Machinaal melken.
De verzorging van kuikens.
von Cosel, gewezen barones Hoym, geheel
vérgat. Vermoedelijk om zijn geheugen te
scherpen, besloot deze naar Warschau te
gaan. Maar dat was volstrekt niet naar den
zin van graaf Bielinski en nog minder van
zijn dochter, die de gravin von Cosel in
staat achtte om haar om 't leven te bren
gen uit pure jaloerschheid. Ln *00, door
de tranen van het meisje oewogen, zond de
koning een af deeling van zijn garde onder
bevel van twee officieren, die toevallig bei
den Franschen waren, want aan het hof
te Warschau had men een internationaal
gezelschap om de gravin von Cosel op
haar weg tegen te houden. Dat deden de
Fransche offioieren dan ook. Maar zij
'slaagden er niet in van haar het geschrift
'te verkrijgen, dat zij beschouwde als haar
huwelijksakte en dat de koning wilde terug
hebben als wanneer hij zich, als gescheiden
echtgenoot, de vrijheid kon veroorloven op
de vroegere manier de dochter van graaf
'Bielinski te huwen". Zij gaf het niet af.
Maar toen zij terugkwam in het kasteel te
Pillnitz, dat haai* residentie was, wachtte
haar een onaangename verrassing.
Men had op last vtn den koning van haar
afwezigheid gebruik gemaakt om een deel
.van haar huis te aioopen2ij was woedend
en in haar woede deed zij iets, wat men van
.een voor het overige zeer verstandige
vrouw niet zou verwacht a ebb en. Zij ont
bood een aantal vrouwen, die den naam
hadden van met de zwarte kunst om te
gaan: toovenaresscn en heksen. Geeit van
die allen wist raad en zij zond haar weg
maar was vaster dan ooit besloten het pa
pier, dat do Koning terug he^oen wilde,
goed te bewaren en bet onder geen voor
waarde af te staan.
De Koning, die te Dresden teruggekeerd
en thans weer keurvorst was, zond haar
een paar officioren, om *haar desnoods te
dwingen. Maar tusschen deze heeren ont
stond een hoogloopend geschil, omdat de
een,, kolonel von Thienen, nogal adjudant
des Konings, voor do schoone gravin partij
trok. Het kwam tot een uuel en v on Thie-
«ïen doodde zijn tegenstander, kolonel von
Kantzou.
Op den duur echter kon een vrcuw den
strijd tegen het koninkrijk Polen en het
keurvorstendom Saksen niet volhouden.
En zoo vernamen op een voor hen slechten
morgen de bedienden van het kasteel te
Pillnitz, dat hun meesteres verdwenen was.
Zij had in alle stilte het grootste deel van
haar persoonlijke bezittingen: geld, juwee-
len en zelfs meubelen, laten overbrengen
naar Boheme. Zelf was zij naar Berlijn ver
trokken.
Daar, te Berlijn, wist zij te bewerken,
dat zij aan het Hóf kwam. Zij had, met op
zet, haar rijtuig laten overrijden door den
Koning van Pruisen en deze was wel ver
plicht zich te verontschuldigen voor wat
hij meende te moeten toeschrijven aan de
onhandigheid van zijn koetsier. De Koning
was met haar lot begaan en wilde langen
tijd volstrekt niet luisteren naar de drin
gende vertoogen van August den Sterken,
die verlangde, dat hij de gravin von Cosel
zou uitleveren. Maar de Pruisische Koning,
vader van Frederik den Grooten, had, zoo
als men weet, een zwak voor groote, dat is
lange soldaten. Hij zag er niet tegen op
boerenknapen, die sterk in de lengte wa
ren gegroeid, in het soldatenpak te steken,
zeer tegen hun zin. Vele jongelieden gin-
'gen daarom, eer de Koning hen in zijn
macht had, over de grens. Zoo had de keur
vorst van Saksen omtrent honderd Prui-
sisohe deserteurs en vluchtelingen in zijn
Staten. Van die omstandigheden maakte
hij gebruik. Hij bood den Koning zijn Prui
sen aan in ruil voor do gravin von Cosel
Door de Pruisische politie gearresteerd,
werd zij naar Leipzig gevoerd en overgele
verd aan een Saksisch officier, die haar in
't geheim naar de vesting Stolpen moest
overbrengen. Zij mocht alleen des nachts
reizen en op een achterbankje van het rij
tuig plaats nemen, opdat men haar in
de duisternis! toch vooral niet zien zou.
Zij bleef acht en veertig jaar gevangen
te Stolpen, dat is tot haar dood in 1765. In
den eersten tijd wilde August haar telkens
met geweld dwingen ora hem het haar
noodlottige papier te geven, dat zij op ge
heimzinnige wijze verborgen had. Later, na
den dood van den keurvorst-koning, hield
zijn zoon en opvolger haar nog voorzichtig
heidshalve gevangenhij dacht, dat zij een
of ander staatsgeheim wist, dat hij niet
openbaar wilde hebben gemaakt. Maar
haar bewakers wisten te verkrijgon dat zij
veei minder streng dan aanvankelijk het
geval was werd behandeld.
Het lijden had ten slotte de groote voer-
kracht van de arm© vruow verlamd, Het
blijkt o. a. uit een paar brieven van haar
hand, die onlangs verkocht zijn. De eerste
is te Stolpen geschreven den 16den Septem
ber 1736 en zeer goed geschreven ook. Al
leen gebruikt zij in haar Duitsch vele
Fransche woorden, maar dat was toen de
mode. De gevangene schrijft, dat zij verlof
heeft gekregen om den persoon, aan wien
zij haar brief richt, te mogen ontvangen.
Zij spreekt met groote belangstelling van
haar dochter uit het huwelijk met baron
Hoym, die een Poolschen edelman heeft ge
trouwd. Maar de andere brief, blijkbaar
veel later geschreven, wijst op een diep
verval. De gravin von Cosel krabbelt met
moeite eenige woorden.
August de Sterke intusschen had zijn
avontuurlijk loven op de oude manier
voortgezet. Hij stierf den eersten Februari
1733.
Het zou natuurlijk een uitkomst zijn voor
onze groote veehouders, wanneer zij zich
onafhankelijk konden maken van hun melk
knechten en hun vee machinaal konden mel
ken. Dat zou heed wat gemak en waarschijn
lijk belangrijk voordeel op kunnen leveren.
In Amerika, het laad der uitvindingen,
maar men er naar streeft om alles zpo ge
makkelijk mogruijk te maken, en waar aller
lei zaken zoo mogelijk machinaal worden af
gedaan heeft men ree>ds jaren geleden een
melkmachine uitgedacht, waarmede ineens
veertig tot honderd koeien gemolken kon
den worden, terwijl al dc melk zich verza
melde in cdn groot reservoir. Die Amerika
nen zijn de recüamemenschen bij uitnemend
heid, en wanneer zij eenmaal iets hebben
gevonden, dan weten zij spoedig die vinding
wereldkundig te maken en er zooveel mo
gelijk voordeed uit te slaan. Met de noodi-
gen humbug zijn indertijd die melkmachines
aangekondigd' en aangeprezen, maar het
feit, dat zoo min in de Oude als in de
Nieuwe Werold er druk gebruik van wordt
gemaakt, is wol het duidelijkste bewijs, dat
er iets aan moet haperen. Bij de eerste
proef is het niet gebleven, later zijn nog
meerdere uitvindingen op dat gebied ge
daan, maar het resultaat bleek in do prac-
tijk altijd minder gunstig.
Het machinaal melken berust dan hierop,
dat door luchtverdunning met een lucht
pomp de melk vdt den uier wordt gedreven.
Deze handelswijze zou uitmuntend' slagen,
wanneer de melk als zoodanig in den uier
was opgehoopt en slechts leeggepompt
moest worden. Maar wié eenigszins met den
bouw en de werking van den uier op de
hoogte is, weet, dat daarin voor den aan
vang van het melken slechts heel weinig
melk, maar veel Woed aanwezig is. Onder
't melken wordt in het klierweefsel van den
uier de meeste melk nog gevormd door de
gestadige beweging in den uier. Wanneer
nu met een luchtpomp de lucht wordt weg
getogen, dan zal er wel een zachte druk op
het klierweefsel ontstaan, waardoor de melk
afscheiding wordt bevorderd, maar die druk
is regelmatig en steeds in dezelfde rienting
werkzaam, wordt daardoor minder krach
tig en de melkafscheiding vermindert. De
mindere opbrengst is dan ook de groote
reden, waarom de melkmachines minder op
gang maken, zelfs op de zeer intensieve be
drijven in het buitonland, waar ande?s de
besparing van handenarbeid het gr.mtste
voordeel opleveren zou. Bij het meiken met
een machine krijgt men wel de allereerste
melk, maar uit tal van onderzoekingen is
gebleken, dat clie stralen slechts heel weinig
vet bevatten en daarom voor de lot hu
kaasbereiding minder waarde hebben. ar
de laatste melkstralen, die het rijkst zijn
aan vet, krijgt men bij het machinaal mel
ken niet in den emmer. Men krijgt op die
wijze dus niet alSeen minder melk, maar
zij is bovendien procontisch armer aan ret,
zoodat uit een gelijk aantal K- O- melk min
der boter wordt bereidt.
Bij -de nieuwste manier van melken wordt
aangeraden, om na afloop den uier nog eens
aan alle zijden met de handen te drukken,
waarna men nog eens enkele bijzonder vet
rijke melkstralen krijgt. Die manipulatie
kan door een machine tooh zeker nooit wor
den toegopaat. Hoe men ook melken wil,
men zal toch altijd de melk moeten trekken
uit de respectieve uiers der koeien. "Wan
neer daar nu eens zieke kwartieren voorko
men, dan zal de machine daarvan weinig
verraden. Het opzetten der zuigbuizon, het
schoonhouden der toestellen, dat alles
vraagt ook nogal arbeid en tijd. Zoolang
daarom in de practijk geen goede melkma
chine wordt vertoond, zijn de geoefende han
den van een goeden melker als de allerbeste
machine te beschouwen.
Als alle kuikens uitgekomen zijn, of er
geen meer zijn te verwachten, dan late men
d'e hen met de jongen nog vier en twintig
uren zitten. Geheel verkeerd is het, om den
pas uitgekomen kuikens met do moeder
dadelijk uit het nest te nemen en voeder te
geven, daar zij nog minstens een etmaal 11a
het uitkomen kunnen teren op de laatste
overhiijfselen van den dooier.
Gebruiken de kuikens te vroeg voedsel,
dan is dit meestal de oorzaak van stoornis
sen in de spijsvertering. Zij kunnen het wel
acht en veertig uren zonder voedsel uithou
den en hebben slechts behoefte aan warmte.
Het beste is, dat men pl.m, 36 uur, dus
anderhalf etmaal na het uitkomen het eer
ste voedsel geeft. Dit besta liefst uit een
fijn gewreven hard gekookt ei, vermengd
roet wat ged'roogden fijn gewreven witte
brood. Ook geeft men wat fijne rijs, enz.
Men diene slechts weinig voedsel op éón maal
toe, maar dan natuurlijk eenige malen; in
het begin minstens vijf- of zesmaal per dag
De kuikens zullen het beste gedijen, wan
neer men na lederen maaltijd de voeder-
resten wegneemt en dus niet den geheelen
dag het voedsel laat staan, zoodat zij naar
believen eten kunnen, lederen keer moet
steeds frisch voeder gegeven worden. Bedor
ven zuur geworden voeder is zeer nadeelig
en meestal de oorzaak, dat' menig kuiken
sterft. Veel pluimveefokkers geven uitslui
tend melk te drinken. Wij geven er echter
d'e voorkeur het weeke voeder met melk te
vermengen, omdat de melk in de drinkbak-
jes, vooral bij warm weder, zeer spoedig
zuur en dan gevaarlijk wordt voor hot jonge
pluimvee.
Als drinken geven wij daarom slechts wa
ter, liefst met een weinig je ijzervitriool ver
mengd. Dit laatste bevordert de spijsverte
ring en bewaart de teere diertjes voor diar-
rhee, welke zich gewoonlijk op den vierden
dag begint te vertoonen en er vele doet
verloren gaan. Te beginnen met den vier
den levensdag voegen wij aan het voeder een
weinig zeer fijn gehakt groen toehierbij
dient zorg gedragen te worden voor afwis
seling, Week voeder moet steeds afwisse
lend met graanvoeder gegeven wordenin
melk licht opgekookte rijst, boekweitengort,
havergort, gebroken raais of gerst met melk
aangemengd. Dit mengsel moot geen brij
zijn, doch dient steeds kruimelig te blijven.
Fijn gehakt, gekookt vfiee-sch of runder-
hart, zoowel als warmen, larven en insec
ten, zijn natuurlijk een lekkernij en worden
aan vastzittende kuikens zoo mogelijk als
toegift bij 'hun gewoon voedsel verstrekt.
Dit laatste soort voedsel bevordert den
groei buitengewonn. Aan phospor-kalk mag
het in het voeders der kuikens nim
mer ontbreken, vooral niet in den tijd
van de vorming der veeren. Kevers
en andere insecten, die losloopende kuikens
in groote hoeveelheden kunnen vinden, be
vatton deze stof in voldoende mate. Wer
den de kuikens op een beperkte ruimte ge
houden, clan moet men aan het voeder wat
weit, gerst cn mais, te geven.