No. 16288. LBI3SÖH MüBLiLB, Zaterdag* 29 Maart. Twsede Blad. Anno 1913* Finaneieele Causerie. Brieven van een Leidenaar. Hei Boerenburtjer laantje te Noordwyt FEUILLETON. Wraak, r In <le week vóór Fajgclicn cn -ia de dagen 'die op, t feest volgden was er, zóó moge lijk, nog minder ie doen op de Beurs dan daarvóór. Dai had een tweeledige oorzaak; ten oersto -wanen de Beurzen ontvolkt en ten tweede waren er nergens nieuwe mo menten, die tot meerdere activiteit kondon leiden. Be vul van Adrianopel echter heeft do vooruitzichten op liet tot stand komen van den vrede zoor vergroot, en daaruit schijnen de Beurzen nieuw leven tc putten. Het lijdt geen twijfel, dat het publiékvalom tin de onzekerheid, die de politieke toestand te duchten gaf, aanleiding vond om zich ver van de Beurs verwijderd te houden. Niet alleen bleven daarvoor de gewone .he-, leggingsorders achterwege, doch men gaf" er- de voorkeur aan geld hij zich thuis te be waren, zoodat dit aan de circulatie werd .onttrokken. Ongetwijfeld is dit gedeeltelijk Verantwoordelijk voor den hoogen gcld- stand, te meer daar dit oppotten van geld kwam op een oogenblik, dat handel en in dustrie hooge eisohen stelden. Da.t blijkt uit de oiifers over de maand Januari 1913: Engeland: Vermeerdering tegen Jan. 1912. pd. st. pd. st. Invoer 71,243,000 4,279,000 6.30/0" Uitvoer 45,446,000 5,029,OCH) 12.4 0/0 Transito 10,706,000 1,111,000 11,5 °/o Bui Ischland: Mark. Mark. In; oer 949,500,000 106,500,000 12.6 0/0 Uitvoer 772,500,000 145,500,000 23.2<Vo Amerika: Dollar. Dollar. Invoer 163,000,000 19,000,000 13.1 o/o, Uitvoer 227,000,000 24,000,000 11.8 n/o De betere houding der Beurzen, het-stij gen. der koersen, moet in de eerste plaats worden toegeschreven aan oontramine .lekkin gen. De angst voor politieke -verwikkelingen, ja zelfs voor oen Europcesch conflict, was bijna, algemeen. Dat werd natuurlijk in de hand gewerkt door de uitbreiding, die de Grootmachten aan hun bewapening en strijd baarheid gaven. Do speculatie op de hoofd beurzon was buitengewoon zwartgallig ge stemd cn dat. uitte zich door 't aangaan van baisse-engagementen, in de hoop, bij 't uitbreken van 't verwachte conflict, tegen lagere prijzen tc dekken. Als 't getij ver loopt, moet men do bakens verzetten; er is geen element, dat dit sneller in toepassing brengt, dan de speculant. Vandaar, dat de verbetering dan ook geenszin; is genaard ge gaan met veel uitbreiding van zaken, of een groobere deelname van 't publiek. De rij zing is vooralsnog- een zuiver beurs-tecliK niseheof zij zal doorgaan on of er werke- kelijk- grootere activiteit zal gaan heerschen is een ganseh andere kwestie. Is eenmaal de vrede inderdaad gesloten en de kans o>p ernstige, international 0 verwikkelingen af gewend, dan zal ongetwijfeld do schuchtere belegger uit zijn schuilhoek tc voorschijn 'treden, wat op zichzelf tot greotere leven digheid en een meer normalen toestand op de geldmarkt kan leidendoch eerstens is 't zoover nog niet. Juist 't succes der Bul garen kan licht leiden tot overmoed en tot 't stellen van te hooge eischcn, zcodat wel licht op 't laatste" oogenblik onder de groot© mogendheden nog onsenigheid kan ontstaan; lach ter de Balkan-Bondgenóolen rijst de geest van Bus land, en recht daartegen in bewegen zich de belangen van Oostenrijk; groepeert men Engeland -en E rank rijk bij Rusland, cn Duitschland en Italië bij Oostenrijk, dan is 't beeld compleet, dat zooveel angst heeft veroorzaakt. Aangenomen echter, dat de tegenstand der Turken door deu val van Adrianopel is gebroken men fluistert, dat de 'overgave een onder gestoken kaart is-, ten einde tegenover de Turksche bevolking het sluiten van vrede tc kunnen rechtvaar digen cn alles in païs wordt afgehandeld, dan blijft t een open vraag 111 hoeverre» de teruggehouden beleggingen zullen opwo gen tegen den stroom vau nieuwe leeningen de eene al aantrekkelijker dan do andere die te wachten staan. Zal 't disponibel kapi taal voldoende blijken om dat alles op te nemen? Zoo ja, clan mag een myer duurzaam herstel worden tegemoet gezien; want de prijzen zijn in vele gevallen op een alles zins aantrekkelijk niveau gcdaalcl. Zoo neen, dan moeten we ons voorbereid houden op een min of meer langdurig tijdperk, waarin do nieuwe waarden mochten word:111 opge- men en verteerd, dat is, definitief in de beleggingstrommels zijn aangeland. De Amerikaausche markt heeft met eigen moeilijkheden te kampen. I)e tarief herzie ning hangt daar als een Damocles zwaard bo ven de markt, ofschoon dit reeds langen tijd in do prijzen is verdisconteerd geworden. Hovcndien zou men uit de berichten kim men opmaken, dat 't den Democraten ondanks nUo beloften-en verkiezingsleuzen, nauwe lijks ernst is met de tariel'herzieuing. Men wil voorkopig slechts op die artikelen het invoerrecht verlagen, of geheel afschaffen, die daardoor 'feitelijk niet zouden worden ge troffen, omdat ze in onbedui lende hoeveel heden uit 't buitenland worden ingevoerd. Op die wijze zou dan wel aan den lettel- der belofte worden voldaan, doch geenszins aan den geest. In dit opzicht zullen we nochtans spoedig meerdere zekerheid ontvan gen, want 't Congres komt 7 April in spe ciale zitting bijeen. De tornado, die in Ohio en in andere Staten heeft gewoed, zou groote schade hebben aangericht. Het schijnt in- tusschcn verstandig te zijn dc al armeeronde Amerikaansche telegrammen niet onverdeeld te geloovcn, want de Yankees houden er nog al van om tc bluffen, om 'teven of 't geldt de snelheid van een spoortrein,-de hoogte van een huis, den omvang van een ramp, of de grootheid van den voorspoed. Dan is 't do vraag, wie hier de verliezer is, of liever, wie beginnen moet do schade to betalen. In den regel is men in Amerika, speciaal gedekt tegen „tornado schade", is dat algemeen- geschied, dan worden de assu rantie-maatschappijen in de eerste plaats aan gesproken; aangezien deze haar reserves ple gen te beleggen voornamelijk in fondsen, zou er dus oen stroom van realisaties kun nen ontstaan, die alweer tijdelijk een verbe tering der koersen zou kunnen tegenhouden. Na den ramp van San Francisco gingen cr wel bijna. 2 jaren mede gemoeid, alvorens 't evenwicht was hersteld, doch in dit geval is 't bedrag zeer veel kleiner; men spreekt van 15 milliocn dollar, als 't niet ïffeer is, zal 't dus nog wel schikken. Verder hangt 't Union Southern Pacific Veideelingsplan nog boven de markt. Of schoon besloten was tot aanbieding a pari der 126 mïllloên dollar aandeden Southern Pacific, welke zich in 't bezit bevinden der Union Pacific, aan aandeelhouders der beide Maatschappijen, kwam er op 't laatste oogen blik een kink in deu kabel cn moest dit plan worden opgegeven. Het garantie-syn dicaat, waaraan wel 250 firma s in Amerika en Europa deelnamen, .moest worden ont bonden en kreeg 6 pC't. uitgekeerd, wolk grapje do Union Pacific dus bijna "800,000 dollars kost. Men is thans bezig een nieuw verdelingsplan te ontwerpen en 't i; t? hopen, dat de- oplossing mogelijk zal blijken, zonder dat nieuwe verrassingen roet in 't eten ko men werpen. De Koninklijke Hollandsen.' Idovd U-rit oen buitengewoon voorspoedig jaar acht r den rug. De winst bedraagt f 1,443.908.85, waaruit de aandeelhouders voor l eerst, een dividend ontvangen van 5 pCt. De vooruit gang der onderneming is plnuiomcnaal, zoo- als blijken kan uit de volgende cijfers: Bedrijfswinst. Subsidie Betaalde Afschiy- Ro- a/d. Slaat.inteiosi. ving. sciv«.s. 1908 -f- 40,563 275,000 313.284 .1909 233,421 300,000 4-1.235 233,948 1910: -f 148,776 300,000 156,863 521,093 1911: -j- 764,832 300,000 184,095 573.100 1912: rb 1,143,909 300.000 144,800 753,100 59.018 Aandeelhouders. Bedryfs- Realo Voor- Nadoe- belasting. n|d.Staat dcolig. lig. bald 0. 1908 2329 1909 259,275 1910 488,456 1911 180,818 1912 275,000 (5 pCt.). 7562 22,500 110S In 't jaar 1912 is dc Maatschappij er in geslaagd het saldo verlies uit vorige ex ploitatie jaren (per saldo.g: x 180,818) af j te schrijven, aandeelhond 5 pCt. te be- talen, een reserve 1 kwecken van ruim 59 j mille, dc rente aan don" Staat tc voldoen over de genoten v<_hotten (subsidies) tot 31 Dcc. 1912 ;i 2 pCt. per ja-ar en ruim 753,000 Gld. af te. schrijven. De vloot .staat te bock voor f 12,794.628 en meet 92.650! ton. Dit illustreert opnieuw hoe wisselvallig 't scheepvaartbedrijf is en hoe in korte jaren geweldige veranderingen kunnen intreden Do vracht op Zuid-Amerika is op zichzelf pro ductief genoog, Argentinië gaal met reuzen schreden vooruit en de Maatschappij geniet niet alléén steun van den staat in den vorm van een jaarlijkseh voorschot, dat tot 31 Dee. 1912 3 ton, voor de vólgende 5 jaren 2 en de laatste 5 jaren 1 ton per jaar be- j draagt, tegen 2 pCt. rente per jaar, indien verdiend, dooh verheugt zich in ecu buiten gewoon krachtig bestuur, dat haar o.a. hei. koffievoT'voer verschafte uit de -Braziliaan scho havens naar ons land. Thans rust dc Maatschappij zich degelijk uit tot I vervoer van bevroren vleeseli, dat aanstonds viin gn.o- ten omvang belooft le worden. Aan d'en j anderen kant moet 't voorschot van den Staat dat in de slechte lijden dc kurk was, waarop de zaak dre.ri worden terug betaald, zoodra de winsten dit toelaten en zullen jaarlijks nog enorme bedragen me-: tan worden afgeschreven. W. CCCCXXXXI Met een zucht van verlichting heb ik in voorgaande jaren in de laatste helft van Maart meermalen de pen opgenomen-om er van tc getuigen dat het leed van den \vin ter haast weer geleden was, en dat de alom in actie komende bedrijven weder de werk krachten, die tot. een gedwongen rust ver oordeeld waren geweest, kwamen cp- cischen. Dat was dan eeu uitkomst, en het verheugde mij dit tc mogen aankondigen. Wij verlangen ook nu wel naar de lente met haar heerlijk jong leven, maar niet in de eerste plaats uit de zeer materieele overweging, dat er eindelijk een einde zal komen aan werkloosheid en het daaruit voortvloeiende gebrek.. I11 dat opzicht i9 de winter, dien we nu weer achter den rug hebben, niet van de ergste geweest. Ik heb dit in het begin van het winterseizoen reeds voorspeld, en ik mag mot voldoening op merken, dat de. uitkomst mij in het gelijk gesteld heeft. En nu rijst weer de vraag: „Wat zal de a.s. zomer geven?" Wij men- schen leven immers zoo graag in de toe komst. Als geen groote wereldschokkende ge beurtenissen plaats hebben die haar invloed ook in de kleine maatschappij zouden doen gelden en waarovér ik ondanks pessimisti sche beschouwingen niet al te ongerust ben, dan geloof ik dat de zomer van 1913 voor sta-d en land hiet ongunstig zal wezen. Over de drukte, die de verkiezingen in den voorzomer zullen medebrengen, verkie zingen voor .de Kamer, de Staten cn de Ge meente, zal ik hier moeten zwijgen. Zij zul len trouwens stof genoeg opjagen. Maar dc drukte, die de feestviering ter herdenking van ons honderdjarig onafhankelijk volks bestaan ook in onze gemeente zal meebren gen, daarop mag ik hier nog wel eens de aandacht, vestigen. Aan Leiden zullen zij ongetwijfeld bijzon dere attracties schenken, omdat wij zoo dicht, bij het middelpunt der feesten, bij Den Haag liggen. Hoe velen der duizenden vreemdelingen, die in Den Haag zullen ko men, zullen niet één of meermalen onze gemeente bezoeken En Leiden zal haar best doen deze vreem delingen te trekken. Zoo hoorde ik dezer dagen, dat in het groote heerenhuis van prof. Van der Hoeven aan het Rapenburg een zeer belangwekkende tentoonstelling zal worden geopend, waarin de schatten uit het. Ethnographisch Museum zullen worden geëxposeerd, terwijl ook in de Academie, in het Stadhuis en in liet Stede!«jk Museum bijzondere tentoonstellingen zullen worden gehouden. Of particulieren groote plannen hebben ten opzichte van bouwen en verbouwen, durf. ik niet zeggen, maar van gemeente wege is er nogal een en ander te wachten. Met l -Januari 1911 zal dc stadsreiniging door de gemeente zelf ter hand worden genomen, zoo men weet, en voor dien tijd moet er nog 1: ^el wat gebeuren. Het zal niet lang meer duren of met den bouw van den verbrandingsoven, de stallen, kantoren, enz. wordt begonnen. En daarbij blijft het niet. Dezen zom.T, misschien binnen korten t'jd, zullen de plannen voor den bouw van een nieuwe Hooge rc Burgerschool op het Baamland ter goedkeuring aan den gemeenteraad worden aangeboden, een werk van baking reeds op zichzelf, en dat bovendien aanlei ding zal geven, <lat ook het particulier ini tiatief wordt geprikkeld. Het zou mij al thans niet verwonderen of een gedeelte van het voorgenomen Stratenplan op het Baamland komt daarb;j tot uitvoering en dan wordt het bouwondernemers en parti culieren al bijzonder gemakkelijk gemaakt om daar te bouwen. Men kan er van overtuigd zijn dat op den langen duur aan deze nieuwe breede straat deftige heerenhuizen zullen worden gebouwd. E11 wie er eerst komt heeft de eerste keus. Ook in het hartje der oude stad zullen we dit jaar een begin zien gemaakt met een belangrijke verbetering. De Vereeniging tot den bouw van Werkmanswoningen wacht slechts op de goedkeuring barer plannen om een groot aantal, haast niet meer bruik bare woningen in de Bon weiouwen- en Pa radijssteeg met tuse.lienliggende poorten en sloppen af te breken en er behoorlijke werkmanswoningen aan breede straten voor in de plaats te zetteD. Ook hiermede zal ongetwijfeld dit jaar niet alleen een aan vang worden gemaakt men zal er ver moedelijk zelfs een heel eind mee opschie ten. Particuliere huiseigenaren hebben met deze wijze van bouwen in den regel niet op. Ze kunnen er niet tegen concurreeren, om de eenvoudige reden, dat zij niet zoo ge makkelijk en zoo goedkoop aan bouwkapi- taal kunnen komen. Maar ze moeten ook bedenken dat van particuliere zijde niet. het bepaalde doel voorop gaat, de woningtoestanden te ver beteren. Men koopt geen gansche stadswij ken om de bestaande woningen eerst to sloop cn en er dan aan breede straten weer andere cn ruimere woningen te bouwen. Maar toch profiteered de huiseigenaren er indirect van. Voor honc.ord gesloopte huisjes komen er niet mesr dan 50 in de plaats, de menschen, d o de oude woningen verlaten, moeten dus elders onderdak zoc- ken, zcodat er meer vraag naar werkmans- huizen zal ontstaan, wet den verhuurders 1 ten goede zal komen. Ook op deze wijze J zri derhalve het particulier initiatief wor- j clen geprikkeld. In dit verband wil ik nog j eens herinneren aan den wenk, dien de j commissie voor den gevel wedstrijd in haar verleden Zaterdag gepubliceerd rapport ten opzichte van den bouw van werkmans woningen lieeft gegeven. De nieuwe werk manswoningen 7,'jn al te eentonig en daarom smakeloos, wat. een onaaugena men indruk maakt, zooals bijv. de Magda- lena-Moons-straat, als men cr in den trein zittend op neerziet. Wat zou het veel aar diger lijken wanneer er eenige afwisseling in den bouw ware gebracht. Laat men daar aan in de toekomst eens denken. Maar dit op het oogenblik in 't voorbij gaan. Mijn doel voor dezen keer was bet om er op te wijzen dat we een drukken zo mer voor den boeg hebben, een zomer, dio velen handenarbeid, veel drukte en vertier zal geven, dio veel meer dan anders vreem delingen in onze stad zal brengen, en daar door de voorwaarden zal scheppen tot meerdere welvaart voor de neringdoende burgerij en voor den arbeidenden fitand. Moge de uitkomst de goede verwachtin gen, dio ik van 1918 koester, en die ik ook mijn medeburgers wenseh bij te brengen, niet loéschamen Gaan we, nu de winter voorbij is, en alles, ook in de natuur, van een nieuw en opg©-| wekt leven getuigt-, den drukken zomertijd' met lust en opgewektheid te gemoet 1 Men schrijft ons uit Noordwijk: Onze lezers weten, dat c.r over dat laantje? al heel wat te doen is geweest. Niet-NoooxU wijkers denken misschien aan oen liefelijk; laantje, met hooge hoornen aan weerszijden," en opgaand struikgewas tusschen de stam-- menaan een laantje, waarin men 's zomend de warmte kan ontvluchten onder koelend, lommer; aan een laantje, waar in den zomer-' avond paren koozend wandelen; kortom aan,! een laantje, zooals er in het Geldersolie zoo vele zijn. Dooh niets ia minder waax. Het Boorenburgerlaantjo vormt een ver bindingsweg tusaohen G00 weg en Boeren bur ger weg. 't Is een zandpad zonder boomen' en zonder struiken. In tegenstelling met oen heusch laantje, wordt men in het Boo- renburger-al loetje geblakerd door de zengen do zonnestralen, als men het waagt, er in den zomer door te wandelen. Van schaduw geen sprake dus. En het wegje zelf? 't Iq niet verhard, 0 neenmen waadt met inspan ning door het mulle zand. Diepe kaxref* sporen slingeren door het laantje. Het laantje van Boerenburg loopt, dwars* door de afzanderij (nu reeds bloembollenland) van den heer O. J. L. v. d. Meer. Vandaar, dat laatstgenoemde het ding gaarne wilde* afgevoerd hebban van den legger, 't. Is hem! niet mogen gelukken: 't Boerenburgerlaantjq blijft, waar het is. Onderhoudsplichtige is de heer C. Was senaar van Boerenburg. De laatste dagen; gebeuren cr weer (moeten we zeggen kod dige?) dingen. Dc heer G. W assenaar zegt, dat het laantje 5 M. breed moet zijn. Besti mogelijk; dat weten wij "natuurlijk met. Nit heeft do hoer O. J. L. van der Meer indertijd een haag langs het laantje geplantals het' echter 5 M. breed moet zijn, slond die haagj zoowat op liet midden. Eerst, hoeft de heer Van der Meer een ge\ deel te haag gerooid, om oldr.i ii te kunnen, boeten. Daarna heeft de lieer rissen off r do' rost gerooid, de „nollen op een weigonj geladen en per deurwaarder gepresenteerd! aan den hoor Van dei' Meer, omdat zo fei telijk diens eigendom warendo hoer Van der Moer wilde de „nollen'' niet hebben!* Dc heer Wassenaar is nu begonnen, van af den Bocrenburgcrweg hot laantje mri zand' op te hoogen cn tegelijkertijd op breedfcej van 5 M. te brengen. Aan dc zijde van don| Goöweg is (door den heer Van der Meer een sluk berm van het laantje omgesp!tb Laatst, is de heer Van der Meer al eens ge verbal iseord. omdat hij rails over liet laantje* had doen leggen, waarvoor hij wèl verloü h.ul van B. en Ws., maar niet van den hoqij Wassenaar. Dat 'zaakje moet nog voorkomen. Zoo wordt cr in liet jaar 1913 over een] xrindwegje getwist cn worden plager ij lies op| touw gezet. Wri Itio.-wn groon prvrtij, -want w>d kunnen ons met den besten wil niet warm) maken, nóch voor een breed en hard laantje^ nóch voor een smal cn mul. Maai* wcnschen! doen we van harte, dat die twee menschen; liet met elkaar eens mogen worden. Hei steriiiu a vau Napoleon. In verband met dc 9000 fr., die iodoaV jaar iu Frankrijk uitgetrokken worden voodt het onderhoud cn dc bewaking* van Napoir loon's sterfhuis op Sinfc-Hclena-, vestigt dej Matin or de aandacht op, dat eerst, in 1858 dit hui; Fransch eigendom werd. Dit ge schiedde als een tegemoetkoming van <ld Engelschen tegenover Napoleon III en zool werd er- een eind gemaakt aan deu handat in Napoleon's herinneringen. Het huis werd1/ zoo goed mogel ijk gerestaureerd cu eert Fransch oud-officier als bewaker aangesteld^ Jaarlijks bezoeken tal van Engelschen ^n' Amerikanen het verblijf van Napoleon. Hetj voornaamste gebouw staat geheel leeg, slechts! in dc sterfkamer staat een buste van den' keizer. Iéder jaar wordt het huis bouwvals ligor en niettegenstaande tal van klachten; laat d<; Franficlie regeering hier niets aan' doen. Volgens de bewakers kan het hui^ het nog hoogstens drie jaar uithouden. t Nadruk verboden). 52) Dus ge hebt mij bedrogen? Gij hebt uw schande hier in ons huis gebracht, on der de oogen van Gilberte? Nietswaar dige Mevrouw, die brief behelst een leu gen, afschuwelijke laster. Neen. Laurent en ik beminnen elkaar, dat is zoo. Maar hij zal u zelf zeggen, dat onze liefde rein en edel was, dat hij steeds den diepsten eerbied heeft gehad voor haar, die zijn vrouw zal worden. Zijn vrouw? Nooit! O, Laurent, verdedig mij, bescherm mij. Dwing mij niet voor uw moeder te blozen. Haar handen stooten imj terug, zij wendt zich vol afschuw van mij af. Lau rent, zeg haar, hoe wij elkaar beminnen. Het moet, moeder, hoor mij aan, zei Laurent, Luister, naar mij, broeder, want zij noch ik is schuldig, dat zweer ik u Zie haar toch aan, gij, die haar zien kunt, en zeg mij, of gij" dit reine, fiere meisje van één zwakheid durft beschul digen. Michel wendde zich af en antwoordde niet. Laurent ging nog dreigender voort: Spreek, voor moeder en voor mij Spreek Geen antwoord volgde. Ge kent haar, Michel. Heb ik u vroe ger niet verteld, dat, toen ik wanhopig, ontmoedigd, op het punt stond mij redde loos in het verderf te storten, een zachte hapd mij aan den rand van den afgrond heeft teruggehouden? .Dat was de hand van Marie-Rose. En op den avond van den dag, toen ik uit mijn familio was ge bannen, als een ellendeling, als een ge vloekte, toen ik op het punt stond van te sterven, heeft weer Marie-Rose mij ge red. Zij heeft mijn hand teruggehouden, en de kogel, die voor mijn hart- was be stemd heeft hp ar in den schouder getrof fen. Ondanks dit alles wilde ik toch ster ven. Haar teedere smeekingeii hebben mijn besluit aan het wankelen gebracht. Even als gij, Michel, heeft zij mij doen begrij pen, dat men geen misstap vergoedt door een zelfmoord. Slechts door te leven kan men het verleden weer goed maken. Zij heeft mij den weg aangewezen, dien ik gaan moest om mijn eer te herstellen. Ein delijk, moeder, op dien noocllottigen avond, toen Jactel op het kantoor van mijn broeder werd vermoord, was ik te Nogcnt gekomen, om u te omhelzen cn haar weer te zien. Zij was het, het onschuldige meis je, dat gij nu van schande verdenkt, dat mij naar het prieël geleid heeft, waar u, in uw slaap, miin kus ontving, die u later van ni'in onschuld overtuigde. Waarom hebt ge dat meisje hier in huis gebracht? Waarom, moeder? Helaas, ik vrees de, dat u het. wel begrepen zou hebben. Ik was van hier verjaagd en men wilde mij niet weerzien. Welnu, door Marie- Rose hier te brengen scheen heb mij toe, dat ik niet zoo ver van uw hart verwij derd was. Er was dan nog iemand hier in huis, die mij liefhad. Ik was dan niet geheel en al een banneling. Ja, zoo heb ik tot mij zei ven gesproken. Ook zei ik, dat, daar Marie-Rose eenmaal mijn vrouw zal worden, het beter was, dat gij haar leerdet kennen, cn dat gij mij haar niet ■zoudt weigeren, wanneer gij wist welk een edel hart zij heeft. Zij zou uw genegen heid gewonnen hebben, onmisbaar voor u geworden zijn, cn, evenals Gilberte, uw dochter zijn geworden. O, móéder, ik heb een vrome leugen gebezigd. Ik heb mij van Marie-Rose bediend, om uw hart voor mij te behouden. Verstoot haar niet. Zij is alleen op de wereld. Wijs haar niet van u, wantrouw haar niet. Do© haar geen verdriet aan, zii, die ieders achting, ja, ieders genegenheid zoo ten volle waard is. Wat voor de toekomst mijn wil ook moge zijn, mijn zoon, gij hebt mij zwaar beleedigd door zoo te handelen. Möeder, miiu bedoelingen waren op recht. En wanneer er iemand schuldig is, dan is zij het niet, ik ben hét. Ik heb haar verzocht hier in huis te komen. En daarin heb ik vol vreugde toege stemd. mijn Laurent. Het maakt mij even gelukkig als trotsch. U hoort het, moeder? Dat meisje mag geen oogeublik langer hier in huis blijven, zei Michel. O, moeder, u ia onrechtvaardig! Marie-Rose verborg het gelaat in de handen en weende zacht. Zij had dit be sluit voorzien. Moeder, zei Laurent, bij alle onheilen, di© mij onlangs slag op slag ge troffen hebben, bleef mij slechts één troost over, te weten dat Marie-Rose bij u was, bemind door u, geacht door allen. U breekt mij het hart. Moeder, d'at kan toch uw wil niet zijn? Ik heb het gezegd. Luister, moeder. Ik heb dit meisje beloofd, dat zo eenmaal mijn vrouw zou zijn. Zij heeft mij lief met geheel haar hart. Ik zal haar mijn woord niet terug vragen. Hoewel de droevige tijden, waarin wij verkeeren, slecht gekozen zijn voor een huwelijk, toch zal mij dat niet belet ten, haaf nu mijn naam te geven, wan neer u dat wil. Wanneer Marie-Rose een maal mijn vrouw is, dan heeft u geen re den meer om haar te verstooten. Ik ben arm, dat is waar, Marie-Rose is even arm als ik, maar een edelmoedige vriend heeft mij de betrekking van mijndirecteur doen behouden, die hij mij reeds vroeger had gegeven. Mijn traktement ia ruim vol doende om een vrouw gelukkig te ma ken. Hij knielde voor do blinde neer. Moeder, ik smeek u, mij met Marie Rose te laten trouwen. Nooit Zij sprak ernstig, op een toon, die een onwrikbaar besluit verraadde. Marie-Rose barstte in snikken uit, maar de markiezin hernam, terwijl zij op elk woord den klemtoon legde: Nooit! Gij* hebt mij beleedigd. Zoo lang de web mij machtigt mij er tegen te verzetten, zal dit iucisje miin dochter niet worden. En ik hoop voegde zij er iets zachter bij, ik hoop, dat, na al uw misstapen uit het verleden, na al de tranen, die gij reeds hebt doen vloeien»; gij aan uw moeder het verdriet zult be sparen te ondervinden, dat gij tegen haaf. wil in opstand komt. Neen, moeder, ik zal niet trouwen^ ondanks u. Braaf zoo, Laurent, zoo denk ik ot ook over, zei Marie-Rose. U hoort liet, moeder, zij wil het? evenmin. Wij zouden cr ons leven lang Lx& rouw over hebben. Moeder, voor de laatste maal? Nooit 1 Nooit Zij stond met moeite van haar leun stoel op. Gilberteriep zij. Mijn dochter is cr niet meer, moe* der, zei de markies. Geef mij dan uw arm, Michel, en go- leid mij naar mijn kamer. Laurent snelde naar zijn broeder en vatte zijn hand. Michel, tracht haar voor mij over tb halen, zei hij- Michel schudde liet hoofd. Moeder heelt gelijk. Gij hebt liaatt zwaar beleedigd. Haar besluit is rechtvaar dig en haar wil is ook dc mijne. Maar ge kunt haar toch niet terstond wegzenden. Ilct is nacht. Waar. zou zij heen-* gaari. Dat is waar, moeder, zei Michel tegeij d;e blinde. De markiezin keerde zich op den drerity pe om. (Wordt vervolgd),

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1913 | | pagina 9