N«. 15754- Zatei'dag TL .Juli. A°. 1911. (Beze [Courant wordt - dagelijks, met uitzondering van (Zon- en feestdagen, uitgegeven. Tweede Blad. Officieels Kennisgeving. Uit de „Staatscourant". FEUILLETON. De IféfSe overwon. LEIDSCÏÏ DAGBLAD PEUS DE& ADYERTENTIEN: Van 10 regels f LO6. Ieder® regel meer ƒ0.17}. Grootere letters naar plaatsruimte. Kleine advertentiën ran 30 woorden 40 Oents contant j elk tiental woorden meer 10 Oents.—Voor het incasseeren wordt f 0.05 berekend. PRIJS DEZER COURANT: Toor Leiden per week 9 Oentei per 2 maanden I 1 f 1.10. Buiten Leiden, per looper en waar agenten gevestigd aijn 1.30. Franco per poet 1.65. Vergadering van den Gemeenteraad van Leiden, op Donderdag 6 Juli 1911, d«i namiddags ta twee uren. Te behandelen onderwerpen: 1 J. Benoeming van een ondefrwijze'r met fvfirplichte hoofdakte aam do school der 4de klasse No. 1. (159) 2. Benoeming van een onderwijzer met [verplichte hoofdakte aan de school der 4de klasse No. 2. (159) 3. Benoeming van een onderwijzer met ^verplichte hoofdakte aan de school der 3de klasse No. 3. (159) 4. Benoeming van vier leden van het Be- fcffcuur van het Gemeentelijk Wcrkloozenfonds. {112) 5. Verzoek van mej. I. A. Thomése om eer- }vcl ontslag als leerares aan de ïïoogere Bur- igerschool voor Meisjes en als tijdelijk leera- tres aan dé Hoogero Burgerschool voor Jon gens. (171) -6. Bekening, dienst 1910, van het kramk- fcinnigengesticht Endegeest" en het sanato- (rium „Bhyngeest." (158) 7. Voorstel tot bestendiging van de huur ■van de bovenwoning van het perceel Nieuw- lïteeg No. 10a. (170) 8. Voorstel tot bestendiging van de huur [van het pakhuis in de Dolhuissteeg No. 18. (170) 9. Verzoek van de Naamlooze Vennoot- gchap „Alg. Ned. Slachtvee-Vcrzekeringmaat- i&chappij" om vergunning tot het plaatsen [van een verplaatsbaar houten gebouwtje op $.en terrein nabij de veemarkt. (161). 10. Verzoek van de afdeeling Leiden van Hen Volksbond tegen Drankmisbruik om het [gebruik van een der lokalen van het Caeci-, lia.-Gasthuis. (169) 11. Voorstel tot uitbreiding van het aantal lesUren in het Hebreeuwsoh ia de 6de klasse [van het Gymnasium. (173) 12. Verzoek van P. Kooreman om opheffing Van de onbewoonverklaring van de perceelen 'Paradijssteeg 22 en 22a. (1G3) 13. Verzoek von M. de Tombe om' wijzi ging van de bij het uitbreidingsplan vastge stelde rooilijn van de ten zuiden van de Sta ds-Molemsloot geprojecteerde straat. (162) 14. Voorstel om aan \V. J. Dieben vergun ning to verleenen tot het dempen van een gedeelte sloot langs den Zoeterwoudschen Sin gel, kad. hekend Sectie M No. 564 en om jeen bijdrage te verleenen in de kosten dier elootdemping. (165) 15. Verzoek van de Vereeniging tot be vordering van de opleiding tot instrument maker om verhooging van hot haar toegekend (Subsidie. (164) 16. Verordening, houdende wijziging der verordening van 5 December 1907 (Gem.blad •No. 27), regelende den rang en do bezoldi- [ging van do ambtenaren en bedienden ter gemeente-secretarie en op het kantoor van $.en gemeente-ontvanger. (168) 17. Praeadvies op het verzoek: van de brug- [wachtersvereeniging „Verbetering zij ons Streven", om wijziging te brengen in de salaris- en pensioensregeling der brugwach ters. (167) 18. Verordening, regelende de heffing van Schoolgelden aan het Gymnasium, de Hoo gero Burgerschool voor Jongens en de Hoo gero Burgerschool voor Meisjes te Leiden. (160) 19. Verordening betreffende de aansluiting van partioulieren aan het net voor electri- sche uurwerken door de Stedelijke Pabrieken van Gas en Electrioiteit. (166) 20. Verordening, regelende de heffing van een belasting op tooneeluitvoeringen en an dere openbare vermakelijkheden in de ge meente Leiden. (94 en 125) 21. Verordening, regelende de invordering van de belasting op tooneolvertoon'ingen en andere openbare vermakelijkheden in de ge meente Leiden. (94 en 125). 22. Bezwaarschriften tegen aanslagen in de plaatselijke directe belasting, dienst 1911. (174) Nieuwe salitriaregeling der brugwachters, enz. Zooals bekend is, werd de salarisrogeling der brugwachters na in den loop der jaren herhaaldelijk te zijn herzien, laatstelijk hij raadsbesluit van 6 Juni 1907 als volgt vast gesteld voor de brugwachters 2de klasse: aan- vangswedde f "525, met 2 verhoogingen, tel kens na 5 jaren dienst als zoodanig, van f 25, tot een maximum van f 575, benevens het genot van vrije kleeding en schoeisel, gesohat op f 65; voor de brugwachters 1ste klasse: aan- vangswedde f 600, met 2 verhoogingen, tel kens na 5 jaren dienst als zoodanig, van f 25 tot een maximum van f 650, benevens het genot van vrije kleeding en schoeisel, gesohat op f 65. Thans vraagt de brugwachters-vereenigïng „Verbetering zij ons Steeven" in een tot den Baad g.ericht adres andermaal om loons- verhooging en wel in dien zin, dat zoowel aan de brugwachters 2de klasse, als aan de brugwachters 1ste klasse nog een derde periodieke verliooging in uitzicht wordt ge steld en dat de periodieke verhoogingen in plaats van zooals nu om de 5 jaar, om de 3 jaar worden toegekend. Bovendien drukt zq den wensch uit, dat evenals de agenten van politie, ook de-brug wachters reeds na, 30 in plaats van na 40 jaar dienst een pensioen ten bedrage van 2/s van den pensioengrondslag deelachtig kun nen worden. Inwilliging van d'it laatste verzoek mee- nen B. en "VVs. beslist te moeten ontraden. De dienst der brugwachters toch is h. i. eenvoudig niet te vergelijken met dien der politiebeambten en der gasstokers, die reeds na 30-jarigen dienst hun aanspraken op pen sioen ten bedrage van -/■$ van den pensioens grondslag kunnen doen gelden. Ook behoeft men er geen oogenblik aan te twij felen dat hij het toegeven aan den wensch der brugwachters weldra verschil lende ambtenaren, in andera takken van dienst werkzaam, hetzelfde zullen komen vragen,- welke ambtenaren mén dan misschien moei lijk zal kunnen weigeren, hetgeen men den brugwachters heeft toegestaan. En welke fi nancieels gevolgen dit voor de gemeente zou hebben, behoeven wij zeggen B. en ~Ws. wel niet te zeggen. Eenigsvdns anders staan zij tegenover het verzoek om salarisvarhooging. Na rijpe overweging komt het hun voor, dat er, ook al zal betrekkelijk spoedig tot' een algeheele reorganisatie van den dienst worden overgegaan, met het oog op de om legging van het BijnSohiekanaal, inder daad wel termen aanwezig zijn om het salaris der brugwachters een kleine verhooging te doen ondergaan. Het valt toch niet te ontkennen, dat de aanvangswedde der brugwachters 2de klas se, ten bedrage van f 525, in verband met de salaiisssen in andere gemeenten, niet te hoog is te noemen. Tegen de door adressante voorgestelde regeling hebben B. en Ws. echter bezwaar. Yan de invoering daarvan zou namelijk het gevolg zijn, dat het maximum-salaris van de brugwachters 2de klasse zou worden f 600.dat is 'tzelfde salaris, dat de brug wachters 1ste kl. ook bij de door de brug- wachtersvereeniging gewenschte regeling als aanvangswedde zouden ontvangen. Veel rationeeler en voor de brugwachters in vele opzichten ook voordeeliger komt .het B. en Ws. daarom voor zoowel het mini mum-salaris der brugwachters 2de klasse, als dat der brugwachters 1ste klasse met f 25.te verhoogen en mitsdien te bren gen resp. op f 550.en f 625Evenwel zal dan, gelijk vanzelf spreekt, de toeken ning der verhoogingen om de 5 jaar moe ten blijven geschieden en het aantal dier verhoogingen op 2 moeten blijven bepaald. Immers, bij inwilliging van het verzoek van adressante zouden de brugwachters 2de klasse, afgezien van het genot van vrije kleeding en schoeisel, als aanvangs wedde f 525.na 3 jaar f 550.na 6 jaar f 575.— en na 9 jaar f 600.— ontvangen, terwijl volgens de door B. èn Ws. voorge stelde regeling hun salaris direct f 550. na 5 jaar f 575.en na 10 jaar f 600.zal bedragen. Hetzelfde geldt ten opzichte van de brugwachters 1ste klasse- Ook liier het ge not van vrije kleeding en schoeisel buiten rekening gelaten, zouden zij volgens den wensch van adressante als beginsalaris f 600 na 3 jaar f 625, na 6 jaar f 650 en na 9 jaar f 675 ontvangen, terwijl de regeling van B. en Ws. hun direct een salaris van f 625, na 5 jaar van f 650 en na 10 jaar van f 67o in uitzicht stelt. Het is dus duidelijk, dat door de door B. en Ws. voorgestelde regeling niet alleen het bezwaar ondervangen wordt, hetgeen tegen het toekennen van een zelfde bedrag als maximum-salaris voor de 2de klasse en als minimumsalaris voor de 1ste klasse be staat, doch ook, dat die regeling voor de brugwachters zeiven in vele opzichten voor deeliger is en bovendien tot gevolg heeft, dat de laagst-bezoldigden, ook bij eerste aanstelling, direct een salaris, dat f 25 hooge'r is, deelachtig worden. Eindelijk zullen bij aanneming van het voorstel van B. en Ws. alle brugwachters dadelijk bij de in /erkingtreding der nieuwe regeling 25 meer salaris ontvangen. Indien echter het maximum-salaris der brugwachters 1ste klasse tot f 675 wordt verhoogd, zal ook de jaarwedde van de ha- venrecheroheurs een verandering moeten ondergaan. Hun salaris werd in 1907 aldus vastge steld: aanvangswedde f 675 met 2 verhoo gingen, telkens na 5 jaren dienst als zoo danig, van 25, tot een maximum van 'f 725, benevens het genot van vrije klee ding en schoeisel, geschat op f 100. Dit salaris zal nu noodwendig eenigszins moe ten worden verhoogd, aangezien er anders nagenoeg geen verschil meer zou zijn tus- soKen het traktement van den hoogst- bezoldigden brugwachter en dat van den boven hem geplaatsten rechercheur. B. en Ws. stellen daarom voor de aanvangswedde van de havenreoheroheurs van f 675 te bren gen op f 700. Bij behoud der tegenwoordige verhoogingen wordt dan hun salarisrege ling: aanvangswedde f 700, met 2 verhoo gingen, telkens na 5 jaar dienst als zooda nig, van f 25, tot een maximum van f 750, benevens het gehot van vrije kleeding en schoeisel, geschat op f 100. Eveneens zal nu naar het inzien van B. en Ws. het traktement van den adjunct- markt- en havenmeester een kleine wijzi ging moeten ondergaan. Thans bedraagt dit f 800, met 2 verhoogingen, telkens na 3 jaar dienst, van f 100, tot maximum van f 1000. De tegenwoordige titularis, die 15 Janu ari 1905 als zoodanig in functie trad, heeft dus eerst weinige maanden geleden zijn laatste verhooging ontvangen en er is dus naar het oordeel van B. en Ws geen enike- lo reden, om hem reeds nu weder verhoo ging deelachtig te doen worden. Wel zou den zij in de toekomst nog de toekenning van een kleine verhooging mogelijk willen maken. Zij geven daarom in overweging zijn sa laris nader aldus te regelen, dat wel het .begin- en Qiet eindsalaris met f 50 wor den verhoogd, doch daartegen de beide ver hoogingen eerst 5 en 10 jaar na de in functietreding zullen worden genoten. De regeling wordt danaanvangsweddef 850, met 2 verhoogingen, telkens na 5 jaren dienst als zoodanig, van f 100, tot een maxi mum van 1050, onder bepaling, dat de te genwoordige titularis totdat hij 10 jaar in functie is, in het genot blijft van zijn te genwoordig salaris ad f 1000. Ten slotte het traktement van. den alge- meenen markt- en havenmeester. Het komt B. en Ws. billijk voor, dat, wanneer zoowel het traktement van de brugwachters, als dat van de haven-rechercheurs en den adjunct- markt- en havenmeester wordt verhoogd, oo-k het traktement van hun chef een klein© verhooging ondergaat. Op het oogenblik bedraagt dit f 2100, be nevens een toelage van f 100 voor de admi nistratie van het kleedingfonds der haven- rechercteeurs en brugwachters. Een billijke regeling zou volgens B. en Ws. zijn: aanvangswedde f 1900 met drie ver hoogingen, telkens na 5 jaar dienst ais zoo danig, van f 100, tot maximum van f 2200, benevens de bestaande toelage ad f 100. Indien zich de Baad met 't voorstel van B. en WTs. in deze kan vereenigen, alsook met 'fc denkbeeld, om de nieuwe regelir op 1 Jan. 1912 in werking te doen treden, dan zal voor 1912 een hoogere uitgaaf van f 900 vereisoht worden, een. niet te hoog bedrag zeggen zij als men in aanmerking neemt, dat hiervan meer dan 30 ambtenaren zullen pro fiteeren. Onderwijs Elebreenwsch Gyinnasinm. Curatoren van het Gymnasium brengen het volgende onder de aandacht van den gemeenteraad Op het leerplan van het Gymnasium wa-s tot nu toe voor het onder ijs in het He- breeuwsch in de 6de klasse slechts l uur uit getrokken. Naar hun meening is dit voor de jongelieden die bedoeld onderwijs genieten te weinig om met vrucht de lessen aan de Universiteit te kunnen volgen. De meeste Gymnasia hebben ook 2 uur voor het on derwijs in het Hebreeuws^ in de 6de kl. uitgetrokken, slechts op een paar Gymna sia, n.m. Gouda, Assen, Winschoten en Amersfoort, is de toestand zooals hier. Daarom stellen curatoren voor om, be ginnen met den rooster 19111912 hen te machtigen hot aantal lesuren in het Ho- breeuwsch in de 6de klasse te doen vaststel len op 2. Bednnr Gemeentelijk Werk- loozenfonds. Overeenkomstig het bepaalde in de veror dening regelende den door de gemeente te verleenen steun ter bevordering van de ver- zeikering tegen de geldelijke gevolgen van werkloosheid, bieden B. en Ws. den Baad de volgende vo. .drachten aan ter benoe ming van 4 leden van het bestuur van het Gemeentelijk Werkloozenfonds, ter vervui ling van de vacatures, ontstaan door de pe riodieke aftreding va de lieert A. J. van Achterberg, J. Bots, C. H. Kouw en C., Laterveer I. lo. A. J. van Achterberg, 2o. W. C.; Mulder. II. lo. J. Bote, 2o. W. de la Bivière. III. lo. C. H. Kouw, 2o. A. P. Houps. IY. lo. C. Laterveer, 2o. A. Koppier. Zniri-ISoII. Wnterscliapgbond. Het dagelijksch bestuur van den Zuid- Hollandschen Waterschapsbond, vereeniging tot behartiging van wa ter scha p sb el angenis thans samengesteld uit de volgende heeren voorzitter: W. H. van Bilderbeek, dijkgraaf van verschillende waterschappen, te Dor drecht, leden: mr. A. v.d. Hoeven, dijkgraaf van den Prins Alexanderpolder, hoofdinge land van Schieland enz., te Botterdam, en P. J. A. de Bruine, dijkgraaf van de Zwijndrechtsche Waard te Zwijndreohfc, secretaris: mr. G. J. C. Schilthuis, advo caat en procureur te Botterdam. Bij Kon. Besluit is benoemd tot griffier bij het kantongerecht te Heusden, mr. H. Schouten, advocaat en procureur te Dor drecht, tevens waarnemend griffier en be- eedigd klerk ter griffie van de arr. recht bank aldaar aan K. Bodenburg op zi.in verzoek eer vol ontslag verleend als burgemeester der gemeente Schermerhorn; aan A. Endres, directeur van het huis van bewaring te Heerenveen, op zijn verzoelc eervol ontslag verleend uit die betrekking. met 1 September 1911 aan den directeur van het post- en telegraafkantoor te Zwijn- drecht K. S. de Wijn op zij verzoek, ala zoodanig eervol ontslag verleend; benoemd tot secretaris der commissie van advies voor de Bijkslandbouwproef- stations, J. Kamphuis Suermondt te 's-Gra- venhage. 29) „Zoo voedzaam was gisteren het avondeten Diet, dat gy het tot vanmiddag uithouden kunt." Boo kon hy nu weten, dat zü nog niets had gebruikt dacht Edola, en zag naar het broodje, dat zy van de schaal genomen had, die hy haar toereikte. En weer was het haar alsof zy het brood ver van zicli weg moest •linger en. Bat zal nu een andor voor je betalen. Doch Tauern nam het broodje uit haar hand, sneed bet open, smeer ie er boter op, belegde het met koud vleescti en schoof het toen weer naar haar los. „Uw doortastendheid laat wel eens wat te wenscben over. Daarom moet men u af en toe maar wat te hulp komen." Zij begon te eten en bemerkte nu, dat zij honger bad. Het broodje smaakte haar goed en zij at en dronk met plotselinge haast. Zooals de graaf gistorarond het gesprek gaande had gehouden, ging bet ook nu. Hij •prak maar door en het verontrustte haar Dist, dat Lij haar met zyn schitterende, koude oogen zoo zeldzaam uitvorscliend aanzag, als zocht hy naar den samenhang van haar ver ward wezen. Aan bet einde van het ontbijt liet Tauern twee glazen sherry brengen. Gedachtenloos Dam zU een glas, dat hy haar toereikte. Toen was het haar, als kloDker een hoonend •potlachen van alle kanten tot haar door. „Prositl Nu, prosit 1" Een schervengerinkel klonk en op het tuinpad lag het gebroken glas. Als was het nists dan een ongelukje, dat gosu woord waard was, nam de graaf zyn vol glaa en zette dat voor Edsla neer. „Nu moeten we deelen en zullen we doen zooals de oude ridders vroeger by het tour- nooispel deden, die bun dames een dronk aanboden." Er kwam geen antwoord. Edola verroerde zich niet.. Toen sloeg hy met de hand op de tafel. „Ben ik u niet ridderiyk genoeg freule Van der Eichen, of weet u niet, hoe het by het kampspel toentertyd de gewoonte was?" „Men moest eon overwinnaar zyn," gaf zy bitter terug. „Als men overwinnaar was? Zegevierend schyn lk u alzoo niet?" Wat kon hy er hateiyk uitzien 1 Bepaald om bang voor te zyn, hateiyk zy sidderde even, toen zy zag hoe zyn oogen vreemd fonkelden wild zag hy er zoo uit. Het was slechts één oogenblik; toen was zyn ge zicht wser gewoon. „U heeft geiyk," zei hy kalm. „Men moest eeist toonen, dat men wat kon." Toen schoof hy zyn stoel achteruit. „Wy moeten nu aan uw terugkeer denken, freule." Edela stond reeds op. Zou zy hem bsleedigd hebben, dat hy zoo plotseling het teeken tot opstaan had gegeven? vroeg zy zich af. „Met een paar schreden was zy by de tuindeur sn Tauern kwam langzaam achter haar aan. Het ongeledigde glas bleef op tafel staan. Voor de deur hielden ryiulgen stil. Op een daarvan trad Tauern toe en gaf den koetsier zyn bevelen. Hy bood Edela de hand by het instygen, weder met een beslistheid, als had zy zich naar hom te schikken. Edela zei hem dank. Zy was zoo vermoeid, zoo afgemat, dat zy dacht, dat haar voeten haar niet meer dragen konden, als zy nog verder moest loopen. „U is wel vriendolyk, meneer," zei zy zacht en nam plaats in het rytuig. Hy stond met den hoed in de hand. „Wél thuis. En ik herhaal nog eens, wat ik u heb gezegd: Als ik ergens mee helpsn kan..." Nog eenmaal stelde by zich dus te haror beschikking. Dat hy, de hoogmoodige; hy de koude egoïst, haar daarmee een eer" aandeed, was zy zich wel bewust, doch hsar lippen zeiden geen woord van dank. Zyn oogen zagen naar haar handen en zy beefde. Het rytuig zette zich in beweging en reed snel hoen. Een gansch eind was zü al weg, toen zy zich om- draalde en zag, dat Tauern daar nog steeds op dezelfde plek etond, blootshoofds. Doch hy zag hsar niet na. Waaraan zou hy denken? vroeg Edela. En wat zou hy van haar willon, dat hy dezen morgen haar gezelschap had gezocht? Wilds by zich slechts te harer beschikking stellen? Hoe kwam by daar toe? En wie zou hem van haar verteld hebban? Juffrouw Vogel kon het wel eens gedaan hebben. En het was ook door hsar gekomen, dat dat toonsel zich gisteravond had afgespeeld. Dat werd Edela opeens met beslistheid helder. Nu ruoest zy Vogeltje ook vertollen, dat zy graaf Tauern ontmoet had, dacht zy, toen zy weer terug was. Zy deed hot echter niet. Al zag het ,er wat geheimzinnig uit, wis vroeg daarnaar 1 Wat vroeg zy nu nog naar anderen Slechts één ding vond zy belangryk en dat was te weten: hos het antwoord zou zyn, dat de zoon van Christiaan Havestrand haar zou geven. XIII. By ieder gebel, dat in de gang klonk, koek Edola met een gevoel van angst naar de deur van haar kamer. Dat kon het zyn, dacht ze dan daar kon het gekomen zyn Zy was nog niet weer uit huis geweest en toch was het haar zeer benauwd op haar kamer. Zoodra zij wist, dat er iemand in het gemeenschappelyk salon was, ging zy daar heen, omdat zy zich daar wat vryer kon be wegen, daar die kamer veel grooter was dan de hare. Dan stond zy daar voor het venster en keek naar buiten. Hier keek men uit op het kanaal en op eonigo oude, prachtige water- wilgen, die daar stonden. Die wilgen had zy altijd graag gezien, maar nu was het of het gezicht van dis boomen haar zenuwachtig maakte. Het was immers ook by oude wilgen ge weest, dat zy gestaan had, toen zy Lord dood schoot en toen Bernard Hav.strand gekomen was met zyn medeiyden. Zg wist nog al te goed, wat hy toen gezegd had, en terwyi zy naar de wilgen keek, hoorde zy die woorden wesr: Arm arm kind! Haar onrust en zenuwachtige spanning namen allengs toe. Zy had ook niet gehoord, dat de salondeur opeil ging en dat Elsbeth Wientrug binnen kwam. Elsbeths zachte stem deed haar wakker schrikken „Staat gy daar zoo in gepeins? Er Is een brief voor u gekomenik hoop met goede tydmg." Zy had verscheiden brieven in de hand en zocht daar nu een uit, dien zy aan Edela gaf. Dadeiyk daarop verlist zj) da kamer, doende alsof zy er biets van gemerkt had, dat Edela zeer bleok was geworden. Vriondelyk knikte zy haar eerst nog toe. Toen viel de deur achter haar dicht. Nu zou het komen. Ja of ne9n, zy zou het nu dadelyk weten. Met bevende handen maakte Edola lang zaam den brief open. Het was eon carte de correspondance, waarop slechts weinig woorden waren geschreven. En de ondeiteekening wasAdriaan Tauern. De brief was dus niet van Bernard Have strand. Zy liet haar arm slap vallen. "Wat ging het baar op dit oogenblik asn wat graat Tauern baar bad te zeggen I Masr ten slotte las zy toch, wat daar met vasto hand op de kaart geschreven was: „Barones Edela 1" Indien u dat wilt toestaan, zal ik vanmiddag zelf het antwooid op myn vraag komen halen. Ik wil u persoonlijk vragen of gy er In toe wilt stemmen uw naam mot den mynon te verwisselen en myn gemalin te worden. Uw dw. Adriaan Tauern." Zy wilde lachen, luid lachen, als betrof het een grapje, dat men haar geschreven had. Doch toen schudde zy ongeloovig het hoofd, Zy werd daar toch zeker niet meo bedoeld; weineon, dat was niet mogelyk. Maar het adres was aan baar gericht, daaromtrent kon geen twyfol bestaan: duideiyk stond daar haar naam en daarnaast het adeliyk wapen van Tauern. (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1911 | | pagina 1