N°. 16696
Zaterdag 1 Au^n^tus.
Tweede Blad. A0. 1914.
Brieven van een Leidenaar.
PERSOVERZICHT.
De Oorlog tusschen Oostenrijk-Hongarije en Servië
en de benarde toestand in Europa.
IDSCH
CCCCLXXXXI.
Waarover zal ik in deze darren van span
ning anders schrijven dan over dqp. drei
genden oorlogstoestand in Europa, over de
jdagen die zuLk een merkwaardige over
eenkomst hebben met die, welke vooraf
gingen aan den oorlog van 1870, zooals
;de herinnering er van uit mijn prille jeugd
thans weer wordt verlevendigd? Ik zou
voor elk ander onderwerp immers geen
aandacht vinden. Het is een gebeurtenis
van beteekenis voor Leiden in de eerste
plaats, dat er roof is gepleegd in een
onzer Museums, dat er een aantal waarde
volle en kostbaio voorwerpen zijn ont
vreemd, maar or wordt als ter loops naar
geluisterd, onmiddellijk wordt de gedachte
ler aan verdrongen door die andere: zal zr
een wereldbrand oplaaien, zooals nog nooit
tg voren is aanschouwd?
Het is geen onderwerp speciaal van
Leklsch belang. Ketter liever eens tegen
het Museumbestuur, dat de kostbare schat
ten zelfs in clen vacantietijd, nu het museum
slechts weinig word bezocht en alleen het
werkvolk er in verblijf hield, daar zorge
loos in een vitrnie haast voor ieder voor 't
grijpen liet staan, 't Zal wel onnoodig zijn
denk ik, als er ©en kalf verdronken is,
'dempt men gewoonlijk de put. Er zullen
nu wel maatregelen genomen worden, dat
zooicts niet weer kan gebeuren, doch zoo
het noodig mocht blijken zal ik daarvoor
kalmer tijden afwachten. Mogen deze spoe
dig komen!
Doch men zegge niet, "dat, wat daar op
het groote wereldtooncel werkt en woelt,
wat daar besproken en overlegd wordt
in de kabinetten van Staatslieden, het lclein
stuk.ie wereld, dat Leiden heet, niet aan
gaat. En nu denk ik nier aan het oorlogs
gevaar dat ons voorloopig al heel weinig
bedreigt, zoodat we ten minste, daarom
het hoofd nog gerust kunnen neerleggen en
ik denk ook nog niet in de eerste plaats
aan de door onze Regeering genomen mi
litaire maatregelen, welke zij om, zoo noo-
'dig voor onze neutraliteit te waken, wel
licht gedwongen was te nemen en die reeds
zware financioele offers zullen vragen, maar
ik denk voornamelijk aan het groote na
deel, dat zal worden geleden in alle tak
ken van handel en bedrijf, met werkloos
heid tot nasleep, aan de duurte der levens
middelen, die gedurende den gewapenden
vrede in Europa tot in de kleinste, afgier-
legen dorpjes zal heerschen en die nog er
ger zal worden zoodra een- oorlog' uitbreekt
en toenemen naarmate deze langer duurt.
In vroeger tijden toen de natiën veel los
ser naast elkander stonden was dat an
ders. Maar in onzen lijd van internationaal
verkeer der volkeren hangt alles met eco
nomische banden aan elkaar. Onze hande
laren doen zaken met collega's in Duitsch
land, Frankrijk en Rusland; één telefoontje-
internationaal brengt onze nijverheidsinrich
tingen een reuzenbestclling uit het buiten
land en omgekeerd. Zoo kunnen wij dan
ook in de menschen uit verre wereldstre
ken, onze vijanden niet meer zien, veeleer
medewerkers aan de voortbrenging van
maatschappelijke rijkdom. Eu een porlog,
.een vechten op leven cn dood, tusschen
'de natiën die in den kamp des vredes en
der beschaving overigens vriendschappe
lijk wedijveren, lijkt me haast een anachro
nisme, een overblijfsel uit een barbaar-
>schen tijd. En wij vragen dikwijls ons af,
pf dan de fliplomatiek die over de oor
logskansen wikt en beschikt, in beschaving
niet minstens ©en halve eeuw bij de gewone
menschenkinderen ten achter is.
Maar wat baat het daarover te zuchtten
nu wc staan voor de verschrikkelijke mo
gelijkheid, die zich dreigt te verwer
kelijken?
Of het groote wereldonweer,- dat voor het
tninst geheel Europa in vuur en vlam zou
zetten nog zal kunnen worden bezworen,
wie zal het zeggen? Ik zal mij niet aan
gissingen wagen en vooral niet omdat met
lelie uur de situatie kan Veranderen. Mis
schien zien we den toestand als deze re
gels onder do oog en 'der lezers komen,
heel anders dan op het oogenblik dat ik
(er over schrijf.
De gebeurtenissen zullen trouwens niet
Sop oorlog of vrede uitloopen naarmate wij
joptimist of pessimist zijn, maar wij zullen
Iden toestand het best beheerscbcn als we
(onder alle omstandigheden zelfbeheer,.
$ching toonen ën ons vrijhouden van op
winding en overijling. Wat de naaste toe
komst brengen zal moeten we afwachten,-
(doch zeker weten we, dat Europa zidh
dok eenmaal weet van dezen schok zal her
stellen, zoo goed als het zich van eiken
ónderen heeft hersteld.
Dit mogen ook' zij' bedenken die Hezeiil
Sagen het den spaarbanken lastig maken
tpot hun geld op te vragen. Laten zij voor
Zoover zij het niet volstrekt noodig hebben
het er rustig laten blijven. Op de Rijks-
(spaarbamk zoowel aks op 'de Leidsche
Spaarbank is hJet veilig biewaard,- veiliger
{dan in ons eigen huis.
Men moet bedenken dat de banken Kef
ter bewaring gegeven geld ook weder be
legd hebben,- en dat men het, hoe solide
dok belegd,- niet onmiddellijk kan op-
ëischen.
Doch behoeft jeT Van geen staking van be
taling sprake tte zijn. Bij de Rijksspaarbank
Öie de .Nlederlaiidjsche Bank achter zidh!
heeft,- piet, doch bij de Leidsche evenmjn.
Ik heb ©enigen tijd geleden al eens een
©i andeT van dje Ueakjscbe Spaarbank ver
teld pok van haar, soliditeit. Ik herhaal
nu nóg jeiens, dat (een giroot deel harem
groote. bezittingen bestaan in solide effec
ten, ,dje ten aillen tijde kunnen worden be
leend bij de ,N ederlandsche Bank. Doch
waar jnpn nu deze zekerheid heeft en bb-
bovendie'n weet, dat thuis het geld minder
veilig is en i'n ieder geval renteloos ligt,-
terwijl het bij de Spaarbank wel bezwaard
is en rente kweekt, daar zou m,en een
beetje dwaas doen met de groote hoop
mee te loopen en zijn spaarpenningen, veel
of weinig, op te vragen.
Laat ons met kalmte en met berusting,-
voor zoover wij er toch niets aan kunnen
veranderen de dingen, die komen zullen
afwachten, al is ons hart geneigd met den
man der oudhei<j in deze troebele dagiejn
wel eens de verzuchting te slaken
Wachter wat is er van den nacht?
Moge straks nog het antwoord blijdje;
klinken: De mprgen is gekomen als voor
bode van een heerlijken vredesdag 1
Jjo lUöUvv-Deuoeuiue prof.
Sara^cKcii, schrijit ia V a n o n z e n ij d
over ae uitzetting der Duitschers o. a.
„Uit mets biijKi/, dat ae politie verplicht
zouoe zijui, een jL/Uitfieifer alleen oaaroiu niet
toe te ï-aieu, wiji rnj geen „neiniatscheiu
kan verfcoonen. ook. ae Missive van aea
Minister Wan binueniandsctie Zaken vau I
Mei 19Ü7, betreffende de uitvoering van het
Vestigingsverdrag daargelaten, dat zij in
den rechtstoestand der vreemdelingen geen
verandering zoude kunuen brengen
plaatst zicli niet op dit standpunt. In art.
9 wordt wel den gemeentebesturen ver
zocht, toe tc zien, dat de Duitschers voorzien
zijn van een geldig paspoort of van een
„Heimatschein" en de aandacht van de be
trokkenen erop te vestigen dat het bezit
van zoodanig stuk noodig is om, mdien
daarvoor overigens de voorwaarden aan
wezig zijn, aanspraak te kunnen maken op
het recht om zich hier te lande te vestigen
of bij voortduring of tijdelijk te veiblijven,
maar de minister heeft er niet aan gedacht,
erbij te voegen, dat de politie, als zoodanige
stukken niet werden getoond, verplicht zou
de zijn, de Duitschers niet toe te laten of
te /verwijderen.
De politie heeft steeds te overwegen, of
zij bijzondere redenen heeft een Duitsoher
zonder pa-spoort of „Heimatsohoin'den
toegang tot ons land te ontzeggen: het ge
mis van den „Heimatschein" alleen is
daarvoor zeker niet voldoende. Stelt de bur
gemeester om de eene of andere reden op
zulk een indentiteitsstuk prijs, dan kan hij
volgens do Missive van den minister bij den
betrokkene er op aandringen, dat hij zulk
een stuk late komen, maar hem voorloopig
rustig laten verblijven.
Overweegt de politie, eien vreemdeling
niet toe te la-ten of uit te zetton, dan hoeft
zij zich wel te vergewissen, met welke be
doeling haar het zoo uitgebreide gezag over
de vreemdelingen is gegeven, opdat zij zich
niet schuldig make aan, of den. schijn op
zich lade van wat de Franschen noemen
,,détoumoment de pouvoir", gebruik eener
door de wet verleende bevoegdheid om an
dere redenen, met, ander© bedoeling dan
waarvoor de wet dit gezag heeft toegekend.
Bovengenoemd art. 2 van het Vestigings
verdrag kan haar daarbij een richtsnoer
zijn, in zoover als daarin, zooals bij de
behandeling van het) tractaat in de Tweede
Kaïn er algemeen werd erkend, zonder twij
fel alle denkbare motieven ter rechtvaardi
ging eener uitzetting zijn samengevat.
De sociaal-democratische Kamerfractie
heeft zich indertijd tegen het Vestagings-
verdrag verklaard, omdat naar haar mee
ning „Nederland zich er mede voor een aan
merkelijk deel aanpast aan de Duitsch© po-
litieto ©stamden, die door dit verdrag van
onzentwege als het ware worden gesanction-
neerd". Te hopen is, dat men van die zijde
niet de leiding neme, om deze sombere
voorspelling in ons eigen land te vervullen.
UEULA1HKS, 316 30
40 Cents per regel.
België Mobiliseert.Engelsche Oorlogsschepen gezien voor Ostendc cn Vlissingcn.
—Nog alle Hoop niet Vervlogen.—Spoorwegverkeer Duitschland—België ge
staakt.—Een Franselie Tunnel vernield.—Engeland en Italië'»
Houding nog niet bepaald.
België Mobiliseert.
België heeft het Nederlandsche voorbeeld
gevolgd en is tot mobilisatie overgegaan en
reeds zijn troepen naar dc grens gestuurd.
Een ware paniek heeft angst en verwar
ring onder het publiek gebracht.
Sedert den vroegen morgen stond een
ontzaglijke menigte voor de Nationale Bank
te Brussel, en men moest de brandweer te
hulp roepen, die de aanwezigen kletsnat
spoot. Daar dit blijkbaar niet hielp, moest
men zijn toevlucht tot de soldaten nemen.
De vrees voor depreciatie van het bank
papier* heeft oenigszins afgenomen door het
nieuws dat de Nationale Bank voor twintig
millioen goud munten laat. Hoe voorbarig
de vrees voor verlies echter geweest is, be
wijst het feit, dat dezelfde bank gisteren
voor drie on een half millioen biljetten te
gen zilver heeft uitgewisseld. Deze omzet
ting zal den handel vermoedelijk vergemak
kelijken, immers bij kleinhandelaars wei
gert men bepaald papieren geld. Zelfs op
de post wil men geen uitwisseling meer
aanvaarden en aan de loketten van den
spoorweg eischt men gereed geld daar het
publiek zooveel mogelijk papier van de
hand wil doen.
Zeeloodsen, te Vlissingen aangekomen,
verklaren, dat zij -gisternacht een eskader
hebben waargenomen, samengesteld uit En
gelsche kruisers, die met gedoofde vuren
in Noordoostelijke richting opstoomden^ cn
die bij Schouwenbank b.:draaiden.
Twee Duitsohe koopvaardijschepen, die
gistermorgen uit Antwerpen waren vertrok
ken, zijn daar gistermiddag weer terugge
keerd. Het zijn de „Schildturn", van do
Hansa Linie, die zich op weg naar Rangoon
bevond, en onderweg last had gekregen van
haar reeder, om naar Antwerpen terug te
keeren, en de „Ka-mdelfeld", afkomstig van
Kurrachee, die te Antwerpen een deel harer
lading had ontscheept, en naar Hamburg
was vertrokken, waar zij de rest van de la
ding zou hebben gelost.
Voorts wordt gemeld, dat Duitsche sche
pen, uit Hamburg met bestemming naar
Antwerpen vertrokken, weder naar eerst
genoemde haven zijn teruggekeerd.
In het leger lieersoht. onder de opgeroe
pen lichtingen opgewektheid, talrijke jonge
lieden hebben zich als vrijwilligers aange
meld.
Do ontbonde-n regimentsscholen leveren
honderden onderofficieren, ook de militaire
school staat ontbonden te worden voor den
vervoerdienst is gezorgd zoodat alles voor
de algemeen© mobilisatie, die echter nog
niet is beslist, gereed kan geacht worden.
"Vier zonen van een groote adellijke familie
hebben zich voor den diesnt aangemeld.
De maatschappij der Brusselsche tramwe
gen biedt haar paarden aan en talrijke par
ticulieren verklaren zich bereid hun auto
mobielen te leeneu. Voor den ambulance
dienst zijn talrijke aanbiedingen. Een aan
nemer van openbare werken te Blankenber-
go schenkt ten behoeve van de regeering
j een half millioen in klinkende munt,
Het Belgische Leger.
In oorlogstijd is de Belgische 'Strijdmacht;
verdeeld in eeri veldleger, vesting troepen en
deputtroepen.
Het effectief van het leger te velde be
draagt dan, volgens de Almanack de Gotlia
van 1914, 2513 officieren en 97,991 man
schappen.
Het totaal effectief der vesting, en depot-
tiocpon bedraagt in oorlogstijd 80,000, de of
ficieren inbegrepen.
De bul'gergarde is in oorlogstijd 157,537-
man sterk, terwijl het aantal gendurmien
ruim 2500 man bedraagt.
De totale sterkte van het Belgische legeer in
oorlogstijd bedraagt circa 340,000 man. Chef
van den generalen staf van het Belgische
leger is luitenant-generaal de Lilliers de Mo-
ranville.
Er is nog Hoop.
Niettegenstaande den groeten ernst van
het oogenblik, niettegenstaande het feit, dat
de volkeren van Europa zich gereed maken
om zich tot de tanden te wapenen, is er
nog hoog op een gunstigen afloop.
Gisteren spraken de telegrammen reeds
,van het hervatten der onderhandelingen
tusschen Weenen en Sb.-Petersburg.
Nu weer verneemt de Londensche „Stan
dard" uit Weenen, dat Oostenrijk-Honga
rije aan de mogendheden de stellige verze
kering zou hebben gegeven, Servië te zullen
ontruimen als de mogendheden de betaling
van een „redelijke schadeloosstelling" door
Servië zullen waarborgen.
Verder verklaart de correspondent uit de
meest gezaghebbende bron, dat Oostenrijk-
Hongarije aan Rusland en de andere betrok
ken mogendheden de plechtige belofte heeft
afgelegd, dat het den territorialen status
quo op den Balkan zal handhaven. Roeme
nië, Bulgarije en Griekenland moeten reeds
hebben geantwoord, daarmede voldaan te
zijn.
Blijft over alleen Rusland. Een telegram!
utt St.-Petersburg aan de Times" behelst,
j dat de Russische regeering haar mobilisatie
zou willen staken, als Oosteurijk-Hongarije
I haar binnende belofte doet, dat de tuehti-
ging van Servië zekere grenzen niet zal
ov „rschnjden, m. a. w. dat die niet zal uit-
loopen op vernietiging van Servië's onaf-
j hankelijkheid, ook in politieken zin.
Indien Rusland deze belofte, niet krijgt,
I zal het- op zijn „militaire demonstratie" da-
den laten volgen, welke ook de houding van
j Duitschland daartegenover moge zijn.
Frans Jozef en zijn Volk.
Men weet, dat do oude Oostenrijksche
keizer te Weenen is geweest met den troon-
I opvolger en daarop naar Schönbrunn is
gegaan.
I De begroeting van den grijzen vorst door
j de sedert den vroegen morgen den keizer
wachtende Weener bevolking, waarvan zich
I honderdduizenden in do straten hadden op-
I gehoopt, werd een eenige machtiging betoo-
ging voor den vorst en het vaderland.
I Toen de keizer na de aankomst aan het
slot van Schönbrunn uit zijn rijtuig
stapte, hield burgemeester Weisskirehner
J een toespraak, waarin hij den eed van
trouw aan keizer en rijk namens de bur-
gers van Weenen herhaalde.
Do keizer antwoorddeMet diepe aan-
i doening ontvang ik de bewijzen van trouw,
welke uit alle deelen van de monarchie
t toestroomen. Ik dank u hartelijk voor deze
i huldiging.
Do burgemeester dankte den keizer na-
mens de bevolking voor diens zeker moei-
I lijk besluit en zeide Do Oostenrijkers wil-,
j len voor de eer en den roem van het vader-
i land alles op het. spel zetten.
Dc keizer zeide: He meende op mijn
leeftijd nu jaren van vrede te beleven. Het
besluit viel mij zeker zwaar, maar uit de
I betoogingon van alle kanten, krijg ik de
overtuiging, dat mijn besluit juist was.
De burgemeester antwoordde hierop
God moge Üwe Majesteit beschermen en
onze wapenen zegenen.
De keizer wendde zich hierop tot den pre-
sident van het „Deutsche National-ver-
j band", den afgevaardigde Gross, en zeide:
Het verheugt mij, dat de hoeren hier zijn
I ge-komen.
G ross antwoorddeWij zijn verplicht
Uwe Majesteit onze hulde en gelofte van
trouw te brengen. Wij wenschen en
hopen, dab Uwe Majesteit den eerstvolgen-
den tijd veel vreugde zal beleven*
De keizer gaf ten antwoordIk ver
heug mij roods thans, omdat ik zie, dat
mijn besluit van alle zijden wordt goedge
keurd.
Gross merkte opUwe Majesteit kan
ervan overtuigd zijn, dat allo nationalitei
ten van de monarchie, in het bijzonder het
Duitsohe volk achter Uwe Majesteit staan
en bereid zijn tot den laatsten druppel
bloeds te strijden.
De keizer antwoordde, dat hem deze be
tooging buitengewoon veel genoegen deed.
Na de cercle riep do burgemeester: Lang
leve Zijne Majesteit en de troonopvolger.
Deze hoera's werden met krachtige toe
juichingen ontvangen. Terwijl de vorst
I naar alle zijden groetend, de trap opsteeg,
I speelde de muziek het volkslied, dat alle
I aanwezigen met ontbloot, hoofd mede-
i zongen.
Telegrammen van Keizer
en Tsaar.
In een telegram uit Berlijn aan de „Köln.
i Ztg." wordt verzekerd, dat er tusschen den
j keizer en den tsaar telegram men 'gewisseld
I zijn, waarin de tsaar den keizer verzocht,
i er toe bij tc dragen, dat de vrede behouden
I bleef. De keizer heeft daarop zeer tegemoet-
I komend cn rekening houdende roet de oude
historische, vriendschap tusschen beide staten,
I geprobeerd een bemiddelingsactie te openen
in d en zin van hot Engelsche voorstel. Toen
de keizer ,zijn pogingen begonnen was volg
de onverwachts hel. bevel der algemeene mo.
bi lis a tie in Rusland.
Dit is, zoo wordt in het telegram uit
Berlijn aan do ,,KoIn. Zt-g." gezegd, een on
gehoorde gebeurtenis. Het is nu aan Rusland
te toonen of het het uiterste, de voorbeelde-
loozo uittarting van een vreedzaam volk,
in den zin hoeft.
Bondsraad cn Rijksdag.
Te Berlijn is de Bondsraad, bijeëngeko-
komen. Men trachtte hieraan nog ©en on
schuldige uitlegging te geven, die echter,
doorzichtig genoeg was.
Men roept niet midden in den zomer
op een hoogst critiek tijdstip den Bonds
raad bij elkaar, om, over dingen van onder
geschikt belang te beraadslagen. Ook hier
is natuurlijk niemand naïef genoeg,- om
daaraan te gelooyen. Later op den avond
heeft men dan ook bekend gemaakt, dat
'de Bondsraad o.a. een besluit zou nemen
over een yerbod van uitvoer van koren
©n vee. Naar men nader verneemt, zou dat
o.a, noodig- zijn,- otndat groot© hoeveel
heden koren in den laaisten tijd naar Rus
land uitgevoerd zijn. Natuurlijk zou de
Bondsraad ook nog oMer gewichtiger 'din-
gen beraadslagen. Het Berliner Tageblatt
meent te weten, dat, bij een ongunstigen
loop van de onderhandelingen ook de Rijks
dag bijeengeroepen zal worden. Bethmann
Hol weg zou in dat geval tegenover het.
land en de buitenwereld willen uiteenzet
ten, dat de Duitsche regeering al het mo
gelijke gedaan heeft, om den vrede te be
waren, en dat zij geen verantwoordelijkheid'
draagt voor een wereldoorlog, dien zij met
alle kracht tracht te verhinderen.
In liet Duitsche Rijk.
in Duitschland is men druk in de weer.
Telefonische verbindingen met andere landen
zijn ingevoerd, zoodat dus dc censuur haar
intrede heet't gedaan. Dc internationale trei-
nen zijn, op last der Duitsche regeering, ir
Belgische richting vervallen.
Het Keizer Willioltnkanaal is voor schepen
met moer dan tien voet diepgang gesloten.
Uit Straatsburg'wordt gemold, dat daar do
strategisch buitengewoon belangrijke Rijn
bruggen militair bozet zijn. Het verkeer
voor voetgangers en wagens vindt plaats
met militair geleide. De wagens en automo
bielen worden, voor zo over de brug gaan,
onderzocht cn eveneens de tramwagens. Op
de Schlucht, den grenekain tusschen Duitsch.
land en Frankrijk, wordt ook aan Franse h«
zijde de telefoon door militairen bewaakt.
In li-cel Elzas.Lotha.ringen is ternauwernood
écn familie, dio zich niet voor liet geval
van oorlog van proviand heeft voorzien. Dc
kamers van koophandel doen eau beroep op
do kalmte van de bevolking, met het oog
op het stijgen van den prijs der levensmid
delen.
In het Rijksland is reeds een groote
duurte van de levensmiddelen tc mierken.
De toeloop naar dc kruidenierswinkels is
zoo groot, dat to Keulen verscheidene groote
winkels hun deuren moesten sluiten, omdat
zij uitverkocht waren. Dc meeste winkels
staan slechts kleine hoeveelheden af. Ver
schil lende levensmiddelen zijn 100. pCt. ge
stegen.
Uit Trier wordt bericht, dat er .wegens
do ouorme inkoopen van levensmiddelen tij
delijk gebrek aan zout is ontstaan. De bur
gemeester hoeft echter inlichtingen ingewon
nen aan do zoutmijnen en vernomen, dat in dc
behoefte aan zout ten spoedigste zal worden
voorzien.
Het Duitsche Leger.
Het leger is ingedeeld in 25 legerkorpsen^
welke 50 infanteriedivisies en de garde cava
leriedivisie omvatten. Deze divisies bestaan
weer uit 10G infanterie, 55 cavalerie, en 50
veldartillerie-brigades, waarbij nog 8 vesting
artillerie. cn 2 spoorwegbrigades komen. De
regimenten worden als volgt verdeeld217
nfantcrie.regimentonelk bestaande uit 3
bataljons, verder 18 bataljons jagers, 27 mi.
trailleursardcelingen, 110 cavalcrie.regimen-
ten, 100 regimenten veld.artillerie met totaal^
3732 kanonnen, 497 munitiewagens cn 841
wagens voor don inspectiedienst, 1 regiment
der Pruisisohe vcld.artilterie-scMetschool, 1
regiment der Pruisische vestingartillerie-
school, 26 regimenten vestingartillerie en 26
bespauuingsafdoölingcn, benevens 1 bataljon
Wurtfcemborgsohe vestingartillerie, 8 regi-
meuten genietroepen eu 27 bataljons genie,
troepen.
Aan trein troepen telt hot Duitsche leger:
4 spoor weg regi men len en 1 Bciersch spoor
wegbataljon, benevens 1 afdoe ling technisch
personeel en 10 telegraaf bataljons, 11 batal
jons en 1 compagnie manschappen voor de
luchtvaart, 1 bataljon chauffeurs on 5 ba
taljons aviateurs.
Verder bestaat nog een. korps bereden veUl-
jagers, onder aanvoering van generaal Von
Scholl. t Opperbevel in den Mark berust
bij generaal Von Kessel.
De totale sterkte van het Duitsohe leger in
vredestijd bedraagt 663,200 manschappen,
29,000 offioi oren en officieren van gezondheid
en 107,000 onderofficieren. Met inbegrip der
vrijwilligers, de z.g. Einjahrige, bestaat het
leger uit 819,000 man. Dc in f anterietrocpcn
alleen tellen 433.000 manschappen, 17,800 of
ficieren en 65,000 onderofficieren. Over dc
krijgsterm a tie worden geen mcdccleelingen ge
publiceerd. Men kan echter aannemen, dat
alleen hot- staande leger, plus reserve en
landweer uit meer dan 5 mi I lieen man, good
afgerichte troepen zal bestaan.
Frankrijk en Duitschland.
Toon gistermiddag Duitschland een nieu
we stap deed op militair gebied, heeft de
Parijscho correspondent der „N. R. Ct." do
stemming daar ter stede in militaire en po
litieke kringen eons nagegaan.
Zij «blijkt hem bewonderenswaardig van
kalmte en ernst. Een bevriend Franseli of
ficier van de krijgsschool deelde hom mede:
Uit militair oogpunt is voor ons op de
Fransch-Duitsche grens de toestand wel
bijna zoo gespannen, als hij maar zijn kan.
Van Duitsche zijde is men nu reeds sedert
een dag of tien met militaire maatregelen
bozig. Op het oogenblik zijn de Duitsch o
maatregelen reeds tot de uiterste grenslinio
getroffen. De machine-goweren staan op tal
van plaatsen reeds tot bij de grens gereed..
Wij hebben onzerzijds de laatste dagen na
tuurlijk niet meer stil kunnen zitten, maar
onze diplomaten schijnen alles te hebben
willen doen om aan te toonen dat wij in geen
geval de aanvallers zijn en dat wij geen aan
val voorbereiden. Hoewel het mijn inziens
onze taktiek, die niet aanvallend is. niet ton
goedo komt, hebben wij onze stellingen niet
verder dan tusschen de 5 en 12 K.M. van do
grens af gebracht. Daarenboven zijn nog
de strengste orders gegeven om elke on-