Ho. 16243. LBÏBETOH Vierdag* S Februari. Tweede Blad. Buitenlandseh Overzicht. Leidsehe Schouwburg. Finaneieele Causerie. Aim© 1913. Het wordt nu met de Engelscho kiesrecht dames toch wel wat al te erg en als de sympathie zelfs van voorstanders van vrou wenkiesrecht voor haar vermindert, dan heh- hen ze dit alleen aan zichzelf te wijten. Dat ze een politio.a.gent met water gooien gaat #1 te ver, dooh om een agent, een kies rechtjuffie te Leven heeft dit feit durven "bedrijven, peper in de oogen te gooien, is zóó misdadig, dat lankmoedigheid der regee- ring. wanneer dit dametje gaat hongeren en dus in vrijheid zal worden gesteld, deze misdaad haast-m^t. een misdaad gaat be- loonen. Een misdaad dan door de regeering bedreven tegenover al wat autoriteit is, om dat dan elke regeeringsman, elke rockt er of politie.agent .vogelvrij is verklaard voor de suffragettes. De ministers hebben brieven met peper •er in thuis gestuurd gekregen. De onderstaats, secretaris van buitenlandscho zaken, Acland, heeft peper in de oogen gekregen en is dien tengevolge ieen paar uur nagenoeg blind geweest. Het wordt nu velen in Engeland to har cn in verschillende bladen wordt in ingezon den stukken betoogd, dat de tijd van toe geeflijkheid nu voorbij moet zijn en dat men de dames, als ze honger willen lijden, maar eenvoudig baar gang moet laten gaan. Dan zullen ze wel mak worden. Aldus de strek king van do meeste dezer ingezonden stuk ken. In het Lagerhuis heeft sir Arthur Markham eenzelfden toon deen booren. Hij vroeg den eersten minister, of het hem he kend was, dat militante suffragettes, die tot gevangenisstraf waren veroordeeld, openlijk erkenden zarnen te zweren om de toepassing der wet te doen mislukken en door voedseil- weigering haar in-vrijheid.stelling te bewer ken. Kunnen, zoo vroeg hij verder, de minister van binnenlandsche zaken of de gevangenisoverheden wegens manslag wor den vervolgd, indien er in de gevangenis iemand sterft, tengevolge van voedselwei- gering, en zoo ja, i? de regeering dan be reid een wetsontwerp in te dienen, waar door zal worden voorkomen, dat de toepas- sing der wetten onmogelijk en belachelijk wordt gemaakt? Minister Mo. Kenna antwoordde, dat in 1912 zes en zestig van de 240 tot gevange nisstraf veroordeelde suffragettes op medi sche gronden in vrijheid waren gesteld. In verreweg de meeste gevallen wns de slechte gezondheidstoestand, die tot de vrijlating leidde, een gevolg van voedselweigering, en er kon geen twijfel bestaan of die weigering was het resultaat van een geconcentreerde actie. Echter in 1899 was door het High Court uitgemaakt, dat het plicht was der gevangenis-autoriteiten, om maatregelen te nemen dat gezondheid en leven der gevan genen niet zouden worden bedreigd. In da tegenwoordige, omstandigheden was de mi. nister nog niet bereid, een wetgeving voor 1e stellen als door sir Arthur Markham be doeld. Maai' dan zou een moordenaar ook wct'op die wijze uit- dc gevangenis kunnen komen, meende de heer Markham. De minister stelde liem hier echter gerust; zij, die we gens ernstige, misdaden zouden worden ver oordeeld, konden niet maar zoo op gezag van den minister in vrijheid worden gesteld. Is er dan niet een ander middel om do zich tegen de-wet verzettende vrouwen tot rede te brengen, vroeg de heer Byles. Ik zal blij zijn als mijn geachte vriend me zulk een middel aan de hand kan doen, zeide minister Mc. Kenna. Zoo blijft alles bij het oude. Op de vraag van sir A. Markham: Zou men de lieden niot kunnen deportoeren naar St.-Helena bijv. een vraag die luid gelach uitlokte bleef dc minister het antwoord schuldig. In verband met het bovenstaande ver dient een uitlating van miss Sylvia Pank- hurst vermelding. Zij stond in Bowstreet terecht wegens verzet tegen de politie, en werd veroordeeld tot 40 sh. boete, subsi diair veertien dagen gevangenisstraf. Miss Sylvia Pankhurst zeide toe: Ik zal de boete niet betalen noch me aan de gevangenisstraf onderwerpen; ik zal aan de hongerstaking deelnemen. Men moet erkennen dat er zoo van hand having van dc wet toch weinig terecht komt. De teerling is geworpen. De Belgische Ka nier heeft het voorstel om te overwegen óf grondwetsherziening gewenscht is, met 99 tegen 83 stemmen verworpen. Er waren twee onthoudingen. Wat nu De socialistische leider Yandervelde heeft nog voor de beslissing verklaard, dat wordt het voorstel verworpen, het weldra weer aan de orde zal komen. Wanneer zal dat zijn Heeft hij hiermee de algemeene sta king aangekondigd, heeft hij hiermee te kennen willen geven, dat de regeering door het optreden der arbeiders gedwongen zal zijn binnen korten tijd van houding te ver anderen Eenige zekerheid bestaat in dezen wel, want Yandervelde zei o.m. ook nog in zijn verklaring, dat de socialisten van de arbeidersklasse vragen naar hen te luis teren, te wachten op het wachtwoord van hun erantwoordelijke afgevaardigde en niet door daden van geweld of gedeeltelijke stakingen het succes te bederven. De staking in hetChampagne- di strict heeft zioh nog n i e t u i t- gebreid; de loonquaestie zal waarschijn lijk aan een bemiddelingscomité of aan een scheidsgerecht worden onderworpen. De vrederechter van Ay onderhandelt met de patroons en met de werklieden daarover. Een paar maal reeds hebben we melding gemaakt van de nieuwe emigratiewet, die het Huis van Afgevaardigden in de Ver- eenigde Staten had aangenomen, doch die door den Senaat verworpen werd. Deze wet bevatte scherper bepalingen ten opzichte der landverhuizers en o.m werd aan onge- letterden den toegang geheel ontzegd. De protesten tegen die wet komen nu reclit los. President Taft moet van verschillende ver eonigingen van buitenlanders klachten in ontvangst nemen. Men is er in het geheel niet voor, dat zoo streng wordt opgetreden tegen hen, die in de oude wereld zich. geen bestaan konden verwerven en voor wie waarschijnlijk in de nieuwe wereld daartoe de gelegenheid bestaat. Duitschland, Italië en Nederland hebben volgens een Beutertelegram uit Washington geprotesteerd tegen de bepaling dat inspec teurs (rices) en medici aan boord van sche pen met landverhuizers komen om rapport uit te brengen over de behandeling aan boord. Frankrijk, Engeland en Oo6tenrijk-Hon- garije zullen zich bij dit protest aansluiten. „Een Wereld waarin men zich verveelt." „Een Wereld waarin men zich verveelt*' heeft gisteravond in onzen Schouwburg velen een genoeglijken avond bezorgd. De Ko ninklijke Yereeniging „Het Nederlandsch. Tooneel" heeft revanche genomen van de matige vertooning van „Ferdinand Huyck". We hadden den spelenden een even volle zaal toegewenscht-, dooh het vele, wat den tooneel- 1 iefhebbers nog wacht in de eerstvolgende dagen, heeft zijn invloed doen golden. Dan is ook het slechte weer wel eenige belem mering geweest, en dat alles in aanmerking genomen, was 't bezook niet slecht. Hert blijspel van Edouard Pailleron, „Le monde ou l'on s'onnuie':, waarvan dr. De Jong de vertaling heeft verzorgd is niet in den laatston tijd op het repertoire van „Het Nederlandsch Tooneel" gebracht, 't Is een oude beproefde en stellig zal 't nog lang zoo nu ©n dan worden gegeven. Het stuk zelf is zeer amusant en het wordt zeer goed gespeeld. Van sommigen is 't spel zelfs zeer verdienstelijk. Waar de verveling je eigenlijk te pakken zou krijgen is 't lang niet het minst ko misch. Deze schepping van Pailleron is in hoo- ge mate geestig, soms echter een beetje goed koop en met een wel wat te dik opgelegd slot. Men vergeeft dit echter gaarne. Om eens een gezonden lach te doen weerklinken is dit blijspel uiterst geschikt. De afloop is bevredigend ze krijgen elkaar en dat is voor de toesschouwers ook al een zekere voldoening. Eenige spanning is niet merk baar, want 't is zoo doorzichtig als glas, dat alles in orde zal komen. We zeiden daareven, dat sommigen zeer verdienstelijk spel gaven. Dan moeten wo in de eerste plaats noemen Emma Morel. Een echt onbezonnen Susanne de Villicrs, vroo- lijk en opgewekt. Maar ook gaf ze uitnemend weer het teleurgestelde wezentje, dat ver meent dat haar liefste wenschen, een huwe lijk met Roger de Córan, onvervuld zullen blijven. Van Kerckhoven Jr. voldeed goed als haar partner Hoger de Oéran. De hertogin De Réville van Betsy Hol- trop-Van Gelder was bekoorlijk. Wat weet zij toch innig spel te geven. Bovenal gevoel, meer dan techniek,.Een créatie van haar spreekt tot 't hart meer dan tot het ver stand. Betsy Wolffers is dit seizoen voor 'teerst aan do Koninklijke verbonden. Men herin nert zich haar ongetwijfeld nog als de dar tele Mary Eijlinga in „De rechte Lijn". Wat ze nu gaf, was iets heel anders. Hier was ze de filosofoenen de Engelsche, Lucy Watson. En inderdaad niet slecht. Zo "bad zich goed ingeleefd in haai' rol. Wat koste lijk was dit tooneeltje ia het tweede be drijf op do hank met Susanne. Mevrouw Van Korlaax.Van Dam mag wor den genoemd als gravin de Céran en Lobo als professor Bellac. Verder niet to ver geten Wensma als Francois, de bediende en Hein Harms als De Saint Réault. Myin gaf 'tsein voor een lachsalvo als hij z'n „Prachtig, prachtig" deed hooren of op bevelenden toon allen naalr do voordracht van do tragedie dreef. Z'n intonatie was vrijwel dezelfde als die, waarmee hij in „Ferdinand Huyck" „me neer Huyck" uitsprak. Daardoor geveelde men 't niet als iets oorspronkelijks, al gaf 't dan ook goed den ouden-generaal weer. Voor 't laatst hebben we bewaard Gusta de Vos-Pcolman en Jac. Reule. Een koste lijk stel als het echtpaar Raymond. Vooral Gusta de Vos! Van het succes van den avond mogen zij beiden oen niet onbelangrijk deel op hun rekening stellen. Wie zou gezegd hebben, dat mevrouw De Vos, die het jonge vrouwtje zoo opgewekt en met zoo jeugdig vuur speelde, over weinige dagen haar 25- jang jubileum als tooneelspeelster zal vie ren. 't Is e§n genotvolle avond geweest. De wegblijvers hadden ook hier, zooals zoo dik wijls, ongelijk Maatschappij der Ned. Letterkunde. Op de maandvergadering van de Maat schappij der Nederlandscho Letterkunde, sprak gisteravond in hot Nutsgebouw alhier prof. dr. L. Knappert, over „De Gerefor meerde Kerk aan den arbeid (16571672)". Het is mogelijk de Kerk bij een deel van haar werk op het leven te betrappen, aldus ving spr. aan, nl. dat wat gedaan werd op de Synode-vergaderingen. Het- vierde deel van de „Acte der particuliere Synoden van Z.. Holland", uitg. dr. W. G. C. Knuttel, 1912, biedt rijke stof, waarvan spr. dankbaar ge bruik maakte, maar ook uit andere bron nen putte hij. Na een inleiding over de samenstelling en werkwijze der Synoden en over de taal der Acte, herinnerde spr. or aan, dat van de staatkundige gebeurtenissen hier niet wordt gerept-, dat van de in het jaar 1663 zoo geruchtmakende zaak van het- „Publiek gebed" nauwelijks iets verluidt. Alleen het noodjaar 1672 oefent invloed op den zit tingsduur der Briolsche Synode, die ook den Prins voor zijn verheffing g'eluk wenscht. Aan de opleiding harer a. s. predikanten heeft de Kerk zioh veel laten gelegen lig gen en zij stelt in deze jaren daarvoor een uitnemend programma op, dat echter maar zeer gedeeltelijk is uitgevoerd. Ook de Car. tesiaansche ketterij van prof. Heydanus, te Leiden, heeft haar voel hoofdbreken gekost. Met veel beleid en geduld treden de Synoden telkens op in de geschillen tusschen go- meenten en predikanten, (treffend is de ge schiedenis van ds. Vessup) en herhaaldelijk heeft zij zich ook ingelaten met huwelijks, zaken, voor de richtigheid waarvan de Ge reformeerde Kerk immers altijd zoo warm heeft geijverd. Op dit gebied haar aan den arbeid te zien is een verkwikkend schouw spel. Minder verheffend is haar optreden tegen alle niet-Gereformeerden, waarvan spr. een uitvoerig overzicht gaf. Omtrent kwakers hier en in N.-Nederland, de Cabo der labadi-sten hooren wij nieuwe bij- zonderhe4en. En belangrijk zijn de Act en in doze jaren ook voor vage; kennis van de c-on. ventioneelen. Wat de zedentuoht aangaat, in deze peTiode valt de Sabbathstrijd tusschen Voetius-Cocce- jus en het is begrijpelijk, dat de synoden zich daarbij ernstig hebben aangesloten. Van de strenge Sabbathvierders is Hondius in zijn „Swart register" een goede vertegen woordiger. De Synoden strekken haar belang stelling ook uit tot de geloofsgenooten over de grenzen en zoo hooren wij hier veel van haar bemoeiingen voor die va a Gulik en Gluokshadt. In 1664 en volgende jaren valt ook de geruchtmakende zaak van Petrus van Balen, predikant hij onzen gezant to Madrid. Spr. was vooral uitvoerig over de zorgen der Kerk voor de vlootpredi kanten na tuurlijk in déze jaren van zee.oorlog en voor do koloniën. Op dit punt valt nog veel te onderzoeken. Daarna hoorden wij tal van bijzonderheden over mensohen en toestanden in O..Indië, op Ceylon, aan de Malabarsche kust, op For mosa, te Smyrna, te SL .George del Mina, op Curasao en in N.-Nederland. Ten besluite gaf spr. ©enig bericht over door de-synoden gevoerde hoeken. De voordracht, die rijk was aan inhoud en keurig van vorm, werd met greote belang, stelling gevolgd. Stagnatie blijft 't wachtwoord op de fond. senbeurzon, wat ook moeilijk anders kan, nu de oorlog op den Balkan weer is voort gezet. Krijgt men aan den ccncn kant don indruk, dat de strijd niet van langen duur zal zijn, aan den anderen kant is de situatie vol onaangename mogelijkheden. Zoo zou 't forceeren der Dardanellen dcor do Verbon denen al zeer licht interventie der greote mogendheden ten gevolge kunnen hebben; gaat dat in gemeen overleg, dan kan dit den vrede bespoedigen; doch de Darda nellen- kwestie Taakt 't bestaan, en den eerzucht van meer dan één der Potentaten zóó nauw, dat ook daarin een niet te- onderschatten gevaar voor nieuwe verwikkelingen van internatio nalen aard schuilt. AU59 bij elkaar genomen een onbehaaglijke tijd, die de apathie van 't publiek zeer logisch maakt. Sedert Woensdag is ons land telephoniscli met Frankrijk verbonden. Het heeft heel wa,t voeten in de aa.rd gehad vóór 't publiek van den dienst gebruik kon maken; zoocLra echter de conventie tusschen Frankrijk, Bel gië (de verbinding geschiedt via- Antwerpen) in Nederland goteekend was en de langzame machinerie dei- diplomatie had verlaten, liet de Directie der Telegraphic er geen gras over groeien en was na enkele dagen de dienst voor 't publiek opengesteld. Den eer sten dag ging 't al uiterst slecht, vrijwel onverstaanbaar, den tweeden wat beter en heden, Vrijdag, was 't reeds perfect. Als nu de zaken maar wat herleven, zal 't nau were contract tusschen de Parijsche en Am. sterdamsche Beurzen aan do omzetten onge twijfeld ten goede komen. De arbitrage zaken waren tot nu toe uiterst moeilijk, om dat de telegrammen to lang duurden en men bijna altijd genoodzaakt was om onaf- gewikkelde posities over te houden. Nu de verbinding ParijsAmsterdam cr is, hoopt men spoedig ook van liier uit met Londen te kunnen spreken, ofschoon de proeven via Dieppe, die tot nu toe genomen zijn, met-he- vredigend waren. Naar men zegt zou een directe kabel onontbeerlijk zijn. in welk geval wij nog geruimen tijd geduld zullen moe'.en oefenen. De belegger zal voorloopig geen reden heb. ben tot stil zitten. Er zijn legio geldne- mers, die met elkaar wedijveren om aan trekkelijke voorwaarden te stellen. Kort ge. leden hadden we de uitgifte der 41/2 pCt. Hon- gaarscho schatkistbiljetten. Deze week'kwam; Rumenië met 41/2 pCt. belastingvrije schat, kistbiljetten, vervallende 1 Februari 191-6, tot een totaal bedrag van 150 millioen francs, tegen een koers van circa 93 pCt., Amster. damsche usance, dus de franc gerekend op 50 cents. Nemen wij den werkelijken wissel- koei's 48 in aanmerking, dan rendeeren deze biljetten, koerswinst van 3 pCt. bij aflos sing in aanmerking nemende ruim 5l/2 pCt. Dat is zeer aantrekkelijk voor 'n engagement van korten duur en 't is zeker aanbevelens waardig voor hen, die 4 of 5 pCt. oudere leeningen bezitten, deze tegen de schatkist biljetten te verwisselen. Verscheidene AmerikaansChe Spoorweg- Maatschappijen traohten nieuw kapitaal te vinden door uitgifte van convertible obliga- tiën. O. a. de Baltimore Ohio en de Chicago Milwaukee St. Paul. Beide zijn oud-geves tigde systemen. De Baltimore fundeert daar mede de 50 millioen. dollar 3-jarige 4Ys pCt. Collateral Notes, welke in Mei a. a. vei vallen. De Milwaukee 472 pOt. convertible obli- gatiën zijn geautoriseerd voor een totaal bedrag van 50 millioen dollar, waarvan be reids bijna. 35 millioen dollar uit staan. Zij noteeren te New.York 104 106 pCt. Zij kunnen a pari worden verwisseld tegen ge. wone aandeelen na 1 Juni 1917 tot en met 31 Mei 1922 en zijn a pari aflosbaar op 1 Juni 1932, met bevoegdheid van de Maat. schappij ze 105 pOt. ,af te lossen na 1 Juni 1922, na 90 dagen aankondiging. Zij, die een goedverzekei'de obligatie wenschen, met een goede kans om na verloop van tijd een mooie koerswinst te maken, mogen deze obligatiën gerust nemen. De Milwaukee is een oud gevestigde onderneming, die een spoorwegnet exploiteert ter lengte van bijna 8000 Engelsche mijlen, dat Chicago verbindt met den Puget Sound, het midden der Ver. eenigde Staten met plaatsen als Tacoma, Seattle, die in den staat "Washington )iggen. De Puget Sound Railway is een grootsche onderneming, waaraan belangrijke bedragen zijn ten koste gelegd en die op den duur ongetwijfeld rijke vruchten zal afwerpen. Zij begint echter than3 eerst tc rendeeren, doch heeft, vóórdat de exploitatie aanving, ten gevolge gehad, dat de Milwaukee 't di vidend op haar gewone aandeelen, dat sedert 1902 geregeld 7 pCt. per jaar bedroeg, moest reduceeren tot 5 pCt. per jaar sedert Maart 1912. Dientengevolge noteeren de gewone aan deelen thans oiroa 111 pCt. (exclusief 21/* pCt. kalfjaarlijksch dividend, gisteren be taald) nadat zij in 1906 een koers van bijna 200 pCt. bereikten. De spanning tusschen de zen en den huidigen koers is dus belang rijk indien de Maatschappij den beteren weg, dien zij heeft ingeslagen, blijft be wandelen, kan 't oonversicreoht dus zeer waardevol worden. Het kapitaal der Maatschappij bedraagt ruim 232 millioen dollar, nagenoeg gelij kelijk verdeeld in 7 pCt. preferente niet cu- ïnulaticve en gewone aandeelen. Nadat de gewone aandeelen 7 pCt. hebben ontvangen, deelen beide soorten gelijkelijk op. In 1911 hield de Maatschappij na betaling van alle vaste lasten en 7 pCt. dividend op beide soorten aandeelen een surplus over van 127,000 doll. In 1912 betaalde zij 3l/s pCt. en 2l/2 pCt. 6 pCt. op de gewone aandee len, dooh er bleef een deficit van ruim 5 millioen dollar. De eonvertible-obligatiën komen in rang vóór de -preferente! en gewone aandeelen. In 1912 bedroegen de netto'S 27,335,031 doll., terwijl de obligatie-rente en do huur op rollend materieel 10,976,717 doll, vereisch- ten. Er bleef dus f 16,358,314 over doll, over, terwijl de rente op do 50 millioen 4^2 pCt. convertibles 27.1 millioen dollar vereischt. In dat jaar stonden er echter bijna 35 millioen dollar dezer obligaties nit, in wier dienst reeds was voorzien, zoodat de rente der thans aangeboden 15 millioen dollar slechts onge veer 640,000 doll, vereischt. M. a. w. vcor den dienst der convertibles was beschikbaar 17,958,000 doll., tegen een vereischt bedrag van 27.1 millioen doll., zoodat in 't slechte jaar 1912 de rente bijna 8 malen word ver diend. Het conversiereoht vangt eerst aan in 1917 dat is wel een bezwaar, indien de aandeelen vóór dien tijd monteeren; doch dat zal dan ongetwijfeld den prijs der convertibles gun stig beïnvloeden, wijl een rijzing in den "prijs der aandeelen beteekent, dat 'tcrediet der Maatschappij hooger staat; naarmate 't tijdstip der bevoegdheid tot verwisseling na. dert, zal dan trouwens de koers der obliga tiën a.pprecieereii De ondervinding met andere eonvertible- obligatiën opgedaan, is in den regel zeer gunstig geweest. Vooral met de Union Paci fies en de Atohisons. Het risico is beperkt, terwijl de houder toch profiteert van de ups en downs der markt. W. Het oaooater-jproces der anto- bandicten. Het verhoor van Croz at de Fleury heiwat. De voornaamste beklaagden zijn thans verhoerd, en thans blijven nog slechts hand langere van den derden grond over. Over het verhandelde op dezen vijfden dag wordt aan de „Tel." geseind: Crozat de Fleury, de verhandelaar der effecten en der kostbare beelden, die door Carouy gestolen waren, De Boó ,Bélonie en Rodriguez, de verhandelaars der in de Rue Ordener gestolen effecten Renard en Poyer, de helers der in de Rue Lafayette en op den Boulevard Hausmann gestolen wapens, en ten slotte Reinert en Jourdan, de helers van het door Garnier en Callemin gestolen goed de verhooren van al deze lieden leveren al zeer weinig aantrekkelijks op voor het publiek, dat weinig talrijk op deze zitting is verschenen. Bij het openen van de zitting verklaarz de president met betrekking tot de giste ren door Gauzy gestelde conclusie (n.l. om in loco door rechters en gezworenen een on derzoek in zijn huis te gaan instellen), dat het Hof geen uitspraak zal doen dan na de getuigenverklaringen in verband met den moord op Joiiin te hebben gehoord, waar op het verhoor van Crozat de Fleury, dat gisteren was afgebroken, hervat wordt. President: ,,Gij hebt beweerd, dat een zekere Michelet u last heeft gegeven, de of fecten die te Thiais gestolen waren, te ver koopen." Beklaagde: „Juist. President: „Hoe kende die Michelet ui" Beklaagde: „Ik was bekend in de finan eieele kringen. Ik heb nog al veel van mij doen spreken. M. Michelet heeft mij ver schillende zaken toevertrouwd, cn ten slot te heeft hij mij belast met het verkoopen der bewuste effecten." President: „Het is zonderling, dat de heer Michelet uit Rouaan zich juist tot heeft gewend. Er zijn toch wel wisselagen ten te Rouaan Beklaagde: „Hij heeft zich tot mij ge wend, zooals hij het tot een anderen agent zou hebben gedaan P President: „In ieder geval bestaat die mijnheer Michelet niet. Op het adres dat hij heet te hebben opgegeven, is een hotel, waar hij onbekend is." Beklaagde: „Dat weet ik niet, maar het is zeker, dat ik hem 27,840 francs heb over handigd, afkomstig van den verkoop dezer effecten." Vervolgens wordt de beklaagde verhoord aangaande de heling van de ivoren Japan- sohe beeldjes, die te Saint Genuain door Carouy zijn gestolen. Crozat de Fleury be weert, dat hij onschuldig is, cn legt uit, dat de beeldjes hem door Carouy ter hand waren gesteld bij wijze van pand voor een leening van 500 francs. Op dit oogenblik bemerkt de president een fotograaf, die juist zijn toestel naar de bank der beklaagden richt. Vijf dagen lang worden er aldus opnamen in de zittingzaal gemaakt en alle bladen publiceeren talloo- ze plaatjes. Tot nu toe heeft de president daar niets van gezegd, maar vandaag maakt hij zich kwaad. Hij maakt van het voorval gebruik om mede te deelen, dat hij ee»n aanvrage heeft ontvangen van een bioscoop-ondernemer om opnamen te mogen doen. Wel verre van dit toe te staan, zoo vervolgt de president, heeft hij last gegeven om dien operateur te beletten, opnamen te doen, en als deze ondernemer soms mocht trachten zijn waak zaamheid te verschalken, dan zal hij niet aarzelen, aan den prefect van politie te verzoeken, de opvoering van deze film te verbieden. „Wij zijn hier niet op een tooneelvoor- stelling", roept de president uit, „maar wij zijn hier met ernstige dingen bezig." Als het incident gesloten is, betuigt Crozat de Fleury opnieuw zijn goede trouw, en verzekert hij, dat hij geen zijner medebo- klaagden kende.'' Het v er h oorvan De Boé. Vervolgens wordt De Boé verhoord. Hij is zetter, en werd in 1889 te Anderlecht gebo ren. In hoofdzaak wordt hij beschuldigd van het verhandelen van de in de Rue Ordener gestolen titels. President: „Gij waart in voortdurende relaties met de meeste beklaagden en met hen kwaamt gij ook op de redactie van „L'Anarchie". Gij waart de vriend van Ki- baltchiche en gij hebt te Brussel medege werkt aan het blad „La Révolte". Op het redactiebureau van ,.L'Anarchie" hebt gij kennis gemaakt met Garnier en Dieudon- né." Bekl.„Neen, ik heb Dieudonné in 1910 leeren kennen, op den avondoursus van het Lyceum Condorcet." Na de zwerftochten van De Boó in Zwit serland en Beligë te hebben nagegaan, wijst de president er den beklaagde op, dat hij wordt beschuldigd van heling der aan den kaslooper Caby in Rue Ordener gestolen effecten. President: „Gij zijt toen met Callemin naar Amsterdam gegaan. Om wat te doen?" Bekl.„Wij hielden ons bezig met smok kelen." President: „Callemin wist dat gij. Van den Bergh en hij de in de Rue Ordener ge stolen effecten wel zoudt weten te verhan delen. Daarom zijt gij beiden naar Amster dam gegaan." Bekl.„Neen, dat was om andere rede nen." President: „Van den Bergh heeft het tegendeel verklaard. Gij hebt liem de ef fecten getoond, en hij heeft geantwoord, dat de zaak te veel ruchtbaarheid had ge kregen, en dat de effecten onverkoopbaar waren." Bekl.„Wij zullen wel zien wat hij hier voor de rechtbank zal verklaren." Een inoident met den advocaat van Callemin. President: „Intussclien heeft Van den Bergh de effecten bewaard tot Maart, zon der ze te kunnen verkoopen." Advocaat Boucher on„Callemin is nooit in die onderhandelingen betrokken ge weest." President: „Het staat aan Callemin oni dat te zeggen.'' Adv. Boucheron: „Gij geeft de lezing der beschuldiging, dan mag ik de lezing der verdediging wel geven." President: „Daartoe hebt gij voorloopig het recht niet." Adv. Boucheron: „Welnu, dan neem ik het President: „O, permiteer.... Adv. Boucheron: „Ik vraag alleen maar aan De Boé, om zijn verklaringen even te herhalen." De Boé willigt het -verlangen van den ad vocaat in. President: „Callemin, wat hebt gij nu te zeggen?" Callemin, die van het begin der zitting af in de lectuur van een handschrift is ver diept, staat op en zegt eenvoudig: „Ik be vestig hetgeen De Boé zooeven gezegd heeft." President (tot De Boé): „Dat wil zeggen, dat Callemin door u in kennis i6 gebracht met Van den Bergh. Gij hebt dus deel genomen aan de verhandelingen der gesto len effecten. De Boé: „Dat ontken ik zoo beslist moge lijk." De Boé ontkent eveneens, dat hij iete uitstaande heeft gehad 11 er. -de zaak van den diefstal van den auto te Béziars. De president herinnert hem er aan, dat hij op het oogenblik zijner arrestatie tw^.e ge laden revolvers bij zich had, benevens vijf patroonmagazij nen. Bekl.„Ik had dat alles eren vroeger van een kameraad gekocht, die in geldver legenheid zat." President: „Ten slotte wordt gij beschul digd van te bchooren tot een vereeniging van misdadigers.'5 Bekl.„Onder die misdadigers zijn drie mijner vrienden, wier schuld niet is aange toond. Maar men kan aan de anarchie niet verwijten, dat zij bandieten heeft ge kweekt, evenmin als aan de eerste repu bliek, dat niet dadelijk alles op rolletjes liep bij het republikeinsche bewind." Hierop werd de zitting opgeheven. Het verhoor van Bélonie. Na de hervatting wordt het eerst Bélo nie gehoord. Bclonie is 28 jaar, klerk op een handelskantoor en uit Zwitserland ge zet wegens zijn anarchistische beginselen. Hij begaf zich daarop naar België, waar hij veroordeeld werd, en vervolgens uit het land werd gezet. Aan de Fransche grens werd hij gevat wegens het zioh ont trekken aan den militairen dienst. Hij kwam nu onder dienst, en ging, toen zijn groot verlof was aangebroken, naar Lij on,

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1913 | | pagina 9