De Argentijnsche vleeschkwestie. De neustelefoon. Ik vergat, dat hij eens mijn vriend ge weest was, dat het een krankzinnige was, dat zijn toestand hem recht gaf op mede lijden. Hij waa mijn doodelijken vijand ge worden, hot voorwerp van een wilden en onverzoenlijken haat, en als ik hem bij de keel had kunnen grijpen, zou ik hem gaarne hebben gedood. Ik laadde mijn revolver met eenige patronen meer. Zijn laatste ko gel had mij in de zijde getroffen. Mijn tanden klapperden. Ik deed een poging om hem recht in het gezicht te slaan. Plotseling veranderde de toestand. Het geluid zijner schreden hield opik hoorde, dat iets in de modder vieleen verstikte kreetde stilte Ik hield mijn pas in, om te luisteren. Een dof geluid deed zich in de gang hooren, ge volgd door een gesmoorde stem, die uit riep „Help, Calvert, help De slingeringen van een lichaam, dat in water worstelt, omnevelden zijn «tem. Er kwam een nieuwe stilte, maar zóó vol maakt, dat ik mijn eigen ademhaling en het nauwelijks hoorbare gemurmel van het water hoorde. Ik deed eenige passen. Ik v;el in diep, ijskoud water, waarvan de aanraking al leen mij al den adem scheen te beletten. Op hetzelfde oogenblik kwam Wpy uit de diepte te voorschijn. Ik raakte zijn haren aan, door een vlugge beweging greep ik 'hem om het middel en zwom voor twee. In deze vreeselijke duisternis zwom ik naar alle richtingen, zonder de goede te treffen. Ik weet niet, hoe wij aan dei» kant zijn neergezonken, midden in de modder. Ik weet alleen, dat de mannen ons heb ben gevonden, ons hebben gered. Eenigen tijd lang heb ik ziek gelegen Wat Yalpy betreft, hij werd aangetast door een lievige hersenkoorts, waaruit h'j eerst langzaam genas. Niets herinnerde hij zich meer van het afschuwelijke duel. waartoe hij mij in de duistere gewelven had genoodzaakt en tot heden lieb ik er nooit in zijn tegenwoordig heid op gezinspeeld. Bekend is, dat inzonderheid in de laatste jaren Engeland, wat de verzorging van vleeech betreft, grootend'eels is aangewezen op den invoer van bevroren en gekoeld" vleeaoh uit Zuid-Amerika-. De tijden, dat Noord-Amerika en Canada groote hoeveel heden vleesoh naar Engeland uitvoerden, zijn voorbij. Zuid-Amerika, Australië en Nieuw-Zeeland zijn in hun plaats gekomen. De Noord-Amerikaansche landen hebben door hun toenemende bevolking zelf steeds groote hoeveelheden noodig. Het Argen- tijnscihe vieesch, dat in bevroren toestand in Engeland aankomt, voorziet dan ook voor een groot deel in de behoeften van de bevol king van het Vereenigdë Koninkrijk. Er be staan aan de La Plata een achttal groote exportslariiterijen, z. g. frigorifico's, waar van er twee in Noord-Ainerikaansche han den zitten en de overige door Engelsch en Argentijnsch kapitaal worden brhserschfc. Nu schijnt het, dat het machtige vlëesahtrust, die in Noord-Amerika zulk een geweldige rol speelt, ook de Zuid-Amerikaansche vleeschproduotie aan zich ondergeschikt wil maken. Naar ons zegt het „Ned. Landbouw weekblad" van een zijde, die met dë Ar gentijnsche toestanden op de hoogte is, werd verzekerd, wil deze Amerikaansche vleesch.trast alfte mogelijke moeiten doen, om die Anglo-Argentijnsche maatschappijen er onder te werken. Groote hoeveelheden vieesch worden nu ó'an ook door de beide frigorifico's, <Ke zich in de handen van de trust bevinden, op Engelsclie markt ge bracht. en tegen lagen prijs verkocht, opdat de Anglo Argentijnsche maatschappijen duchtige verliezen zouden lijden ca dë con currentie niet zouden kunnen volhouden. In Engeland is men omtrent deze zaken niet geheel gerust. Eenigen tijd geleden reeds werd in het Lagerhuis aan den Minister van Landbouw gevraagd of hij niet een com missaris naar Zuid-Amerika zou zenden De neustelefoon is een uitvinding van dr. Jules Glover te Parijs, die haar kort geleden heeft onderworpen aan het oordeel van de Academie van Wetenschappen al daar. Het toestel heeft twee spreekappa- met de opdracht om een onderzoek in Ie stellen naar dë handelingen der Amerikaan sche vieesch trusts, met het oog op de vie e-sch ver zorging van Engeland. De „Ti mes" heeft aan deze Z3ak reeds een tweetal artikelen gewijd, waarin zij betoogt, dat de fondsen der Amerikaansche vleeschtrusts veel sterker zijn dan die der andere ver- eenigingen, en zij waaschuwt er voor, dat indien dë Argentijnsche vleesehhandel in handen komt van de Amerikaansche vleeschtrusts, deze iaatsten daar dan niet mee tevreden zullen zijn, maar ook pogingen in het werk zullen stellen ora zich evenzeer meester te maken van den vleesehhandel van Australië en Nieuw-Zeeland. De Britsche gezant heeft reeds met den Argentijnschen minister geconfereerd, maar •de ,73 wan sell b vocirloopig niet tussoh en- beide te komen. Mochten echter de belan gen van de Argentijnsche veeboeren schade lijden, dan zou hij ingrijpen. Voorloopig blijft afwachten dë boodschap, daar nog niet is te zien hoe deze vleesch- kwestie zich zal ontwikkelen. Echt--»r - een zaak van groot belang voor Engeland, zoodat te verwachten is, dat dit land alle krachten zal inspannen om de annexatie plannen der Amerikaansche vleeschtrusts tegen te gaan. PAÏÏWiïVSERSI. Als er van mooie vecren sprake is, denkt men in de eerste plaats aan die van den pauw, en daarom is het min of meer vreemd, dat de mode zich zoo weinig aan pauweveeren laat gelegen liggen. Men zou zoo denken, dat deze met haar metaalglans bijzonder geschikt geoordeeld zouden wor den voor sieraad en versiersel van de vrouw en haar kleeding. Wat de reden mag zijn, dat de vrouwen en de mode aan die schit terende veoren geen aandacht schenken Er zijn er, die beweren, dat het bijgeloof hier in het spel is, omdat volgens hen pau weveeren tranen bêteekenen. Anderen ge ven als reden op, dat de pauw al sedert de oudheid het zinnebeeld was van weelde en ijdelheidtwee eigenschappen, die, zooals bekend is, in lijnrechten strijd zijn met het karakter der vrouwde vrouw, die van weelde houdt en ijdel is, moet nog gevon den worden. Wél zijn er, die daaraan twij felen, maar dezen beroepen zich in onzen tijd van electriciteit en magnetisme op de uitspraak, dat gelijke polen elkaar afstoo- ten. In de middeleeuwen dacht men er ten minste anders over, want pauweveeren waren voor ridders en edelvrouwen een zeer gezocht artikel en het schijnt zelfs, dat er een pauweveerentaal heeft bestaan, zoo goed als er een bloementaal en zelfs een postzegcltaal bestaat. Het is dus zeker, dat raten, waarvan het eene, als steeds tot dus ver voor den mond, en het andere onder den'neus gehouden wordt. HieTdcor wordt veel gemakkelijker en duidelijker verstaan wat gesproken wordt. dc vecren van den trotsclien vogel eenmaal in de mode zijn geweest, en het laat zich aanzien, dat de mode er weer beslag op zaj leggen. Men zegt ten minste, dat de.groote buitenlandsche handelaars in veeren ge noeg materiaal verzameld hebben, om de pa uw ev eerenmode te kunnen invoeren. Want dat is het treurige, maar te gelijk ook liet belachelijke in dc mode, dat onze vrou wen niet mogen dragen, wat haar bevalt en wat haar staat. Hoe onmodern zouden zij er wei uitzien, als zij in zake van kloeding er opschik de inspraak van haar hart an haar eigen smaak volgden 1 Een vrouw, die wat zelfrespect heelt, draagt slechts dat, wat een stuk of wat menschcn, die de touw tjes in de hand hebben, voor modern ver klaren. Dat klinkt wel wat paradoxaal, maar het is er niet minder waar om. Jarenlang wordt een of andere soort vaD veeren verzameld en voor een prikje ge kocht en als er dan op een gegeven oogen blik genoeg voorraad van is, wordt dsti mode en dan wordt bet renteverlies op den voorraad heel hoog berekend. Zoo is het gegaan met de fazanteveeren, die nu weer op zijn, cn de reiger veeren, met de para dijsvogels en de marabouts. Als de mode. hot wil en er niets anders in voorraad is, komen morgen aan den dag de veeren van eenden, ganzen en kippen in den smaak. De reigers, paradijsvogels en marabouts raken er nu weer uit. Waarom? Omdat de voorraad op is, dank zij de slachting, die, er onder de dieren gehouden is, en dank vooral de bescherming, die de langstover- 1 evenden eindelijk genieten. Misschien wor den zij nog even een dure mode, die alleen voor enkelen te volgen is, juist doordat zij zeldzaam zijn geworden. Zeker is dat niet, want de kunstvaardige inensch heeft zulke, mooie onechte geschapen, dat men de ech te niet dragen wil, althans het gevraagde er niet voor wil betalen. Dus wij krijgen pauweveeren. In China zijn ze al lang in gebruik geweest, als sie raad voor de mandarijnen, de bonte n.l. Maar die worden hier geen mode, want er zijn veel te veel bonte pauwen. Om iets heel „exquis" te hebben, zullen de opgezamelde witte pauweveeren aan de markt gebracht worden. Witte pauwen zijn er van nature niet veeldaarom is men ze gaan kweeken. In Frankrijk en Engeland heeft men kweeke- rijen van witte pauwen, zooals men in Zuid-Afrika struisvogelparken heeft. Die kweekerij is tot nog toe liefhebberij ge weest, zooals bijv. bij Lord Arlington in Dorsetshire (Engeland), die bij voorkeur Albino's van verschillende soort kweekt. Maar als nu de groote magazijnen helpen en de vrouwen uit do gegoede standen wat volgzaam blijven, dan wordt de liefhebberij een geld makerij. Het aanleggen van een voldoenden voor raad witte pauweveeren is daarom al be-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1913 | | pagina 16