$Qa 1582CS. liHIDSCJH BAdBIaAB, Saterdag 23 September. ITisrd© Blad, Anno 1911 Buitenlandseh Overzicht. Ingezonden, 1 Elk oogenblik kan men thans den ein delijken afloop der Marokkaansche kwestie verwachten. De .onderhandelin gen zijn thans zoover dat er geen prin- .cipieele verschillen meer over geblevcfci, jzijn. De regeling in Marokko zelf schijnt getroffen en het gaat nu alleen nog maar om de afbakening der grenzen van het ge bied dat Frankrijk aan Duitschland in de «Congo wil afstaan. Ofschoon dus langzaam aan hèt eind Van deze langdradige geschiedenis in het «verschiet komt, zullen we nog enkeife da gen geduld moeten hebben voor we deze kwestie voorgoed kunnen opbergen en er het etiket: historisch op kunnen plakken. Gisteravond kregen we een telegram, waarin reeds gemeld werd dat de overeen stemming tusschen Duitschland en Frank rijk werd verkregen. Dit blijkt hedenoch tend wat voorbarig te zjjn zooals wij al Vreesden. Maar de wensch is zoo vaak de pioeder der gedachte. Het rapport van Cambon is gistermor gen te Parijs aangekomen. Vandaag zal «waarschijnlijk de Fransche minister van jbuitenlandsche zaken er verslag over uit brengen in den ministerraad. Indien de tekst der overeenkomsten kan .'worden aangenomen zonder nieuwe wijzi gingen, zal de regeering vooraf een ver klarende mededeeling publiceeren. In het tegenovergestelde geval dat waarschijn lijker wordt geacht zal de regeering al leen verklaren, dat de onderhandelingen tvorden voortgezet. In dat geval zal de ministerraad den hieuwen tekst samenstellen, die naar Ber lijn zal worden gezonden. In financieele kringen is 'de indruk goed. puitschland heeft een grooten stap ge- jdaan in de richting van het Fransche stand- punt. De overeenstemming in de Marok kaansche aangelegenheden wordt thans vrij Spoedig verwacht. -„Vrij spoedig," Dat is een kwestie van opvatting. Maar het komt ons voor dat (de volgende week wel het scherm zal val len van het Marokko-tooneel. Er zal een zucht yan verlichting gaan jdoor Europa als de zon ten slotte aan den Marokkaanschen hemel doorbreekt. De kwestie schijnt voor Duitsch land in haar staart nog een ministerieele crisis te zullen bergen. Er verluidt nl. dat Ide minister van koloniën, von Lindequist, boos is dat men hem steeds genegeerd heeft bij deze onderhandelingen. Alles is buiten hem om gegaan. Dat vond hij blijk baar niet prettig en ergo denkt hij er over (Ontslag te nemen. Als Frankrijk het met Duitschland eens fcal zijn over Marokko, zal het met Span j e afrekenen. Frankrijk is boos op Spanje om- idat het in troebel water gevischt heeft. De Fransche pers geeft echter thans niet ipndiiidelijk te kennen, dat Spanje als jhet zijn belang begrijpt, het met Frankrijk moet zien eens te worden. Nu Spanje met zijn binnenlandsche moeilijkheden zit, zal het wel gedwongen zijn dien wenk op te volgen. Geen der mogendheden voelt zich geroepen het te steunen en het zal dus wel alleen blijven staan in zijn zwakheid. Wij zijn benieuwd hoeveel Spanje ten slotte zal mo gen behouden van wat het op zijn vrij- buiterstochten in Marokko heeft veroverd. Dicht bij Marokko ligt T ripolis. Ook daar gist het. De telegrammen van giste ren gaven er al iets van. Italië en Tur kije zijn daar aan het kibbelen. Beide mee- jien daar rechten te hebben en beide ne men thans krachtige maatregelen om hun belangen te verdedigen. Italië vergoelijkt Idat machtsvertoon. Dat op het oogenblik militaire voorbe reidingsmaatregelen van zeker belang ge troffen worden, is ongetwijfeld het geval, zegt de „Tribuna" en dat deze maatrege len hun grond vinden in het Tripoli-vraag stuk, is eveneens zeker, doch men moet (deze toebereidselen niet kortweg als be wijzen van veroveringsplannen der regee ring uitleggen. Zij zijn veeleer voorzichtig heidsmaatregelen. Wanneer een toestand 'ontstaat als de tegenwoordige, is het de leerste plicht der regeering, alle toebereid selen tot bescherming der waardigheid en Ider belangen van het land en ook die der in het buitenland vertoevende burgers te tref fen en op iedere mogelijkheid voorbereid te zijn. Voor wie het gelooven wil! Wij moeten nog weer eens terugkomen op den moord van Stolypin. Et komen [thans telkens nieuwe lezingen va.n het ge val en de zaak begint steeds geheimzinni ger te worden. Wij lezen thans weer het volgende: Op den avond van de -feestvoorstelling stond den geheelen tijd een auto met twee personen er in, in de nabijheid van den schouwburg. Men vermoedt, dat die de be stemming had, Bagrof te helpen vluchten. Toen de aanslag gebeurd was, verdween de [auto en reed naar een garage, waar echter 1de huisknecht weigerde auto en passagiers binnen te laten. Twee personen, in gendar- fcnerie-unnorm kwamen uit de auto, ransel den den huisknecht af en verdwenen toen diet hun voertuig. Ook Kuljabko, de chef der politie, had feen auto voor den schouwburg, waarmede hij zich zelfs eenigen tijd verwijderde, ter- [wijl de andere auto bleef wachten. Toen na den aanslag Bagrof in den foyer aan een vociloopig verhoor werd onderworpen, eischte Kuljabko zijn uitlevering aan de po litieke politie, wat echter werd geweigerd. Men vermoedt, dat Kuljabko plan had den [moordenaar te helpen vluchten. Het ge tracht loopt verder, dat ook Kuljabko ver dwenen is. Er is een revisie van de politieke politie jte Kief bevolen, waarbij een aantal boeken en documenten in beslag genomen zijn. Als [revisor was eerst de onder-minister Makarof (aangewezen, thans is de revisie aan den rni- jnister van justitie Schtscheglowïtsj opgedra gen. De moordenaar is, volgens de berichten uit Petersburg, kalm en rustig, men zou bijna zeggen zorgeloos. Hij betreurt slechts het gebeurde voor zijn ouders. Hij is door den krijgsraad veroordeeld tot den dood dooi de strop. Het onderzoek in de spionnage.zaak te Einden duurt nog steeds voort, omtrent het resultaat lekt echter niets uit. Do beide gearresteerden, die zich Shep- hard en Jatword noemden, blijken Stagg en Wase te heeten. Zij hebben erkend in- fanterie-offideren te zijn. Het verhoor van de heide officieren heeft den marine-autoriteiten te Wilhelmshaven aanleiding gegeven torpedobooten af te zen den ter bewaking van de Eems. De zaak blijkt echter ten slotte niet zoo erg te zijn. Want volgens de laatste be richten zijn de heide spionnen weer op vrije voeten gesteld. Uit Peking komt de tijding, van het over lijden van Sir Robert Hart, den he- kenden inspecteur-generaal van de douane in China. Dit is een groot verlies voor het land. Sir Robert Hart heeft gedurende twintig jaren de meest belangrijke diensten aan China bewezen. Hij reorganiseerde den douanedienst van het Hemelsche Rijk en moderniseerde post- en telegraafwezen. In fi nancieele en diplomatieke kringen werd hem de laatste vijftien jaren herhaaldelijk om raad gevraagd. Zijn invloed in verschillen de kringen in China was groot. Hij droeg dein titel van Kong-Pao, do hoogste on derscheiding op het gebied van eereteekenen in China. Een telegram' uit Canada bracht ons gisteren al de mededeeling van de neder laag bij de verkiezingen der liberale re- geeringspaTtij. Als gevolg daarvan zal de bekende Canadeesche minister-president Sir Wilfrid Laurier aftreden. Het is voor al tegen het wederkeengheidsverdrag met de Vereenigde Staten, dat de oppositie te keer ging. Men acht dat niet vooTdeelig voor Canada. De Engelsche jingo-pers beschouwt den uitslag der verkiezing als een geweldi gen triomf voor de imperialisten, daar Bor den (de leider der conservatieven) over een meerderheid van ten minste vijftig stemmen in het parlement zal beschikken, wat de grootste meerderheid is van welke Cana deesche staatspartij óók sedert 1878. Zij acht het Amerikaansche wederkeeriglieidsverge- lijk morsdood, met welke meening de libe rale pers in Engeland het geheel oneens is, daar zij verklaart overtuigd te zijn, dat het vergelijk zal herleven, zoodra de komende nieuwe «indeeling der kiesdistrioten aan de West-Canadeesche landbouwers ten minste twintig parlementszetels meer zal geven dan tegenwoordig. De liberale pers betoogt tevens, dat de partij van Laurier slechts de nederlaag heeft geleden door het onnatuurlijk bondgenoot schap der conservatieven en nationalisten, hetwelk van korten duur zal zijn. De Kamervergaderingen van deze wsek. Enkele bladen bespreken de gebeurtenis sen van-Woensdag en Donderdag in de Ka mer. De (c.-h.) „Nederlander'1 verdedigt den heer De Savornin Lobman. „Had mr. Troelstra voorgesteld een" adres aan de Koningin te zenden, niemand zegt het blad in de Kamer zou zich tegen het ge bruik maken van zulk een voorstel hebben verzet. Maar een adres van antwoord was niet toelaatbaar. Zulk een adres moet ter stond worden behandeld en daartoe was geen tijd. Allerminst dit jaar, nu de Kamer alles deed om het weTk te bespoedigen, ten einde de wet op de nationale militie in Oc tober te kunnen afdoen. Nu komtde heer T. geheel die regeling van werkzaamheden verstoren. Ddartegen nu ging het verzet. Niet tegen het verzoek om hetzij de kieskwestie, hetzij eenige andere kwesties te behandelen in openbare vergadering. Ook niet tegen de poging om daarover, of om eenige andere kwestie eerj adres tot de Koningin te richten. Maar uitsluitend tegen den door den voorzitter gekozen vorm, die noodwendig ei* toe moest leiden, de Ka mer weer den tijd te doen verliezen, dien zij moeizaam had uitgespaard. Uit het Kamerverslag blijkt, dat geen andere beweegreden de meerderheid heeft geleid. Had de heer Troelstra eenvoudig ge vraagd „over eenig onderwerp eene voor dracht aan den Koning te ontwerpen", dan ware dit allicht toegestaan en zou allicht de Kamer in den loop der zitting een geschikt oogenblik hebben gevonden, om dat voorstel in beraad' te nemen, gelijk zij dar, met. andere voorstellen pleegt te doen. Wat beteekent nu de woeste opwinding der S.-D.a alsof de meerderheid in de Ka mer ,,een schandelijk misbruik" van haar feitelijke macht had gemaakt? En wat te zeggen van een liberale pers, die steeds den mond vol heeft van nieisdoenerij, van slap heid, van niet strenge toepassing van bet toch reeds zoo uiterst slappe Reglement van Orde, en ale, nu de Kamer tracht iets tot stand te brengen, eenparig de meer derheid, die niets doet dan haar plicht, aanvalt en door het slijk sleurtWat te zeggen van de schandelijke tijdvermorsing door de S.-D. Kamerleden, die het er op toeleggen, geheel de Staatsmachine te doen stilstaan, omdat de Kamer haar werkzaam heden niet zoo wil inrichten als hun groep dit wil Hetzelfde beginsel als bij de Sabotage. Als men zijn zin niet krijgt, alles kapot trappenzelfs als geheel onschuldiger» daarvan het slachtoffer worden, 's Lands belang wordt eenvoudig vertrapt, enkel om dat op den door hen bepaalden dag zij niet het woord kunnen krijgen. Men kan nu zien, welke mannen het zijn, die, zelfs ook met behulp van liberalen, naar 's lands vertegenwoordiging worden gezonden. Wil hopen dat de Kamer zal voortgaan met haren plicht te doen, en dus, zonder iemands recht te krenken, spoed te maken met de behandeling van zaken." Onder het opschrift aftakelen schrijft de „N. Rott. Crt." o. a. het volgende: Het is een treurig schouwspel, dat de Tweede Kamer ons bij den aanvang van het nieuwe zittingsjaar te zien heeft ge geven. Er zijn, in deze twee dagen niet veel anders dan fouten begaan. De eerste heeft de heer de Savornin Lob man voor zijne rekening, en de Kamermeer derheid, die in een onbewaakt oogenblik, hem op het dwaalpad gevolgd is. Daar lag een voorstel ter tafel, door den heer Troel stra en de zijnen ingediend, een voorstel, dat misschien niet geheel juist geformu leerd was, maar dat toch overigens geheel binnen de perken viel van de bevoegdheden bij de Grondwet aan de Kamer toegekend: een voorstel, om een adres aan de Konin gin te verzenden. In plaats van dat voor stel den regelmatigen weg te doen gaan, en de gelegenheid te openen, om de formu leering en de mérites daarvan in bespreking te brengen, dient de heer Lohman een mo tie in, volgens welke do Kamer zelfs de kennisneming van het'voorstel'zal w eigeren, en de Kamermeerderheid beslist in dien zin. Dit is een brute handeling geweost, die niet scherp genoeg afgekeurd worden kan. Men verlangt van de oppositie in het Par lement, dat zij loyaal blijven zal, doch ont neemt haar het eenig middel om oppositie te voeren: het recht om voorstellen aanhan gig te maken, waaruit haar meening kan blijken, en het rechta om haar beginselen toe te lichten en te verdedigen. Men ont houdt aan de minderheid het vrije woord, bloot omdat men veronderstelt, dat het geen gezegd zal worden in strijd zal ko men met hetgeen men zelf als juist erkend hebben wil. Do.r het vrije woord te knotten, heeft de motie-Lohma-n thans in onze volksverte genwoordiging binnengeleid een beweging, die van de vrijheid van spreken een carica- tuur maakt: de obstructie, welke per slot van rekening geen voorzitter verV.inderen kan, omdat zij zich houdt binnen de artike len van het reglement van orde. Het lijkt ons zeer jammer, dat de ver ongelijkte minderheid tot dit middel heeft toevlucht genomen. Dat de heer Lohman zelf in de vorige zitting met de hanteering van dergelijk obstructiemiddel is voorge gaan, toen hij- een aantal volstrekt noode- looze stemmingen begon uit te lokken, ver klaart dat het voorbeeld navolging vond, dooh verontschuldigt 'het niet De heeren Troelstra c.s. hadden het odium van het ge beurde in volle gewicht op de rechter meer derheid moeten laten rusten. Dat ware tac tisch geweest, en... .overeenkomstig het woord, door den heer Troelstra Woensdag met zooveel fierheid gesproken. Wanneer, zei hij, men te doen had met een minder heid „waarvan kon worden aangenomen kwade trouw in de wijze van behartiging van 's lands zaken", dan kon hij zich voor stellen, dat elk middel werd aangegrepen, om aan het drijven van die minderheid een einde to maken. Welnu, het ohicaneuse ge bruik, dat de minderheid thans van haar recht maakt, i s kwade trouw, en beneemt aan „eerlijke en oprechte mannen", als waarvan mr. Troelstra gewaagde, alle recht tot critiek. Vol verontwaardiging zette de heer Troelstra uiteen en hij riep de par lementaire geschiedenis van 'het oogenblik af, waarop de S.-D. A.-P. voor het eerst in de Kamer vertegenwoordigd werd, ten getuige dat hij en de zijnen ten onrechte „als het ware buiten de gemeenschap" wer den gesteld. Doch als proef op de som de fractie over tot een handeling, die, fei telijk, op bewijs van het tegendeel neer komt: een doellooze obstructie met de verzekering, dat die zal voortgezet worden l tot schade van 'bet land en van de waar digheid van het parlement. Vooral dit laatste is van onberekenbare beteekenis. Het parlementaire stelsel niet wat lhet is formeel, volgens de wettelijke organisatie, doch wat het is practisch, zoo als het zich in het gebruik tot een zegenrijk regeerstelsel heeft kunnen ontwikkelen staat of valt met <Je belangstelling, die het volk'in de handelingen van de volksverte genwoordiging, en mitsdien in haar samen stelling heeft.-Wij- hebben dit, na da *be- grooting-campagne -van vetledén>jaar, uit eengezet Het stelsel moet op den duur vol slagen fiasco lijden, wanneer het parlement afzakt naar het niveau van een kijvende, kibbelende, plagende vergadering, die tot niets nut is, zoodat het volk bij haar uiteen gaan gelijk dat in Frankrijk geschiedt uitroept: Goddank. Want haar feitelijk steunpunt vindt de hooge vergadering niet in haar zelve, noch in de Grondwet, doch in de bevolking van het land. Oprechte voorstanders van algemeen kies recht mogen zich wel bedeniken, dat wan neer de deelneming van het land aan de handelingen van de Tweede Kamer in af keer daarvan verandert, het algemeen kies recht, zelfs in de ruimste mate bij de wet toegekend, niet meer zal zijn dan een ij-del woord, omdat de diepere, de politieke grondslag er dan aan ontbreekt. Mijne heeren, gij zijt op een gevaarlijken weg. Keert., voor het te laat is, tot dien van de „eerlijke middelen", die gij sedert 1897 gebezigd hebt de heer Troelstra mooht dit Woensdag terecht laten gelden te rug." ,.Het Centrum" schrijft o.m. „ïntusschen is toch te voorzien, dat de kleine minderheid, die de Kamer naar haar hand poogt te zetten, althans de Rechter zijde tot een soort capitulatie wil nopen, daarvan weinig genoegen zal beleven. Niet slechts b: gon zij gisteren, dank zij het krach tig optreden van den heer Yan Nispen tot Sevenacr, reeds teekenen van vermoeienis te geven en voelde z;j zelve blijkbaar, dat het zóó niet gaan kon, maar bovendien zou zij, door in haar parlementair wanbeleid te volharden, een verantwoordelijkheid op zich laden, waarvan de gevolgen haar zeker niet welkom zouden wezen. Er moge een oogen blik om worden gelachen ook de lafste flauwiteiten schijnen in de Kamer gelach uit tï lokkenen 'het moge erg „kranig" lijken zich niet te bekommeren om de ver maningen van den voorzitter, er mogen zelfs „relletjes" plaats vinden op de tribune en buiten het Kamergebouw, dat alles is ten slotte van nul en geener waarde. Het gaat spoedig vervelen, het „mooie" en „amusante" is er gauw af. Bovendien weet het volk maar al te goed, dat er bslangrijke wetten op afdoening wachten ta dat, wan neer aldus de nationale tijd wordt verkwist, ook van de sociale wetgeving niets terecht komt. En de keuze tusschen socialistische dwarsdrijverij eenerzijds, verzekering tegen ziekte, invaliditeit en ouderdom anderzijds, is niet moeilijk. Wanneer de socialisten in hun obstructie volharden, dan spelen zij daarbij in de kaart der meest verstokte conservatieven, die slechts wenschen kunnen, dat er zoo weinig mogelijk gebeurt, wat hun mettertijd wel duidelijk zal worden gemaakt aan de stembus." De „Rotterdammer" (a.-rA schrijft o. m. dit: A oortdurend belemmeren de socialisti sche leden in de college's, waarin zij zitting hebben, den goeden en vlotten gang van zaken door het indienen van voorstellen en amendementen en door het uitlokken van discussies, waarvan vooruit ieder, en zij zeiven het allerbest, weten, dat ze tot gee nerlei resultaat kunnen voeren. Propogan- da^drijven voor hun partij-leuzen en het spelen van „le beau róle" voor het publiek, speciaal voor de arbeiders, ia daarbij het motief; niet de behartiging van het alge meen belang en het zakelijk afdoen van zaken. Aan dit fatale streven eenvoudig maar altoos toegeven met een beroep op het vrije woord is kortweg een onmoge lijkheid. Daartegenover staat, dat een minderheid, ook al kan zij van huar actie geen practisch resultaat onmidddellijk verwachten, toch voor haar concièntie zich geroepen kan ge voelen, om voorstellen te doen en discus sies aan de orde te stellen, die haar gele genheid geven, van haar gevoelen te doen blijken, dat de meerderheid één of meer volksbelangen naar haar meening verwaar loost of ook positief het scheepje van staat in verkeerde richting stuurt. In zulk een geval mag de meerderheid niet van haar macht gebruik maken, om de minderheid het voldoen aan haar roeping onmogelijk te maken. Tusschen deze beide nu, het misbruiken door de minderheid van het vrije woord ecnerzijds en het geoorloofde en plichtma tig opkomen, zij het dan ook zonder onmid dellijke vrucht, voor beginselen anderzijds, is de grenslijn uitermate moeilijk te trek ken. De rechterzijde onder aanvoering van den heer Lohman heeft geoordeeld dat hier het eerste geval aanwezig was. Ware het niet beter geweest, den socia listen de uiterste maat te geven, het voor stel nader te behandelen, en dan vanwege de geheel© rechterzijde in één korte rede de argumenten saam te vatten, waarom het zenden van een adres van antwoord thans ongemotiveerd ware? Had men dan van socialistische zijde lange redevoeringen gehouden, dan ware de obstruotionistische strekking hunner daad voor ieder duidelijk geweest. Heeft niet de heer Lohman door zijn rechtmatigen afkeer van de bekende socialistische wijze van optreden in college's zich verder laten meesleepen dan wensche- lijk was? Waar zoo teere zaak als het recht der minderheid in het geding is, ware bet daar niet beter, de-snoods iets te toegeeflijk te zijn, dan ook maar de kans te loopen, daar aan op eenigerlei wijze te kort te doen? Wij verstaan het, dat al die vragen kunnen op rijzen. Maar bij juiste beantwoording mo gen niet slechts abstracte bespiegelingen worden gehouden, maar moet men het so cialistisch voorstel beschouwen in vo~band met de omstandigheden, waaronder het ge daan werd." De Bloemendag. Voor een vijftal jaren werd onder de Roomschen de eerste grondslag gelegd voor een R.-K. Sanatorium voor Drankzuchti gen. Er werd nl een fonds opgericht tot ver pleging van drankzuchtigen in sanatoria of ziekenhuizen, en wanneer dib fonds groot genoeg zou zijn, zou het dienen tot oprich ting van het eerste R.-K. Sanatorium voor Drankzuchtigen. Dit fonds nu is in de afgeloopen vijf ja ren aangegroeid tot p.m. f 17,000. Een mooie som, wanneer men de korte tijdsruimte in aanmerking neemt; een klei ne som echter met het oog op het groote doel. Om nu dit fonds te stijven, werden er al lerlei middelen verzonnen, maar niets leek afdoend, totdat eindelijk het denkbeeld van de Julianabloem werd overge nomen door de Roomsch-Kath. vrouwen, en zoo zal er nu naast het oranjekleurige Juliana-bloempje voor de arme tubercu loselijders een blauw Sobrictas-bloempje voor de slaven der drankzucht ontluiken. In de laatste week van September zal door geheel Nederland deze grootsohe pro paganda voor de ongelukkige drankzuchti gen gehouden worden. Ook hier in Leiden zal op den 2isten September de groote bloe mendag georganiseerd worden. Tal van jonge meisjes en kinderen zul len een inzameling houden voor dit fonds en den gevers en geefsters een blauw So« briëta-s-bloempj e aanbieden. Ik zal trachten, door dit schrijven de bet langstelling van jong en oud, arm en rijk. Roomsoh en niet-Roomsch op te wekken voor dit groote sociale werk, voor dit werk van naastenliefde. Leidenaars, die altijd bereid gevonden worden, waar het geldt den nood van den evenmensch t© lenigen, waar het geldt so ciale instellingen in het leven t© roepn - ook hier wordt uw hulp en medewerking gevraagd voor een echt sociaal werk. Ontzaglijk veel ellende heeft het alcohol-» misbruik ook over utf stad gebracht. Een ieder uwer heeft al eens gezien en mee be leefd, dat flinke zaken, respectabele huis gezinnen te niet gingen; dat ijverige arbei ders bedelaars werden; dat er misdaden gebeurden, alles op rekening van denf drankduivel. Werpt niet den steen op die ongelukki- gen, die door een zwak karakter, door val-» sohe vrienden verleid werden tot het drank misbruik Helpt veeleer die slaven bevrijden uit hun boeien, gij doet er mee een werk van barm hartigheid en een nuttig werk voor de maatschappij. De gelegenheid biedt zioh nu zoo mooi en gemakkelijk. Reeds voor een dubbeltje kunt gij dit grootsche werk steunen. En zeg nu niet, andersdenkende Leidenaars: ,,'b Is een Roomsch werk, dat gaat ons niet aan." Is de Roomsch'e ongelukkige niet even goed uw evenmensch? Steunen de Room schen soms niet evengoed uw werken van naastenliefde Neen, Leidenaars, waar het geldt den evenmensch te helpen, daar mogen wij geen verschil van godsdienst kennen. Daarom hoop en wensch ik, dat op den 24sten September het blauwe bloempje van Sobriëtas moge prijken in ieders knoopsgat, op elk blousjc, op de schort van het dienst meisje en op den blauwen kiel van den werkman, opdat er in Nederland gezegd mag worden, dat men aan de deur der Lei denaars niet tevergeefs klopt, voor zulk een echt vaderlandsch liefdewerk. ANNA KELLENAERS DAMERAU. Leiden, 22 Sept. 1911. Mijnheer de Redacteur! Met verbazing las ik in het ï,LeidscK Dagblad" de laatste ingezonden stukken; die van groote ontevredenheid getuigen,- daar waar het geldt, hetgeen ten behoeve van het vlok gedaan wordt. Het is mij onbegrijpelijk; deze ontevredenheid in den tegenwoordigen tijd, waar zooveel zorg be-? steed wordt, juist voor het volk. Ik geloof,- dat het afschaffen der kermis een groot©: zegen is en vooral voor de huisvrouwen uit het volk. Wie ooit zich 's avonds op straat' heeft gewaagd in den kermistijd moet wel gegruwd hebben van alle dronkenschap,- die men zag. Menige huisvrouw, die met moeite haar huisgezin knap houdt in ge-: wone tijden, zal het nog moeilijker gehad hebben in den kermistijd, als haar man een deel van het loon in de kroeg be-: steedde, inplaats van het haar te geven. En al heeft het volk een 5,vermaak" ver-, loren in het afschaffen der kermis, (het-: geen ik zeer betwijfel), cr wordt toch voor vermaken gezorgd, o.a. de Parkconcerten, de concerten op verschillende plaatsen als Korenbeurs en Beestenmarkt bij feester lijke gelegenheden. Deze vermaken zijn enkel en alleen voor het volk. Ik vind dat het in niets wordt te kort ge daan. Speciaal voor het volk is toch het Volkshuis met al zijn genietingen voor wie er van profiteeren wil, en zoovele leden van de zoogenaamde „bezittende klasse" sparen tijd noch moeite om de leden uit het' volk het aangenaam te maken. Dan de Volksbijeenkomsten, waarvan door honder-; den geprofiteerd wordt. Het kan toch niet aangenaam geweest zijn, die kermis, met haar dronkenschap en vechtpartijen. Toen Wijnmalen hier zijn vliegdemon-: straties hield, dadelijk een hatelijk inge zonden stukje in het „Leidsch Dagblad", alsof aan het volk niet gegund werd er naar te kijken. Daarentegen stonden Rijnsbur- gerweg en de weilanden om het vlieg terrein vol leden van de volksklasse, die* waarschijnlijk het interessante vliegen nog mooier gezien hebben, dan zij, die een hoog entrée voor het vliegterrein betaal den. En nu hedenavond weer. De 3 Octobcr- Vereeniging is al maanden bezig om een mooi feest voor heel Leiden (ook het volk) te organiseeren. Maar ook hier kornt de ontevredenheid weer boven. 24 jaar is er bier gegeven. Toen vroeg de Geheel- Onthoudcrs-Vcrecniging of cr geen koffie gegeven kon worden. De ijverige bestuurs leden informeerden bij „het volk" wat ze liever hadden: bier of koffie. Bijkans zon der uitzondering koos men het laatste. De menschcn krijgen op hun eigen ver zoek dus koffie. Dit noemt men nu aan den leiband loopen van de Geheel-Onthouders- Vereeniging. En wie zou een gift geweigerd hebben bij de inzameling voor het 25-jarig bestaan der 3-October.Vereeniging, omdat' de menschen liever een kopje warme koffie drinken, dan een glas koud bier. 't Is im mers belachlijk! En om nu niet alleen van vermaken te spreken, men is toch niet op de wereld om vermaken te zoeken, is de Volkslecszaai niet onlangs uitsluitend voor het volk op-: gericht? Dienen Schoolkindervoeding, Kin-- derbewaarplaats,- Tehuis voor schoolgaan de kinderen en zoovele verecnigingen meer niet alleen om het Leven van de mindere klassen te verlichten en te verge makkelij-- ken? Het is zoo jammer, als iemand al zijn tijd besteedt, om voor wien ook iets goeds tot stand te brengen, dat er dan altijd menschen gevonden worden die cri- tiefc uitoefenen en afbreken. Alles heeft" zijn vóór en zijn tegen. Kan men dan nooit het goede erkennen en op prijs stellen? U dankende voor de verleende plaats-: ruimte,- EEN HUISMOEDER;

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1911 | | pagina 13