N°. 16557,
Zaterdaa: 14 Februari.
Tweede 3Bla<l. A0. 1914.
Offieieele Kennisgeving.
Ingezonden.
Gemengd Nieuws.
LEIDSCH
DAGBLAD
OPENBARE KENNISGEVING.
«ILITI E.
De milicien-verlofganger van de lichting1
1911 PAULUS LODEWIJKS, behoo-
ende tot het 4e Regiment Vekl-Artille-
4e Batterij, wordt in zijn belang verzocht
zoo spoedig mogelijk: te»r Secretarie
ilezer gemeente (afdeeling Militaire Zaken,
No. 9) aan te melden of zijn tegen-
verblijfplaats op te geven.
De Burgemeester van Leiden,.
N. C. DE GIJSELAAR.
Leiden, den 14den Februari 1914.
Brieven uit Warmond.
LXI.
,Bet-er een goed buur, dan een verre
yriend" brengen wij als gemeente al jaren
laug in practijk. Wij zijn vooral de ons
omliggende gemeenten heusch ,,een goede
buur", en als er eens wat overeen te ko
men is, komt dat ook wel op geschikte wijze
tot stand.
Nu is de buur aller buren voor wis,
Sassenheim; en er is al aardig wat ge
confereerd en overeengekomen indertijd,
zoodat het niemand verwonderen kan, dat
wij tenslotte met onzen buur eens over de
drinkwatervoorziening zijn gaan praten.
Vroeger hadden wij al eens de gemeen
schappelijke belangen van den straatweg,
later die van den Beurschenweg, gezamen
lijk tot een goed einde weten te brengen,
zoodat de mogelijkheid hier nu ook niet
buiten gesloten was, dat weer succes te
verkrijgen was.
En nu moet te Sassenheim zoo maar
gezegd zijn, dat Warmond's Raad weinig
op had met de waterleiding en de ernst
door dat college, voor die zaak betoond,
Diet bijzonder groot was.
't Zij dan ook verklaarbaar, dat de
Voorzitter van den Raad daar, in den Raad
hier, deze week tegen protesteerde, want
werkelijk, vooral bij den voorzitter is de
ernst wol bijzonder groot, voor deze aan
gelegenheid, als voor een der meest belang
rijke zaken.
Zelf was mij dat compliment ontgaan,
want in den kaatsten tijd kwam het bij
onze goede buren wel eens voor, dat je
van de boomen heb bosch, of duidelijker,
van de nummers het huis niet zag, zoo was
dat daar ,,de brandende kwestie", en daar
liet ik mij ook wel een weinig door mee
slepen, ten schade van andere zaken. En
daarom heb ik nu de eer, deze onbewezen
beschuldiging heel ver weg te werpen, of
te weerspreken.
Kan Sassenheim er al op bogen, voor
tien jaren al gelden gevoteerd te hebben
tot vrij groote bedragen, zooals hier ge
schiedde, voor onderzoek en proefboringen?
Ik rneen to weten van niet. Alleen in den
laats ten tijd is zij pas haar aandacht aan
die zaak gaan wijden en na eenigo confe
renties met de Noordelijke naburen als
Lisse en Ilillegom, waarmede blijkbaar
geen overeenstemming was to verkrijgen,
komt zo wijselijk weer tot ons, en nu heb
ik waarlijk hoop, dat dit voor een oplossing
bevorderlijk zal zijn.
Zooals bekend, hébben hier vroeger ver
schillende boringen plaats gehad, waarbij
er zijn geweest, die verwachten deden, dat
een waterleiding, weinig kostbaar, m orde
komen zou; ik heb hier het 'oog op de
proefboringen bij Middendorp, doch ook dit
ging blijkbaar niet zooals gewenscht werd.
Er is toen van alle kanten geprobeerd
goed water to krijgen, doch alles zonder
of met gering succes, totdat wij nu in een
stadium verkeeren, dat wij binnen enkele
dagen waarschijnlijk to weten zullen ko
eien, of wij het spoedig zullen krijgen of
dat het nog lang duren zal.
Hot Rijksbureau voor Drinkwatervoor
ziening werkt nog altijd door cn men
schijnt daar niet zoo vlug klaar te komen,
als aanvankelijk gedacht was, zoodat, als
daar geïnformeerd wordt, men steeds een
zeer gereserveerd antwoord krijgt.
Ook andere gemeenten, die, evenals
hier, de urgentio van een goedo waterlei
ding inzien, zooals Zoeterwoude en Leider
dorp, wachten dan ook niob langer en zijn,
naar ik meen, reeds overeengekomen met
de gemeente Boskoop, die zelf een water
leiding exploiteert, tot do levering van
drinkwater, en claar zou ook voor ons ge
legenheid bestaan tob aansluiting.
Er heeft daarover een conferentie plaats
gehad, met dc betrokken besturen, en daar
op is door eeu Rotterdamsch ingenieur een
beknopt rapport uitgebracht over de koe-
Ion enz., waaruit ongeveer de kostprijs per
hub. M. blijkt. Doch heb beding was er bij,
dat binnen zes weken Boskoop een beslis
sing wenschte.
Ha dien zou heb werk begonnen worden
voor de gemeenten Zooterwoude en Lei
derdorp, ©n zou het niet mogelijk meer
J-'jri, dat men hier water van Boskoop kon
betrokken. Dat zit 'm natuurlijk daarin,
dat leidingbuizen worden gelegd van gerin-
8ereu omvang, die voldoende zijn voor den
ïoevoer naar bovengenoemde gomoenten,
cn dan niet aan onze gemeente en Sassen-
°lru me0r kan geleverd worden.
19 p20 tori?1'jn van beslissen verloopt op
Februari a.B., en nu is op advies yan
zeer bevoegden, door de gemeenten War
mond en Sassenheim bij den Minister van
Binnenlandsche Zaken niet van Water
staat er op aangedrongen, een definitief
antwoord te verkrijgen vóór 19 Februari,
in hoeverre men de zekerheid kan geven,
wanneer do watervoorziening van Rijks
wege kan verwacht worden. En dat ant
woord wacht men nu nog, hier, zoowel al3
te Sassenheim.
Nu meen ik goed ingelicht te zijn, dat
men hier liever water van Rijkswege be
trekt, daar cr niettegenstaande het tegen
deel verzekerd wordt, vrees bestaat, dat.
men ten slotte te Boskoop wel eens tekort
kon gaan komen, om voldoende te leveren.
Doch al is hiervoor niet te vreezen, dan
nog zouden zich bezwaren kunnen voor
doen, door verzakking van de leidingbui
zen in de drassige poldergronden en der-
gelijken ,wat een niet denkbeeldig gevaar
is. 't Vorig jaar is het nog voorgekomen,
dat de Amsterdarasche waterleidingbuizen
te Haarlem, door verzakking, bij heb
,,Spaarne" lek werden cn daardoor ver
scheidene duizenden kub. Meters water ver
loren gingen, wat groote kosten en onge
rief bracht voor do Hoofdstad.
Doch al bestonden die bezwaren niet,
dan geloof ik nog, dat de kosten te hoog
komen zullen, en van daaruit nooit een
rendabele exploitatie zal verkregen wor
den. Bovendien zal bij een eventueels aan
sluiting door de Rijks-drinkwatervoorzie
ning licht nog wel gelegenheid gegeven
worden, om voor lage rente de noodige
geldleeningen te sluiten.
Dab alles bij elkaar genomen, zullen
wij, waar ook vandaan, al is 't ook goed,
nooit op goedkoop water kunnen reke
nen, en dat is toch ook nog een factor.
Ik zou het daarom nog een uitkomst
noemen, als onze buur Sassenheim werke
lijk eens goed water vond; want die gaa.t^
weer zoeken. Er hangt nog wel een sluier
over genoemd „raadsgeheim" waar dat zal
plaats grijpen, doch, ik heb reden te ge-
ïoovcn, dat de proeven, als ze ge
nomen worden, dicht bij of onder onze
gemeente zullen plaats hebben; en zonder
de stellige zekerheid te kunnen geven, heb
ik goeden moed, dat ze succes zullen heb
ben.
Om de zaken al vooruit te loopen, zou
te voorbarig zijn, doch indien men goedo
resultaten verkreeg, zou ik er erg op aan
dringen, om de exploitatie voor gezamen
lijke rekening te nemen. Ze mocht later
eens baten opleveren, en die kunnen wij ook
evengoed gebruiken als goed water.
SPECTATOR.
l)e Tegenstanders
van Plaatselijk© fieaze,
Eenigen tijd geleden werd in alle bladen
ook in het ,,Leidsch Dagblad" een
motie openbaar gemaakt, aangenomen op
een vergadering van het Comité tegen on
matige drankbestrijding, waarin werd be
weerd,
dat de beweging voor Plaatselij-
ko keuze thans reeds ernstig is
verzwakt*) door gebrek aan belangstel
ling in den eigen kring der drankbestrijders,
door het vernietigend oordcel van minister
Gort van der Linden cn niet het minst dooi
den indruk van de geschriften van het Co
mité,
en waarin werd besloten zich principieel
van debat te onthouden.
Bedoelde motie werd aangenomen 2S
Januari.
Ons trof een ingezonden stuk in zeker
blad, waarin de seer, van het Comité tegen
onmatige drankbestrijding, dat 28 Jan. be
weert, dat onze bewoging ernstig
is verzwakt, nu zegt dat is de 7de
Februari
da.t hij zich' niet kan begrijpen, dat de re
dacteur (van het blad, waarin hij schrijft)
kan meenen, dat onzo beweging voor
P. K. althans voorloopig geheel
verlamd zou wezen;
da/t de eerste tegenslag (de verklaring van
Minister Cort van der Linden) deleiders
tot grooter activiteit heeft ge
prikkeld;
dat vanwege liet Comité tegen onmatige
Drankbestrijding allerminst rust ge
nomen kan wordeii.
Men ziet, eert lijnrechte tegenspraak der
eerste bewering.
Alleen letto men er op, dat do eerste be
wering, dat onzo beweging dood liep, ge
plaatst is in alle bladenen dat do twee
de, dat wij tot grooter activiteit zijn ge
prikkeld, alleen staat in oen weekblad voor
„verstandige monschen". Of dan de lezers
van do andere bladen allemaal o n verstan
dige menschen zijn?
Do lezers van het „Leidsch Dagblad" mo
gen weten, dat dat weekblad voor verstan
dige menschen een blad is van de drank
handelaren. En 'tlddr, waar de heeren
onder elkaar zijn, zijn zo eerlijk, dadr zeg
gen zo ook, dat wij, drankbestrijders, aller
minst lamgeslagen zijn. Aan het goedgeloo-
vig publiek wordt echter precies 't omge
keerde wijsgemaakt.
Wat zegt men van zulke strijders voor
de waarheid en do zedelijkheid, en onze na
tionale eer?
U, geachte Redactie, dankend,
W. BANNING,
voor het Comité P. ÏL.
Ëen failliete $portvereeniging*
Geachte Heer Redacteur I
Gisteren werd in Uw Blad de vraag be
antwoord of een sportvereeniging, indien
faillietverklaard, wedstrijden door den Bond
uitgeschreven, kan blijven meespelen.
U was de meening toegedaan, dat, indien
de betrokken Vereeniging tegenover den
Bond maar aan haar verplichtingen vol
deed, de Bond zich het geval verder niet
zou aantrekken. Ik kon mij «dit echter met
goed indenken, daar aulk "een handelwijze
op een zeer eenzijdige moraal zou moeten
berusten.
U noemde drie factoren, welke de cata
strophe zouden kunnen hebben veroorzaakt.,
waarvan de twee laatste echter m. i. in
geen geval als een verontschuldiging mo
gen dienen, n. m. „een slordig beheer" en
dat de Vereeniging dingen zou hebben on
dernomen, die haar draagkracht te boven
zijn gegaan.
Beide gevallen, het wanbeheer of do
grootdoenerij, zouden oorzaak geweest zijn
dat derden financieel worden geschaad en
ge<Vupeerd. Indien men zich aN privaat per
soon hieraan schuldig maakt, wordt men in
de maatschappij het vertrouwen ontzegd, en
zeer tereoht. Moeten niet diezelfde princi
pes, in nog veel sterker mate zelfs, ook gel
den in de Sportwereld? Werden niet aan de
vroegere Olympische Spelen alleen diege
nen toegelaten, die hun naam ongerept had
den weten te houden?
Op welk standpunt de Bond zich stelt
in zulk een geval, is mij niet bekend, t:ch
hoop ik, dat vele sportlui het met mij eens
zullen zijn, dat men zichzelf compromitteert
door te spelen tegen 'n vereeniging, die om
bovengenoemde redenen met den curator in
aanraking zou komen.
Met dank voor de plaatsing, verblijf ik
Hoogachtend,
W. S.
Leiden, 13 Febr. 1914.
Ik spatieer.
Salarisregeling der Politie*
Mijnheer de Redacteur
Met bijzonder genoegen heb ik het inge
zonden stuk van den lièer G. van Putton
over „Salarisregeling der Politie" gele
zen.
Er wordt wel eens gevraagd: Hoe zou
het toch komen, dat do Agenten van Poli
tie zoó~ weinig pleizier hebben in hun vak,
en waarom vervullen zij met weerzin hun
werk? Dan kan hierop geantwoord wor
den dat ligt in do eersto plaats aan de
superieuren en aan de verschillende om
standigheden, waarmede deze mannen te
kampen hebben.
Wanneer de Agenten van Politic op
6traat dienst doen, wordt van hen gevergd^
dat zij zijncorrect- in hun optreden, vrien
delijk en bcloefd tegenover ieder, strikt
eerlijk, (hier kom ik nader op terug) en
gehoorzaam de bevelen uitvoerend, dio
hun door hun superieuren worden gege
ven.
Dit is voorwaar geen gemakkelijke be
trekking.
En hoe wordt deze betrekking bezol
digd
Men behoeft maar de vrouwen van de
Agenten van Politie hier ter stede te be
zien. De een wascht voor de menschen, de
tweede gaat uit werken, do derde verdient
er op een andere manier wat bij, de vierde
wordt vervolgd door crediteuren voor ge
leverd brood, horloges en ander zaken,
een andere wordt vervolgt door een Bank
instelling, voor het niet-nakomen van ver
plichtingen.
Een heele enkele, en dat zijn zij, die
weinig kinderen hebben, dio dit alles
niet behoeven te doen.
Zou dit veranderen, indien dezo men
schen beter bezoldigd werden Ik zeg, zeer
zeker. Stel, de xAgenten van Politie zonder
onderscheid ontvangen f 50 meer trakte
ment per jaar, dan is dit ongeveePmaar
één gulden per weekmaar ik verzeker
U, dat één gulden per week in een Agen
tenhuisgezin het middel kan zijn, dat dc
vrouw van den Agent blijft, waar zij be
hoort, dat is in haar gezin. En ik noem
het een niet genoeg te brandmerken
schande voor een stad, waar de vrouwen
van Agenten van Politie uit gebrek uit
werken moeten gaan, of door crediteuren
worden nageschreeuwd, omdat zij niet kun
nen betalen. Ivomt zoo'n zaak aan „do
groote klok", dan is het eerste, wat een
Agent van Politie hoort: „Je hebt te zor
gen, dat de-ze schuld voldaan wordt," want:
„Een Agent mag geen schulden hebben."
Wat het salaris der Agenten betreft, dit
heeft do heer G. van Pufct-on glashelder uit
een gezet, dit staat vast, het is veel te
weinig, want de menschen komen te
kort.
Waar het Gemeentebestuur het noodig
heeft geoordeeld, om de lioogere en hoog
ste Politiedienaren, (want zij zijn allen,
zonder onderscheid, dienaren van Politie,)
verhooging van traktement te geven, is
het meer dan noodig, dat ook de Agenten
3de, 2de en 1ste klasse verhooging van trak
tement krijgen.
Waar het Gemeentebestuur verlangt:
Agenten van Politie met een kranig fi
guur, goed ontwikkeld in algemeene ken
nis, zoo mogelijk kennis van de Fransc-he,
Engelsche en Duitsche talen, stenographic,
telegrafie en Diploma van bekwaamheid,
is het niet meer dan billijk, dat deze man
nen een traktement genieten, dat zij ruim
voldoende kunnen leven. Want hoe zal een
Agont van Politie, volgens den eed, bij
de aanvaarding zijner bediening afgelegd,
kunnen handelen, wanneer hij steeds met
financieel© moeilijkheden te kampen heeft
De eenige oplossing ter spoedjgo veran
dering zou zijn geef den Agenten van
Politie genoeg traktement, cn verlang
oerste krachten, dan zal men krijgen, man
nen met lust voor hun vak, die kunnen han
delen zonder aanziens des persoons, wat
hun tot nu toe, onmogelijk is. Immers, de
gevallen zijn voor het grijpen. Een Agent-
van Politie bekeurt bijv. een dienstbode
voor een of andere overtreding. Zij be
klaagt zich bij Mevrouw, die onmiddel
lijk zegt.: Agent, als je de zaak niet in
trekt, mag je vrouw niet meer komen wer
ken of wasschen. Of, een bakker of brood
depothouder rijdt 's avonds zonder licht,
een Agent bekeurt hern, dan is de moge
lijkheid niet uitgesloten, dat die Agent
ten antwoord krijgtZeg, knappeman, be
taal eerst je schuld!
En meen nu niet, M. do R., dat ik over
drijf, of dat deze dingen niet bestaan, zij
komen dagelijks voor
Dit is niet anders te verhelpen dan door
verhooging van traktement, en de eisc-h
een Agent van Politie mag geen schulden
hebben. Hopendo hiermede een steentje
te hebben bijgedragen tot het uit den weg
ruimen van grievend leed, en U, M. do
R., beleefd dankende voor de plaatsruimte,
teeken ik met de meeste
Hoogachting
S. SPIERENBURG.
Oud-Politieman.
Leiden, 13 Februari 1914.
(Mandenmakerssteeg 3 en 5.)
Uet Bioscoopgevaar.
Geachte Redactie
Mag ik U een klein plaatsje verzoeken,
om den heer J. Schaap Hz., te mogen ant
woorden op het Ingezonden Stuk in Uw ge-
eerd blad van gisteravond?
De heer Schaap heeft zeker in een of ande
re courant gelezen, wat hij in Uw blad ge
plaatst wilde zien, om ook in Leiden dat
balletje aan het- rollen te brengen; doch mag
ik den heer Schaap even vertellen, dat hij
met oud nieuws komt? De voorzitter van
den Gemeenteraad van Leiden heeft, gelijk
gehad, dat in Leiden geen gevaar te duchten
is voor dat versohrikkellijké Bioscoop-kwaad
daar er reeds voldoende controle over wordt
uitgeoefend, en werkelijk, -dat is waar. Doch
wat- mag toch wel dat kwaad zijn? Waar wor
den de kinderen slecht van? Van een goede
Directie verwacht men niet, dat verkeerde
dingen, moorden, enz. enz. vertoond wor
den. (Ten minste in een matinee.)
Te veel liefde komt voor op de Bioscoop.
Kan diat soms kwaad, mijnheer Schaap
Want dat moet heb dan toch wel zijn. Doch
zien de kinderen niets op straat- 's avonds,
of op Singels? Mooht U een wet willen la
ten maken op Bioscopen, maakt U cr dan
eerst een voor jongelui die zonder muil
korf 's avonds op de Singels wandelen.
Wilt U mij even vertellen; Waren er vroe
ger geen boefjes, geen opvoedingsgestich
ten, geen verbeteringshuizen, geen diefjes,
geen moordenaartjes? Dat alles heeft die
leelijke, verderflijke Bioscoop op het gewe
ten; dat die kinderen in die laatote tien
jaar (zoolang bestaat de bioscoop zoo wat in
Nederland) zoo ondeugend zijn.
Wat U aanhaalt over het artikel van
den heer Götze, dato Sept. 1911, 2.V jaar
geleden, hoop ik U voldoende te hebben
weerlegd.
De zoogenaamde grappige filmn! Maar,
Mijnheer. Wat wilt U eigenlijk van de kin
deren maken? Zwartgallige, vervelende, of
ziet U niet gaarne, dat een kind eens ge
zond lacht? Later, wanneer die kinderen
groot zouden zijn, en nooit eens eon aflei
ding hebben gehad, wat zullen die dan gezel
lig zijn voor een ander
U bekent zelf, Mijnheer Schaap, U is nog
niet met de Leidsche toestanden op de
hoogte. Zijt ge wel eens in een bioscoop ge
weest in de laatste drie jaar? Want U ver
telt, dat het trillen voor de oogen zoo slecht
indoch de tegenwoordigo machines, die
der laatste drie iaar, trillen niet meer; of
schrijft. U nog uit den tijd der Kinemato
graaf of te wel schitterende Bioscoop-voor
stellingen? Dat is afgeloopen, mijnheer. Ik
ben zes jaar bijna hier in Leiden, zie elke
voorstelling, die bij mij gegeven wordt, en
durf U verzekeren: ik kan zien als de beste.^
Ik vind het een zeer onverantwoordelijke
daad van dien heer hoofdonderwijzer, dien
U gesproken hebt over „toen ik er ïu was
had ik er spijt van", met de onafhankelijk-
heicfofeesten.
Doch mag ik U even wat zeggen? De
verboden vrucht smaakt het lekkerst, want
ik vermoed toch wel, dat die heer hoofd
onderwijzer wel gelachen zal hebben en zijn
pupillen ook.
Laat U de gemeente. ïn vredesnaam met
rust, om nog meer personeel aan te stellen
om Bioscopen te controleercn. Wij hebben al
belasting genoeg.
Mag ik U dank zeggen, Mijnheer de Re
dacteur, voor de verleende plaatsruimte.
Uw dw. dienaar,
B. O. HARTMAN.
Directeur van heb Eerste Leidsche Bios
coop-Theater. Stationsweg 19, alhier.
De 2 1-jarige militair J. de B.r
van het derde reg. cavalerie in Den Haag
kreeg gisteren bij oefeningen op het Malie
veld vaii een paard een trap tegen het lin
kerbeen, waardoor dit ernstig werd ver
wond. Hij werd naar het Militair Hospi
taal vervoerd.
Een zeldzaam jubileum.
Het is 65 jaar geleden, dat mej. Aafko
Rozendaal als dienstbode in dienst trad
bij do familie Wassenbergh, to Leeuwar
den. De dag ging, zooals te begrijpen valt,
voor deze oude getrouwe niet onopgemerkt
voorbij, hetwelk bleek uit de vele geluk-
wenschcn, die haar bereikten.
Op een kassierskantoor
in do pro\incie Groningen kwam een han
delaar een paar effecten, ter waarde van
ongeveer f2iCO, beleenen met f2000.
Den volgenden dag kwam de handelaar
terug, nog f 2000 vragen. Hij had geen ef
fecten meer, wel een soliden borg, een bij
den kassier goed bekenden landbouwer.
Dat was dus goed. „Maar aldus onz©
handelaar „de boer wil niet gelooven,
dat ik hier effecten afgaf. Mag ik ze even
mee, om ze te toonen? Met een uurtje ben
ik terug".
Dat gelukte ook, de handelaar vertrok,
keerde niet terug en is nu failliet
(„Avondp.").
Erisingeb roken in hetspoor-
wegstation te Harraelen. Op heb bureau
van den stationschef is een lessenaar open
gebroken, waaruit f 15 kasgeld is gestolen.
Anders wordt er niets vermist..
De Berlijnscho recherche
houdt zich nog steeds bezig met den be
faamde» „directeur Fartum", van wiens
zwendelarijen ten aanzien van duizenden
wcrkloozen eenigo maanden geleden be
richt werd. De zoogenaamdo Barturn heet
inderdaad Friedrich Deiner, en is een voor
malig monteur. Hij werd eenigen tijd ge
leden te München gearresteerd, en men
kwam spoedig tot de ontdekking met een
gevaarlijken bandiet te doen te hebben.
Yolgeus zijn eigen bekentenis is Deiuer
laatstelijk tot 2.V jaar gevangenisstraf te
Straatsburg veroordeeld. Met ontstellend
cynisme hing hij een tafereel op van de
ont-clbare oplichterijen en bedriegerijen, die
hij in den loop van zijn veelbewogen leven
heeft gepleegd, onder tallooze valsche na^
men en in geheel Duitschland. Te Berlijn
deed hij zich voor als beeldhouwer, werk
zaam aan het koninklijk paleis, en opdat
men hem te eerder zou gelooven, trok hij
iederen dag een witte stofjas aan en kuier
de ecu paar malen om het paleis heen. Da
thans gearresteerde oplichter, was even
eens sterk in huwelijkszwendclarijen en zijn
slachtoffers zijn niet te tellen.
Do postdirecteur van h p t
Seini-departoment, de heer Bouguet, is
een hartstochtelijk filatelist. Onlangs had
hij een aardige truc uitgevonden, om in heb
bezit te komen van een groot aantal buiten-
landsche postzegels. Op deftig briefpapier
met het hoofd „Ministerie van Handel,
Industrie en Postwezen, Frankrijk", ver
zocht hij talrijke buitcnlandsche ministe
ries, hara een volledige verzameling post
zegels te zenden in dkit land in gebruik.
Yau vele kanten gaf men aan het verzoek
gehoor. Do Zwitserscho post-directeur
vertrouwde Het zaakje niet on zond heb
schrijven naar den Franschen minister van
Handel. Daar kwamen vreemde dingen
aan het licht. Bouguet wordt nu de dupo
vap zijn verzamelwoede.
Aan do woning van mrs.
Maruiiug, tc Newark, meldde zich een
zwaar gesluierde dame. Toen mrs. Man
ning haar bezoekster tegemoet ging, kaal-
do dezo een revolver tc voorschijn en zon
der iets te zeggen schoot zij mevr. Man
ning door het hart.
Iu do verwarring, die op de misdaad
volgde, wist de moordenares te ontkomen.
Wie was do gesluierde dame, die dezen
moord had begaan? De politie was dade
lijk gereed met een antwoord. Dc gesluier
de dame was geen vrouw, meende zij, maar
een vermomde man, die den moord had
begaan, omdat hij bij mevrouw Manning
geen gehoor zou hebben gekregen voor zijn
liefdesbetuigingen. Nu echter is gebleken,
dat de politie wat al tc voorbarig in haar
oordeel is geweest.
De moord blijkt n.I. te zijn bedreven
door een negentienjarig meisje, een vrien
din van den heer Charles Manning, echt
genoot van de vermoorde vrouw, die aldus
zich van een mededingster wilde optdoen.
Het meisje pleegdo zelfmoord, maar liet
een schrijven achter, waarin ze haar mis
daad bekende. Charles Manning is nu, on
danks de verklaring van do daderes, dab
hij bij de zaak niet betrokken is, in hech
tenis genomen onder vermoeden van mede
plichtigheid. In New-York wekt het drama
groot opzien.
Drie kinderen speelden
te Horst, bij Hannover, in de nabijheid van
een molen. Ze kwamen te dicht bij de wie
ken en werden met. een geweldigen slag
op zij geslingerd. Alle drie kregen schedel
breuk. Een kindje is reeds overleden en
ook do beide auderen deukt men niet in
hot leven te zullen houden.