Tweede Kamer.
FEUILLETON.
Wraak,
ft,o. 16265. BEIÏJSOH DACéBIiAB, Vrijdag* 28 Februari. Tweede Blad. Amio 1913.
Invaliditeits. en Ouderdomi-
vorzekcring.
Bij art. 356, bepalende, dat gedurende
het eorste jaar na heb in-werking-treden
van artikel 30 der wet personen, die den
VO-jarigcn leeftijd bereikt hebben, alsnog
onder zekere voorwaarden tot de verzeke
ring kunnen worden toegelaten, betoogde
de heer T r e u b gisteren, dat deze bepa
ling kan leiden tot knoeierijen, omdat daar
door in de verzekering kunnen vallen per-
eonen boven de 70 jaar, zonder dab zij ooit
arbeider in den zin oer wet zijn geweest
of hebben kunnen aantoonen, dat zij pre
mie hebben betaald.
De Minister bestreed dit betoog, daar
«dit artikel niets is dan een voortgaan in de
richting van art. 342, dat ruimte laat om
menschen boven den 35-jarigen leeftijd als
nog tot de verzekering toe te laten.
Hit artikel wera goedgekeurd
Alsnu kwam aan de orde artikel 357, be
vattende de regeling/dat iemand, die 70
'jaar of ouder is, bij het in-werking-treden
van dit artikel rente kan trekken zonder
premiebetaling, indien hij aannemelijk
maakt, dat hij in het tijdvak van 10 jaren,
onmiddellijk voorafgaand aan het in-wer
king-treden van dit artikel of aan de vervul
ling van zijn 70ste jaar, te zamen gedurende
ten minste 156 weken in de termen van ver
zekeringsplicht zou zijn gevallen, indien op
dit tijdstip de verzekering zou ingevoerd
geweest zijn. (Het toekennen dus van een
gratis-pensioen.
Op dit artikel verdedigde de heer Ty de-
man een amendement, ook onderteekend
'door andere leden van links, dat een twee
ledige strekking heeft. Eenerzijds beoogt
het, den kring van de zeventigjarigen, die
zonder premie betaald te hebben rente zul
len genieten, uit te breiden door ook aan
niet-loonarbeiders onder zekere omstandig
heden en mits van goed gedrag zijnde, aan
spraak op rente te geven, en anderzijds be
doelt het, aan personen, die niets hebben
bijgedragen, alleen dan aanspraak op rente
te geven, indien zij zich in behoeftige om
standigheden bevinden, zoodat zij niet in
staat zijn zelf in hun onderhoud te voor
zien.
Het kenmerk voor toekenning van een
gratis-pensioen moet niet gezocht worden
aldus betoogde svr. uitvoerig in de
qualificatie van loonarbeider, maar het
kosteloos pensioen moet beoogen leniging
van bestaande behoefte. Het amendement
beoogt, een begin te maken met een goede,
reëele en rationeele ouderdomsvoorziening.
De heer Duys trok een amendement in,
om de uitkeering op 65-jarigen leeftijd te
doen geschieden, waar andere amendemen
ten om den 65-jarigen leeftijd in te voeren
took reeds verworpen zijn.
De Minister bestreed het amende-
ment-Tydeman, dab geheel ingaat tegêrr
het hoofdbeginsel van het wetsontwerp.
iEen artikel als de heer Tydeman in het
'ontwerp wil, zou dit geheel bederven, en
het amendement is eigenlijk niets dan een
motie, een interessante manifestatie voor
een zoo spoedig mogelijk tot stand te bren
gen ouderdomsvoorziening. De Minister
verklaarde het amendement dan ook zoo
lijnrecht ingaand tegen het beginsel van
liet ontwerp, dat hij het onmogelijk kan
aanvaarden. Met een enkel woord verde
digde de Minister dan nog het Regeerings-
artikel, betoogend, dat de beperking tot
de gewezen loonarbeiders voortvloeit uit
'den geheelen opzet van het ontwerp.
De heer Duys, betreurende de onaan-
nemelijk-verklaring dOor den Minister van
het omendement-Tydeman, verklaarde dat
de sociaal-democraten er vóór zullen stem
men, omdat het beter het doel zal doen
bereiken dan 't Regeeringsontwerp. Alleen
bevalt spreker minder den eisch van goed
levensgedrag in het amendement. Overi
gens bestreed spreker, dat het stelsel van
het amendement in strijd zou zijn met het
Regeeringsontwerp, om deze eenvoudige
IVden. dat het Regeeringsartikel 357 geen
arbeiders-verzekeringsreglement bevat, om
dat het geen premiebetaling vordert, wel-
{Nadruk verboden).
24)
O, Laurent, ik spreek alle dagen met
je moeder over je.
Pas op, je niet te verraden! Zij kon
misschien bemerken...
Neen, zij spreekt altijd het eerst over
je niet zacht verwijt, dat ge niets van je
laat hooren.
Arme moeder, zei hij' weenend
Maar nooit met toorn. Zij heeft je
lief en zoekt een verklaring voor je lang
durige afwezigheid. En ikzelf neem je
iVerdediging op mij en zeg haar, dat ge
i\vel'd!ra zult terugkeeren. Dan wordt zij
langzamerhand kalmer en daar ik zie, dat
het haar moederhart goed doet, om over
je te spreken, vraag ik haar naar alle
bijzonderheden uit je kinderjaren. Ik ken
je leven van je geboorte-uur af, evengoed,
filsof ik zelf je moeder wa6.
Wat zijt ge toch goed
En de markiezin vermoedt niet, dat
zij niet alleen gelukkig is, door over je
te spreken. Het liefst spreekt zij over je
eerste jeugd. Het is mij, alsof ik nog na-
'der aan je gehecht ben, nu ik zoo al die
kleine voorvallen ken. Heb komt mij bijna
.voor, alsof ik je altijd gekend en als kind
niet je gespeeld heb, en of ik je daardoor
ïiog inniger bemin.
Laurent vroeg haar naar allen, van wie
hij gescheiden was. Zy was wel verplicht
ke toch het kenmerk is van arbeidersver
zekering.
Spreker hoopte dat, ak ook dit amende
ment weer verworpen wordt, wat zoo goed
als zeker is na de onaannemelijk-verklaring
den Christelijken arbeiders nu eindelijk de
schellen eens van de oogen zullen vallen.
De heer Goeman Borgesius, me
de-voorsteller van het amendement, verde
digde dit nader, ook op grond, dat het niet
in strijd kan zijn met het hoofdbeginsel der
wet, wijl het hier geldt een gratis-uitkee-
ring op groote schaal en geen verzekering.
Spreker constateerde, dat duizenden en
tien duizenden, die spreker en zijn vrien
den hebben willen helpen, niet geholpen
zullen worden. Maar spreker troost zich
dan, dat hij en zijn geestverwanten voor
die arme menschen zullen hebben gedaan
wij .zij konden.
Na re- en dupliek werd het amendement,
om dus het gratis-pensioen óók uit te
strekken tot niet-loonarbeiders, verworpen
met 41 tegen 24 stemmen (rechts tegen
links.)
De Voorzitter deelde mee, dlat we
gens ongesteldheid van den Min. van
Waterstaat, zoodat deze Vrijdag niet in de
Kamer kan tegenwoordig zijn, dan dus
niet_te behandelen het aan de orde gestel-
dé ontwerp betreffende overneming van
telefoonnetten van de Bell Telefoon-Maat
schappij.
De vergadering werd verdaagd tot heden.
„O. O. S."
,,D O. S." of duidelijker de Leidsche
Christelijke gymnastiek- en schermvereeni-
ging ,,Door Oefening Sterk" had gister
avond niet over belangstelling te klagen,
toen zij in ,,De Graanbeurs" een uitvoering
gaf. Integendeel, de zaal was flink gevuld.
,,D. O. S.", aangesloten bij den Chr.
Bond van Gymnastiek-Vereenigingen in ons
land, heeft zich die belangstelling waard ge
toond, want haar vele werkende en adspi-
rant-leden hebben over het algemeen goed
gewerkt en haar avond strekte, naar het
ons voorkwam, den aanwezigen tot genoe
gen.
Vooral de standen op het met groen ge
tooide podium werden bewonderd, vat even
wel niet zeggen wil, dat men voorbijzag het
vele goede, hetwelk aan vrije- en orde
oefeningen, schermen, brugwerken, met
staafoefeningen en hoogrek-turnen werd
gepresteerd.
Ter afwisseling werden ten gelioore ge
bracht goede piano- en piano- en fluitnum-
mers, opgevoerd ,,Daar is Mijnheer'', waar
omtrent wij alleen vermelden, dat er door
sommigen dol om gelaohen werd, en te zien
gegeven door welwillend medewerkende da
mes en hee-ren levende beelden in lijst, ver
persoonlijkende oud-Hollandsche liedjes,
een de middelen, waarover men te be-
schikkéir-hady-trr aanmerking genomen
zeer goed uitgevoerd en hoogst gewaardeerd
nummer.
Bij ontstentenis van ds. A. Roorda, die
verhinderd was tegenwoordig te zijn, werd
de uitvoering geleid door den heer A. M.
Verschoor, die haar opende en sloot met
gebed en dankzegging, het welkom toe
riep, hoopte op een aangenamen en gezel-
ligen avond, de Vereeniging, welke hier
zoovelen samen zag, geluk wenschte met
haar vijfjarig bestaan, een zeldzaam feiC
hier voor een Chr. Gymnastiek-vereeni-
ging, en sprak over gymnastiek in het
algemeen nu en in de oudheid, en over
haar beoefening op Chr. wijze in 't bijzon
der. Tevens dankte hij den voorzitter voor
hetgeen deze heeft gedaan in het belang
van ,,D. O. S." en complimenteerde de
Vereeniging, welke had laten zien, dat
„oefening sterk maakt."
De voorzitter zelf, de heer J. Keere-
weer, gewaagde na de afwerking van het
programma van den goedgeslaagden avond,
verzocht ook om financieelen steun door
toetreding als donateur; dankte den lei
der, de dames voor hetgeen zij welwillend
hadden verricht, inzonderheid mevr.
DicbenKonings, den directeur den heer
J. de Kok, die eerst met Nieuwjaar zijn
hem te zeggen, dat de markies nooit zijn
naam uitsprak.
Diep bedroefd boog Laurent het hoofd.
Ge moet den tijd afwachten, tot je
broeder wat gunstiger voor je gestemd is,
Laurent. Op het oogenblik acht ik het
beter, dat hij je niet weerziet. Wanneer
je moeder aan tafel soms je naam uit
spreekt, dan neemt zijn anders zoo goedig
en vriendelijk gelaat een sombere uitdruk
king aan, en in zijn oogen lees ik- toorn,
ja, toorn en diepe verachting.
Hij za] het mij nooit vergeven.
Geduld en moed, Laurent. Blijft
Marie-Rose je niet over? Zult ge Biet
altijd bij je moeder en je broeder je len
tefee hebben, die de bloemen der liefde
weer in hun hart zal doen bloeien
En ik, Marie, ik vrees, dab zy je
eenmaal eveneens zullen verachten en dat
je met mij den last van hun toorn zult
moeten dragen.
Houd moed, zeg ik je, houd moed,
Laurent
Zij zaten naast elkander op de bank.
verborgen achter de takken van den wil
den wijngaard. Zij leunde met haar hoofd
op den schouder van haar beminden Lau
rent.
Zooals zij daar bij elkaar zaten in dien
heerlijken zomeravond, onder den prachti-
gen sterrenhemel, in den zachten mane
schijn, voelden zij zich ondanks alles on
eindig gelukkig.
Zeer zacht vroeg Laurent aan Mari*
Rose
Waar is mijn moeder op het oogen
blikt
taak was begonnen, en twee oud-voorzit
ters, uit Rotterdam en uit Amsterdam,
voor hun tegenwoordigheid, waarin hij zag
een bewijs van onverflauwde sympathie
voor „D. O. S.". Ten slotte gaf hij den
wensch te kennen, dat de Vereeniging eens
een vaandel rijk zal worden.
Te twaalf uren was de uitvoering, om
acht uren aangevangen, geëindigd.
fiatwljkacho ziekenverpleging;.
In de Gemééntezaal té Katwijk-aan-Zéé
werd gisteravond de jaarvergadering belegd
van de vereeniging „Katwijlcscho Ziekenver
pleging.
Daar de voorzitter dor Veroeoiiging wegens
ongesteldheid verhinderd was de vergade
ring bij te wonen, berustte de leiding bij
den vice-voorzitüer. Deze opende met gebed
en sprak oon welkomstwoord tot de aanwe
zigen. Vervolgens werd gelezen oen brief
van den afwezigen voorzitter, waarna den
secretaris werd verzocht de notulen der vorige
vergadering te lezen. Alvorens hiertoe over
te gaan, deelde de secretaris mee, dat de
burgemeester bericht had, tot. zijn spijt de
vergadering niet te kunnen bijwonen.
Alsnu kwam aan de orde do rekening en
verantwoording van den penningmeester. Do
ontvangsten bedroegen het afgeloopen jaar
f1307, do uitgaven f1361; er is dus een
nadeelig saldo van f54.
Do bogrooting voor hot volgende boekjaar
kwam neer op hot volgende: Vermoedelijke
ontvangsten f 1280, uitgaven f 1250 (mits
geen tweodo zustor worde aangesteld), batig
saldo f 30. Deze bogrooting werd aldus vast
gesteld. Een commissie van twee personen,
benoemd tot het nazien der rekening, ver
klaarde bij monde van één dier hoeren alles
in de beste orde to hebben bevonden, waarna
de ptLningmeester van zijn gehouden beheer
werd gedéehargoord.
't Voornaamste punt der agenda volgde
nu: Jaarverslag van den secretaris. Dit ver
slag handelde over de volgende drie punten:
Bestuur, arbeid der zusters, staat der Ver
eeniging. We nemen er het volgende uit
over: In het afgeloopen jaar waren dertien
offioieele bestuursvergaderingen belegd. Van
de vereeniging „Ziekenhulp", t-e Rijnsburg,
was een verzoek ingekomen, om, waar deze
Vereeniging financieel niet krachtig genoeg
is, zelf een zuster aan te stellen, de hulp
der Katwijksche zuster te verkrijgen en wel
tegen vergoeding. Plet bestuur had hierop
niet kunnen ingaan, omdat o. m. bij inwilli
ging van dat verzoek het terrein van werk
zaamheden voor de zuster te groot zou wor
den. Wel zal de zuster in buitengewone en
onvoorziene gevallen hulp moeten verleenen
aan patiënten in Rijnsburg.
Omtrent den arbeid der zustars bevatte
het verslag een geschiedenis van verwis
seling van zusters. Binnen een jaar toch
hebben vier verschillende zusters de Ver
eeniging gediend. Deze legden in het afge
loopen jaar 6667 bezoeken af, over de maan
den Januari tot half December aldus ver
deeld: 754, 1124, 859, 776, 379, 435, 4101,
460, 382, 387, 414 en 287. Ex werden 167
patiënten verpleegd van wie 147 herstelden,
19 stierven en 1 thans elders wordt ver
pleegd. Op advies der zusters werd door
do Vereeniging aan enkele jjatiënten bijwijze
van Kerstgave lcotuur geschonken.
Omtrent den staat dor Vereeniging Vérna-
men wij, dat het aantal leden het afgeloopen
jaar iets verminderde, de Vereeniging telt
c-r thans 332, waarvan 230 te Katwijk-aan-
Zee, 84 te Katwijk aan den Rijn en 18 bui
tengewone leden. Enkele leden verminderden,
hun contributie; anderen vermeerderden deze.
De financieele toestand der Vereeniging
baart het bestuur nog steeds zorg, vooral
waar de Vereeniging mettertijd zal worden
gesteld voor het feit om' over te gaan tot
de aanstelling van een wijkgebouw met iso-
leerkamer en lighal voor tuberculose lijders.
De Vereeniging kan dan ook onmogelijk de
gemeente-subsidie missen. In verband met
het aanschaffen van een lighal, deelde do
heer H. mee, dat oen Vereeniging, die zich
o.m. ten doel stolt de tuberculose te be
strijden, aanspraak kan malven op Rijkssub
sidie, waarop de secretaris hot oordeel der
vergadering vraagt om in dezen de noodige
stappen te doen. Bij acclamatie verklaart do
vergadering er zich in beginsel voor.
Zij is in gindisch priëel. OngetwjfcM
denkt ze aan je.
Hoe» gaarne zou ik baar eens willen
zien, haar naderen, haar gelaat van nab'j
aanschouwen, zonder dat zij mijn aan ro
zigheid gewaar wordt. Het is me, of ik
haar in vele jaren niet gezien heb.
Zal je voorzichtig zijn?
Ja, ik zal niet tot haar spreken. Zij
zal niet vermoeden, dat ik er ben. Helaas,
zoo ben ik dan genoodzaakt, mij voor mijü
moeder te verbergen. Wat zou ik haar
moeten antwoorden, wanneer zij mij on
dervroeg? De schepselen, die mij het
dierbaarst op de wereld zijn, zijn van mij
gescheiden. Mijn moeder weet van niet*,
dat is waar, en zij mag ook van nieta
weten. Een onvoorzichtigheid zou mij kun
nen verraden. Ik zal niet tot haar opre
ken, wéee daar zeker van.
Nader haar dan voorzichtig en loop
over de grasranden, opdat zij je schreden
niet zal hooren. Kom spoedig terug.
O, heb dank, lieve Marie, voor zoo
veel goedheid
Laat mij eerst eens gaan zien, of je
moeder er nog zit.
Spoedig dan, Marie, spoedig, want
de minuten zijn kostbaar.
Zij ging heen en kwam een oogenblik
later terug.
Ga, zei zij. Je moeder is op ha^.r
stoel in slaap gevallen. Het weer ;9 zoo
zacht, dét ik niet vrees, dat zij kou zal
veten. Ga, nu kan je haar zonder gevaar
naderen.
En gij, Marie?
Ik blijf hier de wacht houden. Je
broeder zou terug kunnen komen en
In de pauze, die nu volgde, had een be
stuursverkiezing plaats wegens periodieke af
treding van dr. A» J. van Wijngaarden, <Le
met op één na algemeene stemmen werd her
kozen.
Bij de rondvraag stelt de heer S. voor
om zuster Mien een stoffelijk blijk van waar
deering voor haar arbeid te schenken, welken
wenk het bestuur in acht zal nemen, zoo de
genoemde zuster teruggekeerd is. Hierna
sloot ds. Meyering do vergadering mét dank
gebed.
Gemeenteraad van Katwijk*
(Vervolg)
Ten slotte kwam aan de orde de bekende
motie, indertijd door den heer Aande-
wiel met betrekking tot de verhouding tus-
schen gemeentebestuur en het Domeinbö-
stuur ingediend, waarmede werd beoogcf
een poging om de verhouding tusschen ge
meentebestuur en Domeinbestuur te verbe
teffen.
Uit het praeadvies van B. en Ws. bleek,
dat zij de strekking toejuichen. Intusschen
het college is te deze zake niet optimistisch
gestemd. In vele plaatsen in ons land it
dezelfde wrijving tusschen Gemeente- en
Domeinbestuur aan het licht getreden,
waaronder de ontwikkeling van Katwijk
zooveel te lijden heeft gehad
Geen Minister bleek bij machte het Do
meinbestuur het beginsel bij te brengen zich
op ruimer standpunt te plaatsen door een
beheerder van particuliere goederen. Ja
particulieren kunnen in het algemeen ge
makkelijker bij het Domeinbestuur slagen
dan publiekrechtelijke colleges.
Deze tactiek van het Domeinbestuur heeft
niet alleen uitdrukking gevonden in den
prijs, dien men van de over te
dragen gronden vorderde, maar ook in de
besliste verklaring, dat het slechts een deel
van de door het Gemeentebestuur gewensch-
te gronden wilde prijs geven.
Na zoo in groote lijnen de verhouding tot
het Domeinbestuur te hebben geschetst,
zeggen B. en Ws., dat zij van de motie wei
nig resultaat verwachten. B. en Ws. stellen
daarom voor de redactie eenigszins te wij
zigen en aldus te lezen
De Gemeenteraad van Katwijk, bet'eurb
de weinig welwillende houding, welke bij
voortduring door het Domeinbestuur tegen
over deze gemeente wordt aangenomen
constateert, dat als gevolg dier houding
de uitvoering van door het gemeenteb3-
stuur van Katwijk ontworpen plannen on-
noodig wordt bemoeilijkt, menigmaal de
uitvoering dier plannen onmogelijk wordt
gemaakt.
In de overtuiging, dat 's land3 wetgeven
de vergadering de juistheid zal onderschrij
ven der stelling, dat de voor verwezenlij
king van een behoorlijk beheer en stelsel
matigen uitbouw van gemeente noodige
privaatrechtelijke eigendommen van den
Staat tegen vergoeding van de waarde teT
beschikking der gemeente behooren te wor
den gesteld voor zoover niet redenen van
Staatsbelang zich daartegen verzetten,
draagt de Raad aan B. en Ws. op deze mo
tie ter kennis te brengen van de Eerste
en Tweede Kamer der Staten-Generaal eu
daaTaan vast te knoopen het verzoek, dat
de Regeering door de Staten-Generaa? wor
de uitgenoodigd een commissie te ^noe
men met opdracht te onderzoeken of in
deze motie neergelegde grieven gegrond
zijn en deswege rapport aan de wetgevende
Macht uit te brengen.
Deze motie werd na eenige disciissie bij'
aocl amati e aange nom en
De vergadering ging daarna in geheime
zitting over.
„Vrede door Ileclit."
Aan het hoofdbestuur en de leden van den
Algemeenen Nederlandschen Bond „Vrede
door Recht" is een open brief verzonden
door den heer L. P. A. van
den Brandeler, te Oegstgeest, naar
aanleiding van de brochure „De Een
dracht van het Land", waarin prof. Van
Vollenlioven opwekt tot vorming eener in-
ontmoeten, Wanneer hij komt, zal ik je
tijdig waarschuwen.
Ge denkt aan alles.
Hij verwijderde zich met het hart vol
vreugde. Hij kende den tuin 6edert lange
jaren en hij wist, waar zijn moeder het
liefst zat.
Weldra had Marie-Rose hem uit hot <>)g
verloren.
Bij het prieel gekomen, blijft Laurent
eerst op een afstand staan.
Zijn moeder zit daar. Zij slaapt in een
gemakkelijken tuinstoel, met het hoofd op
den arm gesteund. Om haar tegen de
koelte van den avond te beschutten, heeft
Marie-Rose haar een deken over de knie
ën gelegd.
Zij is kalm en glimlacht in haar slaap.
Hij nadert eenige schreden over het
zachte gras, dat het geluid zijr.er voetstap
pen versmoort.
Het prieel is diclit begroeid. Hij komt
achter haar stoel, daar valt hij op de
knieën, vouwt zijn handen en beschouwt
aandachtig het eerbiedwaardig gelaaj fij
ner moeder.
Hij stamelt, als een gebed:
O I moeder, moeder ik zal tot u terug
keeren. Ik zal weer uwer waardig worden.
Ontzeg me uw liefde niet, moeder, sluit
uw hart niet voor mij.
Hij neemt den zoom van haar kleed in
de hand en drukt er zijn lippen op, even
als hij het gedaan heeft op den dag, toen
de familieraad hem ter dood veroor
deelde.
Hoe weinig het ook moge zijn, het is
iets van zijn moeder.
De markiezin beweegt zich niet. Zij
temationale politiemacht ten dienste van
het Hof van Arbitrage en ter bescherming
van de rechten van onzijdigen.
In de brochure van den hoogleeraar komt
deze zinsnede voor;
Maar ter andere zijde laat zich duchten,
dat ook oprechte vredesvriendinncn en
-vrienden op den neus zullen kijken. Zóó
immers gaat al het mooi van hun bewe
ging af. Hoe toch wil men een banier mefl
„Vrede op aarde" ontplooien, als men
juist doende is een flink internationaal le
ger en een flinke internationale vloob to
ontwerpen? Hoe zal men durven zeggen,
dat „het volk, dat in duisternis wandelt,
eon groot licht heeft gezien", als dat licht,
ontstraalt aan iets zoo stoffelijks als een
wereldpolitiemocht? En wat moet er wor
den van al die zangkoren van kinders in
natte haren en witte jurken, die op 18 Mei
een ode zingen op den tsaar des vredes
wat van die geestdriftige monumenten,
waarop een of ander metalen duif is af
gebeeld, die een kanon vernagelt met een
olijftak?
Het antwoord, helaas, kan edel kort en
nuchter wezen. De wereldvrede moet bui
ten kijf de sluitsteen, maar kan onmogelijk'
de eerste steen zijn en men heeft meer aan
één internationale strijdmacht met nationa
le ontwapening der volken in de hand, dan
aan tien of honderd of honderd duizend
onbereikbare algemeene ontwapeningen in
de lucht.
In deze woorden ziet de heer Van den
Brandeler een miskenning van de leden van
„Vrede door Recht" en wil daarop het ant
woord geven door een daad, het nemen
van het initiatief tot een krachtige nationale
propaganda, en door het op touw zetten
van een monster-petitionnement, „waaraan
heel het Nederlandsche volk zal deelne
men, en dat dus waarlijk nationaal zal
zijn, omdat het hier gaat om een echt na
tionale zaak, om dat ten 6lott3 neder te
leggen aan de voeten van V. M. onze ge-
eerbiedigde Koningin, die toch nog steeds
naar buiten geldt als het symbool van onzo
volkseenheid en van onzo internationale
persoonlijkheid."
Mijn voorstel is n.l dat de eerstvolgende
algemeene vergadering moge besluiten om
het initiatief te nemen tot het rèaliseeren
van de voorstellen van prof. Van Vollen
hoven, en daartoe, voor zooverre dit noo-
dig mocht blijken, terug moge komen op
de reeds gemaakte plannen voor 1913, orrt
alle krachten en alle middelen, die daar
door vrij komen, te kunnen besteden aan
een krachtige propaganda in stad en pro
vincie, om het voorgestelde ^olkspetition-
nement te ondersteunen en te doen slagen.
Het hoofdbestuur wordt verzocht daartoe
de noodige stappen te doen.
West-ludisclie Caltaarbnnk»
„De N. Crt." verneemt, dat de Vereeniging
voor don grooton landbouw in Suriname, be
treurende het uitstel, dat de oprichting van
de West-Indische Cultuurbank ondervindt en
een Inzinking van den Surinaamachen land
bouw door gobrek aan financiën onvermijdelijk
achtend, tot den Minister van Koloniën hei
dringend verzoek heeft gericht de oprichting
van die Bank zooveel mogelijk te bevorderen.
liet doorboreii van den Montblanc.
De Fransche regeering heeft, gelijk men
weet, besloten een tunnel door den Mont
blano te graven. Voor het verkeer is dit'
werk van het grootste belang. De afstand
tussohen Milaan en Parijs wordt er 80 K M,
door bekort, terwijl Calais 100 K.M. dichi
ter bij de hoofdstad! van Lombardije komt
te liggen, hetgeen van groote beteekenis i*
voor het verkeer tusschen Engeland en Ita
lië. Het doorboren van dezen berg ig na
tuurlijk een reusachtige onderneming, dis
groote geldelijke offers eischt. De ontwor
pen tunnel zal 13 K.M. lang zijn, waarbij
niet gerekend worden de talrijke bergen,
die op de route liggen en eveneens moeten
doorboord worden. De tunnel, die van het
beroemde dal van Chamonix naar Aosta
zal voeren, wordt de langste Alpentunnel
en zal den Simplon-tunnel een sterke oon-
currentie aandoen
slaapt nog altijd en hij hoort haar kalme,
gelijkmatige ademhaling.
Zacht staat hij op.
Hij heeft alle voorzichtigheid uit het oog
verloren.
Zijn oogen vullen zich met tranen.
Hij bukt zich over de blinde heen en
drukt een zachten kus op haar voorhoofd
en te gelijk valt er een traan op.
Daarna verwijdert hij zich, hij vlucht
alsof hij een slechte daad had bedreven.
Toen hij bij Marie-Rose kwam, liep dez*
hem te gemoet en zeide haastig:
Pas op, Laurent, je broeder nadert.
Inderdaad kwam Michel langs den tuin
muur. Laurent hoorde hem met Gilberté
spreken.
Tot olken prijs wilde hij een ontmoeting
vermijden.
Laurent en Marie-Rose omhelsden elkaa-tf
haastig.
Tot weerziens, Marie-Rose.
Tot een spoedig weerzien, Laurent.,
De graaf snelde naar den muur.
Vlug, vlug, Laurent, het is meer dan
tijd, roept zij hem na.
De jonge man is lenig en gespierd. In
een oogwenk is hij boven op den tuinmuun
geklommen. Marie-Rose is reeds heenge
gaan. Hij werpt nog een vluchtigen blik!
door den tuin en laat zich daarna aan den
anderen kant van den muur neervallen.
Hij heeft Michel en Gilbert© niet gezien,
die inmiddels binnen zijn gekomen en ver
baasd naar hem kijken..
Zij herkennen hem.
Romain Goux is in het kantoor bezige
den diefstal te plegen.
(Wordt vervolgd^