LEIDSGE DAGBLAD, Woensdag* 16 April. Tweede Blad. 2To. Ï6363. Buitenlandseh Overzicht. Anno 1913. Uit de „Staatscourant". Faillissementen. FEUILLETON. Wraak. Tweede Kamer. Gisteren bereikte ons een bericht, dat ons zeer vreemd voorkwam. Een tweede tele gram, betrekking hebbend op hetzelfde on derwerp voJgde. Deze beide telegrammen waren zeer vaag en onbegrijpelijk. We meenden dat hier gedoeld werd op de lan ding -der „Zeppelin IV", doch naderhand lij uitgebreide mededeelingen gekomen, die juist hadden moeten voorafgaan. De be doelde telegramen hebben mets uitstaande met de lantkng van het Duiteohe luchtschip bij het op niet grooten afstand van Nancy gelegen Lunéville. Het geval moet zich als volgt hebben toegedragen. Zondagavond woonden verscheidene Duitr echers in het Casino-Theater te Nancy de voorstelling bij van een patriottisch stuk. Op een gegeven oogenblik begonnen z-ij te fluiten en voor Frankrijk bel©©- digende opmerkingen te maken, hetgeen heftige protesten van den kant hun ner buurlieden, twee Fransche studenten, uitlokte. De Duitschers zwegen en de voorstelling liep zonder nieuwe incidenten ten einde. Bij het uitgaan van den schouwburg wachtten de studenten de Duitschers op, die zich met hun drie dames naar „Brasserie Lorraine" begaven, en wierpen him eenige schimp scheuten naar het hoofd Daar in het genoemde restaurant, waar op dat oogenblik een honderdtal personen soupeerden, de studenten en de Duitechers hun heftige woordenwisseling voortzetten, verzocht de eigenaar van het lokaal den studenten, heen te gaan, wat zij dan ook deden. De Duitschers soupeerden nu kalm, daar niemand hun een enkel woord toevoegde en verlieten de brasserie op het sluitingsuur, omstreeks halftwee 's nachts. Toen zij zich naar het station begaven, om daar den trein van 2.40 uur naar Metz te nemen, werden zij gevolgd door hoogstens twintig personen, waaronder de twee studenten, die hen uitjouwden. Op een zeker oogenblik werden er een paar wa ndelstoktikken gewis seld, maar het is onmogelijk te zeggen aan welke zijde het eerst geslagen werd. Op het station zelf had geen enkele buitenspo righeid plaats. Het incident had zoo weinig volk getrokken, dat de plaatselijke bladen van Nancy er in het geheel niets van wisten. Maar wel wijdde de „Lothringer Zeitung", een anti-Fransch blad van Me-ssin, Maan- da gavond een lang artikel aan het incident, daarbij de feiten overdrijvend en er allerlei haren ten berge drijvebde' bijzonderheden aan toevoegend. Volgens dit fantastische en tendentieus© Verbaal, hetwelk het Wolff-agentschap zich haastte, naar alle vier hoeken van het Duifc- eohe rijk te seinen, zouden de Duitschers afschuwelijk mishandeld zijn, gedwongen zijn geworden op de knieën te gaan liggen en in die vernederende houding de Fran sche officieren te groeten, die vroolijk dit schouwspel gadesloegen. Van dat verhaal in de Duitsche bladen moet geen woord waar zijn en daarom zal het incident wel met een sisser afloopen. Wanneer Frajischen in Duitschland bij een tooneelv oorstelling even onhebbelijk waren, zouden de Duitschers hun dit ook wel voldoende laten gevoelen. Heel voorkomend zijn onze oostelijke na buren niet voor de Franschen. In Maagdenburg waren door de sociaal democraten Zondag twee meetings bijeenge roepen, waarop verschillende sprekers het woord zcuaen voeren over de leger- en do dekkingswetfcen en o.ra. ook de Fransoho afgevaardigde Compère-Morel zou spreken over den „Strijd van het Fransche proleta riaat tegen het chauvinisme/ Bij zijn aankomst in Maagdenburg werd Saterdag de heer Compère-Morel ontvangen door een politie-agent, die hem een bevel van den politie-president overhandigde, in de Duitsche en in de Fransche taal!, om hem te verbieden te spreken en zelfs de bijeen komsten van Zondag bij te wonen. Handelen in strijd met dit verbod zou worden gestraft met uitzetting. Zondag den geheelen dag werd Compère- Morel gevolgd door politie-agentenbij het vergaderlokaal werd hem niet toegestaan uit zijn auto te stappen, doch werd hij met den redacteur van de „Volksstimme", Ba der, gearresteerd en naar het bureau ge bracht. Zoo behandelt de Fransche regering in elk geval geen Duitschers. Intusschen stelt de Fransche regeerisng ten pleiziere van de Duitsche autoriteiten te Nancy een onderzoek in. Frankrijk krijgt behalve van koning Al- fons ook nog bezoek van den koning van Zweden. Het laatste bezoek is evenwel niet officieel. De koning reist incognito en is reeds te Parijs aangekomen. De verrassende mededeeling, dat d e pTesidentkoning George te Londen een bezoek zal b r e n- g e n is met vreugde begroet. D Fransche pers houdt beschouwingen over de Fransch- Engelsche entente in verband me dit bezoek en wijst op de hartelijke verhouding tus- schen beide landen. De conferentie van Duitsché en Fransche parlementsleden ter bespreking van de be wapening in Duitschland en Frankrijk zal met Pinksteren te Bern worden gehouden. De Fransohman Bao, aangehouden op verdenking van medeplichtig heid aan den aanslag op koning Alfo s, is in vrijheid gesteld. De politie heeft den anarchist Antonio Loranzo aangehouden. Men zocht naar hem, omdat hij dagelijks Alegre, den man die den aanslag op den Koning heeft gepleegd, placht te bezoeken. In de Fransche haven La Rochelle leg den de dokwerkers eergisteren den arbeid neer. Ze eisohten meer loon. Thans komt het bericht, dat gisteren het werk is hervat, maar of de eischen zijn ingewilligd of niet wordt niet meege deeld. De Engelsche regeering oordeelt, dat de lankmoedigheid tegen de kiesrechtdames wat moet worden verminderd. De strijd sters zelf zijn de aanlèidende oorzaak hier toe. Door haar gedrag heeft de regeering zöch genoodzaakt gezien alle vergade ringen op openbare plaatsen te verbieden. De termijn een eisch in te stellen tegen d3 White Star Line wegens verliezen, ge leden bij het vergaan van de „Ti tanic", is door het Federale Hof ver lengd voor twee procureurs, die opkomen voor ongeveer 60 eischers. Een die opkomt voor zeven eischers, die in Zwitserland ver blijven, heeft 30 dagen uitstel gekregen, de ander, die de belangen van meer dan vijftig immigranten waarneemt, een week. Het totaal der bedragen die door 685 eischers gevorderd worden J s 11,7174,604 dollars. - Er kunnen nu geen eischen meer worden ingediend. De Italianen kunnen hun plei- zier wel op in Tripolis. Misschien wilden ze wel graag, dat ze nooit de onder neming waren begonnen. Eerst de oorlog met Turkije en toen dat was afgeloopen kwam eigenlijk het ergste, de strijl met de volksstammen. Er is weer gevochten de laatste dagen. Nogal tamelijk veel dooden en gewonden aan beide zijden. De tijd dat in Tripolis de rust zal zijn weergekeerd zal nog wel ver afliggen. Het parlement van den staat Ohio heeft een wet aangenomen, welke de strekking heeft geldelijken b ij stand te bezor gen aan behoeftige moeders; ten einde haar het grootbrengen der kinderen te vergemakke- 1 ij k e n. Een vrouw met één kind zal 374 gulden per maand ontvangen, met een toeslag van 174 giPden 's maands voor elk volgend kind. Als voorwaarden zijn gesteld, dat de moeder ten minste twee jaar in Ohio woont, dat zij weduwe is of dat haar man hetzij lichamelijk of geestelijk gebrek kig is, of wel haar heeft laten zitten, ter wijl de kijnderen voor welke zij trekt, jon gens onder de vijftien of meisjes onder de zestien moeten zijn. Bovendien wordt de ment op art. 65 van de strekking om d© ongelijkheid te doen ophouden, dat de premie van den werkgever bij dwangbevel kan wor den ingevorderd, van den arbeider niet. Hij wil ook tegenover den arbeider invordering bij dwangbevel. Anders krijgt men een klasse wetgeving. Buitendien is het cok in het be lang van den arbeider. Immers, als de over heid geen dwangbevel kan gebruiken, moet de Raad van Arbeid tot een gewoon proces overgaan, dat veel erger lj voce den be trokkene. De Minister had geen bezwaar togen het amendement. De heer Limburg had. daarentegen be zwaar tegen heel de invordering bij dwang bevel. Hij achtte deze in strijd met d* Grondwet, omdat liier een gewone eigen dom sactie is. Heden voortzetting. „Patrimonium.1' Te Rotterdam werd de 32ste jaarlijksche algemeene vergadering gehouden van het „Nederlandsoh Werklieden-Verbond „Pa trimonium". Na een godsdienstige wijding werd de vergadering door den voorzitter, den heer P. van Vliet geopend inet een rede. Na het uitbrengen der jaarverslagen werd een huishoudelijke vergadering gehouden. In deze vergadering vereenigde men zich omtrent de in 1912 ingediende reorgani satie- en propaganda-voorstellen met hot praeadvies van het Bondsbestuur om een beslissing aan te houden, daar uit een om derzoek gebleken is, dat nog niet gere kend kan worden op de medewerking van een voldoend aantal afdeelingen. Inmiddels zal propaganda gemaakt worden voor wat het rapport beoogt en hoopt men een vol gend jaar tot aanneming der voorstellen te kunnen adviseeren. Aan de orde was in openbare vergadering de bespreking en vaststelling van het Ver kiezingsprogram. Dit luidt, op voorstel van hef bestuur,- als volgt: „Het Ned. Werkl.verbond „Patrimo nium," in jaarvergadering op 14 en 15 April te Rotterdam bijeen; dankbaar er kennend, dat het tegenwoordige Kabinet vele wetsontwerpen heeft tot stand ge bracht of bij de Kamer aanhangig gemaakt, waarop ook door het verbond „Patrimo nium" jarenlang was aangedrongen; hulde brengend aan den Minister van Landbouw, enz. voor zijn onvermoeide en krachtige werkzaamheid, dringt aan: a. op spoedige afdoening van de bjj de Sta ten-Generaal aanhangige sociale wets ontwerpen Invaliditeitswet, Ziektewet, Be roepsziekteverzekering, Zeeongevallenwet; Stuwadoorswet, Landarbeiderswiet b. op meerdere bescherming van den na-: tionalen arbeid; 0. op wettelijke maatregelen Sot bescher ming van de huisarbeiders tegen het z.g, sweating-systeem f d. op uitbreiding der ongevallenverz^ kering en van de arbeidersbescherming tot den landbouw; ie:. op afschaffing van nachtarbeid en Zondagsarbeid, alsmede beperking van den arbeidsduur in het bakkersbedrijf; f. op wettelijke maatregelen tot beperking van den arbeidsduur ook van volwassen mannelijke personen; g. op een zoodanige uitbreiding van het kiesrecht, dat het verleend worde aan ge zinshoofden en daarmede gelijkgestelden, waardoor ook aan den arbeidersstand in zijn geheel het kiesrecht zal komen; h. op financieel® gelijkstelling van dei beide takken van onderwijs: bijzonder en openbaar, opdat ook aan de minderbedeeb den de vrije schoolkeus ten volle zij ge< waarborgd 1. op verheffing van het onderwijspeil en uitbreiding van het vak, en technisch on-: derwjjs j. op spoedig® herziening der Zondags,- wet." De rédacteur \an ;,Patrimoniumf" dö heer C. Smeenk, lichtte dit program toe» Een vijftiental sprekers voerde *t woord» De heer Smeenk beantwoordde de ver, schillende sprekers en vereenigde ziali met enkele aanvullingen boven genoemd. Nadat de Voorzitter nog gezegd had, da? het niet de bedoeling van „Patrimonium" is, zich op politiek terrein te begeven, maar alleen haar wenschen als arbeiderspartij bekend maken, werd het program met enkele wijzigingen aangenomen. In den loop der verg. stelde de voor zitter van het 227 afd. met ongeveer 13.700 leden tellend verbond voor, een telegram te zenden aan H. M. de Koningin, cn een telegram aan den heer Passtoors tc Ginn niken, dienende als gelukwensch van „Pa trimonium" met het door den Volksbond onlangs gevierde zilveren jubileum. Besloten werd o.hl, dat „Patrimonium' overleg zal plegen met de vakorganisaties om krachtige acti- te voeren inzake den vrijen Zaterdagmiddag en den tien-urigen arbeidsdag, en instemming betuigd met het voorstel: „De Bondsvergadering spreke in het algemeen haar instemming uit met het geen in zake het onderwijs door de Regee ring wordt voorgesteld in het ontwerp tot herziening der Grondwet." Het voorgestelde Gemeente-program werd met eenige wijzigingen vastgesteld. Het resultaat van do gehouden verkiezing was, dat tot bestuursleden herkozen wer den de heeren J. Douwes, uit Amsterdam, D. Dijkstra, uit Vlissingen en P. Ouwer- kerk, uit Haarlemmermeer, en tot isd in de commissie van advies de heer W. Hovy, uit Amsterdam. Bij Kon. besluit zijn met ingang van 15 April benoemd bij liet wapen der cavalerie, bij het 2de reg. huzaren, tot majoor, de rit meester H. G. J. Maas Geesieranus, adju dant van het 3de reg. huzarenbij het 4de reg. huzaren, tot luit.-kolonel, de mar joor jhr. E. W. von Wrangel auf Lindcn- berg, van het korps; is met ingang van 1 Juni benoemd tot directeur van het post- cn telegraafkantoor te Edam J. B. Hartman thans commies der telegrafie 1ste ld.; is benoemd tot broeder in de orde van den Ned. Leeuw de klerk bij den dienst der Staatsspoorwegen op Java, F. Strunz; is de referendaris bij het Dep. van Kolo niën A. W.Cremer bevorderd tot admi nistrateur is P. J. F. Daniels, lid van het R.-KL Parochiaal Armbestuur te Nijmegen, be noemd tot ridder in de orde van Oranje- Nassau; is met ingang van 1 Mei benoemd tob directeur van het post- en telegraafkantoor te Mijdrecht A- Grutterink, thans commies der posterijen 2de kl.; is bij het personeel van den genoesk. dienst van het leger in Ned.-Indië benoemd en aangesteld tot officier van gezondheid 2de kl. de &rts H. J. Polak; is jhr. H. L. M. van Nispen van Se ven aer benoemd tot burgemeester van Blo- rioum; zijn benoemd met ingang van 15 April tot burgemeester van Echteld en IJzcn- doorn, W. de Haas, secretaris van laatst genoemde gemeente; met ingang van 18 April tot burgemeester van Ros sum, hl. baron van Randwijkmet ingang van 22 April tot bur gemeester van Barn e veld A. W. J. baron van Nagell; met ingang van 16 April tot burgemeester van Doniawerstal, mr. H- L. Sixma baron van Heemstra; met ingang van 25 April tot burgeemester van Sohaea- berg M. H. J. M. Quadvlicg. De handelsvennootschap onder de firma Gebroeders Fuhrmann, gevestigd te Alk* maar, en haar individueele leden mej. Om Donée, weduwe van O. G. Christian H« Fuhrmann, en mej. E. A. L. Smeets, we duwe van F. A. Fuhrmann, beiden te Alk maar. C. Pul, schilder, te Bosch en Duin (ge meente Zeist). J. Meijer, schoenmaker, laatstelijk ge woond hebbende te Lobith, thans vermom cfelijk naar Pruisen vertrokken. (Aadrwfc verboden). 70 Met bitterheid hernam hij: Ik vraag u versohooning, Marie-R-osc, ■dat ik gekomen ben, want ik zie wel, -dat ik u stoor cn dat gij met ongeduld verlangt, dat ik zal heengaan. O, Laurent, Laurent 1 Zij greep ziin hand en hield hem terug. Tranen verstikten haar stem. Vergiffenis, Marie-Ro9e, vergiffenis, zei hij. Maai* het is mijn echuld, dat ik zulke harde woorden moet spreken? Eenige dlagen geledén, toen ik de laatste maal hier was, bemindet gij mij nog, ik was er zeker van, alles bewees het bij, uw oogen, uw glimlachj uw teedere liefkoozingen, uw izoete woorden; en heden, ik weet niet .Waarom, is het mij of gij mij niet meer be mint. Men zou zeggen, dat er tusechen ona een kloof ontstaan was sedert mijn laatste becoek. Waarom? Ik herken u niet. Neen, Marie-Rose, ik geloof niet wat gij gezegd hebt omtrent laster, dio u en mij zou tref fen. Boven zulke kleingeestigheden zijt ge verheven en bovendien, Marie-Rose, wan neer ge eenmaal mijn vrouw zult zijn, dan wordt aan al dien laster het zwijgen opge legd. Neen, neen, dat is het niet; wees ■openhartig, Marie-Rose, ge hebt mij altijd *n uw hart laten lezen, gij hebt altijd een afschuw gehad van leugen en veinzerij. O, waarom liegt ge, en veinst ge thanst Met zwakke stem antwoordde zij: De toekomst zal u misschien leeren, Laurent, dat ik u verwijten niet verdien. Hij liet ontmoedigd het hoofd hangen. Er was in zijn blik niet alleen smart. Vaarwel dan, Marie-Rose, daar gij mij wegzendt. O, Laurent! riep zij wanhopig uit. Heb ik u weggezonden? Waarom zijt ge zoo hard tegen mij Ik zal je alle dagen schrijven, dat ik j© bemin, Marie, en hoveeel verdriet gij mij heden hebt aangedaanmaar ik zal hier niet terug komen. Neen, neen, ik zal wachten tot gij berouw hebt over uw koel heid, tot gij mij roept, eerst dan zult gij mij weerzien, Marie-Rose, vaarwel Zij had de kracht niet te spreken en hij ging heen, hevig ontsteld, zonder iets van haar gedrag te begrijpen. Toen hij weg was, barstte Marie-Rose in snikken uit. Eindelijk kwam zij weer een weinig tot kalmte en kon zij geregeld denken. Het is beter zoo, mompeldle zij. Martioe Vermoedde niet, wat er in het hart van Marie>-Rose omging. Wel vond zij, toen zij terug kwam, dat haar meesteres zeer bleek, afgemat en ter neer gedrukt was, maar toch maakte zij zich niet onge rust. Marie-Rose had haar niet gezegd, wat de markiezin De Soulaimes en haar zoon waren komen doen; Hartine had die bezoe kers wel gezien, maar zdj kende hen niet. Marie-Rose had haar niets willen vertellen, uit vrees, dat Laurent haar zou uithooren, en een onvoorzichtig woord van Martine kon haar edele, heldhaftige zelfopoffering nutteloos maken. toelage enkel toegestaan in gevallen, dat de rechter overt rigd is, dat het gezin an ders te gronde zal gaan en. dat de moeder een behoorlijk opvoedster is voor haar kin deren. lie gezondheidAtoestaiMjl van den Pans. De verbetering in den toestand van den Paus duurt voort. De zifeke had gisteren geen koorts. Het gisteravond om 7 uren uitgegeven bulletin luidt: De temperatuur is tegen den avond tot 38.2 graden gesteger. De ontste king van de luchtwegen is eenigszdns»verer- gerd. De krachten van den zieke blijven be vredigend. Geteekend Marcbiiafava, Amici. Het „Giornal'e d'Italia" meldde gister avond: De Paus heeft vanmiddag een wei- nig geslapen Hij heeft een kopje warme melk met koffie en een kop vleeschnat ge nuttigd. Hij drukt er zijn blijdschap over uit, dat na zooveel regendagen de zon weer scheen, hij hoopte dat het intreden van het mooie weer tot zijn beterschap zou bij dra gen. Het „Giornale d'Italia" zegt verder, dat, al geven gunstige verschijnselen gegronde hoop op een spoedige beterschap, de genees- heeren toch in zoover eenig voorbehoud ma ken, dat zij zeggen: „Wij hopen stellig het beste." De „Tribuna" meldt, dat de Paus met smaak voedsel tot zich nam en 7 1 opgewek te stemming ia teruggekeerd. Hij wilde we ten, wat men zoo al over zijn ziekte zeide. In den middag had hij den wensch geuit om op te staan. Ziek teveï Do hoer De Wijkerslooth verdedigde gisteren een amendement op artikel 54, van deze strek lang om den Raad van Arbeid te doen bepalen, welk deal van de werkgevers premie moet worden verhaald op anderen, wanneer de werknemer bij meer dan één werkgever in dienst is. Do Minister achtte dit te ingewikkeld, terwijl het maar zelden zal voorkomen. De heer De Wijkerslooth maakt zoo danige wijziging in zijn amendement, dat het nu facultatief zal worden dat de Raad van Arbeid de splitsing zal maken. Hij schrapt namelijk de woorden „zoo noodig". De Minister wilde het amendement dan overnemen. De heer D u y s Vreesde, dat nu hiet amende ment alle beieekenri zal missen. De heer De Wijkerslooth verdedigde nu cok een tweede amendement om den werk gever, die aangewezen is om de premie te betalen ten aanzien van dat deel der premie, dat hij op andere werkgevers mag verhalen, hetzelfde recht te geven als de verzekerde heeft nl. om te doen invorderen door den ambtenaar. Dit amendement werd na bestrijding door den Minister aangenomen met 30 tegen 27 stemmen. De heer P a t ij n verdedigde een amende Zij schreef denzelfden avond aan de markiezin .„Mevrouw 1 Ik heb Laurent gesproken, en reeds ver moedt hij, dat er iets gebeurd is. Ik heb hem veel verdriet aangedaan en wat mij betreft, ik kan u niet zeggen, hoeveel ik lijd. Marie-Rose." De markies las dezen brief aan zijn moe der voor, terwijl Gilberte afwezig was. Arm kind, zei de blinde, ik heb bijna berouw over hetgeen wij gedaan heb ben. En ik, moeder, zei de markies treurig, vrees, dat, wanneer het offer gebracht en Laurent met Jenny Bertignolles ge trouwd zal zijn, dat medeje in haar wanhoop een einde aan haar leven zal maken. En tool, kunnen wij niet anders han delen. De markies antwoordde niet. Beiden, moeder en zoon, begrepen hoe veel smart en wanhoop zij veroorzaakt had den, zonder te vermoeden, dat juist Bertig nolles, de man, die zij als hun redder be- echouwden, hen daartoe gediwongen had. Het huwelijk alleen kon hen Tedden. Toen Marie-Rose den volgenden morgen wilde uitgaan om haar lessen te geven, ont ving zii een brief van Laurent. Zij beefde, toen zij het couvert open brak. Zij ver wachte verwijten te zullen lezen. Maar neen. Het was alsof dat pijnlijk onderhoud van den vorigen dag niet plaats had gehad, of bet slechts een booee droom was geweeet, want Laurent maakte er niet de minste toe speling op. Zijn brief was, zooala altijd, vol liefde en vertrouwen. Zij las hem op öbraat en haar oogen wer den gedurig door tranen beneveld. Zij had wel gelijk gehad, toen zij vreesde, dat een plotselinge scheiding haar zelf opoffering onmogelijk zou maken. Zij moest dus antwoorden op zijn brie ven, die zij nu geregeld eiken morgen ont ving en waarin hij haar nooit eenig ver wijt deed. Maar hoe beantwoordde zij die brieven? Koel en stroef, zonder een ->nkel woord, dat van liefde getuigde. Zij weendle, wanneer zij ze overlas. Ho© zal heb hem het hart breken, mom pelde zij telkens. Inderdaad, Laurent was diep ter neer ge drukt. Wat had hij dan toch gedaan, om de liefde te verliezen van een meisje, dat hij meer dan zijn eigen leven beminde? Zeker, 'eenmaal had hij zich haar liefde onwaardig gemaakt. Zijn misslagen van vroeger had den hen kunnen scheiden, dat wist hij; maar hij wist ook, dat zij hem die vergeven had. Zij had hem opgebeurd en aangemoedigd. Slechts luit liefde voor haar had hij afge zien van zijn besluit, zich te dooden. En nu verliet zij hem. Waarom toch beminde zij hem dan niet meer? Zou hij een medeminnaar hebben? Ijverzucht foltèrde hem. Wie kon die medeminnaar dan zijnf Terstond echter wierp hij die gedachte, als belachelijk en beleedigend voor Marie* Rose, weer verre van zich. Neen, zoo iets mocht hij niet denken. Maar des te onverklaarbaarder werd het gedrag van zijn lieve lentefee. Moeet üij dan geloof slaan aan hetgeen zij had ge zegd? Hoe dien laster het zwijgen op te leggen? Door een huwelijk met Marie-Rose. Dat huwelijk was hem evenwel verboden, en hij had te veel liefd'e en eerbied voor zijn moeder, om tegen haar in verzet te komen* Ook Marie-Rose zou dat niet willen. O, hoe dikwijls las en herlas hij die koele brieven van het arme meisje. Zijn hoofd gloeide en toorn welde in hem op. Zij schreef slechts op een alledaagschen toon. Geen enkel woord van liefde. Zoo schreef een meisje niet aan den man, dien zij beminde; zelfe een vriendin niet aan een vriend, of een zuster aan haaï broeder. De toon was onverschillig, koel beleefd^- alsof zij aan een onbekende schreef. Op zekeren dag ging hij naar liaar huis. Zij liet hem zeggen, dat zij ziek was ea hem niet kon ontvangen. Schier waanzinnig ging hij heen. Den volgenden dag kwam hij terug. Hetzelfde antwoord. Hij kwam alle dagen. Steeds wees men hem ai Nu twijfelde hij niet langer. Het was duidelijk te merken, Marie-Ros® wilde van hem scheiden en weigerde zelfs ophelderingen te geven. (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1913 | | pagina 5