LEÏBSÖH DAGBLAD, Zaterdag: 4 Januari. Eerste Blad.
No. 16218.
PERSOVERZICHT.
FEUILLETON.
1 ileii oud Devies
Anno 1913.
neerkomt cp de oude regeling, uitsbiiterd
aan de aotie von den Bond is te wijten.
De heeren beschouwen dat als een neder
laag en dat is iets wat zij moe lijk kunnen
verduwen. Want, zoo wordt geredeneerd,
stel je eens voor, dat die kraoht van de or
ganisatie zich eens ging koeren tegen het
gezag, etc.
Reden dus genoeg voor de heeren, die
aan het roer ritten, om te trachten die or
ganisatie van het werelatooneel te doen
verdwijnen.
Als zij het nu maar deugdelijk motiveer
den.
Dat doen zij echter n;et.
Janmaat, om wiens organisatie het gaat,
doet wijs zich -hierbij kalm te houden aan
het advies van zijn hoofdbestuur.
Dan, hopen wij, zal ook deze storm wei
overdrijven.
Over de waarde van Schriftonderzoek
soil ij ft een der medewerkers van het ^Al
gemeen Handelsblad" het volgende:
Herhaaldelijk is men denke o. a. aan
de jongste gebeurtenissen in den Neder-
landaohen Journalistenkring aan het
licht gekomen, dat men bij een onderzoek
valn eetn handschrift buitengewoon voor
zichtig moet zijn met het aanvaarden van
een conclusie, door schriftkundigen in hun
rapporten neergelegd. Trouwens, de el
kaar tegensprekende meeningen van schrift
kundigen vormen reeds een waarschuwing
tegen niet klakkeloos aajinemen van de
resultaten van hun arbeid.
Een treffend staaltje speelde zich dezer
clagen in een Amsterd. familie af. Een da
me, elders woonachtig, ontving een anonie-
meu brief, die bij onderzoek bleek gepost
te zijn in den trein Amsterdam—Emmerik.
Het getal van hen, op wie de verdenking
kon vallen, was "uiterst gering, gegeven
liet feit, dat in den brief zaken besproken
werden, die slechts in beperkten kring
bekend waren.
De familie deed een bekend schriftkundi
ge brief en enveloppe toekomen, vergezeld
van eenige briefkaarten en andere schriftu
ren. Reeds spoedig gaf 't onderzoek aan dat
g.eon hunner de Schrijver (ster) kon zijn.
Als zijn meenmg gaf de deskundige te ken
nen dat een onontwikkelde vrouw, die een
zeer verdraaide hand gebezigd had, de
schrijfster moest zijn.
Die aanwijzing was oorzaak dat de fa
milie zorgde het handschrift te verkrijgen
van een dienstbode, die mogelijk van de
zaak afwist, doch ook bij onderzoek van dit
schrift was de uitslag negatief.
Ten einde raad, besloot men, te trachten
een brief in handen te krijgen van iemand,
wonende aan dé lijn AmsterdamArnhem,
van wien men wel niet vermoedde dat hij
de clader was, doch met wien men, daar
hij misschien over de in den anoniemen
brief behandelde quaestie door derden kon
zijn ingelicht, meende geen uitzondering te
moeten maken. En rijn handschrift ging
naar den deskundige.
Deze verraste na enkele dagen de familie
door de mededeeliug dat licht in de zaak
kwam, doch ter vaststelling zijner diagnose
had hij noodig de reeds vroeger onder
zoohte 6chiifturen, daar de vergelijking
wel de noodige zekerheid zou brengen.
Inderdaadna nog een paar dagen kwam
bericht en dit was door verschillende
teekeningen gedocumenteerd dat de
man, wonende aan de lijn Amsterdam
Arnhem (Emmerik), met besliste zekerheid
kon worden aangewezen als de schrijver
van den anoniemen brief.
Met die bewijsstukken gewapend, begaf
de familie zich op reis, ten einde den man
te vragen welke motieven geleid hadden tot
het schrijven van een lasterlijken brief aan
een dame, die hij ternauwernood kende.
Tegenover de verpletterende uitspraak van
den deskundige stelde de aangeklaagde
echter zijn eerewoord, dat hij niet de schrij
ver was; dat hen. de in den brief behan
delde quaestie g«-heel oibonend was; dat
hij de daad zoo laakbaar vond, dat hij
gaarne wilde medewerken om den schrijver
of s'bister t> ontdekken.
En nu komt het merkwaardige in deze
geschiedenis. Toen de man een poos had
nagedacht, vroeg hij Dog eenmaal den brief
te mogen lezen. Reeds spoedig verklaard©
hij dat het schrift hem niet onbekend was
en eenige óogenblikken later legde hij aan
de verbaasde familie een cahier over van
een vrouwelijke bloedverwante, een nog
jong meisje, waaruit zonneklaar bleek, dat
zij de schrijfster en de hand totaal niet ver
draaid was.
Wie de eigenlijke aanstichter was en
welke drijfveeren daarbij in het spel waren,
is voor onze lezers onverschillig. Doch dui
delijk is hier uitgekomen dat, had de fami
lie niet een onderhoud gehad met den be-
wusten persoon en had de-z© geen termen
gevonden by het onderzoek behulpzaam te
zijn, men, ondanks de beèliste aanwijzing
van den schuldige, in den blinde was blij
ven tasten en vermoedelijk, in -weerwil van
zijn ontkentenis, een onschuldige als een
schurftig schaap zou zijn gemeden.
Deze historie leert nog iets, dat ook door
den ervaren deskundige beaamd wordt: in
het schrift van familieleden komen veelal
trokken voor, die op verwantschap wijzen.
Zoo werden in hét geval, hier boven ge
schetst, de handschriften verward van twee
broers en van een vader en zoon. Het
schrift van het meisje moet, ondanks-de
oogenschijnlijk sterke afwijking, verwant
schap vertoond hebben met dat van haar
vader (den verdachte).
Toch is er voor den deskundige een klei
ne voldoening. Hij begon nl. met den brief
toe te schrijven aan een vrouw en had
uitgemaakt dat de inkt van den anoniemen
brief en die welke de man (verdachte) ge
bruikt had, van dezelfde samenstelling
waren.
De deskundige, die verklaarde hier wer
kelijk voor een moeilijke en voor hem leer
zame kwestie geplaatst te zijn geweest,
schreef aan de familie o. a.Wanneer
een arts eens* een verkeerde diagnose
stelt, zult u noch dien art3, noch de medi
sche wetenschap daarom minderwaardig
achten mensohen zijn feilbaar en in dez©
zaak was iets verwards".
Dit zij hem dadelijk, zonder voorbehoud,
toegegeven. Immers in elk geval gaf zijn
wetenschap den weg aan, waarlangs de
daderes aan het licht kwam. Het speuren
van een familieverwantschap in de ver
schillende, oogenschijnlijk zoo uiteenloo-
pende, schrifturen is reeds een bewijs van
merkwaardig© kennis.
Maar wel heeft ook hij geleerd hoe be
denkelijk het ia, op besliste wijze een uit
spraak t© doen, waarvan iemands wel en
wee kan afhangen Dit zij ook de leering
voor hen, die mochten willen afgaan op
een schriftonderzoek.
Gemeenteraad v. Haarlemmermeer.
Donderdag vergaderde de raad dezer ge
meente.
Voorzitter: burgemeester SLob.
Afwezig met kennisgevingde heer G.
B. 't Hooft, wegens uitstedigheid.
De Voorz. hield de volgende toespraak:
Met het oog op de langfe agenda van
heden, moge ik u ditmaal met een kort
woord vriendelijk dank zeggen voor de
goede, wenschen, mijn gezin en mij gezon
den bij de wisseling van het jaar.
Wederkeerig wenschen wij u voor uw
persoon en uw gezin en uw arbeid, Gods
onmisbaren zegen toe. Ook voor de behar
tiging van de belangen vain deze gemeente,
waarvoor gij allen uw plechtigen eed ge
zworen hebt.
Het jaar 1912 heeft ons dikwijls samen
gebracht en doen nemen hoogstbelang-
rijke besluiten. In dien tijd is er inderdaad
in onze gemeentelijke huishouding alweer
veel veranderd.
Ten behoeve van het algemeen belang
is er van u niet weinig tijd gevraagd.
Ook de ambtenaren Wisten wel werk
te vinden voor hun handen. Gaarne ben
ik hun erkentelijk voor de soms verras
sende wijze, waarop de secretaris en de
andere functionnarissen mijn, taak hebben
helpen verlichten.
Het stemt ons allen droevig dat een
onzer oudste ambtenaren, de heer Rinck,
sinds meer dan een half jaar reeds ern
stig ziek is. Hoezeer zijn krankheid ons
groote reden tot bezorgdheid geeft, God
i
Onder den titel „Kalm, en op jo hoe-
He l" schrijft „Het Anker" een stuk over
He aanvallen hij de begrootingsdebatten en
in de burgelijke pers op den Bond van
Minder Marinepersoneel. Daarin worden
de leden aangemaand tot kalmte en trouw
aan de organisatie, die alle aanvallen zal
{weten te doorstaan. Want die aanvallen
Btijn van inferieuren aard.
Het doel schijnt de middelen momen
teel te heiligen.
Hoewel door den Bond, nooit of te
ïiimrner, op welke wijze ook, tegen den
dienst ia gezondigd, toch wordt dat maar
beweerd.
AJs' geschreven wordt, dat de bevelen
dor organisatie stipt moeten worden uit
gevoerd, dan zuigt men daaruit, dat de
organisatie die bevelen geeft, tegen de
1 dienstbevelen in, terwijl niets minder
jvaar.is dan juist da'.
Hot is juist de organisatie altijd weer
geweest welke plichtsbetrachting te
genover den dienst, als voornaamste taak
ran haar leden opvorderde.
Dab weten ook de heeren in Den Haag
wel, dat weet Minister Heemskerk, dat
jweet ook minister Golijn.
Daarvoor lezen zij te trouw en te nauw
keurig de gosohriften van den Bond, daar
voor -zijn zij te ijverige lezers van dit
bl
Zij weten weerga's goed, dat aan den
Bond ten dezen opzichte geen enkel feit
kan worden ten laste gelegd.
En het heeft ons zeer getroffen, dat
hoog-Onfcwiklcelde mensohen als de perso
nen, dis onze regeering uitmaken, zich
..hebben uitgelaten over den Bond, als zou
deze zijn werk van maken zijn leden
fcegen de bestaande dienstbevelen in aller-
lei plichten ter nakoming op te dragen.
Waarlijk, als men op een dergelijke
Wijze de organisatie van het mindere per-
j Boneol gaat verdaaht maken, dan moeten
to'1"1 de goede argumenten, die tegen de
onrariisatis kunnen worden aangevoerd,
wel uiterst sohaarsch voorhanden wezen.
Laten wij het nu nog eens duidelijk
neggen.
Nooit of nimmer heeft de Bond zich ook
toaar op eenigerlei wijze tegen den dienst
verzet of rijn leden aangespoord dienst-
foepalmgen of voorschriften te verwaar-
loozen of niet stipt na te leven.
Eén feit daarvoor, hoe gering ook, kan
men niet bijbrengen.
Dit.'zij, nu men weer een aanslag op
het leven van de organisatie gaat wagen,
toofx eens nadrukkelijk geconstateerd.
Maar wat dan wel de oorzaak is van den
aanval, welken men zal gaan cïoen, al
xe>ot men het niet ronduit, is dit:
1> organisatie ontwikkelt te veel
kraoht.-Zij heeft het overgroots deel van
het personeel in hare rijen en strijdt met
eprekhnde argumenten voor lotsverbete
ring.
Zóó sprekend zijn de motieven, waar
mede de verschillende verzoeken om lots
verbetering worden verdedigd, dat men er
de onmogelijkheid van inziet zich langer
met een frase er van af te maken.
De diverse rapporten, die in den loop
van riit en verleden jaar zijn verschenen,
hebben de regeering met onweerlegbare
■argumenten getoond, de verbeteringen,
die strikt noodzakelijk zijn.
En nu zit men daarm.ee.
De verbeteringen, die gevraagd worden,
invoeren, wenpcht men niet; da.t zou vol
gens de heeren aan de organisatie maar
eteun geven en succes gunnen zij de organi
satie allerminst.
Iets wat voor de leden van die organisa
tie. naar het ons voorkomt, nogal begrij
pelijk is.
Ma,ar er ig nog iets.
De heeren zijn geschrokken van de
kracht, door de organisatie ontwikkeld, in
de wedstrijd-actie.
Zij hebben toen gezien, waartoe de or-
ganisabie in staat is, over welk een invloed J
«ij aan boord beschikt.
En het blijkt nu uit alles, dat de passa- j
giersregeling, die nu in Indië practised I
DCJOB
LOUISE B. B.
(Nadruk verboden).
19)
En weet je nu voor welke bezigheid zij
toiijn gemakkelijke dure lessen heeft ver
ruild Een barones op den Vijverberg, met
een huis vol kinderen, heeft haar juist ge
nomen op de -Woensdag- en Zaterdagmid
dagen om de kinderen bezig te houden als
zij niet schoolgaan... en ik heb haar niet
kunnen overtuigen, dat dit afbeulen zou
zijn... Wat is er, ga je weg, nu al?"
Hij ötikte bijna in deze geparfumeerde,
Warme kamer, hij moest naar buiten, wilde
bij haar niets laten merken van de spijt,
de woede, heb innige medelijden, in één
woord, allerlei tegenstrijdige gevoelens, die
tegen elkaar in opstand waren in zijn ziel:
*,Ja, u moet het me niet kwalijk nemen,
ik kwam hier om u te hooren spelen, eigen
lijk had ik een... een... ander© afspraak.
Pardon, en tot ziens... Adèle 1"
Juist bijtijds dacht hij er aan, dat hij
taar een vergoeding schuldig was voor
zijn vreemd, overhaast vertrek en hij had
goed gezien; dat „Adèle" verzoend© haar
ton zo liet hem gaan, zich voornemende,
eoo werkelijk haar beetje muziekmaken
hem aantrok, zoo spoedig mogelijk voor
toen nieuw factotum te zorgen. Zij glim
lachte, terwijl rij weer zat te peinzen voor
htot vuur; mannen rijn boo gemakkelijk te
doorgronden, te boeien, veel moeilijker
was het vrouwen te begrijpen, zooals nu
weer, die kleine juffrouw Helmond. Een
puzzle toch, dat klein© nestl
Och, dan in elk geval een heel eenvou
dig© puzzle, mevrouw Save mi us, vraag het
Robert maar, die heeft het raadsel al ge
heel opgelost... al is de uitkomst niet naar
zijn genoegen geweest.
Victoire Helmond, dat zwakke teere
meisje, dat zich zoo moedig een weg door
het ruwe leven baande, had zich berekend
voor die taak gevoeld, toen haar weg effen
voor haar lag, door de warme zon besche
nen, beschut voor alle stormwinden.
Haar veerkrachtig© jeugd, haar
sobere, niet ongezond© levenswijze, haar
levenslust, de gelukkige gezellin van
de jeugd, hadden haar beschermd voor de
kwaal, „die al zoo vele offers geëischt had
in haar moeder© familie." Maar toen de
neerdrukkende, ernstig© smart haar scha
mele woning betrad, haar metgezel werd
door het leven, met haar opstond, naast
haar ging gedurende de uren dat zij haar
moeilijke dagtaak verrichtte, met haar in
sluimerde en zelfs haar niet verliet in haar
droomen, toen vloden het eerst van haar,
haar vroolijkheid en levenslust; de veer
kracht brak en Victoire, nog altijd moedig,
vol plichtsbesef, leefde slechts nog en
deed haar taak, omdat zij nu eenmaal be
stond en door haar werk bestaan moest.
Stil, gelaten, droeg zij haar lot, maar zij'
lachte nooit meer, begon er ziekelijk uit te
rien; de voetjes droegen haar nog altijd
vlug over de straat, want z© had weinig
tijd, maar de levendigheid was uit hun
gang, «ij sleepten zich voort; de coquette
strikjes werden verwaarloosd, niemand
keek maar naar ze om, zij verslonden ge
heel en geleken op korte geknakte vlinder
vleugels, den lusteloos op en neder wipten,
zwaarmoedig, een spel der omstandighe
den, willoos.
Juffrouw Helmond voelde zich gedrukt,
sukkelend dikwijls in de laatste weken.
Het werd er niet beter op, toen de win
ter kwam. Op een. goeden dag, na een paar
dagen heel onwel zich voelen, nam zij een
verschijnsel waar, dat haar in het eerst
doodelijt verontrustte en haar met groote,
vragend© oogen voor zich deed staren,
uren lang, in somber gepeins verdiept.
Maar toen glimlachte zij droevig. Was het
eigenlijk wel zoo somber, wat zij begon te
hegrijpen? Waarom dan? Is het een geluk
te leven, oud te worden, voor een schep
seltje als zij? Wat deed haar nog moedig
dragen dit vreugdelooze, harde, arbeidza
me levenslot, zoo niet de illusies van de
jeugd? Men kan niet gelooven, dat heb
altijd zoo zijn zal, zoolang men nog hoopt.
En men hoopt alleen, als men nog jong is.
Hoe lang was het niet al geleden, dat zij
zich jong gevoeld had en tevreden. Jeugd
en levenslust waren immers dood in
haar..., o, voor goed dood!
Vó<5r dien tijd, toen dat ééne nog niet
gebroken was in haar, had zij haar lot
vroolijk en welgemoed kunnen dragen,
altijd het beste er van hopend, nooit willen
gelooven in een even sombere toekomst;
nu kon ze niets anders zien, dan altijd dit
zelfde harde werken, dezelfde armoedige,
doffe, troostelooz© eenzaamheid Tenzij...
een vroeg© dood haar... verloste 1 Werke
moge hem weer oprichten en sterken tot
het dragen van zijn kruis.
En last not least nog mijn dank
aan u, wethouders en leden van den raad
voor den steun dien ge me verleend en
de waardeering die ge me geschonken
hebt.
Ook voor dit jaar beveel ik mij in uw
vriendschap aan opdat onze gezamenlijke
arbeid kan zijn tot zegen van onze ge
meente.
De heer Kooy dankte als oudste lid.
B. en Ws. deelden mede, dat ze de vrij
heid hebben genomen, den heer Klinken
berg een geldelijk souvenir aan te bieden
ter gelegenheid van zijn zilveren jubileum.
- 's Raads goedkeuring werd gevraagd over
deze daad. Ze werd verleend.
Door Ged. Staten is goedgekeurd de
begrooting voor 1913 en de rekening over
1911.
Voor kennisgeving werd aangenomen het
verslag der commissie tot wering van
schoolverzuim.
Aaa de familie Hoogschayen en aan de
familie Avis werd vergund de plaatsing
van een steen en van een ijreren hek om
koopgraven op de alg. begraafplaats te
Hoofddorp.
Aan den lieer L. Wierts werd voor het
geven van teekeiïpnderwijs een lokaal der
openbare lagere school afgestaan.
De Ned. Vereen, tot afschaffing van
alcoholhoudende, dranken had den Raad
gevraagd in de gemeentelijke bestekken
verbodsbepalingen op te nemen voor ge
bruik van alcoholhoudenden drank.
B. en Ws. adviseerden mede te d-eelen,
dat de gemeentebestekken roeds lang be
palingen bevatten houdende verbod van
gebruik van sterken drank.
Afwijzend werd wederom beschikt op een
adres om subsidie van de Geheel-Onthou-
ders-Vereen. alhier, omdat de vereeniging
geen rechtspersoonlijkheid bezit, van haar
krachtig particulier initiatief uitgaat cn de
vereeniging maar tien leden telt.
Voorloopig afwijzend werd beschikt op
een adres van „Patrimonium" om gelde-
lijken steun voor een arbeidsbeurs.
Aangehouden tot de definitieve regeling
werd een adres van M. L. van Tol c.s.
te Kaag, om meerder subsidie voor de
verlichting aldaar.
Daar het praeadvics van B. en Ws. nog
niet gereed is, op een adres van A. Kraak
om 2V3 Meter buiten de bestaande rooi
lijn te bouwen aan den Minnen weg te
Hoofddorp, wordt dit adres aangehouden
tot de volgende vergadering.
Ter afdoening door B. en Ws. werd aan
dat college gezonden een adres van H.
van Wijk, te N. Vennep, die verzocht een
boom te mogen rooien te N. Vennep.
Tot leden van het Armbestuur werden
benoemd, de heeren G. van Middelkoop,
Jb. van Zijverden, Jb. Bicmand, W. Bies
heuvel, C. van der Spek en T. C. Los,
en tot leden der pl. schoolcommissie, de
heeren T. Hanedoes, W. Slooten en C. M.
VerkuylPzn.
Aan het „Witte Kruis" werd tegen fl
huur afgestaan een strook grond om liaar
magazijn te Hoofddorp te vergrooten.
Een suppletoir kohier hondenbelasting
werd vastgesteld tot een bedrag van f 20.50
Art. 9 van de verordening voor dc com
missie van gemeentewerken onderging een
kleine redactie-wijziging en bovendien werd
gewijzigd art. 14 der bouwverordening.
Vastgesteld werden:
Het bestek voor de levering van school-
behoeften, enz.; het uitbreidingsplan voor
de buurt bij Halfweg en het bestek voor
het onderhoud van scholen en onderwij
zerswoningen.
Goedgekeurd werd het rooien cn daarna
verkoopen van enkele boomen te Hoofd
dorp.
Op advies van B. en Ws. werd besloten
vooralsnog niet over te gaan tot het instelr
len van een gemeentelijken keuringsdienst.
Goedgekeurd werd een voorgestelde ruil
van grond met Mej. de wed. Kort, waar
door het mogelijk wordt de op het uitbrei
dingsplan geprojecteerde wegen aan te
leggen.
Aan P. van Dijk werd tot 15 Aug. ver
huurd hot bezaaide land in het uitbrei
dingsplan tegen f175 per H.A.
Ten slotte werd goedgekeurd liet aan.-
lijk rij waö in een stemming gekomen om
de kwaal in haar moeders familie een ver
lossing te vinden.
Maar er was aog genoeg over in haar
van de oude „juffrouw Helmond," die zoo
fier en moedig voortschreed door haar
moeilijk leven, om te kunnen berusten in
twijfel.
Zij wilde zekerheid hebben, zij kon het
dragen meende zij. Z© vroeg een dag va-
cantie, nam wat reisgeld van het beschei
den sommetje, dat zij ,,als een appeltje
voor den dorst" in gelukkiger dagen in de
6paarbank had geplaatst, en reisde toen in
een derde-klasse-coupé naar Amsterdam,
om een vrouwelijke dokter te raadplegem
Want rij begreep, de verstandige juffrouw
Helmond, dat zij veel zioker was dan rij
zichzelve bekennen wilde, dat alleen haar
wilskracht haar nog altijd gezond had doen
schijnen, en, nu zij zich stelde onder me
dische controle, een nauwlettend onderzoek
een eerste gevolg zou zijn. En haar reine,
preutsche, hooghartige meisjesziel, schrik
te terug voor de onderzoekende aanstaring
van een onverschillig mannenoog, een dok
ter, voor wien ze slechts een banaal ziekte
geval zou zijn, terwijl ze offerde, wat haar
het hoogste was, haar meisjesachtige teer
gevoeligheid.
Victoire Helmond bedroog zich niet, het
onderzoek was onvermijdelijk. Al strakker,
ernstiger stond het sympathieke gericht
van de jong© dokter. Juffrouw Helmond
verloor 't geen oogenblik uit het oog, voor
al niet toen de dokter onder meer, een
heel eenvoudige vraag deed, die in dit ge
val toch zoo veelbeteekenend was; „Leven
uw ouders nogP"
leggen van twee nieuwe wegen in het uifc
breidingsplan.
De vergadering werd hierop gesloten*
Gemeenteraad van Zivammcrclam*
Tegenwoordig: 6 leden. Afwezig de heer
J. A. Hoogenaijk.
Voorzitter: de heer B. G. Fortuyn, bur
gemeester.
De Voorzitter opent de vergadering. De
notulen der vorige vergadering worden ge
lezen en goedgekeurd. Ingekomen stukken
3 missives van Gedep. Staten, houdende
goedkeuring van 't supplet. kohier van den
Hoofd Omslag 1912, van de gemeente-bo-
grooting 1913 en mededeeling van te weinig
genoten (f 4.1G£>) in de Rijksvergoeding in
de kosten van het lager onderwijs over 1910
Een missive van de Nederl. Vereeniging tot
afschaffing van Alcoh. Dranken, verzoeken
de in door de gemeente te maken bestekken
van aanbestedingen de bepaling op te ne
men van het verbod van aleoh. dranken op
die werken.
De gemeente-ontvanger heeft per adres
om verhooging met f25) zijner jaarwedde
verzocht met het oog op cie huishuur, spe
ciaal voor het kantoor. Wordt toegestaan
tot de periodieke verhooging ingaat, dan
wordt deze verhooging weer ingetrokken.
De heer Van Dissel te Eindhoven heeft
aan den Raad verzocht een gedeelte ge
meente-terrein tegen vergoeding over te ne
men. De Raad machtigt het Dag. Bestuur
de daartoe noodige stappen te doen. De
schoolgeldkohieren over October en No
vember worden vastgesteld op f 36.08.
Benoemingen: Voor de Commissie tot
Wering van Schoolverzuim: de heeren
Fopma, Van Wijngaarden, Regtvoort, Beun-
der, D* Voogd; voor de Commissie voor de
reclames van den Hoofd. Omslag: de hee
ren .T do Bruyn, C. van Muiswinkel en P.
G. H. Blommesteijntot armmeester de
heer W. A. F. Wientjcs: tot ge meen te-
geneesheeren: de heeren F. Schreuder,
Van Beek, en Van Staveren; voor de Com
missie voor de Begrootingen Gemeente
rekening, bij loting, de heeren H. van Oos-
terom jn Veelenturf; voor het stembureau
voor de verkiezingen voor de Tweede Ka
mer: voorzitter de burgemeester; leden: de
heeren Veelenturf en Hoogendijk; plaats
vervangers: de heeren Van Oosterom en
Van Muiswinkel; voor den Tempel: voorzit
ter de heer J. de Bruyn, plaatsvervanger:
de h°er Blommensteynleden: de heeren R.
Kooyman en B. Ruitenburg; plaatsvervan
gers: d© heeren Olieman en Edelman.
Voor de Provinciale Staten: Voorzitter
de burgemeester; leden: de heeren Blom.
mesteyn en Hoogendijk; plaatsvervangers:
öe heeren Van Oosterom en Van Mui3wm-
keL Voor den Tempel als voor de Tweede
Kamer
Voor den Gemeenteraad: Voorzitter de
burgemeester; leden: de heeren Bïomme-
steyn en Van Oosteromplaatsvervangers:
de heeren Van Muiswinkel en Van Dam.
De heer Van Muiswinkel vestigt bij de
rondvraag de aandacht op een keurings
dienst op levensmiddelen. Kleine gemeenten
kondon daartoe zich in verbinding stellen
met een grootere plaats. Deze zaak wordt
in handen gesteld van Burgemeester en
Wethouders ter fine van praeadvies.
De Raad gaat over in geheim comité ter
behandeling van enkele reclames tegen den
Hoofd. Omslag.
De goedgekeurde gemeonte-begrooting
1013 bêva-t aan inkomsten f 20,236.33 en aan
uitgaven f20.194,20, batig saldo van f42.13.
ILivakzalvery op tabercalosogebied.
De nationale vereeniging tot het beetu-
deeren en voorkomon der tuberculose heeft
zich tot 100,000 geestelijken in deVereenigde
Staten gewond met het door president Taft
krachtig ondersteunde verzoek, om op één
Zondag, den 27eten October, van den kaDsel
te waarschuwen tegen de kwakzalverij, die
aast op de tuberculose. Er wordt voor 5000
kwakzalverskuren tegen deze ziekte rsclame
gemaakt, met hst gevolg, dat naar schatting
per jaar 15,000,000 dollars, die juist In de
gezinnen der tuberculoselijders zeer kwalijk
kunnen worden gemist, naar de zakken der
oplichten verdwijnen. Aan de uitnoodiging is
op ruime schaal gevolg gegeven.
Juffrouw Helmond, met haar vlug op
merkingsvermogen, begreep heb gewicht
van di© vraag en een flauw glimlachje tril
de, nauw merkbaar om de fijne mondhoe
ken.
„Mijn vader sneuvelde, mijn moeder leeft
nog..." Toen zweeg zij even, want al was
z© hier gekomen om zekerheid te erlangen,
toch beefde haar hart, nu door het uit
spreken van haar volgende woorden de
twijfel zou plaats maken voor een ijzige
waarheid: „een van mijn twee broeders
lijdt al twee jaar aan de kwaal, die zoo
velen ia mijn moeders familie jong doet
sterven..."
Veelbeteekenend was de stilte die nu
volgde.
Toen vroeg Victoir© beslist, haaetig:
„Ho© lang kan het nog duren bij mij
„O...!" riep de dokter, haar begrijpende
en schrikkende van zooveel doffe berus
ting: „Maar er is nog alle hoop voor u,
geloof mij. Als u zich zeer in acht neemt,
volkomen rust houdt, flink voedsel neemt,
een zacht klimaat opzoekt..."
„Ik ben heel arm en ik verdien mijn
brood..., niets meer dan dat," antwoordde
juffrouw Helmond heel bedaard.
Een oogenblik zagen zij elkander aan,
de twee vrouwen, beiden werkend voor
haar brood, beiden met een hard arbeid
zaam, moeilijk leven achter en nog voor
zich. Met een fieren oogopslag en een mat
glimlachje dankte de zwakste, die zou ou
dé rgaan in den strijd om het bestaan, voo
den blik vol medelijden van de sterkst
di© zou zegevieren in dien strijd.
(Wordt vervolgd