FRANSFIN, DE KONINGIN DER MONDWATERS. Borst- eo Crnydeawijn DE i!AAS Algemeen Assurantiekantoor P. VAN DER MOST VAN SPIJK De leidsche Bggrafsnis-Ondaniesiiiiig. HOLLAND CANADA HYPOTHEEKBANK, BUITENLAND. OOIjIBRI (.O 1 omxi -"V etz©© ip) ]RE3CIJAME3 EAU-DK-COLOG-I^rasSEKP, f 1.05 gr. fl. f 0.35 lel. fl. Plantsoen 37 LEIDEN Tel. No. 1233 BLOEMBOLLEN- VERZEKERING Opgericht 1 Juli 1876 door wijlen J. fiOEDSLJEE Sr. J. DIRKSE Jzn. HOOIGRACHT 33. 's-GSAVüNHAGE, Noordeinde. Origineele Flaoon OS Cts. Uitsluitend in goede zaken verkrggbaar en bg F. DEN OUDEN, Breestraat 63. Leiden- FEUILLETON. BItSE VERB. Ue UJ.^uaarS va.i tvernicopde friap.sfterttcgeBijjk f aar. Do telegrammen in ons vorig nummer hebben voldoende bijzonderheden gebracht over de uitvaart van den op zoo laaghar tige wijze vermoorden Oostenrijkschen troonopvolger en zijn gemalin. We willen thans nog iets meedeelen over de Aankomst der Kinderen. Om even voor achten rolde Zaterdagoch tend de Prager 6neltrein, waarmede de kin deren van den vermoorden troonopvolger naar dc hoofdstad kwamen, het station te Weenen binnen. Aartshertogin Maria Annunciata en haar gevolg, benevens een aantal militaire, bur gerlijke en kerkelijke autoriteiten, begaven zich naar den coupé, waarin de drie kinde ren zaten. Het eerst steeg prinses Sophie onder begeleiding van een gouvernante uit en daarna prins Maximilia&n en prins Ernst met de tweede gouvernante. Prinses Sophie droeg een zwart costuum en zwarte hoed met teruggeslagen rouwsluier. Aarts hertogin Maria Annunciata omarmde de prinses wecnend. De aanwezige heeren had den het hoofd ontbloot en bijna alle dames weenden, alleen, de kleine, bleeke prinses stond enkele seconden bewegingloos en keek om zich heen. De prinsen droegen ^warte matrozenkostumes met witte kragen, zwarte handschoenen en kousen en waren bloots hoofds. De twaalfjarige prins Max en de tienjarige prins Ernst bogen voor een ieder, die hun de hand bood. De kinderen wer den daarna naar de keizerlijke wachtkamer geleid. Honderden personen, meest vrouwen en kinderen uit het volk, waren intusschen voor het station samengestroomd. In het eerste open hofrijtuig namen de gouverneur en de gouvernante der kinderen plaats, in het tweede prinses George van Beieren en gravin Henriëtte Chotek, terwijl aartsher togin Maria Annunciata en de kinderen in een gesloten automobiel stegen. Prinses So phie begon op het gezicht, der rouwvlaggen, die uit de huizen woeien, te weenen en be dekte haar bleek, tenger gezichtje met haar zakdoek. De prinsen Max en Ernst neigden voortdurend voor het publiek. Toen de stoet zich in beweging zette, trok aartshertogin Maria Annunciata prinses So phie naar zich toe en trachtte het weenende kind met vriendelijke woorden en kussen te troosten. Keizer Frans Jozef, heeft een schrijven van den volgenden in houd gericht aan den Hongaarschen minis ter-president onder wiens bestuur Bosnië, waar de moordaanslag plaats greep, staat. „Ik ben diep geschokt en nog steeds on der den indruk van de ontzettende daad, waardoor mijn welbeminde neef te midden van zijn taak waaraan ihij zich met ijver had gewijd en welke hij vervulde aan de zijde van zijn moedige echtgenoote, weggerukt en mij en mijn huis in smartelijke rouw gedom peld heeft. Wanneer mij iets in deze diepe droefheid kan troosten, zijn het de ontelba- re bewijzen van warme sympathie en op recht medelijden, die mij gedurende de laat ste dagen uit allo oorden des lands zijn toe gevloeid. Een misdadige hand heeft mij be roofd van een beminden bloedverwant en trouwen medewerker en naamloos wee over de hoofden zijner jeugdige kinderen ge bracht. De waanzin van een klein aantal op een dwaalspoor geleide personen, is echter niet in staat de geheiligde banden te slaken, die mij en nnjn volk omvat houden en vermag ook niet het gevoel van innige liefde waarvan ik en mijn huis opnieuw de treffendste bewijzen uit alle deelen der monarchie hebben ontvangen te verminde ren. Gedurende vijf-en-zestig jaren heb ik met mijn volkeren lief en leed gedeeld, steeds, ook in de moeilijke uren, denkend aan mijn verheven plichten en aan mijn verantwoordelijkheid voor het lot van mil- lioenen menschen, voor wie ik den Almach tige rekenschap verschuldigd ben. De nieu we, smartelijke beproeving, door Gods on doorgrondelijk raadsbesluit over mij en de mijnen gezonden, sterkt, mij in het besluit, op den door mij ingeslagen en voor mijn volk als den besten erkenden weg, tot mijn laatsten ademtocht voort te gaan. En indien ik eens het onderpand van de liefde mijner onderdanen aan mijn opvolger kan nalaten, dan zal dit het schoonste loon voor mijn vaderlijke zorgen zijn. Ik draag u op, allen, die zich in deze kommervolle dagen met be proefde trouw en toewijding om mijn troon hebben geschaard, mijn oprechten dank te betuigen." Deze uitvaart heeft nog aanleiding gege ven tot een Onverkwikkelijke Gebeurtenis. De Oostenrijksche hooge adel was zoo ver bitterd em opgewonden, dat zij niet tot deel neming aan de rouwplechtigheden uitgenoo- digd was, dat ongeveer honderd heeren der hoogste aristocratie besloten tegen deze be slissing der hofautoriteiten krachtig en waardig te demonstreer en. Volgens een vooraf bepaald plan, stelden zij zich Vrijdag op den hoek van een straat waar de r- - stoet moest passeeren op, om den overleden aartshertog en diene gemalin de laatste hulde te brengen. De heeren, ongeveer honderdtachtig in getal, waren voor het grootste gedeelde in gala-uniform verschenen en 6loten zich, toen de stoet gepasseerd was, te voet daarbij aan. Zeer opmerkenswaardig is, dat aan de>ze indrukwekkende manifestatie tegen de re geling der rouwplechtigheden, behalve de vertegenwoordigers der oudste adelLjjke ge slachten van Oostenrijk en Hongarije, ook de broeder van de vermoorde hertogin van Hohenberg, Karl Choteck Junior, deelnam. Graaf Karl moest dus in zekeren zin zich indringen, cm rijn overleden zuster de laat ste eer te kunnen bewijzen, want ook hij was niet bij de plechtigheden uitgenoodigd. Van de Weener bladen veroordeelt vooral *het „Wiener Journal" soherp de houding van het Hof bij de begrafenisplechtigheden van aartshertog Franz Ferdinand. In een artikel, getiteld „De vijand van de doode" stelt het blad den opperceremoniemeester, prins Montenuevo, voor het gebeurde aan sprakelijk en zegt, dat deze rich uitsluitend door zijn haat. tegen den vermoorden aarts hertog liet leiden. „Indien prins Montenue vo" zegt het blad, zelf niet treurt over den dood van Franz Ferdinand, laat hij dan ten minste een ander niet beletten dit wel te doen" Verder weet het „Wiener Journal" te melden, dat alle leden van den hoogen adel, die zich bij den begrafenisstoet aansloten, overeengekomen waren hun waardigheden neer te leggen, zoo men hen verhinderd had den lijkwagen te volgen. Zoodra Monte nuevo van dit besluit in kennis gesteld was liet hij een ministerraad beleggen. Om een nog grooter schandaal te voorkomen, stom- de het kabinet er toen in toe, dat men de edellieden tot denstoet zou toelaten. KORTE BERICHTEN. Het plan, in 1920 een wereldtentoonstel ling te Antwerpen te houden, schijnt opge geven. De Belgische regeering was er na 't fiasco van Gent, niet voor. Het gemeentebe stuur van Antwerpen heeft nu aan het voor- loopig comité officieus meegedeeld, dat de stad bereid zou zijn hare bescherming1 te ver. leenen aan een in 1920 te houden internatio nale schespvaarttentoonstolling. Een Brusaelsch blad kondigt een op handen zijnde wijziging aan in het Belgisohe ministerie. De heer Benkin zou de porte feuille van Koloniën prijsgeven on de heer de Broqueville afstand doen van de leiding van het departement van Oorlog, waarmede bed ast zou worden generaal Sellien de Ma- ranville. Ook de heeren Hubert en Davignon zouden aftreden Zaterdagmiddag om twee uur is brand ontstaan in het Museum van Mechelon. Om half vier was het dak vernield en men vreesdij voor de arehioVen van 'de stad, die zioh in het mU&enim bevinden, en die die belangwtek- kendofce zijn vjm België. In hot ministerie van openbare wdr. ken te Berlijn is beraadslaagd over de voor bereiding1 van de plannen en höt onderzoek naar de eoonomische waande van een ka- naalverbinding1 tuaschen don Bijn en de Duit- sohe Noordzeekust. Aan de bespreking: heb. bon als deskundigen vertegenwoordiger® van groote reederijen en van kamers Van koop- handel van aan de kust en in het binnen land gelegen steden dealgenomten. De staatssecretarissen Kühn en Von Jagow zijn tot jninSetere van Pruisen be noemd. Op 4^-jarigen leeftijd is te Möntpellier overleden prins Jean de Bourbon, een kleinzoon van den horlogemaker Naundorf, die beweerde de zoon van Lodewijk XVI te zijn. De nieuwe Franscho minister van Oor. log, Messimy, doet al het mogelijke, om dc an- tipatlide, die bij de massa der Fransche bevol king tegen den driejarigen diensttijd bestaat, weg te nemen. Daar vele soldaten ver van hun gel^portop 1 aats in garnizoen liggen, is het hun dikwijls onmogelijk, gedurende hun diensttijd hun families te bezoeken. Minister Messimy laat thans een onderzoek instellen, om uit te maken, of het niet mogelijk zou zijn, dat alle soldaten jaarlijks op kosten van den staat een reis naar hun geboorteplaats ondernemen. Het feit, dat de Servische majoor Pri- bitsjewitzj, die tijdelijk zelfs chef van den generaion staf was, blijkens het onderzoek in zako den moord van Serajewo als de feite lijke aanstichter van den aanslag moet wor den beschouwd, zoo schrijft de correspon dent van het „Berl. Tageblatt" te Belgro- do aan zijn blad, is begrijpelijkerwijze zeor onaangenaam voor de Servische regeering. Zij laat weliswaar, door bemiddeling van haar officieuse organen en agenten alle schuld aan den moord loochenen, maar moet zich daarbij bepalen tot een vage tegen spraak, waarin echter de verklaringen van Tsj abrinowits j niet worden ontzenuwd. Daarom eischen vele gematigde Servische politici, dat de regcering Pribitsjewitsj Laat vallen, ten einde het verwijt, dat zij zelf niet vrij van schuld is aan het gebeurde te Serajewo, van zich af te wentelen. Essad pasja is uit Napels naar Parijs vertrokken. Te Weenen gelooft men echter maar half, dat Essad ooit dto Fransche hoofdstad zal bereiken. Uit Skoetari rijn namelijk berichten ontvangen dat hij rich naar Antivari zal begeven om vandaar naar Albanië terug te keeren en via Skoetari rich bij de opstandelingen te voegen. Het) ver- soek van de Albaneesohe regeering om ten gunste van den vorst zijn invloed aan te wenden, heeft Esaad afgeslagen. Er zouden thans 3000 man bijeen rijn voor de stichting van een vreemdelingenle gioen in Albanië. Turkije heeft er in toegestemd aan een neutrale mogendheid de keuze over te laten van een scheidsrechter, die belast zal wor den te Smyrna uitspraak te doen over de gesohillen, welke hem door de Turksch- Grieksche commissie zullen worden voor- gelegd. Er is nu weer een nieuwe aanleiding voor kwesties. De avondbladen publiceeren n telegram uit Chios, waarin gemeld wordt, dat een Turksche torpedoboot een Grieksch zeilschip beschoot, dat vluchtelingen naar Chios bracht. De torpedoboot, die het schip zelf aangehouden zou hebben, 'zou zich ver volgens naar het eiland Gouni begeven heb ben en het klooster aldaar hebben gebom bardeerd, dat aanzienlijke schade leeft op- gel oopen. Het nieuwe post- en telegraafverdrag tusschen Hongarije en Bulgarije bevati een sensationeelo nieuwigheid. De telegraaf dienst tusschen Boedapest en Sofia zal nar- melijk langs draadloozen weg georganiseerd worden, daar de Bulgaarsche regeering er groote waarde aan hecht, dat Servië uit het verkeer van Bulgarije met westelijk Europa zooveel mogelijk uitgeschakeld zal worden. Do te Moskou verschijnende bladen publiceeren onrustbarende berichten ovet het toenemen van de pest aan do Wolga. Tusschen Zarizin en Wladikawkas rijn naar blijkt. meer gevallen voorgekomen dan gepubliceerd werd. "Volgens een telegram uit Mexico, op de Beurs te New-York ontvangen, heeft de Mexicaansche minister van buiten!andsche zaken Aloorer bekend gemaakt, dat verkil zingen zullen worden gehouden voor een president van do republiek in het geheele gebied, waar Huesrta nog gezag heeft. Als candidaten worden opgegeven Pedro Laa- curain en generaal Yelasco. Alcocer wijst er uitdrukkelijk op dat Huerta zich niet be schikbaar stelt voor het presidentschap. De Canadeesche rogecsring heeft beslo. ton, werklooze landverhuizers, die nog geen; drie jaar in Canada zijn, te deporbeeneln,- tenzij zo er in toestemmen op boerenhoeven; to gaan werken. pet» doos (O stuks (gekleurd) 0.45 9311 35 per doos 12 stuks (alteen wit) f 0.55* 0725 18 Bii vonnis van ds Arrondissement»- Bechtbank te 's-öravenbage van 8 Juli 1911, is opschoven het Fnilliaaement van IV. H. UITEB/HO UT, Kofftebuishoudsr, wonende te Lelden, Eynsburgscbe Singel 88. 9299 9 Hr. N. C. KIST, gevrexen Curator. 5137 0 Belast zich met de uitvoering van Assurantie-orders, onver schillig van welken aard, op 1 0300 88 gunstige voorwaarden. tegen Brandschade, enz., op Beiavspolis. Pol. 50 Cents, bjj JOHs. VERHOOG Jzn., Corresp. Ned. Brandverzek. Maaty., Vliet te ILeidcn. 91*24 9 Directeur: Kantoor TELEFOON 4fi3. 5512 18 Directeuren: Mr. J. D. P. TEN B0SC1I te 's-Grnvenhngo en J. U. COSTER te Winnipeg. De BANK geeft 5°/0 PANDBRIEVEN uit in stukken van ff IOOO, ff 500 en f 100 tegen den koers van 100 0/0. tfl 's-Gravenhage by de Heeren TELDER8 Co. en ten Kantore der Bank 9305 15 te Amsterdam bp de Hesren KERKHOVEN Co.; te Botterdam bjj MARX Co'e Bank. 8128a 80 2) Majoor Stehman, die voortdurend aan zijn peper- en zoutkleurigen knevel hacl ge draaid kon nu toch niet nalaten nog even op de manoeuvres terug te komen. In den loop van het gesprek werden nog enkele zaken voor de afreis besproken. Toen dc tijd genaderd was, dat men el kaar goeden nacht zou wenschen, kwam Mina nog even binnen. Ze vertelde, dat Anna de naam Miranda klonk haar te vreemd in de ooren, weshalve rij er maar Anna van had gemaakt heel kalmpjes in slaap was. Vrij spoedig had een ieder daarna rijn kamer opgezocht, om uit te rusten van de vermoeienissen van dezen dag. De zon stond reeds vrij hoog aan den hemel, toen Arthur en Alfred elkaar aan het ontbijt begroetten. Goedenmorgen, heeren, klonk het uit den mond van den majoor, die reeds een ochtendwandeling had gemaakt. De heeren hebben het nogal lang ge maakt, lachte hij. Ik ben reeds vroeg uit de veeren gegaan, want do zon was van morgen zoo vriendelijk, dat ik niet langer durfde wachten, om mijn eerste ronde te maken. Het was inderdaad buitengewoon mooi weer. Het zonlicht deed de sneeuwkristal letjes schitteren en gaf aan het landschap een bekoorlijk aspect. In de takken der boomen, die met helder sneeuwdons waren omgeven, fladderden de druk snaterende musschen steeds heen en weer, zoodat de sneeuwvlokken in de rondte vlogen. De majoor trok zijn warme pelsjas uit en zette zioh mede aan tafel, om aan de con versatie deel te nemen. Mevrouw kwam ook even kijken. Ze ver telde, dat Mina zoo gelukkig was geweest, om voor Miranda een betrekking te vinden bij een bakker, die juist een meisje van ongeveer zeventien jaren noodig had. De bakker was een goedhartig en godvruchtig man, die zich gaarne bereid had verklaard, om te trachten van het zwerverskind een flink meisje to maken. Hij deed dit met te meer genoegen, omdat hij de familie Stehman goed kende en haar gaarne van dienst wilde zijn. Mevrouw was in den loop van den morgen zelf ook evon bij den flin- ken baas gekomen, wien ze beloofd had zooveel mogelijk nog een handje mee te helpen, om Miranda een goede opvoeding te geven. Ze was eenmaal hier en men moest nu ook verder voor haar zorgen. "Weinige oogenblikken daarna kwam Mina met haar „Anna" de ontbijtkamer binnen. Ze zou het meisje naar den bakker brengen en kwam nu, om hot kind nog even te laten zien. Alfred zoowel als Arthur stonden aan vankelijk verbaasd over de verandering, welke Miranda door de goede zorgen van Mina~had ondergaan. Men herkende bijna het zwerverskind niet meer. De oude, ver sleten kleeren waren verwisseld voor nieu we, terwijl ook do lichamelijke verzorging op het meisje niet zonder invloed was ge weest. Mina had de weelderige lokken net jes gekamd en getooid met een zijden strik je Ze omgaven een helder, frisch-bruin ge zichtje, dat bijzonder aantrekkelijk mocht genoemd worden. Nog ietwat verlegen nam de kleine i- randa afscheid van de familie, daarbij eenige woorden van dank stamelende. Arthur nam een. geldstuk uit zijn porte- monnaie en gaf haar dit met de woorden Pas goed op, Miranda, dan zal je een flink meisje worden. 't Is waar, meneer, merkte Mina op, ik wou u vragen, of Anna dezen knoop mag bewaren. Ze vond hem zooeven in de gang en ik denk, dat 't een knoop van uw jas ia. Ze wil zoo graag iets als aandenken be waren, begrijpt u, vergoedigde de trouw hartige Mina. Arthur bemerkte, dat de knoop van zijn uniform afkomstig was en antwoordde lachend Dien knoop mag ze houden Mina. Ik heb nog wel een anderen. Zoo vertrok dan Miranda naar haar nieuw tehuis, en was hiermee vooreerst het woonwagenavontuur van de baan. De beide vrienden maakten zich langzamerhand ook gereed te vertrekken naar het landgoed der Goligny's. HOOFDSTUK II.. Nieuwe Kennissen. Het landgoed der Goligny's was zeer mooi gelegen in een boschrijke streek, in de nabijheid van den grooten straatweg naar de stad X., waar de beide officieren in garnizoen lagen. Het groote, antieke, maar solide huis werd omgeven door een park, dat begrensd werd "door boschrijke landen, voor een zeer groot gedeelte be- hoorende aan de Coligny's. Vroeger, toen de oude graaf nog leefde, weerklonken in die bo8schen geregeld de schoten van een jachtgezelschap. Thans lagen ze vredig en stil. De jonge graaf maakte maar zelden van de gelegenheid gebruik, om in deze wildrijke streken te jagen. Gravin De Coligny was zeer aan dit land huis gehecht. Ze bleef er ook 's winters wo nen, want ze hield an het rustige leven, dat men hier kon leiden. Voor haar hadden de bosschen niets aan schoonheid verloren. Als de weersgesteldheid gunstig was, wan delde of reed ze dan ook naar buiten, steeds vergezeld door Laar gezelschapsjuffrouw en een bediende. De oude dame verheugde zich van gan- scher harte over het vooruitzicht, dat ze aanstonds haar zoon weer eenigen tijd bij zich zou hebben. Wol zag ze Arthur van tijd tot tijd, maar de dienst liet niet toe, dat hij langer dan een dag kon blijven. En ze wenschte ook gaarne kennis te maken met den vriend van haar zoon. Ze wist, dat hij vroeger zijn studievriend was ge weest en dat zo elkaar na de aanstelling tot officier weer gevonden hadden in hetzelfde garnizoen, waar do vriendschap onmiddel lijk was vernieuwd en hechter dan ooit was geworden. Maar ze wilde Alfred begrijpe lijkerwijs gaarne zien, want de vriend van haar zoon was ook haar vriend. De oude gravin was met haar gezelschaps dame in het park gegaan. Ze wilde de komst van haar zoon niet in huis afwachten. Eenige oogenblikken later weerklonk het geratel van een rijtuig, dat stilhield voor. het groote ijzeren hek. De gravin snelde, vooruit, ze had haar zoon reeds herkend. De begroeting was aan weerskanten har telijk. Alfred maakte een gunstigen indruk op de oude dame. Zijn open, eerlijk gezicht, met de van levenslust,tintelende oogen, na men haar onmiddellijk in. Belangstellend informeerde ze bij het huiswaarts gaan naar den heer cn mevrouw Stehman. De beide vrienden hadden nu ook kennis gemaakt met de nieuwe gezelschaps dame. De gravin had haar voorgesteld als mejuffrouw Else Vere. Alfred dacht onwille keurig aan de kleine beschrijving, die Arthur's moeder van haar had gegeven. Die moest inderdaad wel overeenkomen matt de werkelijkheid. Ze geleek de beschei denheid en de eenvoud zelve. Haar kostuum was donker en vrij van eenigen opschik. De coupe was niet bepaald elegant Een hoogst eenvoudige hoed bedekte het donker bruine haar, dat strak naar achteren was opgenomen in een simpele vlecht. Mej. Vore was niet leelijk. Haar gelaat mocht men zelfs bij nadere beschouwing bekoorlijk noemen haar uiterlijke aantrekkelijkheid ging evenwel voor een goed deel verloren onder den bijna boerschen eenvoud van haar kleedij. Toch had zij bij de voorstelling op Alfred geen onsympathieken indruk gemaakt. Ze was wel eenvoudig, maar niet bedeesd in haar optreden en haar stem klonk als zil ver. Ze mengde zich overigens niet veel ia het gesprek; haar volle attentie wijdde* zd aan haar meesteres» (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1914 | | pagina 6