Van onzen Oorlogscorrespondent. Brieven uit Noordwijk. Be waarheid omtrent Adrianopel. Sofia, 12 December. (Per koerier). Ik heb het geluk gehad mijn eigen aan- Jteekeningen omtrent de belegering van lAdrianopel te kunnen vergelijken met die (van een ter zake volkomen kundige, deze 'daardoor kunnen aanvullen en, eerlijk ge-/ ®egd, ook "veel verbeteren, -waardoor ik thans in staat ben u een vrij juist verslag te geven van hetgeen er om Adrianopel gebeurd is. De niet-militaire lezer vergeve mij dus 'dezen geheel militairen brief, maar aan gezien ik nog nergens iete omtrent de be legering van Adrianopel in buitenlandsehe bladen gevonden heb, dat ook maar eenige overeenkomst heeft met de waarheid, ver oorloof ik mij deze vrijheid, in de hoop u niet al te zeer te vervelen. Het tweede legerkorps, dat onder gene raal Ivanof naar Adrianopel opmarcheer de, deed zulks in drie colonnes, die tot aan de Maritsa -weinig of geen tegenstand londervonden. Alleen bij Moestafa Pasja werd even ge vochten, maar het verraste garnizoen nam in allerijl de vlucht, een poging wagend om de brug over de Maritsa te doen sprin gen, die echter niet gelukte. De aftocht was zoo overhaast dat het telegraaf- en telefoonkantoor volkomen intact was ge bleven en het den Bulgaren gedurende eenige uren (ik heb hooren beweren 12 uren) gelukt is, verbinding te onderhouden met het Turksche hoofdkwartier. maar voor de 11de te weinig is, maar welk getal we wel als gemiddeld kunnen aan nemen, dan lagen er rónd Adrianopel pl.m. 64,000 man, terwijl do vesting zelf door een 40,000 Turken onder bevel van Sjoekri Pasja wordt verdedigd. Ik heb sterk den indruk gekregen, dat de Bulgaren in het begin gedacht hebben Adrianopel direct te bestormen, ten einde een belegering, waarvoor hun macht niet toereikend was, te voorkomen en boven dien hadden zij m.i. de hoop den Serviërs daardoor voor te zijn. Voor den vestingoorlog waren zij boven dien ook geheel niet uitgerust, want zij hadden alleen hun veldartillerie, daarbij wat 12 cM. houwitsers en dan hoogstens eenige dozijnen lange vesting-kanonnen van 12 en 15 cM. van oud model. Van een beschieting der in de forten opgestelde Turksche artillerie kon dan ook geen sprake zijn. Het noordfront van Adrianopel is het eterkst en de (vermoedelijk geheel moder ne) koepelforten liggen 't verst van de stad. De oostkant schijnt het zwakst te zijn en daar was de kans op succes ook het grootst aangezien de forten daar zoo dicht bij de stad liggen, dat een beschieting van de stad zelf daar 't eerst mogelijk zou zijn. Maar hier konden de Bulgaren in den aanvang 't minst uitrichten, daar hun ver binding nog te slecht was. Later, toen het lste en 3de leger verder zuidwaarts waren gerukt en de aanvoer ook over Janboeli kon plaatshebben, ging het beter. Het aan. vals-front, dat den Bulgaren dus in de eerste dagen het meeste succes bood, was aU.VVINFANT. &uvS.,Ntf.Ni,-. BATttBllvlUM •:ng<*|pPreS-^i VEJ.0ARTlLLEfljE i ..ADRIANOPEL !t;urk.loopc1W£N .i 1~I: -cL -JD& ARDA O.aL^.ÜWflC.RAy.E.H^v^ Nu ben ik er niet achter kunnen komen of er twee colonnes van de drie benoorden de Maritsa gebleven zijn, dan wel één; ze ker weet ik alleen, dat van Kemol en Tsjermen do verdediging van het voorter- Tem door de Turken met ernst begonnen is. Bij die plaatsen werden de eerste slagen geleverd en van daaraf trokken de Turken rich telkens weer eenige kilometers terug, om d© Bulgaren opnieuw af te wachten. Deze gevechten werden altijd door de Bulgaren met de bajonet beslist. Het terrein is zeer heuvelachtig en ge woonlijk hadden de Turken hun loopgra ven (voor knielende schutters, gelijk ik kon opmerken, toen ik de slagvelden daar bezocht) boven op de kam van een hoog- terand aangebracht. Hadden de Bulgaren zoo'n rand geno men, dan veranderden zij zoo snel moge lijk de veroverde loopgraven, om gedekt te zijn tegen het vuur vanuit een volgen den rand, die al van te voren door de Tur ken was ingenomen. Toen de Turken tot Op drie kilometer van hun fortenlinie wa ren teruggeworpen en de Bulgaren over de Toendsja waren getrokken, begon het Beleg van Adrianopel. Dit beleg had echter met zeer zwakke krachten plaats. Zoo stond in den west- boek, tu8sclien Arda en Maritsa, de VlIIste divisie, en die had nog één regi ment staan, het 30ste infanterie-regiment, het front tusschen Arda en Maritsa, ten Westen van de stad. Hier werd de toegang verdedigd door een aan den Zuidelijken Arda-oever gele gen fort, Marasj, en door het flankeerend vuur vau de forten ten Noorden der Ma ritsa. Bovendien hadden de Turken nog voor den oorlog de laatste heuvelrij, .een 12CO M. voor Marasj gelegen, zeer zwaar versterkt. Zij hadden er een groot aantal loopgraven en ijzerdraadversperringen aangebracht en op een uitstekend punt twee kanonnen geplaatst. De versterking heette Papastepe. Een dergelijk vooruitgeschoven tijdelijk werk had men ook nog in 't Zuiden, n.l. Kartalbepe. Zoodra de Bulgaren him posities had den ingenomen, dat is in 't begin van No vember geweest, hebben zij beproefd Pa pastepe te nemen. Dit gevecht heb ik u in een mijner brie ven reeds beschreven, dooh wat ik u door de censuur niet kon mededeelen, was, dat die aanval wel gelukt is, maar ten koste van ontzettende offers, en toen de Bulgar- ren eenmaal op den top waren, kwam een tegenaanval (retour offensif) der Turken, die de Bulgaren wederom terugjoegen. Sindsdien is Papastepe nog 6teeds in Turksche handen. De Turken hebben in die dagen, wetend hoe zwak hun tegen standers waren, veel uitvallen beproefd, POWTONaKUC, riivïiie. (5'üMCACtN; i CA BOE. e AVAU.FUF, 8 £C t M L N 7 .'o E5K. i SLFW13CH CAVAI,£.F\;< BLClMElsT F. W M AC f, D 0 N' S Ort VflLjWfLU C.&R& O BRIC,AIÏEHO - - p.iciNiLMTiK c? XX.rsKk lo'^N DtR TÜflPv5CHt; VOORPOSTEN C AW bezuiden de Arda-. Dit 30ste inf.-regt., bij gestaan door 2 regimenten cavalerie, heeft gedurende bijna 3 weken de eenige Bulgaarsohe strijdmacht ten zuiden van Adrianopel uitgemaakt. Benoorden de Maritsa lag de Xlde divi sie en ten oosten van de Toendsja lagen de lilde en IXde divisie. Wanneer we iedere divisie eens op haar normale sterkte rekenen van pl.m. 16,000 Han, wat voor de 8ste, 3de en 9d? te veel, voornamelijk in Noordwestelijke richting. Deze richting beloofde him bij een door breken der Bulgaarsohe linie 't meeste succes, want dan konden zij hun fout, 't niet laten springen der Maritsa-brug bij Moestafa Pasja, weer goed maken. Ook in Zuidelijk richting, hoewel dat minder succes beloofde, zijn zij herhaalde lijk uitgevallen. Al deze uitvallen stuitten echter af op 't taaie, dappere verzet der Bulgaren. Vooral het 30ste regiment heeft zich beel kranig gedragen, want dat heeft altijd tegen een zeker groote overmacht moeten kampen. Deze uitvallen hadden meestal bij nachtr plaats, aangezien de Turken 5 zoeklichten bezaten en de Bulgaren geen. Dat heeft den 8sfcen November voor de Bulgaren een groot ongeluk gegeven. Dien nacht toch vielen de Turken de Bulgaarsohe stellingen tegenover Pa pastepe aan. De Bulgaren, in de hoop de Turken af te snijden, vielen dezen van twee kanten aan, met het noodlottig gevolg, dat toen de Turken terugtrokken, de beide Bul gaarsohe afdeelingen elkaar te lijf gingen. Eerst toen de Turken, niete van hetgeen daar in 't voorterrein voorviel begrijpend, er hun zoeklicht op richtten, ontdekten de Bulgaren, wat er plaats vond. Ik heb mij laten vertellen, dat er 1400 man in dit gevecht zouden gevallen zijn. Toen de Serviërs kwamen, veranderde de toestand ten gunste der Bulgaren en konden zij van alle kanten den aanval be ginnen. De dislocatie werd toen, zooals ik op bijgaand schetskaartje heb aangegeven. De 3de en 9de divisie gingen naar Tsja- taldsja. De insluiting in Oostelijke richting langs de Maritsa werd thans ook beter, want tot 10 November hadden de Turken daar zon der veel moeite, berichtgevers enz. door kunnen sturen. Vooral ook wat materiaal aangaat, gin gen de belegeraars door de komst der Ser viërs er sterk op vooruit, want dezen brach ten eenige zware mortieren mee en -sen groot aantal veldbouwitsers. De Bulgaarsohe vesting-artillerie bleef in haar oude stelling. De 11de divisie zette nu haar aanval tegen 't Oostfront in sterke mate voort en vandaar heeft men (Je stad kunnen bombardeeren, d. w. z. de stad is door lange kanonnen beschoten kunnen worden, zonder dat men echter de resulta ten kon waarnemen. Ik heb dam ook allen grond te vermoe den, dat de brand, die in Adrianopel is waargenomen, niet door granaten is ont staan. Men bedenke wel, dat liefc m iedere Turksche stad, met veel nauwe straten en houten huizen, minstens eenmaal per jaar brandt De 8e divisie, die eigenlijk een reserve-di visie is, had in haar nieuwe aanvalsfront meer sucoes, want den 24en November slaagde zij er in Kartelt© pe te veroveren en ondanks de herhaalde tegenaanvallen der Turken te behouden Toen was men in staat de voorstad Ka- ragatsj ten Zuiden der Maritsa te beschie ten. Adrianopel zelf is hier vandaan ech ter nog niet te bereiken. Wel merkwaardig is het, hoe de Bulga ren rond Adrianopel te werk gaan. Zij handelen overal als in den veld-oor- log en nergens hebben zij resappeerd. Zij graven zich ergens in en gaan dan in den nacht voorwaarts; eerst worden dan eenige manschappen vooruit gestuurd. De zen graven zich met hun draagbare schop pen in en dan komt de rest, om er loop graven to maken, onder dekking van de eorstgezondenen. Deze loopgraven worden 24 uur lang door dezelfde manschappen bezet en dan worden deze, als er ten minste niet gevochten wordt, in den nacht afgelost. in dc-n laatsten tijd lagen de beide par tijen nog maar 600 meter van elkaar. De Bulgaren hadden een vliegeniers- korps, dat herhaaldelijk vluchten gedaan heeft en twee Ixullons-captifs voor 't doen van waarnemingen. De Turksche ballon is den 6den Novem ber door de Bulgaren neergeschoten met hun veldartillerie. De vluchten boven Adrianopel moesten altijd op zeer groote hocgte plaats hebben cn ö'e vliegeniers vertelden mij, dot ze zich pas op 1500 meter veilig gevoelden. Meermalen hebben dan ook eenigo ko gels van granaatkartetsen de draagvlakken doorboord, maar de Turken zijn er nooit in geslaagd een vliegtuig naar beneden te schieten. Het bommengooien heeft, zoover ik weet, weinig suoces gehad en ;t meest zijn de vliegtuigen dan ook gebruikt voor verken ningen en 't strooien van proclamaties aan o. ij, om deze tegen ae''Turken op te hitsen. Ondanks al het werken der Bulgaren, kan men toch, geloof ik, gerust aannemen, dat de Turken 't nog lang kunnen uithou den. Overal zijn zij nog tot op een 1200 M. meester van het voorterrein en dit zal eerst veroverd moeten worden, wi len de Bulgaren er aan kunnen dcn'ien de hcof.V- veroedigmga'ijn te nrder n. Bov die ont breekt het hun aan voldoen 'e zw ar krom- baan-gese ut, om het vu j- der i de for ten opge.telde flankeerbatterijen te kun nen dooven. Dacht ik eerst, dat de hoeveelheid voe- dingsmidoeiea te werechen zou over a en, thans weet ik uit zeer goede bron, dat Adrianopel neg \oor maand n Jang geap proviandeerd is. Moge dus de toestand der burgerij vermoedelijk minder aange aam zijn, het is m. i. niet te verwachten, dat deze van grooten invloed op de ho ding der bezetting zal zijn, die het wellicht nog zeer .ang zal kunn n uitnouden. FABIUS. Afgraving tnsschen Katwijk cn Noordwijk. De heer Dolk heeft in de Tweede Kamer geklaagd over de afgraving van de duinen tusschen Katwijk en Noordwijk. De Minis ter van Financiën heeft wel verklaard, dat die zaak bij Domeinen veilig is, maar in de klingen, die den toestand ter plaatse ken nen, heerscht toch ongerustheid. Spr. diende met vijf andere leden van de Kawer de volgende motie int ,,De Kamer, overwegende, dat het be houd der duinen aan de zeekust moet geacht worden een zaak van Rijksbelang te zijn, noodigt de Regeering uit, een onderzoek in te 6tellen omtrent de vraag of het wensche- lijk is door algemeene wettelijke bepalin gen het behoud der duinen te verzekeren.'' Deze motie zal worden gedrukt en rond gedeeld en op nader te bepalen dag worden behandeld. XV.; Nabetrachting Raads vergadering. Uit het groote getal „verkiezingen", waar van we in onze jongst© Raadsvergadering mochten genieten(?) willen wij er ©entje ne men, om er wat van to zeggen. Er moest benoemd worden een commissie van drie leden, om B. en TVs. bij te staan in het ontwerpen van het kohier van den Hoof- delijken Omslag, gedurende het jaar 1913. De eerste stemming liep op niets uit: die stemmen waren zóó verdeeld, dat een nieuwe vrije stemming moest plaats hebben. De heer W. van Beelen "merkt© vóór die tweede stem ming op, dat het z. i. aanbevelenswaard is, althans één Noordwijk-aan-Zeesch Raadslid in de commissie te kiezen. "Wij zijn het daaromtrent met den heer Van Beelen geheel eens. Bij de tweede vrije stemming behaal den de heeron W. van Beelen, Th. J. vaii Went, dr. A. Kervel, 0. W. Alkemade Az. en C. Passchier ieder vim* stommen. Dlo heer M. Vprloop verkreeg 5 stemmfen. De Raadsleden hadden dus overeenkomstig de opmerking van den hoer Van Boelen ge handeld. Nu moest er herstemming plaats hebben uit de zes, hierboven genoemde hee- ren. En daar zij, die in horstemming komen, zelf niet mogen moestemmen, beleefden we het, dat vijf Raadsleden uit zes andere Raadsleden er drie moesten kiezen voor de commissie H. 0. En de uitslag? De heeren dr. Kervel, C. W. Alkcmade Az., M. Verloop ©n C. Pnsscliier verkregen 3 stemmen, hadden dus alle vier do volstrekte meerderheid. Er wa ren dy,s vier leden gekozen, en er behoef den er ma.ar drie te zijn. Dr. Kervel, die er reeds eor op aangedrongen had, deze ver kiezing aan to houden, deed nu het voor stel, de gehouden stemming nietig to ver klaren en op een volgende vergadering een commissie te kiezen. De Voorzitter zocht zijn Gemeentewet op en las art. 51 voor: „Ingeval omtrent hot benoemen of voordra gen van personen de stemmen bij herstem ming staken, beslist terstond liet lot." Op grond van dit artikel wensohte d© Voor zitter door het lot te doen beslissen, wi© der gekozenen zou uitvallen. Doch dr. Kervel betwijfelde het, of er in dit geval wel van „slaken der stemmen" kon gerept worden. Hij JyincUaaafde rijn voorstel. De Voorzitter merkte nog op, dat B. en Ws. niet verplicht zijn, zich bij het vaststellen van hot kohier te doen bijstaan door een commissie; h©t Dag Bestuur kan het ook alleen doen. De Voorzitter bracht bet voorstel-Kervel in stemming cn 't werd aangenomen met 6 tegen 4 stemmen, nadat het door wethouder Alkemade gesteund was. Wij voor ons zijn van meening, dat d© interpretatie, die de Voorzatter aan art. 51 G.-W meende t© moeten geven, de juiste is. Er wordt in het artikel niet gesproken van twee personenheb aantal te benoemen of voor te dragen personen wordt niet ge noemd. Waar, zooals hier het geval was, door vier personen met een gelijk aantal stemmen de volstrekte meerderheid wordt verkregen, is o. i. wel degelijk sprake van „staking" der stemmen. Er loopt nu wel geen bloed uit, of genoemde commissie in deze verga^ (dering was benoemd, öf wel, dat zij in een volgend© vergadering gekozen zal wor den, doch o. i. had do Voorzitter de „loting" gerust kunnen toepassen krachtens art. 51 Gemeentewet. Er is voor het „verdagen" van de be noeming ook wat te zeggen. Hoe licht had het wreed© lot, dat "bovendien nog blind "is, het één Noordwijk-aan-Zeesch© lid niet kun nen doen uitvallen 1 En dat zouden wij be treurd hebben, 't Is bijna noodzakelijk, doch in ieder geval zeer gewenscht, dat B. en Ws. omtrent de draagkracht van Noordwijk- aan-Zeesch© ingezetenen ingelicht, worden door iemand, die daar woont, en die de men- schen kent. We hebben het nu alweer ge zien, niotwaar? Als er aan het slot van ons Raadsverslag goed geraden is, dat n.l. de hoer Van Beelen aan B. en Ws. ncng overhandigd hoeft een lijstje van personen, die men vergeten heeft aan te slaan in den Hoofdelijkon Omslag, dan blijkt daaruit, dat B. en Ws. voorlichting alleszins behoeven, nietwaar? Vergeten worden door de commis sie van aanslag, is voor den betrokkene niet zco'n betreurenswaardig feit; doch voor do gemeentekas is hot ©en schadepost je. Nog een andere stemming willen we even aanroeren. Enkel uit een anekdotisch oog punt. D© gemeen tc-secretaid s mag er niet uit lezen, dat we hem onaangenaam willen zijn, want dat is in de verste verte onze bedoeling niet- De leden der beide commissies tot Wering van Schoolverzuim traden allen af, en werden zooals we reed9 in hot verslag vermeld ten herkozen. Naast eiken aftredende stond (om aan de wet te voldoen) do naam van een ander ingezetene, om „twee tallen" te verkrijgen. In de Noord wij k-aan- Zeesche commissie had ook zitting wijlen de heer C. Verloop. De omstandigheid, dat genoemd© heer enkel© maanden geleden ge storven is, had men ter Secretarie blijkbaar over het hoofd geziende lieer C. Ver loop stond althans nog als nummer één in een tweetal. En nadat de hoer M. Verloop op het abuis had gewezen, en de Voorzitter opgemerkt had, dat er dan in de Noordwijk- aan-Zeesch© commissie ©en vacaturs was, waarin men later zou voorzien, verkreeg toch wijlen de heer C. Verloop nog eenige stemmen; wij mJeenen van drie. Zóó kan er zich in ©en dorpsraad ook een „afschuwe lijk misverstand" voordoen. Het beroep, dat dr. Kervel bij de rond vraag op den Voorzitter heeft gedaan, om de Raadsvergaderingen -niet meeT in deinj voormiddag b© Jiouden, wagen wij t© onder lijnen. Reeds dikwijls hebben wij rerzuoht: „Mo gen wij .toch van die oohtendvergafe... verlost worden!" De Voorzitter had f0n T gelijk, toen hij - ,net de presenti^lhJ1^ do hand er op weos, dat nu al achtereenvolgende malen de opkomst te- Eaadsleden op ochtendvergaderingen re? goed wasdoch ad rem antwoordde dr. K vel, dat daaruit óók valt ai te lei,]6' dat de Eaadsleden zulk oen hoog besef te!? ben van hun plichten a ls vroede vaderen L. zij alleen verzuimen, als het hoelemaal'niïï anders kan. De ondervrijzers/essen) van do openbaw scholen hebben wederom een klein epixD getje voorwaarts gemaakt. In de RaadsvS gadering van 23 October werd besloten te# definitieve besluit tot vasteteih™ der jaarwedden van de onderwüzers(&soaV nog uit te stellen. De salarisregeling voob de onderwijzersfesoen) van bijstand is thaM als volgt: aanvangsjaarwedde: f600: l'tot 3 dienstjaren f 650; 3 tót 5 dienstjaren f700- 5 tot 8 dienstjaren: f750; 8 tot 12 dienstt jaren: f800; 12 bot 16 dienstjaren: f850- 16 tot 20 dienstjaren: f900 20 en dienstjaren: f 950. In de jongste Enadd, vergaderingen zijn de twee laatste verho». gingen, die eerst f25 bedroegen, op f 50 ca bracht. Nu het bezit der hoofdakte f 150 geeft, als men die akte 5 jaar bezit (ij dienst der gemeante) en f200, als men haar 10 jaar bezit, kan ean onderwijzer, dio een beetje_ tijdig zijn hoofdakte bshaalt (bijv. als hij 5 dienstjaren heeft) met 15 (Noord., wijksche) dienstjaren een salaris hebben f 1050. Is hij dan gehuwd, dan komt.er nog f 75 woninghuur bij, zoodat hij dan f1125 verdient. De huishuur er bij inbegrepen, kan zoo'n onderwijzer opklimmen tot f950 en f200 en f 75 is f1225. Als men mot eon gezin van dat salaris in Noordwijk loven moet, is bet nog lang geen weelde; maar we herhalen, wat we roods eer schreven, dat het n.l. niet valt te ontkennen, dat er den laatsten tijd wel oenig stroven is, om ook onderwijzers(essen) een tamelijk salaris ta verzekeren. Meer dan „tamelijk" mag- het nog allerminst genoemd; in vergelijking me# de 300 gemeenten van ons land, waar uren het minimum van de wet aan de onder wijzers betaalt, maakt Noordwijk nog ren good figuur. Hoe wethouder Alkemade en de heer Th. J. van Went tegen konden stem- men, verklaren we niet te begrijpen. Wet- houder Alkemade motiveerde zijn stem nog ten minste; zijn argument: „we hebben da regeling pas onlangs herzien", was wel niet krachtig, maar het kan ten minste een mo tief zijn, om tegen een nieuwe wijziging te stemmen. De heer Van Went echter stemjdo tegen zonder ook maar met oen enkel woord to verklaren, waarom. Als wij eens veel vrijen tijd hadden, zou- den wij wel eens willen nagaan, kot hoe veelste lapje er nu deze week gezet is op de „salarisregeling van de onderwijzers." En fin, 't gaat er mee, als met oen echte lappen deken; hoo meer zij gelapt wordt, hoe war. mer zij dekt. Twee factoren zijn daarbij nog al van importantie: do dikte van do op genaaide lappen en de tijdruimte, die er tusschen twee „lapperijtjos" verloopt. Da gemeente behoeft zich niet te schamen, hoor; het Bijk hooft met de onderwijswet nooit an ders gedaan, dan er telkens een nieuwe lap opgezet. Wat oen verschil anders tusschen de Eaada- vergaderingen in de dagen van de strand- kwestie en die van nuDat er in het Eaadg- vcrslag onder een voorstel van B. en Wat zoo dikwijls komt te staan: „zonder hoof delijke stemming en zonder discussie aange- nomen", beteekent niet, dat al odzo Kaads. leden jabroers zijn, o neen, dat weten we nog wel van vroeger, hé 't Moet o. i. hierin gezocht worden, dat B. en Ws. de zoer prijzenswaardige gewoonte hebben, om ©Ik voorstel zóódanig voor t© bereiden, dat er weinig meer van te zeggen valt. l>e misdnnd te Beert. Men zal zich herinneren, dat den 29sten September de overwegwachbor Severs en zijn dochter Laura vielen onder de slagen van een moordenaar. De vader bleef dood; de dochter genas tegen alle verwachting en tot haar zinnen teruggekeerd, beschuldigde zij eenen spoor wegwerkman van den dubbelen moordaan-i slag. De aangeklaagde, Camiel van S., loo chende, zelfs onder de v.-rpletterendste be* schuldigingen van het meisje. De pijnlijke gevolgen van den aanslag en de operation, die zij moest ondergaan, had echter voor gevolg kunnen hebben, dat haar verstandsvermogens geschokt waren en zij zich enkel in verbeelding het slachtoffer van Van S. kon wanen. En, om zijn geweten gerust t© stellen heeft de onderzoeksrechter, alvorens het onderzoek voor goed te sluiten in een laat ste confrontatie de beschuldigingen willen hooren bevestigen. "Woensdag werd Van S. uit de gevangenis gehaald en naar Beert gebracht. Zoodra de bevolking wist, dat hij van den trein was gestapt, stroomde zij samen voor het station en huilde doodsbedreigingen ter gen hem. Naar het huis van Laura Severs gebracht, hetzelfde huis waar de misdaad gepleegd werdwas hij opnieuw het voorwerp van haar formeele beschuldigingen. Met ijselijke koelbloedigheid verhaalde Laura ,hoe Van S. haar verraste, terwijl zij zich kleedde, hoe hij een eerloozen aan slag o«p haar wilde plegen, hoe hij onder haar krachtig verzet woedend werd en hoe hij haar de vreeselijke slagen toebracht-, die haar in de aangrenzende kamer dieden neer vallen. „Het moet op dit oogenblik zijn geweest-, voegde bet meisje er bij, dat mijn vader is binnen gekomen, om op zijn beurt door den aanrander dood geslagen t-e worden-'' Toen Camiel Van S. al die gezegden loo chende sprong Laura verontwaardigd op ©a zou hem te lijve gegaan zijn, indien de gen* darmen het niet belet hadden. Na twee urien eindigde dit hartroerend onderhoud en de verdachte werd opnieuw, onder het ge jouw der menigt© naar den spoortrein gebracht.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1912 | | pagina 6