STOFGOUD. RECEPT. ALLERLEI, fie, waterkruiken voor de landarbeiders met maar een heel kleine ruimte voor wa ter, maar zooveel te meer voor smokkelwa ren. Men ziet er verder een menigte van met scherpe punten en prikkeldraad bezette tui gen en halsbanden vioor de smokkelhonden, welke deze op hun nachtelijke strooptoch ten tegen de vervolgende honden der Fran sche douanen beschermen moeten. De smok kelaars voeden hun honden voor het beroep op door ze op Belgischen bodem steeds inet verfijnde wreedheid, daarentegen in hun sluiphoeken aan de andere zijde der grenzen met' alle mogelijke teederheid te behande len; zoodra men het dier nu zijn smokkel waren heeft omgehangen, snelt het vlug naar de vertrouwde plekjes op Franschen bodem, waar de welbekende lekkernijen wachten. De Fransche douane-beambten weten inte ressante smokkelverhalen te vertellen. Zoo kwam eens een gansche begrafenisstoet over de grens, de rouwkoets met de van kransen overdekte baar, misdienaren met brandende kaarsen, de weenende bloedverwanten van den doode en zelfs de geestelijke in koor kleed en stola. De douane-beambte koester de achterdocht, en toen hij, ondanks de tranenrijke protesten der treurende bloed verwanten, de opening van de kist gelast- te, bleek het, dat de dierbare afgestorve ne'' uit niete anders bestond dan uit hon derden ponden tabak. Maar de tijden zijn veranderd. Zeker be oefent thans de bevolking dier grensgebie den het smokkelen nog gaarne, maar ae be- roepssmokkelaars van tegenwoordig zijn niet meer op een avontuur beluste, waaghal- rige landlieden, maar eenvoudig inbrekers, vluchtelingen uit de Fransche strafkoloniën, ontslagen tuchthuisboeven, elementen, die voor geen waagstuk terugschrikken, wan neer hun de mogelijkheid wenkt, zonder .veel last en arbeid groote geldsommen te verdienen. Zij zijn slechts werktuigen ten dienste van duistere figuren, die zich op den achtergrond houden en over de groote kapi talen beschikken, welke voor het smokkelen op groote schaal noódig zijn. De Fransche tolbeambten zijn over deze smokkelkoningen nauwkeurig ingelicht, zondeT dat zij in staat aajn hen wettelijk te vervolgen. Velen fan hen hebben zich reeds met een groot, ckoor smokkelen vergaard vermogen in een villa te Ostende of aan de Riviéra teruggetrok ken. Deze smokkelaars ,,en gros" bezitten groote stallen met snelle paarden, om vlie gensvlug de douanestations voorbij te galop- peeren, en honderden honden voor eenza me, nachtelijke strooptochten over de grea- xen; zij bezitten een voorbeeldig georgani seerd spionnage-systeem, waarmede zij alle bewegingen der Fransche douanen nagaan en zich tegen overrompelingen beveiligen, en een netwerk van afneem-oorden voor hun smokkelwaren, hoofdzakelijk in de mijndis- tricten van Frankrijk, waar Belgische ta- bak, om haar goedkoopte, veel gevraagd wordt. De automobiel heeft een algeheelen om mekeer in de smokkelmethoden teweegge bracht. De „petite contrabande" verdwijnt met de jaren, terwijl „la grande fraude", afgaande op de douane-statistieken, onrust barende afmetingen aanneemt. De smokkel auto dook voor het eerst op een drietal jaren geleden in de omgeving van Duinkerken en Valenoienne, den laatsten tijd echter zijn de „spook-autos", aooals ze in die streken ge noemd worden, overal langs de grenzen te zien, in het bijzonder in den rijken en dicht- bevolkten driehoek, welke door de groote in dustriesteden Rijssel, Roubaix en Tour- coing gevormd wordt. De breede, kaars rechte straten van het district zijn als go- knipt voor een modernen smokkelaar, die in zijn houderdpaards-auto zit; met razende snelheid jakkert zijn wagen in een onbe waakt oogenblik het douane-station voorbij, de grenzen over en de sterke vertakking der wegen op Franschen bodem maakt zijn vervolging en opsporing uiterst moeilijk. Verschil in smaak. In Europa bewondert men witte tanden, in Japan moeten zij geel, bij de Indianen rood' zijn. Een bloeiende gelaatskleur is stellig benijdenswaardig, maar de vrouwen in Griekenland maken zich het gezicht blauw of groen, en de Russinnen vinden richzel- ven zeer leelijk, als zij nie^ kalkwit zien. In Perzië is de gebogen heus a'e mooiste, in Haïti de platte; de moeders zijn daar dan ook gewoon, de neuzen van de kinde ren, wanneer zij geboren zijn, zooveel mo gelijk plat te drukken. In Rusland bewon dert men de wipneuzen. De Duitsche houden van slanke gestal ten, de Turken geven de voorkeur aan breede. Wij zien liever een ovaal gezicht, in Turkije prefereert men een rond gelaat. Bij ons is een hoog voorhoofd een teeken van groot verstand; in Griekenland wordt een laag voorhoofd voor zeer mooi ge houden. In het beschaafde Europa geeft men de voorkeur aan blond en zwart haai*; op de Marianne-eilanden aan wit. De Perzen ha ten rood haar; de Turken inden het prachtig. aen kleine mond evenwel wordt overal op prijs gesteld., De zon ziet de wereld vol warmte en liohJö. Begin met de zon te zijn en bezie dan de wereld. Carmen Sylva. Rijkdom geeft niet minder verplichting dan genot aan een mensch met een teeder geweten. Mevr. YanWestrheene. Rij strand met geklopt eiwit. 1 L. melk, 200 gr. rijst, 80 gr. suiker, i stokjes vanielje, 2 eiwitten, 2^ <LL. bessen sap, 150 gr. suiker, 3 bladen roode gelatine. Bereiding: De melk met de vanielje aan de kook brengen, de gewasschen rijst er böj voegen en deze in de melk gaar laten worden. Wanneer de rijst gaar is, 80 gr. suiker er door roeren, het vanieljestokje pr uit nemen en alles in een met water om spoelden rijstrand koud en stij-f laten wor den. De eiwitten Stijf kloppen en er dan, onder voortdurend flink kloppen, telkens wat van de 150 gr. suiker en een scheutje bessensap bijvoegen. Als alle suiker eu bessensap er door ge klopt zijn en men een luchtige, schuimige massa heeft gekregen, de in een weinig ko kend water opgeloste gelatine er door roe ren. Wanneer de rijst koud en stijf is, ze op een grooten schotel storten. De middenruim te met de gereed gemaakte eiwibmassa vul len en ook langs den rand rijst den schotel er me© gamee ren. Hoe 't reed. Wij lazen in een der gewestelijk© weekbla den: Hannes bad in Nijmegen voor het eerst van zijn leven de electrische tram zien rij den. Na den wagen van alle kanten beke ken te hebben, zei hij tot zijn vrouw, die ook al haar verstand aan de tram stond te verkijken: „Ik kan maar niet begrijpen, hoe ze zoo'n wagen in beweging brengen?" „Dat is toch doodeenvoudig, Piet," her nam zijn vrouw. „Ziet ge dien ïjzerdraad, die aan dien beugel daar boven vastzit? Welnu, hieraan staan aan het andere eind van de Stad een paar menaobsn Ie trekkend- en hoe harder zij trekken, hoe harder de tram gaaU... Wanneer rij tegen den berg opgaan, moé ten ze nog veel harder trekken, dan gebrui-j ken ze misschien wel „meulenpeerden..." Piet gaapt de tram nog met alle verstem} aan* na al die wijsheid van rijn vrouw, 1 Voor wat, hoortwal In een ge drukten brief, door den tweede* secretaris van den Ned. Barbiers- en Kapr persbond aan de administraties van dag-, week- en maandbladen in Nederland verzoa< den,, staat het verzoek om 50 pCt. reductit op den abonnementsprijs voor de leden rav dien Bond. Zouden journalisten in ruil daarvoor ook voor de helft van den prijs worden gescho ren? Misverstand. DocHter, van haar huwelijksreis vertel lend: „Wij hebben veel, zeer veel pleizier gehad, prachtige dingen hebben we gezien, vooral de heerlijke natuur; maar bijna was ik verongelukt. Toen ik met Frans den ber^ afreed, werd de ezel plotseling koppig, eu dreigde in..." Moeder: „Wat! Op de huwelijksreis al?" Getroefd. „Je schijnt om je sigaar meer te geven dan om mij Hij „Ja, die gloeit ten minste nog voor mij1!" Stijlbloempje. Eindelijk moest ook Amanda's brotech hart voor de alles bedwingende macht der liefde de knie buigen. Uiteen opstel. Midden in het park bevindt zich een fon tein, bestaande uit een kolossalen Bteenen draak. Deze springt des zomers twintig me ter hoog.. Tot weerziens! „Je woonlb hier lief", zei de gaat. ,,'t Is alleen nog wat open hier." „O, dat komt, doordat de hoornen nog zoo jong zijn',' antwoordde de gastheer. „Ik hoop, dat ze flink groot zullen zijn, als je wéór eens hier komt."- Onverwacht. De juffrouw van de school wil den kin deren duidelijk maken, wat het woord „op perhuid" beteekent. „Nu, Piet, zeg eens: waarmee zijn mijn gezicht en mijn handen bedekt?" „Met sproeten!" roepto Piet. Nietzoo bedoeld. Dame: „Ik had zoo'n pijn, dokter, dat mijn eenige wenseh was te sterven." Dokter: „Dan hebt u zeer verstandig ge daan, mij te laten roepen," Moderne kinderen. „Kom, houd die flauwiteiten voor je I Ik weet er al alles van, hoor: St.-Nicolaas, dat is onze meid.,.. En dat van den ooievaar is maar fLauwe praat: we stammen van .de apen afl" De jonge huisvrouw. „Heb je een anderen leverancier, vrouw tje? De ham is niet zoo goed als die wij het vorig jaar hadden." „Neen, mannie, maar misschien is zij van een ander varken." P rachtigidee. Landlooper: „Meneer, zou u me vijf gul den willen geven voor „Verfraaiing van de gemeente Villa-bewoner: „Ha... waar gaat het eigenlijk om?" Landlooper: „Dan vertrek ik hier van daan naar de stad."-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1912 | | pagina 22