N°. 16012 Vrijdag 3 Mei. A0. 1912. t§eze aCcurant wordt dagelijksmet uitzondering van (Zon- en feestdagen, uitgegeven. Dit nommer bestaat uit TWEE Bladen. Eerste Blad. ZOMERDIENST. Onder onze Vroede Vaderen. FEUILLETON. Wonderlijke avonturen. LEIDSCl PRIJS DEB ADYERTENTIEN: i6 regels 1.06. Iedere regel meer /"0.17J. ftrootere letters nau plaats' ■aimte. Heine advertentiën Tan 30 woorden 40 Oenteoontant; elk tiental woorden meer 10 Oents. - Voor het inoasseeren wordt/0.06 berekend. PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per week 9 Oents; per 3 maanden 1 f l.io. Bniten Leiden, per looper en waar agenten gevestigd sijn 1.30. Franco per post 1.65. Hedenavond worden aan onze lezers bij fcet MLeidsch Dagblad" de kleine boekjes -on den met de verschillende dienstrege- -e-n. Op karton gedrukte lijsten zijn aan ons bureel verkrijgbaar tegen 10 Cents. Er kwam gisteren haast geen eind aan -t punt, dat aan de behandeling der agen da voorafgaat: medtedeeling van ingeko- sfcukken. Wij zullen ze hier niet alle spreken, maar wij willen verschillenden ressanten wel raden om in hun verzoek- riften kortheid en bondigheid! te betrach- i Er waren stukken bij, zeer uitvoerig. als men er zoo'n klein dozijn in onb- iigst heeft te nemen, dan gaat de aardig- icl er wel een beetje af en wordt de aan- ?ht der leden verslapt. Het verzoek- hn'ft zelf zij kort en bondig, laat men een lange toelichting er bdj voegen, daar be reikt men hetzelfde doel meeDeze komt bij (Je stukken ïn de Leeskamer, en de :Eaid?leden hebben al den tijd het weten s- jffairdige daaruit Tusfcig te overdenken. In eenige dezer verzoeken werd weder aanval gedaan op de kas van de ge teute. De Vereeniging tot bestr. der brculose vraagt weder bestendiging van l'de ook vroeger genoten f 1250, maar Matthesis" heeft een verhooging van het eds vrij groot subsidie noodig van f 900, jta de ,,Practische Ambachtsschool' ,yan [f 1000 Men kan zich echter troosten met de plachte, dat dit geld goed besteed wordt, en de behoefte er toe ontstaat, doordien meerderen den drang tot ontwikke ling en meer te leeren in zich voelen. Opmerkelijk was het reeds vroeger in jtit „Lefdsch Dagblad" vermelde adres van een aantal ondernemers van publieke ver- lij kh eden buiten de gemeente, waarin tij adhaesie betuigen aan andere adressen cni weder over te gaan tot de invoering vanzomerfeesten, bedoeld als een nieti ge naam voor kermis, zeker. Het stuk *erd bij het reeds aanwezig dossier over dew zaak ter Leeskamer gedeponeerd. Als |üe Raadsleden ïn een verloren uurtje daar ieens zitten, kunnen zij deze adressen be deeren, en als zij er den lust en den d toe hebben, straks een voorstel doen ODi den adressanten ter wille te zijn. De agenda zelf liep nogal vlot van sta- wat trouwens te voorzien was. Do vaststelling der nieuwe verordening tp de sfcraatpolitie en andere daarmede ver ban;! houdende verordeningen zouden wellicht r et zoo spoedig in behouden haven zijn ge- jbracht, indien de voorbereiding niet zoo *d en doeltreffend ware geweest. De Com missie voor de Strafverordeningen, welke iet ten onrechte door mr. Van der Eist "r haar omvangrijk werk hulde werd ge bracht, had, nadat zij de oude verordenin gen met zorg had verbeterd, de stof had geschiet en geordend, dit voorloop: g werk aan de Raadsleden gezondendeze hebben al don tijd gehad hua «p- en aanmerkingen te maken en ter kennis van B. en Ws. en de Commissie vgor de Strafverordeningen te brengen. Deze Commissie heeft die opmer kingen overwogen, zoo noodig en nuttig er gebruik van gemaakt en zoo waron er ten slotte verordeningen te voorschijn gekomen, die de goedkeuring van den geheeJon Raad konden wegdragen en gisteren geen aanlei ding meer gaven tot uitvoerige discussie. Een enkele redactie-wijziging, die trouwens nog al een beetje hoofdbrekens scheen te koe ten, daar bleef het bij. De keer Zwier» $eed nog een poging om ook het Plantsoen 's Zondags vrij te krij gen voor motor- en rijwielen, maar de Raad wilde daar niet aan. Zoo heel noodig lijkt dit ons ook niet toe, nu men den Zceter- woudschen Singel vrij heeft en de achter liggende Binnenvestglraoht ook kan gebrui ken. Op Zondag zijn daar altijd veel wan delaars en sjpelende kinderen en daarvoor zijn vocaal voorbijsnellende auto's niet zon der gevaar en een last ook, vanwege het stof, dat zij doen opgaan- Deze verordeningen hebben heel wat ar beid gevorderd, maar nu is men er ook voor jaren af en men heeft een geheel van gemeentelijke wetgeving, waarmee de politie en justitie, die ze toe te passen heeft, ook tevreden kan zijn. De overige punten gaven evenmin tot uit voerige debatten aanleiding, behalve het af wijzend praeadvies van B. en Ws. op het yerzoek van de Leidsohe Bouwondernemers, om het plaatsen van zink- of beerputten bij het bouwen of verbouwen van huizen, niet meer verplichtend te stellen. Do bouwondernemers hebben daartegen van mest af geprotesteerd. Voor elke twee per- ceelen moeten zij ócn zoo'n put plaatsen en die kost f 100. Dat verzwaart natuur lijk do exploitatie-rekening. De heer Botermans deelde mede, dat één bouwondernemer (was hij hetzelf misschien?) op deze wijze sinds de invoering in 1905 al voor f 7000 in den grond had „gestopt". Dit leek een heel groot bedrag, maar dit cijfer wordt minder be teekenend, als men, zooals de heer Korevaar deed, het verge lijkt met het bedrag, dat voor den bouw gebruikt is. Wat besteed is aan de putten bedraagt, volgens hem, slechts 0-8 pCti van het geheele bedrag. Wanneer nu de zinkputten voldoen aan 'de verwachting, die er van werd gekoes terd, al. dat zj} de faecaliën, die er van uit do huizen in gevoerd worden, zoodanig zouden bewerken, dat alleen de niet schade lijke vloeibare stoffen in de stadsgrachten werden gevoerd etn het ander achter blijft, wat dan af en toe kan word-en verwijderd, dan is dit zeker niet te duur. Maar nu beweren adressanten, dat de put ten niets geven, en dit werd gisteren nog eens herhaald door de heeren Botermans, Roem en Pera, die mededeelden, dat er wei nig of niets in de putten bleef. Na zeven jaar zat in een bepaalden put nog slechts een beetje bezinksel. Alles ging dan toch evengoed het water in. De Gezondheids-Commissie had er een rapport over uitgebracht, dat wel niet vol bewondering over deze. putten was, maar dat ze dan toch niet wilde missen. Dit rapport werd danig onderhanden genomen door mr. Fokker, en ook de heer Pera had. er allesbehalve lof voor over. Hij noemde het wat met den, inhoud zeker niets noo dig had ook n,og „saai" (Onze zetter, maakte er gisteren, „fraai" van), welke uit drukking aanleiding gaf, dat de ook wel een beetje saaie discussie wat opfleurde vooral toen een der leden van de Gezond heidscommissie, de heer Van Gruting, daar over in vuur kwam, en door den heer Pera weder werd beantwoord. De heer Korevaar wilde de putten niet missen, vanwege hun nuttig effeot, dat min der in hun biologische werking is gelegen dan wel in hun septietankwerlcing, d.w.z. dat zij beletten, dat de bodem in en bdj de woningen door lekkende riolen wordt verontreinigd. Hij hield dan ook vol, d^t riolen nooit de zinkputten kunnen vervangen. Over de uitdrukking, dat de Leidsohe .rio len gewoonlijk niet zoo bijzonder goed zijn, door de Gezondheids-Commissie geopperd, moest de heer Korevaar nog al iets van. den heer Fokker hooren. Daar was toch het gemeentelijk bouwtoezicht voor, om er op toe te zien, dat <die riolen goed gemaakt weiden. De heer Korevaar zeide, dat door verzakkingen in den bodem men nooit vol komen zeker is, dat een riool waterdicht blijft. De heer Vergouwen zag ook niet veel heil in deze putten, maar wij zouden, zoolang Ged. Staten op hetzelfde standpunt blijven staan, ze took niet kwijt raken, hoewel de heer Pera er nog niet zoo zeker van was, dat de tegenwoordige hoofdingenieur der Pirovincie er zoo zou over denken als zijn voorganger. De heer Sijtsma beroemde er zioh op, dat hij in 1905, toen de heer Korevaar om trent de werking1 der putten nog zeer op timistisch was, er al sceptisch tegenover stond en tegen de invoering had gewaar schuwd. Een voorstel van de hoeren Fokker os., om vrijstellingen te kunnen verleenen in som mige gevallen, wat door den heer Fischer als in de praotijk van geen waarde werd gekarakteriseerd, verkreeg' slechts zes stem men, en het voorstel van den heer Roem, om de gemeente de kosten te laten betalen van de beerputten, werd niet voldoende ge steund, Daar wilden de heeren blijkbaar niet aan. De Voorzitter, die al de discussiën rus tig over zich heen had laten gaan, wees ten slotte nog op een schrijven van den inspecteur der Volksgezondheid, jkr. De GTaeff, belast met do handhaving der bepa lingen betrekkelijk de volkshuisvesting, die zich ook niet zou kunnen vereenigen met een ter-zijde-stelling van de zinkputten voor men een betere rioleering had. In dat op zicht blijven wij diligent, zeide ten slotte de heer Korevaar, maar zoolang die betere rioleering er niet is, willen we de beerput ten niet missen. De Raad, die maar zes stemmen gaf aan het voorstel-Fokker os., ging ten slotte zon der hoofdelijke stemming met het afwijzend piaeadvies mee. De voorstellen tot verhooging der salari- eering van de hoofdcommiezen ter Secre tarie en het verheffen van een twecal amb tenaren tot dien titel, waaruit natuurlijk voer dezen ook een verbetering van wedde voortvloeit, gaf den heer Sijtsma aanleiding te vragen of men nu straks nog niet meer ambtenaren tot hoofdcommies moest bevor deren, als men enkele personen, die piksfc een speeialen tak van dienst belast zijn, daar toe verheft. De inspecteur van politie, in het bijzonder belast met de justitueele za ken, die ook vele dienstjaren telt, zou dan toch ook een boogaren titel moeten hebben. De Voorzitter erkende deze bezwaren niet- Dat oen dier ambtenaren toevallig met een anderen hoofdcominies in een afdeeling werkt, is een gevolg van de localiteit De heer Sijtsma hoopte dan maar, dat zijn opmerkin gen geen aanleiding zouden geven tot ver bouwing van hot Stadhuis. De heeren lach ten eens, maar dat er wel oens meerdere localiteiten zouden moeten komen, durfde de Voorzitter niet ontkennen- De overeenkomst met do gemeente Alke made voor de levering van electriciteit in die gemeente ontmoette natuurlijk geen be zwaar. De Raad begrijpt wel, dat Leiden daar nooit minder van wordt, al zullen ook de buitengemeenten wel nergeps zoo goed terecht kunnen, doch bij het voorstel tot beschikbaarstelling van f4500 voor de ver nieuwing van de stoomketels vcor de cen trale verwarming der Stads zaal had een korte gedachtenwisseling plaats tusschen de meerderheid van de Commissie van Finan ciën en den Voorzitter. B. en Ws. willen deze gelden verdoelen over drie jaar en de bperen Vergouwen en Bosch over vijf jaar. Het geldt liier een buitengewoon on derhoud, zoo redeneeren deze hoeren. Dit bedrag mag men gerust over vijf jaren ver doelen. In theorie volkomen waar, zeide de Voorzitter, «en men past dit ook toe op groote "bedragen, maar zulke kleine buiten gewone uitgaven komen in een groote gemeente als Leiden elk jaar wol voor en daarom zou liet veel rationeeler zijn, wan neer deze uit de gewone middel on werden bestroden. Het zou heel wat administratie voorkomen en betalen moet men het toch. B. en Ws. willen dien weg op, maar dit gaat niet ineens en daarom willen zij deze uitgaven slechts over drie jaren omslaaa. Het derde lid der Commissie van Finan ciën, 'de heer Reimeringer schaarde zich in dezen aan de zijde van B. en Ws. en wij moeten erkennen, dat wij ook niet voor de redencering van den Voorzitter voe len. Of men elk jaar voor verschillende zaken een zeker bedrag uitgeeft of ineens het drie- of vijfdubbele, komt op hetzelfde heer. Alleen het laatste ïs gemakkelijk or on geeft geen administraticven rompslomp. Bij de [rondvraag kwam de heer Van Gru ting een klacht overbrengen van een be woner van de Turfmarkt met betrekking tot het plaatsen van een urinoir aldaar, waarover echter in de vorige vergadering reeds een adres was ingekomen, dat in han den van B. en Ws. was gesteld ter afdoe ning, zoodat mon er nu moeilijk nog op terug kan komen- De heer Vergouwen kwam nog eens weer klagen over de herrie, die er hij openbare muziekuitvoeringen op de Korenbeurs in de omgeving wordt gemaakt- Sommig3 wonin gen worden letterlijk geblokkeerd, beweerde hij. Hij scheen niets liover te willen dan dat deze volksconcerten werden verplaatst. Den Voorzitter leek de Korenbeurs daar voor echter de aangewezen plaats, zoo mid den in de stad en vooral, als zij is geïl lumineerd schilderachtig gelegen. En daarin heeft bij volkomen gelijk. Wil men aan de stad bij avond een feestelijk karakter ge ven, (d'an kan men muziek op de verlichte Korenbeurs niet missen- De bewoners, die er toch ook het zoete van genieten, moeten zich dan ook maar een. paar uurtjes het zure er van getroosten- Afschaffing gaat in ieder g;val niet. Wel licht dat een derde en vierde concert op de Haven en aan hot eind der Jan-van- Houtkade, die toch ook zullen trekken, het ofc minder vol en daal"door minder lastig zullen maken. Het was eens to pro boeren I Eindelijk alweer een aandrang van den heer Fokker, om toch eenmaal met de be loofde verordening, regelende de rechtspo sitie der ambtenaren, te komen, die al zoo lang op zich laat wachten. Dit oponthoud werd aan alles en allerlei toegeschreven, maar do ware reden vernamen wij nu. Och, zeide de Voorzitter, de ambtenaren voelen voor deze regeling niet veel; zij hebben lio ver een salarisregeling (wat nog al duide lijk is), hoewel wij meenen, dat er toch' ook nog al oens een adres van ambtenaren ten gunste dezer regeling is ingekomen. En dan moeten do hoeren niet vergeten, dat B. en Ws. het druk hebben en liefst die zaken 't eerst doen, welke 't meest urgent zijn en het meest begeerd worden. Maar alle wet houders hadden nu de regeling in studio genomen; zij zou nu zoo spovlig mogelijk komen. Vermoedelijk zal het echter nog wol najaar worden. Straks komt do zomer en de lust tot vaoantiehouden en dan doet men alleen de loopende zaken af. Leiden, 3 Gisteravond hield prof. dr. H. V. Groene-wegen, hoogleeraar alhier, voor een vrij talrijk gehoor in de Remonstrantsche kerk een lezing over „Kunst en Gods dienst" welke lezing uitmunt je in schoon heid van vorm en rijkdom van inhoud. Zij werd door de aanwezigen met groote aan dacht gevolgd. Voor de Studentenveroeniging voor Sociale Lezingen hield prof. mr. M. W. F. Treub gisteravond, in het Kkin-Auditoruim der Academie alhier een lezing over Coö peratie. Hoewel het woord nieuw is, is de toepassing er van, het samenwerken van individuen tot bereiking van een eoono- msch doel, zoo oud als de economie zelf. In het laatst der 18de eeuw moest liet stelsel echter wijken voor het individualisme, ge boren uit een destijds begrijpelijken en te waardeeren vrijheidsdwang, waarop men later moest terugkómen. Spr. schetste ver der de eigenlijke coöperatie, wier bakermat in Engeland Rockdale moet worden gezocht, en ging er de verschillende vormen van na: de productie-, de verbruiks- en de crodietooöperatie. De eerste vorm heeft volgens hem geen levensvatbaarheid, doordat heb verlangen om vermeerdering van leden daarbij niet spreekt; eer het tegendeel, wat bij de an dere vormen wel het geval ïs. Anders wordt het wanneer de verschillende gebruikcoöpe- raties voor haar benoodigdbeden een fa briek oprichten, zooals in Engeland het geval dikwijls is. Spr. stelde de neutrale coöperaties, zoo als ïn Engeland, tegenover die der partij- coöperaties in België en gaf aan de eerste de voorkeur. Na de lezing werden door verschillende personen opmerkingen gemaakt en vragen gedaan, die door den spreker werden be antwoord. Gisteren werd in een daartoe belegde vergadering, een Leidsohe Studenten- i.Een schoolvriendin, die met haar fami- re gebroken heeft, om met een soort werk en te trouwen. Bij den dood van haar heb ik mij over haar en haar zoon onfc- lernid en hun gemeubileerde vertrekken in I bruikleen gegeven in dit huis." En zij voegde er verlegen bij »Zij bewijst mij eenige diensten. Zij is |*®er handig met handwerkjes." iDp welke verdieping woont zij?" i>Op de onze, niet ver weg trouwens... i®an bet einde van deze gang... En nu ik er J ver denk... 't venster vaji haar keuken..." i.Komt öp dit binnenplaatsje uit, niet waar?" >.Ja, vlak tegenover het onze." ^en kort zwijgen volgde öp deze verkla^ Png. Vervolgens verzocht VaJorbe, dat men e^. bij Henriëtte zon brengen. VIL Von<^en baar bezig met naaien, ter- J]1 haar zoon Raoul, een knaap van zes v f6Ven Ja^r» na&st haar zat te lezen. Vrij ep aasd bij het zien van de armoedige ^vertrekken", die men voor haar had ge- en die in het geheel bestonden uit kamer zonder schoorsteen en een uit- uw, die als keuken diende, nam de com- Va'^sa_r,ls baaT in verhoor. Zij scheen geheel diobS reeb> toen zij van den gepleegden zelfV ^°°rc)e- Hen avond te voren had zij het b av*n bij het kleeden geholpen en a ssnoer rond haar hals bevestigd. „Hemel!" riep zij, „hoe is dat mogelijk „En hebt ge geen enkel vermoeden? Niet het minste argwaan? Het is toch moge lijk, dat de dader door uw kamer is ge gaan." Zij lachte hartelijk, zonder er zelfs aan te denken, dat men vermoedens tegen haar kon hebben. „Maar ik heb mijn kamer niet verlaten! Ik ga nooit uit. En hebt u dat niet gezien?" Zij deed het venster van den uitbouw open. „Kijk, het is wel drie meter van hier tot de overzijde." „Wie heeft u gezegd, dat wij onderstel len, dat de diefstal langs dien weg ge pleegd is?" „Wel, het halssnoer was toch in het kabinet?" „Hoe weet u dat?" „Och, ik heb altijd geweten, dat men het er 's nachts wegborg. Er is in mijn tegen woordigheid over gesp-roken." Haar gelaat, jong nog, maar door het verdriet gerimpeld, drukte zachtaardigheid en berusting uit. Maar te midden van het stilzwijgen kwam er eensklaps een trek van angst op, alsof een gevaar haar bedreigde. Zij trok haar zoon naar zich toe. Het kind greep haar hand en kuste haar teeder. „Ik onderstel niet," zeide De Dreux tot den commissaris, toen zij alleen waren, „ik onderstel niet, dat gij haar verdenkt? Ik sta voor haar in. Zij is de eerlijkheid in persoon." „Ik ben geheel en al van dezelfde mee ning," verzekerde Valorbe. „Hoogstens heb ik gedacht aan onbewuste medeplichtigheid. Maar ik erken, dat ik deze gedachte moet opgeven, te meer, wijl zij geenszins het vraagstuk oplost, waarop wij stuiten." De commissaris zette dit onderzoek niet verder voort, dat dó rechter van instructie ter hand nam en in den loop der volgende dagen aanvulde. Men nam de dienstboden in verhoor, keek den grendel na, nam proe ven met de sluiting en de opening van het kabinet, onderzocht het binnenplaatsje van boven naar beneden. Alles was vruchte loos. De grendel was ongeschonden. Het venster kon van buiten af niet. geopend en niet gesloten worden. In het bijzonder hield het onderzoek Hen- ïïëtte in het oog, want telkens kwam men weer in die richting terug. Men speurde nauwkeurig haar leven na en toen bleek, dat zij gedurende drie jaar slechts viermaal ihet huis verlaten had en die vier keeren voor boodschappen, die men kon controlee ren. In werkelijkheid diende zij als kame nier en naaister aan de Gravin, die zich be haren opzichte buitengewoon streng toon de, volgens de verklaring van alle dienst boden. Trouwens," zeide de rechter van instruc tie, die, na verloop van een week, tot de zelfde conclusies was gekomen als de com missaris, „trouwens, gesteld aJ, dat wij den dader kenden, en wij zijn nog zoover niet dan zouden wij nog niets weten met betrekking tot de wijze, waarop de diefstal is gepleegd. Wij zitten links en rechts tus schen twee hinderpalen: een deur en een venster, die beide gesloten waren. Het is een dubbel raadselHoe is men binnen kun nen komen, en hoe, wat nog veel moeilijker was, heeft men kunnen ontsnappen, terwijl men achter zich liet een gegrendelde deur en een gesloten venster Na vier maanden van nasporing en was de geheime gedachte van den dochter deze: mijnheer en mevrouw De Dreux, gedron gen door behoefte aan geld, een behoefte, die inderdaad aanzienlijk was, hadden „het halssnoer van de koningin" verkocht. Hij gaf de zaak op. De diefstal van het kostbare kleinood bracht het echtpaar De DreuxSoubise een klap toe, waarvan zij lang het teeken bewaarden. Daar hun krediet niet meer werd gesteund door de soort reserve, die zulk een schat vormde, hadden zij het hoofd te bieden aan veeleischende sohuldeischers en geldschieters. Zij moesten zich bekrim pen, leenen, hypotheek nemen. Kortom: het zou hun ondergang zijn geweest, als twee groote erfenissen van verre bloedver wanten hen niet hadden gered. Zij leden ook in hun hoogmoed, alsof zaj een kwartier uit hun schild verloren had den. En, zonderling, haar oude schoolvrien din koös de Gravin .zich tot zondenbok. Zij koesterde jegens haar een waren wrok en beschuldigde haar openlijk Men verjoeg haar eerst naar de dienstbodenverdieping; daarna ontzei men haar het huis. En het leven vervloog zonder opmerke lijke voorvallen. De Gravin en de Graaf waren veel op reis. Een enkel feit moet uit den loop van dit tijdperk vermeld worden. Eenige maanden na het heengaan van Henriëtte ontving de Gravin van haar een brief, die haar met verbazing vervulde. Hij luidde: Mevrouw. Ik weet niet hoe ik U danken moet. Want U is het immers, nietwaar, die mij dat ge- tonden hebt? Het kan niemand anders zijn dan U. Niemand anders kent mijn woon plaats in het dorpje. Als ik mij vergis, neem het mij dan niet kwalijk en aanvaard althans de betuiging van mijn erkentelijk heid voor Uw goedheid in het verleden. Wat bedoelde zij? De goedheid van het heden en in het verleden van de Gravin jegens haar was terug te brengen tot zeer veel onrechtvaardigheden. Wat hadden die dankbetuigingen te beteelcenen? Toen haar verzocht werd zfch nader te verklaren, antwoordde Henriëtte, dat zij over de post, in een niet aangeteekendo ongefrankeerde enveloppe, twee bankbiljet ten van duizend fanes had ontvangen. De enveloppe, die zij bij haar antwoord in sloot, was afgestempeld te Parijs en be vatte alleen haar adres, met een merkbaar verdraaide hand geschreven. Waar kwamen die twee duizend francs vandaan? Wie had ze gezonden? En waar om had men ze gezonden? Dé justitie stelde een onderzoek in. Maar welk spoor kon men volgen in zooveel duisternis? En hetzelfde gebeurde twaalf maanden later. En een derde maal, en een vierde maal, en ieder jaar gedurende zes jaren, met dit verschil, dat de vijfde en de zesde maal het bedrag werd verdubbeld, waar door Henriëtte, die plotseling ziek was ge worden, in staat werd gesteld, zich naar behoor en te laten verplegen. (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1912 | | pagina 1