No. 15868.
LEIBSCH DAGBXiAB, Zaterdag* 11 November. Tweede Blad.
Anne 1911.
De Octrooiwet op het punt
har er invoering.
Finaneieele Causerie.
Brieven van een Leidenaar.
Tweede Kamer.
Reeds zijn een zestal jaren heengegaan,
sedert wij de indiening een-er Octrooiwet
besproken hebben. Eindelijk is zij: niet
alleen tot stand gekomen, doch wordt ook
hare invoering voorbereid, door velen met
verlangen te gemoet gezien.
iWij kunnen de vraag ter zijde laten, of de
Octrooiwet van 7 Nov. 1910 aan de ver
wachting beantwoorden zal. Voorshands is
daarvan niet veel te zeggen. Zooals bekend
is hebben wij vroeger een Octrooiwet ge
had,! met de bedoeling om nuttige uitvin
dingen en ontdekkingen te bevorderen.
Ongeveer een halve eeuw gel-eden is die
wet ingetrokken en inderdaad was zij voor
dat doel niet meer noodig. Het gaat nu
juist andersom als voorheen. De stroom
van uitvindingen en ontdekkingen en van
verbeteringen en nieuwe toepassingen daar
van,: is zoo groot geworden, dat men er
nauwelijks meer het oog op kan houden
en dat vermindert, naar onze meening, de
waarde ervan in niet geringe mate.
Toch kan men met ontkennen dat hij, die
een nieuw voortbrengsel, een nieuwe werk
wijze, of een nieuwe verbetering van een.
voortbrengsel of van een werkwijze uitge
vonden, recht heeft om er ook de vruchten
van te plukken en daarom aan bescher
ming van Staatswege behoefte heeft.
Daarom kan hem clan ook volgens de
nieuwe wet op zijn aanvrage uitslui
tend rechten worden toegekend. Hij Ver
krijgt namelijk gedurende v ij f t i c n jaren
de bevoegdheid om, met uitsluiting van
anderen, het nieuwe voortbrengsel, of het
voortbrengsel met de verbetering waarvoor
ociipoi is verleend, in of voor zijn bedrijf
te vervaardigen, in het verkeer te brengen,
verder te verkoopen, te verhuren, of te
leveren, in voorraad tc hebben of -t-e ge
bruiken.
Hetzelfde recht komt hem toe ten aam
zienvan een geoctrooieerde w e r k w ij z e,
of de geoctrooieerde verbetering van een
werkwijze. Hij mag uitsluitend die werk
wijze in of voor zijn bedrijf toepassen of
de stof, volgens die werkwijze of met toe
passing van die verbetering bereid, in of
voor zijn bedrijf in het verkeer brengen,
verder verkoopen enz,.
Intusschen is het octrooirecht uitteraard
vrij beperkt, want een uitvinding is slechts
dan voor octrooi vatbaar, wanneer zij strekt
tot verkrijging van eenige practische
uitkomst op het gebied der n ij v e r-
hei'd; met dien verstande dat, wanneer
voor een werkwijze tot bereiding een-ar
stof, octiooi is verleend, dit octrooi zich
ook uitstrekt tot die.stof, mits volgens die
werkwijze toebereid. Echter wordt geen
octrooi verleend voor een stof op zich
z e 1 v e.
Het is vaak zeer moeilijk uit te maken,
wie als uitvinder of ontdekker moet-wor
den beschouwd. Twistvragen daarover heeft
de wet afgesneden, door de bepaling dat
degene, die het eerst een aanvrage om
octrooi indient, als uitvinder wordt be-
schouwd. Deze aanvraag moet worden
gericht tot een bij de wet ingesteld lichaam,
hetwelk den naam draagt van octrooiraad.
Dit lichaam maakt de-el uit van het in Den
Haag gevestigde bureau voor den jndus-
triëelcn eigendom, hetwelk, zooals bekend
is, betrekking heeft op de verzekering van
het recht op handels- en fabrieksmerken.
Beide onderwerpen zijn ten nauwste aan
elkander verwant.
Elke tot den octrooiraad gerichte aan
vrage mag slechts op ééne enkele uitvin
ding of ontdekking betrekking hebben en
daarbij moet een bewijs worden overge
legd, dat een bedrag van f 25 bij het bu
reau voor den industriëelen eigendom is
gestort. Dit is alleen voor de administra
tiekosten. Het octrooirecht zelf wordt
geenszins gratis verkregen en is integen
deel vrij duur, zoodat uitvindingen van
jweinig betcekenis uiteraard weinig van het
voorrecht zullen profiteeren.
Intusschen behoeft het recht van octrooi
friet in vollen omvang in persoon te wor
den uitgeoefend door liem die het ver
kreeg. De octrooihouder kan aan een an
der de bevoegdheid verleenen om hande
lingen te verrichten, waartoe hij alleen be
voegd is en die dus een ander niet vrij
staan. Dit noemt men het verleenen eenier
i i c e n t r i en dit kan zoowel om geld als
bij wijze van milddadigheid geschieden,
b.v. als legaat of schenking. Het kan ook
geschieden bij besluit van den octrooiraad,
Want het recht van d n octrooi'-ouder moet,
zoowel als andere rechten,wijken voor li-et
algemeen belang. De octrooihouder is na-
rnelijk, na verloop van drie jaren nadat
hij het octrooi verkreeg, verplicht om
zoodanige lióentri te verleenen, welke in
het algemeen belang der nijverheid enz.
iwenschelijk is, en anders geschiedt het
jdoor 'den raad.
Zooals reeds werd opgemerkt, wordt het
uitsluitend recht op een-e uitvinding geens
zins kosteloos verleend. Het is integendeel
Vrij duur, vooral omdat tusschen octrooien
Van meer of minder belang geen verschil
wordt gemaakt en bij het groot aantal uit
vindingen en ontdekkingen van den nieu-
tveren tijd is dus geenszins de mogelijkheid
uitgesloten, dat de zaak nog een vrij aan
zienlijke bate - voor de schatkist zal ople-
teren. Het eerste en tweede jaar wordt
'50 voor het octrooi betaald en dit klimt op
ot honderd- dertig gulden, behalve de
eeds genoemde administratiekosten en een
onzienlijke boete in geval van te-Late-be-
aling. In het veertiende jaar wordt na-
urlijk voor het laatst betaald. De geza-
enlijke kosten beloopen dan ongeveer
11400.
Uitsluitende bevoegdheden hebben ma-
uurlijk weinig waarde zonder de macht
»m zijn recht te handhaven. Hij die weder
rechtelijk handeling-en verricht, waartoe al
ten de octrooihouder bevoegd is, kan
{oor dezen in rechten tot schadeloosstel
ling worden aangesproken; maar hij is bo
vendien strafrechtelijk vervolgbaar, daar
iet zeer goed mogelijk zou wezen- dat een
inbreuk op eens anders rechten hier zoo
loonend zou zijn, dat men er zich gaarne
een veroordeeling tot schadevergoeding
voor wilde getroosten. iVV.
De fondsenmarkten blijven een gunstige
tendenz aan den dag leggen. Zelfs Yankees,
die voorbijgaand afbrokkelden, konden
Donderdag te New-York krachtig herstel
len, nadat zij, ondanks 't flauwe slot van
Woensdag, reeds aanzienlijk boven pariteit
der New-Yorksche slotkoérsen werden ver
handeld op de Europeesche Beurzen. De
betere stemming, die door New-York sterk
werd geaccentueerd, vond haar oorzaak in
de besliEsing van 't hof, in zake de reorga
nisatie voorstellen den American Tobac-co
company. Zooals men weet was zij een
der Maatschappijen, die, met de Standard
Oil, schuldig was bevonden aan overtre
ding der Anti-Trust'-wet en dus genoodzaakt
was in anderen vorm binnen de wet het be
drijf voort te zetten. Een uitvoerig plan
werd' nu geformuleerd en aan de goedkeu-
keuring der Rechtbank voorgelegd, en nu
werd, tegen de algemeene verwachting in,
dit plan, met eenige onbeduidende wijzigin
gen, goedgekeurd. Geen wonder dat dit
gunstig werd opgevat, omdat daardoor aan
de door de Regeèring tegen de Steel Cor
poration aanhangig gemaakte procedure
veel van haar scherpte wordt ontnomen.
Was zoowel de Tabak- als de Olie-trust in
vele opzichter, schuldig bevonden aan mono-
poliseering, en daarvoor aan unfaire con
currentie, toch is 't mogelijk gebleken een
vorm te vinden, waarin beiden het bedrijf
kunnen continueeren. Men houdt 't i*r al
gemeen voor, dat de Steelt-rust den toets
der wetsbepalingen heel wat beter' zal
kunnen doorstaan dan de twee andere com
binaties. Maar zelffe als er hier en daar
moet worden gereorganiseerd, dan toch
mag men redelijkerwijze aannemen, dat
geen ingrijpende veranderingen zullen noo
dig zijn en daarmede is 't voortbestaan der
Corporatie vrijwel verzekerd. Hoe langer
hoe meer blijkt dus, dat de vervolgingen
der Regeering op politiek drijven berusten
en dat in hoogte instantie een redelijke
opvatting der wet heersoht. Geen wonder,
dat de baissiers tot overhaaste dekking hun
ner open posities overgingen zoodat een
scherpe rijzing tot stand kwam. Bij de tal-
rijke wijzigingen die de koersen en de
stemming ondergaan door de zoo tegenstrij
dige berichten, is het echter zeer de vraag
of de ingetreden verbetering reeds mag
worden beschouwd als basis voor een ver
dere rijzing. Met de Amerikaansche Ver
kiezingen in 't vooruitzicht en bij den ster
ken invloed, dien de politiek op 't zaken
leven uitoefent, behoeft het ternauwernood
betoogd te worden, dat er morgen aan den
dag iets gebeuren kan, waardoor de vooruit
zichten weer van oen geheel anderen bont
bekeken worden. Nerveuze markten nv t
scherpe koersfluctuaties sohijnen daarom
nog wel verwacht te mogen worden.
Aan den anderen kant, zijn er, al mogen
ook de zaken tijdelijk gebukt gaan onder
deze omstandigheden, enkelj lichtpunten,
die bij de beoordeeling van Amerika niet
over 't hoofd moeten gezien worden. De
oogst wordt dit jaar geraamd op een waar
de van 4,567,000,(XX) doll, wat ruim 100 mil-
lioen dollar meer is dan verleden jaar. De
minder gunstige graanoogst wordt gocorn-
penseeird door den grooten katoenoogst
Het geld blijft goedkoop, getuige 't feit
dat de Vereenigde Staten 80 mitlioen Mark
Pruisische schatkistbiljetten opnamen;
duidt dit eenerzijda op den slakkengang
van eigen handel en industrie, aan den
anderen kant is 't toch een gunstig ver
schijnsel, om dat er uit b-lijkt, dat er van
overspeculatie geen sprake is. De betalings
balans blijft bij voortduring in het voordeel
van Amerika. Over het algemeen blijven de
fundamenteel© condities dus gunstig en :s
het land gereed voor een nieuwe periode
van bloei, zoodra de politieke factor is uit
geschakeld. In 1914 zal het Panama-kanaal
zijn voltooiing naderen en dat dit een ge
weldige verandering zal teweeg brengen,
blijkt reeds thans. Zoo is onze Holland-
Amerika-lijn reeds bezig met plannen te
beramen om door het Kanaal den West
kust te bereiken, zoowel van Zuid- als van
Noord-Amerika. Dat over het algemeen het
Zuiden der Staten met de tot standkoming
van de korte verbinding tusschen de twee
Zeeën zal worden gebaat, is duidelijk; de
overvloedige katoenoogst van dit jaar heeft
de vooruitzichten in die streken eveneens
niet weinig verbeterd. Men acht daarom de
aandeelen der Southern Railway zeer koop-
waardig, mits zij gesohiedpn met> eigen geld
en door lieden, die beschikken ove~ een do
sis taai geduld. Eveneens is men gepor
teerd voor de 2de Preferente aandeelen der
National Railways of Mexico, die de ver
liezen, ontstaan door de revolutie, reeds
beginnen in te halen, nu de rust in het land
is teruggekeerd.
Sedert enkele weiken is er wat meer be
langstelling voor de waarden der Peruvian
Corporation.
Nadat de gewone aandeelen jarenlang in
de buurt van 23 pCt. en de preerente tus-
sclien 1015 pCt. hadden geschommeld,
trad er in 1900 een verbetering in, die in
1906 haar culminatiepunt bereikte en de
Commons tot 19, de preferente tot 55 pCt.
deed monteeren. Ofschoon de zaken der
Maatschappij bestendig vooruitgingen, en
een verbetering in de koersen der aandee
len dus logisch was, kon deze sterke stij
ging toch moeilijk uit de behaalde resulta
ten verklaard worden; er hepen geruchten
volgens welke een reorganisatie van de fi-
nantiën der Maatschappij in voorbereiding
zou zijn; waardoor de achterstallige dividen
den op de 4 pCt. Ciraralatiefpreferente-
aandeelen zouden worden gefundeerd. In
tusschen is er van die plannen, mogen ze
al in voorbereiding zijn geweest, nieta geko
men en in den loop der jaren zijn de koer
sen der aandeelen sterk achteruitgegaan,
zoodat deze in 1907 zelfs tot 6$ voor de
Commons en tot 31 voor de Preferente aan
deelen terugliepen. Thans noteeren we
weer 11 en 43. In aanmerking nemende het
dividend, dat de preferente aanueelen ver
leden jaar toucheerden, nl. 1 en één vierde
pCt., schijnt dit nog geenszins een koopje.
Aan den anderen kant is de Maatschappij
gestadig vooruitgegaan en is ze in vergelij
king met een 10-tal jaren geleden niet alleen
financieel krachtiger, doch de exploitatie
der spoorwegen vooral geeft een steeds
grooter ontvangst- en winstcijfer, wat er
op wijst, dat de rijkdommen van het land
steeds, meer worden blootgelegd. Waren -de
bruto-ontvangsten uit hoofde der exploita
tie van sporen en stoom booten op de meren
in 1890'91 nog slechte ,1. 840.008 Peruaan-
sche Soles, in 1900-G01 stegen ze tot
4.887.367, in het laatste jaarverslag ©ver
1009'10 bereikten ze reeds een totaal van
9.164.770 Soles, terwijl in liet op 30 Juni j.l.
geëindigde boekjaar nogmaals een verbete
ring viel aan te wijzen van 1.328-698 Soles,
zoodat het totaal dit jaar 10.307.581 Soles
zal bedragen. Aannemende dat de exploi
tatiekosten over het' boekjaar 30 Juni
1910'11 even hoog zijn-geweest als in het
daaraan voorafgaande jaar, zal de winst
uit dien hoofde dus 132.000 pd. st. meer
bedragen.
Het totale winstcijfer bedroeg verleden
jaar 285.177 pd. st., waaruit 2 pCt. extra
werd betaald op de 5.400.000 pd. st-. 6 pCt.
Debentures zoodat deze. 6 pCt. ten volle
werd betaald en 1 en één vierde pCt.
dividend op de Preferente aandeelen, wat
93.119 pd. st. vereischte. Er was dus een.
surplus van 78.058 pd. st. Voegen wij dit
bij het netto winstcijfer vajn 285.177 pd. st.
en nemen wij- in aanmerking, dat er reeds
4 pCt. was betaald -op dé debentures, of
216.000 pd. st., dan krijgen wij een totaal
van 579,235 pd. st. Rekenen wij nu de meer
dere winst op Spoorwegen (132.870 pel. st.)
en een grootere winst dan verleden jaar op
de guano van 10.000 pd. st.,'dan komen wij
op een winstcijfer van -722.105 pd. st. over
boekjaar 1910'11. In Februari j.l. werd
57.200 pd. st. besteed aan aflossing van
Debentures k 105 pCt.y terwijl de volle 6
pCt. op de toen uitstaande 5.348.600 pd. st.
Debentures een bedrag van 320-916 pd. st.
vereiseht. Er saldeert dan, 343.989 pd. st.,
zoodat een dividend van 2'pCt. op de Pre
ferente aandeelen, 150.000 pd. st. absorbee-
rende, zeer wel moglijk is. Er zou dan nog
een surplus blijven van 193.989 pd. st.
Bedroeg de reserve in ,1901 nog slechts
80.000 pd.. st., in het laatste jaarverslag
was deze reeds tot 575.000- j>d. st. gestegen.
Intusschen was ze slechts ten bedrage van
190.000 pd. st., deels in Consols en derge
lijke fondsen, deels in Gash, belegdhet
restant is dus als werkkapitaal gebruikt
Gezien den gestadigen vooruitgang in de
zaken der Peruvian Corporation en de
waarschijnlijkheid dat. er over 't op 30 Juni
j.l. geëindigde boekjaar een dividend van
2 pCt. zal kunnen worden uitgekeerd op de
Preferente aandeelen, lijken deze laatste,
met het oog op de toekomst niet duur.
Mochten de financiën der Maatschappij van
daag of morgen gereorganiseerd worden en
de achterstallige dividenden op de Prefe
rente aandeelen in den een of anderen vorm
worden gefundeerd, dan zou hieruit, wat de
Preferente aandeelen betreft-, een niet
onaardige kapitaals winst voortvloeien, ter
wijl. de gewone aandeelen, thans uit den
aard der zaak nonvaleuxs, ook op den duur
veel betere kansen zouden bieden. Blijft de
Corporatie en. daarmede Peru zich ontwik
kelen naar den maatstaf der laatete 10 jaren
dan zou de betaling van de volle 4 pCt; op
de Preferente aandeelen dit jaar reeds
mogelijk, ofschoon zeker niet meer dan
2 pCt. zal worden uitgekeerd na verloop
van nog' eens 10 jaren, volstrekt niet tot
de onwaarschijnlijkheden behooren, terwijl
op den duur de gewone aandeelen zelfs met-
ongetroost naar huis behoeven te gaan.
Klinkt het dus thans nog vreemd te hoo-
ren spreken van ,,Oe n'est pas de Pérou",
wellicht, dat dit gezegde over 25 jaren in
derdaad weer actueel wordt! W.
CCCLXXVII.
Tot dusverre gold het vrijwel als een
axioma dat de belangrijkste uitbreiding
van Leiden aan den noordwestkant tusschen
de Haarlemmertrekvaart en den Rijnsbur-
gerweg was te verwachten en door het bou
wen van een nieuw Ziekenhuis aan de
overzijde van dien weg ook daar nog. Daar
was men dicht bij het centrum van het ver
keer bij het Station van HolL en Staats
spoor en van de verschillende trams. Nu, de
uitbreiding gaat daar ook kalmpjes haal'
gang. Niet met die kootsachtige bouwwoede-
als een jaar of tien geleden, gelukkig, wat
toen ook op een halve mislukking uitliep,
maar op een wijze, die aan een gezonde
ontwikkeling van onze -gemeente, doet den
ken, die er toe leiden zal, dat over een
kwarteeuw de kom van het dorp Oegstgeest
als een voorstad-van Leiden kan worden
beschouwd, en dan ook ongetwijfeld bij Lei
den zal zijn ingelijfd.
Dat de stad echter ook een belangrijke
neiging zou toonen, zich uit te zetten naar
het Zuiden en Zuid-Oosten, daaraan werd
langen tijd getwijfeld. De ontwerpers van
het uitbreidingsplan der gemeente, die hun
blik tot op verre toekomst gericht hielden,
hadden daar wel geprojecteerd een 30 tot
4o Meter breede straat, met den weidschen
naam van boulevard aangeduid, doch als
men daarover eens sprak, dan werd schou
derophalend gezegd, dat dit nu eens echte
toekomstmuziek was.
Het plan voor de nieuwe verbinding van
den Rijn met het Ryn- en Schiekanaal door
een wijd kanaal, waaraan nu is begonnen,
bracht wel eenige wijziging in deze mee
ning, vooral toen men vernam dat er van
den Zoeterwoudschen weg naar den Hoo-
gen Rijndijk langs den waterweg ook een
verharde verbindingsweg zou komen.
Daar langs het Kanaal zal mettertijd de
industrie zich vestigen en een naar de
eischen des tij ós gebouwde zwem- en badin
richting zal tal van Leidenaars er heen
voeren. Dan komt dit deel aan de beurt en
Zoeterwoude zal zoo zoetjes aan worden
bereikt.
Maar daar tusschen veel dichter bij hot
Singclgcdeelte, ligt nog altijd de boule
vard'.... geprojecteerd op papier alleen.
De gemeente behoort het Raamland toe en
die zal niet zoo spoedig overgaan tot ex
ploitatie van bouwterrein. En van den
kant van den Zoeterwoudschen weg af zul
len onze bouwers het ook nog wel niet aan
pakken. De aanleg van een straat van 30
Meter zal hun wel afschrikken en er moet
zeker nog veel meer woningnood komen,
vóór men daar bouwt. Zoo redeneerde men,
en ik heb ook wel eens gedacht dat
m e n gelijk had.
Men ziet hoe gauw het kan veranderen.
De gemeente heeft een terrein op 't. Raam
land. afgestaan voor 'n nieuw Invalidenhuis
en zal de sloot dempen en het bestuur van
't- Fonds ter ondersteuning van den gew.
dienst in de Nederlanden zal een begin
maken met den aanleg van onzen boulevard
aan den kant van den Hoogen Rijndijk.
De gemeente heeft aan ondernemende
bouwers een tegemoetkoming toegezegd
voor den stratenaanleg en aan den Zoeter
woudschen weg pakken zij het werk aan.
Het begin is er dus, mede door den durf
en de vooruitziendheid van ons gemeente
bestuur en als de tijden ons niet ongunstig
zijn, zal men eens zien hoc spoedig men
elkaar ontmoet. Het gemeentebestuur zorgt-
als een verstandig huisvader niet alleen
voor bet hedenmaar oclk voor de toekomst.
Aan dezen afstand van het terrein voor den
bouw van het Invalidenhuis verbindt het
ten overvloede de voorwaarde, dat de ge
vel aan zekere schoonheidsnormen moet vo'
doen, wat anders ook zonder dien drang
wel zal geschieden, want het werk zit in
goede handen en wordt niet uit de zuinige
hand gemaakt.
Aan het subsidie voor den straataanleg
heeft het- gemeentebestuur ook eischen ge
steld, wat den aard en den bouw der 'hui
zen betreft. Fabrieken en werkplaatsen
mogen er niet komende huizen moeten
een huurwaarde van minstens f 300 bezitten
en voortuintjes hebben, terwijl ook op het
uiterlijke zal worden gelet.
Dezer dagen las ik, dat er in Amsterdam
door een combinatie een blok z.g. pension-
huizen zou worden gebouwd, waar men een
gemeenschappelijke centrale verwarming,,
een gemeenschappelijke keuken en nog an
dere zaken gemeenschappelijk had. Vo-.ir
menscben met een behoorlijk inkomen zon
der nu bepaald rijk te zijn iets be ge er cry.
waardigs, vooral in een tijd nu het dienst
boden vraagstuk voor menige mevrouw een
moeilijk probleem is geworden. De gp nern-
sohappelijke verwarming lijkt mij ai heel
mooi en practisch toe, nu de vulling en ht-(
stoken bijna geheel mechanisch plaats heeft
Durft men dit hier ook niet eens próbee-
ren V Waar men thans op zoo verschillend
terrein coöperatie toepast, behoeft men er
op dit gebied ook niet bang meer voor te
zijn.
Om eens een proef te nemen zou deze
boulevard zich uitstekend leenen.
Dit echter in het voorbijgaan. Het vóór
naamste is, dat de breede verbindingsweg
van twee stadsgedeelten na niet al te lan
gen tijd tot stand komt. Mogelijk dat er
dan odk' weldra een tram doorloopt om het
verkeer van dit deel der buitenwijken met
het centrum der stad en het station t-e ver
gemakkelijken. Ik heb voor deze nieuwe uit
breiding goeden moed en het- zou mij zeer
bedriegen indien niet over een jaar of t-ien
de thans nog slechts geprojecteerde bou
levard er één in Werkelijkheid is met een
mooie rij huizen met aan weerskanten villa's
op het dan nog voormalig" Raamland.
M i 1 i t i e w e t.
Op art. 107 is een amendement-Ter Laan
ingediend om in plaats van „de lichting
1913 bedraagt ten hoogste 23,000 man" te
lezen: „Dé lichting 1916 bedraagt ten hoog
ste 23,000 man."
De heer Ter Laan licht het amende
ment uitvoerig toe. De bedoeling is bij aan
neming der wet te wachten tot 1916- Dit
uitstel acht men gewenaeht met het oog op
de behoorlijke huisvesting der meerdere
duizenden manschappen, op de voorziening
in de behoefte van de noodige officieren
en onderofficieren en vooral met het oog
op den slechten staat van 's lands finan
ciën. Bij aanneming zal de wet niet op 1
Maart 1912, maar op 1 klaart 1915 in wer
king moeten treden.
De heer T h o m s o n zal tegen hét amen
dement stemmen. Hij wil zich niet stellen
op hét standpunt van de uitvoerende
macht; die lieeft in dezen de verantwoor
delijkheid.
De heer S c h' a p e t verbaast zich over
dit standpunt. Bij elke wet van eenig be
lang geeft men de Regeermg tijdruimte
voor de uitvoerende maatregelen.
De Minister van Oorlog be
spreekt de argumenten, door den heer Ter
Laan aangevoerd. Spr. ontkent niet, dat
het aantal officieren van gezondheid incom
pleet is, maar in verschillende garnizoenen
is deze dienst opgedragen aan burger-ge-
neesheeren. Voor de huisvesting van hét
grootere leger is voldoende ruimte. De ver
sterking van de compagnieën is van geen
invloed op de encadreering. Op het kader
is inderdaad wel het een en ander aan te
merken maar daarmede heeft de uitbreiding
van het kader niets te maken. En voor het
vóóronderriolVt alleen is de wet niet ge
maakt; op de algemeene verbreiding daar
van bchoét- men dus niet te wachten. Even
min moet men wachten tot de vele gebre
ken in het leger verbeterd zijn; daarvoor
kwam men met deze wet, om n.l. zoo spoe
dig mogelijk tot verbetering te geraken.
Wat de kosten betreft, dat is zeer zeket
een gewichtig bezwaar, maar dat wijken
moet voor de noodzakelijkheid om het leger
te verbeteren. Spr. wijst er daarbij op, dat
de oorlogsuitgaven in ons land in evenre
digheid zijn met de overige uitgaven dea
lands.
De heer T h o ra s o n beantwoordt de op
merking van den heer Schaper, die hein
verkeerd begreep. De kwestie, wanneer* de
wet ingevoerd moet worden, is zaak der
Regeering.
Van den Minister verwonderde spr. de
finaneieele beschouwing, welke hier aller
minst thuis hoorde. Deze wenscht spr. dus
ter zijde te laten.
De heer T e. r Laan repliceert. Daarna
komt het amendement-Ter Laan in stem
ming; het wordt met 6-1 tegen 10 stemmen
verworpen.
Vóór stemden de soc.-dein. en de heeren
Teenstra, Roodhuyzen, De Klerk, Van Fo-
reest en Fcrf.
De volgende artikelen worden z. h. st. aan
genomen; alsook de tabel, bij art. 2S bchoo-
rend.
De beraadslaging is hiermede ten einde;
de eindstemming zal op een nader te be
palen dag plaats hebben.
Om kwart voor vieren wordt de vergade
ring verdaagd tot Dinsdagochtend a.s. te
elf-uren, wanneer aan de orde is liet voor-
stel-TroeLstra c s., een kiesrecht-adres
aan H. M. de Koningin.
Al zoo lieeft gister na middag de Tweede
Kamer de behandeling van de Militicwet
ten einde gebracht, op den laateten in dit
jaar beschikbaren dag en na vier weken
zwaren arbeid. Het valt menigeen mee,
dat dit resultaat is bereikt bij krappen tijd
en woordenvloed van den heer Ter Laan.
De behandeling kon niet zoodanig wor
den gerekt, dat de invoering van de wet
met 1 Maart* van het volgende jaar (fatale
datum om haar voor 1913 effect te doen
hebben) werd verijdeld.
Als slot hield ó'e heer Ter Laan nog eens
breede beschouwingen over de wet en haar
kosten en lasten, ter toelichting van een
araendement om de invoering drie jaar uit
te stellen. Hij sprak, vólgens ooggetuigen,
alsof het voor het eerst was, onder moei
lijk bedwongen ongeduld der Kamer, min
stens een halfuur „in (telegramstijl"
zcoals hij zelf verklaarde. En dit was geen
ironie. De heer Ter Laan moet in onbe
twijfelbare oprechtheid verklaard hebben,
dat hij zich gedurende het geil eel e: debat
een groot e beperking heeft opgelegd, dat
hij uit het te zijner bc-uc-hikking staande
materiaal slechts „enkele grepen" heeft
gedaan en dat hij in deze zelfbeperking
uitnemend meent te zijn geslaagd-
Het laatete amendement werd door minis
ter Golijn, nog eens met weerlegging van
al Ter Laans argumenten, punt voor punt
in tien minuten bestreden
Ter rechterzijde werd gejuicht. Minister
Colijn, alsook de ministers Heemskerk en
Wentliolt, werden met dit einde van vele
zijden ;gplukge wenscht.
Wat betreft minister Colijn: gebleken is,
dat hij bestand is tegen een zware proef.
Hij staat dan ook, volgens veler oordeel,
na deze welcen, ineens geheel vooraan in
hot ministerie.'Zijn goed humeur, heeft hem
bovendien geen enkel oogcnblik verlaten.
De Kamer heeft de behandeling van do
Militie wet, waarmede 17 October begonnen
werd, als gezegd, in vier v/exra afgedaan
Er waren voor noodig 16 dagve :gadoringen
en 6 avondvergaderingende algemeene
beschouwingen namen 5 dag/er gul e ringen
en 1$ avondvergadering in beslag.
van
ïn aansluiting op het reeds vermelde
aangaande bet verhandelde in deze ziirtng
(kunnen wijl nu nog mededeek-n, dat T-.
en Ws. inzake het verzoek van het Zieken
fonds hadden voorgesteld f 300 besch'kbaar
te stellen tot dekking van het nadeehg
saldo van het laatste boekjaar en vervol
gens telkenmale een bedrag te bepalen tob
tegemoetkoming in de eventueele nadeelige
saldo's der komende jaren.
De 'beer Van Zapten stelde vo r elk
een subsidie te geven van f 3.Y) dil .s iete
meer dan het nadeclig saldo vin elk i-inr,
waardoor het Fonds dan in den loop der
tijden de nadeelige saldo's der vorig.-» jCi-n
kon aanzuiveren. Over dit voorstel staak
ten de stemmen echter, zooals wij reeds
hebben gemeld.
De vierde kw&rtaalstaat van het kohier
schoolgeld werd vastgesteld tot een bedrag
van f 125.70.
Voofilbs werden wijzigingen goedgevon
den in de gemeentebegrooting en in de be
grooting der gasfabriek, dienst 1911, tot
bedragen van f 350 en f 335.
Do rekening van het Burgerlijk Armbe
stuur bedroeg in ontvangsten f1896.53 en
in uitgaven f 546.45$, een saldo aldus van
f 1350.07$. De heeren Lefeber, Pijnacker en
Van Zanten werden aangewezen om deze
rekening te oontroleeiren.
Hierna deelde de Voorzitter mede, dat
Ged. Staten aanmerking hadden gemaakt
op de voorgestelde wijze van aflossing van
de aanvullingsleening, groot f 7500, geslo
ten bij de maatschappij „Tot Nut van 't
Algemeen" te 's-Gravenhage. Betreffende
deze leening was aanvankelijk besloten om
haar af te lossen in tien jaren, te beginnen
als dc eerste leening, groot 25,000 bij de
zelfde Maatschappij /.al zijn afgelost. Thans
stelden B. en Ws. voor om de aanvullings-
leening op te lossen in vijftien jaren, te be
ginnen in 1932, als de leening van 1898,
thans nog bedragende f 10,000, geheel zal
zijn afgelost. Aldus werd besloten.
In verband met een door den heer Pb'