No. 15984, XiEtDSCH DAGBLAD, Vrijdag- 29 Maart. Tweede Blad, Anno 1912 Buitenlandsch Overzicht. Tweede Kanier. FEUILLETON. Liefde ©si Plicht. Terwijl de oorlog zelf niets van zich laat too ren, worden er over den oorlog genoeg woorden gewisseld. In de Ita- liaansche Kamer heeft de minister ,Van buitenlandsche zaken bij de behande- Jing van de begrooting van zijn departement .Verklaard, dab het tegenwoordige oogen- blik niet geschikt was tot liet afleggen van 'een regeeringsverklaring in antwoord op 'de interpellaties en redevoeringen betref lende de meest belangrijke vraagstukken van internationale politiek of over den loop Van den oorlog. Overwegingen van het hoogste landsbelang hadden de regeering ffcot dit besluit geleid. Zij verzocht u-en spre kers dus een zuiver administratief karakter Jte geven aan de beraadslaging over de be- jgrooting. Bij de discussie heeft Guicoiardini met geestdrift zijn goedkeuring te kennen ge geven aangaande de bezetting van Tripoli en Barka en het souvereiniteitebesluit. Men kon Italië de vrijheid tot een militaire on derneming, die tot verwerkelijking van zijn 'doel moest voeren, niet betwisten. Men had gehoopt heb te zullen bereiken door den financieelen en politieken ondergang Van Turkije... Minister-president Giolitti, hier in de rede vallende, zegt: Wij zijn or zeker van en wij vertrouwen er slechts op 'door onze macht, waarop Guiociardini ver klaart het met Giolitti eens te zijn. Colavani heeft de regeering verzocht par tij to trekken van de goede betrekkingen met Oostenrijk-Hongarije om een betere behandeling te verkrijgen van de Italianen In de Donau-monarchie. De minister van buitenlandsch© zaken antwoordde, dab de heerschend'e regel in de betrekkingen tus schen staten was, dab geen regeering zich ïn de aangelegenheden van een anderen staat mengde. De hechte betrekkingen Las- schen de twee landen konden geen afwij king van dit beginsel rechtvaardigen. Ook in Turkije heeft men het over 'den oorlog gehad. De leden van het Kabi net hebben vergaderd ten huize van den grootvizier om de rapporten over den oor log van de Tivrksche gezanten bij de Euro- peesche mogendheden te bespreken. De telegrammen van deze gezanten luidden zeer geruststellend en constateerden, dat 'de mogendheden gunstig jegens Turkije ge stemd zijn. Sedert twee dagen bestaat er in leidende kringen hoop, dat er vredes voorstellen gedaan zullen worden, die in 'de termen vallen om besproken te worden. Bonapar bisten en royalisten te P a r ij s kunnen het in den jongsten tijd zeer slecht mot elkander vinden en net gevolg daarvan is, dat het op vergaderingen en bij straat be toog ingen herhaaldelijk tot botsingen .tusschen aanhangers van deze beide partijen komt. Naar het schijnt, zijn het de royalisten, die telkens aanleiding geven tot deze ongeregeldheden. Zoo -rok bijv. Donder lag. Toen verschaften zioh on geveer dertig „Camelote du Boy", gewa pend met knuppels, met geweld toegang tot een Bonapartistische vergadering. Er ont stond een vechtpartij, waarbij niet alleen Bonapartisten en royalisten gekwetst wer den, maar ook eenige tot herstel van de orde toegesnelde politie-agenten. Zes „ca melote" werden naar het politiebureau ge bracht. Naar aanleiding van het gebeurde heb ben nu Le I'rc-vosb de Lannay, de voorzit ter van de Bonapartistische verecniging in het departement van de Seine en Paul en Guy de CassagDac, een verklaring gepubli ceerd, waarin zij zioh zeer scherp uitlaten over de handelwijze van de „apaohen van de Action fran^aise" en tot de leiders de vraag richten, of deze dit lafhartig optre den billijken. In Duitschland blijven de nieuwe leger- en vlootwetten aan de orde. De Bondsraad heeft gisteren deze nieuwe ontwerpen reeds aangenomen. In den Rijks dag zal er nog wel een woordje over val len. De mijnv erkersstaking in En geland duurt maar voort. Het Hoogerhuis heeft gisteren het ko- lenmijnwetsoatwerp in derde lezing aange nomen. Geen wijzigingen zijn er in aange bracht. Het wetsontwerp zal morgen 3e koninklij ke bekrachtiging ontvangen. De leiders der parlementaire arbeiders partij hebbsn een beroep gedaan op de sta kers in de districten, waar mijnwerkers zijn die het werk weer opnemen, om zich van verstoringen \an de orde te onthouden, daar zij anders de sympathie en den steun van het publiek zouden verliezen, wat in strijd is met hun belangen. De „Pali Mall Gazette" stelt vast, dat de mijnwerkers op steeds meer plaatsen het werk hervatten. Het aantal, dat weer het werk opgenomen heeft, wordt op 10,000 geraamd. De „Westminster Gazette" jmeldt, dat men in parlementskringen van meening is, dat de stemming onder de mijnwerkers een meerderheid zal opleveren voor de her vatting van hefc werk hangende de vaststel ling der minimum-loonen door de distnots- raden. De „Star" meldt, dat de bond van mijn werkers in Zuid-Wales den leden geraden heeft het werk te herva/fcten. Er heerscht ernstige oneenigheid in de Engelsche arbeiderspartij ten gevolge van de gespannen verhouding, die tijdens de huidige crisis tusschen de leiders der mijnwerkers en van andere vakvereeni- gingen eenerzijds en de socialistische leden der partij anderzijds is ontstaan, schrijft de „Times". „En-het is lang niet onwaarschijnlijk", zoo vervolgt het blad, „dat er, zoo de on aangename verhouding voortduurt, een scheiding komt tusschen de groepen, die noodlottige gevolgen zal hebben voor de eenheid van de arbeidersbeweging in het parlement en het land. Het is weliswaar zoover nog niet geko men, maar het antagonisme tusschen de twee partijen bereikte toch reeds een groot© hoogte op de vergadering van Dins dag, waar besproken zou worden welke houding men zou aannemen bij de derdo lezing van de aanhangige wet. De voorzit ter Ramsay Macdonald gaf den raad dat de partij zich van stemming zou onthouden en dit voorstel vond steun bij de meeste an dere socialistische leden. De leden van de vakvereenigi'n.gen, echter behielden de over hand en verkregen een meerderheid voor verwerping van de derde lezing van de wet Men kan binnen kort wel weer een nieu we actie der Engelsche kiesrecht- vrouwen verwachten. Het wetsontwerp tot verleenen van par lementair kiesrecht aan vrouwen (het ver- zoeningsontwerp) toch is door liet Lager huis verworpen met 9-22 tegen 208 stemmen. Het wetsontwerp, dat ingediend was door leden van beide partijen, is het vorige jaar :n tweede lezing aangenomen met een meer derheid van 107 stemmen en het jongste op treden van de suffragettes verklaart voor een groot deel de verandering van meening in het Huis. Asquith en Harcourt hebben tegen, Lloyd George en Grey voor het ont werp gestemd. De beraadslaging heeft het gewone verloop gehad. Het resultaat der stemming was niet verwacht en de tegen standers van vrouwenkiesrecht juichten uitbundig, toen de uitslag bekend werd ge maakt. Ten slotte nog iets over China. Er zijn, naar de correspondent van de „Daily Telegraph" te Peking meldt, aan wijzingen genoeg dat Joean Sji Kaï's posi tie met den dag moeilijker wordt. Nauwe lijks is er een lek in het schip van staat be vonden en gestopt of er wordt een nieuw ontdekt, want het ontbreekt niet aan lie den die het schip tot zinken willen brengen. Sedert den 20sten dezer is er veel aan het licht gekomen betreffende den arbeid van den zoogenaamden Mantsjoe4>ond, die het herstel 'van den Ta Tsjing-troon beoogt. Zoo meldt de inlandsche pers en de be richtgever kon zicli van de waarheid over tuigen dat vele vuurwapens in whiskv- kisten in Peking werden binnengesmokkeld/ terwijl honderden drakenvlaggen worden vervaardigd. Herhaaldelijk worden bommen gevonden in de treinen, die van Moekden, het centrum van de Mantsjoereactie, ko men. Ook "worden allerlei onbetrouwbare elementen uit Mantsjoerijc d'oor de politie in Peking vrijelijk toegelaten. Het is de vraag of Joean-sji-kai tegen over al deze moeilijkheden zijn positie zal kunnen handhaven. Motie s-T er Laan en Arts. De Minister van Binnenland sche Zaken keurt-, naar hij in de zit ting van gisteren zei, af, dat deze zaak al lengs een politieke geworden is in den loop der debatten. Er had meer een toon moeten klinken in den zin, dat de mogelijkheid om tot verbetering der salarieering te komen nog niet bestaat op dit oogenblik. En zulks houdt de Minister ook thans beslist vol, al hoopt hij, dat de reorganisatie van het on derwijs, die thans nog niet kon ter hand ge nomen worden, omdat) hetgeen de Minis ter al zoo vaak heeft gezegd in den laatsten tijd de onderwijskwestie nog nieb op het werkprogram der Regeering kon worden gebracht, alsnog spoedig wèl ter hand zal kunnen worden genomen. Hier onderbrak de Voorzitter den Minister, om mede te deelen, dat, hoewel hij voornemens was heden de behandeling der moties ten einde te brengen, er zich nog verschillende sprekers hebben aangemeld, zoodat zijn voornemen nieb ter uitvoering kan komen. Debat over de Bakkerswet. Intusschen had de heer /T roelstra 'fc woord gevraagd en verkregen, die wees op de wenschelijkheid om de behandeling der Bakkerswet nog vóór het Paaschreoes aan te vangen, dus heden, Vrijdag, opdat na het Paaschrecès direct kan worden voortgegaan met de Bakkerswet, zonder fcusschenschui- ving van andere ontwerpen. Als de Voorzit ter dienaangaande een geruststellende ver klaring aflegt, dan zal spreker zich tevreden betoonen, maar anders zal hij een formeel voorstel doen, hetzij om avondzitting te houden ter afdoening van de moties, zoodat Vrijdag met de Bakkerswet zal kunnen worden begonnen. De Voorzitter zegt, dat het altijd het voornemen is geweest nog vóór het Paaschrecès te beginnen met de Bakkers wet. Evenwel kan hij geen.toezegging doen, dab na het recès direct weer met de Bak kersweb kan worden voortgegaan, omdat er dan een nieuwe regeling van werkzaam heden moet voorgesteld worden. De heer Roodhuyzen bestrijdt héb houden van een avondzitting. Beter is thans een voorstel te doen om direct na Paschen de Bakkerswet als eerste punt der agenda te behandelen. De V o o r z i 11 er maakt bezwaar, titans reeds de werkzaamheden te regelen die na Paschen aan de orde zullen kernen. (R u- moer). Onder hevig rumoer betoogt de hee-'r D u y m aer van Twist dat hij tegen elk voorstel zal stemmen om do Bakkerswet allereerst na Paschen in behandeling te ne men. Er zijn vele andere belangrijke voor stellen die op afdoening wachten, o. a. het pantserschip, de ziekteverzekering... (Ge roep: Juist precies daar komt de aap uit de mouw het pantserschip De heer Van Nispen (Nijmegen) is tegen aanvang der behandeling van de Bakkersweb voor één dag (Vrijdag). Wel zou hij er in kunnen treden om het tijdstip alvorens op Paaschrecès te gaan nog eeni'ge dagen uit te stellen, dus niet morgen uit een te gaan tot nadere bijeenroeping. De heer Troelstra wijst er op, citee. rende uit „De Standaard", dat de behan deling der Bakkerswet, als zijnde ter rech terzijde een appel van twist, zoolang moge lijk moet tegengehouden worden. Dat is de toeleg, dien spr. wil verijdelen. Daarom doet spr. thans een formeel voorstel, om onmiddellijk na Paschen met de behandeling der Bakkerswet te beginnen, als eerste punfc der agenda. Dit voorstel moet gedaan worden, meent spreker, vooral na hetgeen zooeven de heer Duymaer van Twist gezegd heeft, dat n.1. het pantserschip en de ziekte-verzekering vóór de Bakkerswet moeten gaan. Na hevig rumoer kon de Voorzitter zich verstaanbaar maken. Spr. zegt, dat 't nooit gebeurd is, dat men te voren over een regeling van werkzaamheden beslist. De heer Roodhuyzen betoogt, dat de rechterzijde de Bakkerswet niet wil. Bij de Militie wet gaf men wel avondvergaderin gen; maar voor de Bakkerswet had men geen haast. De Vogelweb heeft lang ge duurd, natuurlijk, omdat men de fout be ging geen commissie van voorbereiding te nemen. Wil men de wet niet laat er dan van rechte een voorstel komen om de Bakkers wet niet deze vier jaar aan de orde te stel len maar biat men niet den schij-n op zich laden alsof men de wet niet wil. De heer Van Nispen. (Nijmegen) merkt op, das debatteeren met de heere.n Troelstra en Roodhuyzen haast onmogelijk is; zij aanvaarden niet wat spr. zegt. Hij handhaaft zijn inzichten. In een overzicht van een der linksche bladen stond vanmor gen, dat ie lange discussies bij deze motie vermoedelijk obstructie tegen de Bakkers wet beoogden. Wat spr. wil is uitstel van het Paasch recès, indien de Oommissie van Voorberei ding voor de ziekteverzekering dat mogelijk acht. De Minister van Binnenland- sche Zaken, de heer Heemskerk, zegt-, dat de Regeering altijd heeft prijs ge steld op behandeling en aanneming van de Bakkerswet en zij betreurt, dat de behan deling thans niet begonnen kan worden. Echter acht zij bedenkelijk be handeling na Pasohen, omdat daardoor de behandeling van de ziekteverzekering en van de ouder doms- en invalidi teitswet vertraagd zou wor den. Na voortzetting der behandeling van de Bakkers-vet id de volgende week vreest spr. uitstel en vertraging van de voorbereiding der ouderdoms- en invaliditeitsverzekering, wat ook van nadeeligen invloed moot zijn op de openbare behandeling er van. Wat het zwaarste is moet het zwaarste wegen; de verzekeringswetten -moeten dus voorgaan. Do heer Brummelkamp onder steunt daarentegen het voorstel-Troelstra. De Bakkerswet is rijp voor beslissing De heer Ketelaar verweet minister Heemskerk, voorzitter van den Minister raad, in dit ciebat te hebben ingegrepen en het programma te hebben voorgeschre ven, wat de Kamer na Paschen zal te ver werken hebben. Dit acht spr. niet in over eenstemming met de Parlementaire ge bruiken, vooral niet, waar de Minister hier toevallig m ri? Kamer aanwezig is lut hoofde der debatten over de moties-Arte' en Ter Laan. De Voorzitter verdedigt heb recht des Ministers, om hefc woord te vragen cvvir eenige aangelegenheid. GeroepStemmen 1 De heer D nys: Stemmen over hefc voor stel der Regeering. (Gelach). De heer Duymaer van Twist meent, dat oe Ghr. bakkersgezellen de voorkeur zouden geven aan de verzekerings wetten boven de Bakkerswet. Aan politiek spel wil spr. niet meedoen. De heer De Visser wijst er op, dat reeds eenige weken bepaald is, dat Maan dag a.s. de Commissie van Voorbereiding voor de ouderdoms- en invaliditeitswet, met de bijzitters zal bijeenkomen ter behan deling van de artikelen. De week daarna zullen voorstellen van amendementen op do Ziektewet hun amendementen bij de Com missie van Voorbereiding kunnen toelich ten. Beide weken kan de Bakkerswet dus niet aan de orde zijn. Hij ontraadt dus hefc denkbeeld van den heer Van Nispen. De heer Ter Laan wijst den heer Duymaer van Twist op eenige onjuistheden in zijn betoog. De heer Duymaer van Twist pro testeert. Een stem: Hou jij je bek! Nadat de heer Ter Laan zijn rede vot- tooid heeft, 6preekt de heer El horst Had men io plaats zoo te praten, te klet sen, de moties afgedaan, men had morgen aan de Bakkerswet kunnen beginnen. Spr., kan niets ancers lezen in de agenda. En naar zijn meening blijft de agenda ook na het! reces gehandhaafd. De Voorzitter herhaalt hetgeen hij gezegd heeft. Alleen heeft hij zioh vergist, het is inderdaad wed eens gebeurd, dat men voor het reeos de agenda na het reces vast stelde. De Kamer heeft thans te beslissen. De heer Troelstra wijzigt de redac tie van zijn vcorstel aldus, dat de Bakkers wet op de agenda blijft, ter eerste behan deling na liet reces. De heer Do Sarornin Lohman zal tegen hefc voorstel-Troelstra stemmen. Men kan nu niet vaststellen wat na hefc reces behandeld meet» worden, er kunnen ont werpen komen die moeten voorgaan. Het voorste 1-T roelstra komt stemming en wordt met 33 tegen 35 stem men verworpen. Van rechts stemden vóór de heeyen El- horst en Brummelkamp. De vergadering wordt om halfzes ver daagd tot beden te elf uren. De Paleis-Raadhtiis-kwestle. „Hefc Nieuws van den Dag", dafc in dè kwestie van liefc Paleis-Raadhuis steeds da meening verdedigd heeft, dafc er geen reden bestond om op verandering van den bestaan- den toestand aan te dringen, noemt het ank woord van do Regeering op de missive van B. en "Ws- van Amsterdam, ingevolge da •door den Raad aangenomen motie verzocoy den, een „welverdiende les" voor Amster dam. Hot blad schrijft: „Minister Heemskerk moet niets hebben van de weifelende houding van onzen Raad, noch van de vage bereidverklaring tot offe ren, in hot. adres-Backcr tot uiting geko men hij wil „do kleur van onze pistolen; zien"; immers „voor wat, hoort wat". Ten slotte vraagt „Het Nieuws": „Zal de beweging tot „teruggaaf" van; het Stadhuis ophouden, na dit ondubbelzanw ruge antwoord dor Regeormg? "Wij* durven het nauwelijks liopen. Maar wij kunnen - in pvereensteniming mot hetgeen te dezetr plaatse van den aanvang af over de kwes-i tie geschreven werd den wenscli niet ohj dérdr ukken, dat de koud waterstraal, uit Den Haag neergeplast op de enthusiaston, hem tot bezinning moge brengen. Want, al hot overige nu daargelaten, wij zijn overtuigd dat mot do „teruggaaf" van het Paleis, om dit weer als Raadhuis te gebruiktm, Amsterdam een geschenk gekregen zou heb-- ben, dat men zich achteraf berouwen zou, ooit to hebben begeerd." Geheel andere het „Handelsblad", dat, lioó- wol in de kwestie juist tegenover „Hot Nieuws" staande, liet antwoord van de Ren geering niettemin uitbundig prijst voor liotw geen daarin over de positie van Amsterdam' als Rijks-hoofdstad is gezegd. Dat Amsterdam voor den.bouw van eeü nieuw Koninklijk paleis de kosten zou moe ten dragen, vêrlangt het „Hbl." daarin oclri ter niefc te lezen. Het geldfc liier een Arasterdamsclio zaak, schrijft het, on roept te gelijk Nederland op; om royaal meo de kopten te dragen. Het „Hbl.wil, dat Amsterdam in elk geval zal beginnen met een groot bedrag beschikbaar te stellen. Het blad schrijft* „Laat men daaT in Nederland nu eensi eenmaal van maken: „wij zullen dat botaw len —Het Regeeringsa.nlwoord ondettM stelt, dat Amsterdam liicr over de brug moet komen, cn, al twijfelen wij er aan] of met juistheid wordt gezegd, dat de stad bouwgelden „ter beschikking van liet Rijk'' ■móet stellen, lijkt het ons eigenaardiger^ dat stad en Rijk samen bouwen. Het gaat hier om een bovenal Amsterdam^ sche zaak. Allicht zullen sommige deelen deal lands er mee voor gaan voelen, maar voornaamste karakter blijft toch een zaak tusschen Amsterdam en de Kroon. Zij b<v hoort ook zelfs in hoofdzaak zoo gehouden] te worden. Dat de instemming van de Regeering 4) Hij nam uit liet sierlijk fluweelen étui een klein gouden remontoirhorloge, hetwelk aan een mooien ketting hing, en slingerde dat voor de oogen zijner moeder heen en weer. Zij bewonderde hefc kostbare ding met de bedaardheid van haar jaren. „Het is fijn, en dadelijk de ketting er bij. Lieve hemel, kinderen, wanneer ik be denk,..! Wij waren reeds tien jaren man en vrouw, vh.der en ik, toen pas heeft hij mij hefc horloge geschonken en veel, veel later pas den ketting met de gouden kwas ten, maar tegenwoordig..." „Maar, moedertje, heeft u er dan wat tegen, dafc ik Wiesje* hefc horloge geef?" Hij was wat verbijsterd want hij was een goed zoon; aan moeders raad en oordeel hechtte hij veel. „Wel, mijn jongen," antwoordde zij la chend, „waarom zou ik er wat tegen heb ben? Gij verdient immers je eigen geld. Hefc zijn nu andere tijden dan anno zoo veel. En Louise, neen, mijn jongen, wan neer ik het iemand gun, dafc zij jou krijgt, en al het goede, wat wij voor jè gedaan hebben, dan is zij hefc. Verlaat je daarop." Zij streek met haar hand Jiefkoozend door zijn dikken haardos, zoodat daaruit een wolk van meel hoog opsteeg. „En nu vlug, Henrii, wasch je en Ueed je aan. Vader trippelt reeds van ongeduld." „Waar zit ge toch, moeder?'' klonk hefc 'door de gang. „Ziet ge, daar is hij reeds! Dadelijk, vader „Hanne heeft de koffie al gezet!" „Goed, vader „Louise is er ook „Wasoh je toch eerst," zeide de moeder, toen Henni met stralende oogen naar de deur wilde snellen, „anders hoort Louise mogelijk heb getiktak daar te vroeg." Hij gehoorzaamde en was met twee spron gen de smalle houten trap op, welke van de bakkeoïj naar de bovenkamers leidde, terwijl zijn moeder naar voren ging, naar de woonkamer, welke zioh naast den. win kel bevond en waar vader Sfcriegler en Louise reeds achter de gevulde koffiekopjes zaten. Hefc was een vroolijk feest, hetwelk die vier menschen later onder den sfcralenden Kerstboom vereenigdé. De gezellen en Hanne hadden zich verwijderd en hun ge schenken meegenomen, en terwijl zij zich na den zwaren nachtarbeid ter ruste had den begeven, ook Hendrik en de oude heer rustten uit waren de vrouwen in het huis cn in den winkel bezig. Er viel nog van alles te doen. Den eersten feestdag ging men gezamen lijk na-ar de kerk en de tweede was voor een uitstapje bestemd. Zoo was het bij de familie Striegler sinds jaar en dag ge weest. Daaraan hield men vast. Hendrik Striegler stond in zijn Zondag- sche kleeren voor de winkeldeur gereed voor het uitstapje, toen dwars over den weg en geheel buiten adem de portier van de villa Reinhardt kwam aansnellen. „Wel, Linclemann, waarom zoo haastig?" vroeg de jonge bakkerszoon glimlachend.. „Gij rent als een koninklijke hofkoerier." „Is juffrouw Louise bij u, Striegler?" De jonge man fronste zijn voorhoofd. „Ja, mijn meisje is binnen bij mijn ouders, wij staan op 't punfc uit te gaan. Daar is het rijtuig al, om ons naar den trein te brengen." „Er is namelijk, er is een telegram ge komen, ah, daar is u, juffrouw Louise xxet meisje trad in gezelschap van haar schoonouders uit de winkeldeur. „]Er ia een telegram gekomen van me vrouw Reinhardt. De bode wilde dat eerst niet afgeven, 't Treft goed, dat ik u nog vind." Louise was bleek geworden; haar hand beefde een weinig, toen zij het gevouwen stuk papier nam, waarmede zij naar den winkel terug ging en las „Mijn tante, die hier ziek is geworden, wenscht dadelijk te vertrekken. Zij komt vanavond 10.30 weer thuis. Wil dadelijk den geneesheer verwittigen. REINHARDT." Hendrik stond achter haar en las mede. „Welnu, daar hebben wij die lieve me vrouw Reinhardt weer, om ons genoegen te bederven!" bromde hij hoos. „Het is toch om duivelsch te worden.'' „Henni, als zij toch ziek is geworden!" smeekte Louise en haar oogen vulden zich met tranen. Het liefst zou zij dadelijk naar huis gesneld zijn en stil gewacht hebben tot dat haar meesteres kwam. Het genoegen was voor haar nu toch bedorven. „Wel, kinderen," riep de moeder buiten, „wat is er?" „Mevrouw Reinhardt is ziek geworden," zeide Louise, ais om verontschuldiging smeekend; „ik moet het dadelijk den dok ter laten weten." „Wanneer komt zij dan vroeg Linde- mann. „Ik moet toch zeker met mijn \rouw naar hefc station om haar af te halen „Natuurlijk, half elf,' zeide Louis; „maar zou de dokter thuis zijn?" „Ik zal er wel heengaan, juffertje," zeide Lindemann, die mérkte, dafc Hendrik onge duldig werd, goedhartig, en het meisje hefc feestje van harte gunde; er kwam ook veel goed door Louise's toedoen uit het huis. „Dat is mooi Lindemann" merkte Hen drik, meer verzoenend gestemd, op; „zorg gij daarvoor. Wij zijn vanavond weer thuis, nietwaar, vader?" „Zoo tegen achten, dacht ik," merkte de oude Striegler op. „Nu, dan hebben wij nog tijd. Kom, Wiesje, stap in! Acli'eu, mijnheer Linde mann. Dit is voor de moeite van de bood schap riep Hendrik en drukte hem een vijftig-pfennig-stuk in de hand, waarna hij naast zijn verloofde op de achterbank van den landauer ging zitten; de oude lui zaten op de voorbank. Men reed weg. Louise leunde met opeengdklemde lippen en doods bleek naast Hendrik tegen hefc bekleedsel van het rijtuig. Wanneer zij het had durven wagen, zou zij toch liever naar de villa zijn gegaan en zichzelve overtuigd hebben of dokter Vollmiller voor den avond disponibel was. Maar die sombere uitdrukking in Hen driks oogen had haar gewaarschuwd. Nu drukte hij zacht haar arm, dien hij door den zijne had getrokken; zacht beantwoordde zij dien druk. Maar haar gedachten dwaalden naar het verwijderde oord, waar haar mees teres nu wellicht naar haar verlangde naar (haar trouwe handen, die haar wèl dedea zooals geen andere op aarde, naar haar zachte stem, die de wilde fantasieën in het opgewonden brein der arme zieke tot zwij gen wisten te brengen, terwijl de eigen' bloedverwanten in hun koelheid en hun zelfzucht den weg niefc tot het hart der; eenzame vrouw wisten te vinden. Vroeger nog dan eerst bepaald was keer den de Strieglers met Louise terug. „Gelukkig, dat er met Paschen aan -iat gejaag met die oude vrouw een einde komt!" zeide Hendrik tegen zijn ouders, toen zij met hun drieën bij het avondeten: zaten. Louise had zich niefc laten weerhout den. Zij was, toen men op den terugweg! voor de villa kwam, deze woning binnen gegaan. Even na haar verscheen ook da dokter en vroeg of zij iets nauwkeurigs wist. Zi; zeide van niet- en gaf hem het teie-< gram. Hij wilde dadelijk naar hefc station rijden en de oude dame medebrengen; .lat stelde het. meisje gerust. Zij ging zioh nu, verkleeden, legde hefc nieuwe horloge weer in het étui, sbreek er met haar smalle, har de handen teeder over heen en legde hPfc in haar commode. Zij maakte een soepje; klaar voor haar meesteres, zette thee en verwarmde de kamers; er heerschte overal een behaaglijke, aangename temperatuur. In haar ledikant, waarvan de lakens mlit mooie kanten waren afgezet, lag mevrouw Reinhardt vroeg in den morgen en keek met haar groote, lichtgrijze oogen naar het winterlandschap buiten. De verwelkte trek ken van hefc breed© gelaat hingen slap naar beneden en de bittere trek om de roondhoe* ken scheen scherper te zijn. Zoekend tast ten de gele vingers op de zijden deke* heen en weer. (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1912 | | pagina 5