Get broeden van kanaries. STOFGOUD. RECEPT. king1 vertoont het vulkanisme 111 Amerika andere verschijnselen. Daar veroorzaakt het een toeneming. De president van. do Californisclie Academie van Wetenschappen, dr. David Starr Jordan, constateerde hij z'ijn jongste onderzoekingen, dat ie San- Fxancisco het bodem-niveau onder den in. vloed der onderaardsche werking in 25 jaren 20 M. gestegen w!as. Het gebied van Noord- Amerika, w'.aar zich thans de Apalachen- keten verheft, wUjst eveneens op een veran dering der oppervlakte onder vulcanische inwerking. Kaant planten en bloemen, in de kamer ontbreekt meestal de een of andere ka- uiervogel niet, en onder deze komt zeker wel het meest de kanarie voor. Zijn zang naast het plantengroen brengt ons de len te en den zomer in heb vertrek, terwijl het daar buiten doodsoh en stil is in ae korte en donkere winterdagen; De tijd van voorbe rei ding voor het laten broeden nadert van deze vogels. Aten er vaart hierbij dikwijls teleurstellingen, die bij een oordeelkundige behandeling voor komen hadden ku-nnen worden. Over het algemeen denkt men, dat iedere man en wijfje daarvoor geschikt moeten zijn, en toch is dit volstrekt niet zeker. Alleen ge zonde, krachtige vogels, die zonder onge steldheid goed door den winter gekomen zijn, mogen daarvoor gebruikt worden, terwijl het noodig is, dat de vogels niet te nauw verwant zijn; alleen dan mag men op krachtige jongen rekenen. Behandelen wij alleen het paarsgewijze broeden, dat wel het meest toegepast wordt. Zooals men wellicht weet, worden ook d'e meervoudige kooiteelt en de groote vluohtkweek toegepast. Onder paarsgewijze teelt verstaat men, het laten broeden in een broedkooi, waarin bij één man één pop gezet wrordt. Bij de meervoudige kooi teelt-, die veel in Duitschlancï vóórkomt, set men bij één man meerdere poppen, terwijl bij de groote vluohtkweek in groote vluchten (volières) of vogelkamers veel mannetjes met een groot aantal poppen bijeen tot broeden gezet worden. Bij goede behandeling verkrijgt men bij de eenvoudige kooiteelt ook de beste resulta ten. In de eeorste plaats moet dan voor een goede broedkooi gezorgd worden, én daarin kan men reeds in Januari of be gin Februari de vogels, die men wil la ten paren, plaatsen, om Kun tegen het midden of einde April gelegenheid tot nestelen te geven. Dit vroeger te doen is minder geschikt, met het oog op het dan dikwijls nog heersehende koude weer. .Nu heeft men niet. alleen voor een flink ge zond mannetje te zorgen; ook van den toe stand van de pop hangt het welslagen af. Ken goede verpleging in den winter moet voorafgegaan zijn. Om de zekerheid te hebben, dat de poppen goed gezond zijn, moet men letten op den lichaamsbouw, die glad en slank moet 'wezen, terwijl de veeren glad op het lichaam, en de vleugels evenzoo flink er tegen gedrukt moeten zijn. De oogen moeten groot en levenoig de lokroep hel der zijn, terwijl de uitwerpselen normaal dat is donkergekleurd met. witte kopjes, dienen te zijn. Heeft men alzoo voor een goed vogelpaar gezorgd, dan laat men ze bij elkaar tot de jongen zichzelf kunnen redden, die dan uit de broedkooi verwij derd, en de wijfjes buiten het gehoor der mannetjes gebracht dienen te worden. Het voedsel van broedende kanaries be hoeft eenige wijziging; wel kunnen ze het gewone zaad en drinkwater, dat zc vóór dien tijd hadden, behouden, maar voor de jongen dient- er een hardgekookt ei, ver mengd met beschuit of oud wittebrood, bij gegeven te worden. Het voedsel moet, voor al bij warm weer; dikwijls verversclit wor den. Als de jongen liet nest hebben verlaten, moet men ze spoedig op zaad brengen. Men geeft zc raapzaad, dat een paar minuten in kokend water is geweekt en tnsschen twee doeken gedroogd ia. Zoodra. ze daar van eten, verwijdert men het ejvoedsel. Ook geeft men in een bakje ongeweokt, en als ze dat goed kunnen pellen, wordt géén ge weekt meer gegeven. In de kooi moet steeds een laag goed droog scherpzand, vermengd met. k&lkhou.- dende stoffen, aanwezig zijn. Wil men in vloed op de kleur uitoefenen, die bij onze kamervogel9 langzamerhand aan intensi teit verliest, en vooral bij Duitsche kana ries op te merken is, omdat deze met te veel raapzaad gevoerd worden, dan dienen de vogels kleurenivoer te ontvangen. In den handel bestaal zulk kleurenvoer. Ten slotte nog iets over het telen van bastaarden. Om hiervan mooie exemplaren te verkrijgen, is het beter een kanarie-pop met een mannetje van putter of sijsje tc doen paren, dan omgekeerd, omdat de tce- kening van het mannetje beter op de jon gen overgaat dan die van het wijfje; ook zullen de jongen gelijkmatiger gekleurd zijn. Alleen hij, die eenige ervaring op het ge bied van broeden heeft-, kan rich aan die teelt wagen. Kr bestaan verschillende werkjes, die o' er de kanarieteelt handelen. Zeker is het, dat daardoor het lot onzer kooivogels, die toch al een groot \oorrecht, n.l. de vrijheid, moeten missen, niet weinig verbetering zal kunnen ondergaan. SCHEENI'RING. (Nadruk verboden). Loom'riglangzaam leidt de weg Door stille dreven heen... Eenzaam dwarlen doelloos rond Vreemde bladers mee Vage beelden r}ijzen op, Heffend d'armen hoog Grijze sluiers slieren slank Floersen voor het oog... Onbestemde tonen ruischen Dwalend in 't verschiet Weeraoedsvol, en feeder fluisteren Koelt jens door het riet,.. Wijde wade daalt ter aarde Van den hemel ver... Yredig.stil in 'grauwe goedheid Doortinteld van een ster H, Laat ons zorgen niet, door steeds teksten te verklaren, het \ermogen te schaden om nieuwe teksten voort te brengen. Cftr o, Men kan evenmin een gedachte beletten weer op te komen, als men de zee kan be letten, zich naar het strand te spoeden. Victor Hugo. Er is meer ware grootheid in een goede daad dan in een mooi gedicht of in een. groote overwinning. De Lamartin e. Koffiepudding. L. kookroom, L. melk, i stokje va- nielje, 75 gr. koffie, 150 gr. suiker, 15 gr. witte gelatine. Bereiding: Itoom en melk laten trek ken met de van iel je en ook de suiker er bij voegen. De blaadjes gelatine in koud water weeken, zoo droog mogelijk uitdruk ken en in den wannen room oplossen. Op di koffie zooveel water gieten, dat men 1^ d.L. extract krijgt en dit bij den room en de melk voegen. Zoodra de puddingmass* stijf begint te worden, alles in een vonc doen. Men presenteert bij den pudding droge biscuits. De gebroken remter r uite.Q. Op huisbezoek zijnde, kwam een predikant in Oost--Zwitserland eens bij een zeer arm huisgezin in ee-n verwaarloosde woning,: waarvan de gebroken ruitén met lompen' toegestopt of met papier1 dichtgeplakt wa-; ren. Daar hij wist-, dat deze mePschen nooit! in' de kerk kwamen, vróeg hij hen naar de' oorzaak daarvan. ,,Ohze huisheer gaat er iede'ren Zondaar heen", zei de de vrouw, ,,Zoo gauw als hij onze ramen in orde laat brengen, zullen wij er ook heengaan, E e n g 1 o b e. In een boekwinkel stapt een stevige boer. binnen. Hij kijkt hoofdschuddend al de boe kenplanken langs, en antwoordt op de vraag, wat hij verlangt: Wat ik nopdig' heb, heeft u toch niet, naar ik al gezien heb.,.. Ik wou een globe van Friesland. Deeer steken nismaking. „Wanneer héb jij eigenlijk je vrouw lee- ren kennen V' „Toen wij na ons trouwen voor 't eerst ruzie hadden," A1 tij d sportsman. Sportsman (op het stadhuis)„Eindelijk, geliefde, zijn wij aan den start van het hu welijk." De luie jeugd. DameJe hebt daar een mooie kipLegt ze-ook goed eieren?" Boerin: „Nou, daar kan ik niet Gver roe men. 't Is een mooi en jong dier, maar iu het eieren leggen is het lui." Dame: „Ja, vrouwtje, die hedendaagscbe jeugd I" Rust. Dokter: „Mevrouw, uw man moet abso luut rust hebbeD." Druk vrouwtje: „Och. dokter, wat kaD ik daaraan doen Naar mij zal hij niet luis teren." Dokter/„Uitstekend, dat is om te begin, nen heel goed 1"- Aanbieding. 5,Er biedt zich aan een net Meisje, 24 ja ren, van g. g. v., voor halve of heele da- geü, geen japonnen dragende." Een leuke boer. Een boer, Michel, was een dagje te Pa rijs gekomen en stood te kijken naar eeu étalage van motorrijwielen. Een jonge ma gazijn-hedieiide komt naar buiten, natuur lijk met een alleTbeminnelijksten glimlach -op het gelaat en zegt tegen Miehei: „U inoest die machine, daar links in den hoek, koopen." „Hoeveel kost die?" iraagt Michel. „650 francs", antwoordde het jonge menscli voorkomend. „Een eeDig koopje 1" „Wat zou ik er aan hebben?" „Om mee naar de.stad te gaan,-wannecv u maar wilt." - ,,'t Kan zijn! Maar ik heb maar 7oo francs bij me en daarvoor wil ik twee koeien koopen." „Maar, beste vriend, ze zullen je uit lachen als je op twee koeien in de Stad' komt." „Ze zouden nog veel meer lachen als'ik probeerde eén motorrijwiel te melken."

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1913 | | pagina 18