No. 16224,
LEIBSGH DAGBLAD, Zaterdag* 11 Januari. Eerste Blad.
Anno 1913.
Officieele Kennisgeving.
PERSOVERZICHT.
Gemengd Nieuws.
Kamers van Ai-beid voor de Bouw
bedrijven, de Texxielnijveilieid,
de Voediugs- en Genotmiddelen
en de Winkel- en Grossiersbe*
drijven.
Burgemeester en Wethouders van Leiden;
Gezien de wet op de Hamers van Arbeid
•n het Koninklijk Besluit van 6 Januari
lftÖQ iStaatsblad No. 20) tot vaststelling
yan een kiesreglement voor die Kamers;
Herinneren de hoofden of bestuurders
yan do navolgende bedrijven:
A. vertegenwoordigd in de Kamer via
Arbeid voor de Bouwbedrijven:
lo. tiet bewerken van hout, 6teen of me
talen;
het leggen van electnsche geleidingen
of van gas- of waterleidingen;
het schilders-, stoffeerders-, behangers-,
beiers-, stukadoors-, mandenmakers-,
aardwerkers- en straatmakersbeurijf
het ontwerpen' van en het houden van
toezicht bij h'efc uitvoeren van bouw
plannen;
too. de boek-, couranten-, steen- en plaat-
drukkerijen en de lettergieterijen;
de boekbinderijen;
de cartonnage- en de photographie-
inrichtingen
B. vertegenwoordigd in de Kamer van
Arbeid voor de Textiel n ij verheid:
de spinnerijen, weverijen, ververijen,
bleekerijen en drukkerijen van wol, katoen
of linnen;
de kat.oenvlechte rijen, de nettenmake-
ïijen, de breienjen, de watten-, kapok-,
of veerenbereiderijen, de zadelmakerijen,
de vellenblooterijen, de leerlooierijen en
de zeemleder fabrieken;
het vervaardigen van kleederen, hoeden
of schoenen;
de wase'-i- en strijkinrichtiiigen en de
kleederververgen;
O. vertegenwoordigd in de Kamer van
(Arbeid voor de Voeding#- en Genot
middelen:
lo. de brood-, koek-, beschuit-, suiker- en
banketbakkerijen
de cacao- en de chocolade-, de meel- en
de zuivelfabrieken;
de tabak- en sigarenfabrieken;
de bierbrouwerijen, de jenever- en de
likeurstokerijen benevens de mineraal-
waterfabrieken;
de slagerijen;
de zeepfabrieken;
too. de fabrieken van verduurzaamde
levensmiddelen;
D. vertegenwoordigd in de Kamer van
Arbeid voor de W inkel- en Gros-
iersbedrijven:
de winkel en de grossiersbedrijven, voor
zoover die niet zijn of zullen worden ver
tegenwoordigd in een andere Kamer van
Arbeid, waarvan het gebied zich over do
gemeente Leiden uitstrekt;
aan hun verpliohting om vóór 15 Januari
k. een lijst of zoo noodig lijsten op te
maken van de namen en de voornamen der
mannelijke en vrouwelijke personen, die m
hun bedrijf binnen het gebied der bovenge
noemde Kamers van Arbeid, welk gebied
zich alleen over de gemeente Leiden uit
strekt, als patroons of in hun dienst
ais werklieden werkzaam zijn geweest
gedurende het laatst verloopen kalender
jaar, voor zooveel de onder A 2o., B, C lo.
en D genoemde bedrijven betreft, of ge
durende het laatste tijdvak van 7 maanden,
Waarin gewerkt is in de bedrijven, genoemd
onder A lo. en 0 2o.
en om die 1 ij s t of l ij s t e n v ór 15
(Januari e. k. aan hun College i n te
(zenden.
Onder p a t r o o ns verstaat de wet de
hoofden of bestuurders van een bedrijf,
waarin ten minste één persoon boven de
twintig jaar tegen genot van loon werk
zaam io, en allen, die op het beheer der
hoofden of bestuurders toezicht houden, be
nevens hen, die door het hoofd of den be-
etuurder van een bedrijf in den regel belast
worden met het ontwerpen van wetenschap
pelijke plannen en modellen of met het doen
van wetenschappelijke proeven, de procu
ratiehouders, alsmede de person3n, die bij
ontstentenis van het hoofd of den bestuur
der van het bedrijft dat hoofd of dien be-
•tuurder vervangen.
Onder werklieden verstaat de wet
alle anderen, die tegen genot van loon tn
een bedrijf werkzaam zijn, behalve dege
nen, die geheel of gedeeltelijk gezag over
en-deren uitoefenen.
Op dio lijsten mogen niet ver
meld worden zij,- die gedurende net
laatst verloopen kalenderjaar, waarin in de
onder A 2o, B, C lo. en D. genoemde be
drijven is gewerkt of, voor zooveel de onder
A lo en C 2o vermelde bedrijven betreft, die
gedurende het laatste tijdvak van 7 maan
den, niet binnen het gebied der bovenge
noemde Kamers van Arbeid bij hetzelfde
hoofd of denzelfden bestuurder werkzaam
lijn geweest.
Op die lijsten behoeven niet ver
meld te worden zij, die geen ingeze
tenen des Rijks, of geen Nederlanders zijn
of die op den 15den Februari e.k. den leef
tijd van 25 jaren niet zullen hebben bereikt.
Zij, dio gedurende het laatstverloopen ka
lenderjaar, waarin de onder A 2o, B, C lo
en D genoemde bedrijven is gewerkt, of voor
zooveel de onder A lo en 0 2o vermelde be
drijven betreft, gedurende het laatste tijd
vak van 7 maanden, niet in het bedrijf van
hetzelfde hoofd of denzelfden bestuurder
rijn werkzaam geweest, en die aanspraak
kunnen maken om geplaatst te worden op
een kiezerslijst voor bovengenoemde Ka
mers van Arbeid, zijn bevoegd vóór 15 Ja
nuari e.k. aangifte te doen bij Burgemees
ter en Wethouders voornoemd.
Do formulieren dezer aan gif-
t-on, zoomede die dor l ij sten zijn
kosteloos voor belanghebben
den ter Gemeente-Secretarie
Terkrijgbaar.
koorts worden do hoofden en bestuur
ders van de hierboven genoemde bedrijven
er, voor zooveel noodig, aan herinnerd, dat
heb opmaken en inzenden der lijsten een
verplichting is, tégen wier niet-nakoming
straf is bedreigd bij artikel 43 der wet op de
Kamers van Arbeid, lüidende als volgt:
„Hij, die wederrechtelijk niet
voldoet aan een hem in eenigen
krachtens deze Wet uitgevaar*
digden algemconon maatregel
van bestuur opgelegde ver
plichting, wordt gestraft mot
heohtenis van ton hoogste v jr*
tien dagen of geldboete vau een
hoogstevijfen zoventiggulde n'\
Burgemeester-on Wethouders voornoemd,
N. C. DE GIJSELAAR
Burgemeester.
VAN STRIJEN, Secretaris.
Leiden, 11 Januari 1913.
Het „Nieuws van den Da#" hekelt den
naam van one nieuwe departement en
schrijft:
„Dédió a S. Exc. M. H. Colin,
ministre de la Defense Nationale.
„Het is er dus, het nieuwe departement:
de „St.Ct." kondigt de samenstelling aan
van Oorlog en Marine tot één ministerie,
het departement van defensie...
,,Dat we ons over de zaak zelf verheu
gen, de samenvoeging, waardoor de zorg
voor 'b lands verdediging in één hand wordt
gebracht, de lezer kan het weten. De
dwaasheid om, naar den naam, het depar
tement van het leger alleen aansprakelijk
te stellen voor „oorlog" (welke toch ook
wel door de zeemacht gevoerd zou worden)
behoort nu meteen tot het verledene.
„Maar de nieuwe naam van het nieuwe
ministerie 1
„Toen wij eenige maanden geleden de
troonrede bespraken, waarin de samenvoe
ging der twee bedoelde departementen
werd aangekondigd, uitten we, zoo ter
loops, den wensch dat niet defensie maar
landsverdediging de naam zou worden.
„Tot onze aangename verrassing vonden
wij '3 avonds dezelfde opmerking, denzelf-
den wensch in het „Handelsblad", de „Nieu
we Rotterd. Courant", „Het Vaderland"
en „De Standaard" misschien zijn het er
nog meer geweest.
„Hier mocht dus wel gesproken worden
van een „communis opinio!"
„Maar wat beteekent de openbare mee-
niog voor een Nederlandsclie „autoriteit"!
Deze gaat haar gang, „ze doet maar."
„Wij voor ons achten purisme een dwaas
heid en niet bevorderlijk voor de goede
zaak dér taalzuivering. In de spreektaal,
in de schrijftaal zelfs, zij men niet kitfce-
loorig tegenover gasten uit den vreemde.
Men zij echter voorzichtig, aan die gasten
niet te gauw het burgerrecht te verleenen.
„De administratieve taal is vol vreemde
woorden, en in vroeger eeuwen was dat nog
veel eiger.- Wie de ond-vaderlandsclie re
soluties en instructies ooit ingezien heeft,
weet dat onze vaderen nog kwistiger dan
wij met uitheemsche deftigheden hun taal
plachten te verbasteren. Niettemin ook
nu gewen de ministers van justitie en van
financiën hun „resoluties", nadat ze „ten
fine van advies" enz., enz.
„In de ambtelijke (officieele) taal al
thans worde het gebruik van vreemde woor
den, waarvoor ongedwongen en ongewron
gen gelijkwaardige HolLandsche woorden te
vinden zijn, vermeden en beperkt. In elk
geval voere men geen nieuwe in l
„Dat gaat anders in Zuid-Nederland t
Zoodra een Vlaamsch tentoonstel!ingsba-
stuur (om welllicht zeer begrijpelijke en
geldige redenen) het tweetalen-voorschrift
aantast, hoe gaan er de poppen aan het
dansen 1 De wijze van optreden van het
„Ylaamsoh comiteit voor de Tentoonste1-
Ifing van Gent" is indertijd in dit blad over
dreven genoemd en afgekeurd; dat moge
zoo zijn, doch de Vlamingen hebben toch
maar gelijk gekregen, minister De Broque-
villo heeft ten minste gedaan wat cle regee
ring nog kón doen.
„En bij ons!
„Neerlandia" heeft in haar Januari
nummer een hoofdartikel over de ambte
lijke taal, do.t moet gelezen worden. Het
hoofdbestuur van het A. N. V. had zich
tot de ministers gewend met het verzoek,
het Nederlandsch te gebruiken in de diplo
matieke betrekkingen met die landen, waar
onze taal als officieele taal erkend is (Bel
gië en de Unie van Zuid-Afrika verkeeren
in dat geval). De minister van buitenland-
sche zaken gaf nul op het rekest, en hield
vol, toen hij in de Kamer ter verantwoor
ding was geroepen door den heer De Kan
ter.
„De redactie van „Neerlandia" paait
zich nog met de hoop dat „onze regeering
het zich tot een eer zal stellen, ook in de
zen metterdaad te bewijzen, dat zij voor
onze taal tegenover gelijktalige landen
plichten heeft te vervullen en rechten te
handhaven."
„Het antwoord is: een departement van
„defensie"."
„Het geval zou zioh tot allerlei grappig
heid leenen. Dr. v. Vloten heeft vroeger
eens voorgesteld, de namen -rechtswezen,
zeewezen, geldmiddelen enz. in te voeren.
Zullen wij nu de regeering liever in over
weging geven, de rest ook maar te ver-
franschen en departementen van agricul
tuur en industrie te scheppen? Een leelijk
geval is het onvertaalbare „waterstaat".
Wat dunkt u van „departement van hy-
drauliek" Flink koeterwaalsch, zulle!
„Trad nu nog maar iemand met een naam
alö Regout of Talma als de eerste minister
van defensie op. Maar een zoo echt, oerecht
Hollander als de tegenwoordige minister
van oorlog!"
In de doopsgezinde „Zondagsbode"
schrijft de. predikant A. C. Buijs van Aals
meer over 't congres der sooioal-ds nocra-
ten te Bazel:
„Het was op den dag des Heeren, den
26aten November 1912, dat duizenden en
duizenden onder plechtstatig klokkengelui
optrokken naar den Bazeler Munster. Heb
reusachtige kerkgebouw kon de menigte
die to eamen gekomen was weldra niet be
vatten, de kerkpleinen werden met buiten-
stoanden gevuld en ook toegesproken, on
der anderen door onzen landgenoot f J.
Troelstra. De indruk yan dit verheven
schouwspel was overweldigend. Het doet
denken aan den eersten Pinkster dag te
Jeruzalem, Vele talen uit éónen geest:
den geest der internationale verbroedering.
„Dit nieuwe en toch zoo oude geluid, zoo
oud als het Christendom zelf, gaat niet
uit van het offioleele christendom: de
Kerk. De diplomaten, zij die do macht
over oorlog of vrede in handen hebben,
hooren het geluid niet. Het doet denken
aan heb verstokte hart van Farao var. vóór
bijna 4000 jaren.
„Christus heeft eenmaal gezegd: „Ik zeg
u, dat, zoo deze zwijgen, de steenen haast
zullen roepen."
„De eeuwig levende Geest van Christus
is niet gebonden. Die geest werkt- ook in
hen die zeggen, niet te kunnen gelooven.
Dat niet kunnen gelooven is een dwaling
des versbands, en daarom van voorbijgaan-
den aard. Zooale boven reeds is gezegd:
de Kerk zwijgt. Dat zwijgen teekent een
diep zedelijk verval. Het spijt m°, dat ik
het zeggen moet. Het is treurig.
De „Nieuwe Rotterdamsche
Courant" vestigt de aandacht op de
meer en meer gebruikelijke wijze van
wetsui tl egging waarbij men g rooter gewicht
hecht aan eèn woord, door eeo of ander
commies in een memorie neergeschreven,
of aan een opmerking van een of ander
Kamerlid» uit de Handelingen opgediept,
dan aan de wet zelve. Op deze wijze wordt
6oms een wet zoodanig geïnterpreteerd, dat
juist het tegendeel uit de wet te voorschijn
wordt getooverd als er met duidelijke be
woordingen in uitgedrukt is. Met vrije
wetsinterpretatie in wetenschappelijken
zin heeft dat niets te maken.
„Wie zich aanhanger verklaren van vrije
wetsinterpretatie verdedigen een weten-
schapplijk systeem, een stelsel, uitgaand
van de gedachte, dat het leven te rijk is
om in wetsteksten te worden omschreven,
zoodat bet noodzakelijk is, de wet aan te
passen aan steeds veranderde omstandig
heden en nieuwe verhoudingen, wil men
niet het gevaar loopen, dat de wet, in si>ee
van den basis voor verdere rechtsontwikke
ling te zijn, vooruitgang zal afsnijden en
versteenend zal werken. Wanneer een wet
telijk voorschrift van tientallen jaren her,
omtrent het afleggen van een eed, uitgaat
van de, bij haar tot-stand-koming zeer
juiöte veronderstelling, dat alleen tot een
kerkelijke gezindte bekoopt, en haar bepa
lingen daarnaar zijn opgesteld, dan wordt
het, naar de meening van hen, die voeleü
voor moderne -praotuur, een dwaasheid, in
tijden, waarin zeer velen niet to-t eenig
kerkgenootschap behooren, nog altijd maar
te doen, en de wet uit te leggen, alsof de
bestaande toestand een fictie is. Zij eischen
dan voor den wetsuitlegger de vrijheid op,
om de oude wet, aan welke de werkelijk
heid niet langer ten grondslag ligt, over
eenkomstig do in de wet zelve neergelegde
beginselen en hun strekking te verklaren,
en haar aan te passen aan de nieuwe, vroe
ger niet voorziene, verhoudingen."
Dit is een wetenschappelijk systeem,
waarin de wet toch altijd blijft uitgelegd
uit haar zelvewaar het blad tegen op
komt is tegen de zuiver dilettantische
wetsverklaring, waarbij de wet wordt ver
klaard niet uit haar beginselen en bewoor
dingen, doch uit de invallende, neerge
schreven of uitgesproken gedachten van
ministers, Kamerleden, rijp en groen. Te
gen dit geliefhebber met de wet wenschb
het blad met nadruk verzet aan te tee
kenen:
„Deze „vrije" wijze van wetsinterpretatie
is toch inderdaad heel wat gevaarlijker,
dan wat wetenschappelijk vrije interpreta-
tie heet, omdat door haar aan de wet elke
vastheid op den duur gaat ontbreken. Het
moge begrijpelijk zijn, dat een persoon,
die heb ruimste aandeel gehad heeft in de
voorbereiding van een wetsontwerp, in den
waan geraakt, dat zijn uitlegging van een
bepaling als een paal boven water staat,
maar daarmede is niets voor de juistheid
van die meening gezegd. Voor anderen,
die afkeerig zijn van het jurare in verba
magistri, is er allerminst reden de minis-
terieele uitlegging of de verklaring van
een voorsteller van een amendement als
een axioma te aanvaarden. We mogen in
dit verband nog wel eens aan een uitspraak
van Thorbecke herinneren, die den vol-
ijverigsten minister tot bescheidenheid
moet stemmen: „Welke is de gedachte, in
de wet uitgedrukt? Ik zou niet durven be
weren, dat de maker, wanneer hij hiervan,
buiten de wet, een verklaring geeft, in den
regel meer is dan een ander uitlegger of
dezen eeuigszins kan binden." Aan duide
lijkheid laat dit niets te wenschen over.
Het zijn vanzelf sprekende dingen, en men
moet zoo wel het gevoel hebben, open deu
ren in te loopen, wanneer men er de aan
dacht nog eer.6 op vestigt."
Het „A lgemeen Handelsblad"
legt er den nadruk op, dat het Kamerlid
Marchant geen enkel bewijs of aanwijzing
heeft bijgebracht voor zijn beschuldiging
dat de hulp van het gouvernement ten be
hoeve van de Nederl. Ind. Boschproducten-
Mij. onder den invloed van den heer Yan
Heutsz als commissaris dezer Mij. eou zijn
verkregen. Over de meer algemeene kwes
tie, door hetzelfde Kamerlid gesteld,
schrijft het blad o. m.
„Een gewezen hooge ambtenaar, die
yroeger ola ambtenaar voordeetea toe te
staan of te weigeren had aan handelson
dernemingen, oultuur-maatschappijon,
stoomvaartlijnen enz. en dikwijls alsdus den
bloei dier maatschappijen en te gelijk het
algemeen belang heeft kunnen bevorderen
zal door een goed bezoldigd baantje aan
dergelijke maatschappijen aan te negien,
ook al weet hij zeker steeds eerlijk niet
dan zijn plicht gedaan te hebben, het zijn
opvolgers minder gemakkelijk maken bij
hun beslissingen uitsluitend met het alge
meen belang rekening te houden.
„Maar er is meer.
„Vau de vrouw van Caesar mag zelfs
geen kwaad gedacht worden. En zeer hoo
ge ambtenaren moeten riiefc aanmerkelijk
minder goed op him reputatie passen dan
de vrouw van Caesar. Zeer velen in
den lande, die, naar rnr. Marchant ons me
dedeelt, ergernis gevoelen, gevoeleQ dan
die ergernis, omdat zij denken „voor wat,
hoort wat"; die meneer zou de belooiiing
in den vorm van dat commissariaat niet
gekregen hebben, indien hij zich als ambte
naar niet buitengewoon verdienstelijk voor
dio maatschappij had gemaakt. Een ge
woon hooge ambtenaar moet eenigszins met
het feit rekening houden, dat er te veel
menschen zijn, die klaar staan iemand op
eenige zwakke aanwijzingen van de groot
ste 6churkachtigheden te beschuldigen. Do
heer Marchant heeft vele verwante zielen
en geesten.
„Wij zeggen „eenigszins" met dat feit
rekening houden. Eenigszins, omdat heb
prestige van het hooge ambt, vroeger door
hem bekleed, dat eischt.
„Doch wij beweren allerminst dat de
vrees voor lasteraars en voor kwade ton
gen die nooit geheel zwijgen gewe
zen ambtenaren moet dwingen, door ont
slag of pensionneering, tot werkloosheid
gedoemd, zich te houden buiten alle parti
culiere zaken, waarvan zij in ambtelijke
loopbaan kennis, waarvoor zij belangstel
ling hebben opgedaan. Dat is noch in het
algemeen belang, noch redelijkerwijs van
die ambtenaren te eischen. En het is
dwaasheid zulk een eiscli bijv. te stellen
aan een man in de kracht van zijn leven,
aan een energiek figuur als Van Heutsz,
die tijdens zijn goheele officieele loopbaan
gezegd heeft tot de kolonistenwerkt,
exploiteert de rijkdommen van Indië, ont
wikkelt zijn industrie en cultures, daarme
de maakt gij den inlander rijker en onzo
kolonie krachtigor. Iemand als de oud-
gouverneur-generaal Van Heutsz, op be
trekkelijk jongen leeftijd reeds gepension-
neerd hooge ambtenaar, leeft met zijn ge
dachten nog in het land, waar hij zooveel
jaren gewerkt heeft. Men kan niet eischen
dat hij zich vergenoegt met het werk dat
b.v. een hoenderfokkerij op de Veluwe hem
zou kunnen geven. En dat. zulk een man
bezig blijft met Indië en Indische zaken,
dat hij zijn groöte gaven, zijn groote ken
nis voor Indische zaken beschikbaar -blijft
stellen heb is nooh verbazingwekkend,
noch o-fkeu ringswaardig.
Onder het opschrift „Geen soh ei da
ge r e c h t!" schrijft A. H. in het Or
gaan" der Necl. Ver. van Spoor- en Tram
wegpersoneel:
„Wanneer minister Regout bezig is de
Nederlandsclie Verecnigin# te bestrijden in
de Tweede Kamer, een werkje, waarbij de
liberale cn vrijzinnig-democratische heeren
Roodhuijzen en Ketelaar even glunder
lachen als de coalitie-vrienden des minis
ters; wanneer deze excellentie de verdor
venheid onzer organisatie weer eeüs voor
de zooveelste maal aan de kaak wil stelien,
dan weten wij nu wel, dat hij het met de
waarheid nu niet zoo erg nauw neemt.
„In den regel gaat hij daarbij echter
handiger te werk dan de laatste maal, toen
hij in de vergadering van de Tweede Ka
mer op 21 Deo. j.l. beweerde, dat Snee
vliet, zelfs zonder eenigen vorm vao
scheidsgerecht, eenvoudig zou aan den dijk
gezet zijn.
„Natuurlijk weet deze excellentie «eer
goed, dat dit onwaar is; dat wij in onze
vereeniging wel degelijk een hooger be
roep kennen, namelijk op de Algemeene
Vergadering, die na hoor en wederhoor
haar beslissing neemt.
„De heer De Stuers zei in de Tweede
Kamer, dat hij zeer verwonderd was „ov9.*
het zonderlinge begrip, dat de minister
van Waterstaat blijkt te hebben omtrent
de eenvoudigste elementen van eergevoel
„Als de heer De Stuers dezen minister
zoo go >'1 kende, als wij, zou hij niet meer
'verwondert! zijn."
Toen de kapitein van de Harwich-
boot „Clacton", liggende, aan de Parkkade te
Rotterdam, gietermorgen in z(jn hut kwam,
werd hy door een inbreker tegen het lyf ge-
loopen, dio, door den kapitein achtervolgd, den
wal opvluchtte. In de Parklaan slaagdon twee
politie agenten, die op het geroep van „houd
den dief!" toeschoten, er in, den dief te grij
pen. Het bleek do 19-jirige zwerver J. A. S.
HU «tond gesignaleerd: lo. tot het ondergaan
van 6 maanden gevangenisstraf, waartoe hy
te Amsterdam wegens Inbraak was veroor
deeld; voorts als gedeserteerd van het korps
genie te Utrecht en als ontvlucht uit het
Ryksopvoedingagesticht te Leidon. Uit de hut
van den kapitein bleek gestolen: een porte
feuille met Engelsch bankpapier, een regen
jas en een gouden horlogo met ketting. Twee
medeplichtigen wiston to ontvluchten.
Te Zuidbroek is giste rmor-
gen de locomotief van een goederentreia
van Nieuweschans naar Groningen ont
spoord, ten gevolge waarvan de reizigers
van den personentrein uit Groningen, cJ:e
om 7.48 te Winschoten aankomt, moesten
overstappen, /eel vertraging was van een
en nder het gevolg.
Een aardappelhandelaar to,
Groningen tracht handelsbetrekking in veler-;
!oi talen aan to knoopen. Zoo o a. met zyn(
Vlaamsche gtaragonooten ln hst volgend#'
Fransch
Monsieur,
Nous avoir l'honr.eur tous nos prixcouraot^
présenter, et garander nous Importation de
promicr qualitó.
Nous démandez Ie payment da la montant du
facturo choz Exportation contre tfélivrancho
dos documents, payab'o chez la baisque.
«&Co. G. Ou, cóla voua Targent d'abord
au noa comptoirs désiror euvoyor.
Votres estime ordres attenda
Avec nos salutations
X
Do landbouwer T i o k e, ran
het landgoed Reuenberg te Losser ia
door het op hol siiaan van zijn
paard on van een wagon gevallen en bleef
op de plaats dood.
Te Elet werden uit de gang
van do O. L. school, tijdens de avond
school een tweetal jassen ontvreemd, een,
waarin nogal geld was. Uit eeD direct in
gesteld onderzoek bloek, d* dader een
11-jarige jongen, genaamd v. R., de ont
vreemde kleedingstukken werden thuis
uit een bedstede door de politic opge
diept.
Do districts besturen in
Beieren hebben groote boete opgelegd aan
kerkelijke stichtingen en arme gemeenten,
die zich niet sne) genoeg op de „Bavri-
sohe Staatszeitung, het nieuwe orgaan
van de Beiersche regeering, geabonneerd
hebben. De directies van de spoorwegen
hebbei» een oekase uitgevaardigd, die be
veelt om de nieuwe krant in alle wacht-»
kamers van stations ter lozing te leggen.
Het schijnt, dat men een beslissing van
het administratief hooggerechtshof over
de wettigheid van liet optreden van de ro-
geering zal uitlokken.
De weduwe Dartois wonen-»
de in de rue de Rome te Parijs, kreeg
dezer dagen bezoek van vier goedgeklee-
de heeren, die zich bekend maakten als
de politiecommissaris van de wijk, diens
secretaris en twee rechercheurs. Op het
verlangen van do dame vertoonden zij een
oogenschijnlijk volkomen in orde zijnd be
vel tot huiszoeking. De beambten verzocht
ten de weduwe een in de kamer aanwezig
geldkistje te openen, daar het hier een
diefstal van juweelen gold en men me
vrouw Dartois voor de heelster hield. Deze
kreeg argwaan, vooral toen de bezoekers
onrustig werden bij het overgaan van de
huisbel. Hoewel de politie-commissaris
haar waarschuwde, dat verzet haar niets
zou baten, ja zelfs de ergste gevolgen kon
hebben wist zij op een gegeven oogenblifc
de deur uit te glippen en de straat te
bereiken. Hierop verlieten de mannen
door een achterdeur ook het huis. Me
vrouw Dartois ijlde naai* een politiepost en
spoedig waren eenige werkelijke politie-»
beambten het viertal op do hielen, dat
korten tijd later in een kroeg werd gear
resteerd. Het bleken oude bekenden van
de politie te zijn.
De Hambui* gsohe politic
heeft een 63-jarigen gewezen opticien en
fotograaf, die 6edert geruimen tijd ver
pleegde was in het stedelijk werk- en
armenhuis, wegens het vervaardigen van
valsche munt, gearresteerd. Eenige dagen
geleden vond rnen onder zijn bed een valsch
tweemarkstuk. De politie hield het oog op
liern gedurendo zijn uitgangsdagen en con
stateerde dat hij in een afgelegen stadsge
deelte oen kamer gehuurd had, waar hij
een complete valsche munterswerkplaata
ingerioht had. Do politie nam een aantal
gereedschappen en valsch geld in beslag.
De munten waren vervaardigd van tin en
gemakkelijk van echte munten te onder
scheiden. Meestal gaf hij de door hem vor-
vaardigde munten uit aan straatventers in
donkere hoeken waar zij slechts oppervlak*
kig konden bekeken worden. Het bleek,
dat de gearreeteerdc vroeger reeds twin-»
tig jaar wegens valsche muuterij in de ge
vangenis heeft gezeten.
Do Londensche rochters sch Ij-
non niet bepaald zachtaardig om to springen
meb luie vrouwen, dio haar huishouden op
schromeiyke wyze verwaarloosen. Do magistra
ten van het district Exeter kregen Woensdag
te doen met eon zekere Margaret Whatley,
die, volgens haar man, „met geen tien paar
den uit haar be l. was te krygon" en do twee
kinderen schandelijk verwaarloosde, voor welk#
feiten z.y dan oo'c terecht moest staan
De man van de slaapzieke dame verklaard®
als getuige, dat zU op 28 December naar bed
was gegaan en dat hy haar niet eer op de
been had gezien dan op dat oogenblik. voor do
gestrenge heeren reeh ors. Men had hem aan
geraden om haar eenvoudig geen eten te go*
ven, maar dat kon hij niet over zUn hart ver:
krijgen. Voorzoorer hU wist, mankeerde zya
▼rouw ln 't geheel niets. Ze was 3alleen maar
verschrikkelijk lui."
En daarop velden de Edelstrengon vonnis
en stuurden de vrouw voor vier maanden naar
een gevangenis, om daar dwangarbeid te ver.
richten. Aan een dokter zal worden verzocht,
haar goed waar te nemen en te vorzoigen, in
de hoop, dat geregeld werk de blijkbaar niet
recht w(jze vrouw weder in 't bezit harer gees*
telyke en lichamelyke vermogens zal stellen.
Een nieuwe lekkerny.
Voor menschen, die altoos xitton te peinzen
wat z(j nu weer eens voor nieuw gerecht
zullen genieten komt een terblydende tyding
uit Austrahö. Namelyk dat de bekende blikjes*
flrina Armour, uit Chicago, een groote kan
goeroe-fok kerU hoeft aangekocht te Broome,
West-Auetraliö, en daar zal overgaan tot het
fokken dier beesten op groote schaal, zoowel
met hot oog op de huidon, als tot het ver
krijgen van de hooggeroemde kango«roe-
etaarten, volgons die het konoen oen ultgo*
sochte lekkernij.