gehad".
„Dat weet ik. En ik \and dien afkeer
volstrekt niet onbegrijpelijk. Dat trouwe
dier bezat reeds aan de hoogeschool, waar
toch zeer vele honden waren, een slechten
naam. Weet gij nog, dat het eenmaal werd
opgepakt en vanwege de politie zou ge
dood worden, wijl het iedereen aanvloog?
En hoe ik zijn leven heb gered door het
touw door te snijden, toen het gebonden
aan de deur van het politiebureau zijn
lot afwachtte? Dit is de eenige handelwij
ze, waarover ik nu nog gewetenswroeging
heb. Er was indertijd geen leelijker hond I
Nu is de goede Diana niet meer in den
bloei harer jaren en er natuurlijk niet
mooier op geworden. Beminnelijker zeker
nietl Als ik bij je kom, breng ik altijd
mijn beenen in veiligheid".
„Zijt gij ook van die meening V' voer
Bertram heftig uit. „Ik ben nu eenmaal
aan Diana gehecht. Ik heb haar nu reeds
acht jaren en ik doe haar niet meer weg;
ik doe het niet. Ieder, die zelf een hond
heeft bezeten, zal mij gelijk geven".
Steiner knikte. „Maar ik begrijp nog al
tijd niet, waar het heen moet. Is het tot
dusver gegaan, dan moet het, dunkt me,
ook verder gaan. Ga door, kerel 1"
Bertram werd vriendelijker. „Kijk, gij
moet mij toch gelijk geven! Vanmorgen
ligt Diana achter het huis in de zon. Die
domme, onbehouwen meid, die haar ge
dachten altijd ergens anders heeft dan
waar zij ze moot hebben, trapt den hond
op zijn poot; hij hapt toe en bijt haar.
Dat is alles. Ik zou evenzoo gedaan heb
ben, als ik eon hond was. Maar die onnoo-
zele deerne maakt een vreeselijk kabaal
en Joopt dadelijk naar mijn vrouw.
Steiner werd opmerkzaam. „Waar beeft
bet beest haar gebeten?"
Bertram maakt een misnoegde beweging
met zijn hand. „Er is geen sprake van
bijtenhet heeft niet eens gebloed. Maar
de meid maakt 'n vreeselijke scène en ver
langt, dat de hond weg moet of anjers
vertrekt zij onmiddellijk. Zij is als de
dood zoo bang voor het beest en zij blijft
niet in een huis, waar men er dolle honden
op nahoudt. Zulk een malligheid! Ik worj
driftig en verzeker, dat ik er niet aan
denk Diana ter wille van haar weg te
doen. Het boosaardige vrouwspersoon
brengt haar bedreiging ten uitvoer en
loopt eenvoudig weg. Zij is dat natuurlijk
reeds van plan gew est. Maar dat mensch
heeft zich een vreescüjk recht aangematigd,
want zij is reeds van af dat wij getrouw 1
zijn, bij ons. Gertiude begint nu te
schreien en verlangt, dat de hond het huis
uit moet. Gij weet, dat ik al haar wen-
schen vervuldoch ditmaal kan ik niet
toegeven. Ik geef 't trouwe dier niet meer
in vreemde handen. Er zijn dus vanmor
gen harde woorden gevallen en Gertrude
is vertrokken zonder dat er een verzoe
ning tusschen ons heeft plaats gehad".
Toen hij zijn verhaal uit had, keek lo
goede apotheker zóó bedroefd voor zteh
uit, dat Steiner zijn lachlust onderdrukte
Hij schudde zijn hoofd. „Je vrouw heeft
ditmaal weer gelijk. Bedenk, wat gij nog
met het beest beleven kunt, als het reeds
de huisgenooten bijt. Wanneer het dier
werkelijk eens dol ware geweest!" voegde
hij er ietwat spottend bij. „Maar in ernst,
BertramDiana is eenvoudig en was al
tijd kwaadaardig en met den ouderdom
wordt zoo iets er niet beter op. Gij zoudt
je wel eens een onaangenaam proces op
den hals kunnen halen. Beetwonden zijn
steeds gevaarlijker komt licht bloe Iver-
giftiging bij. Ik zou den hond echter ook
niet aan vreemde toevertrouwen...
„Kijk nu eens aan, dokter", zeide Ber
tram triomfeerend. „Gij moet mij dua
toch gelijk geven. Gij zijt een uitsteken1
rechterMijn vrouw heeft gelijk, maar
ik heb ook gelijk".
„Wie zegt dan. dat ik je gelijk geef?"
„Ja, wat moet ik dan doen?"
„Mijn waarde", zeide Steiner koelbloe
dig, „als ik jou was, dan zou ik Diana
naar de andere wereld helpen".
Bertram sprong ontsteld op. „Gij zijt een
barbaar! Moet ik het dier ombrengen?
Neen, dat gebeurt nooit! Als gij niets be
ters weet, houd je dan liever stilGij,
geneesheeren, zijt toch allen even bar-
baarsch en hard
„Wel bedankt voor dat fraaie compli
ment", antwoordde de ander, „ook na
mens mijn collega's. Behou 1 Diana dan!
Verschil van opvatting. Ik hoop maar,
dat gij niet gedwongen wordt, mij gelijk
te geven. Diana maakt het toch niet lang
"meer. Zij is ook reeds een beetje schurf
tig. Als ik getrouwd was, dan zou ik ter
wille van mijn vrouw den hond afschaf
fen".
Bertram scheen smartelijk getroffen. Zij
bewaarden beiden het stilzwijgen cn blie
zen den blauwachtigen rook hunner siga
ren voor zich uit. Plotseling echter richtte
Steiner zich op en zeide levendig: „Raad
eens, waarom ik vandaag bij je ben ge
komen
Bertram keek hem verbijsterd aan. „Ik