Offieiesle Kennisgeving. Groot spoorwegongeluk bij Hooghalen. N°, 16516. Zaterdag f2,7 ï>eee2iil>e2o. I>er<ie JESlaxl. A°. 1913. Kamers Tan Arbeid voor de Bouw bedrijven, de Textielnijverheid, de Voediii£9 en Genotmiddelen en de Winkel- en Grossieisbedrljven. Burgemeester en Wethouders van Leiden; Gezien de wet op de Kamers van Arbeid en het Koninklijk Besluit van 6 Januari 1898 (Staatsblad No. 20) tot vaststelling van een kiesreglement voor die Kamers; Herinneren de hoofden of bestuurders yan de navolgende bedrijven: A. vertegenwoordigd in de Kamer vin Arbeid voor de Bouwbedrijven: lo. het bewerken van hout, steen of me talen het leggen van electnsche geleidingen of van gas- of waterleidingen; het schilders-, stoffeerders-, behangers-, heiers-, stukadoors-, mandenmakers-, aardwerkers- en straatmakersbedrijf het ontwerpen van en het houden van toezicht bij het uitvoeren van bouw plannen; 2o. de boek-, couranten-, steen- en plaat drukkerijen en de lettergieterijen; de boekbinderijen de cartonnage- en de pkotographio- in richtingen B. vertegenwoordigd in de Kamer van Arbeid voor de Textielnijverheid: de spinnerijen, weverijen, ververijen, bleekerijen en drukkerijen van wol, katoen of linnen; de katoenvlechterijen, de nettenmake- rijen, de breierijen, de watten-, kapok-, of veerenbereïderijen, de zadelmakerijen, de vellenblooterijen, de leerlooierijen en de zeemlederfabrieken; het vervaardigen van kleederen, hoeden of schoenen; de vase' - en strijkinrichtingen en de kleecl erve r verijen; 0. vertegenwoordigd in de Kamer van Arbeid voor deVoedings- enGenot- middelen: lo. de brood-, koek-, beschuit-, suiker- en banketbakkerijen de cacao- en de chocolade-, de meel- en de zuivelfabrieken; de tabak- en sigarenfabrieken; de bierbrouwerijen, de jenever- en de likeurstokerijen benevens de mineraal- waterf abrieken; de slagerijen; de zeepfabrieken; Êo. de fabrieken van verduurzaamde levensmiddelen; D. vertégenwoordigd in de Kamer van A*beid voor de W n k e 1- e n Öro s- iersbedrijven: de winkel en de grossiersbedrijven; voor zoover die niet zijn of zullen worden ver tegenwoordigd in een andere Kamer van Arbeid, waarvan het gebied zich over da gemeente Leiden uitstrekt; aan hun verplichting om vóór 15 Januari e. k. een lijst of zoo noodig lijsten op te maken van de namen en de voornamen der mannelijke en vrouwelijke personen, die in hun bedrijf binnen het gebied der bovenge noemde Kamers van Arbeid, welk gebied zich' alleen over de gemeente Leiden uit strekt, als p a t r o o n s of in hun dienst als werklieden werkzaam zijn geweest gedurende het laatst verloopen kalender jaar, voor zooveel de onder A 2o„ B, 0 lo. en D genoemde bedrijven betreft, of ge durende het laatste tijdvak van 7 maanden, waarin gewerkt is in de bedrijven, genoemd onder A lo. en 0 2o. en om die 1 ij s t of 1 ij s t e n v ór 15 Januari e. k. aan hun College i n te zenden. jOnder p a t r o o ns verstaat de wet de hoofden of bestuurders van een bedrijf, waarin ten minste één persoon boven de twintig jaar tegen genot- van loon werk zaam is, en allen, die op het beheer der hoofden of bestuurders toezicht houden, be nevens hen, die door het hoofd of den be stuurder van een bedrijf in den regel belast worden met het ontwerpen van wetenschap pelijke plannen en modellen of met het doen van wetenschappelijke proeven, de procu ratiehouders, alsmede de personen die bij ontstentenis van het hoofd of den bestuur der van het bedrijf, dat hoofd of dien be stuurder vervangen. Onder werklieden verstaat de wet alle anderen, die tegen genot van loon 'Q een bedrijf werkzaam zijn, behalve dege nen, die geheel of gedeeltelijk gezag over anderen uitoefenen. Op die lijsten mogen n e t v e r- meld worden zij, die gedurende heb laatst verloopen kalenderjaar, waarin in de ihder A 2o, B, C lo. en D. genoemde be- rijven is gewerkt of, voor zooveel de onder lo en C 2o vermelde bedrijven betreft, die edurende het laatste tijdvak van 7 maan den, niet binnen het gebied der bovenge noemde Kamers"ran Arbeid bij hetzelfde hoofd of denzelfden bestuurder werkzaam zijn geweest Op die lijsten behoeven niet ver meld te worden zij, die geen ingeze tenen des Rijks, of geen Nederlanders zijn of die op den 15den Februari e.k. den leef tijd van 25 jaren niet zullen hebben bereikt Zij, die gedurende het laatstverloopen ka lenderjaar, waarin de onder A 2o, B, 0 lo en D genoemde bedrijven is gewerkt, of voor zooveel de onder A lo en C 2o vermelde bo- drijven betreft, gedurende het laatste tijd vak van 7 maanden, niet in het bedrijf van hetzelfde hoofd of denzelfden bestuurder zijn werkzaam geweest, en die aanspraak kunnen maken om geplaatst te worden op ®en kiezerslijst voor bovengenoemde Ka mers van Arbeid, zijn bevoegd vóór 15 Ja nuari e.k. aangifte te doen bij Burgemees ter en Wethouders voornoemd De formulieren dezer aangif ten, zoomede die der lijston zijn kosteloos voor belanghebben den ter Gemeent e-S ecretarie v e r k r i j g b a a r. Voorts worden de hoofden en bestuur ders van de hierboven genoemde bedrijven er, voor zooveel noodig, aan herinnerd, dat het opmaken en inzenden der lijsten een verplichting is, tegen wier nieLnakoming straf is bedreigd bij artikel 43 der wet op de Kamers van Arbeid, luidende als volgt: „Hij, die wederrechtelijk niet voldoet aan een hem in eei igen krachtens deze Wc'-, uitgevaar- digden algemeenen maatregel van bestuur opgelegde ver plichting, wordt gestraft met heohtenis van ten hoogste vee r tien dagen of geldboete van ten hoogstevijfenzoventiggulde n". Burgen-.^ccter en Wethouders voornoemd, J. A. VAN HAMEL. Weth. Loco-Burgemeester. VAN STRIJEN, Seoretaris. Leiden, 24 December 1913. Veemarkt ie Leiden. Burgemeester en Wethouders van Leiden brenger ter kennis van belanghebbenden lo. dat, vanaf den lsten Januari 1914, op do veemarkt en de markt voor vette varkens geen afzonderlijk hokkengeld meer verschuldigd zal zijn 2o. dat, vanaf denzelfden datum, aan marktgeld zal verschuldigd zijn a. voor een paard, hit, rund, schot, vaars, pink of graskalf ƒ0.25 b. voor een beer, zeug, vet of gemest varken f 0.25 c. voor een vet kalf, veulen, muilezel of ezel ƒ0.15 d. voor een nuchter kalf, jong varken, schram of schaap ƒ0.10. e. voor een lam, bok, geit of bigge ƒ0.05 f. voor een lam tusschen 1 Augustus en 31 December ter markt aangevoerd, en voor een bigge zwaarder dan 25 K.G., ƒ0.10 3o. dat, eveneens met ingang van Januari 1914, de thans gangbare veemarktpennin gen van 3, 6 en 60 cent, zullen worden in getrokken en dat deze penningen, voor zoover zij op dien datum nog in omloop zijn, gedurende het geheele jaar 1914 ter inwisseling kunnen worden aangeboden a. aan het kantoor van den Gemeente- Ontvanger, des Maandags, Dinsdags, Woensdag en Donderdags, van des mor gens 9 tot des namiddags 2 uur b. aan de drie marktkantoren tijdens de veemarkten op Vrijdag, uiterlijk tot des morgens 10i uur 4o. dat, met ingang van denzelfden da tum, behalve penningen van 5 en 10 cents, ook penningen van een galden zullen wor den ingevoerd, welke laatste gebruikt kun nen worden voor lammeren, bokken, gei ten of biggen, dio bij 20 stuks, en voor nuchtere kalveren, jonge varkens, schram men of schapen, die bij 10 stuks tegelijk worden aangevoerd; 5o. dat een exemplaar van deze publi catie en van het Reglement voor de Vee markten, vastgesteld door Burgemeester en Wethouders van Leiden op den 13den November 1911 (Gem. Blad No 36), voor degenen, die daarvan nog niet mochten zijn voorzien, gratis verkrijgbaar is tijdens de veemarkten op Vrijdag, aan de drie marktkantoren en brengen voorts, voorzoover noodig, in herinnering: lo. dat het ingevolge art. 44 der Veror dening op de Markten verboden is, ter plaatsing van vee op de markt, een andere of meer ruimte in te nemen, dan daartoe door den Algemeenen Marktmeester of door diens-adjunct is aangewezen; 2o. dat ingevolge art. 45bis, eerste lid, derzelfde verordening beheerders en gelei ders van nuchtere kalveren verplicht zijn zorg te dragen, dat deze, zoodra zij op de voor hen bestemde plaatsen op do markt zijn gekomen, van de touwen, waarmede hun pooten zijn vastgebonden, worden ont daan en niet eerder weder worden gebon den, dan ten hoogste uur, vóórdat zij van heb marktterrein worden weggevoerd 3o. dat ingevolge art. 46 dier verordening stieren boven den leeftijd van li jaar, be halve behoorlijk geknieband, van een ring in den neus moeten zijn voorzien 4o. dat het ingevolge art. 49bis dier ver ordening verboden is, melkgevende koeien met gevulde uiers van het marktterrein weg te voeren, tenzij met vergunning van den Keuringsvecarts van het Openbaar Slachthuis 5o. dat ingevolge art. 15, eerste lid, van heb Reglement voor de Veemarkten ieder, die voor zijn vee de noodige ruimte op de markt wenscht te doen re9erveeren, ver plicht is zijn daartoe strekkend verzoek schriftelijk aan den Algemeenen Markt meester kenbaar te maken, des daags vóór den marktdag vóór 7 uur des avonds, en met juiste opgave van aantal en soort van het ter markt aan te voeren vee, ter wijl ingevolge hetzelfde artikel deze ge reserveerde plaatsen binnen een uur na den aanvangstijd der markt-door de recht hebbenden geheel of althans ten deele met hun vee moeten bezet zijn, en intusschen door of vanwege hen bewaakt worden-. Burgemeester en Wethouders voornoemd N. C. DE GIJSELA AR. Burgemeester. VAN STRIJEN, Secretaris. Leiden, 12 December 1913, X Woensdagavond verspreidde de treurige mare, dat bij Beilen een ernstige spoor wegramp had plaats gegrepen. Van den sneltrein, die om 7 uur 11 minuten uit Groningen moest vertrekken door de Kerstdrukte werd het eenige minuten la ter is bij Hooghalen het achterste ge deelte gederailleerd. Vijf families, die dachten in blijde stemming het Kerstfeest te vieren, werden op het onverwachts in zwa-ren rouw gedompeld. De slachtoffers. Bij dit ongeluk zijn gedood de 30-jarige mr. Jacobus Cort v 'an der Li n- d e n, sedert 1909 hoofdcommies ter Pro vinciale Griffie, zoon van den minister president; de 25-jarige arts J. G. Roo- s e n b u r g te Groningen, afkomstig uit Den Haag, Kanaalstraat no. 8de heer J. Punt, ruim 40 jaar, directeur der verze keringsmaatschappij Do Waarborg" wo nende te Den Haag; mevr. Kapteyn Van der W e r f f, echtgenoote van den heer Kapteyn, leeraar in het Duitsch te Leiden, lid van de examencommissie Duitsch M O. (B.) te Groningen, en de 37-jarige ongehuwde dame Hillegonda A. van Zanten, die coupeuse te Gronin gen zou zijn, maar volgens andere opgaven gehuwd is met een spoorwegambtenaar uit Zwolle. Zij is voor zooi#r na tc gaan te Gronin gen echter onb; ^jnd. Vreeselijk g./.ond is de 21-jarige onder wijzeres mejW i 1 h e 1 m i na do Boer, te Groningen, vroeger te Iloodeschool, die op reis was naar haar verloofde te Hooge- veen. Den 16-jarigen Roelfsema, zoon van den fabrikant den heer H. Roelfsèma to Gro ningen werd een arm gebroken. Stellig zijn cr nog meer gewonden. Door dat enkele gewonden met het voorste deel van den trein naar Zwolle gingen, is hier het aantal niet met juistheid op te geven. De heer Cort van der Linden, zou te 's-Gravenhage de Kerstdagen bij zijn fa milie doorbrengen. Ook de heer .Roosen burg, die juist dezer dagen tot arts gepro moveerd was, ging naar Den Haag: Mevrouw M.. Kapteyn—Van der Werf f,- een der omgekomenen, reisde in gezelschap van haar man, die vrijwel ongedeerd is ge bleven. Zij zouden de Kerstdagen in Hooge- veen doorbrengen. Mevrouw Kapteyn, die moende, dat de trein al dicht bij Hoogeveen was, was gaan staan om haar mantel aan te trekken. Dadelijk daarop gebeurde het vreeselijke, en mevrouw Kapteyn-sloeg uit het rijtuig. Kort daarna is haar verminkt lijk daaronder vandaan gehaald. Een der slachtoffers, de heer J. P. Punt, had, na met den heer Bokliolt, directeur van.het bijkantoor te Groningen van de le vensverzekeringmaatschappij „De Waar borg", zaken te hebben besproken, met den heer Bokholt enkele partijen dam gespeeld. Daardoor was hij niet met den trein van 3 u. 20 min gegaan, zooals aanvankelijk zijn plan was, hoewel hij thuis had gezegd, met den laatsten trein te zullen terugkee- ren. Do heer Punt moet te Groningen in een wagen van heb voorste gedeelte van den trein hebben plaats genomen, maar te As sen in een der achterste rijtuigen zijn over gestapt. Er wordt gemeld, dat bij het vinden van het lijk van den heer Punt diens vest was verdwenen, waarin aan den binnenkant een portefeuille met ongeveer 6000 zatook zijn spoorwegabonnement en zijn horloge ketting zijn zoekhet gouden horloge werd wel gevonden. Van de gewonden is mej. W. de Boer, uit Groningen, die de Kerstdagen bij haar ver loofde te Hoogeveen zou doorbrengen, er zeer ernstig aan toe Zij zat beklemd tus schen het houtwerk van den coupé haar eene been was afgeknepen, het andere zal waarschijnlijk afgezet moeten worden. Mej. Do Boer heeft vreeselijke oogenblikken doorleefdvan halfnegen tot één uur zat zij beklemd en was steeds bij haar volle be wustzijn aldoor riep zijOch heeren, helpt mij toch, helpt mij tochEindelijk was zij uitgezaagd en Donderdagmorgen is zij naar Groningen vervoerd. Bij de ouders van haar verloofde kwam Donderdag een telegram, waarin gemeld werd, dat er kans op levens behoud was. De oorzaak. Over de oorzaak valt. nog weinig te zeg gen. Het vermoeden wordt uitgesproken, dat een onder den A-B-wagen uitstekend voorwerp of een loshangende ketting de wisselnaald hebben overgetrokken, waar door de achterste wagens genoodzaakt wa ren op het verkeerde spoor te komen. De wagen die was blijven staan, bevond zich evenals de vernielde tusschen de beide sporen in, die als bezaaid lagen met biels, benoodigd voor het nieuw aan te leggen dubbel spoor. Vermoedelijk zijn het deze biels geweest, die den" vloer van het bewus te rijtuig hebben vernield. De trein moet gereden hebben met een vaart van pl.m. 75 K.M. per uur die op de plaats des onheils zeker niet minder is geweest, daar de baa-n aldaar iets afhelt. Na de ontsporing is de trein nog 700 inéte'r doorgereden. Een s poor wegman evenwel meende, dab do kettingen niet lang genoeg zijn om. de wis- a*latAuif te b^eiktelat Een andere s poor wegman èn ook ervaren reizigers, schrijven heb ongeval mede toe aan hot gebruik van oude en nieuwe wagens dooi elkaar. De machinist van den trein zoide, dat een wielas van den voorlaatstcn wagen gebroken was en dat daaraan het ongeluk moest wor den geweten. Van de zijde der spoorweg autoriteiten is reeds een onderzoek ingesteld en spoedig zal waarschijnlijk de oorzaak be kend worden. Geneeskundige hulp. De passagiers in de voorste wagens do trein was veertien wagens lang en naar schatting bevonden zich daarin 1400 pa&- sagiers bemerkten niets van wat er ge beurd was. Aan een ongeluk dacht men eerst toen het treinpersoneel met lantaarns langs den trein liep om' te vragen of er soms geneesheeren in de coupé's waren. Gelukkig was dit het geval. Prof. Middendorp en twee andera geneeskundigen bevonden zich onder de reizigers: Spoedig was de burgemeester van Bedien met- politie aanwezig om voor de afzetting to zorgen. Ook de doktoren Pasman-en Mul der uit Beilen waren spoedig tor plaatse, alsmede geneesheeren uit Hoogeveen. en Mcppel. Toen ee-nigen tijd later liet ongeluk te Aksen bekend was, vertrokken per eerste gelegen heid dc doktoren Aldershoff, Anc-nia en Groo- newegen naar de plaats des onheils- Later airivecrden met eon hulptrein uit Gronin gen de doktoren Van den Berg en R- Ivijl- stra, benevens do chef van den geneeskun digen dienst van het militair hospitaal ie Assen, de h eer-Bart olotli Rcynders, met het hosp i taai-personeel Te Assen was in liet hospitaal en het ziekenhuis'alles in gereedheid gebracht om eventucelö verwonden te kunnen op nomen, en den geheolen nacht, tot de aankomst ie 3 uur van den laatsten trein, was er hospitaal- personeel in het station te Assen aanwezig. Bij het spookachtig schijnsel van flam bouwen, fiets, en treinlantaarns en houtvuren, ontstoken van de overblijfselen der rijtuigen verrichtten deze doktoren hun werk- H et reddingswerk. Hoe vreeselijk er geleden is blijkt uit do verhalen van ooggetuigen. Verschillende passagiers hebben aan cle verslaggevers der J bladen mededeelingen gedaan of aan de redacties schriftelijk verhaald wat hun be kend was. Een abonné van do „N. Pt. CL' schrijft o. m. „Wij vertrokken over tijd, en de vertra ging was door oponthoud onderweg te As sen tot ruim twintig minuten gegroeid. „Wij verlieten laatstgenoemd station, waar tal van passagiers den trein verlieten tjDgen acht uur en waren juist de brug over het Oranjekanaal, voorbij Hooghalen, gepasseerd, toen de achterste wagen op een geweldige wijze begon te schokken en te slingeien. Zoo heftig was de be weging, dat ik van den rechterhoek naar den te gen overgostelden linkerhoek werd gewor pen, en een heer en zijn zoontje tuschen do zitbanken venrdwenen. Een oogenblilc had in het gevoel, alsof we zouden kantelen, maar gelukkig bleef het rijtuig naar links hellend staan. „Ik sprong uit mijn coupé met. nog geéh gedachte aan iets ergors dan het uit do rails glijden van heb staartstuk van onzen trein, toen een luid-jammerende stem van een heer, die om zijn vrouw riep, mij on heil-verkondigend in do ooren klonk, en voortsnellende zag ik, dat. den voorlaat stcn wagen het lot getroffen had, dat ik een oogenblik voor ons rijtuig gevreesd had. Met do drie rechter wiel en hoog in de lucht., het linkeryoorwiel in het zand der baan, teekende het rijtuig zich onduidelijk tegen de donkere lucht af. „Voorloopendo hooiden we eenige pas sagiers hadden intusschen 't. laatste en 3de rijtuig, dat mede van den trein was losge rukt, verlaten een stem, die om hulp riep. Zij kwam uit het voorgedeelte van den omgevallen wagen, en bij het licht, van uit den trein gebrachte lantaars den voorwand openbrekend, zagen we een dame liggen, met do beennen onder hout en ijzer bloe dend vastgeklemd. „Haai uit haar benarde, afschuwelijke positie, die zij met bewonderenswaardige gelatenheid doorstond, te verlossen, was wegens gebrek aan geschikte hefwerktui gen onmogelijk. Hoe bitter hulpeloos voél den we ons toen. Intusschen, het licht der lantaarns en fakkels ontdekte meer. Half uit den wagen hangend, met het hoofd rustend tegen een spoorstaaf, zagen we een vrouwenlichaam, het gelaat bebloed. We trokken haar voor zichtig naar ons toe en legden haar aan den berm van den weg ze was dood. „Verder onder den wagen lag een bloe dige massa. Onder het laatste rijtuig, de hooggelaarsde beenen naar achteren uitge strekt, het lichaam, ben deele naakt, van een man, en verder op de spoorbaan naar de brug toe nog drie slachtoffers, allen dood. 't Was afschuwelijk, het gezicht on vergetelijk do twee spoorwagens op do baan, naargeestig belicht door de rood-flak- kerendo fakkels en de bleeke lantaarns, die de ontstelde, witte gezichten ontdokten, de doode lichamen op en langs don weg...» „Op verzoek van den hoofdconducfceifr duwden wij, passagiers, die op dat onheils terrein bock niets meer konden doen^ het dorde rijtuig naar den op een 150 meter af- stand stilstaande» trein, on na een vertra ging van 2£ uur gleden we voort) naar 't Zuiden." De plaats des onheile. Een jeugdig korporaal van de infanterie vertelde ,,'t Was verschrikkelijk wat wij zagen. Juist ontlastte een hevige hagel- en regen bui zich boven de plek, waar het ongeluk plaats had. En onder 't gekletter van de ha- gelsteencn, bij 't walmende licht van de toortsen zagen we daar de slachtoffers. Van een der passagiers was het hoofd geheel van de» romp gescheiden. Een man, die zag, dat zijn vrouw geheel verminkt onder den trein lag, werd plotseling krankzinnig en moest weggevoerd worden. Luid ker mend zat een vrouw bekneld tusschen de houten spanten van een wagon. Eén van de beambten, bezig haar los te zagen, zag de zielloöze en verminkte slachtoffers daarbin nen hij kon zijn taak niet volbrengen. „Langzamerhand kwamen van alle kanten uit den omtrek de bewoners met flambou wen en fietslantaarns om bij te lichten. De lijken werden op een rij gelegd, sommige waren onherkenbaar verminkt. De gewon den werden naar nabij gelegen woningon gedragen. De lijken zijn Donderdagmorgen op last van den offioiér van justitie to Assen naar Beilen vervoerd en daar in dc excercitie- loods neergelegd. Naast elk lijk werden de 'daarop gevonden voorwerpen gedeponeerd. Een ander passagier, de lieer Steenhuizen uit Groningen, zag een'dame, die met haar beide beenen onder de wielen was geraakt. Haar eene been was geheel afgereden, heb andere zat onder een wiel bekneld. Met dommekrachten slaagden men cr in, den wagen wat op te beuren. Dat gaf haar ver lichting, want zij was volkomen bij haar be wustzijn. Een geneesheer, die zich met een collega toevallig in den trein bevond, sprak voortdurend met haar, wel vijf kwartier lang; Hij zag ook een lieer, die achter den trein lag, wiens hoofd was afgereden, en wiens klceren 'hem geheel van heb bovenlijf wa ren gerukt. Een ufficier in dien wagon bleef ongedeerd. Gelukkig, -dat er geen brand in den omgokantelden tweedeklas-wagen ont stond. Het licht bleef branden, toon do wa gen omgekanteld was, doch het werd door het treinpersoneel gedoofd. In de „Tel." vinden we nog meerdere bij zonderheden, voornamelijk over don toe stand der dopden en gewonden. Zoo lezen we o.m. „Het A-B-rijtuig was bij den wissel uit de rails geloopen, gekanteld on deels versplin terd. Daarin bevonden zich bij heb vertrek uit Groningen o.m. de heeren Cort van der Linden, Roosenburg en Punt., mej. v. Zan ten en mej. De Boer. „Het bleek, dat de heer Cort van der Linden door den vlopr gezakt was, althans zijn deerlijk verminkt lijk werd een eind verder onder het derde-klasserijtuig ge vonden. Het was onherkenbaar. „Men vond een kilometerboekje ten name van den heer Cort van der Linden en toen men met veel moeite eerst zijn jas en daar na zijn vest bij stukken van zijn lichaam had getrokken, bleek uit initialen, dat het lijk het ontzielde, lichaam was van den zoon van den minister-president, een zo-v gezien hoofdambtenaar ter provinciale griffie te Groningen, die snel promotic had gemaakt, nadat li ij te Leiden op een proefschrift waa bevorderd tot. meester in de vechten. Zijn vriend en reisgenoot, de jonge arts G. J. Roosenburg, die hem ter wille Woens dagavond met den heer Van der Linden op reis was gogaan aanvankelijk wilde hij eerst Donderdagochtend vertrekken waa mede slachtoffer geworden van deze ramp, die nog meer levens opeischte. Was de heer Roosenburg, dien dr. Yiëtor herkende aan de inscriptie in het horloge, zoo goed als opgerold cn van een arm beroofd, de heer Punt was al even verschrikkelijk verminkt. De hersenpan was hem van het hoofd ge slagen, zoodat dit nagenoeg vormloos wa3. Toen men even later nog een hand vond, dacht men aan een nog niet ontdekt lijk. Het bleek echter een hand te zijn van den heer Roosenbur-g 't Lijk van mej. v. Zan ten werd ook weldra gevonden, terwijl do inmiddels gekomen doktoren uit Groningen spoorwegpersoneel cn pleegzusters mej. De Boer trachtten tc bevrijden. Het ging zeer moeilijk. Prof. Middendorp had al dadelijk ingezien, dat haar een been geamputeerd moest worden. Zij wenschte dat voorloopig nog niet-, omdat ze geen pijn had. Later heeft dr. Van den Berg, die met. dr. Kijl- stra uit Groningen haar behandelden, het been afgezet. De voet was afgereden en het been gebroken. Haar andere been zal wel behouden blij ven. De voet daarvan blijkt ongedeerd. Dr. Yan den Berg acht haar toestand niet ho peloos. Zij is opgenomen in het R.-K. Zie kenhuis te Groningen. Een tragische bijzon derheid is wel, dat haar verloofde, die haar eerst te Hoogeveen tevergeefs wachtte, er getuige van moest zijn, dat zijn meisje aldus naar het ziekenhuis werd vervoerd. Zeker zouden er nog meer doktoren zijn gekomen, indien het academisch ziekenhuis to Groningen direct was gewaairchuwu. Me dische hulp uit. Groningen werd echter wei nig gevraagd. Zoo is bet te verklaren, dab men ondanks de bulletins van het „Gro ninger Dagblad" om 10 uur in liet zieken huis nog van niets wist. Uit hot Diaeoiies- senhuis begaven zich /-ustera rneb brancards on verplegingsma toriaal naar hot, station te Groningen, in afwachting van <'e a*nkoitu*4 van gewonden. De eenige gewonde, clie (pas te ruim 4 uur 's nachte) aankwam, wa* mftij Ba

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1913 | | pagina 9