Ho. 16220. LËÏSECH DAGBLAD, Dinsdag* *7 Januari. Tweede Blad. Anno 1913 Buitenlandsch Overzicht. FEUILLETON. 3E£esi otï.<i Devies Van onzen Oorlogscorrespondent. Uit de Rechtzaal. Frankrijk kan als het daarin trek heeft §e» presidente krijgen. De in de kringen vaa de propaganda 'Rroor de vrouwen-emancipatie te Parijs wel bekende mevrouw Marie Denizard heeft bekend gemaakt, dat ey in het belang van 0e vrouwenbeweging en uit beginsel een kandidatuur voor het presidentschap van 0e Fransche republiek wil aanvaarden. De Duitsche rijksregeering heeft beslo- feen, de schipbrug tusschen Koblentz en Bh renbreitetein te vervangen door een feu nel onder de rivier heen. (De Rijn is op die plaats 340 M. breed. Do „Köln. Ztg." heeft onlang* reeds heb Benkheeld geopperd, om de overgangen Jvar» den Rijn beter te beveiligen, omdat in feovlogstijd Fransche vliegers door een aan lag op die overgangen de mobilisatie van Stel Duitsche leger in de war zouden kun- Hen sturen en toen ook al heb graven van feimnels onder den Ryn bepleit. Berlijn.heeft nu kans op een b i e r o o r- o zooals die reeds te Beieren geweeat b. 'Het gemeentebestuur van Berlijn is van löns een belasting op het bier te leggen. t)e vereenigde brouwerijen hebben nu besio- feen. om, indien die belasting meer dan 20 Pi. den H.L. van door ondergieting ge- ferouwen bier mocht bedragen, den bier- prijs te verhoogen en zoodoend© ook dien imjis in overeenstemming ta brengen met 1de steeds hoogor geworden kosten van de bereiding. Al» de verbruikers dan maar Diet voor een boycot sympathie gaan gc- Jfoeïen. "Volgens een telegram uit Nioe aan het f Journal'' is de taaréwitsjte Meal s'' feon aangekomen. Hij zal eenigen tijd tot kerstal van zijn gezondheid te Cap Martin Boor brengen. Haar men weet mogen in verecheiden Bonvemementen van Rusland, de joden flechts in bepaalde streken wonen. Dat geldt o.a -niet voor diegenen, welke een getuigschrift hebben, dab zij voor tandarts fcebben gestudeerd. De rechtbank te Moa- fcow heeft nu over 2S0 joden vonnis geveld, Bi© beschuldigd waren zich door omkoo- jping zulke getuigschriften te hebben ver- feohaft. Tweehonderd en een werden tot ge vangenisstraf van een jaar veroordeeld. Bovendien werden negen geneesheeren en Ambtenaren tot tuchthuisstraf van een tot Brie jaren veroordeeld. De voorzitter van den Portugeescben mi- DifeUrraad heeft in een zittiug van beide jfeamers verklaard, dat hij het onts'ag van liet ministerie heeft gevraagd omdat de om- ftandigheid, beslissend Voor de constitutie, id.w ;v. de vrees veroorzaakt door h e t b i n- D en dringen van revolution- Ba ire elementen in Port u- g a l, had opgehouden te bestaan. Aan den janderen kant had ook de conoentratie van 0e republikeinen de vertegenwoordiging ran de partijen in het ministerie veranderd jhi een vertegenwoordiging, waarmede men tóch niet kon vereenigen, daar het tot geen ftnkele partij behoorde. Daar bovendien peide politieke groepen verschil van ziens- fsrijzc met de regeering aan den dag hadden gelegd, wilde deze zich niet aan een parlo- tnentaire nederlaag blootstellen. De Belgische generaal' De Reuter zal bin nenkort voor een krijgsraad gebracht en (too noodt" in staat van beschuldiging ge steld worden. Deze zaak 13 vrij ongewoon. Generaal De [Reuter had zijn ontslag gekregen en in een (openbaren brief aan den minister van Oor log, tien minister-president De Broqueville 'de redenen van dat ontslag uiteengezet. Hij Stelde zich daarin voor als slachtoffer van tójn liberale raeening en schreef, dat zijn 'eeuigo fout orebrek aan eerbied voor het cle rical isme was geweest. Hij zou plotseling ien zonder waarschuwing ontslagen ziin. Tn koever d.at waar is kan men moeilijk he- toordeelen. zoolang niet de beschuldigde minister in de gelegenheid is geweest Gn dit kan eerst na heropening van de Ka merzittingen verwacht worden zich over Üeze zaak uit te laten. DOOR LOÜidE B. 3. Nadruk verboden). tl) „Goede hemel, het 6chijnt wel juffrouw [Helmond te zijn... wat doet zij vreemd, zou haar wat schelen?" riep tante Savernius luide maar toen werd ze gewaar, dat de p'aafcs over haar aan het tafeltje reeds (Verlaten was en ze zag nog oven Robert »ich haastig een weg banen door en langs Be andere zitplaatsen, ontevreden nageke- lien door dames over zulk: ,,een lompe on gemanierde haast..." Ilij verdween in dc deuropening, die Daar den toren leidde, en bijna dadelijk Baavna hij had moeten vliegen van de ferap om daar zoo vlug te zijn stond hij bp straat naast juffrouw Helmond; zag ijbante Savernius haar neef vol bezorgdheid ovcv baar gewezen pianofactotum beenge- bogenzag zij hoe hij haar schier in de Urmen nam, met haar praatte, naar het thee salon wees, maar op een beslist hoofd schudden van het meisje, oen rijtuig, dat jgubt weer de Plaats opreed en zijn stand plaats wilde innemen, aanriep en toen met oneindig veel zorgen het meisje in zijn fel men er in brengen. Een oogenblik scheen het, alsof hij haar volgen wilde in heb rij tuig, maar toen zag tante Savernius hem ifcorovergebogen staan in een luisterende Dab een koning kiezer ie, komt nieb dik wijls voor. Koning Yiobor Emanuel van Italië heeft erkend, dat hij ten slotte een Italiaanoch burger is als ieder ander Italiaan. Dit heeft- hij door een daad bewe zen, door zich namelijk op de kiezers- ij s fc te laten zetten in het tweede district Tan Rome. Te Tokio gaat het gerucht', dat de k r 0- ning vanden Mikado in de maand November van dit jaar zal plaats hebben. De toebereidselen, die in de paleizen te Tokio en Kioto gemaakt worden, schijnen dit goruoht te bevestigen. Heb Japanf-cn* blad „Jiji-Shimpo", verneemt uit goede bron, clat na de kroning, keizer Yoshi-Hito een bezoek aan Europa zal brengen, het- gen sedert lang zijn verlangen is geweest. De keizer za) de reis maken aan boord van een oorlogsschip. In 0 h i n a zijn te Tsifoe relletje» voorgekomen. Ten gevolg* van onregelma tigheden bij d« uitbetaling van soldij, heb ben de soldaten ernstige losbandigheden bedreven. Zij schoten er op straat op los. Twee-en-dertig menschen zijn gedood Ge neraal Jin is ernstig gewond. In Marokko duren de kleine gevechten nog steeds voort. Dit 6lechts als herinne ring dat het #r bij lange na niet kalm is. Tussohen de voormannen in Z u i d-A f r i k a heerscht diepgaand mee- mngsverschü. Dat weet mem reeds uit wat we vroeger meedeelden over het heengaan uit het ministerie van generaal Hertzog. Naar thans uit Johannesburg wordt ge meld, moet de houding van Smuts, den minister van landsverdediging, bij het af treden als minister van generaal Hertzog, de aanleiding zijn geweest, dat thans gene raal De Wet ontslag heeft genomen als lid van den raad van verdediging, op grond hiervan, dat hem een verdere samenwer king met Smute onmogelijk was. De Wet's verzoek om ontslag heeft de gouverneur- generaal voorshands niet ingewilligd. De regeering van Rhodeeië weert het Hollandsch van nagenoeg alle scholen, die subsidie krijgen. Van dr. Malan gaat nu een oproeping uit om in de Unie jaarlijks 1500 tot 2000 pd. st. bijeen te brengen ten einde de Afrikaanders in Rhodeeië in staat te stellen op eigen scholen de kinderen Hollandsch te laten leeren. Dr. Woodrow Wilson, de nieuwgekozen president der Vereenigde Staten, houdt thans reeds dagelijks besprekingen met se natoren, afgevaardigden, gouverneurs en andere democraten van naam, maar uit- eluitend met maunen, behoorendo tot den radioalen vleugel van do democratische partij. Dat Wilson dus blijkbaar de voor keur geeft aan de radicale leden, heeft onder de conservatieven, die zijn verkiezing hebben gesteund, de vrees gewekt, dat hij zich in zijn po litiek eveneens radicaal zal befcoonen, het geen natuurlijk een leelijke streep door hun rekening zou zijn. Dezer dagen is in den Amerikaanschen 6taat Colorado een dame, mevr. Robin son, tot lid van den Sena at ge kozen. De Kamer van dien Staat, waar de vrouwen zoowel het actieve als het passieve kiesrecht bezitten, telt ook reeds een vrouw onder zijn leden. Kerstfeest In het Ulonteueffrijnsche kamp. 26 December 1912. Het regende, toen ik mij den 23sten 's morgens vroeg in een soort victoria, getrokken door twee sterke bergpaardjes, te Cettinje, op weg begaf. De bergen wa ren als in een sluier gehuld en dat ver hoogde het toch reeds zoo somber karak ter van het landschap. De weg loopt langs steile hellingen, woeste bekeai en watervallen en door die pe kloven en aaien. In alles, wat ik aan jassen bezat, ge huld, reed ik zoo uren, de hellingen moei zaam bestijgend, maar dalend in groot* houding en daarna, zeer teleurgesteld, zijn schouders ophalen. Hij sloot het por tier, scheen den koetsier nog iets heel dringend op het hart te drukken en toen bleef hij staan midden op de Plaats, bloots hoofds, in een sluier van sneeuw, het rij tuig naturend, dat vlug den Kneuterdijk opreed. Eerst toen dat heelemaal uit ge zicht verdwenen was, ging hij den toren weer binnen, heel langzaam, als vermoeid. Tante Savernius en hij wisten niet* meer tegen elkander te zeggen, dan wat stroeve onverschillige opmerkingen over het ge val. Er was een groote vreemde gedwon genheid over hen beiden gekomen. Eindelijk zeide tante Savernius: „Het weer schijnt maar niet te willen be daren, van boodschappen doen komt niets meer... daar komen successievelijk de rijtui gen terug, het zal het beste zijn, dat ik er een van neem om naar huis te rijden..." Robert trachtte geen moeite te doen haar terug te houden. Hij betaalde, stond op, en volgde tante Savernius, die met fieren tred, opgeheven hoofd ©n trotsch afstootende houding, kortom, met een masker en een bonding, die tot in de ziel gewonde menschen wol meer aannemen, om hun war* gevoelens te verbergen voor op door het volle salon achreed. Bij het rijtuig gekomen zeide zij even ongenaakbaar, op een toon die zoo hemels breed verschilde van den intiemen, mmza- men van de laatste weken: „Ik kan je niet vragen mee te gaan Robert (zij sprak dien naam nu ook heel gewoon uit). Het is toch al laat geworden en het zou je dérangee- ren, je woont hier immers vlak bij..." .Wat zou m niet gegeven hebben, »oo at vaart, zoodat ik nu en dan mijn hart vasthield als de koetsier, de scherp© boch ten niet achtend, die in volle vaart nam, maar alles liep gelukkie zonder ongeval len af en tegen het vallen van den avond kwam ik in Podgoridza, dat mij dadelijk sterk aan Moestafa Pasja herinnerde. Het is, hoewel het de grootste plaats van Montenegro ia, niet veel anders dan een Turksch dorp en men ziet er meer Turken en Albanoezen dan Montenegrii- nen. Het was er vuil' en armoedig, en ik moest me dien nacht met een zeer karig maal en een primitief nachtleger verge noegen, want het eenige hotel, wat men hier althans hotel belieft te noemen, waa bëzet door de leden'van een Italiaansche ambulance. Ik vond nog een onderdak in een klein I tali aan Bch restaurant, waar ik een ka mer moest deelen met een mij totaal on bekend individu. Den volgenden morgen vroeg ging ik al weer op weg naar Plavnidza, aan het meer van Skoetari, waar ik d© stoomboot zou treffen, die mij naar Rioli 25011 breng on. Zoover ik u den vorigein keer, meen ck, reeds mededeelde, heeft koning Nioolaas streng verboden, om journalisten en an dere nieuwgierigen bij het leger toe ta laten, en i» het tot dusver ook nog nie mand gelukt daar bij te komen, want de stoomboot is daartoe 't eenige vervoer middel en daar wordt streng toezicht ge houden, veel strenger dan ik in dit land on bij deze verhoudingen verwacht had. De groote moeilijkheid voor mij was dan ook om, eenmaal in Plavnidza zljKcle, aan boord van het atoonVvaartuigje te' ko men en ik ben er zeer gelukkig in ge slaagd Hoe ik dat echter heb aangelegd", kan ik moeilijk in het openbaar vertellen, om dat mij daarbij eenige personen geholpen hebben, die, werd het hier eens bekend, wat rij mijnentwille gedaan hebben, in groote moeilijkheden zouden geraken. Men had mij gezegd, dat. ik in Plavnid za de boot zou treffen en ik had natuur lijk verwacht daar een soort dorp te vin den. Niets van dat alles echter, alleen een huis en een aanlegsteiger. De weg van Podgoritza naar heb meer 7an Skoetari loopt door vlak terrein en bij PLavridza stond alles blank door den geweldigen regen van den vorigen dag. Gelukkig was het weer thans opgeklaard. Uren heb ik daar in de modder moeten zitten wachten en eindelijk in den namid dag kon ik met mijn hebben en houden, zijnde een rugzak en een drietal jassen met een reisdeken, een - plaatsje vinden aan boord van het vuile, vaartuigje;-"dat mii in 2 uur naar Rioli zóu brengen. De vaart over het spïegeltrltadde, helde re, lichtgroene water, "waarin zich de borgen aan den oever hóeri"k spiegelden, was onvergetelijk. Rondom het meer de hooge bergen, enkele tar>pen met sneeuw bedektop den oostelijken oever, dat ie de Alhaneesche. nu en dan de ruïne van een verbrand dorp. Vóór ons duidelijk, tegen de heldere lucht afstekend, 't gebergto vink bij Skoe tari, dat de Turken nog alt.iid bez*t hou- dón. want deze st-ad wordt energiek Ter- dedwrd en ondanks den wa.nenstilstsnd dreunt nog immer hot. jr-ewJint Met den kiiker wa* h°M goed d<> Turksch e citadel on< een heuvel beoosten Tarabosj, een hoo ge berg. te zien. Eindelijk kwamen we in "Rioli, maar te vergeefs zocht ik het dorp, want dat was al vóór de "W-onteregriineo bier kwa men, door de Albaneezen verbrand. Dat wil zeggen, door de Mohammeda- men. want de Malnssoren. dat zijn de Ka tholieke Alhaneezen, ziin thans do bond- genooten der Montenecrriinen, bondgenoo- ten. waar rij echter weinig pTezïer van bobben, want 't rijn uiterst diefachtige, onbetrouwbare kerels, die in teg nstdling met de Montenegriineai, die Vrij humaan oorlog voeren, de gevangon Turken graag den neus en de bovenlin afsnijden, om later te kunnen bewijzen, dat 7.9 wer- keliik mannen bestroden hobb?n. Zoo bij wijze van de scalp der Indianen. hem één seconde slechts dat gebaar van teleurstelling had zien maken, als eenige minuten te voren, toen dat piano facto tum", dat „wicht", hem scheen te verbie den baar te volgen! Robert Savernius gevoelde wel, wat er moest omgaan in deze vrouw; met ieta verlegens, en toch heel koel zeide bij,,U hebt gelijk tante, het is al laat, adieu!" Hij hielp haar heel beleefd in het rijtuig en nam zijn hoed af, oven, maar bleef het rijtuig niet nastaren; onmiddellijk keerde hij zich om toen het wegreed... Met op elkaar geknepen lippen, een peinzenden pijnlijken trek oui den mond, zat tante Savernius, een kwartier later, in haar „bergère" voor heb haardvuur in Raar behaaglijk klein salon. Zij doorleefde een van die pijnlijk* oogenblikken, waarin onaangename herinneringen ons geheel overmeesteren en ons terugvoeren naar een andere periode in ons leven, die een herha ling blijkt van het eveci kwetsende, pa* doorleefde. Dat voorvalletje op de Plaats, de hou ding van „die juffrouw Helmond" en van Robert, hadden haar plotseling de oogen geopend. Dab was niet alleen de gaJante hulpvaardige gril geweest van een jong- mensoh die een ziek"meisje ter hulp© snelt. Daarvoor had hij van rijn kant te veel toe wijding getoond, zij te veel opzettelijke terughouding, toen rij geheel op hein steu nen moest, zoo onwel als rij blijkbaar was. Wat gebeurde er tusechen die twee, wat w&4 hun gewfc iaden ie, de geeefcfodecue van Er wordt daartegen zeer streng opgetre den, wat niet heelemaal naar den zin der oud» Montenegrijnen is, die er voor zijn, de oud* traditie» in eere te houden; bo venbeschreven handelwijze schijnt ul. een oude Montenegrijnache gewoonte te zijn, dio bij het jongste geslacht in onbruik is geraakt. Do Aibaneeeen rijn als de Montenegrij nen groote, flinke kerela, en hun witte, nauwsluitende, tot over de heup reikende broeken, doen hun gestalten oog beter uit komen. Om het lijf dragen ze natuurlijk den on- misbaren gordel, met de noodige wapenen en verder bestaat hun dracht uit een kort buis, rijk versierd met borduurwerk, on al* ze het ook maar even betalen kunnen een zilveren ketting. Al» hoofdbedekking dragen de Mohamr medanen de witte fez, waaraan men ze dadelijk herkent, de Christenen alleen een hoofddoek. Hun gezichten, bruin verbrand en ver weerd, met den gebogen neus, zware wenk brauwen en langen, omlaag hangenden kne vel, doen aan roofvogelkoppen denken. Toen ik in Rioli aan land stapte, vond ik daar het hoofd van de Zwitsersche ambu lance in het hoofdkwartier, dokter von Peyer, die, t* voren van mijn komst ver wittigd, mij allervriendelijkst ontving en mij uitnoodigde rijn gast te zijn in het veld lazaret. Hij had zelfs een paard voor mij meege bracht en zoo reden we weldra^ druk rede- neerend, door het woeste landschap naar het hoofdkwartier, een groot tentenkamp aan den voet van de rotsen, vlak bij een waterval. Onderweg vertelde de dokter mij, dat het actieve Montenegrinnsch© leger een zeer goeden indruk maakt en als gevechts kracht groote waarde heeft; alleen de ver pleging en de sanitaire dienst laten alles te wenschen over. Ik had gedacht, na alles wat ik ia Cet tinje gehoord had, dab het leger nieb veol meer dan een verzameling van benden was, maar dr. Peyer hielp rnij uit den droom. Hun organisatie doet veel aan die van onze landweer denken. Heb leger is verdeeld in bataljons, elk van 4 compagnieën. Elk bataljon wordt uit een bepaalde streek gerecruteerd en draagt ook den naam van het distriot Elke compagnie heeft een vaandel, waarop men zeer trotsoh is, en dat dan ook nog een groote rol speelt: het gaat zelfs nog mee in het gevecht. Sinds echter koning Nicoloas, geschrok ken door de hevige verliezen in het begin, er nog een» den nadruk op heeft gelegd, dat. de - moderne tactiek zou worden ge volgd, en dat het heusch geen schande was zich te dekken, is ook hier de rol van het vaandel in den strijd veranderd, en het gaat nu opgerold mee in de voorste linie. De staf bestaat uit een aantal officie ren, die meest iu Italië, echter ook wel in Rusland hun opleiding hebben genoten en dio zeer goed moeten zijn. Na een tocht van een uur kwam ik in het kamp aan en daar vond ik direct de Kersttafel gereed. Er was juist een geschenk van koning Nioolaos gekomen voor de Zwitsersohe am bulance, n.l. een Kerotboom en lekkernijen. Zo ozetten we ons rond de tafel, drie Zwitserscho doctoren en mijn persoon, en ik had heusch niet gedacht, dat ik zoo ge zellig Kerstmis zou vieren, als hier in deze tent, te midden der woeste Albaneesche bergen, rond het kleine Kerstboompje van koning Nicolaa» van Montenegro. Groot is dan ook mijn dankbaarheid te genover deze vriendelijke Zwitsers, die den Hollandschen oorlogscorrespondent zoo gastvrij ontvingen. Na tafel maakten wij nog ©ven een wan deling door het kamp. Het was helder als de dag, want prach tig echeen de maanheb was oen tooneel om nooit te vergeten. hun... liefde 1 Als vonken die neervallen in een donkeren nacht, zoo vielen in tante Savernius' gedachtenloop de herinnering aan een zoelen Februaridag, toen dat klei ne juffertje in al de aanvalligheid van laar kinderlijke schoonheid binnentrad in dit salon, terwijl Robert zijn laogbeloofde visite eindelijk kwam brengen; zijn vele komen daarna, altijd op dagen dat zif pianoleseen had... Och eigenlijk wat kwam het „hoe" der dingen er op aan; ze hadden elkaar lief, althans Robert haar, dat is voor „Adèle" het voornaamste. Tante Sar vernius denkt meb pijulijke verbazing aan zijn ontdaan, bewogen gezicht, na dat voor valletje in de sneeuwjacht, aan zijn onhan dige, koele manieren tegenover haar, die hem in de laatste weken juist zoo duide lijk getoond heeft... zijn warmer houding op prijs te stellen l Tante Savernius maakt een beweging, alsof zij 6chrikt. En heel onaangenaam is dan ook het gevoel, dat haar al meer over meestert. Zij slaat zelfs de handen voor het gloeiende gezioht. Zij... schaamt zich over haar toeschietelijkheid. Onwillekeurig voert dit complex van gewaarwordingen en gedaohten haar herinnering terug naar haar jeugd, naar den tijd, toen zij een jong meisje was en haar ouders en zij haar schoonheid gebruikten om een rijkeu echt genoot te veroveren. Het werd een levens doel, dat pogen. O, hoe dikwijls had zij, in later jaren, toen zij eenmaal in veilige ha ven wae beland, aan die vernederende tien jaar teruggedacht-, dat zij „op het presen teerblaadje", zooala rij het bitter noemde, mannen werd voorgehouden. Dat go rooi ran vernedering, ale «ij. o heel kieecb De donker» berg»n om ons heen, dan in, de verte het meer, waarin de maan aioh weerspiegelde, overal tusechen da roUen de kampvuren, rossig flikkerend en daar omheen de woest» kerels in hun fantaetl- oohe uniformen. Eindelijk gingen we ter ruste en ik vond mijn bed gespreid in een hoekje van d» ambulancetent, waarin aan het andere eind een arme duivel met een schot door zijn longen, lag te sterven. Toen ik den volgenden morgen, tweedon Kerstdag, ontwaakte, ging prachtig d» zon op en meteen zette de kapel van den koning, de eenige in dit land, het volks lied in, gelijk hier het gebruik is. FABIUS. Haagsche Bechtbank. Twist tusschen twee schakers te Delft. Daarvoor moest 'terechtstaan oen. be- kend schaakspeler J. W. te K., ambte naar bij de Posterijen te 's-Gravonhage. De heer H. Gouwentak destijds voorzitter van den Ned. Schaakbond en leider van oen schaakwedstrijd te Delft op 11 Aug., had een klacht by den Officier van Justitie ingediend tegen Te K., omdat hij hem op dien schaakwedstrijd had toegevoegd: zoo leider, ben je nu uit geraasd, kinkel, rekel I" Bekl. deelde mede dat het op oen wed strijd was gebeurd door den voorzitter ironisch aangevuld met: van ontwikkel de en beschaafde menschen. Hi] zeida voorts dat de beleediging was uitgelokt door den heer Gouwentak, die hem als leider en tegenpartij zeer onwelwillend had bejegend, wat hij nader uitvoerig uiteenzette. Hij had ook niet gezegd „kin kel en rekel" maar „hork en rekel". Hij had trouwens niet de bedoeling .gehad te baleedigen en meende bovendien dat het woord rekel in letterlijken zin een mannetjesdier niet beléedigend was. Getuige G., loeraar te Amsterdam, ver klaarde zich wel beleedigd te achten, rerwijl ook z. i. in hem de Nederl. Schaakbond is beleedigd geworden. Uit gelokt heeft, hij de beleediging niet. Iiy is bij den wedstrijd reglementair opge treden. Geinige Viizelaar uit Den Haag, dia ook als schaker bij den wedstrijd tegen woordig was, had de ten lasto gelegde woorden, althans het laatste woord, wel gehoord,' doch verklaarde dat de belee- aigendo woorden inderdaad door den heer G. waren uitgelokt. Dc Officier meende dat de beleedigendei opzet niet was bewezen en vroeg daar om vrijspraak. We ders p ann i ghoid te Leiden, J. L., te Leiden, was op 30 September] aldaar in een café geweest en wilde zich niet verwijderen, waarop de café- houdster, juffrouw Van der Berg, de' assistentie, van do politie inriep. Doch ook aan den pol.-agent wilde bekl. zich niet onderwerpen, zoodat deze hem met geweld 'moest verwijderen, wat van da zijde van beklaagde met verzet en weder- spannigbeid gepaard ging. Als de recht, bank mei. den cisch van net 0. M. mee gaat zal beklaagde, die nu niet was ver schenen, 14 dagen gevangenisstraf moe ten ondergaan. Mishandeling van een politie beambte te Zegwaard. Na afloop van de paardenmarkt te Zoetermeer-Zegwaard op <i October, kreeg een paardenkoopman uit Nicuwer- kerk aan den IJsel, C. J. P., twist met een confrater, waarbij de rijksveldwach ter C. M. v. d. Zaag als scheidsrechter optrad. Dat stond C. J. P. niet aan en deze keerde toen het wapen een paar- dezweep tegen don man der wet. Daar voor moest hij gisteren voor de Recht bank verschijnen. Hij kwam echter niet op, zoodat de zaak buiten hem om werd behandeld. Bij verstek eischte liet O. M. 14 dagen. en voorzichtig, maar toch-afgewezen was. versmaad door een pretendent, die rich terugtrok. Een triomf was eindelijk laat rijk huwelijk, maar tevens de bitterste vernedering, want bad ze niet moeten oin digen'met een ouden, reeds ziekclijken man te nomen, zij zoo jong en mooi. En nu had het er voel van alsof de rijke mevrouw Savernius dalzelfde spelletje uit haar jeugd, dat jacht maken op een man, weer eens gespeeld had en met hetzolfd, vernederende resultaat! Robert versmaad de haar voor een andere. Boos stond zy op en leunde doelloos tegen den schoorsteenmantel: ,,En voor welk een ander?*' dacht zij bijna hardop: ,,0, als dat de liefde was, dan..." Plotseling werd de deur geopend. Ver rast zag tante Savernius op, zij had immers gelast haar niet te storen.. Robert kwam binnen, gejaagd, doodsbleek, met schitte rende oogen. „Tante... vergeef me, dat ik u nog kom storen, maar... maar..." Alle gemaaktheid was uit zi.in stem, ziju houding; wild hartstochtelijk barstte hij uit: ,,Ik heb haar zóó lief, Victoire Ik kan niet zonder haar en u bent de eenige, die mij helpen kan Aan de plotseling verscherpte pijn in haar hart,-voelde „tante" Savernius hoe diep de „nonsens" reeds in haar ziel was doorgedrongen. O, als ooit een man zoo woost-hartstochtebjk togen haar gezegd had: ,,Ik heb-je lief, ik kan niet buiten je..." zou ze dan niet „weeMe een even holklinkend woord ge: onden hebben als tot voor weinige weken liefde" (Slot volgt.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1913 | | pagina 5