N°. 16557, Zaterdaa: 14 Februari. Tweede 3Bla<l. A0. 1914. Offieieele Kennisgeving. Ingezonden. Gemengd Nieuws. LEIDSCH DAGBLAD OPENBARE KENNISGEVING. «ILITI E. De milicien-verlofganger van de lichting1 1911 PAULUS LODEWIJKS, behoo- ende tot het 4e Regiment Vekl-Artille- 4e Batterij, wordt in zijn belang verzocht zoo spoedig mogelijk: te»r Secretarie ilezer gemeente (afdeeling Militaire Zaken, No. 9) aan te melden of zijn tegen- verblijfplaats op te geven. De Burgemeester van Leiden,. N. C. DE GIJSELAAR. Leiden, den 14den Februari 1914. Brieven uit Warmond. LXI. ,Bet-er een goed buur, dan een verre yriend" brengen wij als gemeente al jaren laug in practijk. Wij zijn vooral de ons omliggende gemeenten heusch ,,een goede buur", en als er eens wat overeen te ko men is, komt dat ook wel op geschikte wijze tot stand. Nu is de buur aller buren voor wis, Sassenheim; en er is al aardig wat ge confereerd en overeengekomen indertijd, zoodat het niemand verwonderen kan, dat wij tenslotte met onzen buur eens over de drinkwatervoorziening zijn gaan praten. Vroeger hadden wij al eens de gemeen schappelijke belangen van den straatweg, later die van den Beurschenweg, gezamen lijk tot een goed einde weten te brengen, zoodat de mogelijkheid hier nu ook niet buiten gesloten was, dat weer succes te verkrijgen was. En nu moet te Sassenheim zoo maar gezegd zijn, dat Warmond's Raad weinig op had met de waterleiding en de ernst door dat college, voor die zaak betoond, Diet bijzonder groot was. 't Zij dan ook verklaarbaar, dat de Voorzitter van den Raad daar, in den Raad hier, deze week tegen protesteerde, want werkelijk, vooral bij den voorzitter is de ernst wol bijzonder groot, voor deze aan gelegenheid, als voor een der meest belang rijke zaken. Zelf was mij dat compliment ontgaan, want in den kaatsten tijd kwam het bij onze goede buren wel eens voor, dat je van de boomen heb bosch, of duidelijker, van de nummers het huis niet zag, zoo was dat daar ,,de brandende kwestie", en daar liet ik mij ook wel een weinig door mee slepen, ten schade van andere zaken. En daarom heb ik nu de eer, deze onbewezen beschuldiging heel ver weg te werpen, of te weerspreken. Kan Sassenheim er al op bogen, voor tien jaren al gelden gevoteerd te hebben tot vrij groote bedragen, zooals hier ge schiedde, voor onderzoek en proefboringen? Ik rneen to weten van niet. Alleen in den laats ten tijd is zij pas haar aandacht aan die zaak gaan wijden en na eenigo confe renties met de Noordelijke naburen als Lisse en Ilillegom, waarmede blijkbaar geen overeenstemming was to verkrijgen, komt zo wijselijk weer tot ons, en nu heb ik waarlijk hoop, dat dit voor een oplossing bevorderlijk zal zijn. Zooals bekend, hébben hier vroeger ver schillende boringen plaats gehad, waarbij er zijn geweest, die verwachten deden, dat een waterleiding, weinig kostbaar, m orde komen zou; ik heb hier het 'oog op de proefboringen bij Middendorp, doch ook dit ging blijkbaar niet zooals gewenscht werd. Er is toen van alle kanten geprobeerd goed water to krijgen, doch alles zonder of met gering succes, totdat wij nu in een stadium verkeeren, dat wij binnen enkele dagen waarschijnlijk to weten zullen ko eien, of wij het spoedig zullen krijgen of dat het nog lang duren zal. Hot Rijksbureau voor Drinkwatervoor ziening werkt nog altijd door cn men schijnt daar niet zoo vlug klaar te komen, als aanvankelijk gedacht was, zoodat, als daar geïnformeerd wordt, men steeds een zeer gereserveerd antwoord krijgt. Ook andere gemeenten, die, evenals hier, de urgentio van een goedo waterlei ding inzien, zooals Zoeterwoude en Leider dorp, wachten dan ook niob langer en zijn, naar ik meen, reeds overeengekomen met de gemeente Boskoop, die zelf een water leiding exploiteert, tot do levering van drinkwater, en claar zou ook voor ons ge legenheid bestaan tob aansluiting. Er heeft daarover een conferentie plaats gehad, met dc betrokken besturen, en daar op is door eeu Rotterdamsch ingenieur een beknopt rapport uitgebracht over de koe- Ion enz., waaruit ongeveer de kostprijs per hub. M. blijkt. Doch heb beding was er bij, dat binnen zes weken Boskoop een beslis sing wenschte. Ha dien zou heb werk begonnen worden voor de gemeenten Zooterwoude en Lei derdorp, ©n zou het niet mogelijk meer J-'jri, dat men hier water van Boskoop kon betrokken. Dat zit 'm natuurlijk daarin, dat leidingbuizen worden gelegd van gerin- 8ereu omvang, die voldoende zijn voor den ïoevoer naar bovengenoemde gomoenten, cn dan niet aan onze gemeente en Sassen- °lru me0r kan geleverd worden. 19 p20 tori?1'jn van beslissen verloopt op Februari a.B., en nu is op advies yan zeer bevoegden, door de gemeenten War mond en Sassenheim bij den Minister van Binnenlandsche Zaken niet van Water staat er op aangedrongen, een definitief antwoord te verkrijgen vóór 19 Februari, in hoeverre men de zekerheid kan geven, wanneer do watervoorziening van Rijks wege kan verwacht worden. En dat ant woord wacht men nu nog, hier, zoowel al3 te Sassenheim. Nu meen ik goed ingelicht te zijn, dat men hier liever water van Rijkswege be trekt, daar cr niettegenstaande het tegen deel verzekerd wordt, vrees bestaat, dat. men ten slotte te Boskoop wel eens tekort kon gaan komen, om voldoende te leveren. Doch al is hiervoor niet te vreezen, dan nog zouden zich bezwaren kunnen voor doen, door verzakking van de leidingbui zen in de drassige poldergronden en der- gelijken ,wat een niet denkbeeldig gevaar is. 't Vorig jaar is het nog voorgekomen, dat de Amsterdarasche waterleidingbuizen te Haarlem, door verzakking, bij heb ,,Spaarne" lek werden cn daardoor ver scheidene duizenden kub. Meters water ver loren gingen, wat groote kosten en onge rief bracht voor do Hoofdstad. Doch al bestonden die bezwaren niet, dan geloof ik nog, dat de kosten te hoog komen zullen, en van daaruit nooit een rendabele exploitatie zal verkregen wor den. Bovendien zal bij een eventueels aan sluiting door de Rijks-drinkwatervoorzie ning licht nog wel gelegenheid gegeven worden, om voor lage rente de noodige geldleeningen te sluiten. Dab alles bij elkaar genomen, zullen wij, waar ook vandaan, al is 't ook goed, nooit op goedkoop water kunnen reke nen, en dat is toch ook nog een factor. Ik zou het daarom nog een uitkomst noemen, als onze buur Sassenheim werke lijk eens goed water vond; want die gaa.t^ weer zoeken. Er hangt nog wel een sluier over genoemd „raadsgeheim" waar dat zal plaats grijpen, doch, ik heb reden te ge- ïoovcn, dat de proeven, als ze ge nomen worden, dicht bij of onder onze gemeente zullen plaats hebben; en zonder de stellige zekerheid te kunnen geven, heb ik goeden moed, dat ze succes zullen heb ben. Om de zaken al vooruit te loopen, zou te voorbarig zijn, doch indien men goedo resultaten verkreeg, zou ik er erg op aan dringen, om de exploitatie voor gezamen lijke rekening te nemen. Ze mocht later eens baten opleveren, en die kunnen wij ook evengoed gebruiken als goed water. SPECTATOR. l)e Tegenstanders van Plaatselijk© fieaze, Eenigen tijd geleden werd in alle bladen ook in het ,,Leidsch Dagblad" een motie openbaar gemaakt, aangenomen op een vergadering van het Comité tegen on matige drankbestrijding, waarin werd be weerd, dat de beweging voor Plaatselij- ko keuze thans reeds ernstig is verzwakt*) door gebrek aan belangstel ling in den eigen kring der drankbestrijders, door het vernietigend oordcel van minister Gort van der Linden cn niet het minst dooi den indruk van de geschriften van het Co mité, en waarin werd besloten zich principieel van debat te onthouden. Bedoelde motie werd aangenomen 2S Januari. Ons trof een ingezonden stuk in zeker blad, waarin de seer, van het Comité tegen onmatige drankbestrijding, dat 28 Jan. be weert, dat onze bewoging ernstig is verzwakt, nu zegt dat is de 7de Februari da.t hij zich' niet kan begrijpen, dat de re dacteur (van het blad, waarin hij schrijft) kan meenen, dat onzo beweging voor P. K. althans voorloopig geheel verlamd zou wezen; da/t de eerste tegenslag (de verklaring van Minister Cort van der Linden) deleiders tot grooter activiteit heeft ge prikkeld; dat vanwege liet Comité tegen onmatige Drankbestrijding allerminst rust ge nomen kan wordeii. Men ziet, eert lijnrechte tegenspraak der eerste bewering. Alleen letto men er op, dat do eerste be wering, dat onzo beweging dood liep, ge plaatst is in alle bladenen dat do twee de, dat wij tot grooter activiteit zijn ge prikkeld, alleen staat in oen weekblad voor „verstandige monschen". Of dan de lezers van do andere bladen allemaal o n verstan dige menschen zijn? Do lezers van het „Leidsch Dagblad" mo gen weten, dat dat weekblad voor verstan dige menschen een blad is van de drank handelaren. En 'tlddr, waar de heeren onder elkaar zijn, zijn zo eerlijk, dadr zeg gen zo ook, dat wij, drankbestrijders, aller minst lamgeslagen zijn. Aan het goedgeloo- vig publiek wordt echter precies 't omge keerde wijsgemaakt. Wat zegt men van zulke strijders voor de waarheid en do zedelijkheid, en onze na tionale eer? U, geachte Redactie, dankend, W. BANNING, voor het Comité P. ÏL. Ëen failliete $portvereeniging* Geachte Heer Redacteur I Gisteren werd in Uw Blad de vraag be antwoord of een sportvereeniging, indien faillietverklaard, wedstrijden door den Bond uitgeschreven, kan blijven meespelen. U was de meening toegedaan, dat, indien de betrokken Vereeniging tegenover den Bond maar aan haar verplichtingen vol deed, de Bond zich het geval verder niet zou aantrekken. Ik kon mij «dit echter met goed indenken, daar aulk "een handelwijze op een zeer eenzijdige moraal zou moeten berusten. U noemde drie factoren, welke de cata strophe zouden kunnen hebben veroorzaakt., waarvan de twee laatste echter m. i. in geen geval als een verontschuldiging mo gen dienen, n. m. „een slordig beheer" en dat de Vereeniging dingen zou hebben on dernomen, die haar draagkracht te boven zijn gegaan. Beide gevallen, het wanbeheer of do grootdoenerij, zouden oorzaak geweest zijn dat derden financieel worden geschaad en ge<Vupeerd. Indien men zich aN privaat per soon hieraan schuldig maakt, wordt men in de maatschappij het vertrouwen ontzegd, en zeer tereoht. Moeten niet diezelfde princi pes, in nog veel sterker mate zelfs, ook gel den in de Sportwereld? Werden niet aan de vroegere Olympische Spelen alleen diege nen toegelaten, die hun naam ongerept had den weten te houden? Op welk standpunt de Bond zich stelt in zulk een geval, is mij niet bekend, t:ch hoop ik, dat vele sportlui het met mij eens zullen zijn, dat men zichzelf compromitteert door te spelen tegen 'n vereeniging, die om bovengenoemde redenen met den curator in aanraking zou komen. Met dank voor de plaatsing, verblijf ik Hoogachtend, W. S. Leiden, 13 Febr. 1914. Ik spatieer. Salarisregeling der Politie* Mijnheer de Redacteur Met bijzonder genoegen heb ik het inge zonden stuk van den lièer G. van Putton over „Salarisregeling der Politie" gele zen. Er wordt wel eens gevraagd: Hoe zou het toch komen, dat do Agenten van Poli tie zoó~ weinig pleizier hebben in hun vak, en waarom vervullen zij met weerzin hun werk? Dan kan hierop geantwoord wor den dat ligt in do eersto plaats aan de superieuren en aan de verschillende om standigheden, waarmede deze mannen te kampen hebben. Wanneer de Agenten van Politic op 6traat dienst doen, wordt van hen gevergd^ dat zij zijncorrect- in hun optreden, vrien delijk en bcloefd tegenover ieder, strikt eerlijk, (hier kom ik nader op terug) en gehoorzaam de bevelen uitvoerend, dio hun door hun superieuren worden gege ven. Dit is voorwaar geen gemakkelijke be trekking. En hoe wordt deze betrekking bezol digd Men behoeft maar de vrouwen van de Agenten van Politie hier ter stede te be zien. De een wascht voor de menschen, de tweede gaat uit werken, do derde verdient er op een andere manier wat bij, de vierde wordt vervolgd door crediteuren voor ge leverd brood, horloges en ander zaken, een andere wordt vervolgt door een Bank instelling, voor het niet-nakomen van ver plichtingen. Een heele enkele, en dat zijn zij, die weinig kinderen hebben, dio dit alles niet behoeven te doen. Zou dit veranderen, indien dezo men schen beter bezoldigd werden Ik zeg, zeer zeker. Stel, de xAgenten van Politie zonder onderscheid ontvangen f 50 meer trakte ment per jaar, dan is dit ongeveePmaar één gulden per weekmaar ik verzeker U, dat één gulden per week in een Agen tenhuisgezin het middel kan zijn, dat dc vrouw van den Agent blijft, waar zij be hoort, dat is in haar gezin. En ik noem het een niet genoeg te brandmerken schande voor een stad, waar de vrouwen van Agenten van Politie uit gebrek uit werken moeten gaan, of door crediteuren worden nageschreeuwd, omdat zij niet kun nen betalen. Ivomt zoo'n zaak aan „do groote klok", dan is het eerste, wat een Agent van Politie hoort: „Je hebt te zor gen, dat de-ze schuld voldaan wordt," want: „Een Agent mag geen schulden hebben." Wat het salaris der Agenten betreft, dit heeft do heer G. van Pufct-on glashelder uit een gezet, dit staat vast, het is veel te weinig, want de menschen komen te kort. Waar het Gemeentebestuur het noodig heeft geoordeeld, om de lioogere en hoog ste Politiedienaren, (want zij zijn allen, zonder onderscheid, dienaren van Politie,) verhooging van traktement te geven, is het meer dan noodig, dat ook de Agenten 3de, 2de en 1ste klasse verhooging van trak tement krijgen. Waar het Gemeentebestuur verlangt: Agenten van Politie met een kranig fi guur, goed ontwikkeld in algemeene ken nis, zoo mogelijk kennis van de Fransc-he, Engelsche en Duitsche talen, stenographic, telegrafie en Diploma van bekwaamheid, is het niet meer dan billijk, dat deze man nen een traktement genieten, dat zij ruim voldoende kunnen leven. Want hoe zal een Agont van Politie, volgens den eed, bij de aanvaarding zijner bediening afgelegd, kunnen handelen, wanneer hij steeds met financieel© moeilijkheden te kampen heeft De eenige oplossing ter spoedjgo veran dering zou zijn geef den Agenten van Politie genoeg traktement, cn verlang oerste krachten, dan zal men krijgen, man nen met lust voor hun vak, die kunnen han delen zonder aanziens des persoons, wat hun tot nu toe, onmogelijk is. Immers, de gevallen zijn voor het grijpen. Een Agent- van Politie bekeurt bijv. een dienstbode voor een of andere overtreding. Zij be klaagt zich bij Mevrouw, die onmiddel lijk zegt.: Agent, als je de zaak niet in trekt, mag je vrouw niet meer komen wer ken of wasschen. Of, een bakker of brood depothouder rijdt 's avonds zonder licht, een Agent bekeurt hern, dan is de moge lijkheid niet uitgesloten, dat die Agent ten antwoord krijgtZeg, knappeman, be taal eerst je schuld! En meen nu niet, M. do R., dat ik over drijf, of dat deze dingen niet bestaan, zij komen dagelijks voor Dit is niet anders te verhelpen dan door verhooging van traktement, en de eisc-h een Agent van Politie mag geen schulden hebben. Hopendo hiermede een steentje te hebben bijgedragen tot het uit den weg ruimen van grievend leed, en U, M. do R., beleefd dankende voor de plaatsruimte, teeken ik met de meeste Hoogachting S. SPIERENBURG. Oud-Politieman. Leiden, 13 Februari 1914. (Mandenmakerssteeg 3 en 5.) Uet Bioscoopgevaar. Geachte Redactie Mag ik U een klein plaatsje verzoeken, om den heer J. Schaap Hz., te mogen ant woorden op het Ingezonden Stuk in Uw ge- eerd blad van gisteravond? De heer Schaap heeft zeker in een of ande re courant gelezen, wat hij in Uw blad ge plaatst wilde zien, om ook in Leiden dat balletje aan het- rollen te brengen; doch mag ik den heer Schaap even vertellen, dat hij met oud nieuws komt? De voorzitter van den Gemeenteraad van Leiden heeft, gelijk gehad, dat in Leiden geen gevaar te duchten is voor dat versohrikkellijké Bioscoop-kwaad daar er reeds voldoende controle over wordt uitgeoefend, en werkelijk, -dat is waar. Doch wat- mag toch wel dat kwaad zijn? Waar wor den de kinderen slecht van? Van een goede Directie verwacht men niet, dat verkeerde dingen, moorden, enz. enz. vertoond wor den. (Ten minste in een matinee.) Te veel liefde komt voor op de Bioscoop. Kan diat soms kwaad, mijnheer Schaap Want dat moet heb dan toch wel zijn. Doch zien de kinderen niets op straat- 's avonds, of op Singels? Mooht U een wet willen la ten maken op Bioscopen, maakt U cr dan eerst een voor jongelui die zonder muil korf 's avonds op de Singels wandelen. Wilt U mij even vertellen; Waren er vroe ger geen boefjes, geen opvoedingsgestich ten, geen verbeteringshuizen, geen diefjes, geen moordenaartjes? Dat alles heeft die leelijke, verderflijke Bioscoop op het gewe ten; dat die kinderen in die laatote tien jaar (zoolang bestaat de bioscoop zoo wat in Nederland) zoo ondeugend zijn. Wat U aanhaalt over het artikel van den heer Götze, dato Sept. 1911, 2.V jaar geleden, hoop ik U voldoende te hebben weerlegd. De zoogenaamde grappige filmn! Maar, Mijnheer. Wat wilt U eigenlijk van de kin deren maken? Zwartgallige, vervelende, of ziet U niet gaarne, dat een kind eens ge zond lacht? Later, wanneer die kinderen groot zouden zijn, en nooit eens eon aflei ding hebben gehad, wat zullen die dan gezel lig zijn voor een ander U bekent zelf, Mijnheer Schaap, U is nog niet met de Leidsche toestanden op de hoogte. Zijt ge wel eens in een bioscoop ge weest in de laatste drie jaar? Want U ver telt, dat het trillen voor de oogen zoo slecht indoch de tegenwoordigo machines, die der laatste drie iaar, trillen niet meer; of schrijft. U nog uit den tijd der Kinemato graaf of te wel schitterende Bioscoop-voor stellingen? Dat is afgeloopen, mijnheer. Ik ben zes jaar bijna hier in Leiden, zie elke voorstelling, die bij mij gegeven wordt, en durf U verzekeren: ik kan zien als de beste.^ Ik vind het een zeer onverantwoordelijke daad van dien heer hoofdonderwijzer, dien U gesproken hebt over „toen ik er ïu was had ik er spijt van", met de onafhankelijk- heicfofeesten. Doch mag ik U even wat zeggen? De verboden vrucht smaakt het lekkerst, want ik vermoed toch wel, dat die heer hoofd onderwijzer wel gelachen zal hebben en zijn pupillen ook. Laat U de gemeente. ïn vredesnaam met rust, om nog meer personeel aan te stellen om Bioscopen te controleercn. Wij hebben al belasting genoeg. Mag ik U dank zeggen, Mijnheer de Re dacteur, voor de verleende plaatsruimte. Uw dw. dienaar, B. O. HARTMAN. Directeur van heb Eerste Leidsche Bios coop-Theater. Stationsweg 19, alhier. De 2 1-jarige militair J. de B.r van het derde reg. cavalerie in Den Haag kreeg gisteren bij oefeningen op het Malie veld vaii een paard een trap tegen het lin kerbeen, waardoor dit ernstig werd ver wond. Hij werd naar het Militair Hospi taal vervoerd. Een zeldzaam jubileum. Het is 65 jaar geleden, dat mej. Aafko Rozendaal als dienstbode in dienst trad bij do familie Wassenbergh, to Leeuwar den. De dag ging, zooals te begrijpen valt, voor deze oude getrouwe niet onopgemerkt voorbij, hetwelk bleek uit de vele geluk- wenschcn, die haar bereikten. Op een kassierskantoor in do pro\incie Groningen kwam een han delaar een paar effecten, ter waarde van ongeveer f2iCO, beleenen met f2000. Den volgenden dag kwam de handelaar terug, nog f 2000 vragen. Hij had geen ef fecten meer, wel een soliden borg, een bij den kassier goed bekenden landbouwer. Dat was dus goed. „Maar aldus onz© handelaar „de boer wil niet gelooven, dat ik hier effecten afgaf. Mag ik ze even mee, om ze te toonen? Met een uurtje ben ik terug". Dat gelukte ook, de handelaar vertrok, keerde niet terug en is nu failliet („Avondp."). Erisingeb roken in hetspoor- wegstation te Harraelen. Op heb bureau van den stationschef is een lessenaar open gebroken, waaruit f 15 kasgeld is gestolen. Anders wordt er niets vermist.. De Berlijnscho recherche houdt zich nog steeds bezig met den be faamde» „directeur Fartum", van wiens zwendelarijen ten aanzien van duizenden wcrkloozen eenigo maanden geleden be richt werd. De zoogenaamdo Barturn heet inderdaad Friedrich Deiner, en is een voor malig monteur. Hij werd eenigen tijd ge leden te München gearresteerd, en men kwam spoedig tot de ontdekking met een gevaarlijken bandiet te doen te hebben. Yolgeus zijn eigen bekentenis is Deiuer laatstelijk tot 2.V jaar gevangenisstraf te Straatsburg veroordeeld. Met ontstellend cynisme hing hij een tafereel op van de ont-clbare oplichterijen en bedriegerijen, die hij in den loop van zijn veelbewogen leven heeft gepleegd, onder tallooze valsche na^ men en in geheel Duitschland. Te Berlijn deed hij zich voor als beeldhouwer, werk zaam aan het koninklijk paleis, en opdat men hem te eerder zou gelooven, trok hij iederen dag een witte stofjas aan en kuier de ecu paar malen om het paleis heen. Da thans gearresteerde oplichter, was even eens sterk in huwelijkszwendclarijen en zijn slachtoffers zijn niet te tellen. Do postdirecteur van h p t Seini-departoment, de heer Bouguet, is een hartstochtelijk filatelist. Onlangs had hij een aardige truc uitgevonden, om in heb bezit te komen van een groot aantal buiten- landsche postzegels. Op deftig briefpapier met het hoofd „Ministerie van Handel, Industrie en Postwezen, Frankrijk", ver zocht hij talrijke buitcnlandsche ministe ries, hara een volledige verzameling post zegels te zenden in dkit land in gebruik. Yau vele kanten gaf men aan het verzoek gehoor. Do Zwitserscho post-directeur vertrouwde Het zaakje niet on zond heb schrijven naar den Franschen minister van Handel. Daar kwamen vreemde dingen aan het licht. Bouguet wordt nu de dupo vap zijn verzamelwoede. Aan do woning van mrs. Maruiiug, tc Newark, meldde zich een zwaar gesluierde dame. Toen mrs. Man ning haar bezoekster tegemoet ging, kaal- do dezo een revolver tc voorschijn en zon der iets te zeggen schoot zij mevr. Man ning door het hart. Iu do verwarring, die op de misdaad volgde, wist de moordenares te ontkomen. Wie was do gesluierde dame, die dezen moord had begaan? De politie was dade lijk gereed met een antwoord. Dc gesluier de dame was geen vrouw, meende zij, maar een vermomde man, die den moord had begaan, omdat hij bij mevrouw Manning geen gehoor zou hebben gekregen voor zijn liefdesbetuigingen. Nu echter is gebleken, dat de politie wat al tc voorbarig in haar oordeel is geweest. De moord blijkt n.I. te zijn bedreven door een negentienjarig meisje, een vrien din van den heer Charles Manning, echt genoot van de vermoorde vrouw, die aldus zich van een mededingster wilde optdoen. Het meisje pleegdo zelfmoord, maar liet een schrijven achter, waarin ze haar mis daad bekende. Charles Manning is nu, on danks de verklaring van do daderes, dab hij bij de zaak niet betrokken is, in hech tenis genomen onder vermoeden van mede plichtigheid. In New-York wekt het drama groot opzien. Drie kinderen speelden te Horst, bij Hannover, in de nabijheid van een molen. Ze kwamen te dicht bij de wie ken en werden met. een geweldigen slag op zij geslingerd. Alle drie kregen schedel breuk. Een kindje is reeds overleden en ook do beide auderen deukt men niet in hot leven te zullen houden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1914 | | pagina 5