No. 15742. LEIDSCH BA&3LAB, Saterdag* 17 Juni. Vierde Blad. Anno 1911. Buitenlandseh Overzicht Aeademienieuws. Faillissementen. Tweede Kamer. FEUILLETON. 08 liefde overwon. De houding der wijnboeren in Oham- p a g n e heeft het Fransdie kabinet ge noodzaakt water in haar wijn te doen. Ofschoon de regeering steeds haar stand punt om zich te verzetten tegen elk voor stel tot afschaffing der begrenzingen, had volgehouden, is zij thans van front veran derd. Of daarbij de eensgezindheid in het kabinet bewaard is gebleven, men gelooft er in Frankrijk niet erg aan. Ook de hou ding van minister Caiilaux geeft aanleiding om te denken aan verkoeling. De „Figaro" spot er een beetje mee en schrijft: „De regeering kan beweren, dat de meest volmaakte eendracht heerscht en altijd ge- heerscht heeft in haar midden de feiten bewijzen wel het tegendeel. Gebrek aan samenwerking, verwarring en oneenigheid: aedaar het schouwspel dat dit homogene radicaal-socialistische Kabinet ons biedt. „Aan het Parlement te beslissen of een rijk als Frankrijk nog langer mag lijden onder zulk een leiding!" Door de „Echo de Paris" geïnterviewd, eeide de heer Vallé, senator van het Marne- departement, de door de ministers geno men beslissing zeer te betreuren en er niet veel goeds van te verwachten voor de Mar- nois. Hij vreesde, dat de troebelen thans weder opnieuw zullen uitbreken. Zooals men weet stellen de wijnboeTen in het Marne departement onvoorwaardelijk als eisok: Handhaving der afbakening! Het is moeilijk om het iedereen naar den san te maken. Intusschen zit ue Fransche regeering nog met een andere kwestie nl. de M a r o k- kaansohe. In verband met het optre den van Spanje waren verschillende inter pellaties ingediend. Minister Cruppi heeft bij de behandeling hiervan in de Kamer er nog eens op gewezen, dat Frankrijk bij al zijn handelingen in Marokko steeds de akte van Algecirae heeft geëerbiedigd. Ten aan zien van Spanje, zeide de minister, volgen een politiek van eensgezindheid en we- derzijdscho hulp zooals wij dat steeds ge daan (hebben. De Spaansohe regeering volgt dezelfde politiek en beide regeeringen zrllen de in tegriteit van het Marokkaansche rijk blij ven handhaven." De minister ontkende, dat er ee^ geheim Fransch-Spaansch traotaat zou bestaan. Spanje heeft zoowel als Fran' rijk de vol gende drie ./eginsefén te eerbiedigen; de soevereiniteit en onafhankelijkheid van den Sultan, de integriteit van zijn gebied eii de economische vrijheid van Marokko. De minister wees er ten slotte uitdrukke lijk op, dat Frankrijk's actie slechts zoo lang zal duren als strikt noodig is om in het land den vrede en den gewonen gang van zaken te herstellen. Dit is door de mo gendheden goedgekeurd. De Engelsche minister van financiën Lloyd George is een merk waardig man. Dit blijkt wel uit het feit, dat hij vele vrienden maar ook vele vijan den heeft. Maar hij is tevens een zeer be kwaam staatsman. Het succes dat hij met rijn klare verzekeringswetgeving bij voor- en tegenstanders heeft gehad, bewijst dit. Toch ia er een ding dat de oppositie hem maai- moeilijk vergeven kan, en dat is zfln bekende radicale begrooting, die met zoo veel moeite te kampen heeft gehad. En wanneer er maar iets onaangenaams gebeurt op financieel gebied, zdjn de Unio nisten er als de kippen bij om dit te wij ten aan de politiek van Lloyd George. Zoo werd hem dezer dagen verweten dat de misère van de Birchbeck-hank, waarvan wij reeds een en ander meedeelden, ook rijn schuld was. De minister beeft hierin ©en welkome aanleiding gehad om deze zaak eens goed te belichten en wat bleek? Lloyd George verklaarde een onderzoek te hebben doen instellen en uit de offioieele gegevens bleek dat de daling van de koersen der beleg gingswaarde van de Bank begonnen was tijdens den Boerenoorlog, dus onder het toen regeerende conservatieve kabinet. Hij berekende voort» dat die daling onder de liberale regeering veel geringer was ge weest. Natuurlijk hadden de ministerieelen veel pleizier in dit dwaze figuur dat de opposi tie sloeg met haar interpellatie. Van den Boerenoorlog gesproken, de kolo niale premiers zijn nog altijd in Londen, en vallen van het eene feest in het andere. Daarbij blijkt telkens hoe populair Botha is. Zoo uit het volgende voorval tijdens de plechtigheid, waarbij hij eere doctor van Cambridge werd. Dé plechtigheid, der promotie had Woens dag plaats. Bij die gelegenheid liet een groep studenten van een der galerijen bij het voorbijgaan van Botha een aan oranje en groene linten bevestigd voorwerp naar beneden. Het pakje viel op den'grond, maar werd door een der aanwezigen opge raapt. Het bleek een hulde te bevatten van de Zuid-Afrikaansche studenten te Cam bridge aan den Afrikaansehen staatsman, bestaande uit een kalabaspijp en een pakje Roeren-tabak. Op het pakje stond een op dracht aan generaal-Botha, geschreven met de oude Transvaalsche zinspreuk: Een dracht maakt macht. De berichten uit P ortugal wor den weer niet gunstiger. In de Engelsche pers doet het gerucht de ronde; -dat hek giamhoen te Chavöz den plaateelijken oom-~ mandant heeft vermoord en een monarchis-; tische tegen-revolutie is begonnen. Maar oolk minder opgewonden berichtgevers zien den toestand tamelijk duister in. De „Lo- kal-Anzeiger" verzekert uit betrou- bare bron te weten, dat de stemming in de Noord-Portugeesohe garnizoenen Braga en Chavez zeer verontrustend is. De minister raad komt iederen dag bijeen, ter schijnt nog niet het juiste middel te hebben ge vonden om het uitgangspunt der beroering te ontdek&en. De royaisten schijnen finan cieel zeer sterk te staan. Uit Lissabon komt het bericht, dat de gepenaionneerde generaal Abel Campaa als samenzweerder in hechtenis is genomen. De Maden melden, dat de Spaansohe re geering gelast heeft de monarchistische lei ders Paiva Ooujeiro en Alvara Chagas in hechtenis te nemen. De minister van bui tenlandsch© zaken heeft een bezoek aan dat gedeelte van de grens gebracht waar, vol gens dj geruchten, de koningsgezinde troe pen een inval voorbereidden. De minister is zeer toegejuicht. Aangenaam lijkt ons de positie der Re- publikeinsche regeering onder dit alles niet. Het is opmerkelijk hoe de Sultan van Turkije pleizier beleef4-, van zijn groote reis door het land. Donderdag is hij van Oeskjoeb naar Priajtina vertrokken, door hét bergland, waar nog betrekkelijk kort geleden de opstand woedde. En thans een volslagen omxne&eer. Scharen Albanee- aen in hun schilderachtige nationale dracht waren samengestroomd in de dorpen of stonden in dichte groepen langs den weg, dien de Sultan passeerde en zonder ophou den weerklonken geestdriftige toejuichin gen. Het warmst was de ontvangst in het plaatsje Orfani, waar voor ongeveer een jaar opstandelingen; de treinen aanhielden en den sultanstroepen het leven behoorlijk zuur maakten. En thans juichten diezelfde lieden den Sultan toe, terwijl kinderen vo- derlandsche liederen zongen. De sultanstrein zou eerst nï- stoppen aan het station Iiplian, de bewoners ech ter hadden geseind, dat zij op de rails zou den gaan liggen, als de SuJHn hun dorp voorbijreed en dus wend maar sloten hét plan te wijzigen. De stad Prisjtina ligt op een uur af stand© van het station en de Sultan moest dus per rijtuig daarheen langs een weg, aan weerszijden omzoomd met rotsen, waar fcusschen duizenden Alboneezen stonden, met zakken proviand op den rug, daar zij de gisteren in de open lucht te houden Se- lamlik en de revue wilden bijwonen. Wij hebben meermalen gewezen op de grootheid van Castro, e x-p resi dent van Venezuela. Dit blijkt ook thans weer. Nauwelijks begint hij zich weer te weren r f de mogendheden, bang voor nieuwe woelingen in Zuid-Amerika ma ken jacht op hem. Uit Washington wordt aan de „New-York Herald" beridbt, dat een Amerika wiisch sohip uitgezonden zal worden o: i Castro in het oog te houden. Men verwacht, zoo luidt het bericht verder, dat Groot-Brittannië, Frankrijk, Duitschland, Nederland, Colum bia, Venezuela, Panama en Haiti zullen sa menwerken om een evntueelen aanslag van den oud-dictator te verhinderen. En dat allés om één man. Hoeveel lezers telt ons blad om wie evenveel C ukte wordt gemaakt, als zij op avontuur uitgaan? Noord wij ksch© Strandkwestie. Nader bericht men qps uit Noordwijk: De maatregel van dkn burgemeester, om op 15 dezer na 's midqagstwaalf uren den verkoop van sterken drank te verbieden, en de gewone cafés te doen sluiten, heeft bo ven verwachting een goed succes gehad: alles is weder kalm en rustig en men ver trouwt, dat het ook rustig zal blijven. Daar er overdreven verhalen van „op roer" en „herrie", ce ronde doen, kan het geen kwaad, er op te Wijzen, dat de zooge naamde „relletjes" uitsluitend hebben be staan in eenige ongeregeldheden, veroor zaakt door min of meer opgewonden jon gelui, die schijnbaar wij zeggen schijnbaar met bijbedoelingen gin gen zitten op het bovenstrand voor „Huis ter Duin", daardoor betoogende voor hun meening, dat het strand vrij is. Aangezien de Directie van „Huis ter Duit" van gevoelen is, en dit gewoel en ook zegt te kunnen bewijzen dat bedoeld bovenstrand haar particulier eigendom is, werd bedoelden jongelui verzocht, zich te verwijderen. Dit werd geweigerd. Daarop volgde wat tumult. De bijzondere politie maatregelen zijn genomen, om herhaling of erger te voorkomen. Intusschen is het jammer, dat de Strand kwestie nog immer een bron van tweedracht blijft. Ook verleden zomer is het voorgekomen dat aan eenige ingezetenen, die bij groepjes vóór „Huis ter Duin" op het bovenstrand gingen zitten, verzocht werd zich te ver wijderen. Ook toen heeft een en ander wat tumult veroorzaakt. Wij kiezen geen par tij, noch voor den een, noch voor den ander, dat kunnen wij-niet; wij betreu ren het alleen, dat zoo'n -netelige kwestie de inwoners van ons dorp in twee partijen verdeelt, en wij gelooven, goed te hande len, als wij er zoowel bij den een als bij den anderop aandringen, kalm te blijven en op waardige wijze te trachten, tot een be vredigende oplossing te komen. 't Ware te wenschen, dat er van Rechts wege of van Regeeringswege een bindende uitspraak kwam, waardoor de kwestie als „k veitie" uit do wereld Was. Wijn op flescli. De firma J. de Bruijn en Zn.a te Rotter dam, en 19 andere wijnhandelaren aldaar en te Amsterdam, Haarlem, Leidea, Schie dam, Dordrecht, Leeuwarden, Zwolle, Utrecht, Arnhem en Tilburg hebben zich tot de Tweede Kamer gewend met een adres, waarin zij hun bezwaren uiteenzet ten tegen een inkomend recht op wijn op fleaschen, zooals dit.wordt voorgesteld <n het ingediende tarief-ontwerp. Betoogd wordt o.m. dat de buitenland- sefce handelaren dit recht zullen weten te onduüken door hier te lande depot» of filialen te vestigen die hen in staat zul len stellen krachtiger dan voorheen den binnenlandsohe handel concurrentie aan te doen. Ook behoeft de Nederlandsche wijn handel geen bescherming tegen den invoer op fleech uit het buitenland, integendeel, de hem aldus aangedane concurrentie heeft in menig opzicht gunstig gewerkt en hem tot heilzapaen prikkel gestrekt. Adressanten verzoeken ten slotte: a. het invoerrecht op niet-mousseerenden wijn op flesch i iet in de wet r te nemen, subsidair dit te bepalen op f 15 per H. L. b. het invoerrecht op mousse©" -.neten wijn (champagne) te bepalen op hoogstens f 26 per H.L. Delft. Tech'nische Hoogeschool. Ingenieurs-examenscheikundig ingenteur de heeren M. 0. Bastei, A. Cats, ine; «J. W. G. Collard, P. Hasselbach, mej. C. Janssen van Raay, 0. J. van Nieuw en- burg (met lof), F. J. Nellensteyn, W. J. P. Pelle, J. Ph. Pfeiffer (met lof), H. J. Prins (met lof), A. L van Scherpenberg, G. F. van der Want, H. J. Waterman (met lof), C. A. H. von Wolzogen Kühr Jr. Werktuigkundig ingenieur, de heeren: G. F. Berg (met lof), F. W. H. van Beu- ningen, C. W. ten Brink, G. J. J. van Goort (met lof), F. 0. de Graaff, E Hep- ner, E. A. Hey.se, L. B. ten Hom, H. J. Kessler, J. W. Kleinbentink (met lof), F. M. Kok, J. W. Luberhuizen, A. Metse laar (met lof), 0. J. Moll Schnitzler, T. S. G. J. M. van Schaik, W. Simon Thomas, D. B. Streefkerk, E. J. van Thiel (met lof), S. G. Timmers Verhoeven, H. W. van Tijen (met lof), W. H. Veldhuis Azn., J. Versfeit, P. F. A. von Wolzogen Kühr. Amsterdam. Geslaagd voor het prac- tisoh apothekers-examen, 1ste gedeelte, mej. N. Breebaart. Ut recht. Bevorderd tot doctor in de rechtswetenschap op stellingen de heer W. L. ten Holt, geb. te Utrecht. Groningen. Bij Kon. besluit is dr. J. H. Bonne ma, conservator aan de Techni sche Hoogeschool te Delft, benoemd tot ge woon hoogleeraar in de faculteit der wis- en natuurkunde aan de rijksuniversiteit te Groningen om onderwijs te geven in de ph'ysische aardrijkskunde, de geologie, de mineralogie, de palaeontologie en de kris- tallcgragie. J. G. J. Rikkelman, brands to ff enh ande laar, te Maarssen. G. J. Hartman, winkelier en houthande laar, te Barger, Óo sterveen, gemeente E ra men. J. Th. Scheffer, schilder, te Amsterdam. J. de Baan, wonende aan do Ruigendijk, te Oudenhoorn. De voorzitter van de Tweede Kamer is voornemens, in de vergadering van a.s. Dinsdag vbor te stellen, den volgenden dag, na de eindstemming over de ste©n- houwerswet, te behandelen de interpellatie van den heer an Kamebeek betref ende toepassing van het tofcalisator-verbod. Onteigening Rotterdam. Ingediend is een wetontwerp tot verkla ring van het algemeen nut der onteigening van eigendommen, noodig voor het ver- breeden van de Rechter- ottek de en van Kat8hoeik te Rotterdam. De Redhter-Rottekaie, tusscheu het Noordplein en het Strooveer, te Rotterdam, wordt door een rij huizen en erven, bene vens door eenige verspreid liggende er ven, alle aan het water gelegen, op meer dere plaatsen belangrijk versmald. Naar het oordeel van het gemeentebestuur vor dert het toenemend verkeer, dat die kade geheel op de volle breedte wordt gebracht. Dat gemeentebestuur acht het voorts dringend noodig, dat de slechte 6 a M. breede Katahoek tot 15 M. worde ver breed. Tot gemelde doeleinden ^eeft de gemeen te Rotterdam zdoh bereids den eigendom van eenige perceelen verzekf Om 1 et be zit van de overige daartoe vereischte per ceelen te verwerven, zou de raad dier ge- gemeente gaarne machtiging tot onteige ning erlangen. Twee eigenaren van perceelen aan de Reohter-Rottekade maakten bezwaar tegen de onteigening, omdat het gemis van die perceelen aan het water voor hun bedrijf groote en blijvende kosten zou veroorzaken. Dat bezwaar zal, naar het gemeentebe stuur opmeitkte, door vergoeding van te lij den schade zijn op te heffen en geldt niet het onteigeningsplan zelf. Door een ande ren eigenaar wordt aangedrongen op ver goeding van groote kosten, enkel© jaren geleden voor herbouwing gemaakt. Op grond van een en ander zijn er naar de meening van den minister van binnen- landsche zaken voldoen.^© termen om aan het erlangen van den Rotterdamschen Raad te voldoen. De internationale zeeliedenstaking. UitRotterdam. Men meldt uit Rotterdam: Op het Engelsche consulaat hebben giste ren geen Engelsche zeelieden aangemon sterd. De staking breidt zich uit. Met de Bataviorlijn worden heden, Za terdag te Rotterdam verwacht uit Londen 25 Chineezen om eventueel te monst&Ten, ter aanvulling van het incompleet van de equipage van de Javaboot „Wilis." Aan enkele aanwervingskantoren van zeelieden zijn Vrijdag ontslagen gevange nen aangemonsterd ter vervanging van stakende zeeheden. De Engelsche stoomschepen „Snowdon" en „Peterston" zijn gisteren met hun ge monsterde bemanningen uit Rotterdam naar zee vertrokken. Uit Amsterdam. De „Tellus" was naar de directie mede deelde, met volledige bemanning. Volgens de stakers zou het schip bijna uitsluitend met machinisten en stuurlieden bemand zijn. Aan het centraal-station heben postende stakers twee Duitsohers opgevangen, die zij naar het lokaal van den Bond hebben gebracht. De beide Duitscherv waren geko men om te monsteren en sloten zich bij de stakers aan. Gisteravond zijn uit de haven vertrok ken de „Tellus" en dè „Flora" van de Kon. Ned. Stoomb.-Mij Eerstgenoemd schip naar Rotterdam om te laden, en de „Flora' naar de Oostzee. Deze twee schepen zijn de eerste, die uit Amsterdam en IJmuiden zee kiezen met een bemanning, die na 't proclameeren der staking is aangemonsterd Gisteravond is in het gebouw de Geel- vinck te Amsterdam een openbare vergade ring gehouden, uitgeschreven door de af- deeling Amsterdam van den Alg. Ned. Zee mansbond, ter bespreJring van de staking. Er waren ruim driehonderd personen aan wezig, meerendeels lieden, en verschei- denen hadden hun vrouwen meegebracht, Voor het begin der vergadering zong men als tijdkorting de Internationale. Als eerste spreker trad op de heer Ron- ner, voorzitter van Bondsafdeeling. Spr. sprak zijn tevredenheid uit over do groote opkomst. De Engdlsche reeders hebben voor dezen gezegd, dat al het drei gen van de zeelieden met staking slechts bluf was. Dat is anders uitgekomen! Te Londen is gisteren geen enkel man aange monsterd, en in Amerika, waar de zeelie- denbond 20.000 leden telt, is men gisteren eveneens in staking gegaan. Het inteina- tionaale zeeliedenprol .tariaat heeft jaren lang den nek gebogen, maar eindelijk heoft het zioh opgericht, en toont zijn krachten. Tevens wees spr. erop, dat de dokwer kers te Amsterdam Donderdagavond be- aloten hebben geen „besmette" gseó." oa in ontvangst te nemen, terwijl de bootwer kers Zondag a .8. vergaderen, >n ^ereid zijn zich solidair te retoonen. Daarna wierp spr. een blik terug in de geschiedenis der actie. Hij verzekerde, Jat sinds 't vorige jaar alles beproefd is om van de maatschappijen in der minne gedaaa te krijgen, wat haar thans door strijl zal worden afgedwongen. Spr. ontkende, dat het stakingsbesluit to Amsterdam genomen is door een vergade ring, waarin vele niet-zeelieden aanwezig1 waren. Do 150 mensclien die him stem vóór do staking uitbrachten waren allen zeelieden- in Havestrand dacht er aan hoe zyn zoon gisteravond voor hem had gestaan an ge legd had: „Driitt gy het waariyk tot het uiterste, lader? Maar ik zeg u: aohikt gU de zaak niet, \<5ór dese dag om Ie, en zendt gt) de barones geen boodschap, dat za uit s' el van n krijgt, dan breek ik voor altijd met u. In Godsnaam dan." „Ik moet het landgoed lEichenkamp" be- Uiten", had de oude woedend geroepen; zijn loon had hem sprakeloos aangezien an hem toen den rhg toegekeerd. De stamming van Havestraad tegenover de barones wae daardoor niat verbeterd. Ale hl) dacht aen z(jn gagg naar „Eichenkamp," waar bet steenen wapen met spreuk boven de deur blng, dan moest hij nog hoonend iacben. .Breken dan maar. als het bulgen te zwaar lalt I" Het wu9 hem steeds alsof hy ean slag in bet aangezicht kreeg by de gedaehta hoe llles zich toegedragen had Dan kwam er een Woede in hem; een woede over haar, die bem dit aangedaan had. Tarwyi Havestrand naar huis wandelde, dacht hy er aan, dat men hem als oorzaak l»n haar dood beschouwde. Waar zy moeten me dat maar bewyzen bunnen, dacht hy. De barones war dood. Wat 8'ng het hem aanl Alsof het niet alle dagen 'oorkwam, dat een vrouw plotseling stierf, die al aan slapeloosheid en een zwak hart leed. Aan het hart, aan het hart, dis gadachte liet hem niet los en zoo ging hy al kuchend de Iandetraat lange naar Rotheneck terug. Opeens blsef hy staan en voelde naar zyn voorhoofd, waarop zweetdroppels stondsn. Dat ontbrak er nu nog maar aan. Die daar in de verte naderde, was zyn zoon Bernard. En weer kwam de wondt ln Chrletiaan Havestrand op, maar hy zou zich tegen iederen aanval w»l verdedigen. Laat ze maar opkomen: hy zou ze wel krygen. En ook zijn jongen behoefde h(J niet te echuwen. Vastberaden trad hy hem te gemoet. Bernard bleef voor syn vader staan. Zyn jong gezicht was, niettegenstaande hst harde loopen, vaal bleek; da oogen brandden ham en uit zyn stem klonk hevige ontzetting. „GU komt van „Elchenkamp," vador, en ia het werkeiyk waar?" Christiaan Havestrand wendda 't hoofd af onder den strengen blik van zyn zoon. .Als gy dat wsot, dan zal het wel waar zyn. Er is niets aan te veranderen en niemand kan 't helpen." .Niemand? En weet ge wat mtn nu mom pelt, vader, weet g(j dat?" Ale een rechter, die rekenschap vraagt, zoo atond Bernard daar. „En wat mompelt men dan? Dat hst fleschje van haar slaapdruppels leeg voor haar bed stond? Dat is niet goed gegaan. Wat gaat mU dat gepraat aanl Wat gaat my de beele geschiedenis aanl Zy zelf is alleen de schuldige, haar hoogmoed, die verduivelde hoogmoed. En is het waar, dat zy zelf een eind aan haar leven maakte, dan was dat alweer slechts haar hoogmoed, zonde en schande nog er by, waar zy tooh, als zy gewild had, my ,ZwUg, vader. Zwygl" Daar legde zyn vader schuw ds band op Bernards srm. .Waar wou je heengaan? Naar „Elchen kamp" toch niet? Daar kunt gy thans niets doen, daar zulten ze. ,0p da plaats zalf wil ik alias hooren, zelfs al jagen ze de bonden op mU loei" Bernard schudde de hand, die op zyn arm rustte, van zioh af en ging zyn vadsr voorby. Deze zag den heengaande na, totdat by om dsn hoek van de straat verdwenen was. Toen ging ook hU verder langzaam, voet voor voet. Hy had er zelf ook nog wel wat meer van willen waten. Bernard zou er wel niet lang blyvan en met zyn jonge beenen zou hy hem wel aposdig weer inhalen en dan konden zy het laatste tlnd' neg samen loopen. Dit kwam Havestrand wensoheiyk voor. Zy waren toch altyd gstd met elkaar gewesit, hy an Bernard. Twist, zooals dat wal tusschsn vaders en vol wassen soons voorkwam, had tusschen hen nooit plaats gehad. Het zou nu ook wel goed gaan, meende Havestrand. Zy mossten elkaar alles vertellen, wat zy dachten over deze ge schiedenis, en dat kon als zy met elkaar terug gingen. Hy wilde waehten en ging daarom op een bank zitten, halfweg Rotheneck en .Eichenkamp." Havestrand moest lang wachten. Elndeiyk zag hy Bernard weer aankomen. Langzaam en ln gedachten verzonken kwam hu terug. Hy keek steeds naar den grond. Toen hy eindelyk het hoofd ophief, zag hy midden op de Iand etraat zyn wachtenden vader zitten. Dadeiyk verliet hy de iandetraat on koos zyn weg door het veld. Op het voorhoofd van Havestrand zwollen de aderen van toorn op; zyn zoon trachtte hem te ontwyken I Wat moet dat alles beteekenen? Eerst de scènes thuis, nu tever geefs gewaoht op zyn jongen, en plotseling greep hem ds gedachte aan: zooale hy daar nu op hem had gewacht, zou hy misschien jaren en jaren op zyn zoon moeten wachten, 't Was of zyn keel dlchtgeanoerd werd. Nog masls wierp hy een blik vol haat in de rich ting van „Eichenkamp" en ging toen heen. Dat alles bad by aan barones Yan der Efchen te danken I YI. Met verwarde blikken zag Edsla allen aan, die tot haar spraken en haar trachtten te troosten: dan dokter, die naar „Eichenkamp" gebaald was, ofsohoon hy nlot meer helpen kon; den officier van justitie en een paar dames van da naastby gelegen landgoederen, die haar kwamen bezoeken met betraande ge zichten. Als uit een geestenwereld klonk haar •tsada een stem tegsn: „Yoor jou alleeu zullen de deuren weer spoedig open gaan, dis zich voor de barones Yan der Eichen gesloten hadden en gosloten bleven, toen zy om hulp roepend daarvoor stond." Wilds toorn kwam in Edels op. Met haar handen wserda zy allen af, die tot haar kwamen, en van haar lippen kwam een kreet: .Yoortl gy allen, gaat toch heenl" Er bleef dengenen, die uit werkelyke deel neming gekomen waren, niets anders over dan te vertrekken. Maar men nam het haar niet kwaiyk, deze beklagenswaardige dochter; men zou weer komen om haar zyn deelneming te betuigen en een gebed ledoen voor de rust van de doode. Op den vastgeetelden begrafenisdag kwamen dan ook allen weder. Doch zy kwamen allen te iaat. Op verzoek van Edela was de pastoor van het naaste dorp in het vroege morgen uur gekomen en eigen bedienden hadden de kist naar da kapel gedragen, waar de pastoor ds ïykrede bad gehouden. Slechte eenvoudigs krsnesn, getuigend van trouw en aanhanko- ïykbeid, lagen op de kiet en gingen mee in de groeve, en toen des middags een lange stoot kwam, met palmen en bloemen beladen, blesf hun niets anders over dan dit alles voor ds gesloten kapel neer te leggen. Op de stoep van het heerenhuia stond de oude keuken meid Htlbrich met een mutsje van zwart krip op de g'Uze haren, en zei tot ieder, die de stoep opkwam, dat freule Yan der Eichen zioh in haar vertrekken had teruggetrokken on niemand wenschte to ontvangen Men ging hootdachoddend heen en schreef haar condo leancebrieven Edela las niet sen van de zwart- gsrande brieven, dis de post in groote hoeveel heden bracht. Op een avond kwam Hilbrlch met een brief, legde dien ln Edela's schoot en zei: .Daze komt uit een eeriyk hart. Mali heeft hem geetuurd met een prachtlgen krans." Edsla verroerde zich met, maar toch drongen deze woorden wel tot haar door. Toen zy het adres laa, was het alsof zy sen zwart gelokt hoofd voor zioh zag met donkere oogsn, waarin heete tranen stonden, welke oogen haar aanstaarden. Beelden uit haar kinderjaren kwamen haar voor den geest, toen men het jongste dochtertje van den wagenmakor voor haar haalde als epeelmakkertje. Twee geluk kige kinderen waren zu' geweest en zU hadden elkaar als kinderen liolgehad. Nu wae Mali al lang weg van „Eichenkamp," de barones had haar wat laten leeren en zy was getrouwd met een postbeambte en was een gelukkige moeder geworden. Edela wiat, dat zy de barones aliyd zeer dankbazr geweest was voor allee, wat doze voor haar had ge daan Die Mali, ja, dat kwam wèl uit het hart! (Woidt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1911 | | pagina 13