Tweede Kamer. FEUILLETON. Wraak, ft,o. 16265. BEIÏJSOH DACéBIiAB, Vrijdag* 28 Februari. Tweede Blad. Amio 1913. Invaliditeits. en Ouderdomi- vorzekcring. Bij art. 356, bepalende, dat gedurende het eorste jaar na heb in-werking-treden van artikel 30 der wet personen, die den VO-jarigcn leeftijd bereikt hebben, alsnog onder zekere voorwaarden tot de verzeke ring kunnen worden toegelaten, betoogde de heer T r e u b gisteren, dat deze bepa ling kan leiden tot knoeierijen, omdat daar door in de verzekering kunnen vallen per- eonen boven de 70 jaar, zonder dab zij ooit arbeider in den zin oer wet zijn geweest of hebben kunnen aantoonen, dat zij pre mie hebben betaald. De Minister bestreed dit betoog, daar «dit artikel niets is dan een voortgaan in de richting van art. 342, dat ruimte laat om menschen boven den 35-jarigen leeftijd als nog tot de verzekering toe te laten. Hit artikel wera goedgekeurd Alsnu kwam aan de orde artikel 357, be vattende de regeling/dat iemand, die 70 'jaar of ouder is, bij het in-werking-treden van dit artikel rente kan trekken zonder premiebetaling, indien hij aannemelijk maakt, dat hij in het tijdvak van 10 jaren, onmiddellijk voorafgaand aan het in-wer king-treden van dit artikel of aan de vervul ling van zijn 70ste jaar, te zamen gedurende ten minste 156 weken in de termen van ver zekeringsplicht zou zijn gevallen, indien op dit tijdstip de verzekering zou ingevoerd geweest zijn. (Het toekennen dus van een gratis-pensioen. Op dit artikel verdedigde de heer Ty de- man een amendement, ook onderteekend 'door andere leden van links, dat een twee ledige strekking heeft. Eenerzijds beoogt het, den kring van de zeventigjarigen, die zonder premie betaald te hebben rente zul len genieten, uit te breiden door ook aan niet-loonarbeiders onder zekere omstandig heden en mits van goed gedrag zijnde, aan spraak op rente te geven, en anderzijds be doelt het, aan personen, die niets hebben bijgedragen, alleen dan aanspraak op rente te geven, indien zij zich in behoeftige om standigheden bevinden, zoodat zij niet in staat zijn zelf in hun onderhoud te voor zien. Het kenmerk voor toekenning van een gratis-pensioen moet niet gezocht worden aldus betoogde svr. uitvoerig in de qualificatie van loonarbeider, maar het kosteloos pensioen moet beoogen leniging van bestaande behoefte. Het amendement beoogt, een begin te maken met een goede, reëele en rationeele ouderdomsvoorziening. De heer Duys trok een amendement in, om de uitkeering op 65-jarigen leeftijd te doen geschieden, waar andere amendemen ten om den 65-jarigen leeftijd in te voeren took reeds verworpen zijn. De Minister bestreed het amende- ment-Tydeman, dab geheel ingaat tegêrr het hoofdbeginsel van het wetsontwerp. iEen artikel als de heer Tydeman in het 'ontwerp wil, zou dit geheel bederven, en het amendement is eigenlijk niets dan een motie, een interessante manifestatie voor een zoo spoedig mogelijk tot stand te bren gen ouderdomsvoorziening. De Minister verklaarde het amendement dan ook zoo lijnrecht ingaand tegen het beginsel van liet ontwerp, dat hij het onmogelijk kan aanvaarden. Met een enkel woord verde digde de Minister dan nog het Regeerings- artikel, betoogend, dat de beperking tot de gewezen loonarbeiders voortvloeit uit 'den geheelen opzet van het ontwerp. De heer Duys, betreurende de onaan- nemelijk-verklaring dOor den Minister van het omendement-Tydeman, verklaarde dat de sociaal-democraten er vóór zullen stem men, omdat het beter het doel zal doen bereiken dan 't Regeeringsontwerp. Alleen bevalt spreker minder den eisch van goed levensgedrag in het amendement. Overi gens bestreed spreker, dat het stelsel van het amendement in strijd zou zijn met het Regeeringsontwerp, om deze eenvoudige IVden. dat het Regeeringsartikel 357 geen arbeiders-verzekeringsreglement bevat, om dat het geen premiebetaling vordert, wel- {Nadruk verboden). 24) O, Laurent, ik spreek alle dagen met je moeder over je. Pas op, je niet te verraden! Zij kon misschien bemerken... Neen, zij spreekt altijd het eerst over je niet zacht verwijt, dat ge niets van je laat hooren. Arme moeder, zei hij' weenend Maar nooit met toorn. Zij heeft je lief en zoekt een verklaring voor je lang durige afwezigheid. En ikzelf neem je iVerdediging op mij en zeg haar, dat ge i\vel'd!ra zult terugkeeren. Dan wordt zij langzamerhand kalmer en daar ik zie, dat het haar moederhart goed doet, om over je te spreken, vraag ik haar naar alle bijzonderheden uit je kinderjaren. Ik ken je leven van je geboorte-uur af, evengoed, filsof ik zelf je moeder wa6. Wat zijt ge toch goed En de markiezin vermoedt niet, dat zij niet alleen gelukkig is, door over je te spreken. Het liefst spreekt zij over je eerste jeugd. Het is mij, alsof ik nog na- 'der aan je gehecht ben, nu ik zoo al die kleine voorvallen ken. Heb komt mij bijna .voor, alsof ik je altijd gekend en als kind niet je gespeeld heb, en of ik je daardoor ïiog inniger bemin. Laurent vroeg haar naar allen, van wie hij gescheiden was. Zy was wel verplicht ke toch het kenmerk is van arbeidersver zekering. Spreker hoopte dat, ak ook dit amende ment weer verworpen wordt, wat zoo goed als zeker is na de onaannemelijk-verklaring den Christelijken arbeiders nu eindelijk de schellen eens van de oogen zullen vallen. De heer Goeman Borgesius, me de-voorsteller van het amendement, verde digde dit nader, ook op grond, dat het niet in strijd kan zijn met het hoofdbeginsel der wet, wijl het hier geldt een gratis-uitkee- ring op groote schaal en geen verzekering. Spreker constateerde, dat duizenden en tien duizenden, die spreker en zijn vrien den hebben willen helpen, niet geholpen zullen worden. Maar spreker troost zich dan, dat hij en zijn geestverwanten voor die arme menschen zullen hebben gedaan wij .zij konden. Na re- en dupliek werd het amendement, om dus het gratis-pensioen óók uit te strekken tot niet-loonarbeiders, verworpen met 41 tegen 24 stemmen (rechts tegen links.) De Voorzitter deelde mee, dlat we gens ongesteldheid van den Min. van Waterstaat, zoodat deze Vrijdag niet in de Kamer kan tegenwoordig zijn, dan dus niet_te behandelen het aan de orde gestel- dé ontwerp betreffende overneming van telefoonnetten van de Bell Telefoon-Maat schappij. De vergadering werd verdaagd tot heden. „O. O. S." ,,D O. S." of duidelijker de Leidsche Christelijke gymnastiek- en schermvereeni- ging ,,Door Oefening Sterk" had gister avond niet over belangstelling te klagen, toen zij in ,,De Graanbeurs" een uitvoering gaf. Integendeel, de zaal was flink gevuld. ,,D. O. S.", aangesloten bij den Chr. Bond van Gymnastiek-Vereenigingen in ons land, heeft zich die belangstelling waard ge toond, want haar vele werkende en adspi- rant-leden hebben over het algemeen goed gewerkt en haar avond strekte, naar het ons voorkwam, den aanwezigen tot genoe gen. Vooral de standen op het met groen ge tooide podium werden bewonderd, vat even wel niet zeggen wil, dat men voorbijzag het vele goede, hetwelk aan vrije- en orde oefeningen, schermen, brugwerken, met staafoefeningen en hoogrek-turnen werd gepresteerd. Ter afwisseling werden ten gelioore ge bracht goede piano- en piano- en fluitnum- mers, opgevoerd ,,Daar is Mijnheer'', waar omtrent wij alleen vermelden, dat er door sommigen dol om gelaohen werd, en te zien gegeven door welwillend medewerkende da mes en hee-ren levende beelden in lijst, ver persoonlijkende oud-Hollandsche liedjes, een de middelen, waarover men te be- schikkéir-hady-trr aanmerking genomen zeer goed uitgevoerd en hoogst gewaardeerd nummer. Bij ontstentenis van ds. A. Roorda, die verhinderd was tegenwoordig te zijn, werd de uitvoering geleid door den heer A. M. Verschoor, die haar opende en sloot met gebed en dankzegging, het welkom toe riep, hoopte op een aangenamen en gezel- ligen avond, de Vereeniging, welke hier zoovelen samen zag, geluk wenschte met haar vijfjarig bestaan, een zeldzaam feiC hier voor een Chr. Gymnastiek-vereeni- ging, en sprak over gymnastiek in het algemeen nu en in de oudheid, en over haar beoefening op Chr. wijze in 't bijzon der. Tevens dankte hij den voorzitter voor hetgeen deze heeft gedaan in het belang van ,,D. O. S." en complimenteerde de Vereeniging, welke had laten zien, dat „oefening sterk maakt." De voorzitter zelf, de heer J. Keere- weer, gewaagde na de afwerking van het programma van den goedgeslaagden avond, verzocht ook om financieelen steun door toetreding als donateur; dankte den lei der, de dames voor hetgeen zij welwillend hadden verricht, inzonderheid mevr. DicbenKonings, den directeur den heer J. de Kok, die eerst met Nieuwjaar zijn hem te zeggen, dat de markies nooit zijn naam uitsprak. Diep bedroefd boog Laurent het hoofd. Ge moet den tijd afwachten, tot je broeder wat gunstiger voor je gestemd is, Laurent. Op het oogenblik acht ik het beter, dat hij je niet weerziet. Wanneer je moeder aan tafel soms je naam uit spreekt, dan neemt zijn anders zoo goedig en vriendelijk gelaat een sombere uitdruk king aan, en in zijn oogen lees ik- toorn, ja, toorn en diepe verachting. Hij za] het mij nooit vergeven. Geduld en moed, Laurent. Blijft Marie-Rose je niet over? Zult ge Biet altijd bij je moeder en je broeder je len tefee hebben, die de bloemen der liefde weer in hun hart zal doen bloeien En ik, Marie, ik vrees, dab zy je eenmaal eveneens zullen verachten en dat je met mij den last van hun toorn zult moeten dragen. Houd moed, zeg ik je, houd moed, Laurent Zij zaten naast elkander op de bank. verborgen achter de takken van den wil den wijngaard. Zij leunde met haar hoofd op den schouder van haar beminden Lau rent. Zooals zij daar bij elkaar zaten in dien heerlijken zomeravond, onder den prachti- gen sterrenhemel, in den zachten mane schijn, voelden zij zich ondanks alles on eindig gelukkig. Zeer zacht vroeg Laurent aan Mari* Rose Waar is mijn moeder op het oogen blikt taak was begonnen, en twee oud-voorzit ters, uit Rotterdam en uit Amsterdam, voor hun tegenwoordigheid, waarin hij zag een bewijs van onverflauwde sympathie voor „D. O. S.". Ten slotte gaf hij den wensch te kennen, dat de Vereeniging eens een vaandel rijk zal worden. Te twaalf uren was de uitvoering, om acht uren aangevangen, geëindigd. fiatwljkacho ziekenverpleging;. In de Gemééntezaal té Katwijk-aan-Zéé werd gisteravond de jaarvergadering belegd van de vereeniging „Katwijlcscho Ziekenver pleging. Daar de voorzitter dor Veroeoiiging wegens ongesteldheid verhinderd was de vergade ring bij te wonen, berustte de leiding bij den vice-voorzitüer. Deze opende met gebed en sprak oon welkomstwoord tot de aanwe zigen. Vervolgens werd gelezen oen brief van den afwezigen voorzitter, waarna den secretaris werd verzocht de notulen der vorige vergadering te lezen. Alvorens hiertoe over te gaan, deelde de secretaris mee, dat de burgemeester bericht had, tot. zijn spijt de vergadering niet te kunnen bijwonen. Alsnu kwam aan de orde do rekening en verantwoording van den penningmeester. Do ontvangsten bedroegen het afgeloopen jaar f1307, do uitgaven f1361; er is dus een nadeelig saldo van f54. Do bogrooting voor hot volgende boekjaar kwam neer op hot volgende: Vermoedelijke ontvangsten f 1280, uitgaven f 1250 (mits geen tweodo zustor worde aangesteld), batig saldo f 30. Deze bogrooting werd aldus vast gesteld. Een commissie van twee personen, benoemd tot het nazien der rekening, ver klaarde bij monde van één dier hoeren alles in de beste orde to hebben bevonden, waarna de ptLningmeester van zijn gehouden beheer werd gedéehargoord. 't Voornaamste punt der agenda volgde nu: Jaarverslag van den secretaris. Dit ver slag handelde over de volgende drie punten: Bestuur, arbeid der zusters, staat der Ver eeniging. We nemen er het volgende uit over: In het afgeloopen jaar waren dertien offioieele bestuursvergaderingen belegd. Van de vereeniging „Ziekenhulp", t-e Rijnsburg, was een verzoek ingekomen, om, waar deze Vereeniging financieel niet krachtig genoeg is, zelf een zuster aan te stellen, de hulp der Katwijksche zuster te verkrijgen en wel tegen vergoeding. Plet bestuur had hierop niet kunnen ingaan, omdat o. m. bij inwilli ging van dat verzoek het terrein van werk zaamheden voor de zuster te groot zou wor den. Wel zal de zuster in buitengewone en onvoorziene gevallen hulp moeten verleenen aan patiënten in Rijnsburg. Omtrent den arbeid der zustars bevatte het verslag een geschiedenis van verwis seling van zusters. Binnen een jaar toch hebben vier verschillende zusters de Ver eeniging gediend. Deze legden in het afge loopen jaar 6667 bezoeken af, over de maan den Januari tot half December aldus ver deeld: 754, 1124, 859, 776, 379, 435, 4101, 460, 382, 387, 414 en 287. Ex werden 167 patiënten verpleegd van wie 147 herstelden, 19 stierven en 1 thans elders wordt ver pleegd. Op advies der zusters werd door do Vereeniging aan enkele jjatiënten bijwijze van Kerstgave lcotuur geschonken. Omtrent den staat dor Vereeniging Vérna- men wij, dat het aantal leden het afgeloopen jaar iets verminderde, de Vereeniging telt c-r thans 332, waarvan 230 te Katwijk-aan- Zee, 84 te Katwijk aan den Rijn en 18 bui tengewone leden. Enkele leden verminderden, hun contributie; anderen vermeerderden deze. De financieele toestand der Vereeniging baart het bestuur nog steeds zorg, vooral waar de Vereeniging mettertijd zal worden gesteld voor het feit om' over te gaan tot de aanstelling van een wijkgebouw met iso- leerkamer en lighal voor tuberculose lijders. De Vereeniging kan dan ook onmogelijk de gemeente-subsidie missen. In verband met het aanschaffen van een lighal, deelde do heer H. mee, dat oen Vereeniging, die zich o.m. ten doel stolt de tuberculose te be strijden, aanspraak kan malven op Rijkssub sidie, waarop de secretaris hot oordeel der vergadering vraagt om in dezen de noodige stappen te doen. Bij acclamatie verklaart do vergadering er zich in beginsel voor. Zij is in gindisch priëel. OngetwjfcM denkt ze aan je. Hoe» gaarne zou ik baar eens willen zien, haar naderen, haar gelaat van nab'j aanschouwen, zonder dat zij mijn aan ro zigheid gewaar wordt. Het is me, of ik haar in vele jaren niet gezien heb. Zal je voorzichtig zijn? Ja, ik zal niet tot haar spreken. Zij zal niet vermoeden, dat ik er ben. Helaas, zoo ben ik dan genoodzaakt, mij voor mijü moeder te verbergen. Wat zou ik haar moeten antwoorden, wanneer zij mij on dervroeg? De schepselen, die mij het dierbaarst op de wereld zijn, zijn van mij gescheiden. Mijn moeder weet van niet*, dat is waar, en zij mag ook van nieta weten. Een onvoorzichtigheid zou mij kun nen verraden. Ik zal niet tot haar opre ken, wéee daar zeker van. Nader haar dan voorzichtig en loop over de grasranden, opdat zij je schreden niet zal hooren. Kom spoedig terug. O, heb dank, lieve Marie, voor zoo veel goedheid Laat mij eerst eens gaan zien, of je moeder er nog zit. Spoedig dan, Marie, spoedig, want de minuten zijn kostbaar. Zij ging heen en kwam een oogenblik later terug. Ga, zei zij. Je moeder is op ha^.r stoel in slaap gevallen. Het weer ;9 zoo zacht, dét ik niet vrees, dat zij kou zal veten. Ga, nu kan je haar zonder gevaar naderen. En gij, Marie? Ik blijf hier de wacht houden. Je broeder zou terug kunnen komen en In de pauze, die nu volgde, had een be stuursverkiezing plaats wegens periodieke af treding van dr. A» J. van Wijngaarden, <Le met op één na algemeene stemmen werd her kozen. Bij de rondvraag stelt de heer S. voor om zuster Mien een stoffelijk blijk van waar deering voor haar arbeid te schenken, welken wenk het bestuur in acht zal nemen, zoo de genoemde zuster teruggekeerd is. Hierna sloot ds. Meyering do vergadering mét dank gebed. Gemeenteraad van Katwijk* (Vervolg) Ten slotte kwam aan de orde de bekende motie, indertijd door den heer Aande- wiel met betrekking tot de verhouding tus- schen gemeentebestuur en het Domeinbö- stuur ingediend, waarmede werd beoogcf een poging om de verhouding tusschen ge meentebestuur en Domeinbestuur te verbe teffen. Uit het praeadvies van B. en Ws. bleek, dat zij de strekking toejuichen. Intusschen het college is te deze zake niet optimistisch gestemd. In vele plaatsen in ons land it dezelfde wrijving tusschen Gemeente- en Domeinbestuur aan het licht getreden, waaronder de ontwikkeling van Katwijk zooveel te lijden heeft gehad Geen Minister bleek bij machte het Do meinbestuur het beginsel bij te brengen zich op ruimer standpunt te plaatsen door een beheerder van particuliere goederen. Ja particulieren kunnen in het algemeen ge makkelijker bij het Domeinbestuur slagen dan publiekrechtelijke colleges. Deze tactiek van het Domeinbestuur heeft niet alleen uitdrukking gevonden in den prijs, dien men van de over te dragen gronden vorderde, maar ook in de besliste verklaring, dat het slechts een deel van de door het Gemeentebestuur gewensch- te gronden wilde prijs geven. Na zoo in groote lijnen de verhouding tot het Domeinbestuur te hebben geschetst, zeggen B. en Ws., dat zij van de motie wei nig resultaat verwachten. B. en Ws. stellen daarom voor de redactie eenigszins te wij zigen en aldus te lezen De Gemeenteraad van Katwijk, bet'eurb de weinig welwillende houding, welke bij voortduring door het Domeinbestuur tegen over deze gemeente wordt aangenomen constateert, dat als gevolg dier houding de uitvoering van door het gemeenteb3- stuur van Katwijk ontworpen plannen on- noodig wordt bemoeilijkt, menigmaal de uitvoering dier plannen onmogelijk wordt gemaakt. In de overtuiging, dat 's land3 wetgeven de vergadering de juistheid zal onderschrij ven der stelling, dat de voor verwezenlij king van een behoorlijk beheer en stelsel matigen uitbouw van gemeente noodige privaatrechtelijke eigendommen van den Staat tegen vergoeding van de waarde teT beschikking der gemeente behooren te wor den gesteld voor zoover niet redenen van Staatsbelang zich daartegen verzetten, draagt de Raad aan B. en Ws. op deze mo tie ter kennis te brengen van de Eerste en Tweede Kamer der Staten-Generaal eu daaTaan vast te knoopen het verzoek, dat de Regeering door de Staten-Generaa? wor de uitgenoodigd een commissie te ^noe men met opdracht te onderzoeken of in deze motie neergelegde grieven gegrond zijn en deswege rapport aan de wetgevende Macht uit te brengen. Deze motie werd na eenige disciissie bij' aocl amati e aange nom en De vergadering ging daarna in geheime zitting over. „Vrede door Ileclit." Aan het hoofdbestuur en de leden van den Algemeenen Nederlandschen Bond „Vrede door Recht" is een open brief verzonden door den heer L. P. A. van den Brandeler, te Oegstgeest, naar aanleiding van de brochure „De Een dracht van het Land", waarin prof. Van Vollenlioven opwekt tot vorming eener in- ontmoeten, Wanneer hij komt, zal ik je tijdig waarschuwen. Ge denkt aan alles. Hij verwijderde zich met het hart vol vreugde. Hij kende den tuin 6edert lange jaren en hij wist, waar zijn moeder het liefst zat. Weldra had Marie-Rose hem uit hot <>)g verloren. Bij het prieel gekomen, blijft Laurent eerst op een afstand staan. Zijn moeder zit daar. Zij slaapt in een gemakkelijken tuinstoel, met het hoofd op den arm gesteund. Om haar tegen de koelte van den avond te beschutten, heeft Marie-Rose haar een deken over de knie ën gelegd. Zij is kalm en glimlacht in haar slaap. Hij nadert eenige schreden over het zachte gras, dat het geluid zijr.er voetstap pen versmoort. Het prieel is diclit begroeid. Hij komt achter haar stoel, daar valt hij op de knieën, vouwt zijn handen en beschouwt aandachtig het eerbiedwaardig gelaaj fij ner moeder. Hij stamelt, als een gebed: O I moeder, moeder ik zal tot u terug keeren. Ik zal weer uwer waardig worden. Ontzeg me uw liefde niet, moeder, sluit uw hart niet voor mij. Hij neemt den zoom van haar kleed in de hand en drukt er zijn lippen op, even als hij het gedaan heeft op den dag, toen de familieraad hem ter dood veroor deelde. Hoe weinig het ook moge zijn, het is iets van zijn moeder. De markiezin beweegt zich niet. Zij temationale politiemacht ten dienste van het Hof van Arbitrage en ter bescherming van de rechten van onzijdigen. In de brochure van den hoogleeraar komt deze zinsnede voor; Maar ter andere zijde laat zich duchten, dat ook oprechte vredesvriendinncn en -vrienden op den neus zullen kijken. Zóó immers gaat al het mooi van hun bewe ging af. Hoe toch wil men een banier mefl „Vrede op aarde" ontplooien, als men juist doende is een flink internationaal le ger en een flinke internationale vloob to ontwerpen? Hoe zal men durven zeggen, dat „het volk, dat in duisternis wandelt, eon groot licht heeft gezien", als dat licht, ontstraalt aan iets zoo stoffelijks als een wereldpolitiemocht? En wat moet er wor den van al die zangkoren van kinders in natte haren en witte jurken, die op 18 Mei een ode zingen op den tsaar des vredes wat van die geestdriftige monumenten, waarop een of ander metalen duif is af gebeeld, die een kanon vernagelt met een olijftak? Het antwoord, helaas, kan edel kort en nuchter wezen. De wereldvrede moet bui ten kijf de sluitsteen, maar kan onmogelijk' de eerste steen zijn en men heeft meer aan één internationale strijdmacht met nationa le ontwapening der volken in de hand, dan aan tien of honderd of honderd duizend onbereikbare algemeene ontwapeningen in de lucht. In deze woorden ziet de heer Van den Brandeler een miskenning van de leden van „Vrede door Recht" en wil daarop het ant woord geven door een daad, het nemen van het initiatief tot een krachtige nationale propaganda, en door het op touw zetten van een monster-petitionnement, „waaraan heel het Nederlandsche volk zal deelne men, en dat dus waarlijk nationaal zal zijn, omdat het hier gaat om een echt na tionale zaak, om dat ten 6lott3 neder te leggen aan de voeten van V. M. onze ge- eerbiedigde Koningin, die toch nog steeds naar buiten geldt als het symbool van onzo volkseenheid en van onzo internationale persoonlijkheid." Mijn voorstel is n.l dat de eerstvolgende algemeene vergadering moge besluiten om het initiatief te nemen tot het rèaliseeren van de voorstellen van prof. Van Vollen hoven, en daartoe, voor zooverre dit noo- dig mocht blijken, terug moge komen op de reeds gemaakte plannen voor 1913, orrt alle krachten en alle middelen, die daar door vrij komen, te kunnen besteden aan een krachtige propaganda in stad en pro vincie, om het voorgestelde ^olkspetition- nement te ondersteunen en te doen slagen. Het hoofdbestuur wordt verzocht daartoe de noodige stappen te doen. West-ludisclie Caltaarbnnk» „De N. Crt." verneemt, dat de Vereeniging voor don grooton landbouw in Suriname, be treurende het uitstel, dat de oprichting van de West-Indische Cultuurbank ondervindt en een Inzinking van den Surinaamachen land bouw door gobrek aan financiën onvermijdelijk achtend, tot den Minister van Koloniën hei dringend verzoek heeft gericht de oprichting van die Bank zooveel mogelijk te bevorderen. liet doorboreii van den Montblanc. De Fransche regeering heeft, gelijk men weet, besloten een tunnel door den Mont blano te graven. Voor het verkeer is dit' werk van het grootste belang. De afstand tussohen Milaan en Parijs wordt er 80 K M, door bekort, terwijl Calais 100 K.M. dichi ter bij de hoofdstad! van Lombardije komt te liggen, hetgeen van groote beteekenis i* voor het verkeer tusschen Engeland en Ita lië. Het doorboren van dezen berg ig na tuurlijk een reusachtige onderneming, dis groote geldelijke offers eischt. De ontwor pen tunnel zal 13 K.M. lang zijn, waarbij niet gerekend worden de talrijke bergen, die op de route liggen en eveneens moeten doorboord worden. De tunnel, die van het beroemde dal van Chamonix naar Aosta zal voeren, wordt de langste Alpentunnel en zal den Simplon-tunnel een sterke oon- currentie aandoen slaapt nog altijd en hij hoort haar kalme, gelijkmatige ademhaling. Zacht staat hij op. Hij heeft alle voorzichtigheid uit het oog verloren. Zijn oogen vullen zich met tranen. Hij bukt zich over de blinde heen en drukt een zachten kus op haar voorhoofd en te gelijk valt er een traan op. Daarna verwijdert hij zich, hij vlucht alsof hij een slechte daad had bedreven. Toen hij bij Marie-Rose kwam, liep dez* hem te gemoet en zeide haastig: Pas op, Laurent, je broeder nadert. Inderdaad kwam Michel langs den tuin muur. Laurent hoorde hem met Gilberté spreken. Tot olken prijs wilde hij een ontmoeting vermijden. Laurent en Marie-Rose omhelsden elkaa-tf haastig. Tot weerziens, Marie-Rose. Tot een spoedig weerzien, Laurent., De graaf snelde naar den muur. Vlug, vlug, Laurent, het is meer dan tijd, roept zij hem na. De jonge man is lenig en gespierd. In een oogwenk is hij boven op den tuinmuun geklommen. Marie-Rose is reeds heenge gaan. Hij werpt nog een vluchtigen blik! door den tuin en laat zich daarna aan den anderen kant van den muur neervallen. Hij heeft Michel en Gilbert© niet gezien, die inmiddels binnen zijn gekomen en ver baasd naar hem kijken.. Zij herkennen hem. Romain Goux is in het kantoor bezige den diefstal te plegen. (Wordt vervolgd^

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1913 | | pagina 5