Hoe men wajangpoppen maakt.
Geen afschaffer.
Be Chinees in nieuwe kleeren.
Bij een hevige aardbeving raakt hst instru
ment gewoonlijk defect.
Als er een aardbeving nadert, neemt m>3n
vrij plotseling een korten, maar krachtigen
stoot waar. Dit is de zoogenaamde voór-
1 ooper. Spoedig volgt de hoofdstoot, die uit
lange golven "bestaat.
Op het oogenblik zijn er op de aarde al
over de honderd seismografischo stations.
Natuurlijk zijn-alle seismografen niet even
'gevoelig. In het algemeen kan men zeggen,
dat, hoe dieper de fundeering ligt, des te
correcter het diagram zal zijn.
Een seismografisch station neemt niet al
lee q de aardschokken waar, die voorkomen
tin onze nabijheid. Zooals men weet, worden
ook aardbevingen geregistreerd, die voorko
men op een afstand van duizenden K.M.
(Deze afstand wordt bepaald uit het tijds
verschil, dat tusschen voorlooper en hoofd,
'stoot bestaat. De vcxirlooper gaat n.l. recht
door de aarde, terwijl de hoofdstoot zioh in
groote, vrij regelmatig* ^lven langs do op-
pelwlakte der aarde voortplant. Nu is het
gemakkelijk in te zien, dat men langs mathe-
matischen weg uit het tijdsverschil tusschen
voorlooper en hoofdstoot den afstand van
den haard der beving kan vinden.
Zoo nu en dan krijgt men er iets van
te zien. Op de tentoonstelling in Brussel
was een pop van doorschijnend gele kar-
bouwenliuid, gereed op de kleuren en
vergulden na;.en nu onlangs op de Devén-
ter tentoonstelling van kolonialen land-
bouw kon men aan een dergelijk exem
plaar den geduld-arbeid bewonderen van
den penatah, die met beiteltjes van onge
wone fijnheid het lea'er tot een zeef
maakt. Pangoran adipati arja praboe
éoerja di Laga, hoofd van het Pakoe-
Alamsche vorstenhuis te Djogja, had, op
den penatah na, alles naar deze tentoon
stelling gezonden, dat voor het maken
van wajangpoppen noodig is; van het
spanraam af, waarop de versche huid
gedroogd wordt, tot de gekleurde voltoob
de poppen.
En vlak daarop komt dr. I. Groneman.
die pas de lezers van het Internationales
Archiv für Ethnographie" vergast heeft op
een ragfijne uiteenzetting van het smeden
van krissen, in de zooeven verschenen af
levering van hetzelfde tijdschrift met een
uitvoerig opstel „Natah wajang welulang,
das Meisseln der ledernen Wajang-pup-
pen der Javaner in den Vorstenlanden" da
in Deventer tentoongestelde gereedschap -
'pen toelichten. Hijzelf heeft den kunste
naar dagen achtereen het werk afgekeken
in een bijgebouw van des pangerans dalem
en daar heeft hij de kennis vergaard, die
hem in staat stelde deze beschrijving te
geven.
De penatah gebruikt ongeveer deitig
verschillende beiteltjes voor het maken
van de tot lijnen aan elkaar geregen
gaatjes, die het beloop doen zien van de
plooien dér kleeding, maar ook de orna
ment-motieven der kleeding, ue arm- en
enkelringen, de halsketens en de sieraden
aan de handen, de krisgevesten, niet te
vergeten de gelaatstrekken. Zoo komt
het, dat de vrouwen en kinderen, die aan
'gene zijde van het doek zitten, en alleen
fde schaduwen zien, evengoed de batikpa
tronen van der sohaduwbeelden kleedii
kunnen zien, als de volwassen mannelijke
toeschouwers, die aan dezen kant, qus aan
de zijde van den vertooner, hun plaats
hebben, en in die van de poppen „in ihrer
ganzen Farbenpraoht" genieten.
Het was wél een deskundige, over wien
dr. Groneman schrijft; uit het hoofd tee-
ikent hij wajang-poppen en uit het hoofd
beitelt hij de figuren in het leder, kijkt
nu en dan even naar een model ten be
hoeve van enkele bijzonderhedenhij aar
zelt geen oogenblik, wanneer men hem
naar den naam vraagt van deze of gene
persoonlijkheid uit het wajangspel, en toch
telt het tableau de la troupe meer dan
tweehonderd lederen helden en heldinnen.
Evenals de empoe, die kunstig de pa-
morwapens smeedt, is de penatah een fi
guur, een iemand'. Groneman besjjhrijft
hem zooals hij bij den aanvang van den
arbeid alles in gereedheid brengt, het ta
feltje vastzet, uit den zijzak van zijn wit
katoenen kotang, die hij onder zijn zwarte
klam bi draagt, het stel beiteltjes te voor
schijn haalt, in een stukje wit doek gewik
keld; de beiteltjes naast elkander légt en
daarnaast het slijp steentje.
Zes wajangfiguren, in zwart bij den tekst
gevoegd, doen zien hoe fijn bewerkt een
goede wajang-pop behoort te zijn, en te
vens hoeveel mooier zulk een pop is dan
de geklehrde, wanneer een kunstenaar in
het vak geschapen haar heeft.
Waar die sgieirien bfiijven.
Dikwijls vraagt men zich af: Waarheen
gaan toch de spelden, naalden en schrijf
pennen?
Een oude heer in het noorden van En
geland kan daarover inlichtingen geven.
Hij legde eenige honderden stalen spel
den, naainaalden, haarspelden en schrijf
pennen in een hoek van zijn tuin, waai
zij aan alle wisselende invloeden van het
weer blootgesteld waren, zonder dat
vreemde handen ze konden aanraken. Het
resultaat was zeer merkwaardig; de ge
wone haarspelden waren na omstreeks
145 dagen de eerste, die in bruinachtig
roest oxydeeren. Zoodra dit zioh gevormd,
had, werden zij door den wind weggebla
zen en na eenige maanden kon men niet
het minste spoor meer van hen ontdek
ken. Bij de gewone witte spelden duurde
het achttien maanden; de koperen waren
reeds lang door kopergroen verteerd.
Aan de penhouders waren de stalen pen
nen na vijftien maanden geheel wegge-
roest, terwijl de houten houders in het ge
heel niet veranderd waren. Misschien had
de verf tot hun behoud bijgedragen.,
Dr. B. P. Sormani, te Amsterdam,
deelde in het „Ned. Tijdschrift voor Ge-
nee«Si^lnde,, zijn mdrukken mede aangaaa-
de de door hem bezochte ziekenhuizen
voor besmettelijke ziekten in eenige Eüro
peesche hoofdsteden.
De aanhef van het artikeltje bevatte
een mededeeling op gansck ander gebied
dan dat van het ziekenhuis, welke menige
lezer wel zal interesseeren.
Een internationale zwemwedstrijd,
waaraan ook een Nederlander meedeed,
en die gehouden zou worden in de Dantzi-
ger Bocht over een afstand van 23 K. M.
lokte den op vacantiereis zijnden medicus
na zijn verblijf te Berlijn meer oost
waarts. Hij vertelt dan
Ik heb van dat uitstapje geen spijt ge
had, want niet alleen kreeg ik daardoor
het model-ziekenhuis te Dantzig te zien,
Maar ik was in de geleidboot van Ed.,
Meyer getuige van een sportverrichting,
dis ons geneeskundig verstand raadsel
tjes opgeeft. Meyer was tweede; tien on
dernamen den tocht, waarvan vijf den
overkant bereikten, de anderen werden
onderweg opgevïscht; de vier aankomen
de Duitschers werden op een brancard
weggedragen, terwijl onze Hollander na
aankomst, frisch, alsof hij nog moest be
ginnen, naar het badhuis liep en was,
ondanks het feit, dat hij 10 3/4 uur onaf
gebroken en hard gezwommen had, in het
besit van 80 slagen makenden pols en een
rustige ademhaling, die den Duitschen
collega, door wien hij op den steiger werd
ontvangen, in verbazing brachten. In teT.
genstelling met andere sportlievend^ col
lega's meen ik, dat voor een groot deel
zijn goede toestand voor rekening komt
van de 20 rauwe eieren, de heele flesch
ocgnac en het halve pond suiker door
hem verwerkt, en waarvan ik hem elk
uur (na het derde) een flinke dosis in den
vorm van advocaat in een kroes aan een
hengel overreikte. Het was trouwens op
merkelijk hoe een af en toe opkomende
bleèkheid en de klachten over koude vin
gertoppen verdwenen na een portie van
zijn menu.
Het bericht van de afschaffing van de
haarvlecht der Cliineezen, die men als een
uiterlijk teeken van de emancipatie eer
Mandsjóetirannie kan beschouwen, heeft in
Europa wel algemeene aandacht getrok
ken, maar toch zijn de exporteurs van klee-
dingstukkon, stoffen enz. voorloopig zich nog
niet bewust van het groote belang van dezen
stap. Dit onmiskenbaar bewijs van het „af
schudden avn het gehate Tartarenjuk",
zooals de in Westersche beschaving toene
mende Chineezen zeggen, beteekent n.l. niet
meer of minder dan: het aanbreken van
een nieuwe periode op het gebied van den:
import-handel in weefwaren en geconfection
neerde kleeding, want de verandering van
de haardracht, die door afschaffing van den
„pig-tail" vereisoht wordt, zal langzaam,
maar zeker door een verandering in de klee
ding gevolgd worden.
Zooals we dat van de Japanners hebben
gezien, wordt allereerst de hoofdbedekking
door een dergelijke reformbeweging beïn-.
fluenceerd. Het spreekt vanzelf, dat d^
Chinees die zich van zijn haartooi heeft be-1
roofd, naar een geschikte hoofdbedekking
zoekt, en daar hij een voorliefde bezit voor
alles, wat zacht en gemakkelijk gedragen
kan worden, zijn de Vooruitzichten voor pet*
ten en zachte vilthoeden bijzonder gunstig.
De eerstvolgende verandering zal wel be
trekking hébben op de voetbekleeding, daar
de nu nog gebruikelijke sóhoenen in verband
met de Eüropeesche hoofdbedekking er wel
wat al te vreemd uitzien. Zoodra nu de
Chinees hoofd en voeten naar Westersehen
smaak heeft bedekt, zal de rest van zijn per
soon wel Volgen.
Natuurlijk brengt de overgang tot een
volledige Eüropeesche dracht heel wat be
zwaren met zich, wat het financieel oog
punt aangaat, en daarom zal zoo'n algeheel©
verandering dan ook wel niet zoo heel spoe
dig plaats hebben. Doch. ter anderer zijde
kan men ook weer rekening houden met het
feit, dat de Chineezen, evenals wij, zoo
veel mogelijk trachten zullen, de hoogere
personages na te doen, en waar deze drang
de drijfkracht vormt, vindt men ook in den1
regel wel middelen en wegen, om dien drang
te bevredigen.
Terwijl verreweg het grootste deel der uit
400 millioen zielen bestaande bevolking nog
niet rijp of rijp genoeg is, blijven er nog
altijd 20 of 30 millioen over, voor wie da
verandering slechts een kwestie van korten
tijd zou behoeven te zijn. Eüropeesche fabri
kanten en exporteurs moeten dus ook geen
tijd verloren laten gaan en trachten, zich
de prachtige gelegenheid van een nieuw af
zetgebied ten nutte te maken, want de voor
den handel zoo flinke Japanners stellen
reeds alle pogingen in het werk, om van de
zen nieuwen toestand partij te trekken.
Zoo bijv. importeerde een Japansch hande
laar, in Peking, onlangs niet minder dan.
2000 kisten petten en mutsen uit Osaka, die
hij nog dit jaar denkt te verkoo-pen. In deze
zelfde plaats moet men het met de vervaar
diging van confectie voor de Chineesche.
markt bijzonder druk hebben en wanneer
de Eüropeesche exporteurs dus niet spoe-,
dig ingrijpen, zullen de Japanners en de*
Amerikanen zich zeker van het leeuwenaan-.
deel in de levering van de benoodigde arti
kelen meester maken. Het zenden ,van t-ei-t
zigers verdient de voorkeur boven het tej
dier plaatse aanstellen van agenten of ver
tegenwoordigers; in geen geval echter moe
ten Eüropeesche huizen zich er tevredea
mede stellen door correspondentie te tracht
ten handelsrelaties aan te knoopen. Dat
ecu op niets uitloopen.
Manu f actu rier.