N«. 15743 Maandag ld Juni. A°. 1911. feze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van (Zon- en feestdagen, uitgegeven. Dit nommer bestaat uit TWEE Bladen. Eerste Blad. FEUILLETON. De liefde overwon. LEIDSCH DAGBLAD PELTS DEB AJ)VERTENTIENi Van 16 regela ƒ1.06. Iedere regel meer 0.17J. Qrootere lettere naar plaatsruimte. - Kleine advertentiën ran 80 woorden 40 Oentaeontant) elk tiental woorden meer 10 Gents.- Voor het inoaaaeeren wordt/10.05 berekend. PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per week 9 Oentij per 3 maanden 1 f 1.10. Bniten Leiden, per looper en waar agenten gevestigd zijn 1.30. Franco per post1.66. Leiden, 19 Juni. Blectriek. Met turende oogen en al meer gespitste ooren wachten wij op de groote gebeurtenis. Er kan geen eerstge borene met meer liefde en met van verwach ting heviger kloppend hart verbeid worden. Langzaam wordt de luiermand compleet. De weg ligt gebaand en de draden die voor zijn grijparmen het bezielend houvast zullen vormen, hangen ^1 weken to roosteren in het blanke zonlicht dezer zomersche tijden. En nu ineens als een heerlijk schrikje in onze wachtende spanning is er weer wat bijgekomen. Ze zijn een nieuwe, nadere be lofte die korte, dikke, gezellige bmine ge drochtjes: „Halte" staat er op met mooie letters en daaronder een kort pijltje met dubbele punt wijzend links en rechts. Het ia alsof het in zijn kortheid wil te kennen gerven dat er bij de bijna volmaaktheid van het tegenwoordig verkeer geen afstanden meer zijn. En om dit alles heen loopt een lief randje als een roomslinger op een taartje. „Halte" staat er op en wij hebben even halt gehouden onwillekeurig, gehoorzamend aan den gebiedenden wenk en wij hebben nagedacht en het hart heeft ons in de keel geklopt; want het langverwachte wondor is dan toch al weer een tikje dichterbij. En bij deze bruine gedrochtjes, die zoo maar brutaalweg midden op de trottoirs gaan staan en wie kan ze iets kwalijk nemen zullen ze dan stoppen, moeten stoppen en koningen en keizers en wie er verder in de tram zullen zitten, niemand zal ze pas- saeren zonder even eerbiedig stil te staan. En voor ons allen, boeren, burgers en bui tenlui en vooral voor onzo welkome vreem delingen zullen ze een baken zijn in zee, en we zullen ons scharen aan den voet van Zijne Bruinheid en wachten, vertrouwende op zijn prestige, op zijn machtigen, onfedl- baren invloed. Ziet gij'daar dien vreemdeling? Hij zoekt. Hij is vermoeid van al de schoonheid die hij in onze rijke stad heeft genoten; hij heeft veel gezien, veel geloopen en een pijn lijk-vermoeide trek ligt onmiskenbaar op zijn gelaat. En hij zoekt, hij tuurt,.... en dan plotseling ontspannen zich zijn trekken en een glimlach van zuiver allooi en van wei- gefundeerde vreugde glijdt over zijn gezicht. Weg vermoeidheid, weg pijn, weg overver zadigd pchoonheidsgevoel en in den storm van geluk snelt hij op de bruine Sphinx toe. En wat geen liefhebbende gade, geen dierbaar kroost, geen zorgzame tante of be minde schoonmoeder had vermocht, te weten hem het verloren geluk terug te geven, dat heeft het gezegende bruine gedrocht gedaan gekregen. Maar het verlangt geen dank. Stil in zijn ongenaakbare, onaandoenlijke groot heid blijft het staan, als een paal. Weest welkom, bruine gedrochtjes, belofte van de dingen die komen zullen, morgen, volgende week, volgende maand,maax komen zullen. •En als zuster Anna turen wij, de hand boven de oogen Totdat ineens het zal geschieden en de blanke, koninklijke gevaarten geruischloos langs de gladde ijzers de stad binnen zullen, zeilen, wit, stil,- smeuïg als fondant De eerste maal dat het „Harmonie orkest T. en D." een uitvoering in den tuin van „Zomerzorg" gaf, trof dit gezelschap het bijzonder gelukkig. De avond van Za terdag was voor een buitenconcert bijzon der gunstig. Deze derde uitvoering werd gegeven bij gelegenheid van het tweejarig bestaan van „T. en D-", en de directeur, de heer P. A. Smeele, mag worden geluk- gewenscht met de vorderingen, welke de leden maken. Op het programma kwamen weer eenige nieuwe nummers voor. De tuin was flink bezet. Vertegenwoordigers van de zuster verenigingen „Juliana" (van de Post) en „Werkmans Wilskracht" waren genoodigd en eveneens aanwezig. Na afloop van het muziekprogramma werd naar de zaal ver huisd, waar voordrachten werden gehouden en werd gedanst. Het was er gezellig. Door de direotie der Leidsche Duin water maatschappij is 'het bouwen van een overkapping op kolommen, en het maken van vier voorfilters, uit te v -en in ge wapend beton, nabij den watertoren te Katwijk, opgedragen aan de N. Venn. Weminik's Betonfabriek, alhier. In den ouderdom van 71 jaar is te Rot terdam overleden de gep. generaad-majoor van het Indische leger C. Dijkerhoff, oud gouverneur van Atjeh. De overledene, die aan de Koninklijke Militaire Academie te Breda voor den officiersrang opgeleid was, vertrok in 1861 als 2de-luit. naar Indië. Na in verschillen de garnizoenen te hebben gediend, werd hij als lete luitenant benoemd tot deeraar aan de Militaire School te Meester-Cor- nelis. Tot kapitein bevorderd, nam Ktf deel aan de 2de expeditie tegen Atjeh, waarbij hij zich zoodanig onderscheidde, dat hem de Militaire Willemsorde 4de kl. werd toe gekend; bij den generalen staf geplaatst, bereikte kapitein Dijkerhoff den hoofdoffi ciers rang. Eenigen tijd na zijn promotie tot overste, volgde de benoeming tot mili tair commandant van de Wester-afdeeling van Borneo te Pontianak in 1888. Overste Dijkerhoff leidde als zoodaing de Tebidok- expeditie. In 1892 werd hij na zijn promotie tot kolonel benoemd tot gouverneur van Atjeïi. Tijdens de waarneming van dit gewichtig ambt volgde de erkenning zijner groote ver diensten door de benoeming tot ridder 3de klasse der M. W. O. en door zijn bevorde ring tot den opperofficiersrang. Na den afval en bet verraad van Toekoe Oemar vertrok generaal Dijkerhoff in 1898 naar het moederland, om den dienst met pensioen te verlaten. De regeering belastte den toemaligen ma joor Dijkerhoff na de bekende ramp van Kra-katau, die onze kolonie zoo vreeselijk teisterde, met een bijzondere opdracht naar de zoo zwaar beproefde landstreek. Zijn bemoeiingen te dier zake werden door het opperbestuur hoogelijk gewaardeerd en beloond met zijn benoeming tot ridder in de orde van den Nederlandsoh'en Leeuw. Vanwege den Nederlandsohen Bond van jongelingsvereenigingen op Gerefor meerden grondslag is de vorige week aan dr. A. Kuyper een bedrag van f 3500 gezon den, bijeengebracht door de leden van den bond en bestemd als huldeblijk en als bij drage voor de voorgenomen verbouwing der Vrije Universiteit te Amsterdam. Hr. Ms. pantserschip „Heemskerok" is van Nieuwediep naar Spithead vertrok ken. AARLANDERVEEN. De Raad dezer ge meente is ter vergadering Kjeen geroepen tegen a.s. Woensdag des voormiddags te 10 uren. De antirev. kiesvereeniging alhier stel de voor den gemeenteraad candidaat de af tredende leden, de heeren M. van Muiswin- wel ©n J. van der Knijf, en besloot de ze tels der beide aftredende liberale leden on bestreden te laten. ALP HEN. e heer U. Andringa, 1ste on derwijzer aan de openbare school alhier, is benoemd tot onderwijzer aan een particu lier i itituut tob opleiding te 's-Graven- hage. In de Zaterdagavond gehouden verga dering van aandeelhouders van de tele- phoonmaatsohappij ,,aan Rijn en Gouwe", werd besloten de laatst gehorden algemeen® vergadering van aandeelhouders om het toen daarin opgenomen besluit tot ophef fing als niet gohouden te beschouwen en werd de balans, winst- en verliesrekening en het verlog over 1910 goedgekeurd. Tot commissaris werd herkozen de heer J. W. Clant met 33 stemmen, terwijl 25 stemmen werden vitgebracht op den heer H. H. van der Kloot Meyburg. Besloten werd geen dividend uit te kee- ren. BOSKOOP. De raad dezer gemeente- heeft tot directeur der gemeentebedrijven (gasfabriek en waterleiding) benoemd den heer J. D. A. Sneep, directeur der gasfa briek te Middelharnis en; Sommelsdijk. HILLEGOM. De R.-Ej. Kiesvoreeniging heeft candidaat gesteld voor den geifeeen- teraad de heeren R. A. v. d. Schoot (aftr.) en A. W. Nieberning. KATWIJK. In verband met het voor komen van mond- en klauwzeer cm der de run deren ook binnen deze gemeente, waarschuwt de burgemeester do ingezetenen voor het drinken van ongekookte melk. De heer B. Forger, sinds tal van jaren stationschef bij de stoomtram alhier, is in gelijke betrekking overgeplaatst bij de Haag- sche stoomtram te 's-Gravenhage. LANGERUIGEWEIDE. Tot hoofd aan de openbare school alhier, is benoemd de heer O. P. van den End© te Dinteloord, die deze benoeming heeft aangenomen. De veehouder M. Yerkley is van een wagen met hooi gevallen, met het treurige gevolg, dat de dood korten töjd daarna in trad. NOORDWIJKERHOUT. Van een auto (G 124) komende richting Noord wijk, sprong op den Gooweg nabij de nieuwe brug een veer, waardoor de chauffeur het stuur niet meer in zijn macht had. Door palen en vlechtwerk heen stoof de auto van een 2l/2 M. hoogen dijk af en kwam geheel onderst boven gekeerd terecht op afgegraven terrein der firma Guldemond. De inzittenden, vijf personen, konden niet dan met groote moeite onder het gevaarte van daan kruipen. Hoe wel geen van allen ernstig verwond was, moest toch dr. v. d. Wyst geneeskundige hulp verleenen. Op den Goóweg, die steeds een drukke verkeersweg is, was het propvol. Tal van voorhijsnorrende auto's stopten en van alle kanten waren hulpvaardige handen te over om te helpen. De auto bleek geheel vernield en zou heden gelicht worden. Door een passeerende auto werden de vijf personen welwillend opgenomen en naar hun woonplaats Bloemendaal vervoerd. De monteering on bagage is in bewaring gegeven aan den in de buurt wonenden heer T. v. d. Berg, die tevens een wakend oog op de achtergebleven auto zou houden. Een boerenarbeider van den heer v. R., die daags' te voren nog opgeruimd en gezond zijn werkzaamheden verricht had, werd Zondagmorgen dood te bed gevonden. Ook ons dorp kroeg Zaterdagmiddag be zoek van een troep Zigeuners, die het vooral den winkeliers nogal lastig maakten. Zij wilden n.l. allerlei inkoopen doen, zonder betaling. Door de politie werden zij buiten do gemeente getransporteerd. Vlak voor heit Raadhuis, sloeg door het nemen van een verkeerden draai een dogcart van de familie J. uit Noordwijk ondersteboven. De inzittenden waren allen erg verschrikt, doch kwamen er tamelijk goed af. SA&SENHEIM. De Katholieke kiesver eeniging heeft Zaterdagavond vergaderd. Ingekomen was een schrijven van de kies vereeniging „Gemeentebelang" om weder- keerige overneming van elkanders candi daat voor de a. s. gemeenteraadsverkie zing. Ook de anti-revolutionaire kiesver eeniging „Nederland en Oranje" verzocht haar candidaat te willen overnemen, zonder evenwel den naam van dien candidaat te noemen. Wanneer dat de heer heer Warnaar ifl, zal er geen bezwaar bestaan, dooh is het deze niet, dan zal nog deze week worden vergadert, om eene beslissing te nemen. TER-AAR. In de plaats van den heer Eskes, die bedankt had, ia tot kassier van den Augurkenbond benoemd de heer O., Hoogenveen, en voor het rondbrengen der gelden de heer O. Sohraverus. VOORSCHOTEN. Zaterdagavond hield de Koningin-Wilhelmina-Vereeniging" een buitengewone ledenvergadering in het „Wa pen van Voorsohoten". Aan de ongemeene opkomst der leden viel te bemerken, dat er iets belangrijks zou behandeld worden. Als eenig punt vermeldde de agenda: „Be raadslaging naar aanleiding van het Raads besluit in zake het kinderfeest. Nadat de voorzitter, de heer G. H. Schmal, de aan wezigen verwelkomd en de reden tot het bijeenroepen eener buitengewone vergade ring uiteengezet had, kreeg de secretaris het woord tot het voorlezen van het adres om subsidie met Memorie van Toelichting, welke door het bestuur aan den Raad ver zonden waren. Daarna volgde voorlezing van de afwij zend© beschikking door den Raad en van de mededeeling, dat de gemeente een kinder feest zal geven op 31 Augustus, zoodat de tot nu toe verleende bijdrage ad f 50 aan d© Kon.-Wilh.-Vereen." komt te vervallen. Hierop nam de heer Schmal weer het woord, om in een korte rede critiek te oefe nen op de argumenten van B. en Ws. tegen het inwilligen der subsidieaanvraag en het Raadsbesluit in zake het Kinderfeest als onaannemelijk voor de Kon.-Wilh.-Ver- eeniging" te verklaren. De voorzitter wil nu het woord aan de leden verleenen, ten einde de meening van de vergadering te leeren kennen. Uit de hierop volgende discussies blijkt, dat de aanwezige leden door het Raadsbesluit zeer teleurgesteld zijn. Ook dringt de vergade ring er bij het bestuur op-aan, om met een voorstel voor den dag te komen, hoe verder in deze gehandeld moet worden. De oorzitter leest nu voor de volgende bestuursmotie „De leden der Kon.-Wilh.-Vereniging", hedenavond in vergadering bijeen, gehoord de beraadslaging in zalko het Kinderfeest; overwegende, dat het Raadsbesluit ern stig de belangen der Vereeniging schaadt, daar het kinderfeest het glanspunt van den dag is; betreurende, dat door B. en Ws. niet het minste overleg is gepleegd met het Be stuur, hetwelk dit feest reeds jaren lang heeft geregeld: Overwegende, dat de Raad geeu rekening heeft gehouden met het feit, dat het feest programma reeds door de ledenvergade ring was vastgesteld; betreurende, dat bij de behandeling in den Raad het verzoekschrift terzijde is ge legd ten gevolge van het voorstel van B. en Ws.spreken hun afkeuring uit over het Raadsbesluit, dragen het bestuur op deze motie ter konnisse an den Raad te brengen en aan den Raad eerbiedig te ver zoeken, aJsnog op genoemd besluit terug te komen en hetzij de uitgetrokken f 200 aan de „Kon.-Wilh.-Vereeniging" toe te kennen hetzij de regeling te behouden, zooals deze tot nu toe bestaan heeft." De voorzitter schorst de vergadering voor een kwartier, teneinde den leden tijd te laten, de motie te overwegen. Nadat de vergadering heropend is, voe ren nog verschillende leden het woord. Al len verklaren, dat de motie hun sympathie wegdraagt. Alleen worden een paar n*»" tie-wijzigingen aangebracht. Met 73 stemmen vóór, wordt de m«.>t vervolgens aangenomen; twee leden stem den blanco. De heer Schmal deelt nog mee, dat do bode der vereeniging het innen der contri buties voorloopig heeft moeten staken. Vele contribuanten weigerden n.l. de aange boden kwitantie te voldoen, daar het kin derfeest nu van gemeentewege zou gegeven worden, zoodat het hoofdmotief om te eon- tribueeren was vervallen. Ook werd, tijdens de beraadslagingen nog op deze tegenstrij digheid gewezen „poffertjeskraam en draaimolen zullen gedurende het gemeen telijk feest gesloten zijn", terwijl het voor malige bestuur der ,Wilh. -Vereenigïng'in 1909 met een voorstel kwam om poffertjes kraam en draaimolen tot 's avonds 7 uur geopend te houden, zoodat de kinderen van die inrichtingen konden profiteered Bij de rondvraag wordt de vraag gesteld: „Wat zal het bestuur doen, als de Raad wederom afwijzend beschikt!" De voorzitter antwoordt, dat het bestuur dan eerst zal vergaderen, om rijn houding te bepalen en daarna weer een buitenge wone ledenvergadering zal beleggen. Nadat do heer Schmal den leden rijn dank had betuigd voor den verleenden krachtigon steun, werd de vergadering^ die een rustig verloop had, gesloten. 18) .Val haar nu voorlooplg maar niet laitig, laat n; eerst maar eens tot rust komen Sn huil nu niet, want als zy dat bemerkt, maak je hst roor haar nog reel erger, dat heeft heelemaal geen nut, zei Krelsler tegen zyn vrouw. H(J had een goed hart, een zeer goed hart zelfs. Haar als hy den geheelen dag zwaar en vervelend werk had gedaan op het post kantoor en hy kwam avoDds naar huis, dsn zag hy liever ln eeu vrooiyk gezicht met lachende oogen, dan dat Mali huilde. En als nu de freule, zoo dacht hy, liever alleon wilde <Un met haar verdriet, dan moest zy haar zin hebbsn en moest Mali haar niet storen. Dat verlsngan van Edela om alleen te zyn had Lotte Schneider, toen Mali bet haar ver telde, zeer getroffen, en dat wilde nogal wat zeggen, want zy het zich niet zoo gemakkeiyk in verbazing brengen. Het was nu acht uren geworden en Lotto tikte haar laatste woorden en atond op om naar het kantoor te gaan, waar zy iederen dag van 's morgens negen tot les uren 's avonda op de schryfmachine werkte. Snel zette zy haar matelothoedje op, deed haar mantel aan, nam haar groote poftefeuille onder den arm en ging de kamer uit. „Goeden morgen, juffrouw I" riep ze naar de deur van de keuken en ging toen da gang door naar builen. Toen zy by de deur van de alaapkamer van Edela kwam, kon zy zich niet weerhouden even te blyven ataan. Zy waB altyd oprecht en zoo bekende zy zichzelf nu ook eerlyk, dat zy thana maar één verlangen had, n.l. Edela te zien. ,Ik weet niet wat lk zou willen geven als ik haar etna even van gezicht tot gezicht kon zien," daoht ze. Maar die wenach werd niet vervuld. Een week varliep en nog had zy Edela nlot gezien. Deze bleef steeds op haar kamer en alleen Mali ging af en toe by haar binnen. „Gaat ze dan heelemaal niet een3 wandelen met dit mooie weer?" vroeg Lotte eindelyk op een morgen aan haar hospita. „Zy is toch niet zisk?" „Ziek ia zy niet, maar ik vrees, dat zy het nog zal worden van verdriet Lotte Schneider trok een minaohtend ge zicht. „Waar moest het heen, als wy door ver driet ons dadeiyk maar lieten meeslepen? Als dat ons allemaal zoo ging, dan was er weldra geen enkel gezond mentch meer op aarde. Wy moeaten wat bedenken om haar wat op te vroolykenl" Dat vond Mali ook en zy had al heel wat beproefd om Edela wat op te monteren. Maar Edela wilde nog steeds niet weten van die woorden. Zy wilde zich niet laten troosten, wilde ook nog niet zich eene tegen Mali uiten, wat haar allicht eenige verlichting zou hebben gegeven. Haar kolfer, die door den ouden Hllbrioh haar vau „Elchonkamp" was nagezonden, stond ook nog ongeopend in een hoek van haar kamer. Het was daar somber, want Edela liet de gordynen den ganechen dag licht. Toen deed Mali een laatste poging om Edela tot andera gedachten te brengen. Op een middag, toen Fritsje wakker werd uit zyn slaap en voldoende had gedronken, kleedde iy hem aan met de mooiste kleertjes, die zy voor hem had. Zy nam het knaapje op den arm en klopte aan Edela's deur. „Fritsje zou zich graag eene aan u willen voorstellen," zei ze zoo vrooiyk mogelyk. Moeder en kind traden lachend voor Edela. Deze stond langzaam op en kwam hen te gemoet. Er speelde even een glimlaoh om baar mond, doch haar oogen lachten niet mee, maar bleven droevig. „Wat ziet hU er lief uit, wat moet gy ge lukkig zyn, Mali," zei ze met zachte stem. „Ja, dat ben iki Zeer gelukkig. En al myu geluk heb lk aan u en aan uw lieve moeder te danken. -Wanneer gy niet zooveel .voor my hadt gedaan en my van alles had laten leeran, dan zou ik nu nog als dienstmeisje by vreemden in huis zyn en zou er niets van geweten hebben hoe gelukkig het ie met myn Frits te leven en zoo'n lief kereltje als ons Friteje te bezitten. En daarom doet het my zooveel verdriet, als ik zie hoe diep ongelukkig gy zelf zyt, freule Edela." Daarmee had zy eindelyk de godachten uitgesproken, die haar al dagen lang hadden geplaagd. Edela knikte. „Ja, ik werp een donkere schaduw op uw geluk. Dat doet my nog meer verdriet, goede Mali". „Maar, freule 1" riep juffrouw Kreisler ten zeerste ontsteld. Maar Edela schudde weer droevig het hoofd. „Neen, Mali, lk weet heel goed hoe jy het bedoelt. Maar wat zal ik doen? Ik moet toch eerst wachten tot allee, tot de zaken op „Eichenkamp" geregeld zyn, tot ik weet hoe lk er voor eta." Mali begreep wat zy daarmee wilde zeggen. Zy moest eerst wachten tot da verkooping van .Elohenkamp" achter den rug was. Dan zou zy weten of er nog geld overbleef voor haar om van te levon. Mali wiet niets meer te zeggen, drukte Fritsje tegen zich aan en ging de kamer weer uit. Toen zy heengegaan was, begon Edela langzaam op an neer te loepen. Het was of zy voor de eerste maal zich duideiyk bewust werd van haar poBitie. Zy zag de dingen in de kamer plotseling geheel anders dan de vorige dagen. Hoe aardig had Mali alles in gericht. En wat een bloemen stonden ln de venstorbankl Och, och, dis moesten er tooh weer onder ïyden, wanneer men het onmoge- lyk maakte, dat zy zich koesterden in het zonnelicht. Zy ging naar het raam en trok de gordynen omboog. Het licht deed haar eerst pyn. Zy keek naar buiten, naar den overkant, waar uit de vensters nieuwsgierige oogen haar aanstaarden. Dat deed haar smarteiyk aan. Zy was bang voor vreemde oogen. En de hooge, gryzo muren benauwden haar; die belemmerden het vrye uitzicht en gaven haar een gevoel alsof zy gevangen zat. En hoe weinig was zy daaraan gewoon; zy, die de vryheid zoo lief had. VII. Toen Lotte Schneider tegen acht uren naar huis kwam, zag zy dicht by het huis van Kreisler een slanke vrouwengestalte voor zich uitgaan. Dat moest freule Van dor Eichen zyn, besloot zy, en nieuwsgierig keek zy naar haar zwarte japon, naar haar kleine hoedje en het weelderige haar, dat daaronder uit kwam. Ja, dat was zy 1 Lotte voelde hoe heftig haar hart begon te kloppen. Vóór allee moest zy nu haar gelaat zien. Maar zy wilde zich tooh niet opdringen; zy wilde niets doen om de aandacht van de vreomde te trekken. Het moait den achUn hebben of de ontmoeting louter toeval en niet gezocht wae. Daarom verhaastte zy eeret baar sohreden tot zy wat dichter by gekomen was, maar liep toen weer rustiger voort. En toen kwam het toeval Lotte werkeiyk te hulp. Edela stond op de stoep, maar wist niet hoe zy de deur open krUgen moest. Tevergeefs draaide zy aan de kruk; de daur was op •lot en een sleutel had zy niet. Daar stond Lotte naast haar en een heldere ■tem zei vrisndelyk: „Mag ik u eens helpen?" En meteen had zy de deur voor Edela ge opend, die binnentrad, terwyi zy beleefd: „Dank u zeer, juffrouw," zei. „Ik moet ook hier zyu," vervolgde Lotte en Edela maakte een beweging met het hoofd om haar aan ta duiden, dat zy vóór zou gaan. En dat deed Lotte ook. Vlug sprong zy de trap op en langzaam volgde Edela haar met moede sohreden. Boven draalde Lotte langer dan gewooniyk en toen Edela ook boven was, keerde zy zich nog maals om, om haar beter te kunnen gadeslaan. „Hier is myn kamer," zei Lotte en met een lichte buiging ging zy naar binnen, na nog even „goeden avond" te hebben gezegd. „Gooden avond," antwoordde Edela. „Buitengewoon mooi, maar hoogmoedig," aldua vatte Lotte haar indruk kort samen, toen zy in haar kamertje binnen wae gegaan. Zg ging zitten en dacht na over de ont moeting. Weldra acbuddo zy krachtig het hoofd. Neen, hoogmoedig was toch het rechts woord niet. Het waa meer iets zeer voornaams, dat uit haar optreden sprak en terstond opviel. (Weidt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1911 | | pagina 1