No, 16146, LEÏDS0H MGfËLAi), Woensdag* 9 October. tweede Blad, Anno 2912» Buitenlandseh Overzicht. FEUILLETON. In Hoüïvingeii. Tweede Kamer. "Weinig nieuws! 't Is, dat <le Balkan de. feandacht vraagt, maar anders zou er voor het buitenland weinig belangstelling zijn. lAlleen wat kleingoed, het eenige van een:g aanbelang verkeert in een stadium van geheimzinnigheid. Dat eenc is d e v r e- cl e, <üe nu toch wel spoedig tusschen Turkije en Italië zal worden gesloten. Want zooveel is nu wel zeker, dat er Tan teekenen van het vredesverdrag nog geen sprake is, maar dat met zekerheid •liet einde van den operetteporlog mag worden verwacht. In Konstantinopel wordt in officieelc kringen verzekerd, dat de Trede spccdig een feit zal zijn. Minister Resjid pasja is naar Konstan tinopel teruggekeerd van zijn onderhan delingen te Ouchy. Hij verklaarde, dat de conferentie met Italië nog n'et geëin digd is. Wel nemen de besprekingen een Keer goed verloop en is spoedig een re sultaat te verwachten. In België heeft de regeering besloten om voor&tellen in te dienen tot v e r- grooting van het leger De „Soir" weet te vertellen, dat deze hier op neerkomen, dat twee zonen per gezin, in plaats van één, zooals thans het geval is, onder de wapens zullen worden geroe pen. Daardoor zal een jaarlijksch contin gent van minstens 30,000 man verzekerd fcijn. Het leger zou dan, op voet van oorlog. 250,000 man tellen en samen met de reser ve en het territoriale leger, gevormd uit de burgerwacht, totaal 500,000 man. ,,De Jdurn. de Bruxelles" verklaart, kiat de verbeelding een groote rol speelt in deze mededeeltug van de ,,Soir" en het blad voegt daaraan toe, dat het meent te weten, dat de regeering zich weliswaar bezighoudt met plannen ter betere ver zekering van de nationale verdediging, maar nog lang geen gevestigde overtui ging daaromtrent heeft. De Belgische kroonprins is on gesteld. Hij lijdt aan ontsteking der keel- a-man delen en zal daarom eenige dagen het bed moeten houden. Zooals we reeds meedeelden is in Span je op alle spoorweglijnen, die in het Zui den uitgezonderd; het werk weder door de ambtenaren hervat en wel onder de vol genden, nog in b'jzonderheden nader vast te stellen voorwaarden: "Vermindering van den arbe:dstijdverhooging der sala rissen; verbetering der ontslag- en pen sioen voorwaarden de instelling van een onderling verzekeringsfonds. Bovendon zijn een tweetal andere voor waarden ingewilligd. Het resultaat van. den strijd kan dus wel als een overwin ning voor de stakers beschouwd worden. De. officircle, te Madrid verschijnende.„Ga^. ccta" publiceerde ee.n koninklijk bÊsJlf gens hetwelk het. beslaande spoorwégfëtal-- jon tct een spooi v.egregiment wordt Her vormd. Het nieuwe regiment zal uit 'dienende compagnieën cn S roserve^compag- fciieën bestaan. De regeering zat op deze wijze, mocht het tot een algemeen e spoorwegstaking komen, dadelijk over geed gedrild en geoefend per soneel kunnen beschikken, en een strem ming van het personen, en postverkeer op de stakende lijnen kunnen voorkomen. De bewaking van het werk op de Catalo- ïiische spoorwegen beteekent niet de defi nitieve bijlegging van het arbeidersgeschil. De spoorwegbeambten vertrouwen er slechts ©p, dat dc dezer dagen bijeenkomende Cor tes liun '/rechtmatige ©ischen door behoor lijke wetten zal bevredigen. Tot dien tijd fis de staking opgeschort. In ons vorig overzicht hebben we reeds 'gemeld, dat in Berlijn een internatio nale tentoonstellings. con foren tie' zou worden geopend. Die opening heeft plaats 'gehad door den staatssecretaris von Kader den Wachter met een rede iu de Fransche taal. De minister heette in de eerste plaats de buitenlaridsch© vertegenwoordigers namens Keizer en r ijksregeering welkom, vervolgens wees h ij er op, dat hot aantal tentoonstel lingen van jaar tot jaar toeneemt. Ten ge- 66) Zij leunde een beetje zwaar op den arm haars vaders, want zij vreesde zich anders niet goed rechtop te zullen kunnen houden. Zij voelde nu terdege wat het bcteekende als de mannen ónder elkaar over dronken schap spraken. Dat moest hetzelfde gevoel yan onvastheid en van een allerakeligste duizeligheid. Monsieur de Louvois, de kamerheer Ha- rer Majesteit, wachtte al terwijl de dames die de eer eener particuliere voorstelling zouden genieten in een halven cirkel links van den troonhemel stonden geschaard. Oder den troonhemel stonden de Koning en de Koning;n. Lodèwijk zag er als ge woonlijk uit, alsof hij zich ondraaglijk ver veelde; het gezicht der Koningin droeg een kalme, waardige, ietwat minachtende uit drukking en zij keek met onderzoekenden blik naar de dames, die min of meer schit terend gekleed, oud en jong waren, maar er allen nogal st'jf en preutsch uitzagen. Ylu.g en met een eerbiedige buiging, die een excuus beduidde, nam Lyclia haar plaats in naast haar koninklijke meesteres, waarop de plechtigheid der voorstellingen begon. De kamerheer las een naam voor; daarop maakte een van de dames zich los uit den kring, liep met afgemeten schreden maar den voet van den troon en maakte een diepe buiging terwijl madame la. Maréchale" een paar woorden zei, waar door zij aan de Koningin werd voorgesteld. Madame de Balincourt. Uwe Majesteit volge liieTvali begint men in industrieel© kringen eenigszins tentoonstellingsmoed© te worden. Deze toestand is niet zonder gevaar en de conferentie zal nu hebben na to gaan of het niet mogelijk is algemeene regelen vast te stellen om te voorkomen, dat tentoon stellingen in al te lcorte tusschenpoozen op elkaar volgen. Daarop verklaarde de mi nister de conferentie voor geopend. In antwoord op deze toespraak, hield Cam- bon een rede, waarin hij een terugblik wierp op dc tot d usverre gehouden wereldtentoon stellingen en de voorgeschiedenis der con ferentie. .Tentoonstellingen", zoo verklaarde hij, „zijn dc werktuigen van de bescha ving en den vrede". Ten slotte verzocht Cambon den minister den Keizer den dank van d© leden der con ferentie voor de ontvangst door de regiering en de hulde der vergadering te willen over brengen. De besprekingen zullen van vertrouwelij. ken aard zijn en er worden geen medcd.ee- lingcn aan de pers gedaan. In den larit.stcu tijd is er veel gesproken over d c haven v an Emdc n. Duitsch- land wil deze met alle geweld groot maken en ov.er verschillende middelen heeft men nagedacht ten einde tot dit dool te-geraken. Hu is 't zeer prijzenswaardig, dat men bij onze oostelijke buren een haven' groot wil maken. Zij 't dan ook dat 't geschiedt in de hoop dc Ncderlandsche havens te bena- declcn. Daaraan is echter niets te veran deren, 't herud is steeds nader geweest dan de trok. Doch liicr is ook de kans en die is zelfs zeer groot, dat de havens van Bre men en Hamburg schade zullen krijgen en dit is tegen de bedoeling. Daarom is ook indertijd subsidie geweigerd voor een stoom vaartlijn op Amerika, toen deze bij de Prui sische volksvertegenwoordiging" werd aan gevraagd. Men achte concurrentie met de bestaande^ van Hamburg en Bremen uitgaande lijnen overbodig. Deze lijnen zijn echter niet zeker van h un zaak," of ze steeds zoo geprotegeerd zullen worden cn daarom hebben zë zelf het plan opgevat ook van uit Emdon een dienst te openen. Ten minste wordt mede gedeeld, dat nog in deze maand de beslis sing zal vallen in zake de concessie eener nieuw© I a n J v e r h u i z e r s 1 ij n uit Emdcn, Al wordt over de bijzonderheden Jusschen het Pruisische ministerie, "de stad Emden en de betrokken scheepvaartmaat schappijen (de „Hainburg-Amerika"-lijü cn de „Nordd. Lloyd") nog ondeihandeld, toch schijnt het vast te staan, dat alle wenschcn van de stad Emden vervuld zuilen worden. Do scheepvaartlijnen, die gemeenschappelijk door de beide groote Hansa.maatschappijen, ingericht zullen worden, zullen van Emdén uitgaan. Zoodra tusschen de Maa tschappij ui, dc stad Emden cn de Pruisische rogeering een definitieve overeenkomst getroffen is, zal do concessie verleend worden door de Rijksregeling. Do beide Maatschappijen hebben zich ver bonden, een dienst, tusschen Emden on New- York in te richten, zoowek .voor het ver- Ï.WCT van landverhuizers als van goederen, en tot het bouwen van alle inrichtingen, daarvoor benoodigd, in het bijzonder voor een landverhuizershotel. Bovendien zal een vier weke lij ksche vracht- dienst geopend moeten worden tusschen Emden en Oost-Azië, Australië en "Zuid- Amerika. Uit Petersburg wórdt aan de „Voss. Zeit." geseind, dat door het ministerie van marine, een nieuw vlootpiogramm a ter uitbreiding der vloot wordt uitgewerkt. Het program bevat den aanbouw van twaalf linieschepen .voot de- Oostzee, van zes linie schepen voor de Zwarte Z«vevloot, van zes lichte kruisers voor den Grooten Oceaan, 28 kanonneerbooten voor Amour, cn een aantal onderzee booten. Dit programma, zal waarschijnlijk inge diend worden bij de vierde Dcema. Een telegram uit San Juan del Sur meldt., dat de Amerikanen bij de inneming van Leon twee soldaten der marinc-inlantorie cn twee matrozen verloren. De opstandelin gen verloren een óO.tal dooien. zal zich misschien den dapperen generaal herineren, die te Fontenoy gevochten heeft. Madame heeft het buitenleven voor het oogenblik vaarwel gezegd om de eer te kunnen hebben van aan Uwe Majesteit voorgesteld te worden." „Enchantée, madame," zei de Koningin dan minzaam, terwijl zij haar hand uitstak tot den kus. Madame Helvetius de vrouw van on zen beroemden geleerde en filosoof. Uwe Majesteit kent zijn werken." ,,Enchantée, madame." ,,En mejuffrouw Helvetius, die haar best doet om even geleerd te worden als haar vader en wie dat bijna gelukt, naar men zegt-'V De Koningin zei een paar extra vriende lijkheden tegen die verlegen débutante en haar moeder, die beiden heel stijf gekleed waren in Mecht zittende japonnen door een provinciale naaister gemaakt, maar die door haar eenvoud en verlegenheid buiten gewoon in den smaak vielen van Hare Majesteit. En aldus kwam de een na de ander. Oudere vrouwen en jonge meisjes, onge veer twintig in getal, bijna allen afkomstig uit afgelegen gedeelten van Frankrijk, waar het drukke en lichtzinnige leven aan het hof van Versailles zelf een echo had op gewekt. De Koningin was erg minzaam. "Zij hield van dien uitverkoren kring van preutsche provincialen, die, dat voelde zij, het met haar eens waren aangaande de ojrwekking van het sociale Frankrijk. Hoe leelijk.en ouderwetscher de dames er uitzagen, hoe slechter haar japónnen zaten, des te vriéndelijker en aanmocdi- gender wérd haar glimlach. Zij deed lang- Uit de RectitzaaL Rotterdamsehe Rechtbank. De agent van politie Buursma had in den avond/ van 31 Aug. te Gouda twee vechtende personen gescheiden. De een ging heen, maar de ander, de 23-jarige beklaagde J. H. K., koopman aldaar, greep hem bij de keel, wierp hem op den grond, beet en trapte hem. Bekl. beweerde, dat hij gemeend had, rijn tegenstander, die hem met- een mes te lijf ging, te pakken te hebben. Het was donker, hij verkeerde onder den invloed van sterken drank en had den agent niet gezien. H. O. M. wees er op, dat bekl. niet gunstig bekend staat, en eischte twee maanden gevangenisstraf, fer zake van mishandeling van een ambtenaar. Niet verschenen was de beklaagde J. H. B te Gouda, die aldaar op 2 Juli den gaarder van de kaai- en liggelden Imholz had uitgescholden. Eisch wegens eenvoudige beleediging van een ambtenaar, fio boete subs. 10 dagen hechtenis. Veroordeeld werden: P. B., 29 jaar, tuindersknecht te Gouda, wegens mishandeling tot f 10 boete subs. 10 dagen hechtenis. J. K., 37 jaar, los werkman te Wad- dinxveën wegens diefstal van een twaalf tal planken tot veertien dagen gevangenis straf. C. M., te Gouda, wegens mishandeling van een dier tot twee maanden gevange nisstraf. Amsterdnmsehe Rechtbank. Drievoudige moord. Het verder getuigenverhoor in de zaak vau den kleermaker W. v. B., omtrent de behandeling van \vien6 zaak voor de vierde kamer wij gistereh reeds een en ander me dedeelden, leverde weinig nieuws meer op. Daarna kwam het O. M. aan het woord bij monde van inr. baron Van Harinxma tlioe Slooten die het ten laste gelegde, ook den voorbedachten raad, bewezen achten de, gehoord de oneenigheid die tusschen bekl. en zijn vrouw bestond, de moeilijkste vraag vond, welke straf aan dezen bekl. moest worden opgelegd. Had hij zijn vrouw met een m©6 in het hart gostooten, er zou clementie voor hem kunnen worden ingeroepen,' maar dit is niet mogelijk te genover een vader, die zijn 3 jonge kinde ren om het leven brengt. Spr. meent, dat zulk een man voorgoed aan de maatschap pij moet worden onttrokken, en eindigt daarom met levenslange gevan genisstraf tegen Jiem te requiree- ren. De verdednger, mr. Merk1 els, betoogt in zijn pleidooi, dat het O. M. gemakkelijk zeggen kon, dat het ten laste gelegde vaststaat. Maar belangrijker vraag is: Is dien man de daad toe te rekenen? Heeft zijn geheele psyche op den dag van de daad zóó gcfunctionneerd, dat men hem bewustheid kan toeschrijven? Volgens pl. zijn er sterke aanwijzingen, d'e deen den ken aan ziekelijke storing, genaamd melan cholia. Wat bekl. deed, kan een normaal mensch niet gedaan hebban. Moet hij daarom tot levenslange gevangenisstraf worden ver oordeeld? Het léven van dien man is toch waardelos, vernietigd voer altoos. Da man had het liefst de doodstraf verwacht. Men verwijize hem niet naar de celdaar toch zou hij volslagen krankzinnig worden. Plei ter concludeert, dat bekl. worde verwezen naar een krankzinnigengesticht, den proef tijd van een jaar niet te boven gaande, of dat een grondig onderzoek aan deskundi gen van beproefden naam worde opgedra gen. Uitspraak 22 dezer. Beklaagde wa-s bij het vernemen van den cisch oven kalm, berustend als tijdens de geheele behandeling der zaak. draclige vragen aan haar Grande Maré chale en scheen er een kwaadaardig genoe gen in te scheppen om den Koning te erge ren cloor de plechtigheid te rekken. Zij wist, dat hij er zich ontzettend bij verveel de, totdat hij het gegaap dat hem voortdu rend kwelde, bijna niet meer kou onder drukken. Opeens voelde Lydia haar lichaam stijf worden en kreeg zij het gevoel, alsof haar keel in een ijzeren greep vastgeschroefd werd. Zij had de gewone alleclaagsche din gen gezegd aangaande de vrouw, de zuster of de tante van den een of anderen waar- digen generaal of landedelman, toen mon sieur Louvois een naam opriep: Madame la Comtesse de Stainville." En toen maakte zich van uit de groep der stijve provincialen en preutsche devo tes een schitterend figuur los en gleed met verfijnde gratie voorwaarts. Irene de Stainville kwam naar den troonzetel om aan Hare Majesteit voorge steld te worden; haar oogen waren op pas sende wijze neergeslagen en er lag een rose blosje op haar wangen, want zij was zich bewust, dat zij mooi was en dat de ver moeide oogen van den Koning opflikkerden bij haar aanblik. Er was bijna iets onbeschaamds in de pracht van haar toilet: het was van een rijk Turksch blauw en stak levendig af tegen de matgele tint der gordijnen. Haar stijf coinage was royaal uitgesneden; haar mooie schouders en warmgetinte hals sta ken er mooi tegen af. Zij had een buiten gewoon mooi bewerkte ketting aan en haar haar was hoog. opgemaakt boven op haar hoofd, op de wel wat overdreven wijze, die mevrouw de mode in den laatsten tijd Overtreding art. 240 Straf recht. De vierde kamer der rechtbank heeft den boekhandelaar F. R. K. veroordeeld tot zes maanden gevangenisstraf (de eisch was cén jaar, onder aftrek van twee maan den preventief) wegens het ter versprei ding in voorraad hebben van c»ivzedelij,'e afbeeldingen en aanstootelijke lectuur. Buitenlandseh© o p 1 ic h t e r s. Do vierde kamer dezer rechtbank heeft R. -W. 0., paardenkoopman, gebaren in 1887 té Boston, en John O'B., paardenfokker, ge. boren in 1883, te Wick low, wegens oplich ting ieder veroordeeld tot 3 jaar gevangenis straf, overeenkomstig den eisch. van het 0. M. Bekl. hadden op 24 Juli j.l. den graanhan delaar J. ,W. Johnston, uit Canada, bewo gen tot afgifte van een portefeuille, in- houdondo plra. 70 pond sterling, alsmede van een gouden horloge cn gouden ketting. S upp 1 o t ai r e Oorlogsbegrooting voor 1912. Ingediend is oen wetsontwerp tot aanvul, ling eu verhooging van het VlIIstc hoofd stuk der Staatsbe.grooting voor 1912. Het eindcijfer van dc begrootiug wordt door do voorgestelde wijzigingen (gevolg van de nieu we Mi li tic wet) verhoogd met f 09,500. Hieronder is ee-n bedrag van f 69.000 als kosten van kouiringsraden. inxrcstcld ingevol ge do Mi li tie wet on verdere kosten, vallen de op do meting en hot geneeskundig onder zoek van ingeschrevenen voor de militie, en oen bedrag van f.500 voor kosten van legering en voeding van lotelingen, bedeeld bij art. 70 vau de Militiewat. Ten aanzien van laatstgenoemd bedrag, merkt do minister van oorlog in zijn toe lichting op, dat, evenals ton aanzien van den overeenkomstigen i>ost op de begroo ting voor 1912 is te kennen gegeven, ook hier kan wordcu gezegd, dat de uitgetrok ken som oen© raming is cn dat eerst dc ondervinding zal kunnen loeren, hoevclen van de voor den dienst aangewezen lotelin gen wenschcn tc dingen, naar een bewijs van vocrgeccfcndheid en hoevclen zich on der hen zullen bevinden aan wie bij het daartoe in te stellen onderzoek voor rijks rekening legering en voeding zal moeten worden verstrekt! Er is aangenomen dat in 1912 liet getal van bedoelde personen half zoo groot zal zijn als in 1913. Uit d© s5»;nreiii»d(istrie. jVYij hebbeu verleden week melding ge maakt van het besluit-, dat door de bestu ren dei* drie patroonsorganisaties in de ei- garenindustrio genomen is ten aanzien van het dooi* de arbeiders organisaties voorgestelde gemeenschappelijk irogra-m. Naar wij thans vernemen, hebben de be sturen der vier betrokken werklivdenbon- den naar aanleiding daarvan een conferen tie met .de patroons aangevraagd. i>e brandweer te RorKijit. In Berli.'u dreigt een ernstig conflict in de brandweer, waarover de stad, ofschoon zij haar bekostigen moet, niets te zeggen heeft. Von Jagow, de politie-president, is om onbekende redenen vertoornd geraakt op de vereeni'ging van brandweerlieden, die ten doel heeft de bevordering van heb ka meraadschappelijk verkeer en de trouw en de aanhankelijkheid voor Koning en Va derland. Eerst is de verceniging gechica neerd en nu zijn alle leden plotseling voor de keus geötekl uit de verecniging te tre den of hun ontslag te krijgen. De brand weerlieden schijnen echter niet van zins te zijn zich aan dit bevel te onderwerpen, dat hun de waarborgen ontneemt, die de wet op de vereeuigingen iederen staatsbur ger geeft. Daar de termijn, dat von Ja gow voor zijn ultimatum gesteld heeft, binnen twee dagen afloopt, is e>r dus alle gevaar, dat Berlijn op eenmaal ongeve»r zijn heel© brandweer verliest. Het ernstige had vastgesteld. Het brocaat van haar pa- niers stond uit in stijve plooien, aan elke zijde van haar lichaam, als balionvormige steunsels, waarop haar blanke armen met gratie lijk gemak rusten. Het was alsof een exotische bonte vlinder verdwaald was en bij ongeluk terecht gekomen te midden van een verzameling motten. Gaston de Stainville stond dicht achter zijn vrouw. De etikette cischte dat hij dicht bij haar zou zijn, als zij haar nijging maak te voor de Koningin. Hij zag er ook wat vreemd uit te midden van die meer gepo seerde edelen: er was altijd een beslist verschil geweest tusschen het kostuum van de dames en de heeren uit de omgeving der Koningin en de sierlijker dracht, die door het vroolijker deel der hovelingen was aan genomen. Dat onderscheid was nu zeer op merkelijk, nu dit knappe paar voor Hare Majesteit stondzij had wel iets van een glinsterend juweel, - hij was uitgedoscht in een satijnen jas van een bleek paarsen tint. De Koningin keek nu niet meer naar be neden met een minzamen en ietwat drocf- gee6tigen glimlach. Haar oogen, kcud en grijs als die van wijlen koning Stanislaus, keken beslist afkeurend naar die twee men6chen, die volgens haar strenge be grippen niets waren als bont opgesierde poppen en die op hooggehakte schoenen liepen, die een onaangenaam leven maak ten op den gepolijsten vloer. Lydia had gedurende het laatste afschu welijke halve uur in het geheel niet meer gedacht aan Irene de Stainville en aan de voorstelling, die zij in een opwelling van dankbaarheid jegens Gaston beloofd had tol stand te zullen brengen en zij was zeer daarbij is, dat die voortreffelijk geschoolde brandweerlieden, die een trots van Berlijn uitmaken, in afzienbaren tijd niet te ver vangen zijn. liet Kamerlid Pollema. Men schrijft aan ,,De Rotterdammer": Naar ons officieus medegedeeld werd., moet de heer H. Pollema, lid der Twee de Kamer voor het distriet Gorkum, voor* nemens zijn rich in 1913 niet herkiesbaar te stellen. Samenwerking der Vrijzinnigen. „De Tel." maldt, dat in de door de hoofdbesturen der drie vrijzinnige par tijen benoemde commission, welke overleg voeren over een mogelijke samenwerking der vrijzinnigen bij de verkiezingen in 1913 zitting hebben voor de Liberale Unie, de voorzitter, mr. II. Goeman Bovgesius en de secretaris, de heer A. Roodnuyzcnvoor den Vrijzinnig- Demccratischen Bond, de voorz. de heer II. Snijders, de secretaris de heer W. O. A. Koster en de vooritter der Kamerfractie mr. H. L. Drucker; voor den Bond van Vrij-Liberalen, de voorzitter mr. N. Tyde- man Jr., de secretaris de heer F. J. W. Drion. Er is kans, dat de commissie nog wordt uitgebreid. Legerznken. „O n s B e 1 a n g". Door het hoofdbestuur van bovengenoem de onderofficieravereeniging zijn aan de Tweede Kamer twee verzoekschriften in gediend, waarvan het een beoogt de Volks vertegenwoordiging te bewegen, de op de Oorlogsbegrooting Yan 1913 voorgestelde regelingen en verbeteringen der traktemen ten van de onderofficieren zoodanig te wij zigen en aan te vullen, als noodig is om die iu overeenstemming te brengen met de door de Vereeniging wen9ohelijk geachte herzieningen en aan te dringen op posi tiever toezeggingen en uitgebreider inlich tingen omtrent een spoedige wijziging der pensioenwetten, alsmede de in-werking- t.reding met terugwerkende kracht te doen. gepaard gaan, zooals onlangs voor do of ficieren werd bepaald. Het tweede rekwest strekt tot het in roepen. van dc hulip der afgevaardigden om bij de behandeling van het ontwerp Regeling van de positie der onderoffioie- ren meer rekening te houden met de mee* ning van het korps onderofficieren aan gaande de wijze, waarop recruteering en vorming moeten plaats vinden, wil het kzt- der uitzijn verval opgeheven en bruik baarder gemaakt worden. In de dezer dagen verschenen bepalin gen omtrent de uniformen, de tenues, enz., is opgenomen de bepaling, dat de officde- ren, wanneer zij in uniform in liet open baar verschijnen, steeds met do sabel zul, len bewapeord zijn; alleen bijschaatsenrij den en groote gladheid kan op last van den commandeerenden officier hiervan af geweken worden. Het-bi-ij vend gedeelte. Omtrent het bepalen van de samenstel ling van het blijvend gedeelte van 1 Deo., 1912 tot 31 Jan. 1913, deelt ,,,De Avp." na der mee, dat, onder dagteekening van 5 October jl., dc samenstelling door den commandant van het veldleger opnieuw is geregeld.^ Tha.ns is rekening gehouden met de mi liciens, onder de wapenen volgens de Mi litie wet, die in mindering van die. sterkte moesten gebracht worden. Het resultaat is, dat thans alsnog van dezen dienst zul len zijn vrijgesteld een kleine 200 miliciens der lichting 1912. Tevens is bepaald, dat met liet oog op de pairticulicro belangen van de belang hebbenden, ten spoedigst© mededeeling moet worden gedaan van deze nieuwe' vast stelling van den dienst bij het blijvend ge deelte. zeker niet voorbereid op die ontmoeting van aangezicht tot aangezicht met den man, die haar voor de tweede maal in haar leven zoo schandelijk bedrogen had. Gaston scheen er niet op gesteld te zijn om haar blik te vermijden. Uit zijn hou ding sprak niets als onbeschaamd© triomf en spot: uit de wijize waarop hij H'n hoofd op z.ijde hield uit zijn oogen, die half toegeknepen haar aanstaarden over het in gewikkeld© kapsel zijner vrouw heen; uit de smalle, goed onderhouden hand, die met het goudgerande lorgnon speelde, en vóór alles uit den zinnelijken, spottenden mond en zijn glimlachende dikke lippen. Lydia was zich haast niet bewust van Irenes tegenwoordigheid; zij dacht alleen aan Gaston, over wien zij een paar uren geleden zulke romantische droomen had gekoesterd, biddend dat het hem op z .ja tocht goed zoude gaan Er welde een in tens© bitterheid op in haar hart en een doodelijke verachting, zij zou een oogenhlüc geleden niet geloofd hebben dat zij iemand zoo kon haten. Zij zou er op dat oogenblik haar leven gaarne voor over gehad heb ben als zij hem de een of andere vreeselijk6 wonde liad kunnen toebrengen. Alle zacht heid, alle vriendelijkheid vloeide uit haar karakter weg, terwijl zij naar Gaston keek en zijn spottenden glimlach opving. Het spottende er van deed haar zoo'a pijn. Het ontzettend vernederende dat o£ in lag (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1912 | | pagina 5