Groote HARDDRAVERIJEN
H. E. v. d. HEIDE, Nieuwstr.
Dame
MAGGI3
Maarsmanssteeg.
GROOTSTE SORTEERINO
Openbare Vertaping,
Bunyan-Lichtbeelden-Avond
U VERGIST ZICH
SOEPTABLETTEN
No. 15826.
LEIDBG1 DAGBLAD, Zaterdag1 23 September. Tweede Blad.
Anno 1611.
laaisters
Maatschappij van Landbouw,
In de Voedingsleer van Vee,
Kennisgeving
O&aynsiee v. d. belden,
te LISSE,
op Donderdag 5 Oct. 1911,
onüer het regl. der N. H. enR. V. enaangesp. voor 2-wieligerytuigen.
Slokpaardjes-'-melk'-Zeep
alle soorten Bouwmaterialen.
N. V. HoU. Bouwmatorialenbanöel, Ouöe Vest 215-217. Te!, int. 23S.
1LLIS
jjeTi'aagd, voor het atelier van
Blouses en Meisjeejurken. Hoog loon,
vaat werk het gebeele jaar.
Adres: Pietcr Uotlistrnat 25,
Den Haag. 8160 7
hollamd¥che
Afdeeling LEIDEN e. O.
Personen van 21 jaar of ouder, die
wenechen deel ie nemen aan een
door bovengenoemde Afdeeling te
houden WINTEBCURSLS van
12 Avondlessen a 2 uur-
worden uitgenoodigd zich spoedig
aan te melden bjj den Secretaris der
Afdeeling,
N. VAN OOSTERHOUT,
8411 17 Ie Leiderdorp.
Het BESTUUR van don NOORD-
ZIJDER POLDER geeft aan belang
hebbenden kennis, dat de kenr van
dien polder, vastgostold door
Heeren Gedeputeerde Staten van
Zuid-Holland, d.d. 10 Juli 1911, ge
durende 30 dagen, van af 22 Septem
ber tot en met 21 October ten kan
tore van den Secretaris van dien
polder, te NoordwUkerhout, in het
Dorp, ter viele zal leggen. 8397 18
Het Bestuur voornoemd,
Q. WARMERDAM, Voorzitter.
P. DE KAN, Secretarie.
Noordwijkbrhout, 21 Sept. 1911.
krachlens a>tikel 1223 B. W.
De Notaris O. D. DB
RIEU te Voorborg,
la voornemens op Don
derdagen 5 en 12 Oc
tober 1911, telkens 's voormiddage
11 uren, in het Café J. GULDEMOND te
Woubrugge, by Inzet, Verhoo
ging en Atslag, publiek te
VEltROOPEK
De BOUWMAN3WONING gelee-
kend W(Jk 2 No. 8, met STALLING
voor 26 ituka Vee, Paardenstal, Wa
genschuur, Varkeneechuur, Hooiberg,
verdere getimmerten en Erf, benevens
dlveree perceelen uitmuotend Wel- en
Hooiland en Dijk, alles gunstig gele
gen bj] elkaar, aan den RUweg b(j
de Helmana Watering onder de ge
meente Oudehoorn, In den Polder
.Vier Ambacht," samen groot
16.27.60 H. A.
In 0 perceelen, combinatiën en
massa.
Vorhuurd aan L. P. BUITELAAR
tot 80 November 19,13 80 April
1914 voor f 1600.— per jaar.
Betaling 28 December 1911.
Alles breeder b(J notitién en biljetten
omschreven.
Inlichtingen te verkrijgen ten kan
tore van genoemden Notatie DU
RIEU en ten kantore van Notaris
N. P. JONGK1NDT, Vooretraat 862
te Dordreoht. 3138 42
Notitién zt)n Tanaf 25 September
1911 verkrijgbaar ten kantore van
genoemde Notarissen en in het Café
GULDEMOND voornoemd.
itupenburg gassiers en Commissioniiairs lnlerc-
J„ FW„A-_
Houtstraat, B31 ELUVGCïSIll Dj. 52.
LEIDEN,
Harddraverq-Vereeaiging „Lisse Omstreken".
Goedgek. Koninkl. Btsl. dd. 1 J all 1911 No. 51;
's Morgens 9.30 uur voor Paarden van Ingezetenen.
Prijs f 70.-, 1ste Premie f 40.-, 2de 25.-. Troostprijzen
f20.- en f 10.. 3170 16
's Middags ie 1 30 voor Paarden van alle landen rassen.
Prijs f200. Ie Premie f 125. 2e Premie f75. Troostprijzen
f50.ent25.i3ar tl raus stalling voor de narddravei spaarden.
(met Drummonde' KalklichtDoek 3.65 X ^.65 M.,)
op Vrijdag 29 Sept., 'e av. 8 uren, ln 't Gebouw van do Chr.
Jon gol.-V er een., Janvosseneteeg 17, te Leiden door den Heer 3. HORN
te De Rilt. 3462 24
Inleider de WelEerw. Heer Os. RUDOLPH.
Het beroemde werk: „Eens Christensrcize naar de
Eeuwigheid", voorgesteld in oen serie fraaie Lichtbeelden met verklaring.
Entrée 25 Cts. Geres. Ill Cts.
7319 20
3477 76
UdCTt
heeft gaarne een rooskleurig, jeugdig uiter
lijk, een reln zacht teint cn een blanke
fluweelzachte huid. DJt alles geeU:
van Bergmann Co., Radebeul-Dresden
v fabrieksmerk.Stokpaardjes' 9
alleen echt in rood - geele (hollandsche) ver-
pakkiogSSOcent* por .tuk verkrijgbaar bij:
G»br. CHRISTIAANSE.Hoogewoerd 3,
Haarlemmerstraat 6; J. F. SUSAN,
Vrouweateeg; J. ELSINGA, Firma
J. H. DrjKHüia,' Hoogstraat 6S. A.
BROERSE, Haarl.straat 70; REYST
KRAK, Drogist, Beestenmarkt;
GEBR. SUSAN, Haarlemmerstraat39
SANDERS Co., Nieuwe RUn 44.
4906 22
Ia Magazijnen iteeds voorhandens
i.t op haar rthme keuze Vloer»
lage prUzen voor Comerr»
Vestigt in het bflzonder de aandac
en Waudtegehi. Noteert uiter»!
Vloertegel* en Grèebaizec.
Alle soorten Waal- en Rijm teen b(J groote partijea voorhanden.
Specialiteiten fn Tegelwandhekieedingoi» voor Veetlbule»
en Winkel». 2819 24
Cementijzeren Beerputten, ouder kenr dor gemoeats Lelden.
wanneer U meent, dat de bereiding van een
smakelijke soep tijdroovend en duur Met
kan men in zeer korten tijd
en voor den billijken prijs
van 5 ct. per 2 borden
evenzoo voedzame
als smakelijke
soepen
berei
den.
IJzersterke
ooilaar:
_c-V/
v.v TE OHO! a-.v
y>ooooooooooc
Mijn veeg voerde mij dagelijks langB de
woning van Schurkiewitsch. De beide klei
ne, bestoven, gedeeltelijk gebroken ven
stertjes van zijn in een kelder gevestigde
werkplaatsen toonden mij hoe het er in
deze werkplaatsen moest uitzien, die het
geld moesten opbrengen voor het onder
houd van een talrijk gezin. Dit bestond
uit den 60-jarigen Schurkiewitz zelf en zijn
vrouw, die sinds eenigen tijd aan een hard
nekkige ziekte leed, en hun dochter, een
teringachtige, zwakke vrouw, die, sinds
zij weduwe was, met haar vier kinderen
bij haar ouders inwoonde.
Schurkiewitz had betere tijden gekend-
Toen de slechte jaren kwamen en de ouder
dom zijn klachten deed afnemen, was hij
gedwongen in dit donkere gat te kruipen
en in plaats van mooie meubelen, goedkoo-
pe prullen te maken.
Sinds twee jaren bracht ook dit werk
niet genoeg meor op. Van de beide werk
plaatsen stond de een gewoonlijk leeg en
wachtte op werk.
In het aangrenzende vertrek huisde het
gezin. In den hoek, in den ouderwetschen,
haveloozen leuningstoel, zat de oude groot
moeder. Haar gerimpeld gezicht werd door
oen geplooide muts omlijst. Onverschillig
staarde zij steeds voor zich uit.
De vrouw van den schrijnwerker was bij
het fornuis bezig, terwijl de dochter, om
ringd door de bibberende kinderen, vlijtig
naaide. Tegen de vochtige muren hingen
eenige platen, het allernoodigste huisraad
stond in de kamer verspreid, een halve
duisternis hecrschte in het vertrek, die niet
eens vervroolijkb werd door den enkelen
zonnestraal, die door het hooggsiogen ven
stertje naar binnen viel.
De schrijnwerker was in schijn aan zijn
werkbank bezigin werkelijkheid deed hij
echter niets. Voor het eerst van zijn leven
had hij geen werk. Hoewel hij in den laat-
sten tijd niet kieschkeurig was met het
aannemen van bestellingen, was hij nu tooh
voor het eerst geheel zonder werk. Het
spook der ontbering en ellende dook voor
zijn geest op. Hij kon zich best behelpen
en vreesde de armoede niet, maar om op
zijn ouden dag voor een stukje brood te
moeten strijden, die gedachte martelde
hem 1 Gisteren had hij- zijn laatsten cent
uitgegeven. Tevergeefs had hij een halven
dag rondgeloopen, vast besloten ergens als
knecht in dienst te gaan, maar niemand
had een knecht noodig.
In moedelooze stemming werkte hij aan
nutteloozo dingen Zijn vrouw keek telkens
in de werkplaats, om te zien of de uitdra
ger nog niet gekomen was. Maar er kwam
niemand. De schrijnwerker knutselde voort
in ongeduldige afwachting van een beloofde
opdracht, die liem aan huis bond. Toen de
avond echter aanbrak en er nog niemand
geweest waa, wierp hij zijn beitel weg,
streek met de hand over het hoofd, zette
zijn pet op en verliet hot huis.
Hij had geen doel; hij moest de frissche
lucht inademen, het straatgewoel cn vreem
de gezichten om zich heen zien, om niet
voortdurend aan dat ééne te moeten den
ken.
Ongemerkt richtte hij zijn schreden naar
de straat, waar de handelaar in oude meu
belen, dien hij dien 'dag verwacht had, zijn
winkel had. Vijf minuten later stond hij
voor den mageren, langen man, die hem
zeer koel begroette.
„Wat verlangt ge?" vroeg hij den schrijn
werker.
„Wat ik verlang? Werk, zooals anders.
Sinds veertien dagen heb ik geen werk
meer. Ik heb mijn laatsten cent uitgege
ven. De ellende staat voor de deur," sprak
de oude.
„Ik ben er ook slecht aan toe, meester;
niemand bestelt wat."
Star blikte de oude om zich heen, zijn
keel was als toegesnoerd, een waas kwam
voor zijn oogen. Hij zweeg, terwijl de koop
man hem rustig, koel, eveneens zwijgend,
opnam.
„Mijnheer", fluisterde hij na een oogen-
blik, „geeft u mij wat reparatiewerk. Ik
ben toch altijd een goed werkman geweest."
„Dat is zoo," antwoordde de koopman,
„maar ik heb geen ^erk voor je. De tijden
zijn moeilijk."
„Moeilijk," herhaalde de oude man werk
tuiglijk, „maar het is toch ondenkbaar, dat
niet in de eerstvolgende dagen de een of
andere bestelling zou binnenkomen," voeg
de hij er bedeesd bij, zijn pet zenuwachtig
in zijn handen verfrommelend. „Geef u mij
dan een klein voorschot; ik zal het door
dubbel vlijtig werken vergelden."
„Ik kan je geen voorschot geven."'
„Waarom niet?"
„Dat doe ik niet."
De tranen sprongen den ouden man in de
oogen. Hij kon geen woord uitbrengen.
Voor het eerst van zijn leven vroeg hij om
hulp. Zijn leven lang had hij verdiend wat
hij kreeg en was er steeds iets voor hulp
behoevenden overgeschoten. Toen dé tijden
slecht werden, kromp hij zijn behoeften in.
Hij morde niet, toen zijn schoonzoon stierf
en het lot hem de zorg oplegde voor zijn
dochter en haar kleine kinderen. Hij treur
de niet om zijn mooie werkplaats en zijn
nette woning.
Hij schaamde zioh niet, toen hij zijn
knechts af moest danken. Maar nu bedekte
een schaamteblos zijn bleeke, ingevallen
wangen. Hij stond verplagen. In zijn hoofd
warden de gedachten chaotisch dooreen.
Wat had hij misdaan, dat hem zoo beslist
elke hulp ontzegd werd? De woorden van
den koopman klonken hem als een verwijt
in de ooren. Wat moet er van zijn oude
moeder worden? Wat zal zijn arme vrouw
zeggen, als hij haar zijn leege handen
toont? En de kleinkinderen, die voor het
eerst hongerig naar bed moeten?
Op dit oogenblik ging de winkeldeur met
veel geruisch open. Er trad een jonge man
binnen, en achter hem twee jongens, die
verscheidene stoelen droegen. De oude
schrikte uit zijn gepeins op en keek opmerk
zaam toe; hij begreep de treurige waar
heid.
Een andere schrijnwerker bracht het
werk terug. Een ander had heb gekregen,
het werk, dat hij tot nog toe verricht had.
Een ander. Waarom?
„Hier zijn de stoelen," sprak de jonge
man vroolijk. „Ik heb ze vóór den afge
sproken tijd thuis gebracht, opdat u zult
zien, met wien u te doen hebt. Bij mij moet
er vlug gewerkt worden; wij leven immers
in de eeuw van de electriciteit.
„Mooi, mooi P antwoordde de koopman
koeltjes, „maar je hadt het werk niet zoo
vreeg behoeven af té" leveren, want ik be
taal niet vóór den vastgestelden tijd."
„Dat heeft geen haast. Ik geef tooh ore-
diet," antwoordde de schrijnwerker. „In-
tusschen kunnen de jongens de kast meene
men, waarvoor ik een lade moet maken, heb
andere laat ik morgen halen."
De kast werd meegenomen.
De oude man stond ter zijde en luisterde
met smartelijke verbazing. „Et is dus toch
werk. Waarom had hij' het niet gekregen?"
dacht hij.
Toen hij met den koopman alleen geble
ven was, vroeg hij: „Waarom heb ik dit
werk niet gekregen?"
De koopman keek hem aan en antwoord
de: „Dat is heel eenvoudig; je bent te oud
en werkt te langzaam. Die ander is een
ferm workman, die op mijn wenken klaar
staat. Daarenboven hoeft hij niet dadelijk
geld te hebben, als hij het werk oilevert.
Bij1 de moeilijke tijden is dat van belang.
De oude staarde hem aan als wan cïk
woord een onoplosbaar raadsel voor hem.
Toen begon in zijn oogen een uitdrukking
van de diepste ellende, van vertwijfeling te
komen. .Hij was te oud Hij is dus onbruik
baar, omdat zijn handen van den langen
arbeid beven Hij wordt dus als een on
bruikbaar geworden werktuig ter rijde go-
schoven, nu, terwijl zij thuis op brood
wachten?
Hij perste de lippen van smart opeenin
zijn hoofd dreunde het, als werd er met
duizenden hamera in geslagen.
De koopman scheen dezen inwendiger-
strijd te zien; hij nam een bankbiljet uii
zijn zak, reikte het den oude toe en vipras
op vriendelijken toon: „Wat kan ik er aai.
doen? Dat ia nu eenmaal de loop der din
gen. Hier, neem dit, ik heb mot je te
doen."
Maar Sohurkiewibz stiet de aalmoes
terug, pakte met beide handen zijn hoofd
beet en met den kreet: ,,Te oud!" liep bij
den winkel uit.
Laat in den avond werd ik in de kelder
woning geroepen. Hij lag op zijn stroozafe
met hevige koorts, buiten kennis, door een
hersenontsteking getroffen. Een onbe
schrijflijke ontsteltenis had zich van het
gezin meester gemaakt. De grootmoeder
scheen echter niet te begrijpen wat er voor
viel en moest voor het eerst om haa* eten
vragen. De vrouw van den zieke zak over
zijn leger gebogen. De dochter bad voJ ver
twijfeling om genezing. De zieke stamelde
voortdurend: „Te oud, te oud"; maar oio-
mand vatte de beteekeni* dier wóórden.
Het mocht mij niet geluk sen den ongeluk
kige te redden, maar op zijn sterfdag vw
klaarde hij mij de in zijji ziekte usLgestoo-
ten woorden. Nachts opende hij wi
oogenblik ue oogen, keek nnj aan, yoqJéW,
dat zijn einde naderde, vatte mijn hand en
fluisterde: „Dokter, u kom* bij zooveel
arbeiders. Ik smeek u, zeg tooh tegen dk>
allen, dat zo er steeds op bedacht moeten
zijn, dat er een uur in hun leven kan ke
rnen, dat zij te oud zijn."