|SJ«. 16491.
"Woensdag 2ö November.
Tweed© JBlad. 19] 3.
Buitenlandseh Overzieht.
Gemengd Nieuws.
Eerste Kamer.
Tweede Kamer.
Uit een korte mcdedeeling weet men
I reeds, dat het TurkschBulgaarsclio niet
het eenig geheim verdr ag is tusschen
Balkan-mogendheden gesloten. Zelfs zou
men moeten vermoeden, dat de Russische
bladen, die dit feit wereldkundig maakten,
slecht ingelicht zijn geweest. Het laatst
gesloten verdrag, waarvan de „Matin*den
tekst geeft, maakt tenminste een Turksch-
Bulgaarsch verdrag tot een vrijwel onmo
gelijk iets. Het nieuwe verdrag tusschen
Bulgarije en Servië toch is gericht
zoowel tegen Turkije als tegen Roemenië
en Oostenrijk-IIongarije.N Erg dankbaar
toont zich Servië dus niet jegens Roeme
nië, met welk land het cok weer een ver
drag moet hebben gesloten tot behoud van
het evenwicht op den Balkan. Het we
melt wel van verdragen op liet schiereiland.
Aan het verdrag willen we iets ontleenen.
'Artikel twee luidt b.V.
„Indien Roemenië Bulgarije aanvalt, is
Servië verplicht Roemenië onmiddellijk den
oorlog te verklaren en al zijn strijdkrach
ten tegen dien staat in het veld te brengen,
ten minste 100,000 man, hetzij langs den
Donau, hetzij op het oorlogstooneel in de
Dobroedzja.
7,Indien Turkije Bulgarije aanvalt, is Ser
vië verplicht een inval in Turkije te onder
nemen en van zijn gemobiliseerde troepen
100,000 soldaten af te zonderen om ze naar
het tooneel van den strijd aan den Wardar
te zenden.
„Indien Servië op dat oogenblik alleen
of verbonden met Bulgarije, zich reeds in
oorlog met een derden staat bevindt, zal
het tegen Roemenië of Turkije alle troepen,
waarover iiet de vnjc beschikking heeft, ge
bruiken."
Artikel drie zegt:
^Indien Oostenrijk-Hongarije Servië aan
valt, is Bulgarije verplicht Oostenrijk-Hon
garije onmiddellijk den oorlog te verklaren
en zijn troepen, ten minste 200,000 man,
I naar Servië tc zenden, om hetzij aanvallend,
hetzij verdedigend met het Servische leger
tegen Oostenrijk-Hongarije op te treden.
„Bulgarije aanvaardt dezelfde verplich
ting ingeval Oostenrijk-Hongarije, onder
het een of ander voorwendsel, in overleg
met of zonder de toestemming ^an Turkije,-
zijn troepen het sandzjak van Nowi Bazar
doet binnenrukken en Servië het dienten-
gevolge den oorlog verklaart; óf .ingeval
i Servië ter verdediging van zijn be
llanger), zijn troepen het sandzjak doet bin
nenrukken en daardoor in gewapend con
flict met Oostenrijk-Hongarije komt.
Ingeval Turkije Servië aanvalt is Bulga-
rije verplicht onmiddellijk Turkije binnen
I te rukken en van zijn gemobiliseerde troe
pen ren minste 100,000 man naar het too
neel van den strijd aan den Wardar te
zenden.
Als Roemenië' Servië aanvalt, is Bul
garije verplicht de Roemeemche troepen
aan te vallen, zoodra 2ij den Donau zijn
overgetrokken en op Servisch grondgebied
verschenen.
„Indien Bulgarije, alleen of verbonden;
met Servië, zich in een der gevallen, ge
noemd in dit artikel, reeds in oorlog be
vindt met een derden staat, is liet verplicht
Servië bij te staan met alle troepen, waar
over het de vrije beschikking heeft."
Artikel vier bepaalt, dat beide staten zijn
gehouden elkaar bij te staan als een hunner
Turkije den oorlog verklaart. Plet aantal
troepen dat Bulgarije in het veld brengt
mag niet minder bedragen dan 200,000
man, dat van Servië niet minder dan
150,000 man.
Artikel vijf zegt, dat in geval een van
beide "staten den oorlog aan een derden
staat verklaart zonder voorafgaande over
eenkomst met en zonder toestemming van
zijn bondgenoot, deze laatste van zijn ver
plichtingen ontslagen zal zijn, maar "is tij
dens den .oorlog: gehouden een welwillende
onzijdigheid ten aanzien "van zijn bondge
noot in acht te nemen en onverwijld een
troepenmacht van ten minste 50,000 man op
de been te brengen en die samen te trek
ken op een wijze die de vrijheid van bewe
ging van zijn bondgenoot bevordert.
Een vcldtochtsplan tegen Turkije is zelfs
aan het geheim verdrag toegevoegd.
In Oostenrijk-Hongarije heeft het plan,
dat, zcoals duidelijk blijkt, vooral tegen dit
lijk is gericht, een onaangenamen indruk
gemaakt.
Er is door de t egenstanders van home
rule voor Ierland altijd beweerd dat de
Ieren zelf er niets voor gevoelen, dat dit
verlangen niet leeft onder de groote
massa.' Larkin heeft verteld hoe absoluut
onjuist die bewering is. In een rede in
Albert Hall te Londen zeide de Iersche
arbeidcrslcider, waarom hij voor. home rule
is. Hij-*Verklaardc zich er voor, omdat de
arbeiders in Ierland vervuld zijn van het
ideaal van hun nationaliteit en ze niet te
krijgen zijn om te denken aan dingen, die
er wezenlijk op aan komen, voor dat ideaal
19 verwezenlijkt. Dat is terecht
een afdoend antwoord voor de men-
schen, die beweren, dat het volk in Ier
land niet om Home Rule geeft.
Larkin sprak ook zijn erkentelijkheid uit
voor de liberale regeering, die Ierland
Home Rule zal geven.
Deze uitlatingen, zegt de -„Nation," ver-:
baasden de felle partijgangers onder zijn
gehoor.
Er schijnt nu nog een nieuw bemiddel
'mgsvoorstel der regeering meV betrekking
tot Ulster të zijn. Het Londensch weekblad
„The News of the World" verzekert dit
ten minste. Het regecringsvoorstel, dat aan
de oppositie zal worden voorgelegd, om
vat twee punten, namelijk dat de leden
van het Iersche parlement uit Ulster het
recht van veto nopens elk wetsontwerp,
dat Ulster betreft, krijgen, "en dat zij dit
recht voor een te voren bepaald aantal
jaren uitoefenen mogen.
Men hecht in Engeland eenige waarde
aan het bericht, omdat Sir George Rid
del 1, de eigenaar van het blad, op zeer
goeden voet staat men minister Lloyd
George.
Over het gebeurde te Zabernisde
rust nog niet ingetreden. De militaire auto
riteiten handelen ook niet praktisch met het
arresteeren van eenige minderen. En nu is
daarop nog gevolgd huiszoeking op het
bureau van de „Zabern Ztg." Het resultaat
is nihil geweest, maar in de Elzasser pers
is men slecht* te spreken over dit optreden.
In den Rijksdag zal deze kwestie ook
aan de orde komen. We zullen dus spoe
dig vernemen of nog iets, tegen hét dwaze
luitenantje zal worden gedaan.
Röser, lid der vooruitstrevende volks
partij, heeft gisteren de volgende inter
pellatie ingediend: „Is de rijkskanselier
bereid inlichtingen te geven over de in de
pers openbaar gemaakte uitlatingen van
een officier te Zabern en de daardoor
veroorzaakte verdere gebeurtenissen?"
De afgevaardigden uit de Elzas hebben
de volgende vragen gesteld: Is het de re
geering bekend, dat in het 99ste regiment
infanterie te Zabern een officier tegen sol
daten uit Elzas-Lotharingen voor de ge-
heeje bevolking hoogst beleedigende ge
voelens aan den dag heeft gelegd en de
meest kwetsende uitdrukkingen heeft ge
bruikt, zonder dat de militaire overhead
hem deswege voldoende heeft dóen boe
ten? Wat denkt de rijkskanselier te doen
om de soldaten uit Elzas-Lotharingen tegen
zulke beleedigingen en de bevolking van
Elzas-Lotharingen tegen dergelijke uittar
tingen te beschermen?
De d readnoug h t-w o e d e is nog in
vollen gang. Deze week zullen er in Enge
land weer drie van die reuzenstoomers
van stapel loopen van drie verschillende
werven. Een dezer vaartuigen is voor Chili
bestemd, de beide andere zijn voor den
Engelschen dienst. De eene Engelsche
bootzal met olie worden gestookt en
Engeland zal dan twee van dergelijke
schepen bij de vloot hebben.
Nog m£ar acht jaar is het geleden, dat
Engeland de eerste dreadnought liet bou
wen en op het eind van dit jaar zullen er
over de geheels wereld 150 zijn, inclusief
degenen, die op stapel staan.. Het aantal
dreadnoughts, dat mén elk jaar telde,
vormt de onregelmatigs reeks van 1 (1905),
9, 24, 32, 52, 74, 97, 125, 150 (1913.)
Wie weet, of er binnen een paar jaar
niet eenige duizenden dreadnoughts rond
waren op de wereld oceanen.
fiOKTS) BERICHTEN.
Op het congres van de \Velfen, woon
achtig in het hertogdom Brunswijk, welk
congres over. een paar weken zal worden
gehouden, zal worden voorgesteld over to
gaan tot ontbinding der partij.
In Berlijn heeft de werkloosheid een
verbazenden omvang aangenomen. Er zijn
blijkens een gehouden telling in de Duit
sche hoofdstad met de voorstedeD 82.000
werkloozen.
Het verbond vaü de Duitsche Pers
richt zich in een adres aan den Rijksdag
tegen het wetsontwerp tegen het verraden
van militaire geheimen, wijl dit voor do
pers een ondraaglijke toestand van
rechts-onzekerheid zal scheppen.
De Duitsche regeering stelt evenals
het vorig jaar aan den Rijksdag voor, om
ambtenaren in oostelijke gewesten eeD toe
slag te geven. Dat is om Duitschers naar
de streken met Poolsche bevolking te
kunnen dirigeeren. Het vorig jaar moes
ten Polen, Gentrum en sociaal-democraten
van deze taktiek niets hebben. Ze hebben
de meerderheid en zullen ook ditmaal het
voorstel wel afstemmen.
Do Duitsche keizer is weer hersteld.
Hij zal eenige steden in het rijk bezoeken.
Ook wordt gemeld, dat hij 15 Maart voor
zijn jaarlijksch bezoek naar Corfoe gaat.
De verkoop van de „Voss. Ztg.."
heeft zyn beslag gekregen. De firma Ull-
stein en Co. is thans definitief eigenaar.
De „Indépendance" voorziet vier en
twintig uur na do aanneming van het
Belgische schooiwets-ontwerp de aftreding
van verschillende ministers.
De Fransche regeering laat nieuw©
postzegels vervaardigen. De oude zegels
met de beeltenis van een zaaiende vrouw
zullen worden ingehouden om plaats te
maken voor zegels, waarop een vliegmachi
ne voor den eifeltoren is geteekend. Het
symbool is niet onaardig: de eifeltoren
als ontvangstation der draadlooze telegra
fie en de vliegmachine als ultra-moderne
postwagen.
Lord Aberdeen, de onderkoning vaD
Ierland, voert zelf de onderhandelingen
met de patroons te Dublin. Men hoopt dat
de eisch, geen lid van het Iersche Verbond
van Transportarbeiders, niet langer zal
worden gehandhaafd.
Uit Londen wordt aan de „Berk
Ztg. am Mitt." geseind dat de Zuidpool-
onderzoeker Shackleton voornemens is een
nieuwe expeditie naar het anarctisch
gebied te ondernemen. Bepaalde aanwij
zingen omtrent den aanvang van de reis
kan Shackleton nog niet opgeven. De ex
peditie zal op grootsche wijze ten uitvoer
worden gelegd.
Den 8sten December zal voor het
seminarie van Catanzaro een marmeren
standbeeld worden onthuld voor Z. H.
den Paus.
De Russische ministerraad wil den
dwangarbeid wat verzachten. Men wil hier
aan in het vervolg niet meer verbanning
vastknoopen. De ministerraad beoogt een
wetsvoorstel aanhangig te maken, waarin
van het principe wordt uitgegaan, dat
dwangarbeid dient tot verbetering van
den gevangene.
- In IJsland is een verbod tot alcohol
verkoop ingesteld. Er ia na yertoogen va\>
een paar vreemde staten een uitzondering
gemaakt. Beroeps-consuls van een vreemd
land, tevens vreemdelingen zijnde, zu'1
eens per jaar alcoholische dranken mogen
invoeren, doch niet meer dan achthonderd
liter tegelijk. Deze drank mag alleen in
de consulaten worden gebruikt. Veel drank
komt er niet in IJsland, want'alleen Frank
rijk en Noorwegen hebben er beroeps
consuls.
Een Fransche archaeoloog
heeft bij opgravingen nabij het Egypti
sche plaatsje Araasia vijf steenen cellen
ontdekt, waarin voor 112 jaar vijf Fransche
soldaten vau honger en dorst zijn omge
komen. Zij behoorden tot het leger van
generaal Menou en waren in 1799 in den
slag bij El Arisj krijgsgevangen genomen.
De Fransche regeering heeft vergeten hen
los te koopen en do mamehikken stelden
hen voor de keuze den mohammedaan-
schen godsdienst te aanvaarden of te ster
ven. Zij kozen allen het laatste en werden
elk in een cel ingemetseld.
Over den beruchten Boe-
renschrik, wo hebben daaromtrent ai her
haaldelijk iets vermeld, schrijft de Ween-
sche correspondent van de ,;N. R. Ct.":
De Berlijnsche spiritist Lané Ney heeft
aan den stadhouder van Stiermarken ge
schreven, dat hij zich in staat voelt om
aan den Boerenschrik een einde te maken.
Hij""verlangt daartoe twee groot© verhuis
wagens, dio hij op de plaats zal zetteni
waar het ondier wordt vermoed, beuevens
een paar schapen.
De spiritist zegt: zijn het beesten, dan
zal ik ze wel vangen, is het wat anders,
dan zal ik het bedrog weten te ontdekken.
Hij gebruikt dat woord, omdat toen hij
22 jaar geleden een lezing te Amsterdam
hield, iets dergelijks in Zaandam is ge
beurd. Toen werden ook dagelijks op on
verklaarbare wijze schapen en koeien ver
scheurd. De boeren dachten dat het een
wolf was en vroegen om hulp bij Lané,
van wien ze gehoord hadden, dat hijf
spiritist en gedachtenlezer was. Hij is
toen naar Zaandam gegaan, waar het hem
gelukte het geheim te ontdekken. Geen
wolf was het, maar een gek geworden
boer, dien hij ontmaskerde.
Naar uit Wan gemeld
wordt zijn daar 57 leden der rooverbende
van Seid Taha, die de geheele streek on
veilig maakte, gevangen genomen en ter
dood gebracht.
Dezer dagen is door de politie
van Kansas City mrs. Vera Scotc gearres
teerd onder besehuldiging van afpersing
van 60,000 ten narleele van rijke ingeze
tenen te Pasadena en Los Angeles te Cali-
fornië. Gedurende het onderzoek bleek
dat deze dame een zeer avontuurlijk leven
achter den rug heeft. Zij deelde aan dén
rechter van instructie mede, dat zij een
Amerikaansche van geboorte ia en als ko-
riste haar intrede deed in do tooneelwa-
reld. Spoedig trad zij in het huwelijk met
een effectenmakelaar, die veel geld ver
diende en het met volle handen uitgaf.
Na zijn dood huwde zij Thomas Prosser,
den steenkolenkoning van Cleveland,
dien zij na eenigeu tijd verliet. Te Chica
go maakte zij kennis met Marshall Fiold
Jr., een millionna-ir, die ter barer eere
groote partijen gaf, welke zelfs haar, do
verwende vrouw, verbaasden. Op zekeren
dag kregen zij oneenigheid, waarbij door
zoogenaamd „noodlottig toeval" Field
door een revolverschot gedood werd. De
familie Fiold vreezende voor een schan
daal gaf haar ongeveer 26,000 onder
voorwaarde, dat zij het land zou verlaten.
Na eenigen tijd te Shanghai vertoefd te
hebben, keerde zij naar Cleveland terug,
waar zij Scott leerde kennen en met wien
zij in het huwelijk trad, nadat zij van haar
vorigen man, P rosser, gescheiden was.
Dit. geschiedde echter niet met diens toe
stemming en Prosser volgde haar onge
merkt, toen zij in een trein stapte naar
Libby in Montana. Onderweg ontmoetten
de gescheiden echtgenooten elkaar met het
gevolg, dat mde man door zijn gewezen
vrouw doodgeschoten werd. Beschuldigd
van moord werd zij echter vrijgesproken en
kort daarop trad zij met Scott in het hu
welijk. Haar bijnaamde sclioone, ge
heimzinnige Vera Lero^y, waaronder zij
algemeen bekend staat, ia zeker niet on
verdiend.
don interview met Beilis.
De „Daily Tel." publiceeït een inter
view, dat een journalist te Kief gehad
heeft met Mendel Beilis, den vrijgespro
kene in het beruchte ritucele moordpro-
ces. Beilis zat in zijn kleine huiskamer en
doorleefde nog eens al hetgeen hij gele
den had gedurende de laatste twee en een
half jaar. Soms werd hij zoo aangegrepen
door zijn herinneringen, dat hij door aan
doening overmand, eenige oogenblikken
moest zwijgen om tot zich zelf te komen.
Hij begon met te verhalen, hoe het lijk
van den knaap Justschinsky gevonden
werd in de fabriek, waar hij in 1911 werk
zaam was, en dat bij de begrafenis strooi
biljetten wérden verspreid, waarin gezegd
werd, dat „die gemecne Joden den knaap
hadden gedood." Ongeveer drie maanden
daarna hoorde hij, dat vrouw Vera Tsje-
berjak aan iedereen vertelde, dat liij den
mcord bedreven had.
In den ochtend van den 22en Juli 1911
zoo vertelde hij werd ik gewekt door
een hevigen slag en torn ik de deur open
de, zag ik een aantal politie-agenten en
een afdeeling soldaten. Men deelde mij
tot mijn gr o o ten schrik mede, dat ik ge
arresteerd werd. Mijn vrouw viel in on
macht en mijn kinderen begonnen te hui
len. Men voerde mij naar de geyangenis
cn een half uur later hoorde ik 't gegil
eiv geschreeuw van een kind, Ik herkende
de stem van mijn zoon David, die toen
acht jaar oud was. Mijn hart stond stil
van schrik. Ik schreeuwde en bonsde met
mijn hoofd tegen de cel. Kort daarop
kwam de gouverneur van de gevangenis
mij vertellen, dat 't zoontje van Vera Tsje-
berjak gezegd had, dat hij met Justschins
ky in de steenbakkerij had gespeeld cn
dat mijn zoon dit ontkende. „Jouw zoon
is een groote leugenaar en daarom is hij
gearresteerd," duwde hij mij toe. Hij wei
gerde naar mij te luisteren en zei alleen:
„Vertel de waarheid of je gaat naar Sibe
rië 1" Ik dacht dien dag krankzinnig tc
worden aldus vervolgde Beilis zijn ver-
haaL toen echter de gouverneur mij
kwam medèdcelen, dat David naar huls
was gezonden met een politieagent, kreeg
ik weer een weinig moed. Na eenige dagen
werd ik voor den rechter gevoerd. Hij
vroeg mij of het waar was, dat de Joden
bloed noodig hebben voor het bereiden
van hun Paaschbrood. Ik antwoordde hier
op, dat mij hiervan niets bekend was, eu
werd daarop naar de gevangenis terug-,
gebracht. Zeven dagen daarna deelde men
mij eerst mede, waarvan ik eigenlijk be
schuldigd was. Ik bezwijmde toen ik het
vernam.
Beilis deed vervolgens een uitvoerig ver
haal over zijn leven in de gevangenis en
zeide, dat de meeste misdadigers met hem
in dezelfde gevangenis opgesloten, aanzijn
onschuld geloofden. Van verschillende
ambtenaren had hij beleedigingen te ver
duren. Men omringde hem als ware hij
een wild dier, en zeide: „Ik zal je lecren,
Paaschbrooden te bakken met Christen-
bloed!" Hij werd met zestig andere gevan-
Igenen opgesloten in een vochtige, don
kere, koude cel, met een ccmcnën vloer.
Des nachts aldus vervolgde Beilis
s'.iep ik naast een geboeid man, die bin
nenkort naar Siberië zou vertrekken, die
mij wilde toonën, hoe hij mij met zijn
boeien kon worgen. De andere gevangenen
kwamen tusschenbeidc, hetgeen een hevi
gen twist tengevolge, had. De gouverneur,
die dit vernam, gaf toen bevel ons allen
uit straf, in een eenzame cel op te sluiten
en ons daar gedurende acht dagen op
water eiï brood te laten. Toen de acht
dagen om waren, kwam ik in een cel,
waarin zich dertig andere gevangenen be
vonden, allen dieven en moordenaars. De
mces.ten hunner geloofden ook aan mijn
onschuld, doch niet allen. En een van
dezen sloeg mij op zekeren dag met zijn
vuist in het gelaat. Het bloed stroomde
mij uit den mond. Toen de gouverneur
vérscheen, zag hij mijn gezwollen gelaat
en vroeg mij naar de ooi-zaak hiervan.
Iemand wees de man aan en op een
vraag van den gouverneur, waarom hij
het deed, antwoordde hij„Omdat hij een
Christenkind vermoord heeft." Een maand
daarna bood een mijner medegevangenen
mij aan een brief te schrijven naar mijn
vrouw, en daar men mijn bril had afgeno
men, stemde ik hierin gaarne toe. Het
resultaat hiervan was, dat men mij in een
afzonderlijke cel opsloot,'die slechts vier
el lang en drie el breed was. Het was
daar ontzettendkoud en vochtig. Een ijze
ren tafel ,en een houten brits was het
eenige meubilair, terwijl het licht kwam
door een klein venstertje, vlak bij de zol
dering, zóó hoog/dat men er niets door
heen kon zien, zelfs "niet de lucht. Ik had
geen matras en geen dekens en ik be
vroor half van de koude. Uren lang liep
ik mijn cel op en neer, tot ik ten slotte
van uitputting op mijn brits neerviel. Tien
lange maanden bracht ik in deze cel door;
ik leed verschrikkelijk, vooral gedurende
de wintermaanden. Ten slotte bevroor een
mijner voeten, waarop men mij naar het
hospitaal bracht, waar ik anderhalve
maand verbleef. Daar gaf men mij een. af
schrift van de acte van beschuldiging. Ik
las het geschrift verscheidene malen door
en kwam tot de conclusie, dat mijn geval
piet absoluut hopeloos was. Ik wist dat
men geen getuigen tegën mij zou vinden,
en al mijn hoop was gevestigd op mijn
vrijspraak."
Vergadering van Dinsdag,
des avonds te 8.45.
Voorzitter de heer Schimmelpenninclc vaa
der Oye.
Beöediging van den heer
Edo Borgsma,
Na opening van de vergadering wordt al
lereerst de heer Edo Bergsma-, nieuw gekozen
lid voor Friesland, door den griffiar binnen
geleid en na eedsaflegging door den Voor
zitter geïnstalleerd.
Geloofsbrieven van de hecren
Polak en Van der Lande.
Medodoeling wordt gedaan, dat zijn inge
komen de geloofsbrieven van de hoeren Henri
Polak en J. C. L. van der Lande, nieuw
gekozen leden, respectievelijk voor Friesland
en Overijsel. Deze geloofsbrieven worden ge
steld in handen van. een commissie, bestaand©
uit de hoeren Smits, Zijlma en De Gijselaar.
Do heer Smits brengt namens deze com
missie ra.pport uit, adviseerend tot toelating
van de beide nieuwgekozen leden. De hecren
Polak en Van der Lande worden vervol
gens door den griffier binnengeleid en leg
gen in handen van den Voorzitter, respectie
velijk de vereischt© belofte cn eeden af.
.Herdenking van Neerlands
onafhankelijkheid.
De. V oorzitter neemt daarop het woord
en houdt, terwijl de leden van hun zit
plaatsen opstaan, ongeveer de volgende toe
spraak
Mijne Hoeren.
In de laatste maanden hebben uit alle oor
don des lands feesttenen ons tegen geklonken.
Er was geen stad, goen dorp, geen gehucht,
geen groote of kleine plaats, of vlaggen
werden or ontrold, feestlichten ontstoken, op
tochten en tentoonstellingen gehouden en dat
alles heeft als 't waro zijn eindpunt, zijn
bekroning gevonden in den datum van 17
Nov. en in de proclamatie op 21 dezer, door
H. M. de Koningin uitgevaardigd. Het
spréékt vanzelf, dat de Eerste Kamer niet
onverschillig aan deze dingen kan voorbij
gaan, integendeel. Als deel der volksverte
genwoordiging jubelt zij inet het volk medo
in het jubeljaar van onze onafhankelijkheid
en daarom, mijne hoeren, hoopt en wensohfc
onze Eerste Kamer, dat die 17 Nov. het be
gin moge zijn van ©en tweede eeuw, waarin
méér en moor worde bevestigd de onafhan
kelijkheid van Nederland. Zij hoopt eu,
wenscht, dat het Nederlandscbe volk meer
en moer zioli bewust mog-e worden van de
beteekenis en van de roeping, die het heeft
oncler de volkeren van Europa, ©n dat door
Gods goedheid onder de tradition van Oranje,
en moge het zijn nog vel© jaren onder het
bestuur van onze geliefde en geëerbiedigde
Koningin Wilhelmina, onze binnenlandsch©
toestanden zich vreedzaam mogen ontwikke-
l-'n en dan, mijne héeren, dat de leeuw van
Nederland, de leeuw van Holland, met zijn
pijlbundel dn den klauw, niet slechts oen
embleem mogo zijn, dat dient tot versiering
van blazoenen, tot het kruiden van vurig©
toespraken, maar dat hij moge zijn het waar
achtige oement van onze vaderlandsliefde,
van onze onderlinge solidariteit, di© ons te
zarnen vereonigt en ons trotsch maakt op
d^n naam va.n Nederlander en ons in slaat
stelt om allen te zamen mede te werken'
om ons volk te maken een waarlijk krachtig1
volk. Ik heb gezegd! (Luide bravo's).
Huldiging van de nagedachtenis
van dr.. Vermeulen.
Mededeeling wordt gedaan van liet inge
komen bericht van het overlijden van liet
lid der Kamer dr. Vermeulen.
De Voorzitter houdt hierop de vol
gende toespraak: „Mijne he«cren! Met dr. Ver
meulen, zoo onverwacht- uit ons midden weg
genomen, is een wetenschappelijk, zeer ont
wikkeld man heengegaan, ©en hoogstaand
journalist, oen man. die in tal van betrek
kingen bewijzen heeft gegeven van zijn uit
gebreide kennis, en zijn scherpzinnige 11 geest.
Aan deze eigenschappen had onze Kamer te
danken degelijke, breed uitgewerkte, goed ge-
styloerde adviezen, die steeds onze groote
belangstelling wekten. E11 waar dit gepaard
ging met aangename, wellevende vormen,
daar zal ongetwijfeld dc herinnering aan dr.
Vermeulen in onze Kamer lang in eere blij
ven."
De V oorzitter deelt voorts mee, dat
het overlijdensbericht met ©en brief van rouw
beklag door de Kamer is beantwoord.
De Voorzitter zegt voornemeps te zijn
d© Kamer tegen aanstaanden Donderdag des
voormiddag.3 te elf uren in openbare verga--
dering te doen bijeenkomen ter voorziening
in een vacature, ontstaan in de gemengde
commissie voor de stenografie, ten gevolge
van het overlijden van dr. Vermeulen, eu
tot het doen bohandelen van ©enige klein©
wetsontwerpen, welke Woensdag in do af-
deelingen worden onderzocht.
De vergadering wordt daarop verdaagd,
tot Donderdag elf uren.
Zitting van gisteren.
IndischeBegrooting
Bij het algemeen debat over de afdeeling
Onderwijs en Eeredienst, betoogde de hcc»
Van Deventer, dat voorshands een Indi
sche Hoogeschool niet noodig is. Verder be-
toogt spreker, dat or in Indie oen groote
achterstand op medisch gebied bestaat en
dringt aan op de instelling van een afzon-
derlijk Departement voor de medische zaken.
De heer Gerhard bespreekt uitvoerig
inrichting en resultaten van het onderwijf