jffo. 16008.
LEIDSCH DAGBLAD, Haandagf 29 April. Tweede Blad.
Anno 1912.
Buitenlandseh Overzicht
Gemeentezaken.
FEUILLETON.
Wonderlijke avonturen.
es-?
De actie der It&liaansohe vloot
deAegeï80^16 Zee wordt al'er-
«e(ren met veel aandacht gevolgd.
De beriohben over een heropening der
pardanellen loopen uiteen. Een me-
dedeeling uit Konstantinopel aan de „Ti-
joea" verzekert, dat de regeering wellicht
Zoudag, als naclere berichte-1 rijn binnenge
keken over de aanwezigheid der vijandelij
ke vloot, een beslissing zal nemen, zoodat
fcet nog wel eenige dagen zal duren, voor
dat het handelsverkeer door de zeeëngte
hersteld is. In'Susschen kost elke dag, dat
de sluiting niet is opgeheven, de reedenjen
en verzekeringsmaatschappijen schatten
ge Ids. De correspondent te Konstantinopel
van de „Daily Telegraph" heeft een der in
vloedrijkste leden van de Turksche regeering
met klem geweien op dezen schadelijken
toestand. De minister drukte zijn leedwezen
uit, doch gaf den journalist te kennen, dat
hij aan het verkeerde kantoor klopte: niet
Turkije, doch Italiëwas deaanv ah
i e r. Turkije had slechte te zorgen, dat het
aicb overvallen werd. En indien de handel
der mogendheden schade ondervindt door
den huidigeii toestand, dan moeten zij Italië
yragen een terrein voor de vijandelijkheden
uit te zoeken, waar zij er geen last van .he1.)-
bm. Zoodra de Porte een desbetreffende
belofte van Italië heeft, zal zij met genoe
gen de sluiting opheffen.
jtoonaangevende kringen in Italië ech-
jter wordt Turkije's weigering om de Dar
danellen weder open te stellen voor neu
trale schepen, quasi uit vxe»es voor een aan
val der Italianen, een oneerlijk voorwend
Bel genoemd.
De Porte weet n.l. evengoed, zoo meent
men, als andere mogendheden, dat itaho
'er niet aan denk'b de Dardanellen te foroec-
ren. Op het tot in bijzonderheden uitge
werkt plan van de vlootactie in de Aegeïsehe
Zee, komt een beschieting van de zeeëngte
niet voor.
Het artillerie duel van 18 April was u i t-
gelokt door de Dardanell e n-
forten, want de Italiaansche vloot be
oogde niets anders dan een demonstratie,
ten einde het Turksche eskader "aar buiten
te lokken.
Toen van de forten gevuurd werd, ant
woordden de Italiaansche schepen, het be-
Bühieten van de forten stond echter niet op
het program, Italië gaat daartoe slechts
over in de uiterste noodakelijkheid.
Dat de Turken de zeestraat gesloten hou
den, onder voorwendsel, dat de Italiaansche
vloot misschien uen doortocht zou forcee-
reo, geschiedt alleen om de neutrale mo
gendheden tegen Italië in het harnas le
jagen of om van Italië waarborgen te ver
krijgen, dat het in geen geval de Dardanel
len zal binnendringen.
De Italiaansche regeering zal zioh echter
door deze taktték niet van de wijs laten
brengen. Zij weigert eenige aansprakelijk
heid te aanvaarden" voor de sluiting eer
Dardanellen, voor welke Turkije alleen ver
antwoordelijk is.
Men riet, beide partijen geven elkaar
niet veel toe.
Inmiddels wordt veel schade geleden en
heeft een bijeenkomst van Russische
graanhan d e laars besloten het
beurscomité opdracht te geven, zich bezig te
houden met de kwestie van schadeloosstel
ling door den staat, die verantwoordelijk is
voor de sluiting der Dardanellen, waaruit
de tegenwoordige belemmering van den
graanhandel is voortgekomen.
Te Rostof ligt door de sluiting van de
Dardanellen 10 millioen pud graan op ver
zending te wachten. Honderden arbeiders
zijn zonder werk.
In T r p o 1 i zijn ook weer gevechten ge
leverd.
De Turksche minister van oorlog deelt
mede, dat 2 Italiaansche regimenten Toeda
hebhen aangevallen. Voor den tegenstand
der Turken en Arabieren hebben d)e Italia
an echter met achterlating van een aantal
gewonden de vlucht genomen, waarbij zij
achtervolgd zijn tot aan de linie der verde
digingswerken van het fort Boek am es.
De Turken hadden 15 dooden en 120 ge
wonden.
Na het gevocht hebben de Italianen zon
der gevolg Sidi' Said gebombardeerd.
De bemiddlelingspogingen
vorderen maar weinig.
De „Neue Fïeie Prosse" verneemt van
goed ingelichte zijde, dat er onderhandelin
gen op handen zijn van de mogendhedei^
over een looalisatie van den oorlog.
De onderhandelingen zullen vermoedelijk ïn
Londen gevoerd worden en wel op aanspo
ring van de Russische en Engelsche kabi
netten. Men zal trachten een overeenkomst
tusschen de mogendheden tot stand te bren
gen, volgens welke Italië zijn actie niet
tot de Aegeïsehe Zee mag uitstrekken, maar
zich tct Afrika beperken moet. Volgens het
zelfde blad heeft de Russische gezant in
Konstantinopel stappen gedaan, om het
weder openstellen van de Dardanellen door
te zetten. Hij wordt daarbij door Enge
land gesteund.
Volgens de laatste berichten zou Italië
het plan hebben om alle Turksche
eilanden in den Archipel te bezet
ten.
De Duitschers rijn weer wat ster
ker ter zee.
Van de Schichauwerf liep Zaterdag een
slagschip van stapel gebouwd ter Vervan
ging van ,,Aegir." De koning van Saksen
hield de doop rede. Het schip kreeg den
naam van „König Albert."
Merkwaardige cijfers geven de uitkom
sten van de speelbank van Monte.
Carlo.
Het afgeloopen jaar is weer gunstig ge
weest voor de Société des Bains de Mer et
du Ce role des Ètrangers de Monaco. Vpor
het 31 Maart afgesloten boekjaar zijn de
winsten van dien aard geweest, dat alle
3000 bedienden der Société een salarisver-
hooging van ongeveer 75 francs per maand
gekregen hebben, hetgeen 2,700,000 francs
per jaar kosten zal. Voor het afgeloopen
jaar heeft de maatschappij 7,328,903 francs
afgedragen aan de regeering van het vor
stendom Monaco, tegen 6.721.509 francs in
het vorige jaar. Per aandeel wordt er dit
jaar maar 320 francs uitgekeerd. De winst
op het speelhol bedroeg een dikke 18 mil
lioen.
De Russische Doema heeft de j
begrooting van buitenlandsche zaken goed-
gekeurd, nadat eerst een vevklorincr was
aangenomen omtrent de noodzakelijkheid
van de oprichting een er academie voor Oos.
tersche talen.
De rede van den Russischen minis
ter Sassonof, die wij dezer dagen ver
meldden, wordt in d-2 Weensehc pers vér-
schillend beoordeeld. De „Ncue Prcsse" zegt'
dat het neerkomt' óp: dé status quo op
den Balkan, yersterkiffg 'dor kleine volken
op het schierriland en begunstiging van het
ccnstitutioneele leven van Turkije-
Het L.Neue Wiener Tagblatt" noemt de
rede die van een groot staatsman waardig,
met het motto: voor de naaste toekomst
.dreigt geen gevaar voor den vrede-
Het „Deutsche Volksblatt" kent aan de
uitlatingen van' den Russischen minister
echter slechts waarde, voor het oogenblilc
toe. Italië hoeft door zijn nieuwe wijze van
oorlogvoeren op de ontketening van sedert
vele jaren bestaande aanspraken gerekend,
wat tot een reuzenstrijd om de Turksche er
fenis kan voeren-
De toestand in Marokko schijnt weer
te kalmeeren.
Uit de getuigenissen der gevangengenomen
muiters blijkt, dat inderdaad een gedeelte
der bevolking van Fez het mee de oproer
lingen eens is geweest. Een der moordenaars
van den intendant Lory (de ongelukkige
moet gepijnigd -en daarna levend verbrand
zijn) heeft bekend, dat zij op aandringen
van de vrouwen diens huis waren binnen
gedrongen. Trouwens ook uit andere berich
ten blijkt, dat de vrouwen een weTkzaani
aandeel hebben gehad aan liet gebeurde-
De Jodenwijk moet eenvoudig een groote
puinhoop zijn-
De stad is in secties verdeeld, onder ver
antwoordelijke commandanten- De huiszoe
kingen worden voortgezet- De Fez-rivier
voert tallooze gestolen voorwerpen mede,
welke door de roovers in hun angst voor
ontdekking zijn weggeworpen.
De sultan, die eerst zoo bevreesd was
voor zijn leven, begint weer moed te krij
gen. Voortdurend komen versterkingen in de
stad aan-
Do benoeming van generaal Lyautey tot
resident-generaal in Marokko en van pon-
sul Guillard tot algemeen secretaris wordt
in politieke kringen zeer goed opgenomen.
De Temps" prijst de regeering zeer voor
deze benoeming. Millerand heeft dus in den
ministerraad zijn pleit gewonnen, al heeft
men d'Amade niet benoemddie wegens do
gebeurtenissen van voor drie jaar als uit
daging aan Spanje opgevat zou kunnen zijn-
Wij namen Zaterdag een telegram op over
een rede van Roosevelt, waarin hij zich
beklaagt over Taft's beschuldigingen- Zie
llier de aanleiding tot Taft's rede-
Do voortdurende directe en zijdclingscho
aanvallen van Roosevelt hadden president
Taft zoo verbitterd, dat hij eindelijk zijn
lijdelijke houding heeft opgegeven en even
eens offensief is opgetreden- In een rede,
die hij Donderdag te Springfield -heeft ge
houden, is hij nl. zijn voorganger heftig
te lijf gegaan. Diens politieke denkbeelden,
zoo verklaarde hij, zouden vernietigend zijn
voor de vrijheid des volks- En verder noemde
hij Roosevelt een dictator, die trachtte zich
tot aan zijn dood als ccn bloedzuiger aan
het Witte Huis vnst te klemmen-
In een rode te Bosten dikte Taft deze
beschuldigingen nog wat aan- Roosevelt,
zeide hij, had uitlatingen van den tegen
woordige n president uit haar verband ge
rukt en verkeerd wedergegeven, en zich
niet gehouden aan zijn plechtige belofte,
om zich niet weder candidaat te stellen.
Daaruit kan men Afleiden welke waarde
men aan de beloften, waarmede- Roosevelt
thans weder zoo kwistig is, kan hechten.-
Sanctie vnn «le Commissie Tan
Financiën.
De Commissie van Financiën rapporteert
aan den gemeenteraad dat zij geen beden
king heeft:
1. tot beschikbaarstelling van een bedrag
van f 2700 voor de bestrating van een ge
dempte sloot langs den Zoeterwoudschen
weg;
2. idem, van een bedrag van f -1600 voor
d© verbouwing van het gymn.lokaal aan
de Pieterskerkgracht;
3. idem, van een bedrag van f 12,500
voor do verbouwing van de 'Meisjesschool
lste klasse;
4. idem tot beschikbaarstelling van
f 180,000 voor dén bouw en dé opstelling
van de vuilverbrandingsinstallatie;
en evenmin tegen den aankoop van het
perceel Langegracht No. 126 en van het
voortuintje van het perceel Heerenstraat
No. 38.
Ook heeft de Commissie geen bezwaar
.dat tot de goedkeuring van de rekening van
het Leidsch Muziekkorps worde besloten.
Hioedelijk binnen enkele jaren wederom
kostbare Teparaties noodzakelijk zijn. Met I
inbegrip der kosten van montage, metsel-,
timmer- en verdere bijkomende werken
wordt een bedrag van f 4500 voor de ver-
nieuwing noodig geacht, welk bedrag B. en
W.3. te hunner beschikking wenschen ge
steld te zien.
Met het oog op den aard der uitgaven
tellen B. en Ws. voor het bedrag over een
driebal jaren te verdëelen, en wel in den
zin dat f 1500 uit den post voor Onvoorziene
Uitgaven van dit jaar wordt gekweten, ter
wijl de resteerende f 3000 uit een leening
zullen worden gevonden, doch in de jaren
1913 en 1914 telkens voor de helft voor
schulddelging of kapitaalbelegging zullen
werden aangewend.
gen in den loop van een dienstjaar ingaan.
De meerdere kosten zullen in het jaar 1913
voorzooveel betreft de bezoldigingen der
drie hoofdcommiezen, tevens chefs, bedra
gen 3 x f 200 f 600, terwijl de bevorde
ring van de beide bedoelde commiezen lsto
klasse in 1913 een meerdere uitgaaf van
2 x f 100 f 200 zal veroorzaken
Alweer een voortuintje aan «Ie
iHïeerenstraat aan «Be gemeente.
De eigenaren der voortuintjes, gelegen
aan de oostzijde der He eren-straat, die
niet dadelijk bereid waren deze voor straat-
verbreeding tegen den geboden prijs aan
de gemeente af te staan, komen nu succes
sievelijk. Thans heeft de eigenaar van per
ceel 22 zich bereid verklaard' tegen f 165
zijn 22 vierk. M. groot tuintje af te staan.
Met inbegrip van do kosten komt het de
gemeente te staan op f 184.
Ken nienwe ketel voor «le centrale
verwarming in «le $ta«l*gehoorxaal.
De beide ketels van de centrale verwar
ming der Stadsgehoorzaal die reeds 22 jaar
in gebruik zijn, eisohen vernieuwing. Uit
een onderzoek door den leverancier der
ketels J. L. Bacon te Elberfeld ingesteld
bleek dat vooral de aan het'vuur blootge
stelde deele n zeer verzwakt" érnstig aam.
getast waren. Gedeeltelijke herziening
achtte men met raadzaam, omdat dan ver-
Salarisvorliooginj; «Ier lioofdcom-
miezen en bevordering; tot dien
titel van 2 secretarie-ambtenaren.
De bezoldiging van dé hoofdcommiezen,
tevens chefs van de afdeelingen bedraagt
thans f 1800 met twee vijfjaarlijksche ver
hoogingen van f 200 tot een maximum van
f 2200, terwijl het salaris van den hoofd
commies, tevens chef dor af deeling Alge-
meene Zaken f 200 hooger is.
Om verschillende redenen aehten B. en
Ws. deze salarisregeling niet meer vol
doende.
Terwijl toch in de laatste jaren verreweg
de meeste ambtenaren in dienst dezer ge
meente min of meer belangrijk in trakte
ment. zijn vooruitgegaan, kan dit van den
chef der afdeeliDg Bevolking" en van dien
der financieele af deeling moeilijk worden
gezegd.
Bij het in werking treden der salarisrege
ling in 1908 stond eerstgenoemde reeds een
paar jaar qp het iD die regeling aangege
ven maximum, terwijl laatstgenoemde toen
zijn maximum bereikte. Ambtenaren, die
vroeger een lagere bezoldiging genoten,
zooals b-v. de Inspecteur der Bouwpolitie
en de Algemeene Markt- en Havenmeester,
hebben inmiddels of een even groot trakte
ment gekregen, óf zelfs een hoogere bezol
diging. Ook in vergelijking met de trakte
menten dc-zer ambtenaren in eenige andere
gemeenten, die Leiden in zielental en be
langrijkheid het meest nabij komen Arn
hem en Haarlem bijv. zijn deze hier laag
te noemen.
Om deze redenen achten B. en Ws. een
salaris verhooging niet alleen billijk, rnaar
ook in het belang der gemeente.
Een verbetering van de salarissen der
hoofdcommiezen kan nu h. i het best en op
voor de gemeente minst bezwarende wijze
worden bereikt door de tegenwoordige mi
nima onveranderd te laten, de maxima
f 200 hooger te stellen en de verhoogingen
in plaats van om de vijf jaren, reeds om de
drie jaren in uitzicht to stellen.
Dit laatste is trouwens in overeenstem
ming met het systeem der thans geldende
s al a r is regel i r-g der secretarie-ambtenaren,
aangezien ook de controleur der gemeente
belastingen ej\ de commiezen 2ste klasse
drie verhoogingen, telkens na drié jaren
dienst als zoodanig deelachtig kunnen wor
den.
Nog een andere wijziging der verordening,
regelende den rang en de bezoldiging van
de ambtenaren en bedienden ter gemeente
secretarie en op het kantoor van den Ge
meente Ontvanger, zouden zij willen voor
stellen.
De ambtenaar, belast met de werkzaam
heden betreffende de militie en landweer
en die, belast met de onderwijsaangelegen-
heden, welke beide ongeveer 20 ïaar aan de
gemeente-secretarie alhier verbonden zijn,
hebben thans den ranv van commies 2ste
klassee, niettegenstaande de omvang hun
ner werkzaamheden vrijwel overeenkomt
met die van een afdeelincrschef. Hef komt
B. en Ws daarom voor. dat er nllesrins
termen a-anwezig zijn, om.die beide ambte
naren, die reeds zoovij-r» dienstjaren tellen,
te bevorden tot hoofdcommies.
De in-werking-treding der voorgestelde
- ve.randéri'ngen zouden zij gaarne be naald
zien op T Januari 1913. aangezien het hnn
niet wensehelijk voorkomt, dat-, ten rij in
zeer bijzondere gevallen, salarïsverhoogin-
B. on Ws. willen «Ie zink- of beer
putten niet missen.
Door het bestuur van den Bond van
Bouwondernemers voor L. en O. voorzitter
en secretaris resp. de heeren II. D van
Weizen en H. J. Sloot® is een verzoek tot
den Raad gericht om de verordening op
het bouwen en sloopen zoodanig te wijzigen
dat het inschakelen van een zink- of beer
put als bedoeld in de artfc. 21 en 42 niet
langer verplichtend wordt gesteld, aange
zien het toepassen van liet puttenstelsel in
de praktijk vrijwel doelloos is gebleken.
Daarmede zijn B. en Ws. het volstrekt
niet eens.
Alvorens op de zaak zelve in te gaan en
de argumenten, die door adressant worden
aangevoerd ter ondersteuning van zijn ver
zoek nader onder de oogen te zien, max en
zij eenige opmerkingen over het historisch
overzicht betreffende de invoering van heb
puttenstelsel, door adressant in de toeliei-
ting tot het adres gegeyen.
Dit overzicht is slechts ten cleele juist.
Adressant heeft blijkbaar, zooals men wel
zegt de klok hooren luiden, doch weet niet,
waar de klepel hangt. De werkelijke toe
dracht is, dat Gedeputeerde dta-ben dezer
provincie indertijd slechts ere id waren toe
stemming te verleenen tot het loozen van
het riool in de Magdalena Moonsstraat
(oorspronkelijk wel besteld als Maria lioe-
keestraat.) in den Trekvliet. wanneer van ge-
meentewege de eisch werd gesteld, dat tus- i
sohen huis- en straatriolen beerputten wer
den ingelascht. Later, bij de vaststelling van
de verordening op het bouwen en sloopen.
in 1905, welke verordening ingevolge art. 7 j'
der Woningwet aan de goedkeuring van
Gedeputeerde Staten was onderworpen,
werd mede op aandrang van genoemd Col
lege besloten het inschakelen van een beer
put in den regel verplichtend te stellen.
De verordening had anders de veresohté
goedkeuring eenvoudig weg niet "erworveti
en de voorschriften waren dan door Gede
puteerde Staten overeenkomstig de bepa
ling van art. 8 der Woningwet zelfstandig
vastgesteld.
Het maken van een verzamelput aan het
einde van het hoofdriool in genoemde
straat, welke put door adressant ten on
rechte met een hevelin rich ting wordt verge
leken, heoft met het inla-schen van beerput
ten tusschen huis- en straatriolen natuur
lijk niets be maken. Die kwestie kan dus hier
verder buiten beschouwing blijven.
B. en. Ws. komen thans tot de umlo
questionis, tot de vraag, of hét inschakelen
van een beerput, tusschen huis- en straat-
riozl nuttig effect hééft, ja dan neen.
Het bestuur van den Bond 'van pouwon-
clerinemers is van meening. dat dit niet bet
^oval is, Het toepaasén van het beerputten-
stelsei is z. i. in de praktijk vrijwel doelloos
gebleken en heeft verontreiniging van de
openbare wateren ook niet kunnen voorko
men.
De Gezondheidscommissie is van een ge
heel ander gevoelen. Moeilijk aoht zij het
uit 'tr maken, in hoeverre de putten geheél
den dienst bewijzeji, die-n men bij de invoe
ring daarvan meende te mogen verwachten,
doch wel schijnt het h. i. vast te staan, dat
de putten in ieder geval ten deele aan de
verwachting beantwoorden en dat veilig
mag worden aangenomen, dat zij een niet te
■onderschatten nut'./ige septie-tankwerking
tot stand brengen.
Al moge dan ook het uittredend vocht n
den beerput- niet geheel onschadelijk gewor
den zijn, ten deele is dit h. i. wel het geval,
zoodat aan het. beerputténstelsel in de eer
ste plaats al dit groote voordeel verbonden
is, dat de bodem-in mindere mate wordt ver
ontreinigd. Immers, de ondervinding heeft
geleerd, dat riolen, zelfs al zijn zij met zorg
gemaakt, wat zelden voorkomt-, binnen kor-
19,
Indien ik alleen was geweest, zou hij te
Rouaan al den tijd gehad hebben, kalm uit
te stappen. Maar de dame Nauwelijks zou
bet portier opengemaakt zijn, of de op dit
/•ogenblik zoo stille, nederige dame, zou
gaan schreeuwen, te keer gaan, om hulp
roepen 1
"V andaar mijn verwondering. Waarom
maakte hij haar met even weerloos als mij,
daardoor hij de gelegenheid zou krijgen
le verdwijnen, vóór men zijn dubbel mis
drijf had ontdekt?
Hij zat nog altijd te rooken, met de oogen
°P het landschap gericht, waar een aarze-
le-ude regen in groote, rechte lijnen begon
le vallen. Eenmaal keerde hij zich om, nam
t'hjii spoorboekje en keek er in.
Be dame deed haar best bewusteloos te
ohjven, ten einde haair vijand gerust te stel-
leo. Maar kuchjes, veroorzaakt door den
Took, bewezen, dat haar bezwijming niet
ooht was.
Wat mij betreft, ik was allesbehalve op
*ri]h gemak en zeer terneergeslagen. En ik
dacht na. Ik berekende.
Be sneltrein scheen zich té haasten in
een r(>es van snelheid.
^°en.. wij Saint/Etienne voorbijreden,
^&d hij op en deed twee stappen naar ons
op welke beweging de dame zich
^aastte te antwoorden met een nieuwen gil
nmP'n dilmaal niet geveinsde bezwijming.
at was toch zijn bedoeling? Hij liet het
Taampje aan onzen kant neer. De regen
viel thans bij stroomen neer en met een ge
baar gaf de man er uiting aan, hoe onaan
genaam hij het vond, dat hij geen parapluie
en geen overjas bij zich had. Hij keek naar
het bagagenet: de en-tout-cas van de dame
lag er in. Hii nam ze. Ook nam hij mijn
overjas en trok ze aan.
Men reed de Seine over. Hij sloeg zijn
pantalon om, boog zich uit het raampje
en lichtte den buitenknop op.
Zou hij op den weg springen Bij deze
snelheid zou het een wisse dood be teekend
hebben Men reed den tunnel in, die door
de helling Saint-Oathérine is geboord. De
man deed het portier halverwege open en
tastte met den voet naar de treeplank.
Wat een dwaasheidDe duisternis, de
rook, het gedruisch, dat alles gaf aan zulk
een poging iets fantastisch. Maar plotse
ling begon de trein langzamer te rijden, de
westinghouse-remmen hielden de kracht der
wielen tégen. Binnen een minuut werd de
gang normaal, werd zij nog langzamer. Zon.
der eenigen twijfel was men in dit gedeelte
van den tunnel bezig met herstellingswer
ken, die een langzamen gang van de trei
nen noodzakelijk maakten. En de man
wist dat.
Hij had dus niets anders te doen dan zijn
anderen voet op de eerste treeplank té zet.
ten, op de tweedé te stappen en kalm heen
te gaan, nadat hij den klink weer had laten
vallen en het portier gesloten.
Nauwelijks was hij verdwenen, of licht
maakte den rook weer witter. Men reed
een dal in. Nog een tunnel en wij zouden té
Rouaan zijn.
Nu kwam de dame weer tot bewustzijn
en haar eerste werk was té gaan klagen^
over de verdwijning van haar juweelen. Ik
riep met mijn blikken haar hulp in. Zij be
greep mij en verloste mij van den prop, die
mij benauwde. Zij wilde ook mijn boeien
losmaken, maar ik voorkwam haar.
„Neen, neen, de politie moet den toe
stand vinden, zooals hij is. Ik wensch, dat
zij omtrent dien schelm .volkomen ingeHcht
wordt."
„Als ik eens aan den noodrem trok?"
„Dat is té laat. Daar hadden we aan
moeten denken, vóór hij mij aanviel."
„Maar dan zou hij mij gedood heben. O.
mijnheer, heb ik het u niet gezegd, dat hij
in dezen trein reisde? Ik heb hem dadelijk
volgens zijn portret herkend. En nu is hij
er met mijn juweelen vandoor
„Men zal hem vinden, wees maar niet
bang."
„Arsène Lupin vindenNooit."
„Dat hangt van u af, mevrouw. Luister
eens. Zorg, zoodra wij aankomen, dat gij
voor het portier staat; roep, maak leven!"
Agenten en beambten zullen toesnellen.
Verhaal dan, wat gij gezien hebt, in een
paar woordenvertel de aanranding, waar.
van ik het slachtoffer ben geworden, en de
vlucht van Arsène Lupin. Geef zijn signa
lement opeen slappe hoed', een parapluie
de uwe een grijze, getailleerde over
jas../'
„De uwe," zeide zij.
„De mijne? Weineen, de zijne. Ik bad
geen overjas bij me."
„Het lijkt me toch, dat hij er ook geen
had, toen hij instapte."
„Jawel, tenzij het een jas is geweest, die
in het bagagenet was vergeten. In ieder
geval had' hij de jas aan, toen hij de vlucht
nam, en dat is de hoofdzaak. Een grijze, ge
tailleerde overjas. Denk er om. O ja, dat
zou ik nog vergeten. Noem uw naam, dade
lijk. Het ambt van uw echtgenoot zal den
ijver van al die menschen verhoogen."
Wij- kwamen aan. Zij boog zich reeds naar
het portier over. Ik hernam met eenigszins
luide stem, bijna gebiedend, opdat mijn
woorden goed in haar herinnering zouden
blijven
„Zeg ook mijn naam, Guillaume Berlat.
Zeg desnoods ook, dat gij me kent. Dat
zal ons tijd besparen. Het eerste onderzoek
moet verhaast worden. De hoofdzaak is de
achtervolging van Arsène Lupin, uw juwee
len. Gij zult u niet vergissen, nietwaar?
Guillaume Berlat, een vriend van uw man."
„Afgesproken, Guillaume Berlat."
Zij nep reeds en maakte gebaren.
De trein stond nog niet stil, toen een
heer, gevolgd door verscheidene mannen,
binnenkwam. Het critieke oogenblik was ge
komen.
Buiten adem riep de dame:
„Arsène LupinHij heeft ons aange
rand. Hij heeft mijn juweelen gestolen
Ik ben mevrouw Renaud. Mijn man is
onderdirecteur bij den gevangenisdienst.
Ha, daar is mijn broeder, Georges Ardelle,
directeur van het Crédit Rouennais. Je
moest eens weten...."
Zij omhelsde een jongen man, die juist
bij ons gekomen was en dien de commissa
ris groette. Zij ging zenuwachtig voort
„Ja, Arsène Lupin. Terwijl mijnheer sliep,
is hij hem naar de keel gevlogen. Mijnheer
Berlat, een vriend van mijn man."
De commissaris vroeg:
„Maar waar is Arsène Lupin V*
„Hij is uit den trein gesprongen, in den
tunnel, voorbij de Seine."
„Is u er zeker van, dat hij het was?"
„Of ik er zeker van ben! Ik heb hem da
delijk herkend Men heeft hem trouwens
ook in het station Snint-Lazare gezien. Hij
had een slappen hoed op..."
„Neon, een stijven, vilten hoed, zooals
deze," verl>eterde. de commissaris, terwijl
hij naar mijn hoed wees.
„Een slappen hoed, zeg ik," herhaalde
mevrouw Renaud, „en een grijze, getail-
deorde overjas."
„Inderdaad," mompelde de commissaris,
„het telegram maakt melding van die grij
ze getailleerde overjas met zwart fluweelen
kraag."
„Met zwart fluweelen kraag, juist!' riep
mevrouw Renaud zegevierend.
Ik haalde ruimer adem. O, wat- een brave,
uitstekende vriendin had ik daar
Inmiddels hadden de agenten mij van
mijn boeien bevrijd. Ik beet- mij hevig op
de lippen. Het- bloed sprong er uit. In
tweeën gebogen, met den zakdoek voor den
mond, zxioals voegt aan iemand, die gorui-
men tijd in eon ongemakkelijke houding
heeft doorgebracht én die op het gelaat
het bloedig spoor van do prop draagt, zei
de ik met zwakke stem tot den commis
saris:
„Mijnheer, het was Arsène Lupin, daar
is niet aan té twijfelen. Als men haast
maakt, kan men hem inhalen. Ik geloof,
dat ik u eenigszins van dienst kan zijn."
De wagon, die voor de aanwijzingen van
de justitie moest dienen, werd losgehaakt.
(Wordt vervolgd.)