N*. 16485. Dinsdag IS November. A0. 1913. <§ourant wordt dagelijks, met uitzondering van (§on- en feestdagen, uitgegeven. Dit nommer bestaat uit DRIE Bladen. Eerste Blad. FEESTVIERING op den ONAFHANKELIJKHEIDSDAG. „Voor de Jeugd", Officieele Kennisgeving. LEIDSCH DAGBLAD PRIJS DER ADVERTENT IEN: Van 1(j regels ,'1.05. Iedere regel meer /0.17j. Grootere lettere naar plaatsruimte. Kleine idvertentiën Tan 30 voorden 40 Gents contantelk tiental woorden meer 10 Gents.- Voor het inoasseeren wordtf 0.05berekend. PRIJS DEZER COURANTS Voor Leiden per week 9 Oentei per 3 maanden I.lO. Buiten Leiden, per looper en waar agenten gevestigd gijn 1,30. Franco per post 1.65. Gezien het enthusiasme. waar mede de ingezetenen van Leiden het ieest onzer onafhankelijk heid zullen vieren; Gevoeld den drang om ook ons personeel in de gelegenheid te stellen dien dag ongestoord te kunnen vieren; Heeft de Directie besloten het „Leidsch Dagblad" op Woensdag avond niet te doen verschijnen. dat wij anders Woensdagavond geven, zal nu eerst aanstaanden Zaterdag bij het „Leidsch Dag blad" gevoegd worden. Sluiting Bureaux Raadhuis. Burgemeester en Wethouders van Leiden brengen ter algemeene kennis, dat de Bu reaux der Ge meent e-S eoretflr r i e en dat van den G e m e e n t e-o n t v a n- ger, opW oensdaglO Nov. a. s. ter gelegenheid van de feestviering ter herden king van Neerlande Onafhankelijkheid, des voor m icbdagste 11 uur tullen geöloten worden. Burgemeester en Wethouders voornoemd, N. C. DE GIJSELAAR, Burgemeester. TAN" STRIJEN, Secretaris. .Leiden, den Ï8en November 1913. HINDERWET. -burgemeester en Wethouders van Leiden J Gezien art. 8, lste alinea, der.Hinderwet; Brengen bij deze ter algemeens kennis, da.t door hen op -heden vergunning is ver,: leend aan P. GEERT SMA, en rechtverkrij genden tot het uitbreiden van de smederij in het perceel Oude Varkenmarkt no. 4, Sectie F. no. 750. Burgemeester en Wethouders voornoemd, W N. C. DE GIJSELAAR, .1 Burgemeaster. VAN STRIJEN, Secretaris. Leiden, den 16 November 1913. Leiden, 18 November. Voorbereiding tot den Feestdag. Wij hebben vandaag de feestelijkheden reeds ingeluid. De onthulling van de ge denkplaat in den muur van het huis aan de Breestraat, waar een eeuw geleden prof! Kemper woonde en waarvan men een afzonderlijk verslag kan lezen, de bioscoop voorstelling voor kinderen en de uitrei king van een versnapering aan 3183 leer lingen van het lste en 2de leerjaar in de verschillende scholen, het werkt alles sa men om morgen tot een waren feestdag te maken. Maar dit alles heeft plaats op initiatief van het bestuur van Oud-Leiden" of van de Feestcommissie. Er valt echter ook iets te vermelden, dat spontaan uit de burgerij zelf opkwam en daar denken wij allereerst aan de versieringen hier en daar. Dicht bij ons bureau aan het begin van de Molen steeg, heeft men een eerepoort geplaatst en de straat versierd en meer stelselmatig nog is men te werk gegaan aan enkele nieuwe straten aan den Mare- singel. We bedoelen het Prins-Hendrik-plein de Prins-Hendrik-straat en de Maurits- straat. De namen dier straten houden de herinnering aan bekende personen uit het Oranjehuis levendig en het schijnt wel, dat ctle namen ook een vaderland9ch-lieven- deh invloed op de bewoners hebben uit geoefend. Aan den ingang van beide straten ziet mëti een eerepoort, zóó mooi, dat wij er ook zoo eenige zouden wenschen in de bin nenstad, en in de straten zelf hangen guirlandes van groen en van oranje-doek, afgewisseld door de nationale kleuren. Wij onderdrukken moeilijk de neiging om tot een beschrijving dezer smaakvolle versiering over te gaanmaar we zouden daarmee overbodig werk doen, omdat wij °ns overtuigd houden, dat ieder Leide- oaar die intens mee doet aan de feest viering, en de velen, die morgen van bui ten komen, er toch een kijkje zullen ne- ^on, en wij durven 3at gerust aanraden. ~n w_at deze versiering nog meer aan- rekkelijk maakt, is de omstandigheid, dat *'J geheel door eigen krachten is tot stand gekomen. De eerepoort aan do Mauritsstraat is er een, gemaakt naar het ontwerp van den heer Harting, van Voorshoten, die tevens het schilderwerk heeft uitgevoerd, ter wijl die aan den ingang van de Prins- Hendrik-straat door de bewoners, vaklie den en anderen, is opgericht, die ook de versiering aanbrachten, en daarvoor veel moeite en tijd hebben opgeofferd en zelfs laat in den avond bezig waren. Bij gunstig weer zullen bij avond de eerepoort met vetpotjes en de straten met lampions verlicht worden. 'tZou niet onaardig zijn dat een der mu ziekkorpsen, die uitvoeringen zullen ge ven, bij wijze van erkenning voor het geen deze bewoners hebben gedaan, tot verhooging der algemeene feestviering er een serenade bracht. Voorts zullen morgenavond de masten der wachtschepen liggende aan de Kweek school voor Zeevaart electrisch verlicht worden. Tevens wordt daar tusschen acht uren en half negen eenig vuurwerk afge stoken. De gevel van het Bioscoop-theater aan den Stationsweg zal electrisch worden geïllumineerd. Leiden in 1813. ,,Door eeuwen, trotsch op roem en heil in '8 Lands historie Door bittere ervaring, duur voor ramp en schand' gekocht, Heeft de Almagt zelf beslist, dat N 6 r- 1 a n.d s bloei en glorie Voor eeuwig aan "t bezit van Nassau is verknocht." F e i t h. De slag bij Leipzig, 16—18 October 1813, had Napoleon's lot beslist. De mare van deze nederlaag het ging toen nog niet zoo vlug als thans, nu we zoo'n bericht denzelfden dag van den uitslag hadden ge- bulletineerd bereikte Leiden den 3den November en de bevolking gaf haar blijd schap vrij onomwonden te kennen. Den lOden November, toen het voor het Raad huis te hoop Uep, werden de gendarmen en douaniers, plotseling teruggeroepen; zij kwanjen eerst den 16dèn Novembér in de stad terug en verdwenen deji 17den voor goed. .Üep 18deri November was de omwen teling reeds töt stand gekomen. De rnaire Heldewier hArd, aan. de heereji Jhr. Anth. Giistaaf Baron van Boetselaar, mr. W. P. Kluit, mr. Johan Gael en mr. G. A. M. van Bommel verzocht hem hun medewerking te verleenen, nu hij bij het zich terugtrekken der Franschen als regeeringspersoon vrij wel alleen stond Ee.i publicatie werd af gekondigd, waarbij genoemde heeren zioh in het openbaar vertoonden met de Oran jekokarde op de borst. Den 19den November worden door Jacob Pronck twee wagens met Scheveningers naar Leiden gezonden, onder zijn zoon, die mede de oorzaak waren, dat de beweging zoodanig in beteekenis en kracht toenam, dat de regeering zwichtte voor de verzoe ken, met den allersterksten aandrang en on der bedreiging van storing der rust geuit, en besloot de veelgeliefde Oranjevlag op den toren te plaatsen, wat dienzelfden dag des middags om vier uren dan ook ge schiedde. Den 22sten November werd de proclama tie van de aanvaarding van het voorloopig bestuur door Yan der Duyn van Maasdam en G. K. van Hogendorp ontvangen, en den volgenden dag werd de maire Helde- wier als zoodanig door een schrijven van het voorloopig bestuur ontslagen en Jhr. A. G. Baron van Boetselaar tot president en mr. P. A. du Pui tot secretaris der stad benoemd. Den SOsten November kwam de blijde Tij ding, dat de Prins te Scheveningen was ge land. Den volgenden dag werd deze komst per publicatie aan de burgers bekend ge maakt en van stadswege werd het raadhuis en door verschillende burgers 's avonds hun woningen verlicht. Het opperbestuur werd nu door den Prins bij Proclamatie gedagteekend den 2den December (den dag der intrede bin nen Amsterdam) aanvaard. Kort daarop werd de geboortedag van den Erfprins op den 6den December „allerluisterrijkst" ge vierd, door het spelen der klokken, het steken van de trompet en de muziek der burgerwacht (schutterij), 's Avonds werd weer geïllumineerd en „ieder wedijverde zijn verknochtheid aan den dag to leggen." Den 7den December maakte de stadsregee- ring haar opwachting bij Z. K. H. en deze werd den Öden tot souverein Vorst uitge roepen, onder het luiden der klokken en het paradeeren der burgerwacht. Een exemplaar der proclamatie, op sa tijn gedrukt, werd den Vqrst bij zijn „In tocht" op 21 December overhandigd. Dat was dan ook „de gelukkige dag" voor Ley- den. Het mocht toen het genoegen smaken Z. K. H. Willem Frederik Prince van Oranje en Nassau den Souvereinen Vorst en Hoogstdeszelfs Doorluchtigen zoop Wil lem, Carel, Frederik, erfprins van Oranje- Nassau, binnen de muren te ontvangen. Een zeer schoon Corps Eerewacht to paard was Z. K. H. een eindweegs to ge- moet getrokken en weldra werd door een estafette de komst des Vorsten bericht. Da delijk werden 21 kanonschoten op den Wal bij de Wittepoort gelost. Aldaar uit zijn koets getreden zijnde, werden aan den ge- eerbiedigden Souverein met- een aanspraak van den heer mr. W. P. Kluit de sleutels der stad op een rood-fluweelen kussen met goud geborduurd aangeboden. Dit met de gewone minzaamheid door Z. K. H. beant woord zijnde, plaatsten zich de „Hooge Persoonen" in het open rijtuig, door den heer Schaep, lid der vroedschap, aangebo den en met vier paarden bespannen en werd nu een stoet uit de ter begroeting aan wezige personen geformeerd met de eere wacht en de muziek, die langs het Noord- einde met statigen tred de stad binnen trok onder het lossen van het kanon en het luiden der klokken en het spelen van het carillon. Onder aanhoudend vreugdegejuich begaf' de trein zich naar het Raadhuis, waar door Z. K. H. audiëntie werd verleend. Hiern3 werd door Z. K. H. en Z. Doorl. Hoogheid een tocht door de stad gedaan, door de eerewachten te paard en te voet en de stadsboden vergezeld. Het vernielde stadsge deelte (door de ramp in 1807) werd bezich tigd, alwaar de gewapende burgerwacht paradeerde. Na wederom op het Raadhuis teruggekomen te zijn, vereerden de Vorst en gevolg het „dejeuner-dinatoir" dat in de Vroedschapskamer was gereed gemaakt, met hun tegenwoordigheid en om zeven uren vertrok de hooge gast na bezichtiging der illuminatie. Deze voor Leidens burgerij een heuglijke dag werd door zacht weer veraangenaamd. „Een onbeschrijflijke menigte" was van al le zijden te zamen givloeid. Eindelijk was voor Leyden het oogenblik dan gekomen, dat aan alle onzekerheid een einde maakte. De stormen dor omwenteling waren voor bij. De groote gebeurtenis was voleindigd, Nederland was vrij en Willem de Eerste Souverein Vorst van dat ,'vrije Nederland. PUBLICATIE. DE PROVISIONELE REGEERING DER STAD LEYDEN, het aangenaam berigt ontvangen hebbende, dat Zijne Koninklijke Hoogheid den Heere PRIN- OE VAN ORANJE EN NASSAU, onze- geliefde SOUVEREIN, op Woensdag den 19d e n No vember, deze Stad met Hoogstdeszelfs tegenwoordigheid zal ge lieven te vereeren, heeft goedgevonden daarvan bij dezen aan de goede Burgerij kennis te geven. De Regeering is te wel overtuigd van de goede gezindheid der Burgers en In gezetenen, dan dat het noodig zoude zijn dezelve aan te moedigen, om, door ge paste vreugdebedrijven, dezen zoo heugo- lijken dag te veraangenamen. Dan vermits de goede orde op denzel- ven moet worden gehandhaafd, en alle on gelukken, zoo veel mogelijk, voorgeko men, zoo zal des morgens van 12 uren ge heel het Noordeindsplein van de Provin- ciale-Brug tot aan de Rembrandtstraat, alwaar Zijne Koninglijke Hoog heid zal ontvangen worden, wederzijds geheel bezet zijn. Voetgangers zullen zich zorgvuldig moeten Wachten van niet door de Gewapende Manschappen, Eerewach- tén of door de Heeren Studenten, welke zich mede tot de receptie van Zijne Ko ninglijke Hoogheid gratieuselijk hebben geoffereerd, op eenige wijze door te dringen of dezelve in het waarnemen van hunne functien te verhinderen. Ook zullen in deze passagie niet worden toegelaten eenige Tafels, Wagens, Stal len, of andere Kramen, waarmede men ter verkoop voorstaat, maar dezelve door de Dienaars der Justitie en Politie wor den geweerd. Overigens wordt aan een iegelijk de vrijheid gelaten, des Avonds de voorge vels van hunne Huizen van 6 tot 12 uren te illumineeren. Doch verbiedt de Regee ring voornoemd wel uitdrukkelijk, gedu rende den dag en avond het schieten langs de rtraten, en hot afsteken van Vuurwerken, van welken aart dezelve zouden mogen wezen, 't welk tot wanorde en ongelukken aanleiding zoude kunnen gevenen worden de Dienaars der Jus titie en Politie gelast de hand aan deze te houden en de overtreders te vervol gen. Aldus gedaan en gearresteerd bij de Provisionele Regeering der Stad Leijden, op den 17den November 1913. A. G VAN BOETSELAER, President. En ten zeiven dage allom verspreid Bij mij P. A. DU PUI, Secretaris. Bij Kon. besluit is buiten bezwaar van 's Rijks schatkist voor het tijdvak van 6 Jan. tot en met 11 Juli 1914 be noemd tot lector in de faculteit der ge neeskunde aan de Rijks-universiteit al hier, om onderwijs te geven in de anato mie, dr. J. W. P. Fransen, prosector hij de anatomie aan deze universiteit. Morgen, 19 November, zal het 25 jaar geleden zijn, dat de heer A. Hombergen, thans eerste klerk, in dienst kwam bij Sted. Fabrieken van Gas en Eleotrioiteit. Onthulling yan de gedenkplaat van Joan ülelchior Keiu.er. Hedennamiddag had de onthulling plaats van den bronzen gedenkplaat in den ge vel van het huis aan de Breestraat waarin een eeuw geleden Joan Melchior Kemper woonde en dat thans bewoond wordt door den heer Valk. Vooraf kwamen in de woning van den heer Valk met het bestuur der vereeniging Oud-Leiden, die het initiatief tot de huldi ging had genomen, bijeen. Burgemeester en Wethouders en de secretaris der ge meente, de rector-magnificus en de secre taris van den Senaat der Leidsche Hoogo- school, de kol.-commandant van het garni zoen, Ferf, de commandant der Kweek school voor Zeevaart, de heer Van Buuren, het Hoofdcomité van de Feestcommissie 1913, vertegenwoordigers van het Leidsche Studentencorps en den Bond van Leidsche studenten, de vervaardiger van de gedenk plaat Toon Dupuis, de kleinkinderen van prof. Kemper, Jeltje en Christina de Borch Kemper, eenige achterkleinkinderen waar onder Jhr. W. J. de Borch Kemper, uit Delft, en nog andere dames en heeren. De voorzitter van Oud-Leiden, prof. dr. L. Knappert, hield daarna de volgende toe spraak Mijne heeren B. en Ws., Rector en Se cretaris van den Senaat der Hoogeschool, Kol.-Commandant van het Garnizoen, Com mandant van de Kweekschool voor Zeevaart en voorts gij allen dames en heeren, ik heet u van harte welkom uit naam van hot bestuur van Oud-Leiden. Ik verheug mij, dat gij allen hier hebt willen samenkomen om op dezen dag de na gedachtenis te huldigen van den man die zulk een overwegend aandeel heeft gehad in de grondvesting van den nieuwen staat in 1813. Ik begroet onder u met groote in genomenheid Kempers klein- en achter kleinkinderen, die zijn beroemden naam met eere dragen in dit geslacht, ik begroet on der u Toon Dupuis, wiens kunstenaarshand ons zijn beeld boetseerde en ik betuig on zen oprechten dank aan den heer en me vrouw Valk, die ons in het huis eens door Kemper bewoond, op dit oogenblik vriende lijk ontvangen. Joan Melchior Kemper heeft gedurende zijn helaas kort leven op velerlei gebied geschitterd, velen hebben hem geacht, be wonderd en wat het meeste zegt, hartelijk liefgehad. „Hoe meer ik hem leer kennen", zegt Willem de Clercq in 1814, „hoe meer ik hem leer bewonderen en beminnen. Hij zou allo menschel gelukkig willen maken. Geen inspraak van eigenbelang vermeestert ooit zijn vrije ziel." Hij w$s bij dit alles een voorbeeldig echtgenoot en vader, maar in dit uur gewagen wij slechts van wat hij in 1813 geweest is voor onze stad en voor ons vaderland. Als hoogiecraar in de faculteit der rechts geleerdheid was hij het die in de stad, den nationalen gee9t wakker hield, die reeds in het midden des jaars tot tegenwerking van het Fransche bestuur deed aansporen voor het zelfde huis waarin wij ons bevinden ver drong zich op 20 Nov. 1813 een angstige menigte die elk oogenblik met ontzetting dacht, de plunderende Franschen uit Woer den ook binnen eigen poorten te zien ko men en daarom Kemper steun en raad vroegen. Hij zelf was te Amsterdam bezig aan zijn gewichtige taak. Maar zijn vrouw, die haar echtgenoot beloofd had te zullen blijven, trad door haar kinderen omringd naar bui ten en kalmeerde door haar moedige en kloeke houding de ontruste burgerij. Zeker, onze stad heeft hem en de zijnen veel te danken. Maar zoo wij roem op hem dragen als burger onzer stadvan grooter beteekenis nog was zijn werk voor 't „gemeene" land, zeide spr., wat hij daarop nader deed uit komen door K. te schetsen als staatsman en vaderlander Uit zijn rijken geest is de proclamatie van 1 December gevloeid, die te Amster dam afgelezen werd en onder diepe ont roering aangehoord, waarin niet weer Wil lem VI als Stadhouder maar Willem I als Souverein vorst werd uitgeroepen over den grondwettelijken staat en Kemper is het die door kracht van redenen der Prins, beweegt om die souvereiniteit te aanvaar den en die proclamatie schrijft van 2 Dec. waarbij de vorst verklaart dit te doen, wijl de nood in het vaderland vordert, maar onder waarborg een vrije constitu tie. En eindelijk aan hem is het voor een goed 'deel te danken, dat de troepen der verbondenen niet als veroveraars maar als bondgenooten zijn binnen gedrongen in een immers reeds doro eigen burgers be vrijd land. Wel duur dan toch is de plicht der dankbaarheid, jegens dien voortreffelijken vaderlander en levendig beseffen zij, dat hij in onze stad allereerst moest worden herdacht. Onze vereeniging is het hoofdcomité dankbaar voor zijn stoffeüjken steun. Zij is allen dankbaar, die, aan de volvoering van het plan hebben medegewerkt. Ik noo dig thans allen uit de bronzen plaat te zien onthullen die de trekken van Kem pers beeld ons voor den geest roepen zal en latere tijden bet nageslacht aan zijn buitengewone beteekenis herinneren. In uwe hoede stellen wij, hoog geachte Burgemeester, als hoofd en vertegenwoor diger der burgerij, dit gedenkteeken van en voor een onzer beste burgers is een glo rie voor de stad, die wij liefhebben, gelijk hij haar liefhad en aan wiens vereerde nagedachtenis wij thans onze hulde heb ben gebracht. Jhr. De Gijsela-ar bracht een woord van dank aan het bestuur van ,',Oud Leiden", dat het tot deze huldiging het initiatief had genomen. Hij achtte het een voorrecht, dat Leiden de nagedachtenis van een groot man uit 1813 heeft mogen eeren. Hij zou gaarne het gedenkteeken onder zijn hoede nemen maar daaraan is een klein juridisch bezwaar verbonden omdat de woning aan een particulier behoort. Hij zou dus den zorg willen overdragen aan den heer en mevrouw Valk die als goede stadgenooten en vaderlanders dit ongetwij feld zullen doen. De heer Hartevelt dankte als voorzitter van het Hoofdcomité eveneens „Oud Lei den" en haar voorzitter voor haar initia tief. Hij herinnerde ook nog met een enkel woord aan de verdiensten van Kemper en besloot met den wcnsch dat, nadat de feest dag van morgen op zoo uitnemende wijze is ingewijd hij zoo noodig trots regen en wind met opgewektheid zal worden gevierd en geen enkele wanklank za-1 worden verno men. Ten slotte dankte jhr. De Bosch Kempor voor de hulde aan de nagedachtenis van zijn overgrootvader bewezen. Het was be kend, dat hij in zijn leven wars was van uiterlijk huldebetoon, doch zeker zon heb hem als hij van deze hiildiging had kunnen weten, daarvoor, dankbaar zijn geweest. Hierna begaf zich het gezelschap naar be neden waar zich oen talrijke menigte be langstellenden had verzameld en werd het doek dat het gederikteqkén voor het oog ver borg onder gejuich weggenomen. De bronzen plaat vertoont het beeld vart den hocjgleeraar zoo schoon als men dit van' een kunstenaar als Toon Dupuis mochfe verwachten. Daarónder staat' naam en datum van ge boorte én sterfdag en daar onder: „De vereeniging Oud-Leiden". De .plaaVzelf is een sieraad voor elkeiï gevel maar deze gevel leende zich door de vele ramen toch niet bijzonder voor de plaatsing er van. Op de graftombe van prof. Kemper irt de Pieterskerk, alhier is hedenmiddag een krans neergelegd. De herdenkingsdienet in de Synagoge alhier heeft bestaan in de voordracht van eenige toepasselijke Psalmen en het houden eener gelegenheidsrede door den leeraac der gemeente, den heer H. I. Cohen. Spre- ker gaf een historisch overzicht van Israël tuasohen dte volken en met de conclusie, dab van alle Europeesche 6taten, enkel Holland uitmuntte in het opzioht dat aldaar nooit voorkwam eenig voorval van uitzetting of vervolging der zonen Israels. Spr. betoogde, dat de oprechte Nederlandsche Jood niet an ders kan zijn dan een trouw vaderlander, een vurig vereerder van het Oranjehuis. In den schouwburg is gisteren een twee de voorstelling gegeven van „Mijlpalen" door het gezelschap van Royaards. De zaal wa/3 in parterre en baignoire geheel bezet, in de loge was het bezoek zeer goed, do ran gen bovenin, waren tamelijk gevuld. Ook ditmaal was de voorstelling een groot 6ucoes. ITet krachtig applaus w s daarvoor het beste bewijs. Aan het eind der voorstelling moest me vrouw Royaards een bloemstuk van het eohouwburgbestuur in ontvangst nemen. Royaards zelf kreeg een krans van het stuclenbenoorps. Deze hulde heeft hij niet alleen willen aanvaarden. De dames Sophie de Vries en Jeanne Renee nam hij ieder bi.i een hand en deelde met haar de kran6huldo. Moj, A. M. Elzevier Stok mans slaagde heden te Zwolle voor apothekers-assistente» Zij was leerlinge van den heer M. Boekwijb, apotheker aan de Vischmarkt. Vanwege de Kon. Vereenigiüg van gepensionneerde onderofficieren en minde ren van het Nederlandsche Leger werd gis teravond in het kantoor, daartoe welwil lend door den heer Eduard IJdo, afge staan, uitbetaling gedaan van bijslag op hun pensioen aan de leden en toelage aan de weduwen van leden. Aan de leden, gepensionneerd als onderofficier, werd f 50aan hen, gepensionneerd als soldaat, f 35 toegekend, terwijl aan zes weduwen ieder f 50 en aan één weduwe f 25 werden uitgereikt. De heeren J. W. v. d. Reyden en A. de la Ric- zijn te Amsterdam geslaagd voor het examen vrije, en orde-oefeningen der gymnastiek. De oud-minister Talma hoopt weidra hier ter stede als spreker op te trodei* voor <ie Vereeniging tot bevordering der Zendingzaak, afd. van het Ned. Zend.* Genootschap,

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1913 | | pagina 1