Ho. 16363. Gemeenteraad van Leiden. FEUILLETON. ÜQ SMafómsitsnakes*. 11e pers ea de uitslag XiBÏBSuH DAGBLAB, Vrijdag- 27 Jani. Tweede Blad. [Vervolg der vergadering van gistermiddag 23. Voorstel van Mr. A. van der Eist tot uitbreiding van het aantal leden der Com missie van Beheer voor de Stedelijke Fa brieken van Gas on Electriciteit en der .Commissie van Fabricage. (126) De heer Van der Eist verzekert dat liet hier een kwestie is van zaken en niet ,van personen. Voor spr. is het argument, [dat de commissie van drie leden bij afwe zigheid van één lid eigenlijk onvoltallig is overwegend. Hij toont dit nader aan. Spr. vraagt, waarom eigenlijk de com missie voor de lichtfabrieken een kleine commissie prefereert. Er zijn altijd tal van zaken die rijp moeten worden overwogen. iVoor zaken die haast vragen is vijf ook niet overbodig. Bovendien acht spr. opname in zoo'n commissie van een jurist, een finan cier en een technicus steeds gewenscht. De commissie voor fabricage heeft een Omvangrijke taak en soms moeten er zaken blij ven liggen. Het daargenoemde bezwaar yan onvoltalligheid deelt spr. niet. Waarom kunnen voor fabricage de drin gende zaken niet blijven op het raadhuis, inplaats van dat ze circuleeren. Men kan 'dan bij afwezigheid er aanteekeningen bij maken. Het langer duren der vergaderingen acht spr. geen goed argument. Spr. memoreert de maanden lange af wezigheid van den heer Korff, waardoor de commissie al dien tijd uit twee leden be staat. Een tijdelijke benoeming heeft hier geen goed succes. De heer Vergouwen oordeelt dat de hoer Van der Eist niet diep op het prac- tische der kwestie is ingegaan. Spr. moti- yeert dit nader. Het middel acht hij erger 'dan de kwaal en liever wenscht spr. een tijdelijk lid in een commissie. Het is altijd moeilijk om do leden voor vergaderingen bij elkaar te krijgen. Er is iets voor te --eg gen dat de leden niet al te deskundig zijn. Spr. wil in geen geval de commissie uit breiden. Waarom ook de commissie voor fi nanciën dan niet uitgebreid? De heer Aalberse zegt dat indertijd de commissie voor fabricage overwogen heeft voor te stellen tot uitbreiding over .te gaan, toen de electriciteitsfabrieken kwamen. Eenstemmig was men van oor- jdoel daartoe niet ovor te gaan. Spr. is niet voor groote besturen, het vermindert het (Verantwoordelijkheidsgevoel. Ook spr. be handelt de kwestie van de gelegenheid tot .vergaderen. Uitbreiding is verslechtering yan een goed beheer. De heer Fischer, wethouder, bestrijdt pok het voorstel. De commissie voor fabri cage ziet meer nadeelen dan voordeden in het voorstel en spr. motiveert dit nader. Het ter inzage leggen van de stukken geeft weinig, door onderlinge bespreking komt men tot een resultaat. De heer Fi- Bcher geeft aan welke werkzaamheden de JCommissie voor fabricage zooal moet ver dichten. De commissie is er in hoofdzaak een van advies. De Raad zou ten slotte uit heele groote commissies bestaan. De heer Kor e vaar oordeelt dat uit breiding der commissies in den weg zou etaan het op de hoogte zijn van alle leden inzake alle kwesties. Spr. behandelt daarop 'de verdeeling der werkzaamheden. Vertra ging van werkzaamheden zou het gevolg sijn van uitbreiding. De heer Van der Eist. verdedigt zijn voorstel tegen de geopperde bezwaren en blijft bij zijn opinie dat uitbreiding zeer ge- Wenscht is. Spr. heeft nooit gemerkt dat er in de commissie, voor de gestichten, een van vijf personen, stagnatie was in het Werk. i De. heer S ij t s m a verdedigt het voorstel (yan den heer Van der Eist. Het gaat in de genoemde commissies niet alleen over tech nische kwesties, maar ook over arbeidskwes- [ties. Die commissies moeten zoo veelzijdig mogelijk zijn. Dat vijf leden minder ver antwoordelijkheid gevoelen dan drie ge looft spr. niet. ï)e heer A. Mulder heeft nog nooit hooren klagen over een advies van fabri cage. Hij begrijpt het voorstel niet. De Voorzitter bestrijdt het voorstel yan den heer Van der Eist. Hij wijst er hog op dat het karakter van de commissie yoor de gestichten een heel andere is. De macht van den Raad is grooter bij kleine commissies. Kleine zaken zal men bij groo- jere commissies aan B. en Ws. overlaten. Slot) Mijn laatste hulpmiddelen moest ik er (Voor opofferen, maar ik werd dan toch een stalen cylinder machtig, vervaardigd haar het aangegeven model. Ik vulde hem met mijn compositie en het noodige dyna- 'miet, maakte mijn fornuis aan, legde het heele ding op het vuur en ging een wan deling doen". Ik moest lachen om de leuke manier, wcarop hij dit vertelde. „Maar," vroeg ik, „dacht u aan niet, 'dat het huis in de lucht zou kunnen vlie gen? Waren er geen andere bewoners?" „Jawel, maar het was alles in het be lang van de wetenschap", antwoordde hij'. „Er woonden aan de straat een groenten- man met zijn gezin en naast mij een schrij- yer van bedelbrieven en een trap hooger twee bloemenventsters. Misschien was het Wel een beetje gedachteloos van mij. Maar ik geloof, dat de meesten uit waren. Nu, ter zake! Toen ik terugkwam, was het ding nog waar ik het gelaten had, tus&ehen de wit gloeiende kolen. De ontploffing had dus plaatst gehad, zonder den cylinder te doen barsten...... En toen stond ik voor een ander probleem. U weet, dat tijd een hoofdfactor is bij kristallisatie. Indien men Het zal dan meer gaan bij besluit van den directeur van den dienst. Het voorstel om de commissie voor de gasfabriek uit te breiden wordt v e r w o r- p e n met 23 tegen 5 stemmen. Vóór stem men do beeren Fokker, Sijtsma, Van der Pot-, Botermans en Van deT Eist. Het voor stel tot uitbreiding der commissie voor fa bricage wordt met dezelfde stemmenver houding verworpen. 24. Voorstel: a. tot het verbinden van een vervolgklas- se niet één jarigen cursus aan de school der 3e klasse No 8 aan de Medusastraat; b. tot vaststelling van de verordening, houdende wijziging der verordening van 19 April 1900 (Gem.blad No. 10), regelende de heffing van schoolgelden aan de open bare scholen voor Lager Onderwijs te Lei den. (156) Do Voorzitter geeft een kleine wij ziging aan door B. en Ws. voorgesteld. De heer Zwiers stelt voor het hierbij te laten in verband met de bijzondere om standigheden in deze week. De Voorzitter acht dit niet ge wenscht. De heer P e r a heeft ook al van een ge heime zitting gehoord, dan is hij sterk voor eindigen. De Voorzitter zegt, dat er oen zeer korte geheime zitting plaats moet hebben. De heer Sijtsma wil alleen dit voorstel nog behandelen. Zaterdag zijn de stukken gekomen. Twee dagen hebben de leden in de stembureaux gezeten en ze hebben geen tijd gehad om de stukken te lezen. De V oorzitter zegt dat hiervoor toch geen sprake kan zijn van de winkelsluiting. De heer Carpcntier Alting heeft indertijd gevraagd nog de schoolcommissie te hooren. Het betrof toen een kwestie, waaraan B. en Ws. nu tegemoet komen. De schoolcommissie i3 niet gehoord en zij heeft zelf daarom advies gegeven. Er is op het voorstel nog al wat aan te merken. Het is duidelijk dat er een gelegenheid voor voortgezet onderwijs moet komen. Er zijn twee gelegenhedenstichting van een vervolgschool en stichting van een vervolg- klasse. Plet i3 de vraag zal de school een zelfstandig bestuur voeren of bij een an dere school worden gevoegd. Indien er een vervolgschool zal zijn, zal elk schoolhoofd een bewijs kunnen afgeven dat er geen gelegenheid zal zijn om aan zijn school voortgezet onderwijs te genie ten, indien er een klasse is kan geen enkel hoofd dat doen. Praktisch wordt de ver plichte leertijd verlengd tot dertien jaar. Spr. acht dit niet erg, maar voert ver schillende bezwaren aan. De inrichting, kosten, enz. zijn niet te berekenen, wanneer er een klasse komt. Er wordt een verschil gemaakt tusschen openbaar en bijzonder onderwijs. Aan de laatste scholen zal do leerplichtige leeftijd niet verlengd worden, aan de eerste wel. Daarom acht spr. een school beter, wijl dan toch ook tegemoet wordt gekomen aan den wensch voor voort gezet onderwijs. Spr. geeft in overweging de zaak nog maals in handen te stellen van B. en Ws. met de bedoeling dat deze met plannen voor een vervolgschool zullen komen. Spr. dient dienaangaande een motie in. De motie wordt voldoende ondersteund. De heer P e r a vraagt of het noodzake lijk is om een andoren vorm te geven aan deze onderwijsinrichting om den leerplich tigen leeftijd niet -uit te breiden. Zoo ja, dan is hij voor een vervolgschool, anders is hij voor oen vervolgklasso. Men heeft hier bovendien to doen met een proef.. De heer Zwiers sluit zich bij prof. Al ting aan. De heer Aalberse zegt dat het hier lijnrecht ingaat tegen wat bij de arbeidswet js betoogd. Men wilde van vrijzinnige zijde den leerplichtigen leeftijd zien verhoogd tot v.eertien jaar. De soc.-dem. hebben er zelfs een voorstel van gemaakt. De heer Zwiers: Ja, een algemeene maatregel. De heer Aalberse bevreemt deze te genwerking van vrijzinnige zijde. Men gaat een hoop geld uitgeven op die wijze zonder dat men weet wat men heeft. Men gaat dan bovendien lijnrecht in tegen den geest van de arbeidswet. De heer Bosch zegt dat een der motie ven is dat men het niet mag doen, omdat het bijzonder onderwijs het niet doen. Dit wenschte hij op te merken. De lieer Fokker zegt dat hier met fic ties wordt gewerkt. Niet aan alle scholen is die klas verbonden, slechts aan één school. Spr. vraagt nog of het op weg van de gemeente ligt om den leerplichtigen leeftijd uit te breiden. De Voorzitter bestrijdt dit betoog van den heer Fokker. B. en Ws. hebben dit opgevat om op de beste wijze het openbaar onderwijs in aansluiting met de rekwes ten te bevorderen. De heer Aalberse bespreekt nader het voorstel in verband met de strekking der arbeidswet. De heer Carpentier Alting voert nog aan dat in de schoolcommissie ook de voorstanders van bijzonder onderwijs zijn opinie deelden. Men wenschte hier geen verschil. Spr. verdedigt zich tegen de aanvallen, dat een tegenvoorstel komt van vrijzinnige zijde. De ongelijkheid mag niet zijn dat voor kin- deren der 3de en 4de klas scholen alleen de maatregel wordt genomen van verlenging van den leerplichtigen leeftijd tot 13 jaar. De kinderen gaan dan misschien maar een paar maanden naar die klas en verlaten ze direct als ze. dertien jaar zijn. Dit is geheel togen de bedoeling. De heer P e r a wil de praktische zijde bezien, hoe de ouders er over zullen den ken. Er wordt gesnakt naar do verdienste van die kinderen. Spr. gaat, dit verder na. De Voorzitter stelt voor de beraad slaging te schorsen. De wethouder van on derwijs heeft ook nog wol iets te zeggen. Na nog een korte discussie worden de volgende punten en ook verdere behande ling van dit punt uitgesteld tot de volgen de vergadering, welke vastgesteld wordt op Donderdag 10 Juli a.s. De Vergadering gaat hierop over in een zitting met gesloten deuren. „De Tijd'' (roomsch-kath.)- merkt op, dat ieder, ministerie zich door zijn werk zaamheid vijanden heeft gemaakt, vooral onder kortzichtigen, en dat het aan het Kabinet-Heemskerk bovendien nog was be schoren, „dat het, vooral in de eerste ja ren van zijn werkzaamheid, de sterke op positie had te verduren van den eigen leider, dr. Kuyper, dia in de positie van bestrijder meer dan in die van beschermer genoegen had; een oppositie, die wel tot bedaren gekomen is, maar ongetwijfeld heeft nagewerkt". Verder betreurt het blad het, dat het machtige wapen van het verzet tegen de voorgestelde. Tariefwet nu juist bij de stembus in handen gegeven was van de be strijders der Rechterzijde. Voorts schrijft het blad o.m.: „De sociaal-democraten, zeer versterkt in aantal afgevaardigden, aanvaarden geen verantwoordelijkheid voor de regeering. De vrijzinnigen, te machteloos, kunnen het "niet, wagen geen ,,da capo" van het Mi nisterie-De Meester. „Het wekt nog verbazing, dat. de Rech terzijde na zóó heftige bestrijding zóó sterk "uit den strijd komen kon, als het geval is, .met een Kamer-minderheid van 45 stem men. Dit getuigt toch van haar gezonde innerlijke kracht. „Zij neemt met die zeer te waardeeren sterkte echter thans plaats in de banken der oppositie. „Er zal nu een zaken-kabinet moeten komen, ds. Lieftinck heeft het gezegd dat eehter juist geen zaken zal kunnen doen, als de S.-D. A.-P. en haar trawanten thans geëischt hebben. „De sociaal-demooraten eischen geweldi ge „zaken", die de Rechterzijde en ook de Eerste Kamer verwerpt. De mannen der concentratie, die, met de herstem mingsbus voor zich, ontrouw geworden zijn aan het concentratie-program, worden, rustig voor vier jaar in de Kamer zitten de, wel weer ontrouw aan hun beantwoor ding der vier vragen van de S.-D. A.-P. met name over het „onvervalschte". „Grondwetsherziening, in den geest der sociaal-democraten, is onmogelijk. Aan twee derden der stemmen ontbreekt bij de meest volstrekte gewilligheid, lijdelijkheid, en gebogenheid van de met 9 vrij-liberalen naar Rechts verschoven concentratie nog te veel. „Va.n politieke beteekenis kan niets tot stand komen. „Dan zal er eenigen tijd overheen gaan, en niemand zal zich behoeven te verwonde- „Toen begreep ik, dat ik in een hoek gedreven was. Nu zou ik óf aan de politie mijn geheimpje moeten verklappen en daarmee al mijn winst verspelen, óf inge rekend worden als een anarchist. Daarom pakte ik mijn buurman bij den kraag, ran selde hem een beetje en ging er met mijn diamanten van door. Des avonds stond er in de kranten te lezen, dat er alweer een nieuwe fabriek van helsehe machines was ontdekt, dank zij de nimmer rustende werkzaamheid van onze wakkere politie 1 „En nu, en nu?" „Hier loop ik nu, hier sta ik nu en kan de dingen niet kwijt rakenGa ik naar een deftigen juwelier, dan verzoekt men mij even te wachten en laat ondertusschen de politie halen. Kom ik bij een heler van gestolen goed, dan wil men mij met een paar shillings afschepen, onder bedreiging van aanklacht. En zoo loop ik nu met een waarde van een half millioen aan diaman ten om mijn hals en zonder dak of voed sel U is de eerste persoon, dien ik in mijn vertrouwen heb genomen. Uw gezicht trok mij aan en ik heb honger". Hij keek mij weer in de oogen. „Het zou van mijn kant krankzinnig wezen", zeide ik, „een diamant onder deze omstandigheden te koopen. Boven dien heb ik geen honderd pond in mijn zak. Maar ik geloof uw verhaal al meer dan half. Weet ge wat: kom morgen op mijn kantoor, en „U houdt mij voor een dief!" viel hij in. „U wilt de politie waarschuwen Maar ik loop niet in uw val „Als ge mij wantrouwt", zeide ik, „blijf dan weg. Ilier is mijn kaartje. Ge kunt komen of wegblijven. Doe wat ge wilt". Hij nam mijn kaartje en dauibij een geldstuk ten bewijze van mijn goeden wil. „Vertrouw mij", zeide ik. Hij schudde weifelend het hoofd. „Uw geld", zeide hij, „zal ik u met hon derd duizend proeent interest eeumaal te rugbetalen". In afwachting bewaar mijn geheim en volg mij niet". Hij stond op en verdween in het duister van de Essexstrcet. Ik liet hem gaan. Eu ik heb hem nimmer weergezien. Later ontving ik tweemaal een brief' van hem, met aanvrage om het zenden van bankbiljetten aan een zeker adres. Ik dacht er over na, maar ging er niet op in. Eens bezocht hij mij op mijn kantoor, ter wijl ik uit was. Mijn klerk beschreef hem mij als een zeer mager, sjofel gekleed, erg vervallen en akelig hoestende. Hij liet geen boodschap achter. Ik heb nooit meer iets van hem gehoord. En nog vraag ik mij af: Wat was de man? Een krankzinni ge, een dief of werkelijk de ontdekker van het groote geheim, met zijn eigen gemaakte diamanten in dcD zak, van hon ger gestorven? A 3131 <9 1013. ren, als de opnieuw, gelijk in 1908, ontred derde boedel, na een Kamerontbinding bij voorbeeld, weder door een Rechtsch-Kabi- net zal moeten worden aanvaard en over genomen. „De roeping, het Land te redden in de uiterste verwarring, is zeker een eervolle. Zij kan een hoogst verdienstelijke zijn en een gelukkige, al is 's werelds loon dan ook ondaDk. „De Standaard" (anti-rev.) zegt dat Links op alle manier zijn krijgs-eero ver speeld heeft door zijn kracht te zoeken, niet in politieke geestkracht, maar in saamge- raapte hoopen geld, in laffe lastertaal, en in onteerende kniebuiging van al wat libe raal heette voor den sociaal-democratischen imperator, wiens program men reeds had overgeboekt." 'Verder schrijft het blad: „Naar constitutioneelen eisch moet Links thans gecombineerd in het Kabinet optre den, gelijk het gecombineerd tenslotte on der één vlag streed, en eerst zóó won. „Mocht men nu, in flagranten strijd met dezen vaststaanden constitutioneelen regel, toch op een Kabinet van Zaken aansturen, wete men dan wel, dat wij van anti-revo- lutionnaire zijde in geen geval hiertoe de hand leenen. „Wie ook van Rechts, door portefeuille- honger verleid, zich hiertoe leende, zou van dat eigen oogenblik af, voor ons Anti- revolutionnairen althans, een volstrekt onmogelijk man geworden zijn. De groote ban zou van dat oogenblik op hem rusten. Er zou nooit cn nimmer voor zijn tent een plaats in ons kamp meer zijn. „Ook twijfelen we niet, of de beide an dere partijen zullen er evenzoo over den ken. Natuurlijk zijn beide geheel vrij, en ten volle zullen we die vrijheid eerbiedi gen maar kozen ze anders, dan zou vanzelf elke verstandhouding met deze partijen voor ons wegvallen. „Ware een Zaken-kabinet op dit oogen blik eisch van het constitutioneele Staats recht, we zouden er naar plicht toe mede werken. Nu vlak het omgekeerde waar is, en zulk een Kabinet op verkrachtiging van de kern van 't constitutionalisme zou neer komen, en niets anders zijn zou, dan de on geoorloofde poging om zich te onttrekken aan een verantwoordelijkheid die men zelf aanging, staat nu reeds vast, dat de An- tirevolutionnaire partij, als zulk een scheepje zonder vlag uit mocht zeilen, geen j man aan boord geeft, en het in haar haven niet toelaat. „Zoo vast toch is thans Links de eenheid onder leiding van mr. Troelstra geklonken, j dat èn wat 't program betreft èn wat de discipline aangaat, nog nimmer in ons land een met zoo dikke ijzeren hoepels saamge- j kuipt politiek vat na afloop van de stem- j bus gereed stond om afgetapt te worden. „Troelstra en hij alleen is nu de porte- i jjarole. Borgesius, Tycieman cn Bos zijn i slechts slippédragers. Hij is de. voorman, die thans voor de patrijs staat en de vcr- antwoordelijkhcid draagt, j „Zij hebben slechts te volgen. „Troelstra zit nu op den bok. Zij als zijn gehoorzame palfreniers hebben zich te con- tentecren met den kattëbak." In een artikel, dat den titel draagt ,,Een Pyrrhus-overwinning" keert „De Ne derlander" zich in hoofdzaak tegen de vrij liberalen. „Een man als Drion, den renegaat van het Katholicisme, tot gee^n kerkgenoot schap behoorende, te zien optreden als verdediger van de Ned.-Herv. Kerk tegen de, gelogene, aanslagen van een gelcovig Hervormde, als baron Yan der Borch van Yerwolde, wekt bij &lle weldenken slechts hartgrondigen weerzin. „En toen op deze wijze de conservatie ven door de meest roekeloo&e ophitsing en verleugening er in verschillende districten als behouds-partij van Kerk, Oranje en Vaderland in geslaagd waren, zich in herstemming te brengen, maakte men, op 't laatste moment, volte face, en gaf zich, zonder eenigen waarborg of voor waarde, ondanks de heiligste en uitdruk- kelijkste verzekeringen van het tegen deel, waarmede men het tot herstemming gebracht had, over aan de S.-D. A.-P. ..Anders gezegd, de conservatieve partij heeft haar succes te danken aan een sys tematische verleugening van het volk, ge ilet proces bespoedigt, worden de kristal len klein; slechts bij zeer langzame vor ming verkrijgt men kristallen van grootere afmetingen. Ik besloot daarom den toestel gedurende twee jaren te laten afkoelen, door al dien tijd slechts heel geleidelijk de temperatuur te laten dalen. Maar ik was volslagen geldeloos. Mijn kamerhuur moest ik betalen, ik moest een groot vuur aanhouden, ik moest toch ook mijn honger stillen, en ik bezat op de wereld haast geen stuiver meer Wat ik in dien tijd al gedaan heb om aan den kost te komen, dat kan ik u niet zeggen. Ik weet liet zelf niet meer. Ik verkocht kranten, hield paarden bij den heugel, opende de portieren van rijtuigen. Weken lang verdiende ik een stuk droog brood met het adresseeren van enveloppen. Ik verkocht kranten, ik duwde ziekenwa» geutjes, ik daalde tot de nederigste baan tjes af, met welke slechts een boterham te verdienen viel. Eens had ik een week lang absoluut niets te doen en ik bedelde. Gij kunt u geen denkbeeld maken van de ontberingen en vernederingen die ik in dien tijd heb uitgestaan. Wat een week Op zekeren dag dreigde het vuur uit te gaan en ik had in twee dagen niets gege- teD, en toen gaf oen heertje, dat met zijn dametje uit wandelen was, mij een sixpen ce voor den geurDe ijdelheid van het ventje redde mij. Hoe appetijtelijk roken de vischkraampj'esMaar ik ging heen en besteedde den heelen sixpence aan kolen om mijn fornuis weer rood te sto ken. En toen met mijn rammelende maag: Maar laat ik er over zwijgen. De honger maakt ons allemaal tot dierenEinde lijk dan, nu drie weken geleden, liet ik het vuur uitgaan. Ik nam den cylinder en onteoh roofde hem, terwijl hij nog zoo heet was, dat ik mijn vingers er aan brand de, en ik schrapte de lava-achtige massa met een beitel er uit, en met een hamer, heel voorzichtig, sloeg ,ik de bonken tot poeder. En ik vond drie groote en vijf kleine diamanten. En terwijl ik daar op den vloer zat te kloppen en te wrijven, ging mijn deur open en mijn buurman, de bedelbriefschrijver, kwam binnen. Hij was dronken, zooals hij in den regel is. „Anarchist!" zeide hij. „Je bent dronken", zei ik. „Boel in de lucht laten vliegen?" lal de hij. „Loop naar je vader!" gaf ik hem ten antwoord, bedoelende den Vader der Leugonen. „Wacht maar! Pas maar op je tellen!" stotterde hij en tegen den deurpost leunen de, begon hij mij al hikkend te vertellen, dat hij al lang een oog op mij had gehou den, en dat hij dien morgen alles aan de politie had verteld en dat ze alles hadden opgeteekend en mij zeker wel gauw eens een bezoek zouden komen brengen. paard een een systematische verlooche-' ning harer gepretendeerde „beginsels". „Tusschen ons en deze lieden zij voortaan natuurlijk elke gemeenschap afgesneden".. In een artikel „Rechts tegen Rood" schrijft „De Nederlander": „Al aanstonds kan als uitslag van deze stembus worden vastgesteldeen geluk kige verandering van het oppositie-front der rechtsche minderheid. „In de laatste jaren stond men met een verdeelde verdedigings-linie, -die half te gen rood, half tegen een zich nog steeds als... iets anders dan rood voordoende vrijzinnigheid gewend was. „Deze valsche positie heeft de vrijzinnig heid, schoon tevergeefs, ook bij deze stem bus trachten te bewaren. „Maar de zucht naar zetels heeft de hee- ren parten gespeeld; de in het stuifzand der- vrijzinnige beginselloosheid met moei te gemarkeerde scheidingslijn tusschen ros en rood is nog voor de herstemmingen door de in hun zeteljacht snelvoetige overloopers uitgewischt. „Nu de „liberale" beginselen voortaan jaarlijks worden vastgesteld op 't Paasch- congres der S.-D. A.-P., hebben wij, recht- schen, aan de phraseologieen der vrijzinni ge parlementariërs verder zoo weinig moge lijk aandacht te schenken. Over het „electoraal aeooord" schrijft de „Nieuwe Courant": „Het omsloot Leiden, Ede en Ommen. „In die drie districten moest de Christel.- historische Unie onder het juk van dr. Kuy per doorgaan. En zij verklaarde zich, met begrijpeiijk-ui cn onverholen weeiri i, l*3- reid. „Eerste resultaat: „Dr. De Visser, naast den heer Lobman de bekwame leider der Christelijk-histori- cslie fractie, uit de Kamer verwijderd, zon der veel kans om daarin voorloopig terug te keeren: Want Apeldoorn, het district van graaf Van Bylandt, die misschien wel zijn zetel zou willen ruimen, is een hoogst wan kel bezit geworden Acht en tachtig stem men verschil de heer Van Bylandt neemt er zeker meer mede, als hij opstaat. „Tweede resultaat: „Leiden voor de coalitie verloren en door de Liberale Unie met prof. Heeres bezet. „Derde resultaat: „Ede reeds bij eerste stemming behouden voor het zwijgend Christelijk-histerisch pro test tegen anti-revolutionnairen overmoed, den heer Schimmelpenninck. „Vierde resultaat: „Ommen aan Biohon van Ysselmonde, het sprekend Christelijk-historisch protest te gen de Kuyperocratie en de protectie. ,,Het succes van het accoord is overweldi gend Bijna zou men vragenhad de Leider het listiger kunnen bedenken om cl? coalitie in de war te sturen?" „Het Vaderland" schrijft „De Meiboom was te vroeg in dc kap gezet. Hij ligt tegen den grond, tusschen de afbraak van het coalitie-huis, dat men reeds gereed waande voor altijd. „De coalitie, die sinds ruim 5 jaren het Nederlandsche volk op de grofste wijze heeft doen gevoelen, dat zij de meerder heid in de Staten-Generaal had, en dat het een uit haar voortgekomen bewind was, dat over Nederland regeerde, de coalitie, die de ééne helft van Nederland oe- schouwde als het eigenlijke Nederlandsche volk, en de andere helft als overwonnenen, die men niet te zeer behoefde te ontzien, of hoogstens als verdoolden, die bekecring en leiding van noodo hadden, dc coalitie heeft op de gevoeligste wijze ondervonden, dat haar macht op rotte zuilen stond, en dat het volk, hetwelk zij stelselmatig tegen elkander had opgehitst, nog kracht en een- drachtszin genoeg bezat, om, als het noo- dig was, zijn eensgezindheid te herwinnen, en den tempel van huichelarij cn partij geest in puin te werpen. „Het is een waar strafgericht geweest, dat over de coalitie is losgebarsten. „De Anbi-Revólutionnaire partij is bijna gehalveerd; zij werd van 20 tot 11 zetels teruggebracht. „De Christelijk-IIistorische partij onder ging een bijna even erg lot. Haar 13 ze tels werden teruggebracht tot 9, maar on der deze 9 zijn Ede, waar Schimnielpen- nick gekozen werd tegen het advies der

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1913 | | pagina 5