"Woensdag; 7 Januari. H>er<le 3 51 ad. A1914. PERSOVERZICHT. Kunst, Ietteren, enz. Eerste Kamer. N<>. 16524. LEIDSCH Onder het opschrift: Een minis ter i e e 1 e vergissing., schüft dr. H. Pinkhof in het „N c d. T ij d s c h r i f t voor Geneeskunde": Het heeft geweerlicht. f Een flitsje van den kant van den heer Buvs weerkaatst van de ministerstafel, heeft ons verwittigd, dat er zwaar weer op komst is. Do bui is nog ver af, maar nadert zóó zeker, dat wij goed doen, ijve rig aan ons behouden huis te timmeren, opdat wij onderdak zijn, als het onweer losbarst. De schriiver citeert dan. wat de heer Duys cn minister Trcub hierover gezegd hebben, en gaat dan voort: Het is een fundamenteel© vergissing, die "de Minister begaat met te spreken van de dokters, die er voor de ziekenfondsen zijn. De dokters zijn er voor de zieken. En de ziekenfondsen zijn er ook voor de zieken, en wel voor de minvermogende zieken. Zij, die ziekenfondsen besturen, moeten zorgen, dat deze zieken het zoo goed mogelijk hebben. Daartoe is het noo dig, dat de geneeskundigen, die zich met de zorg voor die zieken belasten.- - dit doen onder de gunstigst a^pgélijke omstandighe den. Slechts de geneeskundigen "kunnen beoordeelen, onder welke omstandigheden zij hef best mogelijke v/erk Idihnen leve ren. Zij hebben dit. te kennen gegeven in het. algemeen bindend besluit van 1912. En omdat dc ondervinding in alle landen heeft geleerd, dat do inrichters en be stuurders van ziekenfondsen steeds er op uit zijn, do omstandigheden, waaronder do geneesknndigen werken, zoo slecht mogelijk te maken, omdat zij zich verbeelden, dat de ziekenfondsen er niet zijn voor dc zio- ken, maar alleen voor hun eigen machts begeerte; omdat "belangriike verbetering van de zedelijke of stoffelijke positie van de geneeskundigen bij de ziekenfondsen bijna nooit is verkregen dan door ellendi- gen strijd daarom bohoort het zieken fondswezen onder contröle van de genees kundigen stand te staan. Wij kunnen ieder tarten, zegt dr. Pink hof, aan te toonen, dat do gieken en slechts daarom gaat het cr in eenig opzicht nadeel van zouden ondervinden, als do zaken gaan, zooals onze Maatschap pij dit wenscht. In een artikel ovcr^ d e g c u^e.s h e ê- r e. n en de ziekenfondsen schrijft het „H a n d e 18 b l a d" o.a, De medici trachten nu hun Oeritrale Or ganisatie op te richten, doch ook de zie- kenfondsbesturen zitten niet stil. Zij heb ben bereids een landelijke federatie opge richt cn, mocht de strijd ontbranden, dan zal van die zijde wel niet zoo spoedig toe gegeven worden. Intusschen heeft, sedert de aanneming der voorstellen, de Ned. Maatschappij tot bevordering der Geneeskunst een schrijven verzonden, waarin de aandacht er op wordt gevestigd, dat de Ziektewet zal worden aangevuld met een wet om den arbeiders geneeskundige behandeling tc verschaffen. Het bestuur vreest, dat. daardoor een nauwere baud zal komen tusschcn de zie kenkassen die voor de geldelijke uitkee- ring zorgen en dc ziekenfondsen. Met kracht blijft het bestuur er echter bij de leden op aandringen zich bij do Central© Organisatie aan te sluiten. Naar men weet. Iiecft minister Treub Dinsdag 23 December in de Volksvertegen woordiging verklaard, dat de inedici moe ten bedenken, dat zij er zijn voor de zie kenfondsen cn niet omgekeerd. Bij de uitwerking van dit standpunt zul len de geneesheeren voor hun wenschen van de Regeering waarschijnlijk dus op wei nig steun hebben tc rekenen. Over Treubs plannen vat „Het Katholieke V-o 1 k" zijn oordcel aldus samen Het geheel overziende, kunnen wij voor alsnog niet begrijpen, waarom aanstonds van soeiali««ircho pp liberale zijde lof werd gebracht aan de plannen van den Minis ter. O ja. wij begrijpen dit wel, maar dan moeten wij dc reden elders zoeken. Dat minister Treub verbeteringen zal kunnen aanbrengen in dc verzekerings wetten, staat vast want in bijna iede re wet zijn aanstonds na haar aanneming fouten aan te wijzen. Dc Ongevallcuwet was nog geen jaar in werking of men ontdekte, er fouten in, die ckr ontwerpers, hadden zij hiertoe goede gelegenheid gehad, t aanstonds zouden hebben verbe terd. En do Beroepswét? Hoe dwaas werd het reeds aanstonds gevonden, dat er geen beroep is op sommige beslissingen van de Rijksverzekeringsbank Maar zou het niet door ie IcrccQ be treurd zijn, wanneer daarom de in-ver- king-treding dier wetten was uitgesteld? En zon het bovendien ook geen dwaas heid zijn geweest? Immers, geen enkele wet kan zonder fouten zijn. Slaagt minister Treub er in, zijn planuen tot uitvoering te brengen, hijzelf zal na korten tijd moeten consta- teeren, dat zijn wetgevonden arbeid gebre ken aankleven. Daarom blijven wij het. bet vuren, dit men de verzekeringswetten van 'falrna niet uitvoert, wTachtend met een herziening totdat ook de practijk iets geleerd heeft. De arbeiders behoefden dan ook niet lan ger tc wachten. Er zou een begin zs-n. Wij geven toe, dat dit voor naaister Trcub, dio de ouaersdomsverz^kering van do invaliditeitswet moet scheiden oni iets te doen in de richting van Staatspensioen, onmogelijk is maar is de beslissing ten slotte aan de Kamers? Over drie jaar moet dc invaliditeitswet in werking treden en heeft, minister Treub hij hoopt vóór Paschen zijn ontwerpen reeds klaar te hebben vóór dien tijd ic*s beters tot stand gebacht, welnu, in dht geval zal niemand hierop iets tegen kun nen hebben. Maar wat wil dc Minister? Eerst, herziening van dc bepalingen be treffende de ouderdomsrente en bij deze herziening intrekking van het artikel der Invaliditeitswet, wat de wet, nu drie jaren in werking brengt. Daartegen bestaat onzerzijds overwe gend bezwaar; want zou dit gebeuren, aile3 hing in dc lucht. Nu hebben wij de zekerheid, dat er r.vor drie jaren een invaliditeitsverzekering is, óf die van Talma óf die van Trcub, cn daarom moet men niet. beginnen met die zekerheid weg to nemen. Die moet er* b 1 ij v e n en dan zullen wij verder zien „Het Volk" wijdt eonige beschou wingen aan de vraag of het gewenscht en geoorloofd is, dat sociaal-demo craten het burgemeesters ambt aanvaarden. Het blad pleit er voor dit wèl te doen in gemeenten met een socialistische Raadsmeerderhcid, spe ciaal met een meerderheid van sociaal-de mocraten in het college van B. en Ws. Men zal zich herinneren, dat de heer Van Eek. S.-D. A.-P.-man, eu ex-burge meester van Boskoop, tegen de aanvaarding zijn waarschuwende stom heeft doen hoo- ren. De heer Van Eek schreef o.a.: „Wie heeft te handhaven het burgerlijk gezag en de burgerlijke- orde, en wie moet opkomen voor het burgerlijk algemeen be lang, en neutraliteit heeft te betrachten in den strijd tusschcn kapitaal cn arbeid, hij mag zich theoretisch nog een aanhanger van het socialisme gevoelen, als practisch strijder is hij verloren". „Het Volk" bestrijdt dit en wijst er op, dat het heel wat anders is wetten cn verordeningen te handhaven dan zc te maken. En dan schrijft het blad o.a.: Men inoet niet al te veel misbruik ma ken van het woord „burgerlijk". Wat. is er voor burgerlijks aan wetten en veror deningen te handhavenHet burgerlijke kan liggen in die wetten en verordeningen zelf, niet in de handhaving en toepassing op zich zelf. Maar is het burgerlijk, wan neer do politie-vcrördeningen eischen stel len aan de individuen, om het verkeer op wegen, in straten cn wateren in regelmaat te houden Is het burgerlijk, als de bur gemeester zegt, dat de politie de veilig heid handhaaft? Dat hij winkels en cafe's op door den Gemeenteraad bepaalde uren doet sluiten? Maar bij stakingen? zal Yaai Eek vra gen. Op dat punt schijnt bij hem werkelijk het'misverstand het grootst te zijn. Want wat is zijn grief? Dat de burgemeester als ambtenaar neutraliteit heeft te betrach ten in den strijd tusschen kapitaal en arbeid In plaats van een grief te uiten, geeft Van Eek hier de eenig juiste gedragslijn aan. Neutraliteit in zake conflicten tus schcn kapitaal en arbeid is voor ons in een burgemeester geen grief, maar een e i s c h. De grief is bij zoo menig con flict tegen vele burgemeesters geweest, dat ze niet neutraal stonden. Dat ze het als hun taak beschouwden, het kapitaal een handje te helpen. En steeds werd de in druk verkregen, dat juist dat vaak aan leiding gaf tot verstoringen, van do open bare ordeverstoringen, die geen onaf scheidelijk- deel uitmaken van een dusda nig conflict, wanneer de overheid zich op het juiste neutrale standpunt plaatst. Natuurlijk kan het voorkomen, dat be paalde groepen half-onbewuste en on- of slecht georganiseerde, arbeiders meenen door cjaden van intimidatie of geweld pres-sie te kunnen oefenen. Doch wat is dan béter, een socialistische burgemeester te hebben, die het uiterste zal beproeven om de orde te handhaven zonder bloed- gieten, of een die er maar op los laat slaan. Overigens is het duidelijk, dat daden van geweld en terrorisme de zaak der ar beiders niet versterkt en als dus een bur gemeester als hoofd van de politie, met takt en beleid zulke daden belet, strekt dat optreden den arbeiders niet tot nadeel. Niet in het wetten-ontauiken, doch in het wet ten-veranderen moeten wij heb zoeken. De Onderwijacommissie. „H e t V ad o T1 an <V'schrijft Heb dunkt ons bijzonder juist gezien, dat de Staatscommissie werd samengesteld enkel uit leden van de Staten Generaal, en dan nog alleen van de Tweede Kamer. In de Tweede Kamer tooli moet het- com promis worden gesloten; en wanneer de Staatscommissie er in slaagt tot een ge meenschappelijk voorstel te komen, ljjkfc d-c aanneming van zulk een voorstel reeds daardoor gewaarborgd, dat liet den steun zou hébben, van den voorzitter der ver schillende Kamerfracties. Wij hopen dan ook. dat cr geen aanleiding zal zijn voer de leden der Staatscommissie om gebruik tc mak-en van de hun verleende bevoegdheid „om. hun gevoelen van dat der meerder heid a.fwykcnd te doen kennen." Wat dc opdracht betreft, kan men niet anders zeggen, dan dat de Regeering haar standpunt, bij de Memorie van Antwoord op Hoofdstuk I ingenomen, en later bij het mondeling debat verduidelijkt, yollco- men heeft gehandhaafd. We moeten- heb ben een deugdelijk openbaar en een deug delijk bijzonder onderwijs; dat bij hpt laatste niet getornd mag worden aan „de opvoedkundige zelfstandigheid", waarmee bet bijzonder onderwijs staat of va.lt, is duidelijk, maar in deze materie is het soms noodzakelijk ook het overduidelijke nog eens te accentueoren. Prof. Struyckcn schreef in „Van Onzen Tijd" voordat dc samenstelling der commis sie bekend was rn.; „Het noodzakelijk minimum voor samen werking werd geboden door de Regeering, niet door do vrijzinnige woordvoerders in de Kamer. Door ecu enkele werd wel platoni sche liefde betuigd voor oen pacificatie:op het* gebied van het onderwijs, maar geen van hen sprak een woord, dat der rechterzijde eenig vertrouwen kon schenken, dat het thans tot zoodanige pacificatie zou kunnen komen. Dat liet men aan de nict-parleinentairo lie. gee ring over. En toch juichte men den Mi nister toe, toen deze dat woord had .gespro ken, juichte men mr. Loéff toe, toen deze de voorwaarden, waaronder hij den Minister de hand had geboden, vervuld verklaarde. Onder een nietparlementaire Regeering gaat blijkbaar alles anders dan anders. Wij be grijpen de verbocming niet. De vrijzinnige partijen weten immers, dat mr. Cort van der' Linden alleen zoo kon spreken, als] hij sprak, omdat hij er van overtuigd kan zijn. dat, indien op den grondslag der gelijkheid van bijzonder en openbaar- onderwijs een behoorlijk stelsel kan worden 'gebouwd, dat zich aansluit aan hot lage.tr onderwijs, zoo als het zich historisch "ben onzent heeft ont wikkeld, de vrijzinnige bevolking in brocdc scharen daarmede zal i hè temmen. Waarom laten de vrijzinnige Kamerleden bew us te- lijk do representatie van de denkbesfttsu hunner kiezers aan do Regeering over ?H>o geschiedenis zal hen beoordeelen. Wanneer thans of later de onderwijsstrijd wordtjlx;. cindigd door de aanvaarding van het vrij zinnige beginsel dor gelijkheid, zak heb ge schieden niet door, maar ondanks de vrij zinnige partijen iu onze Volksvertegenwoor diging.. Waarom achten die partijen, dia alle weten, dat spoedig het oinde van deri strijd daar is, de historische waardeerihg harer houding ten opzichte van de vrijzin nigheid .zoo gering Is er reden voor het optimisme van mr. Cort van der Linden? Voor wat betreft de Onderwijscommissio ja. Goed zou zijn, in dien daarin uit de vrijzinnige en socialis tische paTtijen geen Kamerleden werden be noemd; dezen hebben blijkbaar redenen al zijn ze niet bekend zich intransigent- to toonen tegenover hot beginsel der gelijk heidzij zijn bovendien zoo tevreden er mede, dat anderen dc leiding van wetgeving cn be stuur Jn hun plaats ter hand nemen,, dat zij op het gebied van hét onderwijs ook wel de voorkeur eraan zullen geven, dat anderen, buiten het Parlement, voor hen bedenken, hoe een redelijke oplossing is te vinden. In do commissie kan men het eens worden; het beginsel der gelijkheid ia 't algemeen er kend zijnde, behoeft men verder geen excessen io vreezen. Der rechterzijde is het zeker even veel waard als der Linkerzijde: lo. dat geen ievolutionnaire daad worde gesteld, maar een regeling worde, ontworpen, zich aan passende aan de historische ontwikkeling van ons lager onderwijs 2o. dat deugdelijk volks onderwijs alom. en voor ieder zij verzekerd 3o. dat niemand gedwongen worde, zijn kin deren onderwijs te doen ontvangen, waartegen zijn levensbeschouwing zich verzet; 4o. dat geen gelden uit de publieko kassen onnut worden .verkwist; 5o. dat de vrijheid van het bijzonder onderwijs blijvc verzekerd; (io. dat het vrije initiatief der burgers mot be trekking tot de volksopvoeding niet aan waarde ycrlieze, doordien het geen offers meer kost'.... OPGAVE VAN PERSONEN, DIE ZICH TE LEIDEN HEBBEN GEVESTIGD. C. Boers, Kruisstraat 18. G. van Weerlee, Wittelaan 3. Mr. J. Draaijcr, Zoeterwoudsche Singel 16, cominies-redacteur. E. Lierse en gezin, Valdezstraat 5, boek houder. C. van der Ham, Langegracht 64 A. A. G. H. Baas Becking, Witte Singel 44A: T. van Manen, Heerensingel 52 A, tim merman. D. de Rooy en gezin, Drie-Oct.-str. 43, tech. teekenaar. W. S. N. van Bockom Maas, Morschsin- gel 8, majoor inf. C. M. Haasbroek, Hansenstraat 64. J. Th. Geerling, Koningstraat 14, leer ling «klerk H. LT.-S. J. H. Sanders, Haarlemmerstraat 93. W. van Rooyon en gezin, St.-Aagten- straat 25, koopman. J. H. Maas on gezin, Hoogcwoerd lid, schilder. W. F. G. L. Surlngar, Rapenburg 9, reukwaterfabrikant. J. Koster, Bouwelouwensteeg 16. J. H. E. Beekhuis, Stille Rijn 12. Haagsche Schouwburg. In den Haagsclien gemeenteraad is de schouwburgkwestie weer aan de orde ge weest. Een voorstel-Hoejenbos om de zaak in do afdeelingen to onderzoeken werd ver worpen met 27 tegen 7 stemmen. Het voorstel van B. en Ws. kwam nu in bespreking. De heer Warnekc vond het to vaag. Hij gaE do voorkeur aan een exploitatie van gemeenteweg© of het maken van een con tract met een exploitatie met een lastboek (cahier des charges) .cn een commissie, die toezicht houdt op de uitvoering van de be palingen \an het lastboek. Hij was voor een subsidio aan een vasten troep en gaf do voorkeur aan do Fransche Opera. De heer Wesseling stelde do vraag of de „autoriteiten" op tooneel- en operagebicd, die door B. en Ws. zijn gehoord, wel des kundig zijn op het gebied van exploitatie en verklaarde zich overigens homogeen met den heer Warneke. Do heer Couvée. stelde een motie voor, om een schouwburg te doen exploiteeren door do gemeente met aanstelling van een^ admi nistratief ambtenaar on met subsidie aan een exploitant van een Fransche Opera. Bij verwerping van deze motie zou hij de voor keur geven aan Het voorstel van den lieer Ncderbergh. Voor het. voorstel-Nederbergh was de heer Nijpels, die aanraadde om voorzichtig to zijn met berekeningen eu niet tc vlug don schouwburg in eigen beheer tc nemen, aanvoerende, dat het nog do vraag is, of de Koningin wederom haar subsidie zal geven en dat nieuwe decors enz. zullen moe ten worden aangeschaft, daar de meeste van deze zaken eigendom waren van den vroegeron exploitant. Do heer Koppel verklaarde zich in eik- geval voor het nemen van een proef mcb do exploitatie zooals B. en Ws. die willen. Do heer Nederbergh zijn voorstel teolich- tende deed uitkomen, dat het zijn bedoe ling is een zuivere stemming mogelijk te maken. De commissie, welke hij wenscht, zou alleen toezicht moeten uitoefenen op hetgeen des gemeenteraads is en zou zich dus niet moeten mengen in zaken van ex ploitatie. Hij is voor subsidie ,maar niet reeds nu beslissen, dat alleen een Fransche Opera subsidie kan krijgen. Daarna verdedigde wethouder Droogle ver Fortuyn hot. voorstel van B. en Ws. Mot 25 tegen II stemmen verklaarde ten slotte de Raad (door aanneming van het tweede deel van 't voorstel-Nederbergh) in beginsel geen bezwaar te. hebben tegen 't. vorleenen van 'n subsidie voor 't geregeld geven van opera-uitvoeringen in den schouwburg (zonder bepaling of er van Fransche of van andere opera sprake is). Met. 24 tegen 12 stemmen werd voorts aangenomen het eerste gedeelte van het voorstel Nederbergh, om de exploitatie van den schouwburg aan een of meer personen voor eigen rekening te gunnen, alsmede het derde gedeelte van dat voorstel betref fende het benoemen van een commissie tot voorlichting van den Raad en van B. en Ws. omtrent alle sehouwburgaangelegc.n- heden cn mot toezicht op dc exploitatie daarvan. Alle overige voorstellen dus ook dat van 13. cn Ws. werden verworpen. Journalistiek. „De Ned." meldt, dat het Kamerlid mr. V. H. Rutgers de opvolger zal zijn van mr. J. A. de Wilde als hoofdredacteur van de „Nieuwe Haagsche Ct.". Het bureau van Muziek-auteurgrecht en het bureau voor auteursrecht van de ver- eeniging van letterkundigen, geven te za- men een maandblad uit onder den naam „Auteursrochtbelangen", onder redactie van de heeren A. D. Loman Jr. eu mr. H. L. de Beaufort, directeuren van genoemde bureaux. N e d e r 1 a n d s c li e opera zangers 1 ij d e li armoede. Met dc verhuizing van dc „Nedérl. Ope ra 'en Operette" uit het Rembrandt-thea ter te Amsterdam naar den Hollandschen Schouwburg, is het opera-gezelschap ont bonden en daarmede voor de zangers en zangeressen de kans verdwenen in ons land hun brood te verdienen. Een verdienstelijk zanger we noemen natuurlijk geen namen heeft zijn gehee- len inboedel moeten verkoopen om vrouw en kinderen te kunnen onderhouden! Hij beproefde te Amsterdam en in 't buiten land aan den slag te komen, zonder suc ces echter. Een ander, zeer bekend zanger, verhuurt kamers en gaat „den boer" op om nu en dan alleen of in gezelschap van een paar lotgenooten, op het platteland liederen of operafragmonten voor te dragen 1 Er zijn er, die stil en gelaten armoede lijden, na in 't- buitenland vergeefsche po gingen te hebben, aangewend om een plaat sing' te veroveren, wat met het oog op taal, repertoire, leeftijd enz., natuurlijk niet gemakkelijk gaat. Enkele zangers en zangeressen verdienen soms wat bij gramofoonmaatschappijen, die den toestand kennen en vaak gretig ge bruik maken van de gelegenheid om voor een koopje opera-nummers op hun platen te krijgen, terwijl dan nog vaak de zan gers blijde zijn, wat te verdienen. Voor sommige zangers was de toestand zoo kritiek geworden, dat zij pogingen moesten doen om gesteund te worden. Eóri der heerën heeft bij alle kunstliefhebbers aangeklopt om hem te helpen een emplooi als zanger tc krijgen en moest, toen dab niet hielp, financieelen steun vragen. Een overigens welwillend en goedgeefscb man zond hem toen, op zijn schriftelijk verzoek om een onderhoud, een gedrukt antwoord, waarop stond, dat het onderhoud zou wor den toegestaan, als 't niet omfinanciee len steun ging. Wèl treurige toestanden. (.Haagsche Cour."). Oude munten. Tn den Hoogeveenschen polder, onder Noordwijkerhout, zijn een zestigtal zilve ren munten gevonden, waaronder een tien tal ter grootte van een rijksdaalder, hoofd zakelijk uit den tijd van keizer Maximi- liaan, Karei Y en Philips II en o.a. af komstig uit Holland, Utrecht en Overijsel. Het jongste stuk dateert uit 1571. De munten zijn opgezonden naar heb Kon. Kabinet van Munten, Penningen ea gesnedeu steenen, te 's-Gravenhage. De Drukkerij „Senefclder", te Amster dam, komt thans met een kalender voor den dag. 't Is wel na Nieuwjaar, maar da drukkers hebben een beetje voor, zij heb ben den tijd tot Koppermaandag. De bla den zijn geteekend door Willy Sluiter. Knap teekenaar als hij is, met gevoel voor mooie lijnen is deze kalender ook inderdaad goed geslaagd. De kleuren zijn soms wel eens wat sterk sprekend, doch daarvoor ook alweer in overeenstemming met den tegenwoordigen tijd. Gedurfde kleurencom binaties zijn we reeds gewoon en wanneer 't is zooals hier, dan kunnen we niet dan met genoegen er naar zien. 't Is een heet goede reclame, ook wat de uitvoering aan gaat. Museum van K u n s fc n ij v e r li e i d. Het Museum van Kunstnijverheid te Haar lem werd gedurende de maand December dooi* 380, gedurende het afgeloopen jaar door 662$ belangstellenden bezocht. Door de aan het museum verbonden boe kerij' werden over 1913 2226 boek. cn plaat* werken naar verschillende plaatsen van oiu< land in bruikleen verzonden- Do aan het museum verbonden School voor Kunstnijverheid werd gedurende 1912 be zocht door 233 vrouwelijke en mannelijk© leerlingen- Vergadering van Dinsdagavond. VoorzitterJ. E. N. baron Schim me I- penninck van der Oye. Regeling van werkzaamheden. Na mededeeling van ingekomen stukkeni stelt do Voorzitter namens de cen trale commissie voor, om na afhandeling van de Indische begrooting in de afdee lingen te vergaderen, tot onderzoek vaa verschillende wetsontwerpen, maar om de algemeen© beschouwingen over de Staat-s- begrooting voor 1914 eerst te houden na het afdeelingsonderzoek der begrootings- hoofdst ukken. Dc heer Van den Biesen zegt, dab de algemeene beschouwingen dan eerst einde Maart of begin April gohouden zul len worden dan kan men het echter wel laten Spr. ziet niet in, waarom men moeb afwijkon van dc- lang gevolgde gewoonte. Spr. stelt voor dc algemeen© beschou wingen bij het aanstaand afdeelingsonder zoek te doen plaats hebben. Do heer Van der F e 1 t z sluit zich hierbij aan de begroetingen worden im mers ook als afzonderlijke wetsontwerpen ingediend. De heer Van Nier op ondersteunt eveneens het voorstelde beschouwing van het algemeen behoort vooraf te gaan aan de behandeling van de détails. De heer Van Wassenacr zal tegen* het voorstel-Van den Biesen stemmen. Wanneer de begrootingen in dc Tweede Kamer niet afgehandeld zijn, kan mén hier nog niet. over het. geheel oordeclcn. De heer 'T Hooft is het met den heer Van Wassenaer eensmen kan geen be schouwingen houden over Hoofdstukken, waarvan men niet weet of zo wel zulle«* inkomen indien eens de Marincbegroo- ting werd verworpen in de Tweede Kamer zou dit de geheele zaak veranderen. Volgt men het voorstel van den Voor zitter, dan zal dit misschien een middel zijn, om de Tweede Kamer tot meer spoed aan te zetten, om vóór Kerstmis met do begrootingen gereed te komen. Dat wan vroeger steeds het geval, met uil-zonde ring van verleden jaar. De heer Van Wassenaer repliceert en stelt nu voor om alle begrootingen te gelijk in dc afdeelingen te behandelen. De heer Van den Biesen repliceert. De heer Reekers ondersteunt heb voorstel van den heer Van den Biesen. Men lean de algemeen politiek der Regee ring zeer goed bespreken, zonder alle be grotingshoofdstukken te hebben. Daar mede kan men niet wachten totdat do Ite- geering een half jaar aan het. bewind is. Trouwens, vroeger werd in de Tweede Ka mer het algemeen debat bij het Adres van

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1914 | | pagina 9