N* 15756 Ï>ins(la2 4 «Juli. A0. 1911. feze fëourant wordt dagelijks, met uitzondering van (Zon- en feestdagen, uitgegeven. Dit nommer bestaat uit TWEE Bladen. Eerste Blad. Uitslag verkiezing Gemeenteraad. Offieieele Kennisgeving. FEUILLETON. De Siefdle overwon. LEIDSCH DAGBLAD PRIJS DER ADVERTENTIES Van 18 regels 71.05. Iedere regel meer 7 0.17J. Grootere letten aaai plaatsruimte. Kleine fcdverteatfêa ran 30 woordeB 40 Cents eontant; elk tiental woorden meer 10 Cents.Voor het incasseeren wordt70.05 berekend. PRIJS DEZER COURANT: Voor Lolden per week 9 Oents; per 3 maanden Buiten Leiden, per looper en waar agenten gevestigd sija Franco per post f 1.10. 1.30. 1.65. Onze lezers zullen zeer zeker nieuwsgierig zijn naar den uitslag der verkiezing op he den voor den Gemeenteraad. Wij zullen daarom hedenavond op groote borden voor ons Bureel voort lurmd den stand en ten slotte den uitslag mededee- len. Afsluiting passage Donkersteeg. Lurgemecster en Wethouders van Leiden brengen ter algemeene kennis, dat de Donkerstee g, wegens bet leggen van een klokkenkabel, opWoensdagöJ uil a.s. voor het verkeer m e t r ij- en voertuigen zal zijn afge sloten. Burgemeester en Wethouders voornoemd, N. C. DE GIJSELAAR, burgemeester. VAN STRIJEN, Secretaris. Leiden, 3 Juli 1911. KENNISGEVING. NATIONALE MILITIE. Onderzoek van verlofgangers der militie te land. Burgemeester en Wethouders van Leiden, Gezien de missive van den heer Militie- Commissaris iu heb 3de militiedistrict dezer provincie, d.d. 29 Juni j.l., no. 13, houden de mededeeling van den tijd waarop en de plaats waar het in art. 130 der gewijzigde en aangevulde Militiewet 1901 ^jjdoeld on derzoek van de na te noemen verlofgangers der militie te land zal plaats hebben; Brengen ter kennis van de dflt'deze ge meente gevestigde milicien-verlofgangers: lo. FLORIS JONGE JAN, lotehng van de lichting van 1907, uit de gemeente Am sterdam, onder No. 2022, behoorende tot het 2de regiment Veldartillerie; 2o. JAN GERARD VAN SCHRAVEN- DIJX, loteling van de lichting van 1903, uit de gemeente Vlaardingen, onder No. 30, behoorende tot de 1ste compagnie Wiel rijders; 3o. JACOBUS VAN DER STEEN, lote ling van de lichting van -1904, uit de ge meente Leiden, onder No. 250, behoorende tot het 4de regiment Infanterie; 4o. EDUARD CHRIST IA AN TANZER, loteling van de lichting van 1904, uit de gemeente Enschede, onder No. 164, behoo rende tot het 8ste regiment Infanterie; 5o. NICOLAAS GERARDUS VAN TOL, loteling van de lichting van 1905, uit de gemeente Zeist, onder No. 33, behoorende tot het regiment Grenadiers en Jagers; 6o. HUBERTUS VERHAAR, achterge bleven loteling van de lichting van 1904, uit de gemeente Schiedam, onder No. 137, behoorende tot het 4de regiment Infante- Tie; dat zy op Vrijdag 14 Juli aanstaande, des morgens te tien uren, in het Invalidenhuis alhier voor den heer Militie-Commissaris moeten verschijnen om te worden onder zocht. De bedoelde verlofgangers worden mits dien opgeroepen om op gemelden tijd ter aangewezen plaatse tegenwoordig te zijn, in uniform gekleed en voorzien van de kleeding- en uitrustingstukken, hun bij het vertrek met verlof medegegeven, alsmede van hun zakboekjes en verlofpassen. Burgemeester en Wethouders voornoemd, N. C. DE GIJSELAAR, burgemeester. VAN STRIJEN, Secretaris. Leiden, 3 Juli 1911. HINDERWET. Burgemeester en Wethouders van Leiden; Gezien het adres van J. C. VAN DER STEEN, om vergunning tot uitbreiding van de koek- en banketbakkerij in het perceel Pieterskerkhof No. 28, hoek Lange Pie- terskerk-Choorsteeg No. 23, Sectie G No. 1472, door het plaatsen van een electromotor van 2 pk. tot het in beweging brengen van een koekmeng- en braak- en een amandel- wrijfmachine Gelet op de artt. 6 en 7 der Hinderwet; geven bij deze kennis aan het publiek, dat genoemd verzoek, met de bijlagen, op de Secretarie dezer gemeonte ter visie gelegd is; alsmede dat op Dinsdag 18 Juli aanst. des voormiddags te elf uren, op het Raadhuis gelegenheid zal worden gegeven om bezwaren tecen dit verzoek in Ie brengen, terwijl zij er de aandacht op vesti gen, dat niet tot beroep gerechtigd zijn zij, die niet overeenkomstig art. 7 der Hinder wet voor 't gemeentebestuur of een zijner le den zijn verschenen~ten einde bun bezwaren mondeling toe te lichten. Burgemeester en Wethouders voornoemcl, J. A. VAN HAMEL, Wethr. Looo-Burgemcester. VAN STRIJEN, Secretaris. Leiden, 4 Juli 1911. JACHT. De Commissaris der Koningin in de pro vincie Zuid-Holland, Gezien het besluit van Ged. Staten van 26 Juni 1911, No. 94. Gelet op art. 11 der wet van 13 Juni 1857, Staatsblad No. 87. Brengt ter kennis van belanghebbenden, dat bij gemeld besluit door Ged. Sta ten is bepaald: dat de afzonderlijke jachten op water wild voor dit jaar zullen worden geopend op Zaterdag den 22 sten Juli a.s. en dat mitsdien van dat tijdstip af, de uit oefening der jachtbedrijven, vermeld in art. 15, libt. d, f en h, der wet jachtwet is geoorloofdwordende tevens herin nerd aan de bepaling van art. 1 van het Reglement op de uitoefening der jacht in deze provincie, krachtens welke die jachten, niet anders mogen plaats heb ben dan op en langs het water, mitsga^ dors op moerassige landen. Deze kennisgeving zal, in plano gedrukt, worden afgekondigd en aangeplakt, waar zulks te doen gebruikelijk is, alsmede in het Provinciaal blad en in de Nedor- landsche Staatscourant worden geplaatst. 's-Gravenhage, 30 Juni 1911. De Commissaris der Koningin voornoemd, SWEERTS. Leiden, 4 Juli. Gisternamiddag nam de heer H. H. Breuning, benoemd tot lector in de Hoog- duitsche taal en letterkunde aan de Rijks universiteit te Groningen, afscheid van de leerlingen van het gymnasium alhier, waar aan de heer Breuning vele 'jaren werkzaam was. Bij monde van een oud-leerling der zesde klasse, den heer E. Hammer, werd den scheidenden leeraar in de leeraren- kamer een tweetal etsen van Haverkamp, voorstellende stadsgezichten van Leiden, ter herinnering aangeboden. De heer Breuning was zeer ingeDomen met de hulde, hem door de leerlingen, met wie hij steeds in de beste harmonie ver keerde en die hem en zijn lessen zeer waar deerden, aangeboden. De installatie van den nieuw-benoem- den burgemeester der Residentie, jkr. mr. Van Karnebeek, zal plaats hebben in een buitengewone vergadering van den gemeen teraad op Dinsdag 1 Augustus, 's namid dags te twee uren. Dr. A. Kuyper is in verband met zijn gezondheidstoestand op reis gogaan naar Dresden. De 62ste algemeene vergadering der Nederl. Maatschappij tot bevordering der Geneeskunst wordt te Deventer gehouden. Aan hefc station werden de afgevaardig den, behalve door de regelingsoommissïe, begroet door de jeugdige Padvinders, die zich hadden beschikbaar gesteld, om de dootoren naar hun logies te begeleiden en goede zorg te dragen voor hun bagage. De jongelui kweten zich dapper van dezen plicht. De kruiers aan 't station keken allen wat sip, want tegen die jongens, zoo verklaarde er een, viel eenvoudig niet te conourreercn. Dr. A. van Rhjjn, van Leiden, leidde een vergadering, belegd door het. centrale comité tot behartiging van het Ziekenfonds wezen. Ter gelegenheid van bet Congres is door den A. N. "YV. B. Toeristenbond voor Neder land ii den foyer van den schouwburg een kleine expositie georganiseerd die een dui delijk beeld geeft van de veelzijdige werk zaamheid van den grooten Bond. Door B. en Ws. van Rotterdam is bij den Raad het voorstel ingediend om de ruimte in heb in 1909 geopende nieuwe krankzinnigengesticht „Maasoord" te ver- grooten door bijbouw van vier paviljoenen, .waarvan twee voor mannen en twee voor vrouwen en twee aan twee bestemd voor observatiepaviljoen en voor bedverpleging van halfrustigen. Het gesticht is indertijd ontworpen voor ruim 600 patiënten. Door den nieuwbouw wordt plaats gemaakt voor nog 234 patiën ten. De inspecteur van het Staatstoezicht vond deze uitbreiding niet zonder beden king, wijl een cijfer van 600 zijns inziens heb uiterste is, wat toelaatbaar kan worden ge acht. B. en Ws. zijn evenwel van oordeel, dat de Regeering die meeping niet deelt, getuige het feit, dat het gesticht te Castri- cum niet vergunning der Regeering tot bo ven 800 patiënten wordt uitgebreid. De commissie van „Maasoord" berekent, dat door de uitbreiding de verp'leegkosten per hoofd kunnen dalen tot ruim f 347, wat iets goedkooper uitkomt dan verple ging elders. Yan de gelegenheid wordt gebruik ge maakt om een paar doctorswoningen bij te bouwen en ook woongelegenheid voor be ambten te krijgen. Voor deze laatste is met êen particulier een overeenkomst gesloten. Deze woningen hoopt men dienstbaar te maken aan de gezinsverpleging. In tot-aal is met deze uitbreiding onge veer 4 ton gemoeid. Door mr. S. J. L. van Aalten is als amen dement op het voorstel tot bosch- en park- aanleg rpndom den Kralingscben.plas voor gesteld B. en Ws. uit te noodigen voorstel len tot een meer bescheiden park- en bosch- aanleg aan den Linker-Maasoever bij den Raad in te dienen. Na hun bezoek gisteren aan Am sterdam zijn de hertog en de hertogin van Saksen-Coburg-Gotha per automobiel van uit Amersfoort naar Het Loo gegaan, om een bezoek te brengen aan de Koninklijke familie. Zij keerden te zeven uren per automobiel ten paleize Soestdijk terug. Bedankt is voor -het beroep naar de Ned.-Herv. Gem. te Utrecht (vaa-dr. Troelstra-) door ds. M. M. den Hertog, te "s-Gravenhage, en voor Benthuizen door ds. O. J. van Rootselaar, te Noorden. De Israëlietische bevolking te Goes en Bolsward is zoo verminderd, dat de Israë lieten te Goes zullen worden ingedeeld bij Middelburg en die van Bolsward bij Sneek. Te Goe.g en Bolsward vormen de Israëlieten geen gemeente meer, te Bols ward al sedert geruimen tijd. Het dagelijksoh bestuur van het Cen traal Genootschap voor Kuxderhcrstellings- en Yaoantiekolonies wil trachten^ evenals het vorige jaar, bij g.Jegenheid van den verjaardag van H. M. de Koningin-Moeder een inzameling te doen houden in alle bad plaatsen en vele andere zomerplaatsen van ons land. Onder groote belangstelling werd gis ternamiddag het stoffelijk overschot van den heer C. A. A. Dudok de Wit op het kerkhof der Nederd.-Herv. Gem. te Breu- kelen ter aarde besteld. Te halfdrie vertrok de stoet uit Nieuwersluis en te drie uren kwam hij onder het beieren der kerkklok tj Breukelcn aan. Onder de velen, die zich op het kerkhof -verzameld hadden om den overledene de laatste eer te bewijzen, merkten wij op bestuursleden van de Am- sterdamsche Roei- en Zeilvereeniging „De Amstel." De heer Ph. Pinkhof legde, na dat de kist in het familiegraf was bijgezet, namens de Vereeniging „De Amsterdam- sche Pers" een bloemstuk op het graf, daarbij hulde brengende aan de nagedach tenis van dezen journalistenvriend. Voorts werden kransen op het graf nedergelegd namens de Vereeniging tot Veredeling van het Volksvermaak en de Vereeniging tot bevordering van het V r eemd el i ng e n v er- j keer te Amsterdam. I Een zoon van den overledene dankte voor de laatste eer, zijn vader bewezen. Op de aanbeveling ter benoeming van een secretaris der gemeente Stad-Almelo zijn geplaatst No. 1 de heer J. H. A. Mod derman, hoofdcommies ter gemeente secretarie yan Assen, en No. 2 de heer K. Atema, hoofdcommies ter gemeente-secre tarie van Velzen. De gewone audiënties van de Ministers van Buitenlandsche Zaken van Waterstaat en van Marine zullen Vrijdag 7 dezer niet plaats hebben. I s HAARLEMMERMEER, Vanwege den Provincialen Bond van Geitenfokkers in X.-H. werd te Hoofddorp een openbare ver gadering belegd, met het doel hier een ai- deëling te stichten. Nadat door den voor zitter van genoemden Bond, den heer Sterk, te Haaiden^ het doel en streven van den Bond was uiteengezet, traden 21 personen als lid toe, terwijl er van meerderen, die niet aanwezig konden zijn, bewijzen van in stemming waren ontvangen. Als voorlcopig bestuur, dat de eerste werkzaamheden op zioh zal nemen, werden gekozen de hceren H. de Vries; H. Koenen en B. v. d. Moren. Door den 18-jarigen P'. J. Z., wonende alhier, nabij de Nieuwe Brug is, ten na- deele van zijn broeder, uit een afgesloten kist, staande in de ouderlijke woning, een bedrag van f 47 ontvreemd en hij is daarme de verdwenen. Zijn opsporing en aanhou ding is door den burgemeester dezer ge meente verzocht. Op de monstering van paarden, giste ren door den heer Goldsmidt te Nieuw Vennep gehouden, werden tien stuks aan gevoerd, waarvan slechts één werd ver kocht. De meeste der aangeboden paarden waren te jong of te licht. Geboden prijzen 400 tot f 500. Op liet door den Raad vastgesteld ko hier van den Hoofdelijken Omslag, dienst 1911, komen voor 2379 namen v.an aaüge- slagenen. Het gezamenlijk bedrag der aan slagen is f 24,669.25, berekend naar een ge zamenlijk belasfcb. inkomen van f 1,244,500. KATWIJK. Ondei de nummers 55, 57 r n 53 zijn aan het plaatselijk telefoonnet al hier aangesloten de heeren Jb. Haasnoot Gzn., handelaar in groenten -en fruit, dr. D. L. van Elk, arts, en C'. van Tol, bloem- bollenkweeker. LEIDERDORP. Het mond- en klauw zeer is in deze gemeente als geweken te beschouwen, over het geheel genomen was de ziekte van vrij goedaardigen aard. Do eerste aangifte had plaats 5 Mei jl.van geen enkelen landbouwer is het vee onaan getast gebleven; ongeveer 1600 stuks hoorn vee heeft aan de ziekte geleden, waarvan één is gestorven en begraven, terwijl eeuige noodslachtingen hebben plaats gehad, Dijkgraaf en Hoogheemraden van Rijnland hebben de rekening van den Zijllaan- en Meyepolder, over 1910, goedge keurd in ontvang op f 585.96*, in uitgaaf op f 538.16, en alzoo met een batig saldo van f 47.80*. De begrooting voor 1911 werd goedgekeurd in ontvang en uitgaaf op f 1196.191, met een omslag van f 7 per hectare. De hooge omslag is het gevolg van het aanbrengen van een nieuwe roede. WARMOND. Thans hebben wij hier on zen tweeden leerling-aviateur, en wel den 'heer A. J. Slisser, méchanicicn. Hij heeft zioh een machine aangeschaft, type-Blériot, en is naar Gilse-Rijen vertrokken om aldaar te vliegen. WASSENAAR. De Raad vergadert Don derdag 6 Juli, 's voormiddags te elf uren. Behandeld zullen o. a. worden: Subsidie aan het Fanfarekorps; voorstel reorganisatie der politie; voorstel in zake de gasfabriek., 81) „Ik geloof dit vast. Al kan ik dan ook niet andeis dan toegeven, dat mijn vader Hy herinnerde haar zelf weer er aan, dat LU Christiaan Havestrands zoon was. Dadelijk veranderde zy weer van houding. Wat w\) samen te bespreken hadden, me neer Havèstrand, betrof alleen my. Ik weet nu wat ik weten wilde, al hebt gy het eerst ont kend. Het is een grove beleediging, die gf) ml) met uw geld hebt aangedaan. Ik zal mjj echter haasten u zoo spoedig mogelyk uw eigendom terug te geven. En nu hoop ik, dat wy elkaar voor het laatst gesproken hebben." Zij trad een weinig ter zijde als verwachtte zij, dat hij. nu heen zou gaan. Maar Bernard Havèstrand bleef staan op de plek, waar hy stond, en bewoog zich niet. Zyn blik tras vast op haar gericht on weer klonk er iets in zyn stem, als had hy een recht op te eischen, toen hy zei: Neen, barones Van der Eichen, ik ga nog niet heen. Ik neem nog niet terug wat gy mijn eigendom noemt. Ik wilde dit geld niet behouden. Dit geld heelt myn vader u ont nomen; ik goloof, dat gy het my niet weer terug zult geveD, want gy hebt er recht op na alles, wat op „Eichenkamp" is geschied." Nu k.eek zy hem weder aan. De klank van zyn stem had haar byzonder getroffen. Zy had plotseling het gevoel, dat hier een ander dan de zoon van den gehaten Havèstrand stond. Zy gevoelde het zeer sterk: hy is anders dan zyn vaderMaar met geweld schoof zy die gedachte terug. ^Liever ga ik bedelen; liever sterf ik van honger, dan dat ik een bete broods aan zou nemen van iemand, die uw naam draagt l" Hy was zeer bleek geworden. „Gy maakt u het leven noodeloos zwaar," zei hy. Toen, zichzelf niet meer meester, riep hy op harstochteiyken toon: „Neen, neen, Ik zou dat niet kunnen ver dragen. Ik zou geen oogenblik rust meer hebben als ik wist, d*t gy, arm geworden, voor uw brood moest werken." Daar was weer het medeiyden, dat zy niet verdragen kon en dat haar ergerde iederen keer, als zy het aantrof. Haar handon grepen in haar japon, maar meteen voelde zy daar papier: Taüerns brief. By de gedachte aan Tauern zag zy hem plotseling voor zich staan. Zy zag zyn ge spierde hand, die zich naar haar uitstrekte. Bernard Havèstrand zag haar groote ver warring. Nog zachter zei hy „Wat zoudt gy willen beginnen? Ik weet, dat ge geen bloedverwanten hebt, dat er ook geen vrienden zyn om u te helpen. En gy zyt er toch niet voor geboren, om by anderen in dienst te gaan. Neen, dat zyt gy niet; ik zou die gedachte niet kunnen verdragen, gy werken voor uw brood, gy ondergeschikte van anderen, gy, Edela!" Plotseling liep een schok door haar lichaam. Wat? Hy waagde het haar by haar voornaam te noemen, en dat op een toon, waaruit meer sprak dan warme toegenegenheid? Hy waagde bet haar aan te zien met een blik, zooals Dog nooit een man haar had aangozien 1 Wat zou zy doen, om hem te doen gevoelen, dat zy zyn toegenegenheid niet noodig had; dat z(j hem minachtte, hem met zyn medelyden Hy had zeker verwacht, dat zy nu naar hem toe zou gaan, zyn hand zon nemen en hem smeeken „Helpt gy my, helpt gy my, gy alleen 1" En sleeds vaster kneep zy haar hand om den brief van Tauern. Een vreemde lach kwam nu om haar lippen. Zy wist na hoe zy hem zou treffen en met iets spottends in haar stem zei ze: „Gy doet verkeerd my uw medelyden te toonen, meneer Havèstrand; uw medelyden ia geheel misplaatst. De gemalin van graaf Tauern zal niet voor haar brood behoeven te werken; wees gerustl" Het was hem of hy een slag In het gelaat had gekregen. Hy deed een stap achteruiten greep naar zyn voorhoofd. Hy dacht aan don brief, dien by van zyn vader gekregen had en waarin deze woorden hem Yooral hadden getroffen: „Terwyi ik een glas wyn zat te drinken, zag ik haar. Een wit kleed had zy aan en een heer zat naast haar; die had haar roode rozen gegeven. En gy, dwaas, bent het geweest, die baar het geld hebt gegeven, om zich zoo te kleoden en zich in die groote wereld te biyven bewegen l Dat witte kleed en die roode rozen, daar had by steeds aan moeten denken, en de pynigende gedachten hadden hem eerst los gelaten, toen hy haar in haar zwarte japon voor zich had gezien. „Wat, barones, gy wilt...l" „Ik word de gemalin von Adiiaan von Tauern." Een goheel andbre uitdrukking was er nu op zyn gelaat gekomen dan daar straks. En toch was er iets in hem, dat zich verzette tegen die woorden. Het is niet waar, dacht hy, het kan niet waar zyn; zy zegt het al leen, om my te tergen. Het moet een leugen zyn. Nogmaals deed hy een stap naar haar toe. „Eén vraag dan nog, barones. Hebt gy graaf Tauern lief?" „Wat? Wat wilt gy nog? Wat durft gy my vragen?" „De waarheid 1 Want ik kan het niet ge- looven, dat gy den graaf liofhebt; ik kan het niet gelooven, dat gy ook maar één oogen blik aan hem met teederheid hebt gedacht. En zonder dat zy hem liefheeft, zal Edela van dor Eichen nooit iemands vrouw worden.' Nooit zal zy doen wat alleen zwakke vrouwen kunnen: trouwen met een man zonder hem lief te hebben." Als een trotsch overwinnaar stond hy voor haar. Het was haar of niet by, maar z\j zelf, haar fiere, trotsche persoonlijkheid zelf, zoo gesproken had. Het waren haar eigen stille gedachten van daar straks, die hy nu uitsprak. Haar fiero persooniykheid, haar trotsche ik.Een vreemd lachen klonk in de kamer, waarvan Bernard de reden niet kende. Haar fiere ik, hoezeer was dat al vernederd en hoe veel moer zou het nog vernederd worden I Haar oog viel op do klok op don schoor- stoenmantel. Het was tegen twaalven en on- getwyfeld zou hy nu spoedig komen, hy, haar redder en beschermer. Zy keek naar de deur, hief toen haar hand op en zei op kouden toon: „Graaf Tauern kan ieder oogenblik komen. Gy zult wel zoo goed willen zyn heen te gaan, anders zou hy straks een eind aan dit gesprek moeten maken." Het werd Bernard Havèstrand schemerig voor de oogen. Langzaam ging hy naar de deur. Daar bleef hy 6taan en koek nog even naar haar. Met trillende stem zei hy toen: „Vaarwel, Edela van der Eichen." Toen was hy de kamer reeds uit en had de deur achter zich dicht getrokken. Hy ging de gang door, langzaam naar de vooideur. Maar in het tuintjo voor het hui9 gekomen, bleef hy staan. Het was hem byna onmogeiyk om nog verder te gaan. Hy keek om naar het huis on zag toon de straat op. Daar kwam een automobiel aansnorren, die voor het hek van den tuin stilhield. Op de portieren stond het wapen van graaf von Tauern. Bernard wist nu, dat Edela waarheid had gesproken. Graaf Tauern kwam om zyn verloofde te be zoeken. Zyn verloofde? Neon, z\jn buit. Als een roofdier kwam de lange gestalte uit de auto. Hy, de man, die al een heel leven achter zich had, hy was zoo brutaal geweest nu beslag te loggen op Edela van der Eichen, de reine, fiere barones van „Eichenkamp." Bernard Havèstrand stond star to kijken naar den graaf, die het hekje binnen stapte en in het voortuintje trad. Tauern nam de slanke, krachtige gestalte, die midden op het tuinpad stond, met een hoogmoedigen blik op. Zijn oogen begonnen te schitteren, toen hy den vyandigen glans in de oogen van den vreemdeling zag. Enkele seconden keken beide mannen elkaar aan; toen sloeg Tauern zijn oogen neer en ging dicht langs Havèstrand hec huis binnen. XIV. Toen graaf Tauern in het salon kwam, 9tond Edela nog op dezelfde plaats, waar zij gestaan had, toen Bernard Havèstrand haar verliet. Zy was nog even bleek als daar straks. Maar haar oogen hadden een geheel andore uitdrukking. Er sprak nu uit de vastberadenheid van iemand, die tot eiken prys besloten heeft tot het uiterste te gaan. Met dien vastberaden blik keek zy Tauern aan, toen hy binnen kwam. (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1911 | | pagina 1