Ho. 16220.
LËÏSECH DAGBLAD, Dinsdag* *7 Januari. Tweede Blad.
Anno 1913
Buitenlandsch Overzicht.
FEUILLETON.
3E£esi otï.<i Devies
Van onzen Oorlogscorrespondent.
Uit de Rechtzaal.
Frankrijk kan als het daarin trek heeft
§e» presidente krijgen.
De in de kringen vaa de propaganda
'Rroor de vrouwen-emancipatie te Parijs wel
bekende mevrouw Marie Denizard heeft
bekend gemaakt, dat ey in het belang van
0e vrouwenbeweging en uit beginsel een
kandidatuur voor het presidentschap van
0e Fransche republiek wil aanvaarden.
De Duitsche rijksregeering heeft beslo-
feen, de schipbrug tusschen Koblentz en
Bh renbreitetein te vervangen door een
feu nel onder de rivier heen.
(De Rijn is op die plaats 340 M. breed.
Do „Köln. Ztg." heeft onlang* reeds heb
Benkheeld geopperd, om de overgangen
Jvar» den Rijn beter te beveiligen, omdat in
feovlogstijd Fransche vliegers door een aan
lag op die overgangen de mobilisatie van
Stel Duitsche leger in de war zouden kun-
Hen sturen en toen ook al heb graven van
feimnels onder den Ryn bepleit.
Berlijn.heeft nu kans op een b i e r o o r-
o zooals die reeds te Beieren geweeat
b. 'Het gemeentebestuur van Berlijn is van
löns een belasting op het bier te leggen.
t)e vereenigde brouwerijen hebben nu besio-
feen. om, indien die belasting meer dan 20
Pi. den H.L. van door ondergieting ge-
ferouwen bier mocht bedragen, den bier-
prijs te verhoogen en zoodoend© ook dien
imjis in overeenstemming ta brengen met
1de steeds hoogor geworden kosten van de
bereiding. Al» de verbruikers dan maar
Diet voor een boycot sympathie gaan gc-
Jfoeïen.
"Volgens een telegram uit Nioe aan het
f Journal'' is de taaréwitsjte Meal
s'' feon aangekomen. Hij zal eenigen tijd tot
kerstal van zijn gezondheid te Cap Martin
Boor brengen.
Haar men weet mogen in verecheiden
Bonvemementen van Rusland, de joden
flechts in bepaalde streken wonen. Dat
geldt o.a -niet voor diegenen, welke een
getuigschrift hebben, dab zij voor tandarts
fcebben gestudeerd. De rechtbank te Moa-
fcow heeft nu over 2S0 joden vonnis geveld,
Bi© beschuldigd waren zich door omkoo-
jping zulke getuigschriften te hebben ver-
feohaft. Tweehonderd en een werden tot ge
vangenisstraf van een jaar veroordeeld.
Bovendien werden negen geneesheeren en
Ambtenaren tot tuchthuisstraf van een tot
Brie jaren veroordeeld.
De voorzitter van den Portugeescben mi-
DifeUrraad heeft in een zittiug van beide
jfeamers verklaard, dat hij het onts'ag van
liet ministerie heeft gevraagd omdat de om-
ftandigheid, beslissend Voor de constitutie,
id.w ;v. de vrees veroorzaakt door h e t b i n-
D en dringen van revolution-
Ba ire elementen in Port u-
g a l, had opgehouden te bestaan. Aan den
janderen kant had ook de conoentratie van
0e republikeinen de vertegenwoordiging
ran de partijen in het ministerie veranderd
jhi een vertegenwoordiging, waarmede men
tóch niet kon vereenigen, daar het tot geen
ftnkele partij behoorde. Daar bovendien
peide politieke groepen verschil van ziens-
fsrijzc met de regeering aan den dag hadden
gelegd, wilde deze zich niet aan een parlo-
tnentaire nederlaag blootstellen.
De Belgische generaal' De Reuter zal bin
nenkort voor een krijgsraad gebracht en
(too noodt" in staat van beschuldiging ge
steld worden.
Deze zaak 13 vrij ongewoon. Generaal De
[Reuter had zijn ontslag gekregen en in een
(openbaren brief aan den minister van Oor
log, tien minister-president De Broqueville
'de redenen van dat ontslag uiteengezet. Hij
Stelde zich daarin voor als slachtoffer van
tójn liberale raeening en schreef, dat zijn
'eeuigo fout orebrek aan eerbied voor het cle
rical isme was geweest. Hij zou plotseling
ien zonder waarschuwing ontslagen ziin. Tn
koever d.at waar is kan men moeilijk he-
toordeelen. zoolang niet de beschuldigde
minister in de gelegenheid is geweest
Gn dit kan eerst na heropening van de Ka
merzittingen verwacht worden zich over
Üeze zaak uit te laten.
DOOR
LOÜidE B. 3.
Nadruk verboden).
tl)
„Goede hemel, het 6chijnt wel juffrouw
[Helmond te zijn... wat doet zij vreemd, zou
haar wat schelen?" riep tante Savernius
luide maar toen werd ze gewaar, dat de
p'aafcs over haar aan het tafeltje reeds
(Verlaten was en ze zag nog oven Robert
»ich haastig een weg banen door en langs
Be andere zitplaatsen, ontevreden nageke-
lien door dames over zulk: ,,een lompe on
gemanierde haast..."
Ilij verdween in dc deuropening, die
Daar den toren leidde, en bijna dadelijk
Baavna hij had moeten vliegen van de
ferap om daar zoo vlug te zijn stond hij
bp straat naast juffrouw Helmond; zag
ijbante Savernius haar neef vol bezorgdheid
ovcv baar gewezen pianofactotum beenge-
bogenzag zij hoe hij haar schier in de
Urmen nam, met haar praatte, naar het
thee salon wees, maar op een beslist hoofd
schudden van het meisje, oen rijtuig, dat
jgubt weer de Plaats opreed en zijn stand
plaats wilde innemen, aanriep en toen met
oneindig veel zorgen het meisje in zijn
fel men er in brengen. Een oogenblik scheen
het, alsof hij haar volgen wilde in heb rij
tuig, maar toen zag tante Savernius hem
ifcorovergebogen staan in een luisterende
Dab een koning kiezer ie, komt nieb dik
wijls voor. Koning Yiobor Emanuel
van Italië heeft erkend, dat hij ten slotte
een Italiaanoch burger is als ieder ander
Italiaan. Dit heeft- hij door een daad bewe
zen, door zich namelijk op de kiezers-
ij s fc te laten zetten in het tweede district
Tan Rome.
Te Tokio gaat het gerucht', dat de k r 0-
ning vanden Mikado in de maand
November van dit jaar zal plaats hebben.
De toebereidselen, die in de paleizen te
Tokio en Kioto gemaakt worden, schijnen
dit goruoht te bevestigen. Heb Japanf-cn*
blad „Jiji-Shimpo", verneemt uit goede
bron, clat na de kroning, keizer Yoshi-Hito
een bezoek aan Europa zal brengen, het-
gen sedert lang zijn verlangen is geweest.
De keizer za) de reis maken aan boord van
een oorlogsschip.
In 0 h i n a zijn te Tsifoe relletje»
voorgekomen. Ten gevolg* van onregelma
tigheden bij d« uitbetaling van soldij, heb
ben de soldaten ernstige losbandigheden
bedreven. Zij schoten er op straat op los.
Twee-en-dertig menschen zijn gedood Ge
neraal Jin is ernstig gewond.
In Marokko duren de kleine gevechten
nog steeds voort. Dit 6lechts als herinne
ring dat het #r bij lange na niet kalm is.
Tussohen de voormannen in
Z u i d-A f r i k a heerscht diepgaand mee-
mngsverschü. Dat weet mem reeds uit wat
we vroeger meedeelden over het heengaan
uit het ministerie van generaal Hertzog.
Naar thans uit Johannesburg wordt ge
meld, moet de houding van Smuts, den
minister van landsverdediging, bij het af
treden als minister van generaal Hertzog,
de aanleiding zijn geweest, dat thans gene
raal De Wet ontslag heeft genomen als lid
van den raad van verdediging, op grond
hiervan, dat hem een verdere samenwer
king met Smute onmogelijk was. De Wet's
verzoek om ontslag heeft de gouverneur-
generaal voorshands niet ingewilligd.
De regeering van Rhodeeië weert het
Hollandsch van nagenoeg alle scholen, die
subsidie krijgen. Van dr. Malan gaat nu
een oproeping uit om in de Unie jaarlijks
1500 tot 2000 pd. st. bijeen te brengen ten
einde de Afrikaanders in Rhodeeië in staat
te stellen op eigen scholen de kinderen
Hollandsch te laten leeren.
Dr. Woodrow Wilson, de nieuwgekozen
president der Vereenigde Staten, houdt
thans reeds dagelijks besprekingen met se
natoren, afgevaardigden, gouverneurs en
andere democraten van naam, maar uit-
eluitend met maunen, behoorendo tot den
radioalen vleugel van do democratische
partij. Dat Wilson dus blijkbaar de voor
keur geeft aan de radicale leden, heeft
onder de conservatieven, die
zijn verkiezing hebben gesteund, de
vrees gewekt, dat hij zich in zijn po
litiek eveneens radicaal zal befcoonen, het
geen natuurlijk een leelijke streep door
hun rekening zou zijn.
Dezer dagen is in den Amerikaanschen
6taat Colorado een dame, mevr. Robin
son, tot lid van den Sena at ge
kozen.
De Kamer van dien Staat, waar de
vrouwen zoowel het actieve als het passieve
kiesrecht bezitten, telt ook reeds een vrouw
onder zijn leden.
Kerstfeest In het Ulonteueffrijnsche
kamp.
26 December 1912.
Het regende, toen ik mij den 23sten
's morgens vroeg in een soort victoria,
getrokken door twee sterke bergpaardjes,
te Cettinje, op weg begaf. De bergen wa
ren als in een sluier gehuld en dat ver
hoogde het toch reeds zoo somber karak
ter van het landschap.
De weg loopt langs steile hellingen,
woeste bekeai en watervallen en door die
pe kloven en aaien.
In alles, wat ik aan jassen bezat, ge
huld, reed ik zoo uren, de hellingen moei
zaam bestijgend, maar dalend in groot*
houding en daarna, zeer teleurgesteld,
zijn schouders ophalen. Hij sloot het por
tier, scheen den koetsier nog iets heel
dringend op het hart te drukken en toen
bleef hij staan midden op de Plaats, bloots
hoofds, in een sluier van sneeuw, het rij
tuig naturend, dat vlug den Kneuterdijk
opreed. Eerst toen dat heelemaal uit ge
zicht verdwenen was, ging hij den toren
weer binnen, heel langzaam, als vermoeid.
Tante Savernius en hij wisten niet* meer
tegen elkander te zeggen, dan wat stroeve
onverschillige opmerkingen over het ge
val. Er was een groote vreemde gedwon
genheid over hen beiden gekomen.
Eindelijk zeide tante Savernius:
„Het weer schijnt maar niet te willen be
daren, van boodschappen doen komt niets
meer... daar komen successievelijk de rijtui
gen terug, het zal het beste zijn, dat ik er
een van neem om naar huis te rijden..."
Robert trachtte geen moeite te doen
haar terug te houden. Hij betaalde, stond
op, en volgde tante Savernius, die met
fieren tred, opgeheven hoofd ©n trotsch
afstootende houding, kortom, met een
masker en een bonding, die tot in de ziel
gewonde menschen wol meer aannemen,
om hun war* gevoelens te verbergen voor
op door het volle salon achreed.
Bij het rijtuig gekomen zeide zij even
ongenaakbaar, op een toon die zoo hemels
breed verschilde van den intiemen, mmza-
men van de laatste weken: „Ik kan je niet
vragen mee te gaan Robert (zij sprak dien
naam nu ook heel gewoon uit). Het is toch
al laat geworden en het zou je dérangee-
ren, je woont hier immers vlak bij..."
.Wat zou m niet gegeven hebben, »oo at
vaart, zoodat ik nu en dan mijn hart
vasthield als de koetsier, de scherp© boch
ten niet achtend, die in volle vaart nam,
maar alles liep gelukkie zonder ongeval
len af en tegen het vallen van den avond
kwam ik in Podgoridza, dat mij dadelijk
sterk aan Moestafa Pasja herinnerde.
Het is, hoewel het de grootste plaats
van Montenegro ia, niet veel anders dan
een Turksch dorp en men ziet er meer
Turken en Albanoezen dan Montenegrii-
nen.
Het was er vuil' en armoedig, en ik
moest me dien nacht met een zeer karig
maal en een primitief nachtleger verge
noegen, want het eenige hotel, wat men
hier althans hotel belieft te noemen, waa
bëzet door de leden'van een Italiaansche
ambulance.
Ik vond nog een onderdak in een klein
I tali aan Bch restaurant, waar ik een ka
mer moest deelen met een mij totaal on
bekend individu.
Den volgenden morgen vroeg ging ik al
weer op weg naar Plavnidza, aan het meer
van Skoetari, waar ik d© stoomboot zou
treffen, die mij naar Rioli 25011 breng on.
Zoover ik u den vorigein keer, meen ck,
reeds mededeelde, heeft koning Nioolaas
streng verboden, om journalisten en an
dere nieuwgierigen bij het leger toe ta
laten, en i» het tot dusver ook nog nie
mand gelukt daar bij te komen, want de
stoomboot is daartoe 't eenige vervoer
middel en daar wordt streng toezicht ge
houden, veel strenger dan ik in dit land
on bij deze verhoudingen verwacht had.
De groote moeilijkheid voor mij was
dan ook om, eenmaal in Plavnidza zljKcle,
aan boord van het atoonVvaartuigje te' ko
men en ik ben er zeer gelukkig in ge
slaagd
Hoe ik dat echter heb aangelegd", kan
ik moeilijk in het openbaar vertellen, om
dat mij daarbij eenige personen geholpen
hebben, die, werd het hier eens bekend,
wat rij mijnentwille gedaan hebben, in
groote moeilijkheden zouden geraken.
Men had mij gezegd, dat. ik in Plavnid
za de boot zou treffen en ik had natuur
lijk verwacht daar een soort dorp te vin
den. Niets van dat alles echter, alleen een
huis en een aanlegsteiger.
De weg van Podgoritza naar heb meer
7an Skoetari loopt door vlak terrein en
bij PLavridza stond alles blank door den
geweldigen regen van den vorigen dag.
Gelukkig was het weer thans opgeklaard.
Uren heb ik daar in de modder moeten
zitten wachten en eindelijk in den namid
dag kon ik met mijn hebben en houden,
zijnde een rugzak en een drietal jassen
met een reisdeken, een - plaatsje vinden
aan boord van het vuile, vaartuigje;-"dat
mii in 2 uur naar Rioli zóu brengen.
De vaart over het spïegeltrltadde, helde
re, lichtgroene water, "waarin zich de
borgen aan den oever hóeri"k spiegelden,
was onvergetelijk. Rondom het meer de
hooge bergen, enkele tar>pen met sneeuw
bedektop den oostelijken oever, dat ie
de Alhaneesche. nu en dan de ruïne van
een verbrand dorp.
Vóór ons duidelijk, tegen de heldere
lucht afstekend, 't gebergto vink bij Skoe
tari, dat de Turken nog alt.iid bez*t hou-
dón. want deze st-ad wordt energiek Ter-
dedwrd en ondanks den wa.nenstilstsnd
dreunt nog immer hot. jr-ewJint Met den
kiiker wa* h°M goed d<> Turksch e citadel
on< een heuvel beoosten Tarabosj, een hoo
ge berg. te zien.
Eindelijk kwamen we in "Rioli, maar te
vergeefs zocht ik het dorp, want dat
was al vóór de "W-onteregriineo bier kwa
men, door de Albaneezen verbrand.
Dat wil zeggen, door de Mohammeda-
men. want de Malnssoren. dat zijn de Ka
tholieke Alhaneezen, ziin thans do bond-
genooten der Montenecrriinen, bondgenoo-
ten. waar rij echter weinig pTezïer van
bobben, want 't rijn uiterst diefachtige,
onbetrouwbare kerels, die in teg nstdling
met de Montenegriineai, die Vrij humaan
oorlog voeren, de gevangon Turken
graag den neus en de bovenlin afsnijden,
om later te kunnen bewijzen, dat 7.9 wer-
keliik mannen bestroden hobb?n. Zoo bij
wijze van de scalp der Indianen.
hem één seconde slechts dat gebaar van
teleurstelling had zien maken, als eenige
minuten te voren, toen dat piano facto
tum", dat „wicht", hem scheen te verbie
den baar te volgen!
Robert Savernius gevoelde wel, wat er
moest omgaan in deze vrouw; met ieta
verlegens, en toch heel koel zeide bij,,U
hebt gelijk tante, het is al laat, adieu!"
Hij hielp haar heel beleefd in het rijtuig
en nam zijn hoed af, oven, maar bleef het
rijtuig niet nastaren; onmiddellijk keerde
hij zich om toen het wegreed...
Met op elkaar geknepen lippen, een
peinzenden pijnlijken trek oui den mond,
zat tante Savernius, een kwartier later, in
haar „bergère" voor heb haardvuur in
Raar behaaglijk klein salon. Zij doorleefde
een van die pijnlijk* oogenblikken, waarin
onaangename herinneringen ons geheel
overmeesteren en ons terugvoeren naar een
andere periode in ons leven, die een herha
ling blijkt van het eveci kwetsende, pa*
doorleefde.
Dat voorvalletje op de Plaats, de hou
ding van „die juffrouw Helmond" en van
Robert, hadden haar plotseling de oogen
geopend. Dab was niet alleen de gaJante
hulpvaardige gril geweest van een jong-
mensoh die een ziek"meisje ter hulp© snelt.
Daarvoor had hij van rijn kant te veel toe
wijding getoond, zij te veel opzettelijke
terughouding, toen rij geheel op hein steu
nen moest, zoo onwel als rij blijkbaar was.
Wat gebeurde er tusechen die twee, wat
w&4 hun gewfc iaden ie, de geeefcfodecue van
Er wordt daartegen zeer streng opgetre
den, wat niet heelemaal naar den zin der
oud» Montenegrijnen is, die er voor zijn,
de oud* traditie» in eere te houden; bo
venbeschreven handelwijze schijnt ul. een
oude Montenegrijnache gewoonte te zijn,
dio bij het jongste geslacht in onbruik is
geraakt.
Do Aibaneeeen rijn als de Montenegrij
nen groote, flinke kerela, en hun witte,
nauwsluitende, tot over de heup reikende
broeken, doen hun gestalten oog beter uit
komen.
Om het lijf dragen ze natuurlijk den on-
misbaren gordel, met de noodige wapenen
en verder bestaat hun dracht uit een kort
buis, rijk versierd met borduurwerk, on
al* ze het ook maar even betalen kunnen
een zilveren ketting.
Al» hoofdbedekking dragen de Mohamr
medanen de witte fez, waaraan men ze
dadelijk herkent, de Christenen alleen een
hoofddoek.
Hun gezichten, bruin verbrand en ver
weerd, met den gebogen neus, zware wenk
brauwen en langen, omlaag hangenden kne
vel, doen aan roofvogelkoppen denken.
Toen ik in Rioli aan land stapte, vond ik
daar het hoofd van de Zwitsersche ambu
lance in het hoofdkwartier, dokter von
Peyer, die, t* voren van mijn komst ver
wittigd, mij allervriendelijkst ontving en
mij uitnoodigde rijn gast te zijn in het veld
lazaret.
Hij had zelfs een paard voor mij meege
bracht en zoo reden we weldra^ druk rede-
neerend, door het woeste landschap naar
het hoofdkwartier, een groot tentenkamp
aan den voet van de rotsen, vlak bij een
waterval.
Onderweg vertelde de dokter mij, dat
het actieve Montenegrinnsch© leger een
zeer goeden indruk maakt en als gevechts
kracht groote waarde heeft; alleen de ver
pleging en de sanitaire dienst laten alles
te wenschen over.
Ik had gedacht, na alles wat ik ia Cet
tinje gehoord had, dab het leger nieb veol
meer dan een verzameling van benden
was, maar dr. Peyer hielp rnij uit den
droom.
Hun organisatie doet veel aan die van
onze landweer denken.
Heb leger is verdeeld in bataljons, elk
van 4 compagnieën.
Elk bataljon wordt uit een bepaalde
streek gerecruteerd en draagt ook den
naam van het distriot
Elke compagnie heeft een vaandel,
waarop men zeer trotsoh is, en dat dan
ook nog een groote rol speelt: het gaat
zelfs nog mee in het gevecht.
Sinds echter koning Nicoloas, geschrok
ken door de hevige verliezen in het begin,
er nog een» den nadruk op heeft gelegd,
dat. de - moderne tactiek zou worden ge
volgd, en dat het heusch geen schande was
zich te dekken, is ook hier de rol van het
vaandel in den strijd veranderd, en het
gaat nu opgerold mee in de voorste linie.
De staf bestaat uit een aantal officie
ren, die meest iu Italië, echter ook wel in
Rusland hun opleiding hebben genoten en
dio zeer goed moeten zijn.
Na een tocht van een uur kwam ik in het
kamp aan en daar vond ik direct de
Kersttafel gereed.
Er was juist een geschenk van koning
Nioolaos gekomen voor de Zwitsersohe am
bulance, n.l. een Kerotboom en lekkernijen.
Zo ozetten we ons rond de tafel, drie
Zwitserscho doctoren en mijn persoon, en
ik had heusch niet gedacht, dat ik zoo ge
zellig Kerstmis zou vieren, als hier in deze
tent, te midden der woeste Albaneesche
bergen, rond het kleine Kerstboompje van
koning Nicolaa» van Montenegro.
Groot is dan ook mijn dankbaarheid te
genover deze vriendelijke Zwitsers, die
den Hollandschen oorlogscorrespondent
zoo gastvrij ontvingen.
Na tafel maakten wij nog ©ven een wan
deling door het kamp.
Het was helder als de dag, want prach
tig echeen de maanheb was oen tooneel
om nooit te vergeten.
hun... liefde 1 Als vonken die neervallen in
een donkeren nacht, zoo vielen in tante
Savernius' gedachtenloop de herinnering
aan een zoelen Februaridag, toen dat klei
ne juffertje in al de aanvalligheid van laar
kinderlijke schoonheid binnentrad in dit
salon, terwijl Robert zijn laogbeloofde
visite eindelijk kwam brengen; zijn vele
komen daarna, altijd op dagen dat zif
pianoleseen had... Och eigenlijk wat kwam
het „hoe" der dingen er op aan; ze hadden
elkaar lief, althans Robert haar, dat is
voor „Adèle" het voornaamste. Tante Sar
vernius denkt meb pijulijke verbazing aan
zijn ontdaan, bewogen gezicht, na dat voor
valletje in de sneeuwjacht, aan zijn onhan
dige, koele manieren tegenover haar, die
hem in de laatste weken juist zoo duide
lijk getoond heeft... zijn warmer houding
op prijs te stellen l
Tante Savernius maakt een beweging,
alsof zij 6chrikt. En heel onaangenaam is
dan ook het gevoel, dat haar al meer over
meestert. Zij slaat zelfs de handen voor
het gloeiende gezioht. Zij... schaamt zich
over haar toeschietelijkheid. Onwillekeurig
voert dit complex van gewaarwordingen en
gedaohten haar herinnering terug naar
haar jeugd, naar den tijd, toen zij een jong
meisje was en haar ouders en zij haar
schoonheid gebruikten om een rijkeu echt
genoot te veroveren. Het werd een levens
doel, dat pogen. O, hoe dikwijls had zij, in
later jaren, toen zij eenmaal in veilige ha
ven wae beland, aan die vernederende tien
jaar teruggedacht-, dat zij „op het presen
teerblaadje", zooala rij het bitter noemde,
mannen werd voorgehouden. Dat go
rooi ran vernedering, ale «ij. o heel kieecb
De donker» berg»n om ons heen, dan in,
de verte het meer, waarin de maan aioh
weerspiegelde, overal tusechen da roUen
de kampvuren, rossig flikkerend en daar
omheen de woest» kerels in hun fantaetl-
oohe uniformen.
Eindelijk gingen we ter ruste en ik vond
mijn bed gespreid in een hoekje van d»
ambulancetent, waarin aan het andere eind
een arme duivel met een schot door zijn
longen, lag te sterven.
Toen ik den volgenden morgen, tweedon
Kerstdag, ontwaakte, ging prachtig d»
zon op en meteen zette de kapel van den
koning, de eenige in dit land, het volks
lied in, gelijk hier het gebruik is.
FABIUS.
Haagsche Bechtbank.
Twist tusschen twee schakers
te Delft.
Daarvoor moest 'terechtstaan oen. be-
kend schaakspeler J. W. te K., ambte
naar bij de Posterijen te 's-Gravonhage.
De heer H. Gouwentak destijds voorzitter
van den Ned. Schaakbond en leider van
oen schaakwedstrijd te Delft op 11 Aug.,
had een klacht by den Officier van
Justitie ingediend tegen Te K., omdat
hij hem op dien schaakwedstrijd had
toegevoegd: zoo leider, ben je nu uit
geraasd, kinkel, rekel I"
Bekl. deelde mede dat het op oen wed
strijd was gebeurd door den voorzitter
ironisch aangevuld met: van ontwikkel
de en beschaafde menschen. Hi] zeida
voorts dat de beleediging was uitgelokt
door den heer Gouwentak, die hem als
leider en tegenpartij zeer onwelwillend
had bejegend, wat hij nader uitvoerig
uiteenzette. Hij had ook niet gezegd „kin
kel en rekel" maar „hork en rekel". Hij
had trouwens niet de bedoeling .gehad te
baleedigen en meende bovendien dat het
woord rekel in letterlijken zin een
mannetjesdier niet beléedigend was.
Getuige G., loeraar te Amsterdam, ver
klaarde zich wel beleedigd te achten,
rerwijl ook z. i. in hem de Nederl.
Schaakbond is beleedigd geworden. Uit
gelokt heeft, hij de beleediging niet. Iiy
is bij den wedstrijd reglementair opge
treden.
Geinige Viizelaar uit Den Haag, dia
ook als schaker bij den wedstrijd tegen
woordig was, had de ten lasto gelegde
woorden, althans het laatste woord, wel
gehoord,' doch verklaarde dat de belee-
aigendo woorden inderdaad door den
heer G. waren uitgelokt.
Dc Officier meende dat de beleedigendei
opzet niet was bewezen en vroeg daar
om vrijspraak.
We ders p ann i ghoid te Leiden,
J. L., te Leiden, was op 30 September]
aldaar in een café geweest en wilde
zich niet verwijderen, waarop de café-
houdster, juffrouw Van der Berg, de'
assistentie, van do politie inriep. Doch
ook aan den pol.-agent wilde bekl. zich
niet onderwerpen, zoodat deze hem met
geweld 'moest verwijderen, wat van da
zijde van beklaagde met verzet en weder-
spannigbeid gepaard ging. Als de recht,
bank mei. den cisch van net 0. M. mee
gaat zal beklaagde, die nu niet was ver
schenen, 14 dagen gevangenisstraf moe
ten ondergaan.
Mishandeling van een politie
beambte te Zegwaard.
Na afloop van de paardenmarkt te
Zoetermeer-Zegwaard op <i October,
kreeg een paardenkoopman uit Nicuwer-
kerk aan den IJsel, C. J. P., twist met
een confrater, waarbij de rijksveldwach
ter C. M. v. d. Zaag als scheidsrechter
optrad. Dat stond C. J. P. niet aan en
deze keerde toen het wapen een paar-
dezweep tegen don man der wet. Daar
voor moest hij gisteren voor de Recht
bank verschijnen. Hij kwam echter niet
op, zoodat de zaak buiten hem om werd
behandeld. Bij verstek eischte liet O. M.
14 dagen.
en voorzichtig, maar toch-afgewezen was.
versmaad door een pretendent, die rich
terugtrok. Een triomf was eindelijk laat
rijk huwelijk, maar tevens de bitterste
vernedering, want bad ze niet moeten oin
digen'met een ouden, reeds ziekclijken man
te nomen, zij zoo jong en mooi.
En nu had het er voel van alsof de rijke
mevrouw Savernius dalzelfde spelletje uit
haar jeugd, dat jacht maken op een man,
weer eens gespeeld had en met hetzolfd,
vernederende resultaat! Robert versmaad
de haar voor een andere.
Boos stond zy op en leunde doelloos
tegen den schoorsteenmantel: ,,En voor
welk een ander?*' dacht zij bijna hardop:
,,0, als dat de liefde was, dan..."
Plotseling werd de deur geopend. Ver
rast zag tante Savernius op, zij had immers
gelast haar niet te storen.. Robert kwam
binnen, gejaagd, doodsbleek, met schitte
rende oogen.
„Tante... vergeef me, dat ik u nog kom
storen, maar... maar..."
Alle gemaaktheid was uit zi.in stem, ziju
houding; wild hartstochtelijk barstte hij
uit: ,,Ik heb haar zóó lief, Victoire Ik kan
niet zonder haar en u bent de eenige, die
mij helpen kan
Aan de plotseling verscherpte pijn in
haar hart,-voelde „tante" Savernius hoe
diep de „nonsens" reeds in haar ziel was
doorgedrongen. O, als ooit een man zoo
woost-hartstochtebjk togen haar gezegd
had: ,,Ik heb-je lief, ik kan niet buiten
je..." zou ze dan niet „weeMe een even
holklinkend woord ge: onden hebben als tot
voor weinige weken liefde"
(Slot volgt.)