Amerikaansche crimineele politiek. bouwmateriaal betreft, mijn ossen staan ter beschikking. En als zoo ieder wat doet, naar zijn krachten en gaven-.... Alleen de plaats, de plaats." Hier zwijgt de schout eenigB oogen blikken, „Hm, zeg eens, smid, jij zegt niemeodal. Ik had gedacht, dat steenige hoekje grond achter je tuin, waar je toch zoo goéd als niets aan hebt, om dat er weinig anders dan onkruid op groeit, zou een go^de plaats voor zoo'n huisje zijn, en als je het tegen een billijken prijs zoudt willen afstaan, het ligt zoo geschikt, dadelijk1 bij de kerk en het kerkhof." Tegen een billijken prijs, neen," ant woordt de smid, „niet tegen een billijken prijs. Maar wel voor niemendal. Want dat ik mij niet dood gedronken heb en tegen woordig een fatsoenlijke kerel ben, die maar zelden in de herberg komt, heb ik alleen te (kuiken aan ons domineeske, dat is wel een stukje grond waard, waar ik heel wei nig aan heb." Wadi in deze bijeenkomst werd bespro ken, werd al spoedig ten uitvoer gebracht Vol hnnigen dank had de weduwe van den overleden predikant het plan begroet, en nn kijkt zij van uit haar raam, hoe haar toekomstige woning wordt opgetrokken. Het wordt daarbij stil in haar, en de pijn- Mjho smart om het verlies van haar echt genoot verandert in zaohten weemoed. Zij behoeft na toch niet te scheiden van de pla&i& wan zijn arbeid, niet eer dan God, Wien hij en rij naar hun beste krachten hébben gediend, haar roepen zal. Een heel 6aastoudi&) TWaAT' aardig huisje wordt het, en mat lust en liefde werkt de geheele ge- msezxfee er aan, ieder naar zijn vermogeD. Al vroeg in den morgen zijn ijverige han den et bezig en ook 's avonds, nadat de J gewone dagtaak ia volbracht. Zelfs de kin- doren helpen snee: zij dragen steenan aan en kruien Zij weten, dat het voor 'domineeske is en van haar houden ook de kinderen veel. Voordat het herfst wordt, is het aardige koiaje klaar, ook al netjes in de verf. De, geheele gemeente verheugt zich over het volbrachte werk en bij de gedachte, dat het brave domineeske nu een behaaglijk onderdak heeft voor haar ouden dag. Er is andera besloten. De weduwe krijgt een hevige longontsteking en denzelfden dag, waarop zij het huisje betrokken zou hebben, wordt zij op het kleine kerkhof be graven, naast haar man. Het huisje blijft leeg; als een monument van dankbaarheid staat het daar, der gemeente een blijvende herinnering aan den goeden ouden dominee en zijn vtouw. Jaren nadat het huisje gebouwd werd, houdt op een goeden dag een familie uit de stad, die een rijtoer maakt, stil in het dorpje, om de paarden te laten rusten. Het echtpaar, omgeven door zijn kinderen en aangegaapt door de dorpsjeugd, wan delt door het plaatsje, en de heer vraagt ook naar het doel van het leegstaand huisje. Er wordt hem van den bouw van het huisje verteld, het eene woord lokt het an dere uit, en den volgenden zomer betrekt de familie voor een paar maanden tegen een matige huur het weduwenhuisje. Het noodige meubilair wordt meegebracht uit de stad en telken zomer komen de gasten terug. Na dertig jaar is het dorpje een druk be- locht zomerverblijf geworden. Welvaart en vooruitgang hebben er hun intocht gehou den. Als paddenstoelen uit den grond zijn er aardige huisjes verrezen, alle in stijl van het weduwenhuisje, alleen nog voorzien van veranda's en balkons, en het dorp heeft alle kans, een beroemdheid onder de zomerverblijven te worden. Er heeft zich al een dokter gevestigd en er is een post kantoor opgericht. Het weduwenhuisje heeft als zoodanig nog geen dienst gedaan; er is nog geen weduwe weer geweest, sedert de brave vrouw van den ouden dominee de oogen gesloten heeft; maar het heet nog altijd liet weduwenhuisje en wordt gaarne be woond door gasten, die de ligging er van, zoo dicht bij de kerk, vriendelijk en vredig vinden. De oude menschen in het dorp vertellen nog altijd gaarne aan de jongeren van het ontstaan van het weduwenhuisje en van den goeden ouden dominee en zijn vrouw. En de vroegere schout, nu een grijsaard met spierwit haar, pleegt te zeggen: „Dit is zeker, het aandenken aan de brave men- selien blijft gezegend, en de dankbaarheid krijgt haar loon. Zonder dankbaarheid geen weduwenhuisje, zonder weduwenhuisje geen zomerverblijf, en zonder zomerverblijf geen welvaart 1" Voor het overige heet de schout tegen woordig burgemeester, zooals het behoort voor een dorp, dat met den tijd meegaat en dat binnenkort een spoorwegstation krijgt. De heer J. I. de Haan schrijft aan het „Weekblad van het Recht" o.m. Een Amerikaansch kameraad, dien ik ge, regeld op de hoogte houd van wat in Hol land op penitentiair gebied gebeurt, zond mij bijwijze van wederdienst het Septem- ber-nummer van Hearst's Magazine met een artikel van George W. P. Hunt, gouverneur van den Staat Arizona, over een nieuwe behandeling van misdadigers in dien Staat. Het spreekt vanzelf, dat wat past voor Arizona niet zonder meer in alle kleinig heden past voor Holland. Maar in beginsel zijn goede dingen altijd en overal dezelfde. Vóór de heer Hunt gouverneur van Ari zona werd, waren de gevangenissen daar slecht en was de behandeling slecht en de sterfte oncler de gevangenen zéér groot. De strafrechtetheorie van gouverneur Hunt ia niet een* absolute vergeldingstheorie, maar een bijzondere verbeteringstheorie. Hij heeft aan de theorie den naam gegeven van: „honor-systeem". Gouverneur Hunt gaat uit van de stellige meening, dat het goede in de meeste misdadigers sterker is dan het slechte en dat het beste is hun eergevoel. Dat moet versterkt worden. Enkele voor beelden mogen dit toelichten. 1. In een woest gedeelte van Arizona be vonden zich een aantal paarden, toebehoo- rende aan den Staat, welke paarden elders noodig waren. In de gevangenissen bevond zich een man, veroordeeld wegens moord tot zeven en een half jaar, die deze streek Hij - zonder goed kende. Gouverneur Hunt gaf deze man burgerkleeren, spoorkaartjes en geld. De gevangene bezorgde de paarden en kwam daarna in de gevangenis terug, als een geheel ander man. 2. Dit is een geval van gouverneur West, van Oregon. Een man was gestraft wegens moord. Zijn vrouw en kinderen vervielen tot armoede. Gouverneur West hoorde daar- van. Hij onderzocht het geval, vond voor de vrouw een plaats als kookster, voor den man, een bekwaam smid, goed werk. De moordenaar werd gedurende een geheelen zomer vrijgelaten om voor zijn kinderen geld over te verdienen. Hij was diep ge troffen doo-r het vertrouwen, dat men in hem stelde, werkte dien zomer zooveel hij kon, en keerde op; den bepaalden dag in de gevangenis terug. Hij ging weg als een misdadiger en kwam terug als een man. 3. De vader van een gevangene, met wien absoluut niets was aan te vangen, was ster vende. De directeur van de gevangenis liet hem op eerewoord alleen naar zijn sterven den vader gaan. Toen die gestorven was, kwam de gevangene terug, een veranderd man. Dit was in den Staat Nevada. 4. Een aantal honor-men vormden een baseball-team. Zij gingen zonder eenige be waking naar een naburige stad, speelden daar een wedstrijd en kwamen getrouw we der in de gevangenis terug. 5. In de gevangenis van Florence, in Arizona, is de tuinman een moordenaar. Hij ging onbewaakt naar Phoenix, inkoopeD doen van planten en zaden. Hij logeerde daar in het „Ford-Hotel", waar ook gou verneur Hunt logeerde. Vóór zijn terugkeer naar de gevangenis zeide liij tot den heer Hunt: ,,Ik hoop, dat ik het vertrouwen, in mij gesteld, niet heb beschaamd." 6. Een honor-man in de gevangenis van Florence (Arizona) deed een uitvinding op het gebied van electriciteit. De gouverneur stond hem toe naar Washington te gaan, zijn uitvinding te demonstreeren en er pa-j tent te nemen. De gevangene ging op eere woord. Hij k'wam terug en ondergaat nu verder een gevangenisstraf van vijf jaar ■wegens valsche munt. Zijn gedrag is voor beeldig. Ik hoop, dat deze voorbeelden een goedi denkbeeld geven van het honor-system.; Het is het eerst ingevoerd door den heer T. J. Tyman, directeur van de gevangenis in Canon-City, Colorado. Gouverneur Hunt heeft het in Arizona het verst doorgevoerd., Hij wordt daarbij ter zijne gestaan door! den heer R. B. Sims, directeur van de ge-| vangenis te Florence. Sinds de doorvoering van het systeem zijn de gevangenen onbe-' grijpelijk in hun voordeel veranderd. Zij begrepen hoeveel voor hen allen afhangt van het welslagen van een systeem, dat uiter-1 aard ook veel tegenstanders heeft. Eenige jaren geleden, vóór de invoering van 't ho nor-system, grepen een aantal gevangehen te Florence den directeur beet en wilden vluchten, meenend, dat men niet op hen zou schieten uit vrees den directeur te ra ken. Nu loopt de kleine jongen van den heer Sims vrij tusschen de gevangenen rond. Het ware dwaasheid te meenen, dat het honor-system voor volwassenen ineens in- Holland zal worden ingevoerd. De aard van het Hollandsche volk leent er zich niet toe. Wie zou baseball willen spelen met een gevangenis-tearn of een moordenaar willen' nemen als smidMr. dr. N. Muller, wiens studie over de behandeling van Engel,sche misdadigers ik aankondigde in W. 9323, sprak van: „goedkoop© eigengerechtig heid". Ikzelf heb het honor-system eenmaal mogen toepassen. Een mijner bekenden kwam uit de gevangenis na- een straf van twee jaar te hebben ondergaan wegens ver duistering, in dienstbetrekking gepleegd. Zooveel malen als mij mogelijk was liet ik den man geld halen of brengen, soms be dragen, waarvan het verlies mij in groote moeilijkheid zou hebben gebracht. Ik was volkomen zeker van den man en weet ze-, ker, dat mijn vertrouwen hem vreugd dèed en «richt gaf..... Organisatie van tooneelspelers in Italië. De sociale toestand der .tooneelspelers iQ Italië is tegenover die in nabijliggend© landen hoogst ongunstig. In Italië wordt de tooneekpeler niet voor een bepaald tooneel geëngageerd, maar door dén directeur van een troep aange worven om in verschillende steden op te treden. Behalve de finanoieele onzekerheid brengt deze toestand de groote vermoeie nissen en meerdere kosten van het rond trekkend leven mede. Om hierin verbetering te krijgen, is een beroepsorganisatie van tooneelspelers in het leven geroepen, die reeds met goed gevolg werkzaam is. Op het in de vorige maand te Milaan ge houden tweede congres, waar 1700 leden door 35 afgevaardigden vertegenwoordigd waren, werden bepalingen ter sprake ge bracht, waardoor de positie verbeterd ka*1 worden. De voornaamste punten waren: Het verdeeien der gezelschappen in die van den eersten en tweeden rang. Een be stuur, waarin de tooneelspelersbondfen, de directeuren der troepen en de eigenaars der schouwburgen vertegenwoordigd zou den zijn, beoordeelt die indeeling. Voor de eerste-klasee-troepen wordt voor de kunstenaars een jaarlijksdh traktement en één maand vrijaf verlangd, bij een werktijd van hoogstens 12 uren per dag, terwijl de duur der spoorwegreis als werk tijd gerekend wordt. Beide laatste bepalin gen gelden ook voor de tweede klasse. Voor beide klassen werd een rndniznum- salaris van 7 lire per dag vastgesteld met verhoogihg van 2 lire voor het geval het gezelschap slechts één dag op dezelfde plaats speelt. Verder verlangde het congres de instel ling van beroepsrechtbanken voor den too- neelspelersst&nd, uitbreiding van vrovweBr

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1912 | | pagina 16