"Woensdag; 7 Januari.
H>er<le 3 51 ad. A1914.
PERSOVERZICHT.
Kunst, Ietteren, enz.
Eerste Kamer.
N<>. 16524.
LEIDSCH
Onder het opschrift: Een minis
ter i e e 1 e vergissing., schüft dr.
H. Pinkhof in het „N c d. T ij d s c h r i f t
voor Geneeskunde":
Het heeft geweerlicht.
f Een flitsje van den kant van den heer
Buvs weerkaatst van de ministerstafel,
heeft ons verwittigd, dat er zwaar weer
op komst is. Do bui is nog ver af, maar
nadert zóó zeker, dat wij goed doen, ijve
rig aan ons behouden huis te timmeren,
opdat wij onderdak zijn, als het onweer
losbarst.
De schriiver citeert dan. wat de heer
Duys cn minister Trcub hierover gezegd
hebben, en gaat dan voort:
Het is een fundamenteel© vergissing, die
"de Minister begaat met te spreken van
de dokters, die er voor de ziekenfondsen
zijn.
De dokters zijn er voor de zieken. En
de ziekenfondsen zijn er ook voor de
zieken, en wel voor de minvermogende
zieken. Zij, die ziekenfondsen besturen,
moeten zorgen, dat deze zieken het zoo
goed mogelijk hebben. Daartoe is het noo
dig, dat de geneeskundigen, die zich met
de zorg voor die zieken belasten.- - dit doen
onder de gunstigst a^pgélijke omstandighe
den. Slechts de geneeskundigen "kunnen
beoordeelen, onder welke omstandigheden
zij hef best mogelijke v/erk Idihnen leve
ren. Zij hebben dit. te kennen gegeven in
het. algemeen bindend besluit van 1912.
En omdat dc ondervinding in alle landen
heeft geleerd, dat do inrichters en be
stuurders van ziekenfondsen steeds er op
uit zijn, do omstandigheden, waaronder do
geneesknndigen werken, zoo slecht mogelijk
te maken, omdat zij zich verbeelden, dat
de ziekenfondsen er niet zijn voor dc zio-
ken, maar alleen voor hun eigen machts
begeerte; omdat "belangriike verbetering
van de zedelijke of stoffelijke positie van
de geneeskundigen bij de ziekenfondsen
bijna nooit is verkregen dan door ellendi-
gen strijd daarom bohoort het zieken
fondswezen onder contröle van de genees
kundigen stand te staan.
Wij kunnen ieder tarten, zegt dr. Pink
hof, aan te toonen, dat do gieken en
slechts daarom gaat het cr in eenig
opzicht nadeel van zouden ondervinden,
als do zaken gaan, zooals onze Maatschap
pij dit wenscht.
In een artikel ovcr^ d e g c u^e.s h e ê-
r e. n en de ziekenfondsen
schrijft het „H a n d e 18 b l a d" o.a,
De medici trachten nu hun Oeritrale Or
ganisatie op te richten, doch ook de zie-
kenfondsbesturen zitten niet stil. Zij heb
ben bereids een landelijke federatie opge
richt cn, mocht de strijd ontbranden, dan
zal van die zijde wel niet zoo spoedig toe
gegeven worden.
Intusschen heeft, sedert de aanneming
der voorstellen, de Ned. Maatschappij tot
bevordering der Geneeskunst een schrijven
verzonden, waarin de aandacht er op
wordt gevestigd, dat de Ziektewet zal
worden aangevuld met een wet om den
arbeiders geneeskundige behandeling tc
verschaffen.
Het bestuur vreest, dat. daardoor een
nauwere baud zal komen tusschcn de zie
kenkassen die voor de geldelijke uitkee-
ring zorgen en dc ziekenfondsen.
Met kracht blijft het bestuur er echter
bij de leden op aandringen zich bij do
Central© Organisatie aan te sluiten.
Naar men weet. Iiecft minister Treub
Dinsdag 23 December in de Volksvertegen
woordiging verklaard, dat de inedici moe
ten bedenken, dat zij er zijn voor de zie
kenfondsen cn niet omgekeerd.
Bij de uitwerking van dit standpunt zul
len de geneesheeren voor hun wenschen
van de Regeering waarschijnlijk dus op wei
nig steun hebben tc rekenen.
Over Treubs plannen vat „Het
Katholieke V-o 1 k" zijn oordcel aldus
samen
Het geheel overziende, kunnen wij voor
alsnog niet begrijpen, waarom aanstonds
van soeiali««ircho pp liberale zijde lof werd
gebracht aan de plannen van den Minis
ter. O ja. wij begrijpen dit wel, maar dan
moeten wij dc reden elders zoeken.
Dat minister Treub verbeteringen zal
kunnen aanbrengen in dc verzekerings
wetten, staat vast want in bijna iede re
wet zijn aanstonds na haar aanneming
fouten aan te wijzen. Dc Ongevallcuwet
was nog geen jaar in werking of men
ontdekte, er fouten in, die ckr ontwerpers,
hadden zij hiertoe goede gelegenheid
gehad, t aanstonds zouden hebben verbe
terd. En do Beroepswét? Hoe dwaas werd
het reeds aanstonds gevonden, dat er geen
beroep is op sommige beslissingen van de
Rijksverzekeringsbank
Maar zou het niet door ie IcrccQ be
treurd zijn, wanneer daarom de in-ver-
king-treding dier wetten was uitgesteld?
En zon het bovendien ook geen dwaas
heid zijn geweest?
Immers, geen enkele wet kan zonder
fouten zijn. Slaagt minister Treub er in,
zijn planuen tot uitvoering te brengen,
hijzelf zal na korten tijd moeten consta-
teeren, dat zijn wetgevonden arbeid gebre
ken aankleven.
Daarom blijven wij het. bet vuren, dit
men de verzekeringswetten van 'falrna niet
uitvoert, wTachtend met een herziening
totdat ook de practijk iets geleerd heeft.
De arbeiders behoefden dan ook niet lan
ger tc wachten. Er zou een begin zs-n.
Wij geven toe, dat dit voor naaister
Trcub, dio de ouaersdomsverz^kering van
do invaliditeitswet moet scheiden oni iets
te doen in de richting van Staatspensioen,
onmogelijk is maar is de beslissing ten
slotte aan de Kamers?
Over drie jaar moet dc invaliditeitswet
in werking treden en heeft, minister Treub
hij hoopt vóór Paschen zijn ontwerpen
reeds klaar te hebben vóór dien tijd ic*s
beters tot stand gebacht, welnu, in dht
geval zal niemand hierop iets tegen kun
nen hebben.
Maar wat wil dc Minister?
Eerst, herziening van dc bepalingen be
treffende de ouderdomsrente en bij deze
herziening intrekking van het artikel
der Invaliditeitswet, wat de wet, nu drie
jaren in werking brengt.
Daartegen bestaat onzerzijds overwe
gend bezwaar; want zou dit gebeuren, aile3
hing in dc lucht.
Nu hebben wij de zekerheid, dat er r.vor
drie jaren een invaliditeitsverzekering is,
óf die van Talma óf die van Trcub, cn
daarom moet men niet. beginnen met
die zekerheid weg to nemen. Die moet er*
b 1 ij v e n en dan zullen wij verder zien
„Het Volk" wijdt eonige beschou
wingen aan de vraag of het gewenscht en
geoorloofd is, dat sociaal-demo
craten het burgemeesters
ambt aanvaarden. Het blad pleit er
voor dit wèl te doen in gemeenten met
een socialistische Raadsmeerderhcid, spe
ciaal met een meerderheid van sociaal-de
mocraten in het college van B. en Ws.
Men zal zich herinneren, dat de heer
Van Eek. S.-D. A.-P.-man, eu ex-burge
meester van Boskoop, tegen de aanvaarding
zijn waarschuwende stom heeft doen hoo-
ren.
De heer Van Eek schreef o.a.:
„Wie heeft te handhaven het burgerlijk
gezag en de burgerlijke- orde, en wie moet
opkomen voor het burgerlijk algemeen be
lang, en neutraliteit heeft te betrachten in
den strijd tusschcn kapitaal cn arbeid, hij
mag zich theoretisch nog een aanhanger
van het socialisme gevoelen, als practisch
strijder is hij verloren".
„Het Volk" bestrijdt dit en wijst er
op, dat het heel wat anders is wetten cn
verordeningen te handhaven dan zc te
maken.
En dan schrijft het blad o.a.:
Men inoet niet al te veel misbruik ma
ken van het woord „burgerlijk". Wat. is
er voor burgerlijks aan wetten en veror
deningen te handhavenHet burgerlijke
kan liggen in die wetten en verordeningen
zelf, niet in de handhaving en toepassing
op zich zelf. Maar is het burgerlijk, wan
neer do politie-vcrördeningen eischen stel
len aan de individuen, om het verkeer op
wegen, in straten cn wateren in regelmaat
te houden Is het burgerlijk, als de bur
gemeester zegt, dat de politie de veilig
heid handhaaft? Dat hij winkels en cafe's
op door den Gemeenteraad bepaalde uren
doet sluiten?
Maar bij stakingen? zal Yaai Eek vra
gen. Op dat punt schijnt bij hem werkelijk
het'misverstand het grootst te zijn. Want
wat is zijn grief? Dat de burgemeester
als ambtenaar neutraliteit heeft te betrach
ten in den strijd tusschen kapitaal en
arbeid
In plaats van een grief te uiten, geeft
Van Eek hier de eenig juiste gedragslijn
aan. Neutraliteit in zake conflicten tus
schcn kapitaal en arbeid is voor ons in
een burgemeester geen grief, maar een
e i s c h. De grief is bij zoo menig con
flict tegen vele burgemeesters geweest, dat
ze niet neutraal stonden. Dat ze het als
hun taak beschouwden, het kapitaal een
handje te helpen. En steeds werd de in
druk verkregen, dat juist dat vaak aan
leiding gaf tot verstoringen, van do open
bare ordeverstoringen, die geen onaf
scheidelijk- deel uitmaken van een dusda
nig conflict, wanneer de overheid zich op
het juiste neutrale standpunt plaatst.
Natuurlijk kan het voorkomen, dat be
paalde groepen half-onbewuste en on- of
slecht georganiseerde, arbeiders meenen
door cjaden van intimidatie of geweld
pres-sie te kunnen oefenen. Doch wat is
dan béter, een socialistische burgemeester
te hebben, die het uiterste zal beproeven
om de orde te handhaven zonder bloed-
gieten, of een die er maar op los laat
slaan.
Overigens is het duidelijk, dat daden
van geweld en terrorisme de zaak der ar
beiders niet versterkt en als dus een bur
gemeester als hoofd van de politie, met
takt en beleid zulke daden belet, strekt
dat optreden den arbeiders niet tot nadeel.
Niet in het wetten-ontauiken, doch in
het wet ten-veranderen moeten wij heb
zoeken.
De Onderwijacommissie.
„H e t V ad o T1 an <V'schrijft
Heb dunkt ons bijzonder juist gezien, dat
de Staatscommissie werd samengesteld enkel
uit leden van de Staten Generaal, en dan
nog alleen van de Tweede Kamer.
In de Tweede Kamer tooli moet het- com
promis worden gesloten; en wanneer de
Staatscommissie er in slaagt tot een ge
meenschappelijk voorstel te komen, ljjkfc d-c
aanneming van zulk een voorstel reeds
daardoor gewaarborgd, dat liet den steun
zou hébben, van den voorzitter der ver
schillende Kamerfracties. Wij hopen dan
ook. dat cr geen aanleiding zal zijn voer
de leden der Staatscommissie om gebruik
tc mak-en van de hun verleende bevoegdheid
„om. hun gevoelen van dat der meerder
heid a.fwykcnd te doen kennen."
Wat dc opdracht betreft, kan men niet
anders zeggen, dan dat de Regeering haar
standpunt, bij de Memorie van Antwoord
op Hoofdstuk I ingenomen, en later bij
het mondeling debat verduidelijkt, yollco-
men heeft gehandhaafd. We moeten- heb
ben een deugdelijk openbaar en een deug
delijk bijzonder onderwijs; dat bij hpt
laatste niet getornd mag worden aan „de
opvoedkundige zelfstandigheid", waarmee
bet bijzonder onderwijs staat of va.lt, is
duidelijk, maar in deze materie is het soms
noodzakelijk ook het overduidelijke nog
eens te accentueoren.
Prof. Struyckcn schreef in „Van Onzen
Tijd" voordat dc samenstelling der commis
sie bekend was rn.;
„Het noodzakelijk minimum voor samen
werking werd geboden door de Regeering,
niet door do vrijzinnige woordvoerders in de
Kamer. Door ecu enkele werd wel platoni
sche liefde betuigd voor oen pacificatie:op het*
gebied van het onderwijs, maar geen van
hen sprak een woord, dat der rechterzijde
eenig vertrouwen kon schenken, dat het thans
tot zoodanige pacificatie zou kunnen komen.
Dat liet men aan de nict-parleinentairo lie.
gee ring over. En toch juichte men den Mi
nister toe, toen deze dat woord had .gespro
ken, juichte men mr. Loéff toe, toen deze
de voorwaarden, waaronder hij den Minister
de hand had geboden, vervuld verklaarde.
Onder een nietparlementaire Regeering gaat
blijkbaar alles anders dan anders. Wij be
grijpen de verbocming niet. De vrijzinnige
partijen weten immers, dat mr. Cort van
der' Linden alleen zoo kon spreken, als] hij
sprak, omdat hij er van overtuigd kan zijn.
dat, indien op den grondslag der gelijkheid
van bijzonder en openbaar- onderwijs een
behoorlijk stelsel kan worden 'gebouwd, dat
zich aansluit aan hot lage.tr onderwijs, zoo
als het zich historisch "ben onzent heeft ont
wikkeld, de vrijzinnige bevolking in brocdc
scharen daarmede zal i hè temmen. Waarom
laten de vrijzinnige Kamerleden bew us te-
lijk do representatie van de denkbesfttsu
hunner kiezers aan do Regeering over ?H>o
geschiedenis zal hen beoordeelen. Wanneer
thans of later de onderwijsstrijd wordtjlx;.
cindigd door de aanvaarding van het vrij
zinnige beginsel dor gelijkheid, zak heb ge
schieden niet door, maar ondanks de vrij
zinnige partijen iu onze Volksvertegenwoor
diging.. Waarom achten die partijen, dia
alle weten, dat spoedig het oinde van deri
strijd daar is, de historische waardeerihg
harer houding ten opzichte van de vrijzin
nigheid .zoo gering
Is er reden voor het optimisme van mr.
Cort van der Linden? Voor wat betreft de
Onderwijscommissio ja. Goed zou zijn, in
dien daarin uit de vrijzinnige en socialis
tische paTtijen geen Kamerleden werden be
noemd; dezen hebben blijkbaar redenen
al zijn ze niet bekend zich intransigent-
to toonen tegenover hot beginsel der gelijk
heidzij zijn bovendien zoo tevreden er mede,
dat anderen dc leiding van wetgeving cn be
stuur Jn hun plaats ter hand nemen,, dat zij
op het gebied van hét onderwijs ook wel
de voorkeur eraan zullen geven, dat anderen,
buiten het Parlement, voor hen bedenken,
hoe een redelijke oplossing is te vinden. In
do commissie kan men het eens worden; het
beginsel der gelijkheid ia 't algemeen er
kend zijnde, behoeft men verder geen excessen
io vreezen. Der rechterzijde is het zeker even
veel waard als der Linkerzijde: lo. dat geen
ievolutionnaire daad worde gesteld, maar
een regeling worde, ontworpen, zich aan
passende aan de historische ontwikkeling van
ons lager onderwijs 2o. dat deugdelijk volks
onderwijs alom. en voor ieder zij verzekerd
3o. dat niemand gedwongen worde, zijn kin
deren onderwijs te doen ontvangen, waartegen
zijn levensbeschouwing zich verzet; 4o. dat
geen gelden uit de publieko kassen onnut
worden .verkwist; 5o. dat de vrijheid van
het bijzonder onderwijs blijvc verzekerd; (io.
dat het vrije initiatief der burgers mot be
trekking tot de volksopvoeding niet aan
waarde ycrlieze, doordien het geen offers
meer kost'....
OPGAVE VAN PERSONEN, DIE ZICH
TE LEIDEN HEBBEN GEVESTIGD.
C. Boers, Kruisstraat 18.
G. van Weerlee, Wittelaan 3.
Mr. J. Draaijcr, Zoeterwoudsche Singel
16, cominies-redacteur.
E. Lierse en gezin, Valdezstraat 5, boek
houder.
C. van der Ham, Langegracht 64 A.
A. G. H. Baas Becking, Witte Singel 44A:
T. van Manen, Heerensingel 52 A, tim
merman.
D. de Rooy en gezin, Drie-Oct.-str. 43,
tech. teekenaar.
W. S. N. van Bockom Maas, Morschsin-
gel 8, majoor inf.
C. M. Haasbroek, Hansenstraat 64.
J. Th. Geerling, Koningstraat 14, leer
ling «klerk H. LT.-S.
J. H. Sanders, Haarlemmerstraat 93.
W. van Rooyon en gezin, St.-Aagten-
straat 25, koopman.
J. H. Maas on gezin, Hoogcwoerd lid,
schilder.
W. F. G. L. Surlngar, Rapenburg 9,
reukwaterfabrikant.
J. Koster, Bouwelouwensteeg 16.
J. H. E. Beekhuis, Stille Rijn 12.
Haagsche Schouwburg.
In den Haagsclien gemeenteraad is de
schouwburgkwestie weer aan de orde ge
weest.
Een voorstel-Hoejenbos om de zaak in
do afdeelingen to onderzoeken werd ver
worpen met 27 tegen 7 stemmen.
Het voorstel van B. en Ws. kwam nu in
bespreking.
De heer Warnekc vond het to vaag. Hij
gaE do voorkeur aan een exploitatie van
gemeenteweg© of het maken van een con
tract met een exploitatie met een lastboek
(cahier des charges) .cn een commissie, die
toezicht houdt op de uitvoering van de be
palingen \an het lastboek. Hij was voor
een subsidio aan een vasten troep en gaf
do voorkeur aan do Fransche Opera.
De heer Wesseling stelde do vraag of de
„autoriteiten" op tooneel- en operagebicd,
die door B. en Ws. zijn gehoord, wel des
kundig zijn op het gebied van exploitatie
en verklaarde zich overigens homogeen met
den heer Warneke.
Do heer Couvée. stelde een motie voor, om
een schouwburg te doen exploiteeren door
do gemeente met aanstelling van een^ admi
nistratief ambtenaar on met subsidie aan
een exploitant van een Fransche Opera. Bij
verwerping van deze motie zou hij de voor
keur geven aan Het voorstel van den lieer
Ncderbergh.
Voor het. voorstel-Nederbergh was de
heer Nijpels, die aanraadde om voorzichtig
to zijn met berekeningen eu niet tc vlug
don schouwburg in eigen beheer tc nemen,
aanvoerende, dat het nog do vraag is, of
de Koningin wederom haar subsidie zal
geven en dat nieuwe decors enz. zullen moe
ten worden aangeschaft, daar de meeste
van deze zaken eigendom waren van den
vroegeron exploitant.
Do heer Koppel verklaarde zich in eik-
geval voor het nemen van een proef mcb
do exploitatie zooals B. en Ws. die willen.
Do heer Nederbergh zijn voorstel teolich-
tende deed uitkomen, dat het zijn bedoe
ling is een zuivere stemming mogelijk te
maken. De commissie, welke hij wenscht,
zou alleen toezicht moeten uitoefenen op
hetgeen des gemeenteraads is en zou zich
dus niet moeten mengen in zaken van ex
ploitatie. Hij is voor subsidie ,maar
niet reeds nu beslissen, dat alleen een
Fransche Opera subsidie kan krijgen.
Daarna verdedigde wethouder Droogle
ver Fortuyn hot. voorstel van B. en Ws.
Mot 25 tegen II stemmen verklaarde ten
slotte de Raad (door aanneming van het
tweede deel van 't voorstel-Nederbergh) in
beginsel geen bezwaar te. hebben tegen 't.
vorleenen van 'n subsidie voor 't geregeld
geven van opera-uitvoeringen in den
schouwburg (zonder bepaling of er van
Fransche of van andere opera sprake is).
Met. 24 tegen 12 stemmen werd voorts
aangenomen het eerste gedeelte van het
voorstel Nederbergh, om de exploitatie van
den schouwburg aan een of meer personen
voor eigen rekening te gunnen, alsmede
het derde gedeelte van dat voorstel betref
fende het benoemen van een commissie tot
voorlichting van den Raad en van B. en
Ws. omtrent alle sehouwburgaangelegc.n-
heden cn mot toezicht op dc exploitatie
daarvan.
Alle overige voorstellen dus ook dat van
13. cn Ws. werden verworpen.
Journalistiek.
„De Ned." meldt, dat het Kamerlid mr.
V. H. Rutgers de opvolger zal zijn van
mr. J. A. de Wilde als hoofdredacteur van
de „Nieuwe Haagsche Ct.".
Het bureau van Muziek-auteurgrecht en
het bureau voor auteursrecht van de ver-
eeniging van letterkundigen, geven te za-
men een maandblad uit onder den naam
„Auteursrochtbelangen", onder redactie
van de heeren A. D. Loman Jr. eu mr. H.
L. de Beaufort, directeuren van genoemde
bureaux.
N e d e r 1 a n d s c li e opera
zangers 1 ij d e li armoede.
Met dc verhuizing van dc „Nedérl. Ope
ra 'en Operette" uit het Rembrandt-thea
ter te Amsterdam naar den Hollandschen
Schouwburg, is het opera-gezelschap ont
bonden en daarmede voor de zangers en
zangeressen de kans verdwenen in ons land
hun brood te verdienen.
Een verdienstelijk zanger we noemen
natuurlijk geen namen heeft zijn gehee-
len inboedel moeten verkoopen om vrouw
en kinderen te kunnen onderhouden! Hij
beproefde te Amsterdam en in 't buiten
land aan den slag te komen, zonder suc
ces echter.
Een ander, zeer bekend zanger, verhuurt
kamers en gaat „den boer" op om nu en
dan alleen of in gezelschap van een paar
lotgenooten, op het platteland liederen of
operafragmonten voor te dragen 1
Er zijn er, die stil en gelaten armoede
lijden, na in 't- buitenland vergeefsche po
gingen te hebben, aangewend om een plaat
sing' te veroveren, wat met het oog op
taal, repertoire, leeftijd enz., natuurlijk
niet gemakkelijk gaat.
Enkele zangers en zangeressen verdienen
soms wat bij gramofoonmaatschappijen, die
den toestand kennen en vaak gretig ge
bruik maken van de gelegenheid om voor
een koopje opera-nummers op hun platen
te krijgen, terwijl dan nog vaak de zan
gers blijde zijn, wat te verdienen.
Voor sommige zangers was de toestand
zoo kritiek geworden, dat zij pogingen
moesten doen om gesteund te worden. Eóri
der heerën heeft bij alle kunstliefhebbers
aangeklopt om hem te helpen een emplooi
als zanger tc krijgen en moest, toen dab
niet hielp, financieelen steun vragen. Een
overigens welwillend en goedgeefscb man
zond hem toen, op zijn schriftelijk verzoek
om een onderhoud, een gedrukt antwoord,
waarop stond, dat het onderhoud zou wor
den toegestaan, als 't niet omfinanciee
len steun ging.
Wèl treurige toestanden.
(.Haagsche Cour.").
Oude munten.
Tn den Hoogeveenschen polder, onder
Noordwijkerhout, zijn een zestigtal zilve
ren munten gevonden, waaronder een tien
tal ter grootte van een rijksdaalder, hoofd
zakelijk uit den tijd van keizer Maximi-
liaan, Karei Y en Philips II en o.a. af
komstig uit Holland, Utrecht en Overijsel.
Het jongste stuk dateert uit 1571.
De munten zijn opgezonden naar heb
Kon. Kabinet van Munten, Penningen ea
gesnedeu steenen, te 's-Gravenhage.
De Drukkerij „Senefclder", te Amster
dam, komt thans met een kalender voor
den dag. 't Is wel na Nieuwjaar, maar da
drukkers hebben een beetje voor, zij heb
ben den tijd tot Koppermaandag. De bla
den zijn geteekend door Willy Sluiter.
Knap teekenaar als hij is, met gevoel voor
mooie lijnen is deze kalender ook inderdaad
goed geslaagd. De kleuren zijn soms wel
eens wat sterk sprekend, doch daarvoor
ook alweer in overeenstemming met den
tegenwoordigen tijd. Gedurfde kleurencom
binaties zijn we reeds gewoon en wanneer
't is zooals hier, dan kunnen we niet dan
met genoegen er naar zien. 't Is een heet
goede reclame, ook wat de uitvoering aan
gaat.
Museum van K u n s fc n ij v e r li e i d.
Het Museum van Kunstnijverheid te Haar
lem werd gedurende de maand December dooi*
380, gedurende het afgeloopen jaar door 662$
belangstellenden bezocht.
Door de aan het museum verbonden boe
kerij' werden over 1913 2226 boek. cn plaat*
werken naar verschillende plaatsen van oiu<
land in bruikleen verzonden-
Do aan het museum verbonden School voor
Kunstnijverheid werd gedurende 1912 be
zocht door 233 vrouwelijke en mannelijk©
leerlingen-
Vergadering van Dinsdagavond.
VoorzitterJ. E. N. baron Schim me I-
penninck van der Oye.
Regeling van werkzaamheden.
Na mededeeling van ingekomen stukkeni
stelt do Voorzitter namens de cen
trale commissie voor, om na afhandeling
van de Indische begrooting in de afdee
lingen te vergaderen, tot onderzoek vaa
verschillende wetsontwerpen, maar om de
algemeen© beschouwingen over de Staat-s-
begrooting voor 1914 eerst te houden na
het afdeelingsonderzoek der begrootings-
hoofdst ukken.
Dc heer Van den Biesen zegt, dab
de algemeene beschouwingen dan eerst
einde Maart of begin April gohouden zul
len worden dan kan men het echter wel
laten Spr. ziet niet in, waarom men moeb
afwijkon van dc- lang gevolgde gewoonte.
Spr. stelt voor dc algemeen© beschou
wingen bij het aanstaand afdeelingsonder
zoek te doen plaats hebben.
Do heer Van der F e 1 t z sluit zich
hierbij aan de begroetingen worden im
mers ook als afzonderlijke wetsontwerpen
ingediend.
De heer Van Nier op ondersteunt
eveneens het voorstelde beschouwing van
het algemeen behoort vooraf te gaan aan
de behandeling van de détails.
De heer Van Wassenacr zal tegen*
het voorstel-Van den Biesen stemmen.
Wanneer de begrootingen in dc Tweede
Kamer niet afgehandeld zijn, kan mén hier
nog niet. over het. geheel oordeclcn.
De heer 'T Hooft is het met den heer
Van Wassenaer eensmen kan geen be
schouwingen houden over Hoofdstukken,
waarvan men niet weet of zo wel zulle«*
inkomen indien eens de Marincbegroo-
ting werd verworpen in de Tweede Kamer
zou dit de geheele zaak veranderen.
Volgt men het voorstel van den Voor
zitter, dan zal dit misschien een middel
zijn, om de Tweede Kamer tot meer spoed
aan te zetten, om vóór Kerstmis met do
begrootingen gereed te komen. Dat wan
vroeger steeds het geval, met uil-zonde
ring van verleden jaar.
De heer Van Wassenaer repliceert
en stelt nu voor om alle begrootingen te
gelijk in dc afdeelingen te behandelen.
De heer Van den Biesen repliceert.
De heer Reekers ondersteunt heb
voorstel van den heer Van den Biesen.
Men lean de algemeen politiek der Regee
ring zeer goed bespreken, zonder alle be
grotingshoofdstukken te hebben. Daar
mede kan men niet wachten totdat do Ite-
geering een half jaar aan het. bewind is.
Trouwens, vroeger werd in de Tweede Ka
mer het algemeen debat bij het Adres van