M*. 15883 Woensdag 29 November. A*. 1911. tQeze <§ourant wordt dageUjks, met uitzondering van (§on- en feestdagen, uitgegeven. Dit nommer bestaat uit DRIE Bladen. Eerste Blad. Muziek, Officieele Kennisgeving. FEUILLETON. Valsche en ware liefde. LEIBSCH - PRIJS DEB ADVERTENTIEN: Van 18 regels 1,05. Iedere regel meer ƒ0,174. Orootere lettere naai plaatsruimte. - Kleine advertentiën ran 30 woorden 40 Oents oontant j elk tiental woorden meer 10 Oente.-Voor het inoasseeren wordt/'0.06berekend. PRIJS DEZER COURANT: Voer Leiden per week 8 Oentsi per 3 maandenf 1.10. Buiten Leiden, per looper en waar agenten gevestigd tijo 1,30. Franco per poet1.66. Wij hebben nog enkele nummers voor radig van de bekende muziekuitgave, en wel de nummers: 14, 16, 18, 19, 20, 21, 22, 25, 31, 33, 36, 37, 40, 41, 42, 43, 44, 45, 46, 47, 48, 49, 50, 51 en 52. Het zou te veel ruimte vergen om den inhoud van al deze 25. stukken hier weer te geven. Wij stellen belangstellenden in de gelegenheid de collectie bij den portir in de vestibule na te slaan. Iedere aflevering kost tien Cents, zoo dat bij aanschaffing van alle 25 stuks men voor f 2.50 in het bezit komt van een groote collectie muziek van allerlei genre. De muziek wordt alleen afgegeven aan onze aboimés, zoodat morgenavond in het „Leidsch Dagblad" een Bewijs van abonne mentschap wordt afgedrukt, waarop alleen de muziek wordt afgegeven. De Burgemeester én Wethouders van Lei den doen te weten, dat door den Raad dier gemeente, in. zijn vergadering van den 9den November 1911, is vastgesteld de volgende verordening VERORDENING, houdende wijziging van de verordening op de straatpolitie vin 1 April 1897 (Gemeen teblad No. 6), laatstelijk gewijzigd bij de venordening van 27 Juli 1911 (Gemeente- Wad No. 26). Art. 1. Achter art. 38 van. bovengenoemde veror dening worden ingevoegd de beide volgen de artikelen ,,Art. 38 bis. Het is verboden, zonder schriftelijke vergunnnig van Burgemeester en Wethouders en anders dan met inacht neming van de daarbij gestelde voorwaar den, over den openbaren weg te vervoeren weglocomoti-even, stoomketels, stoomwal sen en in het algemeen buitengewoon zware voorwerpen, die aan den weg schade kannen toebrengen. Art. 38 ter. Het is verboden over een be weegbare brug een vracht te vervoeren, waarvan het gewicht, naar het oordeel van het brug- en havenpersoneel of bij niet- aanwezigheid van dit personeel naar het oordeel van de dienaren der politie, de brug aan beschadiging blootstelt." Art. 2. Achter art. 67 van bovengenoemde ver ordening wordt ingevoegd het volgende art.. ,,Art. 67 bis. Het is aan (houders en be stuurders van verhuis-, circus-, kermis- transport- en petroleum-wagens, alsmede van die vracht- en andere transport-wagens, welke volgens aanwijzing van Burgemees ter en Wethouders uit hoofde van hun ge wicht daarvoor in aanmerking komen, ver boden, deze op den openbaren weg te ge bruiken, zonder dat zij voorzien zijn van een behoorlijk werkende rem. Houders en bestuurders van al de in het eerste lid bedoelde wagens moeten zorgen, dat op die wagens stophouten worden me degevoerd, alsmede dat de tuigen der paar den van broeken zijn voorzien." Art. 3. In art. 63 van bovengenoemde verorde ning worden achter de artt.„36 lifct. a en b" ingevoegd de artt.„38 bis, 38 ter." Art. 4. Het slot van art. 86 wordt gelezen als volgt: ten hoogste vijftien gul-den; die van art. 81,, litt. b, met eene geldboete van ten hoogete vijf en twintig gul den en die van art. 67 bis met hechtenis van ten hoogste zeadagen of eene geld boete van ten hoogste vijfen twintig gulden". Vastgesteld door den Gemeenteraad' van Leiden, in zijn openbare vergadering van den 9den November 1911. De Burgemeester, N. C. DE GIJSELAAR. De Secretaris, VAN STRIJEN. Zijnde deze verordening aan. de Gedepu teerde Staten van Zuid-Holland, volgens hun bericht van den 14/17 November 1911, B. No. 1558 (2de afd.) G. S. No. 39, in afschrift medegedeeld En is hiervan afkondiging geschied, waar het behoort^ den 29sten Nov. 1911. Burgemeester en Wethouders voornoemd, N. O. DE GIJSELAAR, burgemeester. VAN STRIJEN, Secretaris. Leiden, 29 November. Gisteravond hield in een druk bezochte vergadering in het klein Auditorium der Aca demie de héér A. J. N. Engelenberg*, resident met verlof, voor de Indologenvereeiiigiiig een voordracht over: 7,De Europecsche bestuurs ambtenaar in zijn verhouding bot het binnen- landsch bestuur en de bevolkiug." Spr. gaf een in 't algemeen zeèr waardeerende karak- tecrteekennig van de inlanders in Ned-Indië, waaruit bleek, dat hij ze- in staat acht tot zelfbestuur te kunnen geraken. Daarop moet dan ook ons bestuur gericht zijn. De Europoe- sche bestuursambtenaar moet vooral worden opgeleid in de kennis van taal, adat, en godsdienst van de inlandsche bevolking, op dat hij als leider der inlandsche hoofden kan optreden en de regeering moet de op voeding van den Javaanschen, adel op zich nemen om dezen geschild; te maken tot do tregeertaak, want wij moeten als het ideaal van ons regeeren beschouwen, on3 zelf over bodig te maken- In de gisternamiddag gehouden ver gadering der vereeniging „Openbare Lees zaal en Bibliotheek Reuvens", werd de be- grooting voor het jaar 1912, sluitende met oen tekort van f450, goedgekeurd. De aftredende loden van het algemeen be stuur, de hoeren prof. dr. H. A. Lorentz, mr. A. van der Eist. dr. A. Beets, W. O. Mulder en mr. dr. J. Sohokking, werden. herkozen. De vergadering verleende het bestuur mach tiging om c. q. den gemeenteraad uit to noo- digen een lid uit zijn midden* voor het alge meen bestuur aan te wijzen, overeenkomstig de Statuten. Onder dankzegging voor zijn herbenoeming deelde prof. Larentz aan het slot van de ver gadering mee, dat hij tusschentijds zal moe ten aftreden, omdat hij Leiden metterwoon gaat verlaten. Gisteren maakten de deelnemers aan den cursus vanwege het genootschap „Architec- tura eb Amicitiao", te Amsterdam, (afd- Hoo- ger- en Voortgezet Bouwkunst-onderricht) oen excursie naar het Ebhnographisch Mu seum aan het Rapenburg, onder leiding van hun docent Will. O. Brouwer. Het gold de keramische Afdeeling, waar dé heer Brouwer gelegenheid kon vinden de aesthetische en technische waarde van het zop hoogstaande Japansohe en Ohineesche werk te demonstree- iren. De bereidwillige assistentie van Dr. de Visser werd bijzonder op prijs gesteld. Na af loop werd nog even een bezoek gebracht aan de ketram1, afdeeling van het JMuseum van Oudheden en liet gtroote aesthe^ische verschil tiLssehen de beide verzamelingen in het lioht gestéld. De Winter-conocrten van ,,Musis Sa crum" vallen lnj de ledenen hun dames in den geest. De zaal was gisteravond weer geheel bezet. Heb podium was thans zóó ge plaatst, da.t allen de uitvoerenden konden zien. Dezen oogstten veel bijval; en geen wonder. Mej. Kortm'ann was voor de door haalr voorgedragen liederen bijzonder gedis poneerd. In jilaats van het op het program ma vermelde „Stille Liebe" van Schumann zong zij het „Weihnaolitsliod" van denzelf- den meestér, als inleiding tot diens andere gekozen drie composities, terwijl na de pauze werkjes van Hahn, Wolff en Hendrika van Tussenbroek volgden, van de laatste het lieve en geestige „Elfjes, ik kom!" waarmee de zangeres zulk een succes, behaalde, dat zij een ex bra-voordracht moest geven- Zij werd door mej. Randoe op de piano verdien stelijk begeleid. Wat het instrumentale gedeelte betreft: ook hiervan kan niet anders dan met lof worden melding gemaakt- Moj- Gleuns (piano), de heer Land (violon cel! en jlir.-Rappard vioolvormden een kla verblad, dat op waardige wijze een diietal trio's wan Gade, Haydn en Beethoven ver tolkte, welke voortdurend de aandacht in hooge mate boeiden. Ook hiervoor bleven de hoorbare betuigingen van groote vaardee- ring niet uit. Het was weer een mooie avond. Gisteravond hield de „Roei-, Zeil. en Motorboot-Vereeniging De Kaag" een ver gadering in de zaal van de sociëteit „Con cordia". Een dertigtal leden waren opgekomen en dit zeer zeker naar aanleiding van een punt dat op het convocatie-biljet stond: „Wat is 'liet meest geschikte zeilvaartuig voor on ze Kagerplassen?" in te leiden d >or den voorzitter, den heer Z. H. Hoolwerff. Vooraf werden weer een paar nieuwe le den aangenomen, kas-nazieners benoemd en deelde de Voorzitter mede, dat spoedig met het uitdiepen voor het bouwen van 10 schuitenhuizen en het bergen van 10 wher ries zal worden begonnen. Daarop nam de voorzitter het woord, schoof het schoolbord naderbij, nam een stuk krijt in de hand en hield daarop een causerie .over de vaartuigen, als daar zijn tjotters, scherpe vaartuigen, kielvaartui- gen enz., enz. Hij werd met aandacht aan gehoord, vertelde omtrent- ruimte aan boord der verschillende vaartuigen en over „Precies één uur van het Lehrter-station. Blijft, u lang weg, mijnheer Heiwig „Neen, sleohts tot morgenavond. De ka mer kan natuurlijk voor mij besproken blij ven." Daarna riohtte hij zijn schreden naar het restaurant. Het was halfnegen, dus juist een uur nadat... maar neen, het was beter er maar in het geheel niet aan te denken. Hij liet zich een flesch zwaren wijn bren gén, dronk haastig een paar glazen leeg en vroeg daarna om de spijskaart. Hij koos lang uit, bestelde eindelijk iets; maar toen het eten hem was gebracht, was het hem onmogelijk een stuk door zijn keel te krijgen. Ja, hij moest wat langzamer drinken. Er was nog zooveel te overleggen, waarvoor hij zijn hoofd helder moest houden. In de eerste plaats... Ja juist, het spoorboek! Hij haalde het zelf en begon er in te bla deren. D113 om één uur de sneltrein naar Hamburg van het Lehrter-station af en een halfuur later de orientexpres van hét Anhalter-station. Dat klopte dus goed. Terwijl hij nog na dacht over zijn plannen, werd hij aange sproken door Frank Waldau, die met een vreemden heer het restaurant was binnen gekomen. Frank Waldau wilde de gewone beleefd heid in acht nemen en zeide, om maar iets te zeggen: „Reisplannen, mijnheer Heiwig „Voor zaken naar Hamburg; slechts tot morgen.1' Frank nam met zijn vriend plaats aan een tafeltje in de buurt. Hel wig glimlachte; deze zaak had hij nu voldoende voorbereid. hun stabiliteit. Hij liet ons de verschillende overhellingen zien van het vaartuig, sprak over zwaartepunt en perspimt, over het noodwendige van het verplaatsen daarvan, want komen zwaartepunt en perspunt lood recht boven elkaar, dan de voorzitter liet het door een stuk bordpapier zien slaat het vaartuig om.... „vieren!" riep een lid onder den indruk van het oogenblik toen het het stuk bord zag vallen. Ja, nu alle zeilers zoo (hoorden de redenen, waar door het vaartuig omslaat, zal menig zei ler het volgend jaar, wanneer het seizoen weer is aangebroken en er een harde bries waait, zioh wel eens afvragen: „zit mijn perspunt nu wel op do juiste plaats?" als het gaat spannen, daarvan zijn we over tuigd. De voorzitter smaakte na het eindigen van zijn causerie het genoegen, dat er zioh. een geanimeerde discussie ontspon over de* vraag: „rond of scherp vaartuig", zoodat deze vergadering een welgeslaagde mag worden genoemd. Op uitnoodiging van de Vereeniging tot Bevordering der Zendingszaak alhior, Hulp vereeniging vau het Ned. Zendeling genootschap, gaf gisteravond' in de Groote Stadszaal, met het hoofddoel de Zending te be voordeden, onder veel belangstelling, het dameskoor „Capella", van Rotterdam, een uitvoering. Dit koor, afd. van de Rotte rdamsche Hulp vereeniging van het N. Z.-G., tellen de tachtig leden, onder leiding van den heer J. S. Vervueren, dat gratis bereid was den Zendingsvrienden alhier dezen avond te verschaffen, heeft daar, zoo ver namen wij, een goeden naam. Wij kunnen dadelijk zeggen, dat de kennismaking er mede te Leiden een aangename is geweest; dat het koor zich ook hier van zeer gunstige zijde heeft doen kennen en dat het bij een eventueel weder komen stellig ander maal op de stille aandacht van zeer velen zal kunnen rekenen; ook op hun dank. Heb koor gaf veel en alles, wat het gaf, zeer goed. Bijzonder te loven vielen o. i.het „Jubelkoor" uit het oratorium „De Mac- cabeèn" van Handel„Regendag" en „De Merelaan", van den direi'reur, en Gezang 248 3. In het laatste, a capella gezongen, trof de zuiverheid Mevr. G. MayerKolk, sopraan-soliste, werd blijkbaar als medewerkster zeer ge waardeerd. In niet mindere mate was dit het geval met de dames Truida en Anna de Groot, violiste en pianiste. De eerste van dit tweetal földeed vooral in Schubert Wilhelmy's „Ave Maria". Mevr. F. A. Weyling-De la Bije, evenals alle andere oon- certgeefsters uit Rotterdam, toonde zioh een bekwame éccompagnatrice op den Ibach-vleugel, door de firma O. C. Bender tijdelijk welwillénd afgestaan. Indien de financieele resultaten van de zen avond bevredigend zijn, is dit onderne men van het bestuur der Leidsche Hulp- vereeniging in alle opzichten geslaagd. Zoo dat eerabe niet het geval mocht zijn, heeft het toch de voldoening velen een paar aan gename uren te hebben verschaft, en boven dien de zekerheid, dat het bestaan dezer Vereeniging weer eens onder de aandacht is gekomen; zij het dan ook, dat de zaak der Zending zelve thans nieb met nadruk naar voren werd gebracht. Mej. W. M. Eggink, onderwijzeres aaa de Chr. school te Lopik, is benoemd aan de Chr. school te Hazerswoude (Rijndijk). Op Zondag 17 December hoopt ds. J., Rietberg, beroepen predikant bij de Geref. Kerk te Koudekerk aan den Rijn, afscheid te nemen van zijn Gemeente te Schoone- beeke, en hoopt zijn intrede te Koudekerk te doen op Zondag 21 Januari 1012. De Haagsche gemeenteraad heeft met 26 tegen 9 stemmen besloten B. en Ws. te machtigen grond aan te koopen ter weers zijden van de Laan van Meerdervoort voor den prijs van f2.30 per vierk. M. Tot leeraar aan het gymnasium te Dordrecht is gisteren benoemd d'r. W. H., Kramer, rector van het gymnasium te Doetinchem Uit Someren meldt men aan d'a ,,'s-H. Ct." dat een woonhuis aldaar met grooten tuin, vroeger eigendom van notaris Hoekers is overgegaan in handen van Fransche zusters, die zich aldaar willen vestigen. Drietal (alphabetisch) voor een der tienden pred. bij de Ned.-Herv. Gem. te, Utrecht: ds. Beerends, te Doesburg; ds, W. Bieshaar, te Zetten, en ds. J. Goslinga, te Leerdam. Beroepen is bij de Ned.-Herv. Gem.- te GrosbhuizenAvenhorn ds. W. Klaassen^ te Pictersbierum (Fr.) KATWIJK-AAN-ZEE. De Burgerdijk- straab begint langzamerhand winkelstraat te worden. In het voormalige, doch nu ge restaureerde pension „Zeelucht" heeft de heer A. J. van der Bent, gopensionncercl halte-chef bij de Stoomtram, een zaak ge opend in galanterieën, speelgoed en huis houdelijke artikelen. Men vindt ui den win kel de grootste verscheidenheid, ja voor elk wat wils. Vooral de keurige étalage zal door haar mooie belichting van de straat af effect maken. Gelijk men begrijpen kan, heerschto. er Maandagmorgen- in ons dorp vreugde bij het bekend worden van de behouden bin nenkomst der reeds verloren gewaande bomschuit „K. W. 67." De menschen ver telden elkaar-met tranen van blijdschap in het oog de blijde tijding. De bemanning ia hier nu in goeden welstand aangekomen.' Behalve dat de vleet weg was, was het vaartuig ook „uit de zeilen gewaaid." Aan boord bevond zich 5 last haring. LISSE. Onder zeer veel deelneming is gis-t teren het stoffelijk overschot van den heer G. C. Tromp, lid van den Raad, directeur van de Coöp. Boerenleenbank, lid der gas-« commissie, enz., op de algemeene begraaf" plaats ter aarde besteld. Onder de aanwezigen merkten wij o. a. op den burgemeester, alle Raadsleden, den Raad van Toezicht en het bestuur van da Coöp. Boerenleenbank, het personeel van de Secretarie, den gemeente-opzichter en den waarnemend-directeur van de Gas fabriek. Gisteravond werd door den weleerw. heer Burwinkel, geestelijk adviseur van den Ned. R.-K. Volksbond, voor een stampvolle zaal in het gebouw an dien Bond een ont wikkelingsavond gehouden over de „onfeil baarheid." 21) 's Middag3, kort voordat hij den weg naar de rechtbank had ondernomen, was er iemand geweest, die honderd vijftig dui zend gulden voor enkele dagen wilde depo- neeren. De man speculeerde in bouwterreinen en dit met zeer veel succes; hij gold als mil- lionnair, zoodat voor hem deze som eigen lijk maar een bagatel was. Het blauwe couvert zou natuurlijk on middellijk moeten worden opgeborgen in de brandkluisj maar Heiwig had reeds hoed en jas aan, om naar de rechtbank te gaan, en zoodoende had Heiwig zijn kassier ver- tocht het geld op te bergen tot 's avonds, om het dan in de brandkluis te kunnen wegsluiten. Dit bad hij zoo geregeld zonder eenige bijgedachte of bijbedoeling en eerst veel later was plotseling dat andere idee bij hem opgekomen. Opzettelijk bad hij vijf minuten vóór zevenen dat telefoonge sprek met den kassier gehoudent om duide lijk te doen blijken, dat hij onmogelijk de Bank meer op tijd zou kunnen bereiken. De zaak was goed en eenvoudig in bet vat gegoten en ook het verdere was reeds geregeld. Maar had hij wel het goede couvert gegre pen? Heiwig had het centraal-hotel eindelijk bereikt waar hij sedert eenige dagen logeer de. Regelrecht stapte hij door naar zijn kamer, waarvan hii de deur grendelde^ en daarna scheurde hij het oouvert opèn. Gelei tellen, dat kende hij als de beste, en vlie gensvlug en gejaagd liet hij de papiertjes tusschèn zijn vingers doorglijden. En nu was Oskar Heiwig weer de koele man, die op de beurs dikwijls „sphinx" werd genoemd, omdat hij zulke wonderlijke oogen kon opzetten en zijn gezicht zulk een ijskoude uitdrukking kon verleenen. Helwig deponeerde de groote geldsom in een leeren portefeuille, borg deze in den binnenkant van zijn vest en knoopte dit zorgvuldig toe. Daarna telde bij zijn overig geld na en kwam tot de conclusie dat hij ongeveer nog 2400 gulden bezat; een som dus^ groot ge noeg om den anderen kant van den Oceaan te bereiken en onderweg den welgestelden heer uit te hangen. Het eigenlijke bedrijfs kapitaal mocht niet worden aangesproken, daar dit zou dienen om een nieuw bestaan te vestigen. En hiermee waren de voorberei dingen voor een lange reis gemaakt; nog slechts de reisnécessaïre en h'et nachtgoed, in een handtaschje gepakt en dan kon al het overige onderweg wel worden aangeschaft. Helwig verliet de hotelkamer, om iets in het restaurant te gaan gebruiken. Terwijl hij de gang doorliep, begroette de portier hem met de mededeeling: „Vanavond zal in den wintertuin de nieuwe droomdanseres optreden; wenscht u misschien ook een loge te reserveeren, mijnheer?" Helwig dacht een oogenblik na. „Ja, geef maar een kaart, men moet den tijd toch klein krijgen; ik ben namelijk van plan vannacht met den sneltrein naar Hamburg te reizen, die toch immers om één uur ver trekt, nietwaar?" Als den volgenden dag de diefstal zou wor den ontdekt, wisten twee menschen, de por tier van heb centraal-hotel en advocaat Waldau,. dat de dader denzelfden nacht naar Hamburg was gereisd. Een derde, na melijk de beambte van de Hamburg-Ameri- ka-lijn wist,' dat de vluchteling naar de eerstvertrekkende stoomboot had geïnfor meerd. En dan zouden de speurhonden wel aan het zoeken gaan. De aanwezigheid van Waldau hinderde Helwig, minder om zijn persoonlijkheid dan wel omdat de gedachte aan Eva hem bij het zien van dezen man steeds op den voor grond kwam; vandaag voor de eerste maal na langen tijd weer. Deze reis en alles, wat daarmee in ver band stond, had Helwigs gedachten en ge voel zóó in beslag genomen, dat hij het eeh'tscheidingsproces in al deze dr.ukte bijna was vergeten. Van uit den wintertuin dronger? de mu- ziektonen van een wals door, misschien zou den zij de nieuwe droomdanseres binnenlei den; Helwig had nu eenmaal de drie gulden voor een logeplaats uitgegeven: hij stond op, om zich naar den wintertuin té begeven. Een grijnslach vertoonde zich om zïj'n mond, toen hij voorbij Waldau kwam en de gedachte in zijn -hoofd oprees, hoe deze morgen overal zou vertellen, dat die schurk nog lust h'ad gehad dien avond de voorstel ling in den wintertuin bij te wonen. Zijn kalmte en zielsrust verminderden echter wel iets, toen hij in zijn loge Becker, een bekenden rechercheur, zag zitten. Deze begroette den bankdirecteur dan ook dadelijk met de woorden: „Weet u al, dat wij hem hebben?" Hij meende hiermee een bekend misdadiger, op wicn de politie reeds lang het oog had. „Ik denk, dat hij wel in Argentinië zal zijn; dat levert immers geen misdadigere uit?" „Hij is daar geweest-, maar hij kon daar niets beginnen, daarom is hij naar New- York gegaan en is ons zoo direct in handen gevallen. O, op den duur zal ons niemand meer kunnen ontsnappen; niemand." „En welke straf zit er voor hem op?'' „Ik zou denken ongeveer vijf jaar gevan genisstraf." Nog een oogenblik werd de aandacht nu aan de danseres geschonken en daarna namen de beide heeren afscheid van elkaar na eerst voor een volgenden keer te heb ben afgesproken. Nu kwam de laatste akte van de schur- kencomedie. Helwig liet zijn h'andtasch van z'jn kamer halen, en verzocht den portier een rijtuig aan te houden. Bij het instappen zeide hij zoo Ivid, dab de omstanders het zouden kunnen hooien: „Lehrter-station en tot morgenavond dus; ik heb alles maar op mijn kamer laten lig gen,, dat is immers goed, nietwaar?" Bij het Lehrter-station aangekomen, re kende Helwig met den koetsier af en keek hem na met het idee: morgen of overmor gen zal hij op de rechtbank worden ver hoord en hij zal vertellen wat hij weet. (Worut vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1911 | | pagina 1