Ho. 16363.
Gemeenteraad van Leiden.
FEUILLETON.
ÜQ SMafómsitsnakes*.
11e pers ea de uitslag
XiBÏBSuH DAGBLAB, Vrijdag- 27 Jani. Tweede Blad.
[Vervolg der vergadering van gistermiddag
23. Voorstel van Mr. A. van der Eist tot
uitbreiding van het aantal leden der Com
missie van Beheer voor de Stedelijke Fa
brieken van Gas on Electriciteit en der
.Commissie van Fabricage. (126)
De heer Van der Eist verzekert dat
liet hier een kwestie is van zaken en niet
,van personen. Voor spr. is het argument,
[dat de commissie van drie leden bij afwe
zigheid van één lid eigenlijk onvoltallig is
overwegend. Hij toont dit nader aan.
Spr. vraagt, waarom eigenlijk de com
missie voor de lichtfabrieken een kleine
commissie prefereert. Er zijn altijd tal van
zaken die rijp moeten worden overwogen.
iVoor zaken die haast vragen is vijf ook niet
overbodig. Bovendien acht spr. opname in
zoo'n commissie van een jurist, een finan
cier en een technicus steeds gewenscht.
De commissie voor fabricage heeft een
Omvangrijke taak en soms moeten er zaken
blij ven liggen. Het daargenoemde bezwaar
yan onvoltalligheid deelt spr. niet.
Waarom kunnen voor fabricage de drin
gende zaken niet blijven op het raadhuis,
inplaats van dat ze circuleeren. Men kan
'dan bij afwezigheid er aanteekeningen bij
maken.
Het langer duren der vergaderingen acht
spr. geen goed argument.
Spr. memoreert de maanden lange af
wezigheid van den heer Korff, waardoor de
commissie al dien tijd uit twee leden be
staat. Een tijdelijke benoeming heeft hier
geen goed succes.
De heer Vergouwen oordeelt dat de
hoer Van der Eist niet diep op het prac-
tische der kwestie is ingegaan. Spr. moti-
yeert dit nader. Het middel acht hij erger
'dan de kwaal en liever wenscht spr. een
tijdelijk lid in een commissie. Het is altijd
moeilijk om do leden voor vergaderingen
bij elkaar te krijgen. Er is iets voor te --eg
gen dat de leden niet al te deskundig zijn.
Spr. wil in geen geval de commissie uit
breiden. Waarom ook de commissie voor fi
nanciën dan niet uitgebreid?
De heer Aalberse zegt dat indertijd
de commissie voor fabricage overwogen
heeft voor te stellen tot uitbreiding over
.te gaan, toen de electriciteitsfabrieken
kwamen. Eenstemmig was men van oor-
jdoel daartoe niet ovor te gaan. Spr. is niet
voor groote besturen, het vermindert het
(Verantwoordelijkheidsgevoel. Ook spr. be
handelt de kwestie van de gelegenheid tot
.vergaderen. Uitbreiding is verslechtering
yan een goed beheer.
De heer Fischer, wethouder, bestrijdt
pok het voorstel. De commissie voor fabri
cage ziet meer nadeelen dan voordeden in
het voorstel en spr. motiveert dit nader.
Het ter inzage leggen van de stukken
geeft weinig, door onderlinge bespreking
komt men tot een resultaat. De heer Fi-
Bcher geeft aan welke werkzaamheden de
JCommissie voor fabricage zooal moet ver
dichten. De commissie is er in hoofdzaak
een van advies. De Raad zou ten slotte uit
heele groote commissies bestaan.
De heer Kor e vaar oordeelt dat uit
breiding der commissies in den weg zou
etaan het op de hoogte zijn van alle leden
inzake alle kwesties. Spr. behandelt daarop
'de verdeeling der werkzaamheden. Vertra
ging van werkzaamheden zou het gevolg
sijn van uitbreiding.
De heer Van der Eist. verdedigt zijn
voorstel tegen de geopperde bezwaren en
blijft bij zijn opinie dat uitbreiding zeer ge-
Wenscht is. Spr. heeft nooit gemerkt dat
er in de commissie, voor de gestichten, een
van vijf personen, stagnatie was in het
Werk.
i De. heer S ij t s m a verdedigt het voorstel
(yan den heer Van der Eist. Het gaat in de
genoemde commissies niet alleen over tech
nische kwesties, maar ook over arbeidskwes-
[ties. Die commissies moeten zoo veelzijdig
mogelijk zijn. Dat vijf leden minder ver
antwoordelijkheid gevoelen dan drie ge
looft spr. niet.
ï)e heer A. Mulder heeft nog nooit
hooren klagen over een advies van fabri
cage. Hij begrijpt het voorstel niet.
De Voorzitter bestrijdt het voorstel
yan den heer Van der Eist. Hij wijst er
hog op dat het karakter van de commissie
yoor de gestichten een heel andere is. De
macht van den Raad is grooter bij kleine
commissies. Kleine zaken zal men bij groo-
jere commissies aan B. en Ws. overlaten.
Slot)
Mijn laatste hulpmiddelen moest ik er
(Voor opofferen, maar ik werd dan toch
een stalen cylinder machtig, vervaardigd
haar het aangegeven model. Ik vulde hem
met mijn compositie en het noodige dyna-
'miet, maakte mijn fornuis aan, legde het
heele ding op het vuur en ging een wan
deling doen".
Ik moest lachen om de leuke manier,
wcarop hij dit vertelde.
„Maar," vroeg ik, „dacht u aan niet,
'dat het huis in de lucht zou kunnen vlie
gen? Waren er geen andere bewoners?"
„Jawel, maar het was alles in het be
lang van de wetenschap", antwoordde hij'.
„Er woonden aan de straat een groenten-
man met zijn gezin en naast mij een schrij-
yer van bedelbrieven en een trap hooger
twee bloemenventsters. Misschien was het
Wel een beetje gedachteloos van mij. Maar
ik geloof, dat de meesten uit waren. Nu,
ter zake! Toen ik terugkwam, was het ding
nog waar ik het gelaten had, tus&ehen de
wit gloeiende kolen. De ontploffing had
dus plaatst gehad, zonder den cylinder te
doen barsten...... En toen stond ik voor
een ander probleem. U weet, dat tijd een
hoofdfactor is bij kristallisatie. Indien men
Het zal dan meer gaan bij besluit van den
directeur van den dienst.
Het voorstel om de commissie voor de
gasfabriek uit te breiden wordt v e r w o r-
p e n met 23 tegen 5 stemmen. Vóór stem
men do beeren Fokker, Sijtsma, Van der
Pot-, Botermans en Van deT Eist. Het voor
stel tot uitbreiding der commissie voor fa
bricage wordt met dezelfde stemmenver
houding verworpen.
24. Voorstel:
a. tot het verbinden van een vervolgklas-
se niet één jarigen cursus aan de school der
3e klasse No 8 aan de Medusastraat;
b. tot vaststelling van de verordening,
houdende wijziging der verordening van
19 April 1900 (Gem.blad No. 10), regelende
de heffing van schoolgelden aan de open
bare scholen voor Lager Onderwijs te Lei
den. (156)
Do Voorzitter geeft een kleine wij
ziging aan door B. en Ws. voorgesteld.
De heer Zwiers stelt voor het hierbij
te laten in verband met de bijzondere om
standigheden in deze week.
De Voorzitter acht dit niet ge
wenscht.
De heer P e r a heeft ook al van een ge
heime zitting gehoord, dan is hij sterk voor
eindigen.
De Voorzitter zegt, dat er oen zeer
korte geheime zitting plaats moet hebben.
De heer Sijtsma wil alleen dit voorstel
nog behandelen. Zaterdag zijn de stukken
gekomen. Twee dagen hebben de leden in
de stembureaux gezeten en ze hebben geen
tijd gehad om de stukken te lezen.
De V oorzitter zegt dat hiervoor toch
geen sprake kan zijn van de winkelsluiting.
De heer Carpcntier Alting heeft
indertijd gevraagd nog de schoolcommissie
te hooren. Het betrof toen een kwestie,
waaraan B. en Ws. nu tegemoet komen.
De schoolcommissie i3 niet gehoord en zij
heeft zelf daarom advies gegeven. Er is op
het voorstel nog al wat aan te merken.
Het is duidelijk dat er een gelegenheid
voor voortgezet onderwijs moet komen. Er
zijn twee gelegenhedenstichting van een
vervolgschool en stichting van een vervolg-
klasse. Plet i3 de vraag zal de school een
zelfstandig bestuur voeren of bij een an
dere school worden gevoegd.
Indien er een vervolgschool zal zijn, zal
elk schoolhoofd een bewijs kunnen afgeven
dat er geen gelegenheid zal zijn om aan
zijn school voortgezet onderwijs te genie
ten, indien er een klasse is kan geen enkel
hoofd dat doen. Praktisch wordt de ver
plichte leertijd verlengd tot dertien jaar.
Spr. acht dit niet erg, maar voert ver
schillende bezwaren aan. De inrichting,
kosten, enz. zijn niet te berekenen, wanneer
er een klasse komt. Er wordt een verschil
gemaakt tusschen openbaar en bijzonder
onderwijs. Aan de laatste scholen zal do
leerplichtige leeftijd niet verlengd worden,
aan de eerste wel. Daarom acht spr. een
school beter, wijl dan toch ook tegemoet
wordt gekomen aan den wensch voor voort
gezet onderwijs.
Spr. geeft in overweging de zaak nog
maals in handen te stellen van B. en Ws.
met de bedoeling dat deze met plannen
voor een vervolgschool zullen komen.
Spr. dient dienaangaande een motie in.
De motie wordt voldoende ondersteund.
De heer P e r a vraagt of het noodzake
lijk is om een andoren vorm te geven aan
deze onderwijsinrichting om den leerplich
tigen leeftijd niet -uit te breiden. Zoo ja,
dan is hij voor een vervolgschool, anders is
hij voor oen vervolgklasso. Men heeft hier
bovendien to doen met een proef..
De heer Zwiers sluit zich bij prof. Al
ting aan.
De heer Aalberse zegt dat het hier
lijnrecht ingaat tegen wat bij de arbeidswet
js betoogd. Men wilde van vrijzinnige zijde
den leerplichtigen leeftijd zien verhoogd tot
v.eertien jaar. De soc.-dem. hebben er zelfs
een voorstel van gemaakt.
De heer Zwiers: Ja, een algemeene
maatregel.
De heer Aalberse bevreemt deze te
genwerking van vrijzinnige zijde. Men gaat
een hoop geld uitgeven op die wijze zonder
dat men weet wat men heeft. Men gaat
dan bovendien lijnrecht in tegen den geest
van de arbeidswet.
De heer Bosch zegt dat een der motie
ven is dat men het niet mag doen, omdat
het bijzonder onderwijs het niet doen. Dit
wenschte hij op te merken.
De lieer Fokker zegt dat hier met fic
ties wordt gewerkt. Niet aan alle scholen
is die klas verbonden, slechts aan één
school. Spr. vraagt nog of het op weg van
de gemeente ligt om den leerplichtigen
leeftijd uit te breiden.
De Voorzitter bestrijdt dit betoog
van den heer Fokker. B. en Ws. hebben dit
opgevat om op de beste wijze het openbaar
onderwijs in aansluiting met de rekwes
ten te bevorderen.
De heer Aalberse bespreekt nader het
voorstel in verband met de strekking der
arbeidswet.
De heer Carpentier Alting voert
nog aan dat in de schoolcommissie ook de
voorstanders van bijzonder onderwijs zijn
opinie deelden.
Men wenschte hier geen verschil. Spr.
verdedigt zich tegen de aanvallen, dat een
tegenvoorstel komt van vrijzinnige zijde.
De ongelijkheid mag niet zijn dat voor kin-
deren der 3de en 4de klas scholen alleen de
maatregel wordt genomen van verlenging
van den leerplichtigen leeftijd tot 13 jaar.
De kinderen gaan dan misschien maar een
paar maanden naar die klas en verlaten ze
direct als ze. dertien jaar zijn. Dit is geheel
togen de bedoeling.
De heer P e r a wil de praktische zijde
bezien, hoe de ouders er over zullen den
ken. Er wordt gesnakt naar do verdienste
van die kinderen. Spr. gaat, dit verder na.
De Voorzitter stelt voor de beraad
slaging te schorsen. De wethouder van on
derwijs heeft ook nog wol iets te zeggen.
Na nog een korte discussie worden de
volgende punten en ook verdere behande
ling van dit punt uitgesteld tot de volgen
de vergadering, welke vastgesteld wordt
op Donderdag 10 Juli a.s.
De Vergadering gaat hierop over in een
zitting met gesloten deuren.
„De Tijd'' (roomsch-kath.)- merkt op,
dat ieder, ministerie zich door zijn werk
zaamheid vijanden heeft gemaakt, vooral
onder kortzichtigen, en dat het aan het
Kabinet-Heemskerk bovendien nog was be
schoren, „dat het, vooral in de eerste ja
ren van zijn werkzaamheid, de sterke op
positie had te verduren van den eigen
leider, dr. Kuyper, dia in de positie van
bestrijder meer dan in die van beschermer
genoegen had; een oppositie, die wel tot
bedaren gekomen is, maar ongetwijfeld
heeft nagewerkt".
Verder betreurt het blad het, dat het
machtige wapen van het verzet tegen de
voorgestelde. Tariefwet nu juist bij de
stembus in handen gegeven was van de be
strijders der Rechterzijde.
Voorts schrijft het blad o.m.:
„De sociaal-democraten, zeer versterkt
in aantal afgevaardigden, aanvaarden geen
verantwoordelijkheid voor de regeering.
De vrijzinnigen, te machteloos, kunnen het
"niet, wagen geen ,,da capo" van het Mi
nisterie-De Meester.
„Het wekt nog verbazing, dat. de Rech
terzijde na zóó heftige bestrijding zóó sterk
"uit den strijd komen kon, als het geval is,
.met een Kamer-minderheid van 45 stem
men. Dit getuigt toch van haar gezonde
innerlijke kracht.
„Zij neemt met die zeer te waardeeren
sterkte echter thans plaats in de banken
der oppositie.
„Er zal nu een zaken-kabinet moeten
komen, ds. Lieftinck heeft het gezegd
dat eehter juist geen zaken zal kunnen
doen, als de S.-D. A.-P. en haar trawanten
thans geëischt hebben.
„De sociaal-demooraten eischen geweldi
ge „zaken", die de Rechterzijde en ook
de Eerste Kamer verwerpt. De mannen
der concentratie, die, met de herstem
mingsbus voor zich, ontrouw geworden zijn
aan het concentratie-program, worden,
rustig voor vier jaar in de Kamer zitten
de, wel weer ontrouw aan hun beantwoor
ding der vier vragen van de S.-D. A.-P.
met name over het „onvervalschte".
„Grondwetsherziening, in den geest der
sociaal-democraten, is onmogelijk. Aan
twee derden der stemmen ontbreekt bij de
meest volstrekte gewilligheid, lijdelijkheid,
en gebogenheid van de met 9 vrij-liberalen
naar Rechts verschoven concentratie nog
te veel.
„Va.n politieke beteekenis kan niets tot
stand komen.
„Dan zal er eenigen tijd overheen gaan,
en niemand zal zich behoeven te verwonde-
„Toen begreep ik, dat ik in een hoek
gedreven was. Nu zou ik óf aan de politie
mijn geheimpje moeten verklappen en
daarmee al mijn winst verspelen, óf inge
rekend worden als een anarchist. Daarom
pakte ik mijn buurman bij den kraag, ran
selde hem een beetje en ging er met mijn
diamanten van door. Des avonds stond er
in de kranten te lezen, dat er alweer een
nieuwe fabriek van helsehe machines was
ontdekt, dank zij de nimmer rustende
werkzaamheid van onze wakkere politie 1
„En nu, en nu?"
„Hier loop ik nu, hier sta ik nu en kan
de dingen niet kwijt rakenGa ik naar
een deftigen juwelier, dan verzoekt men
mij even te wachten en laat ondertusschen
de politie halen. Kom ik bij een heler van
gestolen goed, dan wil men mij met een
paar shillings afschepen, onder bedreiging
van aanklacht. En zoo loop ik nu met een
waarde van een half millioen aan diaman
ten om mijn hals en zonder dak of voed
sel U is de eerste persoon, dien ik in
mijn vertrouwen heb genomen. Uw gezicht
trok mij aan en ik heb honger".
Hij keek mij weer in de oogen.
„Het zou van mijn kant krankzinnig
wezen", zeide ik, „een diamant onder
deze omstandigheden te koopen. Boven
dien heb ik geen honderd pond in mijn
zak. Maar ik geloof uw verhaal al meer
dan half. Weet ge wat: kom morgen op
mijn kantoor, en
„U houdt mij voor een dief!" viel hij
in. „U wilt de politie waarschuwen Maar
ik loop niet in uw val
„Als ge mij wantrouwt", zeide ik, „blijf
dan weg. Ilier is mijn kaartje. Ge kunt
komen of wegblijven. Doe wat ge wilt".
Hij nam mijn kaartje en dauibij een
geldstuk ten bewijze van mijn goeden wil.
„Vertrouw mij", zeide ik.
Hij schudde weifelend het hoofd.
„Uw geld", zeide hij, „zal ik u met hon
derd duizend proeent interest eeumaal te
rugbetalen".
In afwachting bewaar mijn geheim
en volg mij niet".
Hij stond op en verdween in het duister
van de Essexstrcet. Ik liet hem gaan. Eu
ik heb hem nimmer weergezien.
Later ontving ik tweemaal een brief' van
hem, met aanvrage om het zenden van
bankbiljetten aan een zeker adres. Ik
dacht er over na, maar ging er niet op in.
Eens bezocht hij mij op mijn kantoor, ter
wijl ik uit was. Mijn klerk beschreef hem
mij als een zeer mager, sjofel gekleed, erg
vervallen en akelig hoestende. Hij liet
geen boodschap achter. Ik heb nooit meer
iets van hem gehoord. En nog vraag ik
mij af: Wat was de man? Een krankzinni
ge, een dief of werkelijk de ontdekker
van het groote geheim, met zijn eigen
gemaakte diamanten in dcD zak, van hon
ger gestorven?
A 3131 <9 1013.
ren, als de opnieuw, gelijk in 1908, ontred
derde boedel, na een Kamerontbinding bij
voorbeeld, weder door een Rechtsch-Kabi-
net zal moeten worden aanvaard en over
genomen.
„De roeping, het Land te redden in de
uiterste verwarring, is zeker een eervolle.
Zij kan een hoogst verdienstelijke zijn en
een gelukkige, al is 's werelds loon dan
ook ondaDk.
„De Standaard" (anti-rev.) zegt dat
Links op alle manier zijn krijgs-eero ver
speeld heeft door zijn kracht te zoeken, niet
in politieke geestkracht, maar in saamge-
raapte hoopen geld, in laffe lastertaal, en
in onteerende kniebuiging van al wat libe
raal heette voor den sociaal-democratischen
imperator, wiens program men reeds had
overgeboekt."
'Verder schrijft het blad:
„Naar constitutioneelen eisch moet Links
thans gecombineerd in het Kabinet optre
den, gelijk het gecombineerd tenslotte on
der één vlag streed, en eerst zóó won.
„Mocht men nu, in flagranten strijd met
dezen vaststaanden constitutioneelen regel,
toch op een Kabinet van Zaken aansturen,
wete men dan wel, dat wij van anti-revo-
lutionnaire zijde in geen geval hiertoe de
hand leenen.
„Wie ook van Rechts, door portefeuille-
honger verleid, zich hiertoe leende, zou
van dat eigen oogenblik af, voor ons Anti-
revolutionnairen althans, een volstrekt
onmogelijk man geworden zijn. De groote
ban zou van dat oogenblik op hem rusten.
Er zou nooit cn nimmer voor zijn tent een
plaats in ons kamp meer zijn.
„Ook twijfelen we niet, of de beide an
dere partijen zullen er evenzoo over den
ken. Natuurlijk zijn beide geheel vrij, en
ten volle zullen we die vrijheid eerbiedi
gen maar kozen ze anders, dan zou vanzelf
elke verstandhouding met deze partijen
voor ons wegvallen.
„Ware een Zaken-kabinet op dit oogen
blik eisch van het constitutioneele Staats
recht, we zouden er naar plicht toe mede
werken. Nu vlak het omgekeerde waar is,
en zulk een Kabinet op verkrachtiging van
de kern van 't constitutionalisme zou neer
komen, en niets anders zijn zou, dan de on
geoorloofde poging om zich te onttrekken
aan een verantwoordelijkheid die men zelf
aanging, staat nu reeds vast, dat de An-
tirevolutionnaire partij, als zulk een
scheepje zonder vlag uit mocht zeilen, geen
j man aan boord geeft, en het in haar haven
niet toelaat.
„Zoo vast toch is thans Links de eenheid
onder leiding van mr. Troelstra geklonken, j
dat èn wat 't program betreft èn wat de
discipline aangaat, nog nimmer in ons land
een met zoo dikke ijzeren hoepels saamge- j
kuipt politiek vat na afloop van de stem- j
bus gereed stond om afgetapt te worden.
„Troelstra en hij alleen is nu de porte- i
jjarole. Borgesius, Tycieman cn Bos zijn i
slechts slippédragers. Hij is de. voorman,
die thans voor de patrijs staat en de vcr-
antwoordelijkhcid draagt,
j „Zij hebben slechts te volgen.
„Troelstra zit nu op den bok. Zij als zijn
gehoorzame palfreniers hebben zich te con-
tentecren met den kattëbak."
In een artikel, dat den titel draagt
,,Een Pyrrhus-overwinning" keert „De Ne
derlander" zich in hoofdzaak tegen de vrij
liberalen.
„Een man als Drion, den renegaat van
het Katholicisme, tot gee^n kerkgenoot
schap behoorende, te zien optreden als
verdediger van de Ned.-Herv. Kerk tegen
de, gelogene, aanslagen van een gelcovig
Hervormde, als baron Yan der Borch van
Yerwolde, wekt bij &lle weldenken slechts
hartgrondigen weerzin.
„En toen op deze wijze de conservatie
ven door de meest roekeloo&e ophitsing
en verleugening er in verschillende
districten als behouds-partij van Kerk,
Oranje en Vaderland in geslaagd waren,
zich in herstemming te brengen, maakte
men, op 't laatste moment, volte face, en
gaf zich, zonder eenigen waarborg of voor
waarde, ondanks de heiligste en uitdruk-
kelijkste verzekeringen van het tegen
deel, waarmede men het tot herstemming
gebracht had, over aan de S.-D. A.-P.
..Anders gezegd, de conservatieve partij
heeft haar succes te danken aan een sys
tematische verleugening van het volk, ge
ilet proces bespoedigt, worden de kristal
len klein; slechts bij zeer langzame vor
ming verkrijgt men kristallen van grootere
afmetingen. Ik besloot daarom den toestel
gedurende twee jaren te laten afkoelen,
door al dien tijd slechts heel geleidelijk
de temperatuur te laten dalen. Maar ik
was volslagen geldeloos. Mijn kamerhuur
moest ik betalen, ik moest een groot
vuur aanhouden, ik moest toch ook mijn
honger stillen, en ik bezat op de wereld
haast geen stuiver meer
Wat ik in dien tijd al gedaan heb om
aan den kost te komen, dat kan ik u niet
zeggen. Ik weet liet zelf niet meer. Ik
verkocht kranten, hield paarden bij den
heugel, opende de portieren van rijtuigen.
Weken lang verdiende ik een stuk droog
brood met het adresseeren van enveloppen.
Ik verkocht kranten, ik duwde ziekenwa»
geutjes, ik daalde tot de nederigste baan
tjes af, met welke slechts een boterham
te verdienen viel. Eens had ik een week
lang absoluut niets te doen en ik bedelde.
Gij kunt u geen denkbeeld maken van de
ontberingen en vernederingen die ik in dien
tijd heb uitgestaan. Wat een week
Op zekeren dag dreigde het vuur uit te
gaan en ik had in twee dagen niets gege-
teD, en toen gaf oen heertje, dat met zijn
dametje uit wandelen was, mij een sixpen
ce voor den geurDe ijdelheid van het
ventje redde mij. Hoe appetijtelijk roken
de vischkraampj'esMaar ik ging heen
en besteedde den heelen sixpence aan
kolen om mijn fornuis weer rood te sto
ken. En toen met mijn rammelende
maag:
Maar laat ik er over zwijgen. De honger
maakt ons allemaal tot dierenEinde
lijk dan, nu drie weken geleden, liet ik
het vuur uitgaan. Ik nam den cylinder
en onteoh roofde hem, terwijl hij nog zoo
heet was, dat ik mijn vingers er aan brand
de, en ik schrapte de lava-achtige massa
met een beitel er uit, en met een hamer,
heel voorzichtig, sloeg ,ik de bonken tot
poeder. En ik vond drie groote en vijf
kleine diamanten. En terwijl ik daar op
den vloer zat te kloppen en te wrijven,
ging mijn deur open en mijn buurman, de
bedelbriefschrijver, kwam binnen. Hij was
dronken, zooals hij in den regel is.
„Anarchist!" zeide hij.
„Je bent dronken", zei ik.
„Boel in de lucht laten vliegen?" lal
de hij.
„Loop naar je vader!" gaf ik hem ten
antwoord, bedoelende den Vader der
Leugonen.
„Wacht maar! Pas maar op je tellen!"
stotterde hij en tegen den deurpost leunen
de, begon hij mij al hikkend te vertellen,
dat hij al lang een oog op mij had gehou
den, en dat hij dien morgen alles aan de
politie had verteld en dat ze alles hadden
opgeteekend en mij zeker wel gauw eens
een bezoek zouden komen brengen.
paard een een systematische verlooche-'
ning harer gepretendeerde „beginsels".
„Tusschen ons en deze lieden zij voortaan
natuurlijk elke gemeenschap afgesneden"..
In een artikel „Rechts tegen Rood"
schrijft „De Nederlander":
„Al aanstonds kan als uitslag van deze
stembus worden vastgesteldeen geluk
kige verandering van het oppositie-front
der rechtsche minderheid.
„In de laatste jaren stond men met een
verdeelde verdedigings-linie, -die half te
gen rood, half tegen een zich nog steeds
als... iets anders dan rood voordoende
vrijzinnigheid gewend was.
„Deze valsche positie heeft de vrijzinnig
heid, schoon tevergeefs, ook bij deze stem
bus trachten te bewaren.
„Maar de zucht naar zetels heeft de hee-
ren parten gespeeld; de in het stuifzand
der- vrijzinnige beginselloosheid met moei
te gemarkeerde scheidingslijn tusschen ros
en rood is nog voor de herstemmingen door
de in hun zeteljacht snelvoetige overloopers
uitgewischt.
„Nu de „liberale" beginselen voortaan
jaarlijks worden vastgesteld op 't Paasch-
congres der S.-D. A.-P., hebben wij, recht-
schen, aan de phraseologieen der vrijzinni
ge parlementariërs verder zoo weinig moge
lijk aandacht te schenken.
Over het „electoraal aeooord" schrijft de
„Nieuwe Courant":
„Het omsloot Leiden, Ede en Ommen.
„In die drie districten moest de Christel.-
historische Unie onder het juk van dr. Kuy
per doorgaan. En zij verklaarde zich, met
begrijpeiijk-ui cn onverholen weeiri i, l*3-
reid.
„Eerste resultaat:
„Dr. De Visser, naast den heer Lobman
de bekwame leider der Christelijk-histori-
cslie fractie, uit de Kamer verwijderd, zon
der veel kans om daarin voorloopig terug
te keeren: Want Apeldoorn, het district van
graaf Van Bylandt, die misschien wel zijn
zetel zou willen ruimen, is een hoogst wan
kel bezit geworden Acht en tachtig stem
men verschil de heer Van Bylandt neemt
er zeker meer mede, als hij opstaat.
„Tweede resultaat:
„Leiden voor de coalitie verloren en door
de Liberale Unie met prof. Heeres bezet.
„Derde resultaat:
„Ede reeds bij eerste stemming behouden
voor het zwijgend Christelijk-histerisch pro
test tegen anti-revolutionnairen overmoed,
den heer Schimmelpenninck.
„Vierde resultaat:
„Ommen aan Biohon van Ysselmonde, het
sprekend Christelijk-historisch protest te
gen de Kuyperocratie en de protectie.
,,Het succes van het accoord is overweldi
gend Bijna zou men vragenhad de Leider
het listiger kunnen bedenken om cl? coalitie
in de war te sturen?"
„Het Vaderland" schrijft
„De Meiboom was te vroeg in dc kap
gezet. Hij ligt tegen den grond, tusschen
de afbraak van het coalitie-huis, dat men
reeds gereed waande voor altijd.
„De coalitie, die sinds ruim 5 jaren het
Nederlandsche volk op de grofste wijze
heeft doen gevoelen, dat zij de meerder
heid in de Staten-Generaal had, en dat
het een uit haar voortgekomen bewind was,
dat over Nederland regeerde, de coalitie,
die de ééne helft van Nederland oe-
schouwde als het eigenlijke Nederlandsche
volk, en de andere helft als overwonnenen,
die men niet te zeer behoefde te ontzien,
of hoogstens als verdoolden, die bekecring
en leiding van noodo hadden, dc coalitie
heeft op de gevoeligste wijze ondervonden,
dat haar macht op rotte zuilen stond, en
dat het volk, hetwelk zij stelselmatig tegen
elkander had opgehitst, nog kracht en een-
drachtszin genoeg bezat, om, als het noo-
dig was, zijn eensgezindheid te herwinnen,
en den tempel van huichelarij cn partij
geest in puin te werpen.
„Het is een waar strafgericht geweest,
dat over de coalitie is losgebarsten.
„De Anbi-Revólutionnaire partij is bijna
gehalveerd; zij werd van 20 tot 11 zetels
teruggebracht.
„De Christelijk-IIistorische partij onder
ging een bijna even erg lot. Haar 13 ze
tels werden teruggebracht tot 9, maar on
der deze 9 zijn Ede, waar Schimnielpen-
nick gekozen werd tegen het advies der