No. 16454.
LEIDSGH DAGBLAD, Maandag* 13 October. tweede Blad.
Anno 1910
Telegrammen.
FEUILLETON.
Beau EJx-ocacle.
Gemeentezaken.
De ramp vaii de „Yollurno"»
LIVERPOOL, 12 Oct. (R. O.*). Een tele
gram, door de Cunard-Line van de ,,Caï-
mania" ontvangen, meldt, dat er, naar men
vermoedt, 136 personen verdronken zijn, die
getracht hadden, zich in de reddingbooten
der „Volturno" in veiligheid te brengen
vóór de ,,Carmania" op de plek van de
ramp aankwam. Aan boord van laatstge
noemd schip bevindt zich slechts écn over
levende van de ramp. De „Carmania"
kwam hedenmorgen om 5 uren te Queen-
Btown aan Een ander radiogram, afkom
stig van de „Caronia", een boot van de Cu-
nard Line, meldt, dat de ,,Volturno om
acht uren in den avond van 10 October nog
steeds brandde.
BREMEN, 12 Oct. (R. O.). Het stoom
schip „Seydlitz", van de „Norddeutsche
Lloyd", seinde draadloos, dat het 46 opva
renden van de „Volturno" redde.
WEENEN, 12 Oct. (R. O.). De bladen
beklagen in woorden van innige deelneming
de rampzalige slachtoffers van de ramp
aan boord van de „Volturno", en prijzen de
brave mannen, die zich met zoo groote of
fervaardigheid en met onvermoeide krachts
inspanning aan het reddingwerk wijdden.
HAVRE, 12 Oct. (R. O.). De kapitein van
de „Tourraine" seinde, dat hij Dinsdag
morgen de haven hoopt binnen té loopen.
Aan boord van zijn schip bevinden zich 42
overlevenden der „Volturno", die onmid
dellijk naar Rotterdam gezonden zullen
worden.
LONDEN, 12 Oct. (R. O.). Een draad
loos telegram van de „Carmania" meldt,
dat volgens de verklaringen van den gered
den Duitscher, Trentepohl, geen der booten
van de „Volturno" er in geslaagd is, veilig
weg te komen. Alle zijn omgeworpen of ge
zonken.
Oe BaSkankwestie.
Turk ij een Bulgarije.
KONSTANTINOPEL, 12 Oct. (R. O.)
Men meldt uit wei-ingelichte Turksclie bron,
dat de kwestie van Weet-Thracië opgelost
is. Bulgarije verplicht zich, alle rechten
der Mohammedanen te zullen eerbiedigen.
De onder-prefecten en de adjunct-gouver
neurs zullen Mohammedanen zijn; de gen
darmen zullen uit de plaatselijke bevolking
gekozen worden.
KONSTANTINOPEL, 12 Oct. (R. O.)
De Bulgaarsche gedelegeerden begaven zich
heden naar de Porte om aldaar op plechti
ge wijze de bekrachtigde verdragen uit te
wisselen.
F ra n s ch-T urksehe verdrag.
KONSTANTINOPEL, 12 Oct. (R. O.)
De ministerraad bekrachtigde het Fransch-
Turksche verdrag.
De opstand in Albanië.
VALONA, 12 Oct. (R. O.) Volgens alhier
ontvangen berichten had-den tusschen AI-
baneezen en Servisch-Montenegrijnsche troe
pen verschillende gevechten plaats in de
streek tusschen Ipek en Djakova. De Ser
viërs en Montegrijnen zouden verslagen
zijn, terwijl de Albaneezen Botoucha bezet
zouden hebben.
CETTINJE, 12 Oct. (R. O.1) Sterke Alba-
neesehe benden vielen hedenochtend de
Montenegrijnsche troepen over het geheele
front van Gousinje tot Djakova aan. De
verliezen aan beide zijden zijn aanzeinlijk.
De strijd duurt voort.
Koning Constant ij n aan t
woord.
SALONIKI, 11 Oot. (R. O.) De koning
passeerde hedenmorgen de revue over het
elfde legerkorps en richtte bij doze gele
genheid een proclamatie tot het leger waar
in hij o.a. zeide: „Een jaar is thans ver
loop en sedert gij onder de wapenen werdt
OE VERMETELE.
18i
Haar oogen zagen hem het eerst, toen
hij aan den ingang der smidse gekomen
was, en hij maakte een eerbiedige buiging
voor haar, terwijl hij met een sierlijke,
trotsche beweging zijn driekantigen hoed
afnam.
Toen barstte hij in lachen uit.
„Ha! ha! ha! hier i3 wat moois te doen.
John Stich, mijn vriend, waarom ben je
uit je humeur?"
Hij stond daar in de open deur, terwijl
de gouden glans der ondergaande zon zijn
losse, gracieuze gestalte omstraalde; zijn
eenen arm geslagen om den hals van het
mooi© paard, streelden zijn fijn gevormde
vingers de zachte, trillende neusvleugels
.van het dier.
John Stieh had bij den eersten klank van
des vreemdelings stem zijn uitdagende hou
ding laten varen en een straal van hoop
had de dreigende uitdrukking zijner oogen
vervangen.
„Hoe zoudt gij doen, kapitein, met deze
roodrokken in je huis en al hun geklets
over rebellen?"
„Kapitein?" mompelde de sergeant.
„Ja, kapitein Batliurst van Zijner Majes-
teits Witte Dragonders", antwoordde de
vreemdeling, terwijl hij zijn paard in de
Bmidso leidde cn het aan den ingang vast
bond. Toen slapte hij vooruit en gaf den
sergeant een fermen klap op den rug.
„En ik blijf er borg voor, sergeant, dat
John Stich geen rebel is, daar ia hij een
geroepen om de rechten en de eer van Grie
kenland te -erdedigon. Alle verwachtingen
overtreffende hebt gij aan Griekenland
nieuwe grenzen geschonken, die iedere hoop
volle verwachtingen te boven gaan. Gij
hebt alles geofferd op het altaar des va
derlands en gij zoudt het recht kunnen doen
gelden, na zooveel gevaren, ontberingen en
lijden uit te rusten. Ik heb u echter nog
noodig, teneinde ons het bezit te verzeke
ren van hetgeen w!i ten koste van zooveel
offers hebben verworven. Het verheugt mij,
dab ik mij weder te midden van zulk een
leger bevind."
ATHENE, 12 Oct. (R. O.) Na afloop van
de revue van het 11de legerkorps te Salo-
niki richtte de koning zich tot de officieren
met de volgende woorden„Ik stel ver
trouwen in den ijver en den moed, die gij
aan den dag hebt gelegd in den loop der
beide oorlogen. Dank zij u zijn wij meester
van den toestand op den Balkan geworden.
Ik hoop, dat wij deze heerschappij duur
zaam zullen handhaven en ben overtuigd,
dat gij bereid zult zijn, om, indien dit noo
dig mocht blijken, opnieuw de uitnemende
hoedanigheden te doen gelden, die gij tot
nu toe op zoo heldhaftige wijze hebt ge
toond."
Frankrijk cn S p a n j e.
MADRID, 12 Oct. (R. O.). De koning
kwam hier hedenochtend om half tien aan
cn toonde zich zeer tevreden over zijn reis.
MARSEILLE, 12 Oct. (R. O.). President
Poincaré is hier hedenmorgen om 10.05 u.
aangekomen.
MARSEILLE, 12 Oct. (R. O.). De Han
delskamer bood Poincaré een banket aan.
De president der Kamer gaf uiting aan de
verwachtingen en de nooden van de haven
van Marseille, mét liet oog op de concur
rentie der buitenlandsche havens. President
Poincaré verzekerde den voorzitter van de
Handelskamer van de welwillendheid der
regeeritig en van het parlement ten aan
zien van de vervulling der door Marseille
te berde gebrachte wenschen en verlangens.
MADRID, 12 Oct. (R. O.). Aan de He
rald wordt uit Carthagene gemeld, dat Ro-
manones verklaarde, dat de nota, waarin
de betrekkingen tusschen Frankrijk en
Spanje omschreven worden, betrekking
heeft op de algemecne Europeesche poli
tiek en het economisch regime in Marokko.
Heropening Spaansche Kamer.
MADRID, 11 Oct. (R. O.). De Kamer
komt op 25 October bijeen.
De toestand in Mexico.
NEW-YORK, 12 Oct. (R. O.). Een tele
gram uit Mexico City meldt, dat de vrien
den van Felix Diaz naar Havana een tele
gram gezonden hebben, waarin zij hem aan
raden, met het oog op den dringenden stand
van zaken, niet naar Mexico te komen. De
110 afgevaardigden, die op last van Huerta
gearresteerd zijn, bevinden zich nog steeds
in de gevangenis. De autoriteiten weten
waarschijnlijk niet wat met hen te begin
nen. In een proclamatie aan het volk ver
klaart Huerta, dat de meerderheid der af
gevaardigden besloten had hem allen finan-
cieclen 6teun te weigeren niettegenstaande
de zware verplichting, die de staat zoowel
binnen- als buitenslands heeft. Indien do
oppositie gesteund werd door een beweging,
die zich in het geheele land onder het volk
vertoonde, zou hij aftreden, doch zooiets
bestaat niet. De actie der afgevaardigden
is enkel te wijten aan de met elkander in
botsing komende motieven en de uiteenloo-
pende aspiraties. Het gerucht, dat gister
avond de ronde deed cn volgens hetwelk
de afgevaardigden in vrijheid gesteld zou
den zijn, was onjuist. Latere berichten uit
Mexico wijzen er op, dat een strenge cen
suur wordt uitgeoefend.
54 Chineezen gearresteerd.
IRKOETSK, 12 Oct. (R. O.). De politie
heeft een onderaardsche gang ontdekt, die
van een doov 54 Chineezen bewoond huis
naar het postkantoor voert. De Chineezen
zijn gearresteerd.
veel te groote dwaas voorl" voegde hij
er met een guitigen blik zijner grijze oogen
bij.
•Patience stond nog verstijfd van schrik
in den donkeren hoek der smidse. Zij wist
nog niet of zij hoop durfde koesteren, of
die jonge vreemdeling, met zijn liefelijke,
jonge stem en wellevende manieren, de
macht zou hebben, om het gevaar, dat haar
broeder bedreigde, af te wenden.
Ook Betty was te zeer door schrik aan
gegrepen, om te kunnen spreken. Maar de
sergeant was intusschen van zijn oogenblik-
kelijke verbazing bekomen. Bij de vermel
ding van des vreemdelings militairen rang
had hij de hand geslagen aan zijn driekan
ten hoed. Maar nu was hij weer gereed om
zijn plicht te doen en merkte lnj met blijd
schap de minder dreigende houding van
den smid op.
„Tot uw dienst, kapitein", zeide hij, „en
nu heb ik mijn orders,' ik heb recht voor
huiszoeking en
Maar bliksemsnel sprong kapitein
Batliurst op hem toe. „Recht voor huis
zoeking riep hij opgewonden uit, „zeidet
gij recht voor huiszoeking, sergeant? Bij
mijn ziel, dat is een geluk voor mijSer
geant, gij. zijt de rechte man voor mij".
Hij trok den sergeant aan zijn mouw.
„Ik verzoek u, mijnheerprotesteer
de deze.
Maar de jonge man was niet terugge
weken.
„Sergeant", fluisterde hij beteekenisvol,
„zoudt gij een honderd guinjes willen ver
dienen?"
..Honderd guinjes!" riep de sergeant ter
stond uit, „zeker wil ik dat, als gij mij
maar zegt, op welke wijze".
Een wijziging van een raadsbesluit
in verband met de pensioenwetten.
Ingevolge raadsbesluit van 19. September
1678 wordt in de gevallen, waarin de wet
aan de gemeentebesturen de vrijheid laat
over de jaarwedde na het overlijden der
gemeente-ambtenaren te beschikken aan de
overgebleven echtgenoot of aan de bloed
verwant-en in de op- en nederdalende linie,
alsnog met ingang van. den dag van het
overlijden een kwartaal van het trakte
ment uitgekeerd
De toepassing van dit raadsbesluit kan in
enkele gevallen tot onbillijkheid aanleiding
geven, nu art. 12 der verordening, regelen
de het verleenen van pensioen aan wedu
wen en kinderen van gemeente-ambtenaren
o.a. voorschrijft, dat het pensioen ingaat
daags nadat de bezoldiging is opgehouden.
Ten einde deze onbillijkheid en de daar
uit voort vloeiende bezwaren op te heffen,
zouden B. en Ws. willen voorstellen het
besluit van 19 September 1878 in dien zin
te wijzigen, dat niet langer aan de overge
bleven echtgenoot of aan de bloedverwan
ten in de op- en nederdalende linie een
kwartaal van het traktement wordt uitge
keerd; doch enkel een gratificatie ten be
drage van het verschil tusschen het trakte
ment en het te verleenen pensioen, bere
kend over een tijdvak van 3 maanden. Yoor
de weduwen van overleden gemeente-amb
tenaren blijft dan de toestand uit finan
cieel oogpunt volmaakt dezelfde, doch het
weduwen- en weezenpensioen gaat dan di
rect na het overlijden in, zoodat de gemo
veerde onbillijkheid ten opzichte van de
kinderen van een overleden ambtenaar
vervalt en ook de gemeente niet langer een
grootere uitkeering aan de 'weduwe behoeft
te doen, dan het raadsbesluit van 1878 heeft
bedoeld.
Een verzoek der L. D. Mij.
In de raadsvergadering van 22 Mei j.I.
werd in handen van B. en Ws. gesteld een
adres van de Leidsche Duinwatermaat
schappij, waarbij deze naar aanleiding van
een bij haar ingekomen verzoek van de ge
meente Oegstgeest toestemming vroeg, om
haar buizennet in die gemeente uit te brei
den over een op de bij het adres behooren-
de teekening aangeduid gedeelte.
Blijkens de toelichting van het adres had
de aanvrage der gemeente Oegstgeest
slechts betrekking op enkele straten, doch
meende de maatschappij een algemeene
vergunning voor het aangeduide terrein
van grootere uitgestrektheid te moeten
vragen, teneinde latere aanvrage voor an
dere, nog niet met zekerheid vastgestelde,
wegen overbodig te maken.
Tegen het geven van een zoo algemeene
vergunning bestond evenwel bij B. en Ws.
bezwaar, aangezien naar hun meening ver
gunning tot uitbreiding van het buizennet
in naburige gemeenten in den regel slechts
kan worden verleend, indien nauwkeurig
vaststaat in welke wegen de buizen zullen
worden gelegd, een standpunt, dat zoowel
door het College van B. en Ws. als door
den Raad ook ten opzichte van vroegere
aanvragen van de Leidsche Duinwater
maatschappij cm in de gemeente Oegst
geest duinwater te leveren, werd ingeno
men.
Zij deelden daarom aan adressante mede,
dat zij bezwaar moesten maken aan den
Raad voor te stellen een zoo algemeene
vergunning tot uitbreiding van haar bui
zennet in de gemeente Oegstgeest, als blij
kens de teekening werd aangevraagd, te
verleenen, onder uitnoodiging een nieuw
verzoek, uitsluitend voor die straten, waar
op de oorspronkelijke aanvrage van de ge
meente Oegstgeest betrekking had, in te
dienen.
Aan deze uitnoodiging is door de maat
schappij gevolg gegeven.
Tegen de thans gevraagde uitbreiding be
staat noch bij den Commissaris der ge
meente, noch bij B. en Ws. bezwaar. Ge
vaar voor onvoldoenden toevoer van water
in Leiden tengevolge van de geringe ver
grooting van het gebied, waarin water in
de gemeente Oegstgeest wordt geleverd,
bestaat niet, terwijl het hygiënisch belang
van Leiden er door wordt gediend.
B. en Ws. geven mitsdien in ovcrwe-
IIij sloeg een blik op de kleine deur ach
ter John Stich, maar zijn oor neigde tot
den vreemdeling; het lokaas was verleide
lijk; honderd guinjes was zoo iets als een
fortuin voor een soldaat van Koning
George II.
„Luister dan", sprak Batliurst, geheim
zinnig. „Gij hebt wel gehoord van Beau
Brocade, den struikroover, is het niet?"
„Ja, ja", knikte de sergeant, „wie heeft
niet van hem gehoord?"
„Nu dan weet ge ook wel, dat een som
van honderd guinjes is beloofd aan wie hem
gevangen neemt; niet?Denk daaraan
eens, sergeant!Een mooie som, hè?"
De oogen van den sergeant fonkelden
bij die gedachte.
De soldaten luisterden ook met belang
stelling toe, want de vreemdeling had nu
niet meer fluisterend gesproken.
Hónderd guinjes! Een paar woorden van
magische bekoring, die de macht hadden
de meeste menschen in verrukking te bren
gen in die dagen van armoede.
Ladv Patience's geheele ziel scheen in
haar oogen te liggen. Met voorovergebo
gen lichaam en snelle ademhaling staarde
zij den vreemdeling aan, vol nieuwsgierig
verlangen om te hooren wat hij zou doen.
Zij durfde niet denken, dat het hem bepaald
te doen was om den sergea-nt af te houden
van zijn plan, maar zij' twijfelde er geen
oogenblik aan, dat hij boven verwachting
zou slagen.
En toch scheen er niets gewonnen door
het voor enkele minuten tegenhouden der
catastrofe.
„Ja, inderdaad een fortuin", zuchtte de
sergeant, met blijkbaar vurig begeeren.
„Eu ik heb gezworen dien stoutmoedi-
ging aan de Leidsche Duinwatermaatschap
pij vergunning te verleenen tot de in haar
aclres van 29 Augustus 1913 gevraagde uit
breiding van haar buizennet in de gemeen
te Oegstgeest, onder voorwaarde, dat de
vergunning ophoudt van kracht te zijn, in
dien daarvan vóór of op 1 October 1915
geen gebruik is gemaakt.
Wijziging dor verordening; op de
veemarkt en overneming; van
materiaal.
Ingevolge het bestaande pachtcontract is
de firma Gebr. Blok, tot en met 31 Dee.
1913 bela-st met hot reinhouien onzer ge
meente, niet alleen verpliol t t t het weg
halen van den mest van het veemarktterrein,
en het leveren en opruimen van het bcnoo-
digde stroo, doch ook tot het bedienen der
markten en het beschikbaar 6tellcn van de
hokken voor lammeren, sohapen varkens en
biggen, terwijl de bediening der vette var-
kenamarkt, waaronder begrepen het ver
strekken, plaatsen en wegnemen der ver-
eiechte hekken bij afzonderlijke overeen
komst eveneens tot en met 31 December
1913 aan genoemde firma is opgedragen.
Het ligt nu in de bedoeling de Lokken en
hekken vanwege de gemeente te doen stel
len. Aanschaffing van nieuwe hokken en
hekken marktaf scheidingen enz. zou belang
rijke uitgaven voor de gemeente medebren
gen. B. en Ws. hebben zich daarom in ver
binding gesteld met de firma Gebr. Blok,
teneinde tot overneming van de liaar too
behoorende hokken, hekken, marktafeekei-
dingen enz. te geraken.
Deze firma nu is genegen een 226-ta.l var
kenshekken en een 20-tal palen met hekken
aan de gemeente te verkoopen voor f 500,
terwijl de wed. Die<ben, die do overige
rnarkthokken en hekken thans als onder
pachtster van Gebr. Blok levert, 279 dubbele
schapènhekken, (groot modell, 822 dubbele
lammeren hekken (klein model), alsmede 35
afsluitingen met palen, benevens een platte-
wagen, benoodigd voor het vervoer yau het
materiaal wil afstaan voor f 1430.
Yoor de overname van al de genoemde
voorwerpen wordt derhalve een bedrag van
f 1930 gevraagd, hetgeen ongeveer overeen
komt met de dezerzijds gesokatte waarde
dier voorwerpen.
De voorwerpen zijn natuurlijk -dat nieuw,
doch bevinden zich, naar de Directeur van
Geméentewerken schrijft, in redelijk goe
den 6taat en hij acht daarom overneming
door de gemeente tegen den ge vraagden prijs
voordeeliger dan aanschaffing van geheel
nieuw materiaal, waarmede ongeveer f4000
zou zijn gemoeid. De Commissie van Fabri
cage is, eveneens van oordeel, dat overne
ming tegen den genoemden prijs een aan
zienlijke besparing voor de gemeente op
levert en ook B. en Ws. kunnen zioh bij dat
gevoelen aansluiten.
Behalve de overneming van materiaal
voor de veemarkt, moet thans nog een an
dere kwestie onder de oogen worden gezien.
Krachtens do verordening van 10 October
1912 regelende de heffing van een belasting
onder den naam in „Marktgeld" is voor
het gebruik van een lammerhok f 0.30 en
van een schapenhok en varkenshok (behalve
op de vette varkensmarkt) f 0.40 verschul
digd, terwijl voor het gebuik van hokken op
do vette varkensmarkt f 0.10 per aangevoerd
varken in rekening wordib gebracht. Dit kok-
kengeld wordt thans door de gemeente aan
do paohfcster der reiniging afgestaan en zou
dus bij het in eigen beheer nemen der vee-
markthokken in de gemeentekas moeten
vloeien.
Intusschen komt het B. en Ws. met de
Commissie van het Marktwezen juister voor,
wanneer voor het gebruik der hokken in den
vervolge geen aparts belasting meer wordt'
gehéven, doch dat evenals in verschillende
andere gemeenten de vergoeding voer het
gebruik der hokken onder het te betalen
marktgeld, dat dan natuurlijk eenigszins
moet worden verhoogd, is begrepen. Heb
groote voordeel van een dergelijken maat
regel is natuurlijk, dat het ophalen van liet
hokkengeld, hetgeen in den regel nogal met
moeite gepaard gaat, aangezien de aanvoer
ders meermalen niet bij hun hokken wor
den aangetroffen, vervalt on de administra
tie ook veel eenvoudiger wordt, terwijl de
gen, duivelschen roover bij den kraag te
pakken", vervolgde de jonge man. „Ik weet
waar hij op dit oogenblik wegschuilt, maar
ik kan alleen dien schelm niet te pakken
krijgen".
„Hoezoo
„Het is ongelukkig een privaat huis en
ik heb geen recht tot indringen en huis
zoeking".
De sergeant gaf een wenk van begrijpen.
„Hm!" zeide lnj, „dat verstaat zich".
Toen voegde hij er nadrukkelijk bij:
„Maar de belooning?"
„Die zult gij geheel hebben, sergeant,
en zoo uw mannen mij willen helpen, zullen
zij ook honderd guinjes te deelen krijgen.
Ik heb gezworen dien schurk te pakken,
om aan mijn eerzucht te voldoen. Wil je mij
gelooven, sergeant, pas een week geleden
beroofde die schurkachtige roover mij op
klaarlichten dagHij ontstal mij vijftig
guinjes. Nu heb ik met kapitein Borrow-
dale om honderd guinjes gewed, dat ik den
schelm gevangen zal nemen.
Nu was de belangstelling van den ser
geant ten volle opgewekt, en de soldaten,
hoorendo wat hun deel zou zijn, hingen aan
de lippen van den sergeant, hopende op
het bevel om tot dat winstgevend zaakje
op te mogen trekken.
„Hm!" mompelde deze laatste, met een
gebaar, dat hij het wel begreep, „die roo
ver is zeker een persoonlijke vijand van
u is het niet?"
„Ja!" zuchtte kapitein Batliurst op aan
doenlijke wijze, „de ergste,, dien ik ooit
had".
„En gij zoudt er u zeer in verheugen hem
te zien hangen, als ik mij niet vergis; iB
het niet zoo V
aanvoerders van het vee ongeveer hetzelfde
bedrag aan marktgeld kunnen blijven beta
len dat tot nog toe door hen aan marktgeld
en hokkengeld tezamen wordt betaald.
Yan deze gelegenheid wenschen zij tevens
gebruik te maken, om ook een kleine ver-
hooging van het marktgeld voor de nuchtero
kalveren cn de biggen voor te stellen.
Voor de biggen wordt weliswaar geen ge
bruik der hokken gemaakt en voor de nuch
tere kalveren slechts ten deele, doch het
komt hen met de Commissie voor het Markt
wezen voor, dat het met het oog op het hoo-
gere marktgeld in andere gemeenten, zoo-
als o. a. Utrecht en Rotterdam, aanbeveling
verdient het marktgeld voor de nuchtere
kalveren en daarmede in de verordening ge
lijkgestelde dieren met f 0.01 cn voor de big
gen met f 0.02 te verhoogen.
Ten gevolge van het in eigen beheer ne
men der hokken, gepaard gaande met de
zooeven genoemde verhooging de? markt-
gelden, verwacht ets Commissie voor het
Marktwezen een hoogere ontvangst voor de
meen te van rd.rn ia.nT-q tvp jï.rbó
echter verschillende 'uitgaven staan tot een
totaal bedrag van f 27CO.
Bij verdeeling van het bedrag over 10
jaar, worden dus de gewone middelen ge
durende dien tijd jaarlijks belast met f 270.
Yoor onderhoud wordt noodig geacht f400,
terwijl de verdere jaarïijksche uitgaven in
verband met het geheel in eigen beheer
nemen der markt-exploitatie door de Com
missie voor het Marktwezen geraamd wor
den op f 3213.40 en een bedrag van f 350
minder zal wordon ontvangen wegens het
vervallen der huur van de bergplaats der
marktmaterialen.
De begrooting der uitgaven wordt dui
jaarlijks belast met f 270 f 400 f 35. j.40
f3900, terwijl de jaarïijksche inkomsten
volgens schatting f 5100 f 350 f 4?30
hooger zullen kunnen worden uitgetrokken.
Het in eigen beheer nemen der markt-ex
ploitatie kan dus jaarlijks een voordcel van
ruim f 800 voor de gemeente opleveren.
Verhurisia; van Biet perceel, waarin
vroeger bet linlpkantoor dor Stads
bank van Eeening gevestigd was.
Daarvoor hebben zich verschillende huur
ders aangemeld, waarvan B. en Ws. den
meubelmaker H. Boter het meest geschiku
achten.
Zij geven derhalve in overweging:
le. het perceel Utrechtsche Veer No. 9,
met ingang van 1 November 1913 te ver
huren aan H. Boter, meubelmaker alhier,
voor den tijd van twee jaren, met stilzwij
gende verlenging telkens voor gelijk tijd
vak, indien de huurder niet vier maanden
vóór het einde van den huurtijd de huur
heeft opgezegd, tegen een huurpijs van
f 250 per jaar, het duinwater inbegrepen,
en verder onder de gebruikelijke voorwaar
den;
2e. Hun College te machtigen aan dat
perceel eenige verandering aan te brengen,
ten einde het voor de bovenbedoelde verhu
ring geschikt te maken.
Aanvulling van bet Uitbreidings-
en Vernieuwingsfonds van de
Electriciteifslabriek.
Op 17 November 1910 besloot de gemeen
teraad tot levering van clectriciteit in do
gemeente Voorhout en werd ten behoeve
van het Yernieuwings- en Uitbreidingsfonds
der electriciteitsfabriek hierbij een bedrag
van f 5000 toegestaan. Sindsdien is het aan
tal aansluitingen te Voorhout gestadig toe
genomen. Over het jaar 1912 werd in deze
gemeente voor afgeleverde stroom, excl.
kabel- en nieterhuur, ontvangen een bedrag
van f2382.55; over het jaar 1913 zal dit
bedrag vermoedelijk ca. f 3409 bedragen
Tengevolge van de tot-stand-koming der
vele aansluitingen, is het in de electrici-
teitsvoorziening van Voorhout gestoken ka
pitaal gestegen tot ruim f 8700.
Thans heeft de gemeenteraad van Voor
hout in zijn vergadering van 2 September
j.I. besloten tot het betrekken van electri-
citeit van Leiden ten behoeve der straat
verlichting; waarbij gedurende 10 achter
eenvolgende jaren een jaarlijksch stroom
verbruik van f 325 uitsluitend voor de straat
verlichting door de gemeente Voorhout aan
„Dat wil ik nu niet zoo beslist zeggen,
sergeant, maarik lioud niet van hem,..
hij heeft mij in den laatsten tijd leelijko
parten gespeeld
„Dat begrijp ik! Maar de belooning?"
„Gij zult die geheel hebben cn nog hon
derd guinjes voor uw mannen. Wat zegt
gij er van, dappere soldaten?"
Met deze wcorden keerde hij zich vroo-
lijk tot het troepje, dat daar al dien tijd
aandachtig had toegeluisterd.
Maar dit directe beroep was niet noodig.
De mannen wenschten niets liever dan aan
het werk te gaan, de belooning te verdienen
en John Stich met den zeer twijfelachtigen
rebel in den steek te laten, om nu aan
zichzelf te denken.
„Nu, vlug is het parool", sprak de jonge
man opgewekt; „er is geen oogenblik to
verliezen".
„Tot uw dienst, kapitein", antwoordde
de sergeant, nog eens kijkend naar de bin
nendeur, waarvoor John Stich nog steeds
op post stond, „zoodra ik hier onderzocht
heb
„Neen, man, zoo gij nog een minuut
wacht, zult gij en uw mannon Beau Bro
cade niet meer vinden en de honderd guin
jes missen. Snel, manvoegde hij er drif
tig bij, ziende dat de soldaat daar beslui
teloos stond, „snel! Voort met uw mannen
op den weg noordwaarts. Ik ben te paard
en zal u spoedig inhalen".:
(Wordt vervólgd),
- -tp -