Nieuwe Eaadsels. te voorschijn, die het koningskind een gave zouden vereeren. Maar een was er weer bij, een afschuwelijk, leelijke, booze fee, dié er zoo bespottelijk uitzag, dat het ikind telf, zoo klein als het was, haar al scheen ,uit te lachen- Je begrij.pt echter, hoe dit opgenomen werd. Zbó boos was de fee, dat Xe onmiddellijk het ventje met haar too- verstokje aanraakte en hem voorspelde, dat hij. nooit, nooit weer zou kunnen lachen. En dit was iets heel ergs, iets h s.cl pijnlijks voor de ouders. Want toen cus ventje nu een jaar of vier, vijf was en ge lukkig wèl met zijn kameraadjes naar har telust kon ravotten, bleef toch altijd zijn ge zichtje even strak en onbeweeglijk, Reeds had de vorst een congres laten bijeen roe pen van alle geleerde doctoren in zijn eigen land en in den omtrek, maar geen dier mannen der wetenschap wist raad te schaffen. Intusschen had de koning over al in zijn paleis het gebruik van spiegels verboden, omdat de jonge Prins dan neg maar des te meer herinnerd zou worden aan zijn gebrek. Het scheen Wel, dat dkc;- .ning zelf zich die heele geschiedenis zo danig had aangetrokken, dat zijn hersenen er eenigszins door van streek waren, an ders had hij dunkt me niet met het vol gende ongerijmde verbod voor den dag kunnen komen: „Heeren en dames, daar mijn zoon en opvolger nooit het genot gesmaakt heeft om te kunnen lachen, verbied ik U ook op straffe des doods, dat een van mijn on derdanen zich dit genot verschaft. Die dus lacht, met dien zullen korte metten ge- maalkt worden, want hij zal onverwijld ont hoofd worden. Plotseling.... daar weerklonken luide schaterlachen midden in de zaal en... daar stond de booze fee, die lachte dat zij schudde 1 „Sire,, sprak zij, brutaal en en vrijpos tig als altijd, nu hebt U overal rond ge zocht in Uw rijk naar een middel om uw zoon weer te doen lachen en het eerste tn beste middel daartoe hebt U over het hoofd gezien. Laat weer spiegels en glasruiten aanbrengen in Uw paleis en.... de jonge Prins zal onmiddellijk lachen. Hierop hield zij zelve den Prins een zakspiegeltje voor en ziet.... dadelijk had dit de gewenschte uitwerking. Toen sprak de booze fee langaaam tn plechtig: „Prins hier zijt gij nu afgeholpen ran Uw vreeselijke kwaal, onthoud eohter Uw leven hing, dat gij nooit spotten moet mot mensohen, die al oud en leedijk zijuwie weet hoe gij zelf er uitziet tegen dien tijd en wie weet odk, wat de menschen achter den rug hebben eer ze er zoo* uitzagen, c'at zij in hooge mate Uw spotlust opwekten." Nu, die les bevat dunkt me nog menige nuttige wenk voor vele kinderen, die ook zoo gauw geneigd zijn tot lachen, waar ze Jacques, „het gezicht van zeven man te paard kon den intendant wel eens op de vlucht jagen. "Wees nu slechts zoo goed, onmiddellijk naderbij te komen bij het eerste gefluit dat ik laat hooren." „Nu", dacht de luitenant, ,,die jongen is toch nog zoo gek niet als hij wel schijnt." En eigenaardig, want het gelaat van Jacques leek op het oogenblik niets op wat het eenige uren te voren bij den gouveav neur had geschenen. De patrouille hield zich doodstil bij het binnenrijden en de schildknaap alleen trad op het voorplein. Op het leven dat dit toch maakte, werd er op de eerste verdieping een raam opengeschoven en het gelaat van den heer Robin verscheen nu in de opening, zeer verheugd op het zien van zijn onder geschikte. „Ha, ha, jongentje, ben je daar "Wel dat valt mee l Eerlijk gezegd, dacht ik, dat jij ,er met het beste paardje van stal vandoor waart." „Dat kunt u begkijpenIk zou van u weg gaan? Ik, die mij slechts gelukkig voel in uw gezelschap?" „Durf je nog zoo te spotten met mij, on- beschaamde rekel, dat je bent? Wacht maar 1 Je zult vpg hgt lot van Sullivan gayi cleelen, liever eerst eens moesten weten, wat bet toch eigenlijk wel is, wat hun lachlust op wekt. De Ëenfte ingefluid. Het sneeuwklokje luidt de lente in en het is echt als de schoon© slaapster in het bosch. Lang blijft het nl. niet wakker op een dag want als teer troetelkindje der zon gaat het reeds om drie uur slapen, als haar pleegmoeder ook de warmte harer straien minder dcet gevoelen, om den volgenden ochtend, bij den eersten zonnekus weer te ontwaken. En niemand gelukkiger dan ce bijen bdj zoo'n eerste verschijnen; als die ook door de zoele lentelucht uit haar korf naar buiten zijn gelokt, dan komen ze alWr- eerst Op welkomstbezoak bij het bengelen de klokje en mogen eens even van den ho nig snoepen, als zij het slim aanleggen ten minste 1 De bloemisten hebben niet heel veel op met de teere sneeuwklokjes, want eenmaal uit den grond getrokken, verlep pen ze veel te gauw, om voor hen produc tief te zijn en dan zijn de lieve, zachte sneeuwklokjes ook zoo koppig, ze laten zich nl. niet dwingen, om eerder uit den grond te verrijzen, dan zij zeiven willen, iets wat met de meeste andere voorjaarsbloemetjes, als bijiv. lelietjes van dalen en crocussen wèl het geval is. Maar tooh: wij hebben het lief en begroe ten het steeds vol vreugde. Ja, de vondst van sneeuwklokjes wordt zelfs als een bui tenkansje beschouwd! Niet waar, een heer lijke verrassing is het, als je ergens aan den kant van de sloot sneeuwklokjes ziet groeien en honderd tegen één dat je je handen thuis houdt en niet een bosje vol mee naar huis neemt 1 Ingezonden door „Herderinnetje"., L 9, 0, 6* 7 is een vrucht. 7, 3, 8, 9 is een lichaamsdeel. 1, 2, 9* 1 is een meisjesnaam. 4 is de 3de letter uit het alphabet. 7, 6, 0, 9 is een geluid. 1, 5^ 1 is een meisjesnaam., Ingezonden door „Kleine Zeeofficier". a 5, 9, 10, 11 is de naam van een voorname rivier. 1, 4, 6, 7 is een lichaamsdeel. 8, 3, 2 is niet ledig. 5, 4, 11 is een scherp werktuig. 1, 2. 3, 4, 11, 6, 5 komt in de lente aan de boomen. die goed en wel beneden in den kelder op gesloten ,zit." Dit zeggende liep hij bij twee treden gelijk de trap ai, om zich in persoon meester t-e maken van den schildknaap, maar die gaf nu het afgesproken teeken en te gelijkertijd verschenen er zeven ruiters en schaarden zich om den verschrikten inten dant. „Wat beteekent dat? .Wat verlangt u van mij?" „0, ik heb vernomen dat u eerstdaags trouwen gaat," antwoordde Jack, en nu breng ik u vast hier een lijfgarde." „Robin, God's Mercy," sprak Reginald Morgan, Jmrn zijn lastbrief toonende, „in naam vam den Lord Gouverneur van Dover, gij zijt onze gevangene!" „En waarvan heeft men mij dan beschul digd?" „Van ,een samenzwering tegen de veilig heid van den Staat." „Die verrassing heb ik aan jou te dan ken dreigde de intendant den slimmen Jack en wilde hem te gelijk te lijf. „Doe! hem de handboeien aan!" beval Mor gan. Dit geschiedde nu ook onmiddellijk cn Robin was met recht zoolang onschadelijk gemaakt. De gardes omringden hem voorts Ingezonden door „Afrikaan". III. 'k Weet een woord van letters. Vrienden, 't wijst een voorwerp aan* Dat men tot gebruik of sieraad Menigmaal ziet voor u staan. 2, 8. 4 uient bij het visschen. 4, 1, 2 is een metaa 3, 0, 8, is voor kinderen Meest een zeer gezocht onthaal 4, 6, 9 is een diertje, 't Is een welbekend insect. Hierbij 8, 2 is een bouwstuk, Dat meestal tot sieraad strekt. Ingezonden door „Kleine Zeeofficier". Een onderwijzer heeft het over het druk ken der lucht op een straatzuiger. Aan het einder der les vraagt hij „Jan, wie belet je den zuiger van de straat te trekken 1" Jan: „De politie-agent, meester." Ingez. door Petr. en Sophia v. d. Born. Eensnorker. Moeder: „Willem, ga hier naast in. de ka mer eens even kijken of grootvader nog slaapt". Willem (terugkomende)„Moeder de hee le grootvader slaapt, maar zijn neus is wak*, ker." Ingezonden door J&coba van Rijnswou. Onze kinderen. Conducteur: „Zeg eens kleintje* hoe oud ben je?" Jongejuffr.: „Hier hedbt u het tramgeld* man, maar doe nu nooit meer zulke onbe hoorlijke vragen I" Ingez. door O. Honig te Voorschoten. Tante: „En wat voor pop wil je het lief* ste hebben voor je verjaardag, Nelly?" Nelly: „Een tweeling, tante." Ingezonden door Annie de l'Eciuae. Moeder: „Denk je boem, dat ik je yoa» mijn pleizier straf?" Marietje: ^Aoh moe, voor wiens pleizier dan?" Ingezonden door Johanna van ilburg, te Zoeterwoude. Laat in den avond, als de bakker op het punt is zijn winkel te sluiten, komt een student aanloopen. „Heeft u nog vijf-en- zeventig oudbakken broodjes?" „Misschien", antwoordt de bakker en gaat heen. Een poosje later komt hij terug met vijf- en-zeventig broodjes. I De student zet een medelijdend gezicht ec en weg trok de cavalcade bij het lioht der, ïniaan. Robin's laatste woord was nog een vcrwensching .aan het adres van Jack, wien! hij piet veel goeds beloofde als hij terug-! kwam. zoo-als weldra gebeuren zou, volgens zijn voorspelling. Simpleton haalde slechts de schouders op en ging verder in allerijl zijn vriend Sulli van bevrijden en hem te gelijk op de hcogto brengen van de blijde tijding. Jack daalde nu af in den kelder en tot zijn groote verrassing merkte hij, dat baas Sullivan volstrekt niet verlangde naar zijn bevrijding, hij had zich den tijd n.l. ten nutte gemaakt en eens 'duchtig gesnoept van het' wijnvat, waarna hij nu op zijn gemak lag uit te rusten. De heer Robin werd intusschen in een veel minder gerieflijk hol opgesloten cn er moest wel een halfjaaT verloopen eer men tot zija verhoor overging. Duidelijker kon echter zijn schuld niet worden bewezen, dan met het door hem eigenhandig geschreven docu ment, waar Jack zoo vriendelijk voor ge, zorgd had. (Slot volgt).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1912 | | pagina 13