ft». 16545. X>ei*de Blad. A0. 1914. Zaterdag; 3tl Januari. Offieieele Kennisgeving. PERSOVERZICHT. Ingezonden. Openbare Kennisgeving. Verordening of keuring van paarden voor den krggüidieuBt. Burgemeester en Wethouders der ge meente Leiden brengen ter algemeene kennis, dat do door hen, krachtens het bepaalde bij artikel 17 van het Koninklijk Besluit van 16 December 1902 (Staats blad no. 222), opgemaakte alphabeti se h e 1 ij s t, bevattende de namen van de in deze gemeente metterwoon gevestig de eigenaren en houders van paarden ge durende de maand Februari a.s. ter inzage 'is nedcrgelegd op de secretarie (af- deeling Militaire Zaken, Kamer No. 9) ten Raadhuize alhier. Burgemeester en Wethouders voornoemd, N. O. DE GIJSELAAR, Burgemeester. VAN STRIJEN, Secretaris. Leiden, 31 Januari 1914. Minister Treub is, naar de „Haagsche P os t" meent, dc man om een einde te ma ken aan do ontzettende achterlijkheid en onbetrouwbaarheid onzer offieieele statis tieken". Eeu zakenman, die niet weet waar hij staat, hoe hij staat en hoe zijn zaak loopt, zal spoedig de plaats van den man, die op de schel drukt, moeten verruilen voor do plaats van het mannetje, dat naar de schel moet luisteren en een handelsvolk, dat geen betrouwbare statistieken heeft en sta tistieken, die h jour zijn, mist voorlichting, die in deze tijden van scherpe concurrentie onmisbaar is. Omtrent onzen handel hoerschen allerlei dwaalbegrippen, en dat wijt de schrijver aan de omstandigheid, dat onze Regeering niet kan instaan voor de juistheid harer statistieken, omdat dio mcerendeels op ra mingen berusten, en zonder oordcel dos onderschei is zijn verzameld en gegroepeerd. Dat zulk waardeloos materiaal tót verkeer de conclusies moot leiden, is duidelijkcn dat het. beter zou zijn geen statistieken te geven dan misleidende, behoeft ook geen betoog. Het j'ongste nummer van ,,D e R i a i o o- bank" beBluifc een overzicht van de p 1 a ru non van minister Treub met de opmerking Wij kunnen niet andera dan don Minister dankbaar zijn voor zijn uitvoerige uiteenzet ting, doch de Minister zal wel de laatste wezen, om het ons euvel te duiden, als wij zeggen, dat het voor een juiste appreciatie van zijn plannen noodig is, om deze meer nauwkeurig te kennen en te overwegen. Wij stellen er echter prijs op nu reeds op te merken, dat een ruime toelating van be langhebbenden bij de uitvoering der verze kering en het ontvangen van Staatssteun voor de „vrije" verzekering onze volle sym pathie heeft In „De Voorhoede" geeft de neer A. Kellenaers een reeks voorbeelden van prijsstijging van levens middelen en voegt daarbij Het bovenstaande bewijst reeds dui le lijk, dat de klachten over algemeene duur te wel gegrond zijn, en dat gezien den aard der artikelen vooral de kleine en de middenstand daaronder te lijden heb ben. Want wij vragen Waar zijn in do laatste 10 h 20 jaren de inkomsten met 50 100 pCt. t-oegenomen? Noem ons eens arbei dersgezinnen, die in dat tijdperk hun in komsten zagen verdubbelen Noem ons eens middenstandsgezdnnen, die in zulke benijdenswaardige omstandigheden verkee- renOnder de arbeiders zult ge ze met een lantaarn moeten zoeken, en onder den middenstand zijn wellicht meer gezinnen die in de laatste 20 jaren eer achteruit dan vooruit zijn gegaan. En toch moest, als de toestand normaal was, do verhooging der kleine inkomens gelijken tred houden met de verhooging der voornaamste levens middelen. Men kan het.dus heusch den arbeider niet zoo ten kwade duiden, als hij in dezen duren tijd voortdurend vraagt om lots verbetering en als de middenstand alle pogingen in het werk stelt om vooruit te komen. Veeleer moeten deze pogingen door allen, d&e het wel meenen met de belangen van land en volk, en niet het minst door de openbare macht-en, gesteund en aange moedigd worden. Want zoo kan het niet meer voortgaan. Daf. draait vroeg of laat noodzakelijker- *wijze op een déb&cle uit. Daarvoor behoede ons God eneen [verstandige sociale politiek. „D e T ij d" bevat, in verband met de ver schijning van de algemeene beschouwingen oyer de. Staatsbcgrooting door de afdeelin- gen van de Eerste Kaïner, een hoofdartikel De politieke toestand, waariu o. gezegd wordt: Terwijl het oprecht voor zijn karakter uit gekomen kabinet-Gort van der Linden met geraak de onmachtige ooncentratie kaa blij ven beheersohen, wier levensbelangen minis terieel gedekt worden; terwijl de kiesreoht- voorstellen wachten op aansluiting bij de conclusion der commissie voor de evenre dige ver tegen wooidiging, en de voo rtgang der Grondwetsherziening op den uitslag der onderwijscommissie, mag het zich volstrekt zeker achten van zijn positie, waarin het onnatuurlijk sterk staat. Maar deze positie zou onmiddellijk weder in de macht der rechterzijde gegeven worden, indien de gansche opzet der Onderwijscommissie mis lukte en de wenschen, neergeschreven in het geciteerde Voorloopig Verslag, .op onwil, onhandelbaarheid en obstinate politiek dreigden af te etuiten. Niet maar om den vorm hebben zioh de leiders der Christelijke fracties alle vrijheid voorbehouden. De redacteur van het „Orgaan der. Ned. Ver. van 8p.oar-.eB Tr.am-, wegperson e-e 1", de heev Van braam- beek., 9chrijft in ,„H et. V. o I k" aver het artikel in „De T ij d'.' Gebeurt eJders, in-het buitenland, een spoorwegramp zoo erg, -dat de emotie er van doortrilt tot in ons land, dan kunnen wij nog wel eens lezen, dat het geen won der is, dat er ongelukken gebeuren, wijl de diensttijden zoo lang, de arbeid zoo inspan nend is, en de belooning voor de groote ver antwoordelijkheid van het spoorwegperso neel zoo gering. En als er clan ook over het spoorwegon geluk te Beilen met ernst geschreven kan worden, als men ten opzichte van het per soneel niet gerust is voor het vsrv.)lg, dan zal het moeten zijn in dezen zin: Wil het personeel steedö waakzaam en voorzichtig kunnen blijven, dan is het dringend noodig, dat geen 16-iirige diensttijden meer kunnen worden gevorderd, dan is het noodag,dat op de locomotief geen stokers worden ge plaatst, die dat werk nog niet kennen, zoo- dat de machinist moet rijden en stoken te gelijk. Wil het personeel met nauwge'etheia zijn plicht kunnen blijven doen, dan moet het personeel materieel een goed bestaan heb ben, opdat het niet tobt en piekert en wordt afgeleid door de steed§ wederkeerende zorg voor zijn bestaan. Wie in het belang van het veilig verkeer ieto wil zeggen over Beilen en daden wil be- pJeiten, die moet er op aandringen, dat de diensttijden verkort, de loonen verhoogd worden en dat goed geoefend personeel oen gevaarlijken arbeid verricht. Maar de Roooisohe schrijver „uit kringen betrokken bij het spoorwegwezen", ontziet zioh niet, dit droeve geval op de meest weer zinwekkende wijze uit te buiten tegen de sociaal-democratie en de vakbeweging. De zwaarste pijlen worden afgeschoten te gen den R.-K. Bond, die ook bezeten is van den socialistischen duivel en dat nog wol, terwijl deze Bond een geestelijk adviseur be zit, een geestelijke ale redacteur, en voor iedere afdeeling bovendien nog een geeste lijk adviseur. Is het werkelijk waar, dat deze Bond ook al socialistisch is, laat de Bisschop dan gerust den heelen kordon van geestelijke adviseurs haar met groot, verlof naar huis zenden, want dan blijkt er tegen den eocialistisohen geest niets meer bestand. Hoe ongemotiveerd overigens het schrij ven is, dat geen ander doel heeft dan on gerustheid to wekken bij de Regeering, blijkt uit het volgende staatje van doodeo en gekwetsten per 1,000,000 treinkilometera, overgenomen uit het Verslag der Staats commissie, ingesteld 8 Sept. 1908 en waaruit blijkt, dat Nederland met zijn bedorven geest onder het personeel veel minder ongelukken veroorzaakt dan Piuisen, dat het verbod van „Gri evenbonden" heeft: De 60 spoorwegadmini- traties bij het Verein S.S. H.S.M. Pruisen aangesloten 1903 3.61 4.24 4.87 5.81 1904 3.76 3.72 5.14 5.90 1905 3.05 4.20 5.40 6.64 1906 3.25 3.96 5.57 7.52 1907 3.80 3.17 5.74 8.17 1908 3.14 3.38 4.71 7.74 De schrijver in „De Tijd" wil weer terug naar de dagen van volslagen rechte loosheid. Hij wil het spoorwegpersoneel la ten werken zonder ontevredenheid te uiten hij eischt van hen, dat zij niet meer zulllen denken over eigen zaken, alleen over dienst. Elke minuut, dat een machinst pie kert over zijn eigen langen dienst, lijdt hij aan waanvoorstellingen. Ieder oogenblik, dat een telegrafist met somber voorhoofd nagaat de promotie, die hij nog kan ma ken, etaat hij onder suggestie. Elke ge dachte aan organisatie, die een spoorslaaf in zijn hoofd voelt opkomen, als een blijde boodschap van beter levert, is een tekort aan plichtsbetrachting Leven en denken, lichaam en ziel, dat alles is het eigendom van de spoorwegon derneming geworden, aan wien het perso neel zioh heeft verkocht. Er mag geen eigen leven meer bestaan. Alleen blinde- lingsche onderwerping aan den broodheer. Ziedaar de opvatting van den vakstrijd, door Roomsclie bladen gretig verbreid. Indien deze meeniug do algemeene is, of wordt, dan is er van behartiging der vakbelangen geen sprake meer, dan is do Roomsche vakboDd geheel gelijk te stellen met een congregatie of een Zondags school, dan is ze allo zelfstandige kracht kwijt en is ze uitgeschakeld uit do keten van invloeden, die de sociale positie dei- arbeiders verbeteren. Wij wachten met eenige belangstelling af, wat hierover, door de Katholieke vakbla den zal geschreven worden. En niet minder groot is onze belangstel ling in de uitwerking van dit geschrijf op de Katholieke spoorwegarbeiders. Zouden deze hieruit nog niet geleerd hebben, dat het niet de geloofsleer, niet do zedeleer is, dio do sociale daden en het sociale drijven der Katholieken beheersdbt, dook dat het eenvoudig hun maatschappelijke plaats is, die hun streven bepaalt, zoo goed als do maatschappelijke pla|ts Van den Katholie ken' kapitalist dezen dwingt daar. lijnrecht in tc -gaan Onder het hoofd Een boschamond voorbeeld lezen wij in „D e T ij d" In „D e Nederlander" deelt dr. J. Th. do Visser mede, dat do f 20,000, die ge vraagd warenvoor de stichting van een p r o t e s t a n t s c h e school in de mijnstreek, bijeen zijn. Men had er slechts twee maanden voor noodig. „Reeds dit schrijft dr. De Visser stemt dankbaar, maar niet minder, dat uit alle klassen der maatschappij ons hulp werd verleend. Binnen niet al te langen tijd hopen wij, dat de> school zal geopend worden. Reeds i? de grond gekocht; met-1 Sept. rekenen wij, dat het gebouw zal kunnen gereed zijn. Het is er om te doen om onze protestant- scho gezinnen protest-antsch te houden. In onzen kring wen-schen wij het zaad des Evan gelies met krachtige hand uit te strooien". Het is voor ons in zeker opzicht, een be schamend voorbeeld, dat onze 'protestantscho landgenooten in betrekkelijk zeer korten tiid en uit alle klassen der maatschappij de be- noodigde golden bijeenbrengen voor een school in een schier uitsluitend kathoPeko streek. Met vernieuwderi drang^bevelén wij daarom het zegenrijk werk der R.-K. School- vereeniging in de mijnstreek aan. De „N ieuwe R. otter damscho Courant heeft gevra?-gd„Hoe zou het komen, dat het zooveel moeit© kost, in heb Roomsche Zuiden voor e e n school de betrekkelijk geringe kosten bijeen te krijgen. Is het misschien de overtuiging, dat de open bare school in „onze mijnstreek" Roomscli genoeg zijn V' Als de „N. R. Ct." bedenkt, dat in die mijnstreek de bevolking zeer is toegenomen en deze niet van de financieel krachtigste isals ze daarbij zich te binnen brengt, dat als uitvloeisel van „liberale',' wetgeving voor een bijzondere school nog altijd „be trekkelijk" veel uit eigen beurs moet komen, zal zij kunnen begrijpen, dat de mijnwerkers daar ginds de school niet kunnen bekosti gen. De vragen van de ,,N. R. Ct." schreef terecht „De Residentiebode" lijken dan ook een beetje op vragen naar den bekenden weg of.... op hatelijk© spotternij. Naar aanleiding van het berfohfc, dat handteekeningen worden verzameld door Aamerloden voor het verkrijgen van vrij kaarten van de spoor- wegmaatschappijen, schrijft de „N ieuwe Rotterd am s c h e Cou rant", dat het een bedenkelijk symptoon zou zijn, indien in de nieuwe Kamer het vereischte stemmenaantal werd verkregen, dat in de oude werd gemist. Het blad herinnert er dan aan, dat deze kwestie zich vier jaar geleden eveneens heeft voorgedaan, toen de nieuwe, vroolij- ke dikwijls luchthartige Minister van Bin- nenlandsche Zaken uit het vorig kabinet op een kwaden dag een heel stel vrijkaar ten had verloren en dat toen ook sommige Kamerleden, toen bleek, dat alle Ministers vrijbiljetten hadden, propaganda gingen maken voor het verstrekken van vrijkaar ten aan de afgevaardigden in ons parle ment. Het blad meent., dat „beleefdheden" als de vrijka-artengift vroeger welluidendheids halve genoemd is, eenmaal aanvaard ©eni germate de vrijheid van handeleü, oordeelen en van aanmerking maken belemmei-en en dat te meer naarmate degene, die ze geniet, teeder van gevoel is. Torslag van liet Telinis voor Vrouwen over liet jaar 1918. In het Tehuis, gevestigd Nieuwstceg 10a, hield het bestuur zijn jaarvergadering. Tcrugdende op het afgeloopen tijdvak 1913 werden wij er door de secretaresse nog eens aan herinnerdhoe denken hiér riep tot danken, hoe achterwaarts zien op de leiding Gods en de ondervonden hulp van menschen ons blijmoedig en vertrouwend doet opzien, cn de overtuiging in ons beves tigt, dat ons Tehuis niet onnut een plaats inneemt in de stad onzer inwoning. Het aantal logees in 1913 bedroeg 108. Dit cijfer is ieder jaar stijgende. Een be wijs van meerdere bekendheid van ons Tehuis en dat het verblijf er recomman dabel is. Het bestuur betreurt het verlies van mevr. Rudolph, die ons verlaten moest door vertrek naar elders, doch verheugt zich, dat mej. M. J, E. van Eldik de open gevallen plaats wilde innemen. De Woensdagavonden, bestemd voor de afdoeliug van den Bond voor Jonge Meis jes, worden geleid door mej. Keulcmans en ook de Zondagavonden worden goed be zocht. Het bestuur brengt gaarne dank aan do dames die beurtelings deze avonden, hebben geleid De penningmoesterea deed rekening en verantwoording van haar gehouden beheer. De inkomsten bedroegen ƒ1565.14, do uit gaven ƒ1513.61, zoodat er een batig saldo is van ƒ.51,53 terwijl een tweetal rekenin gen wel opgevraagd werden, maar niet in kwamen en dus nog niet „voldaan" zijn. Een woord van dank wordt ten slotte gebracht aan hen, die het- Tehuis steunden. Maar vooral spreekt het bestuur zijn clicp- gevoelden dank uit aa'n N. N., die dolr een gift van 100 ons door de financieel© moeilijkheden van dit. verloopen jaar heeft heen geholpen. Buitengewone inkomsten toch door middel van 'n Bazaar, enz. hebben dit. jaar ontbroken Wij hopen op 1914! Moge dit versing don lezer overtuigen dab ook heb Tehuis voor Vrouwen in onze gemeente steun en waardecring verdient. Gods zegen ruste op dien arbeid Het bestuur van het Tehuis voor Vrouwen. Mevr Van RhijnSnouck Hurgronje, Presidente. e Mevr. RoskesDuymaer van Twist, Secretaresse Mej. II. W. Eigeman, Hoogo Rijndijk 12, Penningmeestcresse. Geachte Redactie 1 Zeer zöudt. U mij verplichten door de opneming van het volgende. Bij voorbaat beleefd dankend. Het vorige jaar werd hier ter stede een tweejarige cursus geopend tot vorming van spelleiders Met een groot aantal deel nemers begon cn eindigde dezewel een bewijs, dat de cursus in een behoefte voor zag Dit jaar zou het tweede gedeelte vol gen. Tot heden nog geen aankondiging of iets dergelijks Wie brengt in dezen eenig licht? Met hoogachting B. Geachte Redactie l Uw kolommen hebben steeds openge staan voor onze mededeelingen, en zoo mochten wij in Uw blad publiceeren, wie zich bij do aofcio voor heb Petitionnement voor plaatselijke keuze aansloten. Wij zullen U dankbaar zijn, als U ons plaatsruimte wilt verleencn voor het vol gende. Tegen de commissie voor plaatselijke keuze is opgericht een „Comité tegea on-* matige Drankbestrijding", dat een tegen actie voert, niet door het houden van open bare vergaderingen, of debatbeeren op de onze, maar door heb verspreiden van strooibiljetten, ieto, wat wij ook doen. De reohtvaardiglieïd wil, dat bet publiek het vóór en tegep letie en overwegen kan. Maar even rechtvaardig is het, dat het publiek wete wie de tegen-actie voereti, zooals het ook weet, wie tot het Oomité voor Plaatselijke keuze toetraden. In Dec. 1913 is door den Bond van Likeur stokers, in Schiedam, heb Comité tegen on matige drankbestrijding opgericht onder adhaesie-betuigingen van den Bond van Distillateurs. „Ons Belang" van 31 Dec. 1913 meldt, dat bij het Comité zioh aan sloot: De Ned. Bond van koffiehuis-, so ciëteit- en restauranthouder», en slijters „Vergunning". Secretaris van het genoemd Comité is de heer Simon A. Maas, distillateur te Schie dam. „Hot Nieuws van den Dag" geeft, alle namen van degenen, die heb Comité vor men, cn déze zijn dan ook niet bestemd om geheim te blijven. Ze zijn als volgt: M. van Zanten (Dor drecht), Simon A. Maas (Schiedam) secr., Q. F. L. de Wit (Rotterdam), P S. Brou wer (Rotterdam), J. S. van Deventer (Zwolle), L B. de Jong (Groningen), W. F. Ris (Amsterdam), A. Staalman (Amster dam), H. J. A. Stevens (Didam), J. Tan ja (Franeker). Zoo weet dus nu het Nederlandsche wik wie vóór en wie tegen „plaatselijke keu zo" werken, en kan dus overwegen, welke houding het zal aannemen. Met dank voor de plaatsruimte teekent Hoogachtend, J. W. J. toe Water. Secr. Commissie P. P. K. fco Leiden. Geachte Redactie 1 Wij wensclieh niet op het naschrift van den schrijver van „Onder onze Vroede Va deren" in te gaan. Niet op persoonlijkheden, niet wat de schrijver is of uict is, komt het aan, doch wel op de zaak, waarom het gaat. Eén kwestie evenwel mogen wij niet onweer sproken laten, n.l. de insinuatie alsof het protest een protest aau don schrijver zelf zou zijn. Laten wij bij deze de verzekering geven, dat. tot het zenden van liet adres beslot-en werd op een goed bezochte ledenvergade ring van den L. B -B. en dat na de be handeling 1 1 in den Raad het bestuur den secretaris opdroeg iu het „Leidscb Dag blad" daartegen te protesbeeren. Begrijpelijk is, dat uw verslaggever zich daartegen verweert. Dat neemt echter niet weg, dat wij do lezing, welke uw verslag gever van de behandeling in den Raad geeft, onweerlegd zouden laten. Het kan zijn, dab wij met de hooge poli tiek en van de geheime roerselen van een Raadsvergadering niet voldoende op de hoogte zijn, doch wij meenden heusch, dat voor keuuisgeving aannemen gelijk stond met verwijzing naar de snippermand. Want, nietwaar, dit is niet de eerste maal Zooals wij reeds aantoonden* adresseerde de L. B.-B. in 1905 bij de benoeming via bestuursleden dér Arbeidsbeurs aau den Jtaad, en gaf dit College eerbiedig te ken nen, dat de billijkheid eischte, dat haar uiedezeggingschap m dit bestuurscollege werd gegeven. Toen werd verzocht do best-uursleden te kiezen uit de verschillende richtingen in de vakbeweging, welke met de ArbeiJi* beurs in aanraking-kwamen. pat verzoek werd voor kennisgeving «taa- genomen,'en van de moderne vakbeweging niemand in het bestuur benoemd. Nog tweemaal na dien tijd, als in het openbaar in het „Leidsch Dagblad" en in den Raad werd geklaagd over het weinige gébruik, hetwelk van de Arbeidsbeurs weru gemaakt, wezen wij ais de oorzaak daar van aan, dab otizo vakbeweging in hot be stuur totaal genegeerd werd. Dit alles word voor kentiisgevnig aange nomen, zegt uw schrijver, verhuisde naar de snippermand, meenen wij. In plaats van onze vakbeweging mede- zeggingschap te geven, waarop zij volgons haar invloed op de Leidsche vakarbeiders recht had, en daardoor van de Ar beidsbeurs meer gebruik te doen maken, wist de Raad niets andei's te doen, dan op advies van het Werkloozenfondsbestuur, waarin wij .ook geen invloed kunnen uit oefenen, do bekendo hatelijke bepaling vast te stellen. „V" oortaan lédereu dag melden aan de Arbeidsbeurs of de uitkoering der werkloozeukas v e rv al t". Nu adresseerde de L. B.-B., wiens leden tal sinds 1905 van 260 tot 1400 was geste gen, weer bij den Raad om vertegenwoordi ging iu do verschillende besturen, doch nam daarenboven de vrijheid, den Raad een voordracht to doen toekomen, waaruit te zijner tijd een keuze kon worden gedaan. Waaraan ontleent uw schrijver nu het recht, van den Raad to verwachten, dat nu met het gerechtvaardigde verzoek onzer vakbeweging rekening zal worden gehou den? Terwijl wij reeds sinds 1905 daarop geduldig zitten te wachten 1 Evenals toen lachten nu do Raadsleden. Evenals toen werd het. adres voor kennis geving aangenomen. Evenals toen was er van alle Raads leden niemand, die het onbillijk achtte, dat het grootste deel der Leidsche georga niseerde vakarbeiders stelselmatig uit deze» bestuurslichamen werd geweerd. Het bestuur der. Arbeidsbeurs-maakt uit hoe, waar, wanneer, en op welke wijzr bemiddeling zal wordén verleend. Het bestuur van Ket Werkloozenfonds maakt uit, welke contributie door onze vak- vereeniging voor die werkloozenzorg moet worden betaald, wanneer uitkeering eu wolke uitkeering zal worden gegeven. Daarin hebben alleen te beslissen zij, die met onze vakbeweging absoluut niets uit staande hebben en er. niet van op de hoogte kunnen zijn. Van het feit, dat onze vakvereeuigingeu bijv. op dit oogenblik honderden guldens te goed hebben van het Gemeentefonds en daardoor mogelijk de reglementaire uitkee ring bij langdurige vorst niet kunnen doen, daarvan trekken die besturen zich geen syllabe aan. Omdat onze belangen alleen het best door onze eigen mannen kunnen worden behartigd, daarom cischen wij met recht medezeggingschap. AU dit dau alleen wordt beantwoord door een verwijzen naar de snippermand en door een gelach, dan meenen wij, uit naam der aangesloten vakarbeiders, daartegef tc moeten protesteeren Voor het bestuur van den L. B.-B.: D. DE CLER, Vooi'zitter. P. J. BOMLI, Secretaris. SPORT. Schaatsenrijden. WatdoFrioschehardrijderi (s t e r s) a 1 z o o verdienen. Volgens, aanteekemngen van de ,,N. Ct." won Baar da eeu bedrag van f 600, A. Poop- jes 2^0, Castelein f 200, E. de Vriès f 160, J. Poepjes f 150, Slager f 110. De Holland* sche rijders Boxe f 150, Holst f 125. Van de Friesche hardrijdsters won Brou. wer f 160, G. Engelsma f 165, A. Visser f 150. De laatste bovendien eeu gouden horloge met kettiug, haar aangeboden door H. M. de Koningin, als prijswinster op de hard rijderij te Leeuwarden, die door H. M. werd bijgewoond. Gebleken is, dat dit seizoen Baardi de snel ste rijder op cte korte baan was. Opvallend was het, dat overal waar Baai da uitkwam, hij steeds tal van dé andere snelle rijder8 tegenover zich vond. Gewoonlijk ontwijken de snelste rijders elkaar, nadat op do eerste hardrijderij te Jouro gebleken is, wie de baas is. Waarom dit nu niet geschiedde Men beweert-, dat bij die hardrijderij heel veel gekonkeld is, men Baarda daarin ook wou betrekken on deze daarvan niet go. diend direct zich van verdero deelneming onthield. Dat er ook in Friesland nog vaak afspraken gemaakt worden hij d© hardrijderijen is to betreuren, dat men dit zelfö bij de ritten kan zien, ie nog treuriger. Maar nis Baarda nu, zooals men beweert genegerd is, wijl hij niet in 't complot wil* do, dat zou 't treurigste van alles zijn.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1914 | | pagina 9