ïïo. 16464. LEIBSCH DAGBLAD, Vrijdag* 24 October. Tweede Blad. Kunst, letteren, enz. Uit de Rechtzaal. FEUILLETON. Beau Bi-ocade. Anno 1913» Buitenlandseh Overzicht. 't Is een pa-ar weken geleden, dat we mel ding maakten van de plannen om den tegenwoordigen regent van j Beieren tot koning uit te roe- pen, wijl er toch geen kans meer is, dat ko- j ning Otto de regeering weer zal kunnen aanvaarden. In de Tweede Kamer is er reeds een meerderheid voor een beslissing in dien geest. De Eerste Kamer is nu vroe ger bijeen geroepen dan gewoonlijk en naar gemeld wordt, geschiedt dit om te beraad- slagen over het plan, dat ih de Tweede Kamer reeds een meerderheid heeft. De Duiteche regsering heeft in zake de plannen tot aanleg van een Duitschen R ij n m o n d, rn het bijzonder de plannen tot verbinding van den Rijn met'Weser en Eems van de verschillende betrokken pro vinciale besturen, spoorweg- en mijnbestu- ren rapporten opgevraagd, die thans schij nen te zijn ingekomen. Op grond van deze rapporten hebben er tusschen de Pruisische en de rijksregeering besprekingen plaats gehad, de waarschijnlijk tot resultaat zul len hebben, dat de rijksregeering zelf zich met het onderzoek der kan aal plannen, bezig zal houden. De versolullende projecten zul len uit technisch, financieel en eonomisch oogpunt worden bestudeerd en van de re sultaten van dit onderzoek zal het afhangen of de regeering eenig plan zal kunnen steu nen. Do gemeente Leipzig beoogt een pië teitvolle daad jegens, de Franschen, die in den Volles ren slag gevallen zijn. Men herinnert zich daar misschien nog, hoe eens de Saksische koning een bondgenoot was van keizer Napoleon. De regeering heeft den Franschen am bassadeur te Berlijn bericht, dat de ge meente Leipzig het graf der gevallen Fran schen met bloemen zal sieren. In de Fransche pers wordt zeer waar- deerend gesproken over deze bloemenhul de aan de dapperen van 1813. De bekende Fransche politicus Léoh Hou r g e o s was lijdende aan zijn rech teroog. Gisteren is hij geopereerd. De ope ratie slaagde volkomen, alleen zal Bour geois nog eenige dagen het bed moeten houden. Bourgeois heeft tengevolge van dit chirurgisch ingrijpen geen deel kunnen nemen aan het internationaal tubereulose- congres, dat thans te Berlijn wordt gehou den, waarvan hij voorzitter was. Frankrijk schijnt tegenwoordig zeer veel last te hebben van de a n t i-m i 1 i t ai r i s- tische propaganda. De 'Parijsche politieprefect heeft zijn af- deelingschefs opgedragen in het bijzonder do omgeving der forten en kazernes .to doen bewaken, aangezien cr aanwijzingen zijn dat de anti-mihtairistische propaganda zeer levendig wordt gevoerd. In Venetie is een staking vanzee- lieden uitgebroken. Bij de manoeuvres in K-u s 1 an d was ook 'een lingeUch militair a t- t a c ii tegenwoordig. Die officier is te Warschau gevangen genomen, om dat hij Russische officieren, met wie hij tijdens de manoeuvres kennis had gemaakt, om nadere inlichtingen over de legeroefe- ningen had verzocht. Daarom heeft men zijn papieren nagegaan en hem vrijgelaten, toen die niets bijzonders bleken te be vatten. Volgens het dezer dagen verschenen rap port van het Russische ministerie van ver keer werden in het laatste dienstjaar niet minder dan 901.120 reizigers zonder biljet of met een vervals.cht biljet in de treinen aangetroffen, in verband daar mede'zijn 18.000 amutenaren en spoorweg- arociders ontslagen, gedegradeerd of op andere wrijze gestrait. Kr is nu besloten een controle naar Duitschen trant in te voeren. Servië heeft met bekwamen spoed ge volg gegeven aan dc belofte om Albanië te ontruimen. Het is zelfs zoo vlug ge gaan, dat er nu geen Servisch soldaat meer op Albaneesch grondgebied te vinden is. De Turkse h-B u i g a a rsche over eenkomst is thans een fait accompli, zoo meldt de Konstantinopelsche berichtgever van den „Matin". Er is bovendien nog een afzonderlijk verdrag gesloten, bepalende, dat een gedeelte van West-Thracië onder bepaalde omstandigheden weder aan Tur kije zal komen. Beide staten hebben nu officieuze onderhandelingen aangeknoopt met Servië en o. m. de volgende voorstel len gedaanTurkije zal bij de hervatting der vredesonderhandelingen met Servië belangrijke concessies doen en Bulgarije zal zijn aanspraken op het vilajet Monastir opgeven. Servië zal in ruil daarvoor zich moeten verbinden, om niet te verhinderen, dat het Turksch-Bulgaarsche verdrag de gewénschte vruchten draagt. Schuilt, daar niet een addertje? Zijn de bepalingen over het gedeelte van West- Thracië, dat onder bepaalde omstandighe den weer aan Turkije zal komen en de verbintenis voor Servië om niet te verhin deren dat het verdrag de gewenschte vruchten zal dragen, niet de voorbode van een strijd met Griekenland, waarbij dit ge bied zal verliezen aan Bulgarije, dat ter schadeloosstelling Turkije het bedoelde ge deelte van West-Thracië zal geven. Markies Pallavacini, de Oostenrijksch- Hongaarsche gezant te Konstantinopel, heeft zich in een persgesprek met den cor respondent der „Neue Freie Presse" zeer pessimistisch over den toestand op den Balkan uitgelaten. Naar zijn meening staat de vrede er nog op zeer losse schroeven, noch het vredesverdrag tusschen Turkije en Bulgarije, noch de ontruiming van Alba nië door Servische troepen zijn in staat dien te verzekeren. „Het zou zelfbedrog zijn te gelooven, dat Turkije en Grieken land eerlang tot een schikking zullen ko men", vervolgde de gezant, ,,dat zal nog minstens enkele weken duren en inmiddels kan het kleinste incident onverwachts de ernstigste verwikkelingen veroorzaken, zoo als bijvoorbeeld maatregelen tot uitzetting van Grieken uit Turkije en van mohamme danen uit Griekenland. Tengevolge "van den Balkanoorlog is de toestand eerder er ger dan beter geworden, eigenlijk is de bestaande toestand onmogelijk. De positie van Turkije is in den laatsten tijd aanmer kelijk versterkt; Turkije is op dit oogen- blik de machtigste staat van den Balkan en de mogendheden moeten daar rekening mee houden. Tot dusverre is het herstel der betrekkingen tusschen Turkije en Bul garije de eenige zekere winst van den Bal kanoorlog en nieuwe verwikkelingen kun nen zelfs dit resultaat weer ongedaan ma ken". Naar Reuter verneemt, zal op verzoek uit Peking de Engelsche regeering aan China, dat zijn vloot wenscht uit te breiden en te reorgaDÏseeren, den kapitein ter zee Christian en een aantal instructeurs afstaan. Christian wordt di recteur van het ontworpen nieuwe marine- instituut Nimrodsound, te Sjanghai. Daar ter plaatse zal ook 'n vlootbasis wor den gevormd. Het nieuwe marine-instituut is het vierde in China. Er bestaan reeds zulke opleidingsinrichtingen te Tientsin, Nanking en Kanton. Het aantal opleidings schepen zal aanmerkelijk worden uitge breid. Christian, die voorloopig voor drie jaar naar China gaat, zal met de instructeurs binnenkort reeds vertrekken. „Sursum Cord a." Hei gemengde koor Sursum Corda", al hier, heeft in de vacature, ontstaan door het a.s. vertrek van zijn directeur, den heer J. Henri Berkeljon, voorzien door als zoodanig te benoemen den heer Louis Robert, te Haarlem, bij velen welbekend door zijn orgelconoerben in de St.-Bavo-Kerk. Het door het bestuur voorgestelde drietal be stond uit de heeren Duyöter, Robert en Smink. Utrechts q K o schouwburg. B. en Ws. van Utrecht hebben een voor stel ingediend bij den Raad in verband met de voorgenomen verbouwing vaD den schouwburg door de Sohouwburgmaat- schappij. Zij stellen voor een voorschot van anderhalven ton te geven, onder zekere voorwaarden. De kosten worden geraamd op twee ton. Het Weekblad „De Wereld". Naar wij vernemen, zal het weekblad „De Wereld" met 1 Januari a.s. ophouden als vrijzinnig-democratisch orgaan te verschij nen. Het is niet zeker of daarna nog met de uitgave van het blad zal worden voort gegaan. („Hbld.") Voor een handschrift van Schubert het koorwerk Salve Regina" is op do veiling te Berlijn 1320 mark betaald; een paar brieven van Beethoven zijn voor 1050 en 860 mark gegaan, een brief van Bach voor 810 mark. Da Hollandia-Dxukkerij ta Baarn is de ■uitgave begonnen van een nieuwe sörie: „Onze Koloniën", onder redact.io van R. A'. van Sandick c. i.: Als numïnor een hiervan ia verschenen: Nederlandooh-Indien de Handel", door mir. H. 1s Jacob. In de serie „Van rechts en Links" kwa men uit „Het isolement van den Bond van Christen-Socialisten" door Marinus Kok (Mar ten Kloyn) en „De Antithese en de arbei ders", door dr. W. van Ravesteyn Jr. In de serie „Gxoote Mystieken", „Tauler", door dr. W. J. Aalders. In de seirie „Redelijke Godsdienst", „De invloed van de maatschappelijke omstandig heden op het geestelijk leven", docrr A. H. van der Hoeve. Verschenen is het eerste nummer vam „De Motor", weekblad Voor automobilisme, schoep en luchtvaart. Hoofdlied acteur van het blad is de heer G. F. Sterrrbaoh, c. e. i., automobiel-inge nieur, te 's-Gravenhagc. Uitgave: H. A. Stadermann, te Baarn- Bij de Uitgevers-Mij. v/h. P. M. Wink te Zalt-Bomimel verscheen liet eerste nummer van het maandblad „A. S.-T..E. R.", Alge- meene Sociaal-TcclmischiElconomasohe Raad gever. Redacteur is de inspecteur van den arbeid, de heer A. II. Straatman w. i. Haagsche Rechtbank. Huiselijk leed. Men zal zich herinneren het bericht in ons blad, waarbij gemeld werd, dat een bode van den Pensioenraad te 's-Graven- hage op den loop was gegaan met ruim f 3000, het salaris van de ambtenaren van den Raad, dat hij op geteekende betaals- rollen bij den betaalmeester had ontvan gen. Eenigen tijd later keerde de man terug en gaf zich bij de politie aan. Thans stond hij voor de Haag6che Recht bank terecht wegens verduistering. Hij gaf op te heeten J. H. B., geboren te Hellévoetsluis en oud te zijn 66 jaren. De man was zeer onder den indruk en toonde diep berouw. Hij bekende volledig. Op 30 November j.l., 's-morgens om negen uren, heeft hij het geld, f 3169.43i, bij den betaalmeester ontvangen. Hij heeft toen van dat geld verschillende bedragen weggezonden, naar huis en naar zijn kinderen. Daarna is hij naar Antwerpen vertrokken en vervolgens naar Brussel, waar hij op kamers gewoond heeft tot het geld op was. Hoe hij er toe gekomen was? Huiselijk leed dreef hem tot de daad. Vroeger jaren leefde hij goed met zijn vrouw, maar de laatste tien jaren liet de verstandhouding veel te wenschen over. De man had geen leven en werd op allerlei manieren ge plaagd. Hij had een pensioen van f700 per jaar en een salaris van f900; dus kon hij fatsoenlijk leven; maar thuis werd de tering niet naar de nering gezet en de kinderen kostten hem veel geld. Zelf werd hij in bijzijn der kinderen beleedigd en uitgescholden. De toestand werd ten slotte van dien aard, dat hij op zekeren dag meende ver giftigd te zijn. De maaltijden gebruikte hij niet meer thuiszijn twaalf-uurtje werd genuttigd op een bankje ergens buiten. Hij had geen leven meer en zon op mid delen om aan de ellende een einde te maken, maar 6loeg daarbij den verkeerden weg in. Als getuige werd o.a. gehoord mr. Van Traa Takranen, secretaris van den Pen sioenraad, die mededeelde, dat beklaagde als een betrouwbaar beambte bekend was. De officier van justitie, mr. Hanegraaf, vond, dat beklaagde c handelijk misbruik van vertrouwen gemaakt hadmaar van den anderen kant had hij diep medelijden met den man, die door huiselijk leed tot misdaad gedreven werd. Naar zijn meening zou dus de middenweg gevolgd moeten worden bij het opleggen der straf. Hij requireerde schuldig-verklaring en veroor deeling tot acht maanden gevangenisstraf. Mr. B. F. Boekhold pleitte clementie. Nog meer huiselijk leed. De volgende beklaagde, die terecht stond, was een 19-jarige jongen, zekere Ch. de J., die op 27 Juli in de Gaslaan te 's-Gra- venhage, bij een twist tusschen zijn moeder en zijn stiefvader, den laatste met twee revolverschoten van het leven beroofde. De jongen werd tot het voorjaar van 1913 te Bolsward in het Armenhuis ver pleegd en paste zeer goed op en was een ijverig werkmanhij was smid vaD beroep. Half Mei kwam hij te 's-Gravenhage bij zijn moeder inwonen. Aanvankelijk ging alles goed, doch ten laatste was hij telkens getuige van huiselijke oneenigheid tus schen zijn vader en zijn moeder. De stiefvader, zekere Dirk Hiddes, fnaakto zeer veel misbruik van sterken drank en beleedigde en mishandelde her haaldelijk zijn moeder. Dat begon den jon gen te verdrieten; hij trok natuurlijk partij voor zijn moeder en maakte zich over den toestand telkens zenuwachtig. Als Hiddes dronken, thuis kwam en tegen zijn moedor te keer ging, ging de jongen niet naar bed, maar bleef op, om zoo noo- dig zijn moeder te kunnen helpen. In den nacht van 27 Juli was Hiddes weer dronken en schold hij zijn vrouw uit. De jongen bleef een groot gedeelte van den nacht op de trap zitten, met de revol ver bij zich. Den volgenden middag zat Hiddes in de kamer en sarde weer zijn vrouw. De jongen dacht over den toestand na en werd verdrietig, als hiji dacht aan zijn rustig, fastoenlijk thuis te Bolsward en Sneek. De waterlanders kwamen voor den dag en toen zei Hiddes sarrend tegen zijn j vrouw: „Och, geef den jongen een glas water, anders valt hij van zichzelf". Toen was de maat vol, trok de jongen zijn revolver en loste, onder den uitroep „Daar, ellendeling 1", twee schoten op Hiddes, die dood in zijn stoel bleef zitten. Daarna ging De J. naar de keuken en schoot zich in het hoofd met het gevolg, dat hij zijn rechter oog verloor. I Nu hij terecht stond wegens doodslag, i legde hij een volledige bekentenis af. Hij I kon de beleediging en mishandeling ,van zijn moeder niet langer aanzien. Na het getuigen-verhoor, waaruit bleek, I dat de verslagene een dronkaard was, die zeer slecht voor zijn vrouw was, nam de officier van justitie requisitoir en vorderde schuldig-verklaring aan doodslag en ver oordeeling tot een jaar gevangenisstraf. De verdediger, mr. D. H. A. van Voorst Vader, pleitte met den meesten klem cle- I mentie; naar zijn meening had mishande- i ling den dood ten gevolge hebbend, moe ten worden ten laste gelegd. Uitspraak over 8 dagen Haarlemsclie Rechtbank. Veroordeeld: M. J. J.t zonder beroep, te Lisse, we gens diefstal, tot f 10 boete of 1 maand tuchtschool. De rechtbank deed uitspraak in de zaak van O. A. J. A. B., te Amsterdam, be schuldigd van diefstal van een schilderijtje in het Frans-Hals-museum, te Haarlem. De rechtbank overwoog, dat uit de ge tuigenverklaringen de schuld van beklaag- j de wettig en overtuigend was bewezen en veroordeelde hem tot één maand gevange nisstraf. De eisch was zes maanden. De gebroeders B., W. eo G. D., beschul digd van geweldpleging in vereeniging te gen den adjunct-inspecteur van politic Verschoor, te Haarlem, werden veroor deeld respectievelijk tot 1 jaar en 3 en 4 maanden, voor allen met aftrek der pre ventieve l tchtenis. De eisch was voor B D. 2 jaar en voor W. en G. D. 8 maanden Geen aangenaam ritje. Een jong paartje, uit Watergraafsmeer, liad zich voorgesteld Zondag 3 Augustus 1.1. een d'-pje gezellig te Zandvoort door te breuftu. Onder de nummers van het programma was opgenomen èen ritje te l aard langs het strand. Bij Je stelling met paarden werd een praatje gemaakt met een voerman, wiens paarden de dame echter te groot schenen. De voerman bood aan een paard te laten probeeren. Als het de dame niet beviel, zou men niets hebben te betalen. De dame steeg op, doch volgens haar verklaring en die van haar beminde was zij onmid dellijk weer van het paard gegaan De voerman eischte echter schadeloos stelling, doch ingevolge dë afspraak was de Watorgraafsche heer daartoe niet be reid. Een woordenwisseling was het ge volg; zelfs greep de voerman den heer bij de keel, die ten slotte, bevreesd voor erger, een kwartje gaf. De voerman had zich te verantwoorden wegens afpersing en mishandeling. Hij be weerde, dat de dame wel degelijk had ge reden en daarom van afpersing geen spra ke kon zijn. Ook omdat hij nooit met «Ion strafrechter in aanraking was geweest, vroeg hij, nadat de officier van justitio veertien dagen gevangenisstraf had ge- eischt, daarmede rekening te willen houden. Do officier van justitie meende een stren ge straf te moeten eischen, omdat de hit- tenverhuurders te Zandvoort zeer brutaal optreden en het publiek daardoor wordt overbluft. Een 27-jarige arbeider te Kaag had in dronkenschap een rijksveldwachter uitge scholden. Deswege werd een week gevange nisstraf geëischt. Iets dergelijks had plaats op 31 Juli te Haarlemmermeer, waar een man on aangenaamheden kreeg met een wachter van een spoorbrug. Het kwam zelfs tot handtastelijkheden. Dc beklaagde hield een uitvoerig betoog omtrent de aanleiding van het onderlinge misnoegen en hoorde ten slotte een boete van tien gulden eischen. Iemand te Lisse, die trouwens al meer malen wegens weerspannigheid was veroor deeld. had den gemeenteveldwachter belee digd. Deswege werd tegen hem 45 dagen geëischt. Erger was het bij een twist in een her berg te R ij p w e t e r i n g. Of eigenlijk was van een twist geen sprake. Een arbeider aldaar had biljart gespeeld en daarover schijnen opmerkingen to zijn gemaakt, die den man niet aangenaam waren. Althans na afloop der partij legde hij zonder iets te zeggen den biljartstok neer en ging zitten. Toen een schipper, die even later de her berg wilde verlaten, hem voorbij ging, greep hij een bierglas en gaf daarmee den schipper zulk een stomp tegen diens hoofd dat Let glas brak en de man zóó ernstig werd gewond, dat Lij neerviel en de won den moesten worden aangenaaid. De arbeider zeide in dronkenschap te hebben gehandeld en niet tc weten wat hij gedaan had. Beklaagde, die reeds een paar malen we gens mishandeling is veroordeeld, vroeg een geldboete, toen twee maanden gevan genisstraf werd gevraagd. Yan een proces komt een proces. Dit werd heden weer eens bewezen. Een Haarlemmermeerder moest onlangs voor den kantonrechter komen, om dat hij een of andere verordening overtre den had. Een dorpsgenoot werd toen als getuige gehoord. Wat die dorpsgenoot aan den kanton rechter verklaarde, was niet naar den zin van den polderman. Enkele dagen na het proces heeft de be- OE VERMETELE. 28) De dichte brem en braamstruiken bescherm den hem dikwijls tegen den regen. In zijn wijdeD mantel gewikkeld had hij dikwijls liggen kijken naar de kleine hagedissen, die in het gras heen en weer huppelden, of geluisterd naar het somber geschreeuw van het korhoen of den reiger. Het dunne, ruwe heidekruid was een warm tapijt ge weest, waarop hij in zomermiddagen ge slapen had. Dcu vogelvrij-verklaarde was de eenzame natuur een goede vriendin en als hij ver moeid en droefgeestig was, legde hij. zijn hoofd aan haar moederlijke borst en even als een kind vond hij daar rust. Een trouwe vriend. Hij kon later niet zeggen hoe lang hij daar op den top van den heuvel gestaan had. 't Was misschien enkele seconden, t was misschien ook een eeuwigheid ge weest. Gedurende die enkele seconden of die Eeuwigheid was de wereld voor hem vau gedaante veranderdzij scheen hem nu schooner toe dan hij ze ooit in zijn droo- men gezien had. Een vrouwenlach had haar omgetooverd in een aardsch paradijs. Een nieuw, vreemd gevoel van geluk doorstroom de hem. zette hersenen en zenuwen in vuur. Hen geluk, zóó groot, dat zijn hart bijna >rak door het gewicht daarvan en het vurig verlangen naar hetgeen toch nooit kon zijn. Een driewerf bij tusschenpoozon herhaald geschreeuw van een korhoen rukte hem uit zijn droomen. „John Stich", mompelde hij, „ik ben er nieuwsgierig naar te weten wat hem nu naar buiten drijft". Toen wendde hij met een zucht van diep berouw, zijn hoofd fier opheffend, Jach o'Lantern's kop noordwaarts, van waar het geschreeuw was gekomen. Er liep van daar een ruw spoor, nauwelijks zichtbaar door de struiken, recht aan op de smidse. Paard en ruiter kenden elk plekje van den weg, ofschoon op dit oogenblik de maan haar licht achter jagende wolken verborgen hield en dikke duisternis de hei de bedekte. De scherpe ooren van den roover, aan alle geluiden gewoon, hadden weldra zware voetstappen gehoord op het ongebaande spoor en nu dook een hooge figuur op uit de duisternis en trad snel nader. „Bij mijn ziel I ziedaar vriend John 1" riep Beau Brocade, op schijnbaar barschen toon uit. Maar dit is groote insubordina tie! Hoe durft ge mij op de heide volgen, jij schelm, en laten je edele gast onbe schermd?" „Mylord is veilig genoeg, kapitein", ant woordde de smid, die op het gezicht van den jongen man een zucht van verlichting liet hooren, „en ik had geen rust vóór ik u had weergezien". „Maar John, dat gaat moeilijk in deze duisternis, wel?" sprak Bathurst luchtig. Maar zijn jonge, heldére stem had een zachten, teederen toon aangenomen, terwijl hij glimlachend neerzag op het opgeheven hoofd van zijn hem toegewijden vriend. „Nu 1 wat hebt gij mij te zeggen omtrent den sergeant met zijn soldaten voegde hij er vroolijk bij. „O! de sergeant is te ziek om te spre ken", antwoordde de smid ernstig; „maar de mannen zweren er op, dat gij een rebel zijt. Zij gingen direct na uw vertrek naar Brassington; degene, die aan zijn arm ge wond was, ging naar Aldwark; zij gingen weg om hulp te halen, kapitein, hetzij' solda ten, hetzij boeren uit de dorpen, die door het beloofde loon mochten worden over gehaald. Zij zullen om u te zoeken de heele heide afloopen, van Aldwark naar het kruispunt, en van Brassington naar Wirks- worth en „En dit is des te beter, vriend Stich, want zoolang zij mij najagen, is de graaf in veiligheid". „Maar wees op uw hoede, kapiteinZij zijn nu vastbesloten, want gij hebt hen tweemalen voor den gek gehouden. Gij zijt nog nooit zoo in 't nauw geweest". „Pfuil" riep Beau Brocade luchtig uit, „het leven is geen zoo kostbaar bezit voor mij, dat ik zou trachten het te behouden". „Kapiteinstamelde John verwij tend. „Nu, vriend John", sprak de jonge man met die bijna vrouwelijke teederheid, die het hart van John gestolen had; nu, nu, heb geen vrees voor mij, ik zeg je, man, zij zullen mij op deze heide niet krijgen. Denkt ge, dat de brem en braamstruiken de reigers of kieviten mij zouden verraden? Mij, hun vriend? Neen, dat doen zij niet. Ik ben veilig genoeg", zoo sprak hij, terwijl er een vreemde klank van opwinding lag in zijn snel gesproken woorden. „Laat ze mij vervolgen en haar broeder met vrede laten! En dan, John, als hij in veiligheid is, mag ik misschien haar lach nog eens zienHalloik ben een dwaas, vriend Ik zeg je, een dwaas, geschikt voor de galg bij de smidse". John antwoordde niets; hij kon Jacks gelaat in het donker niet zien en begreep zijn wilde, dolle woorden niet, maar het deed zijn trouw hart pijn, toen hij dien klank van sterk verlangen in de stem van zijn vriend hoorde. Er was een oogenblik stilzwijgen, terwrl Bathurst moeite deed zijn opwinding mees ter te worden. Toen sprak hij kalmer: „Hier John, neem dit geld, vriend!" Hij tastte in den wijden mantel en gaf toen aan John de twee zakjes met geld,, die hij Mittachip en diens klerk had afgenomen. „Ik heb dit juist een bloedzuigend agent van Sir Humphrey Challoner afgenomen het is afgeperst geld van arme menschen die het slecht kunnen missen". „Ja,ja", zei Jolin zuchtend.. „Ik heb twee guinjes noodig om aan juf frouw Haddakin te geven, die juist haai man verloren heeft; het arme mensch is den hongerdood nabij. Dan dertig shilling voor de weduwe Coggins aan den weg nuar HartingtoDdie bloedzuigers namen haar gisteren haar-laatsten shilling af. Zult gc er voor zorgen, vriend?" „Zeker! Zeker!" „De rest is ditmaal voor dc armenbus van Aldwark. Misschien zal er voor den morgen nog meer zijn". „Kapitein „Stil! Ga niet preeken, John!" zei Beau Brocade, met bijzonderen ernst. „Ik zeg je, vriend, er is vannacht dolheid in mijn bloed. Ga jij nu alsjeblieft naar huis en laat mij aan mijzelf over". Och, zend mij niet weg, kapitein", smeekte -John. IkIkben zoo on gerust en „Beste, vriendelijke, trouwe John", mur melde Bathurst. „Ik ben een ondankbare kerel, want ik weet, dat je het uit liefde voor mij doet". „Dat weet gij, kapitein. Ikik zou alles geven". „Neen. niets!" viel Jack hem snel in de rede, „geef mij niets dan uw liefde, mijn vriend...... die is kostbaarder dan het le venmaai' ik bid je, laat me van nachtIk zweer je, dat ik geen kwaad zal doen.... Ik zal je morgen vroeg zien, John Ik zal veilig zijn'Vrees niet!" John Stich zuchtte. Hij wist, dat verder protest nutteloos was. Reeds had Beau Brocade nog eens zijn paard doen keeren naar den top van den heuvel. De smid wachtte even, zoolang hij kon, luisterend naar het geluid der hoeven op den natten grond. Zijn goed hart werd verscheurd van angst, beide voor zijn vriend on voor die dappere jonge dame, die in dezen nacht voortreisde raar de stad. Plotseling meend# hij veraf op den weg naar Wirksworth het geluid van rijtuigwielen te hooren. Het was zoo stil in de lucht, dat hij dat nu duidelijk waarnam. Dat was ongetwijfeld de koets van Lady Patience, die langzaam voort sukkelde over den moddcrigen weg. Zij zou nu zoowat halfweg het stadje zijn. Het smalle spoor, waar John nu stond, sneed den weg in een rechten hoek op ongeveef anderhalve mijl afstand. (Y/ordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1913 | | pagina 5