jfo 1599Ö. LEIBSCH DAGBLAD, Zaterdag* 6 April. Derde Blad. Kunst, letteren, enz. Anno 1912. Buitenlandseh Overzieht. FEUILLETON. Liefde ën PSichi. volgt uitgelaten over de toekomst van het Chineesche rijk: ,,Ik heb de politieke revolutie ten einde gebracht; nu begint de grootste sociale revolutie, waarvan de wereld ooit heeft ge hoord. Het verdrijven van de Mandsjoes was slechts het middel tot een grootscher doel. De politiek van de republiek zal in het vervolg zuiver socialistisch zijn. Ik ben een vurig aanhanger van Henry George, wiens denkbeelden ik beter te verwezenlijken acht op den maagdelijken bodem van China dan in de kapitalistische werelddeelen Europa of Amerika." Dat zijn grootsche plannen. Of Joean- sji-kai er ook zoo over denkt? Bloembollencultuur. Men schrijft ons van deskundige zijde: Vroeger waren wij steeds gewoon een over zicht te geven van den toestand der Lon- densche bloemenmarkt en voegden een en kele maal er aan toe een overzicht van de mjrkt in Schotland. Heden willen wij echter een weinig verder gaan en een over zicht geven van den toestand, in Engeland, in het algemeen. Vooraf willen wij mededeelen, dat deze toestand er allesbehalve rooskleurig uitziet. Het gehalte der in het afgeloopen jaar ge leverde bloembollen heeft alle vïjrwachtin* gen overtroffen. Meenden de bollen kwee kers, dat ten gevolge van den drogen zo mer een „slechte broei" voor do deur stond, alleen is dit vermoeden bewaarheid gewor den in het artikel „La Reine". Het doet weinig ter fcake of beste, goede<of infe rieure bollen 'zijn geleverd geworden; de eerste zoowel (als de laatste hebben zeer slecht voldaan. Slechts, een klein percem tage komt in bloei en van dat kleine ge deelte zijn do bloemen nog onbruikbaar, daar zij geen Igoede kleur hebben en alle, geen' uitgezonderd, groene punten hebben, zoodat dé waarde van dergelijke bloemen zeer ge ring is. Alle overige soorten hebben echter aan alle gestelde eischen kunnen voldoen^ behalve in (de opbrengst. Voor deze slechte realisatie-resultaten kun nen echter meerdere redenen worden opge geven: lo. het zachte klimaat van de eerste maanden van het jaar. Hiervan is een ge volg geweest, (dat do bloemen van de in de zuidelijk 'gelegén eilanden gckw-3okt-ö bloembollen ongeveer 'een viertal weken eer der ter markt konden worden gebracht, het geen natuurlijk onmiddellijk een daling der prijzen ten gevolge had2o. ten gevolge van de staking in do kolenmijnen, is de treinenloop zoodanig door de verschillende Maatschappijen moeten worden ingekrompen, dat liet bijna niet mogelijk is een zending: bloemen naar de in jiét binnenland gelegen plaatsen te verzenden, tenzij men groot ri sico wil loopen, dat deze in bedorven toe stand aankomen: Z»od*oende blijven de or ders Anders voor de commissie-agenten be stemd, achterwege en kan slechts de helft der. aangevoerde bloemen een geschikte plaatsing bekomen; 3o. ten gevolge der da ling der prijzen in 1911 hebben de buiten- landsche afnemers te veel gekocht. Zij kun nen do grooto quantum niet geschikt ver- qweTken. Dit laatste is natuurlijk in grooto mate een gevolg van de staking, doch het neemt niet weg, dat zelfs in normale omstan digheden de voorraad te groot zou zijn- geweest in vergelijking met de vraag. "Wij zijn er getuigen van geweest, dat tulpen bollen buiten stonden ie bloeien op kistjes, waarop zij toch waren geplant, om in de kassen te worden in bloei getrokken, doch bij dcnzelfdcn broeier stonden de kassen eveneens yol i j Hieruit blijkt toch maar al te duidelijk, dat het voor den bollenkwoeker niet ge wonnen is, al ruimen de bollen hier in het binnenland op, al gaan de surplus getallen tegen lage prijzen naar het buitenland! Hieruit blijkt, dat de gekweekt wordende massa tulpen te groot is en onvermijdelijk een gevoelige reactie moet intreden, alvo rens de toestand, wat betreft het finan- cieele g-edeelte, weer normaal kan worden- Bij bovenstaande drie redenen hebben wij moedwillig één verzuimd te rangschikken, niettegenstaande dat toch een redén is, die niet alleen niet uit het oog moet worden verloren, maar die noodwendig onder de oogen moet worden gezien! Deze reden is: De expeditie der Holland sche bloemen Wij hadden steeds gemeend, dat de in- tclleclueelo ontwikkeling van den bollen- kweeker in het algemeen van dien aard was, dat men zou kunnen inzien welk een groote schade door dezen handel aan de kweekerij' wordt toegebracht. Men hoort zoo vaak af geven op de bloembollen-exporteurs, om trent hun samenwerking, enz., en men ver geet, dat juist in eigen boezem ccn groot kwaad schuilt, welk kwaad bovendien nog tweeledig is: lo. voor soorten, als Golden Spur, Henry Irving, Ornatus, e. a. is het vroege plukken dor bloemen van beslist na- dceligeja invloed; 2o. door de verzending de zer en ook andere bloemen, wordt den bui tenlander de gelegenheid ontnomen voor zijn waar een loonenden prijs te bedingen- Een direct gevolg hiervan is, dat de concurrentie onder de exporteurs en de groote voorraad den weg aanwijzen de bloembollen tegen lage prijzen te verkoopen, zoodat den kwee- ker ten slotte een niet-loonend bedrag voor zijn artikelen moet worden toegekend, zoo dat de bloemen hem „iets" hebben opge bracht en door dat „iets" de prijzen van de artikelen, die hem zijn broodwinning moeten bezorgen, van dien aard zijn» dat ze ,de werkelijke kosten niet kunnen dekken,. Zeer terecht schreef de heer Kr dage deze week in het „Weekblad voor Bloembollen cultuur (Zie onder Gemengd elders in dit blad) dat de Algemeene Vereeniging niet gemakkelijk zou zijn te vinden eenige dwang maatregelen toe te passen, overtuigd als zij is, dat de uitwerking van dergelijke maat regelen een negatief resultaat zouden heb ben. Wij .zijn het dan ook volkomen met hem cèns, waar hij „tusschen de regels door" zegt, dat de kweeker zelf moet gaan inzien dat <je kleine winst aan de eene zijde gemaakt, wordt verwerkt tot een groeten schadepost in fle opbrengst der kweekerij. Het spreekt vanzelf, dat dé uitvoer van Hollandsche bloemen ook een verkeerden invloed heeft op „het gestel" van den af nemer. Men wete, dat, zelfs onder normaio omstandigheden het verhandelen der Hol landsche bloembollen zelden voldoende loo- nend is voor den bnitenlandschen afnemer, en men begrijpt dan poks dat hij, indien hij door den leverancier wordt gedwarsboomd in het maken van een meestal klein winstje, hierover 'niet best is te spreken en hem allesbehalve vriendelijk bejegend, iets wat natuurlijk weer een groeten terugslag geeft op de Hollandsche markt. Wij willen ons dezen keer onthouden van het geven van eenige prijzen, daar die in de laatste weken van dien aard zijn, dat „het water over de oogen loopt." ZeeuwsohGenootschap der W etensohappen. In de alg. vergadering werden o.a. be noemd tot leden van dit Genootschapprof. dr. P. D. C'hantepie de la Saussaye, voorz. van de Kon Ac. van "Wstensch. te Leiden; mr. A. J. Fokker, prof W. H. Y. Groene.we gen, prof. dr. H. A. Lorentz, te Leiden, en dr. Th. G. den Houter, inspecteur van de Volksgezondheid te 's Gravenhage. Plan 1913. Onder voorzitterschap van den burgemees ter van Delft heeft de commissie voor Plan 1913 daar andermaal vergaderd. Besloten werd een tentoonstelling te houden van ge schiedenis en oudheden van Delfteen af zonderlijke tentoonstelling van Delftsch aar dewerk, welke zal worden ondergebracht in de zalen van het museum Huis Lamberts van Meerten, benevens een tentoonstelling van moderne Delftsche kunstnijverheid. De aardewerkfabriek ,,De Porceleyne Fles" zal buitendien zelf een tentoonstelling inrichten, en de fabriek van gebrand glas van Jan Schouten en de firma Braat zullen zich mede niet onbetuigd laten. Men zal trachten een waarborgfonds van f -10,000 te vormen. Nieuw Stadhuis te Rotterdam. Wij hebben reeds medegedeeld, dat in ien Baad van Botterdam de burgemeester zei- de, dat eenige architecten-door B. en Wa, zijn uitgeuoodigd vóór 3 Nov. a.s. een ont werp voor den bouw van een nieuw Raad huis aldaar in te zenden. Het zijn de heeren: K. P. C. de Bazel, ar- chiteot te Bussum; M. Brinkman en C. B. van dor Talc, architecten te Rotterdam; prof. Henri Evers, hoogleeraar te Delft; C. N. van Goor en W. F. Overeijnder, ar chitecten te Rotterdam; prof. J. F. Klink hamer, hoogleeraar te Delft; W. Kromhout Czn. architect te Rotterdam; J. A. G. van' der Steur, architect te 's-GravenhageJan Stuyt, architect te Amsterdam. Tot ons leedwezen missen wij Berlage's naam, merkt de ,,N. R. C." op. Z. M. de Koning der Belgen heeft le- noemd tot ridder in de Leopoldsorde dsn heer J. B. de Pauw, leeraar aan het Kon. Conservatorium te Amsterdam. Neder landsohe op gravin gen' inGriekenland. De Groniügsche hoogleeraar dr. C. W. Vollgraff is naar Griekenland vertrokken, om de opgravingen te Argos te hervatten, waarmee hij juist tien jaar geleden een aan vang maakte. De geldmiddelen voor deze Nederlandsche ondernemingen worden ingezameld door een commissie, waarvan prof. dr. F. J. L. Kra mer, directeur van het Koninklijk Huisar chief, voorzitter, en de heer C. W. Lunsingh Scheurleer, te 's-Gravenhage (adres Scheur leer Zonen), penningmeester is. Tot de le den lezer commissie behooren de hoogleera ren Karsten, Damstó, Six, Boissevaïn en Je heer J. Willebeek le Mair te Rotterdam. Belangstelling en mildheid van verschei den kanten heeft reeds ongeveer f 2800 bij eengebracht, daaronder begrepen de som van f 300, waarmee de Regeering prof. Voil- graffs onderzoekingen steunt. Doch er is f 4000 noodig, om den arbeid zoo krachtig te kunnen voortzetten, als de zaak vereischt. Mengelberg te Rome. Men schrijft uit Rome aan „De Tijd.": De muzikale wereld is hier reeds in spanning wegens de aanstaande komst van Willem Mengelberg, die van 11 tot 21 April in het „Augusteum" vier ooncerteH zal dirigeeren, waarvoor de directie, met het oog op den buitengewonen toeloop, ccn afzonderlijk abonnement verkrijgbaar nceft gesteld. De „Giornale d'Italia" gaf een geest driftige aankondiging, dat de groote Men* gelberg, na twee jaar afwezigheid, wo ler-i om op komst is en dat hem te Rome ODge* twijfeld nieuwe triumfen wachten. Nederlandsche NatuurhislCa rische Vereeniging. „Natura", orgaan der Nederlandsche Natuurhistorische Yereeniging, deelt me de, dat de Vereeniging haar ledental hcefb zien klimmen tot 2000. De onthullingen van Madame S t e i n h e i 1. Het sensatieproces, voor een tweetal ja» ren te Parijs gevoerd,waarbij Madame Steinheil beschuldigd werd haar moeder, en haar man te hebben vermoord, ligt nog versch in elks geheugen. Niettegenstaande zij door de rechtliank werd vrijgesproken, bleven toch velen aan. haar schuld gelooven en nog altijd scheen het mysterie niet opgelost... totdat Ma-, dame Steinheil op aanraden harer vrien* den besloot, om haar Mémoires uit te ge* ven. In dit merkwaardige boek schetste zij haar jeugd, en haar huwelijk met den, z x>- veol ouderen schilder Steinheil haar optre den in de groote wereld, haar verhouding tot Felix Faure, den thans overleden Pre sident van de Fransche republiek, «Ka' moord en al zijn bijzonderheden, haar ver blijf gedurende 350 dagen in de gevangenis, Berichten van kleine schermutselingen houden de aandacht op het oorlogs- 11 e r r e i n gevestigd. Verder wordt de 'nieuwsgierigheid eenigssins geprikkeld j'door een bericht in de „Frankfurter Ztg." idat de telegrafische verbinding met Tripoli Sedert Woensdag uitsluitend voor de regee- ring -bestemd is. Perstelegranimen worden niet doorgeseind, waaruit men de gevolg- 1 trekking maakt, dat op het oorlogsterrein belangrijke gebeurtenissen in aantocht sijn. Ten aanzien van de vredesbe- Inoeiingen stelt de Turksche pers zich itnet merkwaardige eenstemmigheid op het iztandpunt, dat de vertraging van den her- ihaaldelijk aangekondigden stap der groote mogendheden hij de Porte te wijten ia aan (frees voor een zekere mislukking. De groo- !te mogendheden zouden een gunstiger 'oogenblik willen afwachten. Haar diploma tie volgde zeer opmerkzaam den zich voor- ibereidenden ommekeer der Italiaansohe ppentxiro meening ten gunste van de ver- Uoochening van het inlijvingsbosluit van 5 November. Zoodra deze ommekeer meer be- J paalde vormen zou hebben aangenomen, tsou de diplomatie haar goede diensten aan j bieden. TF Maar voor de Italianen dat inlijvingsbe- irtuit gaan verloochenen, moet er toch nog i| heel wat gebeuren, dunkt ons. De Engelsohe mijnwerkers- tak i ng nadert haar einde. De offi- Cieele uitslag van de stemming der mijn werkers is: 201,013 voor en 244,011 tegen de hervatting van den arbeid. Daar er geen meerderheid van twee derde Her uitgebrachte stemmen is, adviseert l»et uitloerend comité tot hervatting yan den arbeid. Of dit advies zal gorden opgevolgd, zal op de heden te hou den nationale conferentie worden beslist. Zoo als te verwachten was, heeft het lïestuur van den Engelsohen mjjnwerkera- Jxmd, niettegenstaande den ongunstigen jnitslag van de stemming, den raad gege tpten den arbeid te hervatten. De stemming £s wel merkwaardig uitgevallen. De mijn werkers in Zuid-Wales, die onmiddellijk voldeden aan den oproep tot staking zijn Ithans voor hervatting van het werk en de arbeiders uit het Noorden, die slechts {fcegen wil en dank den strijd aanvaardden,- .tootidon dien thans gaarne tot het uiterste ^willen volhouden. Heden zal nu een nationale conferentie yan mijnwerkers worden gehouden, die beslissen zal of de raad van het bestuur op gevolgd zal worden. De „Daily Mail" is teel gerust omtrent den afloop en be schouwt het als zeker, dat binnen een week .weder overal in mijnen gewerkt zal wot- Jden. „Er zal", zegt het blad, „geen pressie op de arbeiders worden uitgeoefend; deze hebben ruimschoots hun bekomst van de staking. Bovendien zijn de verschillende districts- fcasson uitgeput, zoodat er geen ondersteu ning meer wordt uitgekeerd. Woensdag werkten in Warwicksshire, Sbaffoilrlshine, Bristol, FcHrest of Dean,, NoorcbWales en Schotland reeds ongeveer 40,00 man en naar men verwachtte, zou het aantal gisteren tot 60,000 stijgen. Robert Smillie, de vice-president van den Engel schen mijnwerkersbond, gaf de vol gende verklaring van het feit, dat de meerderheid der arbeiders zich voor voort zetting van den strijd heeft verklaard: „Om twee redenen hebben de mijnwerkers tegen hervatting van don arbeid gestemd. „Ten eerste Avas in het Lagerhuis de mee. ning uitgesproken, dat de staking niet van de arbeiders was uitgegaan, maar van agita toren; dat de mijnwerkers tot staking wa ren gedsvongen en dat ziji gaarne zouden werken, als zij maar durfden. „Ook ia gezegd, dat als men slechts poli tie en troepen naar de mijnen zond, de sta king spoedig gedaan zou zijn, daar de lei ders de arbeiders van het werk afhielden. Leze beweringen hebben ontstemming ge wekt onder de werklieden en dit heeft in vloed gehad op de stemming. Stil en gebroken zat de oude vrouw bij zijn bed. Zij hield haar doffe oogen strak gericht op den stervende, die van de we reld en haar smarten niets meer afwist. Een onbewust inslapen. Dan was het voor bij. De Dood raapte zeis en sikkel bijeen, sloeg zijn donkeren rouwmantel vaster om zijn magere schouders en ging weer verder. Boven in de villa van mevrouw Reinhardt .volgde de eene drukte op de andere. De bloedverwanten van de oude dame waren gearriveerd en hadden de vrouw des huizes reeds dood gevonden. Zij was kalm ingeslapen. Toen Louise haar 's morgens de koffie wilde brengen, lag zij' onbeweeg lijk op zijde. „Een beroerte," constateerde dr. Yollmiller. Louise was diep geschokt. Van al de aan wezigen, die met onverschillige gezichten in het salon zaten en het over de rijke na latenschap hadden, was zij de eenige, die weende. Zij zorgde evenals vroeger voor alles, maar haar krachten, welke tot dus ver stand hadden gehouden, begaven haar. Zij hield zich slechts nog met moeite op de been en kon al het werk, hetwelk door de aanwezigheid der vreemden nog was ver meerderd, nauwelijks af. Laat 's avonds kwam juffrouw Lindemann uit de stad en bracht haar de droeve mare Van het overlijden van den ouden Striegler. Ook een brief van Hendrik Striegler. Den En dat de regeering geen redelijken loonstandaard, in de wet heeft durven op nemen, heeft eveneens den avrevel der ar beiders gewekt en hen mede tot tegenstem men genoopt." Wij gaan van Engeland over naar O o 6- t e n rij k-H o n g a r ij e. Daar is de poli tieke hemel erg bewolkt, zooals wij reels eenige malen hebben aangetoond. Wel is na 's Keizers laatsten brief aan minister president Khuen Hedervary de vrede- her steld, maar de toestand is toch zoo, dat bij de eerste gelegenheid de beste de oppo sitie in Hongarije wel weer het hoofd zal opsteken. Khuen Hedervary schijnt echter vastbe sloten niet terug te deinzen voor krachtige maatregelen. Volgens een telegram uit Weenen nl. zeide hij, na afloop van de Ka merzitting van Woensdag in de wandelgan gen tot een groep kamerleden, dat het van zelf sprak, dat de Kamer ontbonden zou worden, wanneer blijken mocht, dat zij niet tot werken in staat zou zijn. „Als de orde in het parlement niet her steld wordt," zoo eindigde hij, „beleven wij binnen een maand de ontbinding van den Rijksdag." Maar behalve in Hongarije is er nog elders in de samengestelde Donaumonarchie strubbeling, nL in Kroatië. Het is neg geen week geleden, dat keizer Franz Joseph in een brief aan den Hon- gaarschen minister-president het Hongaar- sc-he volk aanspoorde mogelijk te maken de voortzetting van den constitutioneelen arbeid. In dit schrijven beklaagde hij zich er over, dat de Hongaren het hem zoo moeilijk maken- om de constitutioneele rechten van de natie onverkort te hand haven. De moeilijkheden worden in het leven geroepen doordat de Magyaren ér voortdurend op uit zijoi op slinksche wijze te tornen aan de constitutioneele voorrech ten van de Kroon en daaTbij beroepen zij zich dan nog voortdurend op hun grondwet, terwijl toch hun eigenlijk doel is den band tusschen Hongarije en Oostenrijk losser te maken. Nu doet men in Kroatië, dat een autono me staat in het koninkrijk Hongarije is, tegenover Hongarije juist wat het Magya- renland tegenover Oostenrijk doet. Blijk baar echter denken de Hongaren: ,,Als twee hetzelfde doen is het nog niet het zelfde", en daarom hebben ze tegenover de Kroaten, die een geheel zelfstandigen staat naar Hongarije willen voimen, een reeks dwangmaatregelen genomen om de onwilli ge Slaven te dwingen zich onder het oude juk te krommen. In Oostenrijk gelooft men niet, dat Hon garije zal slagen in dat voornemen en men wijst daar op het eigenaardige geval, dat de politieke rechten van Kroatië door Hon garije worden verkort, juist op het oogen blik dat het Hongaarsche parlement zelf zoo uitdrukkelijk voor zijn vermeende rech ten opkomt. Nu China een ministerie heeft, begint het ook de betrekkingen met het buitenland op normalen grondslag te brengen. Reeds zijn de voorbereidende maatregelen getroffen voor dJe zending van bijzondere gezantschappen naar het bui tenland voor de erkening der republiek. Ook wordt bericht, dat het Mantsjoe-hof in den loop dezer maand naar het Zomer paleis zal verhuizen. Het Winterpaleis zal dan verder door de Tepublikeinsche regee ring worden benut. Verder weet deze berichtgever te melden, dat streng toezicht wordt gehouden op den Mantsjoe-bond ten einde het optreden dor reaotie in de hoofdstad te voorkomen. Er zijn echter nog andere factoren dan de reactie, die de rust in het rijk bedrei gen. Uit Sjanghai wordt aan hetzelfde blad bericht, dat uit Hangtsjou, de hoofdstad van de provincie Tsjekiang, het bericht van ernstige onlusten kwam. De geregelde troe pen zouden daar een dreigende houding aannemen en ook te Sjanghai acht men zich niet veilig; de verstrekking van muni tie aan alle troepen werd toch opgeschort. Dr. Sun Jat Sen, de Ohineesche revolu- tionnair, heeft zich in ©én onderhoud als brief, waarin hij haar zijn woord teruggaf. Heel kort, zonder phrases en zonder ver ontschuldiging. „Voor jou heeft je meeste res immer8 gezorgd," schreef hij aan het slot. „Dat i's een groote geruststelling voor mij; maar ik heb eindelijk een vrouw noo dig. Ik hoop, dat het je goed zal gaan." Zij was geheel verbijsterd. Zij moest naar hem toe, moest hem zien, moest alles van hem hooren. Dat, dat kon niet waar zijn 1 Zij vond ook geen tranen voor haar groote smart, maar voelde haar oogen slechts branden en een gejaagdheid in haar leden, alsof die haar in 't geheel niet toebehoor den. Zij sloeg een doek om haar schouders en snelde het huis uit. Het was reeds over negenen. Alsof zij op de hielen werd gezeten, zoo haastig rende zij door de straten naar de bakkerij. De ramen van de woonkamer wa ren vast gesloten, maar in den winkel brandde een flauw licht. De bel sloeg dof aanmen had deze omwikkeld. In de sofa, welke tegen den muur stond, zat een ge daante met wit haar: het noodlot was in de laatste vier en twintig uur over het oude hoofd heen gevaren en had het geheel grijs doen worden. Zij staarden elkaar aan, de moeder van Hendrik en het meisje. Toen hielden zij elkaar innig e>n zwijgend omvat. Zij konden niets zeggen. Alle vragen, welke in Louise's jong, bedroefd gemoed oprezen, verstom den bij het groote verdriet der vrouw voor baar, die alles had verloren, wat haar levensavond tooien en verheldoren moest, den echtgenoot en den zoon. Zij stonden bij het lijk van den ouden baas, hetwelk in de aangrenzende woonkamer in de kist lag. „Hier heeft hij geleefd," zeide do oude vrouw meb een door tranen gesmoorde stem. „Van hier uit zullen zij hem morgen halen." „Vader!" zeide Louise snikkend, terwijl zij bij de kist neerknielde. „Lieve, goede vader!" En nu weenden zij beiden; ween den stille, heete tranen om den doode, om hun laatsten steun, die hen had verlaten. En ook om den levende, die eveneens voor hen was gestorven. Geen enkele der bloedverwanten bekom merde zich meer om de baar, welke in dé pronkkamer dier villa stond; slechts de vreemden gingen er heen, men beschouwde het lijk, legde bloemen op do kist, sprak een paar onverschillige woorden en veTliet weer het vertrek. Bergen van kransen la gen in het rond. Men had kunnen meenen, dat de vrouw daar tusschen de brandende kaarsen, onder de wuivende palmen en bloemen een leger van treurende harten had achtergelaten. En toch waren het maar twee oogen, die tranen om haar vergoten. Slechts zij schrei de, wier geluk de doode mede in haar som ber graf sleepte.. De begrafenis was voorbij. De nalaten schap was geregeld. Er was geen testament gevonden. De rijke erfenis viel in handen van hen, die de overleden© door dé rechten van het bloed nabestonden. Legaten waren er niet. Daar mevrouw Reinhardt de uni- verseele erfgename van haar man was ge weesterfden bijgevolg slechts de bloedver wanten uit haar geslacht. Er heerschte groote opgeAvondenheid onder de bloedver wanten van den overleden geheimraad; zij werden soms grof,. iaamoManan.iWHU'jne— Alles was tevergeefs. Er waren geen be palingen gemaakt omtrent hetgeen er na den dood zijner vrouw met het vermogen moest gebeuren. Zijn vrouw was volkomen vrij in haar handelingen gelaten. Ook de oude vriend des huizes, advocaat Vollmil- ler, die een broeder van den geneesheer Avas, schudde zijn hoofd. „Zij was or nooit toe te bewegen om een testament te maken," zeide hij tegen zijn broeder, „mogelijk uit angst voor den dood; er zijn zulke naturen. Zij zijn dan bang, dat God zo zou kunnen halen. Er is niets mee te beginnen. En ten slotte is het toch ook hetzelfde, wie al dat geld krijgt. Geen enkele van al de erfgenamen heeft het verdiend." „Om die allen bekommer ik mij niet het minst," zeide de geneesheer verbitterd. „Maar dat die vrouw niet aan het meisje heeft gedacht, dat jeugd en gezondheid voor haar heeft opgeofferd, dat is een schande „Misschien heeft .zij dat bij haar leven ge daan. Kunt gij dat weten V' „Neen, maar ervaren." Zij zaten in de studeerkamer van den overleden geheimraad op den neef der erf laatster te wachten, die nog in de biblio theek met het rangschikken der papieren bezig was. De dokter belde. Louise verscheen. Zij had een eenvoudige, zwarte japon aan met een dito boezelaar en keek vragend beide heeren aan. Vollmiller verzocht haar nader bij te komen en zeide op gedempten toon: ,,Gij zijt hier toch op de hoogte van alles, nietwaar, Louise?" „Hoe bedoelt u dat, dokter?" vroeg het meisje onthutst. „Wel, ik bedoel, in uw belang vraag ik het, Louise. Ik bedoel, mevromv Reinhardt heeft toch zeker een brief nagelaten, reeds ter wille van u, Louise? Weet gij daarvan niets af?" Het viel hem toch moeilijker om zijn ge dachten in woorden te kleeden dan hij zich had voorgesteld. Het stille gelaat van het meisje met de groote, vragende, ver- Avonderde oogen irriteerde hem zeer. „Ik weet Aran geen brief af, dokter,^ zeide het meisje bedaard. „Maar gij Aveet toch, dat mevrouw Lein* hardt beloofd heeft \-oor u te zorgen, niet waar?" Zijn driftig temperament werd hem de baas. Hij sprak luid en energiek. „Zij heeft dat beloofd, meermalen," zei de Louise, en haar oogen vulden zich met tranen. „Ook dat ik in dit huis zou blijven met Troll. En voor den tuin zou zorgen, wijl..." „Nu, wijl? Spreek maar ronduit., Louise, hier kunt ge dat doen." Het meisje streed een oogenblik met zich- zelve, vóórdat zij zacht, heel zacht ant woordde: „Wijl mijn verloofde niet op mjj wilde wachten, totdat „Totdat de vrouw stierfNu, en heeft hij dan niet gewacht?" Het klonk half toorn nig, half schertsend. Zij schudde haar hoofd en begroef haai} gelaat in beide handen. (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1912 | | pagina 13